AGRO actueel O K T O B E R 2 0 1 5 Boeren fietsen in 8 dagen van Italië naar Rotterdam Vijf boeren en twee veeartsen uit het hoge Noorden fietsten van 30 augustus t/m 6 september 2015 de indrukwekkende etappekoers van Tour for Life. Ruim 1400 km legden zij af in acht dagen van Noord-Italië naar Rotterdam voor het goede doel. Met het team Boer for Life reden zij voor de Daniël den Hoed-stichting / Erasmus MC Kanker Instituut in Rotterdam. Er deden in totaal 130 wielrenners mee aan de tocht van Tour for Life. Iedere renner heeft minimaal 2.500 aan sponsorgeld moeten ophalen. Het team Boer for Life heeft ruim 29.500 binnengehaald. Het geld wordt gebruikt om op maat gesneden behandelmethoden te ontwikkelen voor kankerpatiënten. Namens directie en medewerkers van Alan zijn wij blij dat wij een bijdrage hebben mogen leveren aan deze enorme prestatie en dit sportieve initiatief. Roelof Tolner en Marcel van Alphen
Vroegere zaaidatum EA-vanggewas Vult u uw vergroeningseisen in door de teelt van EA-vanggewassen? Dan moest u dit opgeven bij uw Gecombineerde Opgave (GO). Hierbij moest u ook de geplande zaaidatum opgeven. Vaak is de standaarddatum van 30 september gebruikt. Is het vanggewas eerder ingezaaid? Dan kan het nuttig zijn om uw zaaidatum in de GO alsnog aan te passen. Teeltperiode 10 weken Een EA-vanggewas moet minimaal 10 weken worden geteeld. Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO) controleert dit op basis van de opgegeven zaaidatum in de GO. Binnen 10 weken na deze datum mag u het perceel niet bewerken of oogsten. Bij de standaarddatum van 30 september moet u daarom tot 10 december wachten met ploegen of beweiden. Opgegeven zaaidatum telt Ligt de werkelijke zaaidatum eerder dan de opgegeven zaaidatum, dan kunt u deze nieuwe datum doorgeven aan RVO. Uw 10 weken termijn is dan eerder beëindigd. Dit is vooral van belang als in het najaar nog werkzaamheden op het land moeten worden uitgevoerd, of als het perceel wordt beweid. Geeft u de vroegere zaaidatum niet door, dan gaat RVO bij controle uit van de bij de GO opgegeven datum, ondanks dat u eerder hebt gezaaid. Natuurterrein en mestverwerking Natuurterreinen zijn een bijzonder fenomeen in de mestwetgeving. Zo tellen ze niet mee bij de plaatsingsruimte voor de gebruiksnormen. Voor het bepalen van uw mestverwerkingsplicht telt de plaatsingsruimte op deze natuurterreinen wel weer mee. Ook moet u dan rekening houden met de mestproductie van uitgeschaarde dieren naar natuurterrein. Bedrijfsoverschot Voor het bepalen van uw mestverwerkingsplicht is onder andere het bedrijfsoverschot fosfaat van belang. Dit bedrijfsoverschot wordt berekend op basis van de fosfaatproductie en de fosfaatruimte. Heeft u natuurterrein in gebruik? Hoe moet u dit dan bepalen? Fosfaatruimte De fosfaatruimte van natuurterrein is in dit kader maximaal de kilogrammen (kg) fosfaat per hectare (ha) die in het beheersregime staat vermeld. Is hierin geen kg fosfaat/ha vermeld, dan geldt de norm van 70 kg fosfaat/ ha. Aangezien vaak een maximale veebezetting (gve/ha) is toegestaan of een hoeveelheid vaste mest (ton/ha), geldt meestal deze norm van 70 kg fosfaat/ha. Fosfaatproductie De fosfaatproductie van uitgeschaarde dieren naar uw natuurterrein telt wel mee bij de totale fosfaatproductie van uw bedrijf. Voor het gemiddeld aantal dieren is de I&R-registratie hierbij leidend. Houd bij de berekening van de verwerkingsplicht rekening met het natuurterrein dat u in gebruik heeft en de dieren die u hierop uitschaart. Grond voorwaarde bij groei melkveestapel Wilt u uw melkveebedrijf uitbreiden nu het melkquotum is vervallen? Dan is de kans groot dat u vanaf 2016 te maken krijgt met extra eisen ten aanzien van grondgebondenheid. Dit geldt als u vanaf 2016 een fosfaatoverschot heeft dat hoger is dan 20 kg per hectare. Ook moeten intensieve bedrijven die niet groeien extra grond in gebruik nemen als de fosfaatruimte op het bedrijf daalt. Groei met mestverwerking De melkveewet die eind 2014 is aangenomen bepaalt dat u, ten opzichte van het jaar 2013, kunt groeien zonder extra grond in gebruik te nemen. Het extra fosfaatoverschot moet u dan voor 100% verwerken. Bij de invoering van deze wet is toen aangegeven dat aan deze grondloze groei grenzen zouden worden gesteld. AMvB: groei deels met grond In de ontwerp-amvb is aangegeven dat groei met 100% mestverwerking voor intensieve bedrijven wordt beperkt. Deze bedrijven mogen, ten opzichte van 2014, alleen groeien als zij deels extra grond in gebruik nemen. Hoeveel extra grond nodig is, hangt af van het fosfaatoverschot per hectare. Hiervoor zijn drie staffels voorgesteld. Tabel 1. Staffels uitbreiding met mestverwerking en extra grond Overschot Uitbreiding t.o.v. 2014 Kg fosfaat/ha Te verwerken Extra grond < 20 100% 0% 20 50 75% 25% > 50 50% 50% Ook extra grond bij minder plaatsingsruimte Bij veel bedrijven daalt de fosfaatplaatsingsruimte ten opzichte van 2014 vanwege de aangescherpte normen. Hierdoor neemt ook zonder groei het fosfaatoverschot toe. Vanaf 2016 mogen intensieve bedrijven (fosfaatoverschot > 20 kg) dit extra fosfaatoverschot niet laten verwerken. Het bedrijf moet extra grond in gebruik nemen om het verlies aan plaatsingsruimte te compenseren. Verhoogde pachtnormen 2015 Onlangs zijn de pachtnormen 2015 vastgesteld, zie tabel 2. De pachtnormen zijn gebaseerd op de bedrijfsresultaten van akkerbouw- en melkveebedrijven in de periode 2009-2013. Ten opzichte van de vorige berekeningen is een matig jaar (2008) weggevallen en is een goed jaar (2013) in de berekeningen opgenomen. Hierdoor zijn alle pachtnormen (fors) gestegen. 2
Tabel 2: Pachtnormen per 1 juli 2015 Pachtprijsgebied Bouwhoek en Hogeland Veenkoloniën en Oldambt Noordelijk weidegebied Oostelijk veehouderijgebied Centraal veehouderijgebied Regionorm (contracten vanaf 1 september 2007) Euro/ha Veranderpercentage (oudere contracten) % 2015 2014 2015 714 604 18 689 575 20 738 652 13 634 527 20 622 497 25 IJsselmeerpolders 1.174 941 25 Westelijk Holland 660 542 22 Waterland en Droogmakerijen Hollands/Utrechts weidegebied 394 315 25 819 708 16 Rivierengebied 836 760 10 Zuidwestelijk akkerbouwgebied 708 638 11 Zuidwest Brabant 734 607 21 Zuidelijk veehouderijgebied 751 645 16 Zuid Limburg 935 854 9 De pachtprijzen voor agrarische bedrijfsgebouwen zijn dit jaar ten opzichte van 2014 met 0,88% gestegen en de pachtnorm voor agrarische bedrijfswoningen stijgt met 1% voor contracten vanaf 1 september 2007 en met 2,5% voor oudere contracten. Mestverwerkingsplicht 2015 al ingevuld? Er is veel gaande in de landbouw. Zowel op het gebied van de GLB als de Meststoffenwet zijn er veel nieuwe ontwikkelingen. Maar u heeft ook nog te maken met de bestaande regelgeving zoals de mestverwerkingsplicht. Als u de Gecombineerde Opgave heeft ingediend, kunt u de fosfaatruimte 2015 definitief vaststellen en daarmee uw mestverwerkingsplicht bepalen. Wijzigingen ten opzichte van 2014 Houd bij de invulling van uw mestverwerkingsplicht 2015 rekening met de volgende wijzigingen: De regiopercentages zijn verhoogd (Zuid 50%, Oost 30%, Overig 10%). U moet uw melkveefosfaatoverschot voor 100% laten verwerken. Dit overschot bepaalt u mede op basis van uw melkveefosfaatreferentie. De vrijstelling stromest is aangepast. U kunt hiervan gebruik maken als minimaal 90% van de fosfaatproductie komt van dieren die op stro worden gehuisvest (minimaal 2/3 van leefruimte is ingestrooid met stro). Bereken uw mestverwerkingsplicht op basis van uw definitieve fosfaatruimte 2015. Sluit zo nodig de juiste overeenkomsten af. Heeft u vragen? Stel ze gerust aan uw adviseur. Meerdere gebruiksnormen akkerranden Heeft u akkerranden voor de invulling van uw EA-verplichting? Dan tellen deze mee voor de gebruiksnormen. De te hanteren gebruiksnormen zijn echter afhankelijk van het toegepaste vergroeningspakket en het gewas. Algemene lijst Binnen de Algemene lijst kunt u kiezen voor onbeheerde akkerranden. Deze mag u bemesten en ze tellen mee voor de gebruiksnormen. Afhankelijk van het gewas telt u de akkerrand mee als bouwland of als grasland. Voor de totale stikstofgebruiksnorm neemt u de stikstofnorm van het gewas dat u teelt. Onbeteelde akkerrand Bij de Algemene lijst mag u de akkerrand braak laten liggen (zwarte braak). Deze akkerrand blijft dan meetellen als bouwland. Echter deze akkerrand telt alleen mee voor de stikstofnorm voor dierlijke mest en de fosfaatnorm. Omdat u geen gewas teelt, is de stikstofnorm voor het gewas 0 kg. Akkerbouwstrokenpakket Bij het akkerbouwstrokenpakket moet u (deels) kiezen voor beheerde akkerranden. Hierop moet u een gewas telen, maar de rand mag niet worden bemest of beweid. De rand telt wel mee voor de gebruiksnormen. Beheerde akkerrand niet voor derogatie U mag de beheerde akkerrand niet meetellen voor derogatie en de 80% graslandeis, omdat de akkerrand niet mag worden bemest. 3
Akkerranden tellen mee voor de gebruiksnormen, niet altijd voor derogatie. Fosfaatrechten Op 1 juni jl. heeft staatssecretaris Dijksma aan de Tweede Kamer aangegeven, dat zij, gezien de overschrijding van het sectorplafond van de melkveehouderij, de fosfaatproductie in de melkveehouderij wil reguleren. Inmiddels heeft Dijksma middels een kamerbrief laten weten, dat de keuze op fosfaatrechten is gevallen. Voor melkvee en jongvee van vleesvee De fosfaatrechten gaan gelden voor de diercategorieën 100, 101 en 102. Behalve melkkoeien en bijbehorend jongvee gaan de rechten ook gelden voor jongvee van vleesvee voor zover deze onder de categorieën 101 en 102 vallen. In het vervolg van dit bericht wordt met melkvee alle dieren uit deze categorieën bedoeld. Toekenning fosfaatrechten: forfaitaire productie 2014 Het aantal fosfaatrechten dat wordt toegekend, wordt gebaseerd op de forfaitaire fosfaatproductie van het melkvee dat in het jaar 2014 is gehouden. Dit is het gemiddeld aantal gehouden stuks melkvee in 2014 vermenigvuldigd met de forfaitaire productienormen. Ook voor bedrijven die in 2014 de BEX hebben toegepast, wordt het aantal rechten vastgesteld op basis van de forfaitaire productie. 2 juli 2015 ook van belang Dijksma heeft in de brief aangegeven, dat wijzigingen in het aantal dieren en de fosfaatproductie tot en met 2 juli 2015 meegenomen kunnen worden in de vaststelling van de fosfaatrechten. Hierdoor lijkt het of een ondernemer zou kunnen kiezen tussen peiljaar 2014 of peildatum 2 juli 2015. Meer details zijn hierover nog niet bekend. Bedrijfsspecifieke productie: de Kringloopwijzer Dijksma heeft aangegeven, dat middels de Kringloopwijzer (BEX) aangetoond mag worden, dat de fosfaatproductie per dier lager is dan de normen. Hierdoor kunnen met hetzelfde aantal rechten meer dieren gehouden worden. De borging en handhaving van de Kringloopwijzer moet volgens Dijksma nog wel uitgewerkt worden. Het lijkt er daardoor op dat de huidige BEX hiervoor niet voldoende is. Rechten worden verhandelbaar Dijksma heeft aangegeven dat de rechten verhandelbaar worden. Dit is noodzakelijk voor groeiende bedrijven. Wel is de vraag hoeveel rechten er (aan het begin) op de markt komen. De prijs van rechten zal mede daarvan afhankelijk zijn. Knelgevallenregeling gaat ten koste van de rest Dijksma heeft een knelgevallenregeling aangekondigd: Om ondernemers te compenseren die onevenredig benadeeld worden door de toepassing van het referentiejaar en de peildatum. De verwachting is dat deze regeling weinig ruimte zal bieden. De reden hiervoor is dat alles wat aan extra fosfaatrechten wordt uitgegeven door de andere bedrijven ingeleverd (afgeroomd) zal moeten worden. De totale productie moet immers onder het plafond blijven. Afroming behoort tot de mogelijkheden Het sectorale productieplafond van 84,9 miljoen kg fosfaat wordt in de Meststoffenwet opgenomen. Indien blijkt dat de fosfaatproductie van melkvee boven dat plafond uitkomt, zal er een afroming plaatsvinden. Deze afroming kan plaatsvinden bij het vaststellen van de fosfaatrechten of in latere jaren als in een bepaald jaar het fosfaatplafond dreigt te worden overschreden. De mate van afroming wordt wellicht afhankelijk gemaakt van het fosfaatoverschot per bedrijf of per hectare en/of van de mate van groei ten opzichte van de referentie. Waarschijnlijk op basis van huidige forfaits De forfaitaire productienormen van 2014 zijn hoger dan de huidige normen. De kans is groot, dat voor de vaststelling van de fosfaatrechten van de huidige forfaitaire normen gebruikt gemaakt zal worden. Het aantal te houden dieren blijft dan, op basis van forfaitaire normen, gelijk. Deze keuze is ook gemaakt bij het vaststellen van de melkveefosfaatreferentie. Aantal rechten bepaalt maximale fosfaatproductie De fosfaatproductie op een melkveebedrijf mag niet hoger zijn dan het aantal fosfaatrechten dat een bedrijf heeft. Deze fosfaatproductie wordt op dezelfde manier berekend als bij de gebruiksnormen: het aantal dieren vermenigvuldigd met de forfaitaire fosfaatproductie per dier. Omdat de fosfaatproductie leidend wordt, zullen de mestvoorraden geen invloed hebben. 4
Kans op afromen aanwezig Het doel van de fosfaatrechten is, dat de fosfaatproductie van het melkvee onder het sectorale productieplafond blijft. De kans is groot dat bij het vaststellen van de fosfaatrechten blijkt, dat het totaal aantal rechten boven dit plafond uit komt. De redenen hiervoor zijn: Het fosfaatplafond is in het peiljaar 2014 al overschreden. In de berekeningen van het fosfaatplafond zijn de effecten van de BEX al zo goed als mogelijk meegenomen, terwijl de fosfaatrechten worden vastgesteld op basis van forfaitaire normen. De mogelijkheid om extra fosfaatrechten te krijgen op basis van de peildatum 2 juli 2015. De mate van overschrijding zal onder andere afhankelijk zijn van welke forfaitaire normen worden gehanteerd. De normen van 2014 of de huidige lagere normen. Vervolg procedure Dijksma heeft aangegeven dat het wetsvoorstel voor fosfaatrechten zo snel mogelijk in procedure wordt gebracht. Dit zal na het zomerreces zijn. Na openbaarmaking van het wetsvoorstel zal er meer duidelijkheid komen. Het wetsvoorstel zal voor advies aan de Raad van State worden voorgelegd en vervolgens door de Tweede Kamer behandeld moeten worden. Na goedkeuring moet de Eerste Kamer haar oordeel geven. Pas dan kan de wetswijziging worden doorgevoerd. Inwerkingtreding per 2017 meest waarschijnlijk Het is niet waarschijnlijk dat de fosfaatrechten per 1 januari 2016 worden ingevoerd. De verschillende stappen die doorlopen moeten worden en de discussie, die zeker in de Tweede Kamer zal ontstaan, vergen de nodige tijd. Invoering per 2017 lijkt waarschijnlijker. Dit zal echter geen invloed hebben op de peildata. Grondgebondenheid gaat gewoon door Dijksma heeft in de brief aangegeven dat de fosfaatrechten naast de mestverwerkingsplicht en het stelsel van grondgebonden groei komen te staan. Nogmaals is aangegeven dat het stelsel van grondgebonden groei per 1 januari 2016 ingaat. Conclusies en advies Het gevolg van de aangekondigde fosfaatrechten is dat melkveebedrijven geen hogere fosfaatproductie mogen hebben dan in het jaar 2014 (in combinatie met de peildatum 2 juli 2015). Deze productie wordt gebaseerd op de forfaitaire normen. Dit houdt in, dat bedrijven die in 2014 de BEX hebben toegepast hiervan geen nadeel ondervinden. Uitbreiding van de fosfaatproductie kan alleen door het aankopen van rechten. Alleen extra grond is niet voldoende. Bedrijven die efficiënter werken dan de forfaitaire normen kunnen, binnen de fosfaatrechten, ruimte krijgen voor uitbreiding van het aantal dieren of verhogen van de melkproductie per dier. Middels de Kringloopwijzer moet worden aangetoond, dat er efficiënter is geproduceerd. Mogelijke verlenging Subsidie Asbest eraf, zonnepanelen erop De provinciale subsidieregeling Asbest eraf, zonnepanelen erop wordt mogelijk verlengd. Drenthe en Groningen hebben inmiddels kenbaar gemaakt, dat zij de subsidieregeling verlengen tot 1 september 2016. De overige provincies kunnen volgen, indien die nog voldoende budget beschikbaar hebben. Asbestdaken worden verboden vanaf 1 januari 2024. Prinsjesdag 2015 Tarief Inkomstenbelasting De belastingtarieven zullen het komende jaar licht verlaagd worden. Daarnaast zal de (inkomensafhankelijke) algemene heffingskorting sneller afnemen. De snellere afname van de algemene heffingskorting zal alleen het voordeel van de verlaging van de belastingtarieven voor de meeste belastingplichtigen teniet doen. De hoogste belastingschijf die belast wordt met 52% belasting is in 2015 vanaf 57.585 en in 2016 zal deze belastingschijf beginnen bij 66.421. Kinderopvangtoeslag Na de daling van de kinderopvangtoeslag van de afgelopen jaren zal dit het komende jaar veranderen. De kinderopvangtoeslag gaat in 2016 voor iedereen stijgen. De stijging betreft een verhoging van 5,8%. Verklaring Arbeidsrelatie De VAR (Verklaring Arbeidsrelatie) geeft een opdrachtgever de zekerheid over de afdracht van Loonbelasting en premies. De veranderingen rondom de VAR zijn al aangekondigd in het belastingplan van vorig jaar. De veranderingen gaan nu in per 2016. Bij de nieuwe regeling hoeft er geen VAR meer te worden aangevraagd bij de Belastingdienst. In de nieuwe regeling komen er via de Belastingdienst voorbeeldovereenkomsten van opdracht. Hierbij zal er naar alle waarschijnlijkheid per beroepsgroep een standaard voorbeeldovereenkomst komen waarbij de zekerheid wordt gegeven over de arbeidsrelatie. Hoewel de Belastingdienst aangeeft dat de VAR wordt afgeschaft per 1 januari 2016, ligt de nieuwe regeling nog wel ter goedkeuring bij de Eerste Kamer. De voorbeeldovereenkomsten zullen naar alle waarschijnlijkheid binnenkort beschikbaar komen op de site van de Belastingdienst. 5
Veranderingen die gelden per 2017 Vermogensrendementsheffing De vermogensrendementsheffing (box 3) gaat met ingang van 2017 veranderen. De huidige heffing van 1,2% over het aanwezige vermogen gaat veranderen naar een progressieve heffing. Hoe meer vermogen er is hoe hoger de belastingheffing. De eerste schijf loopt tot 100.000, deze wordt effectief belast tegen 0,88% over het vermogen. De tweede schijf loopt tot 1.000.000 en deze wordt effectief belast tegen 1,4% en vanaf 1 miljoen bedraagt de effectieve heffing 1,65%. De tarieven zullen jaarlijks aangepast worden door de behaalde rendementen van de afgelopen jaren. De vrijstelling is nu 21.330. Deze vrijstelling wordt verhoogd naar 25.000. Deze verandering zal vooral nadelig uitpakken voor de grotere vermogens. Schenkbelasting De eenmalige vrijstelling in de Schenkbelasting voor een schenking ten behoeve van een eigen woning wordt per 2017 structureel verhoogd. Iedereen die een schenking krijgt en tussen de 18 en 40 jaar oud is, kan dan gebruik maken van een eenmalige vrijstelling van 100.000 (is nu nog 53.016). Korte wenken KWIN Saldo app Met een KWIN Saldo app kunt u online inzicht krijgen in actuele saldoberekeningen voor akkerbouw- en vollegrondsgroentegewassen. U kunt uw eigen gewassaldo s en bouwplansaldo s berekenen en vergelijken met KWIN. Er is een app voor gangbare en voor biologische teelten. U kunt de app bestellen als u eerst een account aanmaakt via www.akkerweb.nl. Soms vanggewas na eiwitgewas Teelt u op zand- of lössgrond een eiwithoudend gewas voor uw EA-verplichting? En oogst u dit gewas voor 1 oktober? Dan moet u een toegestaan vanggewas telen in de periode van 1 november tot 1 maart. Er gelden verder geen voorwaarden bij de teelt van dit vanggewas. Bemonsteren na mestscheiding Heeft u mestscheiding toegepast en voert u de dikke en/of dunne fractie af? Dan moet u deze afvoer altijd laten bemonsteren. Ook bij Boer-boer, Vogelaar enzovoort. Derogatie en gebruik spuiwater Op derogatiebedrijven is het gebruik van kunstmeststoffen met maximaal 0,5% fosfaat toegestaan. Hierdoor mag spuiwater met beperkt fosfaat worden aangewend. Afvoer mest vrijstelling stromest Maakt u gebruik van de vrijstelling van de mestverwerkingsplicht vanwege stromest en moet u mest afvoeren van uw bedrijf? Dan moet u op elk vervoersbewijs de opmerkingscode 73 Huisvestings-systeem strorijke mest vermelden. Dit geldt ook wanneer u drijfmest afvoert. Verantwoording mestverwerking Zorg ervoor dat u uw mestverwerkingsplicht voldoende verantwoord met: Rechtstreekse afvoer naar verwerker (code 61); Driepartijenovereenkomsten; Vervangende verwerkingsovereenkomst. U kunt een combinatie van overeenkomsten gebruiken op uw bedrijf. Maakt u gebruik van regionale mestverwerkingsovereenkomst, dan moet u uw volledige bedrijfsoverschot rechtstreeks aanwenden op grond in de regio (< 20 km). Alan Agro Actueel is een uitgave van : 6 t f e i Lorentzpark 8 9351 VJ LEEK Postbus 101 9350 AC LEEK (0594) 55 85 25 (0594) 55 85 20 info@alan.nl www.alan.nl Alan Accountants en Adviseurs aanvaardt geen enkele aansprakelijkheid voor schade van welke aard dan ook als gevolg van beslissingen en/of handelingen gebaseerd op de informatie uit Agro Actueel. Vormgeving/dtp: Dox Imagemakers