HOOFDSTUK 4 Monitoring Routines in T4C Om de koppel-, groep- en/of individuele dierprestaties te bekijken, zijn in T4C een aantal rapporten beschikbaar. Naast de controle attenties (controle 2 keer/dag en dagelijkse controles) zoals beschreven in hoofdstuk 2, worden de regelmatig te controleren rapporten en grafieken behandeld. De Melktoegangstabel speelt een belangrijke rol bij het goed monitoren van de dier- en robotprestaties en wordt in dit hoofdstuk nader uitgelegd. Wekelijkse routines 1
INHOUDSOPGAVE Hoofdstuk 4 Monitoring 4.1 Monitoring...3 4.1.1 Melktoegang... 3 4.1.1 Rapport 41: Koe-robot rendement... 5 4.1.2 Grafiek 52: Productieverloop in de lactatie... 6 4.1.3 Rapport 56: Robotprestatie... 6 4.1.2 Rapport: Melkdata... 7 4.1.3 Rapport 14: Activiteit tocht... 7 4.1.4 Rapport 53: Activiteit herkauwen... 8 4.1.4 Rapport: Gewichtsattenties... 9 4.2 Checklijsten voor monitoring...10 4.2.1 Robotprestatie/ bezoekgedrag gemiddeld... 10 4.2.2 Verdeling bezoekgedrag... 10 4.2.3 Koeien te laat voor melken... 11 4.2.4 Melkseparaties... 11 4.2.5 Uiergezondheid... 11 4.2.6 Krachtvoerverstrekking... 11 4.2.7 Controle punten robot... 11 Wekelijkse routines 2
4.1 Monitoring Dit hoofdstuk bevat informatie die van belang is voor het goed monitoren van dier- en robotprestaties, hierbij speelt de Melktoegang een grote rol. 4.1.1 Melktoegang Afhankelijk van het aantal dagen na afkalven en de optimale melkgift per melking wordt de toelating van de koe tot de melkrobot bepaald. Daarnaast wordt een minimum aantal bezoeken ingevoerd om koeien laat in de lactatie of laagproducerende koeien de robot voldoende te laten bezoeken. 1. Navigatie: Data invoer 2. Menu: Instellingen 3. Submenu: Melken 4. Tab: Melktoegang 5. Invoeren minimaal aantal melkingen, optimale melkgift/melking en het maximaal aantal melkingen per lactatie traject (3 trajecten): Figuur 27. Instellen Melktoegang Wekelijkse routines 3
Aan de hand van onderstaand voorbeeld wordt de werking van de melktoegang tabel uitgelegd: Voorbeeld 1 Een koe heeft een melkgift van 34 l. en is 60 dagen in lactatie. Op basis van haar lactatiedagen en de instellingen, past ze in kolom 2 De optimale gift volgende melking is 10 l. 34/10 = 3.4 keer per dag gemolken worden. Dit valt binnen het ingestelde maximum van vijf melkingen per dag. (delen aantal liters door optimale melkgift) Voorbeeld 2 Een koe heeft een melkgift van 54 l. en is 60 dagen in lactatie. Op basis van haar lactatiedagen en de instellingen, past ze in kolom 2 De optimale gift volgende melking is 10 l. 54/10 = 5.4 keer per dag gemolken worden. Dit is meer dan het ingestelde maximum van vijf melkingen per dag. Ze mag dus slechts vijf keer per dag worden gemolken. (delen aantal liters door optimale melkgift- begrenzing door maximaal aantal melkingen) Voorbeeld 3 Een koe heeft een melkgift van 18 l. en is 15 dagen in lactatie. Op basis van haar lactatiedagen en de instellingen, past ze in kolom 1 Het ingestelde minimum aantal melkingen is vier melkingen per dag. Ze moet dus minimaal 4 x per dag gemolken worden 18/4 = 4.5 l. per melkingen. (delen aantal liters door het aantal melkingen) Wekelijkse routines 4
4.1.1 Rapport 41: Koe-robot rendement Het rapport Koe-robot rendement geeft een overzicht van de prestaties van de koeien per robot. Een belangrijke parameter is de melkgift in verhouding tot de boxtijd (geschiktheid van de koe voor de robot). Rapport 1. Rapport Koe-robot rendement Evaluatie van het rapport Koe-robot rendement: Gemiddelde melksnelheid: koeien die een lage melkproductie (per minuut dat ze in de robot staan) hebben zijn te vinden in de colom Melkgift/boxtijd. Twee belangrijke factoren die van invloed zijn op de tijd die koeien in de robot besteden zijn: 1. Melken 2. Behandelingstijd: tijd die besteedt wordt aan het binnenlopen van de robot, robot arm naar de uier leiden, reiniging uiers, aansluiten melkbekers, sprayen en het verlaten van de robot (alle acties behalve het melken). Optimaliseren melktijd: Melk koeien met > 8-10 ltr per bezoek Ras, selecteer koeien met een hoge melksnelheid Optimaliseer behandeltijd, bekijk iedere stap die van invloed kan zijn afzonderlijk. Als de aansluittijd te lang duurt: Controleer haar op uiers of staart (niet te lang en/of vuil) Als 1 kwartier leeg is (einde lactatie of vlak voor droogzetten): kwartier niet meer melken. Door te weinig druk in de uier (einde lactatie) kunnen de achterspenen elkaar kruisen: plaats deze dieren in de groep 2x melken (dieren hebben dan meer melk in de uier = hogere druk) Wekelijkse routines 5
4.1.2 Grafiek 52: Productieverloop in de lactatie Deze grafiek geeft een algemeen beeld over de voer- en melkprestaties van de koppel,vaarzen, 2e kalfskoeien of oudere dieren: Grafiek 1. Rapport Koe lactatie Deze grafiek toont melkproductie, aantal melkingen, totale voerhoeveelheid en het gewicht van alle koeien in relatie tot het aantal lactatiedagen. Tip: Standaard worden de gegevens van alle dieren getoond, maar u kunt ook kiezen om de gegevens van één diercategorie te bekijken. Klik op Filters (rechtsboven in het scherm) en selecteer de gewenste diercategorie 4.1.3 Rapport 56: Robotprestatie Het rapport Robotprestatie toont de specifieke prestaties van de aanwezige robots. Rapport 2. Rapport Robotprestaties' Tip: Controleer vooral de gemiddelde melksnelheid, aantal melkingen, aantal mislukkingen, dode melktijden en geleidbaarheid om een goede indicatie van het functioneren van de robot te krijgen. Wekelijkse routines 6
4.1.2 Rapport: Melkdata Dit rapport toont de individuele dagproducties en melkgiften Rapport 4. Overzicht Melkdata per koe 4.1.3 Rapport 14: Activiteit tocht Optioneel op de robot is de activiteitsmeting. De activiteit van een koe wordt gedurende de dag geregistreerd en opgeslagen en uitgelezen bij een robotbezoek. De activiteitsattenties, dus dieren met een afwijking, kunnen of tochtigheid zijn (hogere activiteit) of een ander probleem (verminderde activiteit) hebben. Rapport 5. Mogelijk tochtige dieren De activiteit geeft de daadwerkelijke activiteit van de koe weer. De tochtigheidskans is een berekening van de relatie met een mogelijke tocht. Wekelijkse routines 7
Om meer informatie met betrekking tot activiteit en tocht van een betreffende koe te bekijken, klik in het rapport op het diernummer. Selecteer het tabblad Grafiek Activiteit. Deze grafiek toont de activiteit (blauw) en de tochtkans (rood) en herkauwactiviteit (lichtblauw). Grafiek 2. Activiteitsgrafiek betreffende koe 4.1.4 Rapport 53: Activiteit herkauwen Deze grafiek toont per koe de totale herkauwminuten gedurende de lactatie. De rode lijn is het gemiddelde aantal herkauwminuten van de koppel. Grafiek. Analyse - Herkauwactiviteit Wekelijkse routines 8
4.1.4 Rapport: Gewichtsattenties Toont een lijst met dieren die een attentie voor gewicht hebben. De attentie is gebaseerd op een Totaal gewichtsverlies van 8% en een Dagelijks gewichtsverlies van 0.8%. Rapport 6. Rapport Gewicht attenties Wekelijkse routines 9
4.2 Checklijsten voor monitoring Onderstaande lijsten zijn te gebruiken om de koe- en robotprestaties monitoren. Bij een opstart kunt u in overleg met uw Lely adviseur de normen vaststellen en tijdens een vervolg bezoeken kunnen in de kolommen 1 3 de gerealiseerde waarden ingevoerd worden. Rapporten/Grafieken zijn in T4C te vinden in het menu: Analyse/rapporten- Rapporten KPI s zijn in T4C te vinden in het menu: Home- Dashboard 4.2.1 Robotprestatie/ bezoekgedrag gemiddeld Onderwerp norm 1 2 3 Waar te vinden in T4C Melkingen KPI: Aantal melkingen Rapport 16: Melken- Kudde overzicht Weigeringen > 1 per koe KPI: Weigeringen Mislukt < 5 per robot KPI Mislukkingen Rapport 13: Melken- Mislukte melkingen Melkingen/koe/ KPI: Aantal melkingen > 2,5 dag Grafiek: Melken- Melkingen/koe/dag KPI Melkproductie/koe Dagproductie/ koe Grafiek: Melken- Dagproductie Grafiek: Analyse- Koe lactatie Melkgift/melking 10-12 kg % Vrij > 15% Rapport 56: Melken -Robotprestatie Melksnelheid > 2,4 l/min KPI: Melksnelheid Dode melktijd A3 <20 s A3Next< 15s # Koeien Data invoer: Groepen- Groepen Kg melk/robot 1800-2000 KPI Totale hoeveelheid melk Melktoegang Optimaal 8-11 kg/gift Data invoer: Instellingen- Melken- Max aantal: 4-5 Min aantal: 2,2-2,5 Melktoegang 4.2.2 Verdeling bezoekgedrag Onderwerp norm 1 2 3 Waar te vinden in T4C % dieren < 25 kg Rapport: Melken- Melkdata: Dagproductie oplopend % dieren >35 kg, <2,5 melking/ dag Rapport: Melken- Melkdata: Dagproductie oplopend Grafiek: Melken- Melkingen/koe/dag Wekelijkse routines 10
4.2.3 Koeien te laat voor melken Onderwerp norm 1 2 3 Waar te vinden in T4C? # dieren > 12 uur Rapport 11: Melken- Koeien te laat intervaltijd Dieren met verwachte melkgift > 12 kg Rapport 41: Melken- Koe-robot rendement 4.2.4 Melkseparaties Onderwerp norm 1 2 3 Waar te vinden in T4C? Controle actieve melkseparaties 4.2.5 Uiergezondheid 4.2.6 Krachtvoerverstrekking Data invoer: Dagelijkse invoer- Melkseparatie Rapport 15: Melking- Melkseparatie X-Link: T4C: Melkseparatie Onderwerp norm 1 2 3 Waar te vinden in T4C? Geleidbaarheidsattenties Kleur attenties Rapport 12: Melken- Uiergezondheid Celgetal attenties(mqc-c) <5 per 60 Onderwerp norm 1 2 3 Waar te vinden in T4C? Restvoer totaal en per KPI Kg Restvoer <10% voersoort Rapport 18: Voeren- Restvoer Restvoer per koe <20% Rapport: Voeren- Voeroverzicht Rapport 18: Voeren- Restvoer Portiegrootte geijkt? X-Link: Settings- Voeren- Portiegroottes X-Link: Test- Calibreren- Voerporties 4.2.7 Controle punten robot Onderwerp Vacuüm niveau Borstelontsmetting Sprayen Opmerking Dagelijkse controle vacuümmeter Komt er Astril op de borstels? Mooi helder? Spraybeeld goed? Voldoende middel? Voeren Vallen beide voersoorten daadwerkelijk (X-Link > Test> Klep voer 1,2,3) Voeren Arm+laserhuis Is voergedeelte schoon? Zijn deze goed schoon? Wekelijkse routines 11