KINDEREN IN DE KNEL Versie april 2014



Vergelijkbare documenten
Jongeren op de arbeidsmarkt

Informatie 10 januari 2015

Vrouwen op de arbeidsmarkt

Sociale omgeving. 1. Kindermishandeling

Gebruik van kinderopvang

x Verandering t.o.v. voorgaand jaar Totaal

Fluchskrift Jeugdbescherming: minder als het kan, meer als het moet!

FACTSHEET PLEEGZORG 2012

CBS: Meer mensen aan het werk, vooral jongeren

Welkom bij de presentatie van de EERSTE NEDERLANDSE KINDERRECHTENMONITOR

Gemiddelde looptijd werkloosheidsuitkeringen nog geen jaar

Factsheet meldingen Vertrouwensinspecteurs Inspectie van het Onderwijs over het schooljaar

Meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling

Regionaal beeld van de jeugd 2011

10. Veel ouderen in de bijstand

Personen met een uitkering naar huishoudsituatie

Informatie 17 december 2015

PERSBERICHT. Armoedesignalement 2013: Sterke groei armoede in 2012, maar afzwakking verwacht ONDER EMBARGO TOT DINSDAG 3 DECEMBER 2013, 00:01 UUR

Het werk van de vertrouwensinspecteur (VI)

Samenvatting Kinderrechtenmonitor 2012 voor kinderen en jongeren

Landelijke Jeugdmonitor. Rapportage 3e kwartaal 2009

LOKAAL JEUGDRAPPORT - Houten

TOOLKIT Bekend maakt Bemind

Armoede in 2010 niet verminderd, toename verwacht in 2011 en 2012

Afhankelijk van een uitkering in Nederland

De jeugd in Nederland, enkele cijfers

Nog steeds liever samen

Werkt de aanpak van kindermishandeling en partnergeweld?

Ouders op de arbeidsmarkt

CBS: Meer werkende vrouwen op de arbeidsmarkt

Participatie in arbeid

Jeugdcriminaliteit en jeugdveiligheid in Groningen

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE

Fact sheet. Monitor jeugdwerkloosheid Amsterdam. nummer 5 maart 2013

Minder instroom in, meer uitstroom uit arbeidsmarkt

Artikelen. Een terugblik op het ouderlijk gezin. Arie de Graaf

Allochtonen op de arbeidsmarkt

Arbeidsgehandicapten in Nederland

K I N D E R E N O N D E R Z O E K : J A A R

PERSBERICHT. Armoedesignalement 2014: Armoede in 2013 toegenomen, maar piek lijkt bereikt. Den Haag, 18 december 2014

8. Werken en werkloos zijn

Landelijke Jeugdmonitor. Kinderopvang

Factsheet. Monitor jeugdwerkloosheid Amsterdam Werkloosheid stijgt naar 24% Definities. Nummer 6 juni 2014

FORUM Factsheet Jeugdwerkloosheid,

Jeugdwerkloosheid Amsterdam over 2017

Kortetermijnontwikkeling

2014 Hoofdstuk 7. Dit hoofdstuk gaat over de arbeidsparticipatie van Leidenaren, over uitkeringen en over huishoudinkomens.

Huishoudensprognose : belangrijkste uitkomsten

Wonen zonder partner. Arie de Graaf en Suzanne Loozen

Jongeren over online rechten en verantwoordelijkheden

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Daling bijstand en WW neemt af. Ruim 300 duizend bijstandsuitkeringen

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Werkloosheid stijgt opnieuw sterk

Scholierenonderzoek Kindermishandeling 2016

Gebruik jeugdhulp in Drenthe: 2016 vergeleken met 2015

Fact sheet. Monitor jeugdwerkloosheid Amsterdam 2013

Jeugdwerkloosheid Amsterdam

Factsheet Jongeren buiten beeld 2013

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE

Invoering van de meldcode in de jeugdzorg

Dordtse jeugd in cijfers

16. Statistische analyse Meldpunt

De Wet meldcode Hoe zit het?

Leerplicht in Baarn. Jaarverslag en

Criminaliteit en rechtshandhaving Ontwikkelingen en samenhangen Samenvatting

Totaalbeeld arbeidsmarkt: werkloosheid in februari 6 procent

B en W-nummer ; besluit d.d Onderwerp

Gebruik jeugdhulp in Groningen: 2016 vergeleken met 2015

Geestelijke Gezondheid (19 64 jaar)

Met een startkwalificatie betere kansen op de arbeidsmarkt

Monitor Jeugdwerkloosheid Amsterdam over 2014

Jeugdbescherming en jeugdreclassering 1e halfjaar 2015

Bijlage 1 Definities en cijfers schoolverzuim

Arbeidsdeelname van paren

Dit hoofdstuk gaat over de arbeidsparticipatie van Leidenaren, over uitkeringen en over huishoudinkomens.

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

NPM-2017 NATIONALE PREVALENTIESTUDIE MISHANDELING VAN KINDEREN EN JEUGDIGEN. Samenvatting

concept indicatorenset Monitor Passend Onderwijs en Jeugdhulp

Monitor Jeugdwerkloosheid Amsterdam over 2016

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Verdere daling langdurige minima. Aandeel langdurige minima gedaald

De verdeling van arbeid en zorg tussen vaders en moeders

Herintreders op de arbeidsmarkt

Veiligheid en schoolklimaat

CBS: Lichte toename werkenden, minder werklozen

Bijlage 1 Definities en cijfers schoolverzuim op grond van de Leerplichtwet 1969

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1a 2513 AA Den Haag ASEA/LIV/2004/37584

Uitstroom van ouderen uit de werkzame beroepsbevolking

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Landelijke Jeugdmonitor. Rapportage 2e kwartaal 2007

Jaarverslag Regionaal Bureau Leerplicht/RMC Oosterschelderegio

FACTSHEET MELDINGEN VERTROUWENSINSPECTEURS OVER DE SECTOREN PO, VO, SO, MBO en HO OVER SCHOOLJAAR

Werkloosheid 50-plussers

çjeugdbescherming jeugdreclassering 2017

Sociale index Gebiedsteam Bolsward, Platteland Bolsward en Witmarsum-Arum 1 oktober 2014

A. Gemeente Bloemendaal

Een Aanpak Seksueel Geweld voor elke regio!

Persbericht. Arbeidsmarkt ook in 2001 gunstig. Centraal Bureau voor de Statistiek

Uit huis gaan van jongeren

Sociaal Rapport en de Jeugdmonitor Provincie Groningen

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Daling werkloosheid houdt aan. Sinds het derde kwartaal 60 duizend werklozen minder

FACTSHEET SCHORSINGEN EN VERWIJDERINGEN 2016/2017 SPECIAAL ONDERWIJS

Transcriptie:

KINDEREN IN DE KNEL Versie april 2014 Het totaal aantal jongeren in Nederland van 0 tot 25 jaar is 4.927.460 (2.514.495 jongens en 2.412.975 meisjes). Aantal jongeren per leeftijdscategorie: 0-4 jaar 726.203 4-12 jaar 1.540.656 12-25 jaar 2.660.601 (Bron: CBS, 02-12-2013) ONDERWIJS In 2012 maakten in totaal bijna 833 duizend kinderen in de leeftijd van 0-12 jaar gebruik van formele kinderopvang. Gemiddeld werd in 2012 per kind 710 uren aan kinderopvang ingekocht. De meeste kinderen, ruim 395 duizend, gingen voor dagopvang naar een kinderdagverblijf, 82 duizend kinderen gingen naar een gastouder. (Bron: Jaarrapport 2013 Landelijke Jeugdmonitor) In het schooljaar 2012/2013 gingen bijna 1,5 miljoen kinderen naar het reguliere basisonderwijs. Van deze kinderen behoorden er 175 duizend tot een achterstandscategorie. Van bijna 97 duizend leerlingen hadden beide ouders een laag opleidingsniveau (0.30 gewicht) en van ruim 78 duizend leerlingen hadden beide ouders een zeer laag opleidingsniveau. (Bron: Jaarrapport 2013 Landelijke Jeugdmonitor) In het schooljaar 2011-2012 is de omvang van het absoluut verzuim 6.430. Van absoluut verzuim is sprake als een jongere niet is ingeschreven bij een onderwijsinstelling terwijl hij/zij niet is vrijgesteld van deze verplichting (leerplichtigen en kwalificatieplichtigen). (Bron: brief d.d. 21 maart 2013 van de Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal) Het relatief verzuim bedraagt in het schooljaar 2011-2012 84.750 waarvan 7.180 luxe verzuim (op vakantie buiten de vastgestelde schoolvakanties zonder toestemming van de directie). Relatief verzuim is verzuim waarbij de leerling en/of zijn ouders niet aan de verplichting hebben voldaan om te zorgen voor geregeld schoolbezoek terwijl geen vrijstelling van deze verplichting bestaat). (Bron: brief d.d. 21 maart 2013 van de Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal) Het aantal thuiszitters (leerlingen die wel zijn ingeschreven, maar meer dan vier weken geen onderwijs volgen) bedroeg aan het eind van het schooljaar 2011-2012 1.700. (Bron: brief d.d. 21 maart 2013 van de Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal) 1

In het schooljaar 2012-2013 zijn bij vertrouwensinspecteurs van de Inspectie van het Onderwijs bijna 2.300 meldingen gedaan van seksueel misbruik, psychisch en fysiek geweld, discriminatie en radicalisering. Dit is een toename van bijna 20 procent ten opzichte van 2011-2012. Iets meer dan de helft gaat over psychisch geweld zoals pesten, dreigen, negeren, cyberpesten, afpersen, stalken of combinaties daarvan. (Bron: Onderwijsverslag 2012/2013, Inspectie van het Onderwijs) 17 procent van de basisschoolleerlingen zegt in het schooljaar 2012-2013 te zijn gepest. In het voortgezet onderwijs is dat 15 procent. (Bron: Onderwijsverslag 2012/2013, Inspectie van het Onderwijs) ARMOEDE In 2012 leefde rond 12 procent van de kinderen tot 12 jaar in een huishouden met een inkomen onder het niet-veel-maar-toereikendcriterium (dit normbedrag is gebaseerd op de minimaal vereiste uitgaven voor voedsel, kleding, wonen en sociale participatie). Dit zijn ruim 290.000 kinderen. Van de groep jongeren in de leeftijdscategorie 12-17 jaar zijn er ruim 90.000 arm. In totaal verkeerden 384.000 minderjarigen in 2012 onder de armoedegrens. (Bron: Armoedesignalement 2013, SCP, CBS) Ruim 170.000 huishoudens hadden in 2012 tenminste vier jaar achtereen een laag inkomen (17.000 meer dan het jaar ervoor). (Bron: Armoedesignalement 2013, SCP, CBS) GEZIN In 2012 waren er in Nederland 2.3 miljoen gezinnen met thuiswonende kinderen. (Bron: CBS, Jeugdmonitor 2012) Op 1 januari 2013 waren er in Nederland 2.688 moeders van 19 jaar en jonger. In 2005 ging het nog om ruim 4000 meisjes jonger dan 20 jaar. (Bron: CBS 2013) In 2011 maakten ruim 33 duizend 0-18 jarigen de echtscheiding van hun ouders mee. (Bron: Jaarrapport 2013 Landelijke Jeugdmonitor) In 2012 vingen ruim 16.330 pleeggezinnen in totaal 20.949 pleegkinderen op, zowel kortdurig als langdurig. Op 1 januari 2012 verbleven 17.207 kinderen in Nederland bij pleegouders In 2012 is 40 procent van de pleegkinderen geplaatst bij bekenden, bijvoorbeeld grootouders, tantes en ooms maar ook onderwijzers en buren. 64 procent van de pleegkinderen is in 2012 bij pleegouders geplaatst met een justitiële kinderbeschermingsmaatregel: een Onder Toezicht Stelling (OTS) of een voogdijmaatregel. (Bron: Factsheet pleegzorg 2012, stichting Pleegzorg Nederland) 2

Op 31 december 2012 wachtten 217 kinderen langer dan negen weken op een (definitieve) plaatsing bij pleegouders. Op 1 januari 2012 stonden 278 kinderen op de wachtlijst voor pleegzorg. (Bron: Factsheet pleegzorg 2012, stichting Pleegzorg Nederland) Eind september 2012 waren bijna 40 duizend minderjarigen (deels) aan het ouderlijk gezag onttrokken door een OTS (31 duizend) of een plaatsing onder voogdij (8 duizend). Dat zijn er ruim anderhalf keer zo veel als tien jaar geleden. De lichtere maatregel OTS word de laatste decennia veel vaker toegepast dan voogdij. (Bron: CBS, 2013) Van alle minderjarige kinderen woont één op de zeven in een eenoudergezin (889 duizend kinderen). In verreweg de meeste gevallen is de alleenstaande ouder de moeder. (Bron: jaarrapport 2013, Landelijke Jeugdmonitor) In 2012 waren 41 kinderen jonger dan twaalf jaar geplaatst in gesloten jeugdzorg. Het jongste kind was zes jaar oud en de gemiddelde leeftijd van deze kinderen was tien jaar. Het gaat om 35 jongens en 6 meisjes. (Bron: Kinderrechtenmonitor 2013) GEZONDHEID In 2013 is 95,5 procent van de zuigelingen in Nederland ingeënt tegen DKTP. Het gaat hierbij om zuigelingen die geboren zijn in 2010. (Bron: Jaarrapport 2013 Landelijke Jeugdmonitor). In de periode 2008/2012 antwoordde 23 procent van de jongeren van 12 tot 25 jaar ja op de vraag in de Jeugdmonitor of ze wel eens roken. Ruim 33 procent van de jongeren van 18 tot 25 jaar gaf in deze periode aan wel eens te roken, in de leeftijdsgroep van 12 tot 18 jaar was dit bijna 11 procent. Mannen tussen de 12 en 25 jaar rookten in 2008/2012 vaker dan vrouwen in deze leeftijd; bijna een kwart tegenover 21 procent. Het aandeel rokende jongeren is afgenomen van ruim 29 procent in 2001 tot ruim 22 procent in 2012. (Bron: Jaarrapport 2013 Landelijke Jeugdmonitor VWS, CBS) In de periode 2008/2012 had ruim 15 procent van de jongeren van 4 tot 25 jaar overgewicht. Ruim 3 procent van de 4- tot 25 jarigen had zelfs ernstig overgewicht (obesitas). Vooral onder jongeren van 18 tot 25 jaar lag het aandeel met overgewicht hoog; bijna 20 procent. (Bron: Jaarrapport 2013 Landelijke Jeugdmonitor VWS, CBS) Ongeveer 5 procent van alle jeugdigen in Nederland heeft een psychische stoornis die leidt tot ernstige beperkingen in hun functioneren en/of risico s van een verstoorde ontwikkeling. Het gaat jaarlijks om 170.000 kinderen van de 3,5 miljoen kinderen tot en met 17 jaar in Nederland. (Bron: Factsheet specialistische jeugd-ggz, juni 2013) 3

HUISELIJK GEWELD EN KINDERMISHANDELING Naar schatting worden jaarlijks ruim 118.000 kinderen in Nederland blootgesteld aan verwaarlozing of mishandeling en overlijden per jaar ongeveer 50 kinderen aan de gevolgen van kindermishandeling. (Bron: Tweede Nationale Prevalentiestudie Mishandeling van kinderen en jeugdigen, 2011) In 2012 werd er ruim 65 duizend keer contact opgenomen met een Advies- en Meldpunten Kindermishandeling (AMK) vanwege een vermoeden van kindermishandeling (eerste contact per gezin wordt geregistreerd). AMK-medewerkers gaven 45.887 keer advies en ondersteuning. Ze constateerden in 19.453 gevallen dat een onderzoek door het AMK nodig was. (Bron: Overzicht 2012 Jeugdzorg Nederland, AMK) Bij 50 procent van de kinderen die gemeld zijn voor onderzoek wordt vermoed dat het gaat om pedagogische verwaarlozing. Voor 40 procent van de kinderen werd bij aanvang van het onderzoek gemeld dat zij getuige zijn geweest van geweld in het gezin. (Bron: Overzicht 2012 Jeugdzorg Nederland, AMK) OMGEVING Ruim 60 procent van de respondenten uit de veiligheidsmonitor 2012 is het er mee eens dat er goede speelplekken voor kinderen in de buurt zijn. Nog geen kwart vindt dat er goede voorzieningen voor jongeren in de buurt zijn. (Bron: CBS, veiligheidsmonitor 2013) Er is sprake van een stijging van het aantal kinderen dat in een achterstandswijk woont. Woonden er in 2009 509.909 kinderen in een achterstandswijk, in 2012 is dat 612.493. Dat betekent een stijging van 20 procent. (Bron: Kinderen in Tel 2014) Volgens de respondenten uit de veiligheidsmonitor 2013 is het grootste overlastprobleem in de sociale sfeer de rondhangende jongeren. Vier op de tien Nederlanders zeggen in 2013 dat dit weleens voorkomt in de buurt; 6 procent geeft aan hier zelf veel overlast van te ervaren. In 2012 was het probleem van rondhangende jongeren met 42 procent iets groter. (Bron: Veiligheidsmonitor 2013) WERK In 2013 werkte 74 procent van de niet-onderwijsvolgende 15- tot 27-jarigen twaalf uur of meer per week. In 2012 lag dit percentage nog op 79 procent. Deze werkende jongeren hadden vaker dan in 2012 een flexibele arbeidsrelatie. (Bron: Jeugdmonitor Statline) De verslechterde arbeidsmarkt zorgde voor een toename van de werkloosheid onder nietonderwijsvolgende jongeren. In 2013 waren 88 duizend jongeren werkloos, wat neerkomt op een werkloosheidspercentage van 12 procent. In 2012 was 9 procent werkloos. Bij jonge mannen was de toename in de werkloosheid iets groter dan bij jonge vrouwen (4 versus 3 procentpunten). (Bron: Jeugdmonitor Statline) 4

Van de werkende niet-onderwijsvolgende jongeren had 42 procent een flexibele arbeidsrelatie. Dit is beduidend hoger dan onder de totale werkzame beroepsbevolking (15 tot 65 jaar), waarvan 17 procent een flexibele arbeidsrelatie had. Het aandeel jonge flexwerkers was in 2013 groter dan in 2012. Deze toename komt vooral door de jonge vrouwen. In 2013 had van de werkende jonge vrouwen 45 procent een flexibele arbeidsrelatie, in 2012 was dit 41 procent. Bij werkende jonge mannen ging het om 38 procent in 2013 en 37 procent in 2012. (Bron: Jeugdmonitor Statline) Flexibilisering van de arbeid onder jongeren is een fenomeen dat zich al jaren voltrekt. In 2003 had nog maar een kwart van de werkende jongeren een flexibele arbeidsrelatie. (Bron: Jeugdmonitor Statline). Op 4 april 2013 werd bekend dat de jeugdwerkloosheid in Nederland voor jongeren tussen de 15 en 25 jaar inmiddels is opgelopen naar 15,5 procent. Dat is het dubbele van de werkloosheid in het algemeen (7,7 procent). (Bron: Tegenlicht, VPRO) Aan het eind van 2011 hebben 136 duizend jongeren van 15 tot 27 jaar een uitkering in het kader van WW, bijstand of arbeidsongeschiktheid. Dat zijn er 37 duizend meer dan eind december 2008. (Bron: Jeugdmonitor 2012, CBS) Eind 2011 hebben 79 duizend jongeren een arbeidsongeschiktheidsuitkering, waarvan bijna 77 duizend een Wajong-uitkering. 56 procent hiervan betreft mannen. (Bron: Jeugdmonitor 2012, CBS) POLITIE EN JUSTITIE De politie is in 2012 gestart met de meldknop.nl (of vraaghetdepolitie.nl). Uit onderzoek van Digibewust blijkt dat twee derde van de Nederlandse jongeren tussen de 12 en 16 jaar afgelopen jaar iets vervelends meemaakte op internet. In 2012 stond online pesten nog op nummer één van de vervelende internetervaringen. Nu zegt bijna de helft van de jongeren online benaderd te zijn door een onbekende en dat niet prettig te vinden. Andere vervelende ervaringen voor jongeren zijn het hacken van een account (21 procent), het pesten via sociale media (19 procent) en het online worden opgelicht (14 procent), Scheerma en Vermulst, 2013). (Bron: Kinderrechtenmonitor 2013, de Kinderombudsman). De instroom van strafrechtelijke jeugdigen in Justitiële Jeugdinrichtingen is de afgelopen vijf jaar afgenomen van bijna 2.450 in 2008 tot rond de 1.850 in 2012 (daling van ruim 23 procent). (Bron: JJI in getal 2008-2012, mei 2013, Dienst Justitiële Inrichtingen, Ministerie van Veiligheid en Justitie) 5

In 2012 zijn 41.545 minderjarigen als verdachte gehoord door de politie. Het aantal inverzekeringgestelde minderjarige verdachten in 2012 is 7.527. (Bron: Kinderrechtenmonitor 2013) In 2012 werd 17.606 keer verwezen naar Halt. (vergelijk in 2007 23.341). In bijna 93 procent van de gevallen zijn de ouders aanwezig bij (een van de) gesprekken. (Bron: Jaarbericht Halt Nederland 2012) In 2012 was 35,3 procent (98) van de 278 bij het coördinatiecentrum Mensenhandel (CoMensha) aangemelde (mogelijke) slachtoffers van loverboy technieken minderjarig. (Bron: Kinderrechtenmonitor 2013, kinderombudsman) Bij de Inspectie van het Onderwijs is bekend dat gemiddeld een kwart van de scholen voor voortgezet onderwijs aangeeft last te hebben van loverboys, 25 procent van de vmbo-scholen, 11 procent van de havo/vwo-scholen en 22 procent van de scholen voor voortgezet speciaal onderwijs. (Bron: Kinderrechtenmonitor 2013, Kinderombudsman) In 2013 zijn 23.278 meldingen van kinderpornografie behandeld door het Meldpunt Kinderporno. Dit zijn er 3.500 meer dan in 2012. Het grootste gedeelte van de slachtoffers betrof meisjes (77 procent). De meest voorkomende leeftijdscategorie was prepuberaal (64 procent). Daarnaast was 16 procent puberaal, 8 procent peuter en van 12 procent kon de leeftijdscategorie niet goed worden ingeschat. (Bron: Meldpunt Kinderporno op Internet, jaarverslag 2013) Volgens de Veiligheidsmonitor (2013) vormen rondhangende jongeren het grootste overlastprobleem in de sociale sfeer. Ruim vier op de tien (42 procent) van de mensen zeggen dat dit weleens voorkomt in de buurt; 6 procent geeft aan hier zelf veel overlast van te ervaren. (Bron: CBS) 6