bekendmaking van beleid en het geven van informatie septembercirculaire 2011 (2011-2000409303); meicirculaire 2011 (2011-2000038740)



Vergelijkbare documenten
GEMEENTE DE.V HELDER. junicirculaire gemeentefonds 2012* bekendmaking van beleid en het geven van informatie

cireu aire Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties de gemeentebesturen, ter attentie van de raden en de colleges van B&W

Doorkiesnummer : (0495) Agendapunt: 8 ONDERWERP AANLEIDING EN DOELSTELLING PROBLEEMSTELLING OPLOSSINGSRICHTINGEN

gemeentefonds bekendmaking van beleid en het geven van informatie

2 9 SEP 2011 Vertrouwelijk. septembercirculaire gemeentefonds 2011 bekendmaking van beleid en het geven van informatie

meicirculaire gemeentefonds 2011 bekendmaking van beleid en het geven van informatie

Doorkiesnummer : (0495) Agendapunt: 8 ONDERWERP

bekendmaking van beleid en het geven van informatie

Vervolgens zijn de resultaten vergeleken met de ramingen voor de jaren , welke zijn gebaseerd op de meicirculaire 2015.

* In de bedragen van de juni- en septembercirculaire 2010 is de stelpost voor korting van het gemeentefonds niet verwerkt.

Vervolgens zijn de resultaten vergeleken met de ramingen voor de jaren , welke zijn gebaseerd op de meicirculaire 2014.

OXT.?W III III MUI MUI INI II Advies B&W. Beslissing. Bespreken. Burgemeester Gelok. Registratienummer

i^v RAADSINFORMATIEBRIEF

In de bijgevoegde analyse wordt weergegeven waardoor de verschillen ten opzichte van de meicirculaire zijn ontstaan.

De netto verschillen tussen de meicirculaire 2016 en de decembercirculaire 2015 zijn als volgt:

Algemene uitkering

Inleiding Op 31 mei 2016 is de meicirculaire verschenen, in dit advies worden de gevolgen voor de gemeente Krimpen toegelicht.

Gemeentefonds. Septembercirculaire 2013

Tweede Kamer der Staten-Generaal

bekendmaking van beleid en het geven van informatie

gemeentefonds bekendmaking van beleid en het geven van informatie

Algemene uitkering Beginstand algemene uitkering

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Aan het college van Burgemeester en wethouders van Haarlemmerliede en Spaarnwoude. Onderwerp: Standaardrapport naar aanleid9ing van decembercirculaire

Adviesnota aan B en W. Onderwerp Meicirculaire 2013 gemeentefonds. Datum 9 juli 2013 Naam steller Ruud Bosmans. Afdelingsmanager Ilse Rutten

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Raadsinformatiebrief llllllllllllllll llll! llllllllllllllllllll illllillllillllllii

bekendmaking van beleid en het geven van informatie

CIRCULAIRE GEMEENTEFONDS van 16 maart 2004

Bestuursdienst / advies aan Burgemeester en Wethouders

UITWERKING MEICIRCULAIRE bijlage -

UITWERKING MEICIRCULAIRE bijlage 2 -

Memo Reg.nr.: O-FIN/2014/519 / RIS

Raadsmemo. Datum: 24 juni Gemeenteraad van Hof van Twente. Kopie aan: B.M.J. Eshuis. Jeroen te Molder, Financiële zaken

Samenvatting Voorjaarsnota - decembercirculaire

Provinciefonds. Maartcirculaire 2018

1. Kennis te nemen van de maart- en meicirculaire en de (financiële) gevolgen daarvan

UITWERKING MEICIRCULAIRE bijlage -

Collegebesluit. Onderwerp: Septembercirculaire 2013 Gemeentefonds Reg. Nummer: CS/CC 2013/ 1. Inleiding

Memo Reg.nr.: O-FIN/2013/16 / RIS

datum voor Afdeling/cluster 23 juni 2015 Leden van de Raad Bedrijfsvoering

Gemeente Bladel MEDEDELING. Aan de raad. Economisch hart van de Kempen IllililllilllllUllllililliUlll. : R : Septembercirculaire 2017

Afweging Het voorstel is om kennis te nemen van de uitkomsten van de meicirculaire en de raadsleden te informeren met het bijgevoegde memo.

C. Taakmutaties voor domeinen D. Doeluitkeringen voor domeinen E. Decentralisaties sociaal

: Aanvullend voorstel voor voorjaarsnota 2006 en kadernota 2007

Bijlage 1 bij de raadsmededeling meicirculaire 2017 gemeentefonds

Brief aan de leden T.a.v. het college en de raad. 14 november 2017 U Lbr. 17/068 (070)

Ten opzichte van de kadernota ontwikkelt de algemene uitkering zich als volgt in de meicirculaire: [zie volgende pagina]

Gemeentefonds. Meicirculaire 2013

Vaststelling brief aan de raad over actuele financiele ontwikkelingen

De leden van de gemeenteraad van Haarlemmermeer Postbus AG Hoofddorp

Raadsinformatiebrief 73

Collegebesluit. Onderwerp: Decembercirculaire 2014 Reg. Nummer: 2015/ Inleiding

Kader Dit besluit vloeit over het algemeen voort uit de Financiële Verhoudingswet en heeft specifiek betrekking op het Gemeentefonds.

Bestuursdienst / advies aan Burgemeester en Wethouders

Onderwerp : Verwerking septembercirculaire 2014 in de begroting, als 1 e begrotingswijziging op de programmabegroting 2015

Financiën Ingekomen stuk D5 (PA 13 november 2013) Concern Financiën. Ons kenmerk FA20/ Datum uw brief

Een eerste inzicht in het budget voor de Wmo Inleiding

Postbus AA Bezoekadres Stadsplein LZ IBAN: NL49 BNGH BIC: BNGHNL2G

Raadsmemo. Datum: 22 oktober Gemeenteraad van Hof van Twente. Kopie aan: B.M.J. Eshuis. Jeroen te Molder, Financiële zaken

VNG Ledenbrief Financiële gevolgen regeerakkoord voor gemeenten

Collegevoorstel. Zaaknummer Decembercirculaire 2016 gemeentefonds

Raadsinformatiebrief1

- = voordeel (bedragen x 1.000)

Brief aan de leden T.a.v. het college en de raad. 8 juni 2018 U Lbr. 18/030. Hoofdpunten meicirculaire 2018.

1^9 '^^^E HI^I ^p ^- Septembercirculaire ' * ^^^^^^^^^^r ^BL^^HI. Gemeentefonds. r'i B.JK ^ai IV

Voorts geven wij ook inzicht in de voorlopige financiële consequenties van de ontwerp-najaarsnota 2015.

Economisch hart van de Kempen

CIRCULAIRE GEMEENTEFONDS Van 20 mei 2008

Besluit tot vaststelling van de bedragen per eenheid voor de uitkering uit het gemeentefonds over het uitkeringsjaar 2013

Doorkiesnr.:

CIRCULAIRE PROVINCIEFONDS van 6 december 2010

23 juni 2015 Financiële gevolgen meicirculaire 2015 gemeentefonds M.A. Bouter

Raadsinformatiebrief. Onderwerp Septembercirculaire 2014 algemene uitkering

Onderwerp : Gevolgen meicirculaire 2013 voor de Voorjaarsnota 2013 en de Kadernota

RAADSINFORMATIEBRIEF. De gemeenteraad. 1 juli 2014 Raadsinformatiebrief gevolgen meicirculaire 2014 gemeentefonds Financiën 57922

Gemeente Langedijk. 2e Kwartaalrapportage Verzonden aan de raad 23 juli e Kwartaalrapportage Gemeente Langedijk - 1 -

Raad van de gemeente Renkum

Doorkiesnummer : (0495) Agendapunt: 7 ONDERWERP

CIRCULAIRE PROVINCIEFONDS van 3 maart 2011

Septembercirculaire 2015

Meicirculaire 2018 gemeentefonds

MEMORIE VAN TOELICHTING. 1 e Bestuursrapportage 2014 & Kadernota 2015

Ontwikkelingen gemeentefonds. Gijs Oskam/VNG Gemeentefinanciën Famo Utrecht, 25 september 2015

Raadsinformatiebrief 81

Vertrouwelijk (bij gebruik van persoonsgegevens) Raadscommissie. F&V LTA ja: Maand Jaar LTA nee: Niet op LTA

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Technische vragen RIB meicirculaire Utrechtse Heuvelrug

Uw brief van: Ons kenmerk: Bijlage(n): 1 Doorkiesnummer: adres: Datum: 19 juni 2017

Gemeentefonds. Septembercirculaire 2013

Onderwerp Zaaknummer Uw kenmerk Datum Septembercirculaire 2013

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en de Staatssecretaris van Financiën,

bekendmaking van beleid en het geven van informatie

2 a. Toelichting van de VNG bij de financiële aspecten van het Bestuursakkoord.

gemeente Eindhoven 0,6 1,5 3,6 4,0 2,8 5,9 7,9 8,2

Artikel 1. Artikel 2. Dit besluit treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Groot onderhoud gemeentefonds. 25 & 27 maart en 1 april 2014

Afdeling Dĩrectiestaf

RAADSINFORMÄTIEBRIEF 18R.00419

Transcriptie:

de gemeentebesturen, ter attentie van de raden en de colleges van B&W Bestuur, Democratie en Financiën Financieel en Informatiestelsel Schedeldoekshaven 200 2511 EZ Den Haag Postbus 20011 2500 EA Den Haag www.rijksoverheid.nl Contactpersoon Algemeen: Y. Drese T (070) 426 6277 eventuele vragen per e-mail postbus.gf@minbzk.nl Onderwerp junicirculaire gemeentefonds 2012 Doelstelling bekendmaking van beleid en het geven van informatie Datum 13 juni 2012 Kenmerk 2012-0000347887 Relaties met andere circulaires decembercirculaire 2011 (2011-2000558960); septembercirculaire 2011 (2011-2000409303); meicirculaire 2011 (2011-2000038740) Geldig tot 1 juli 2013

JUNICIRCULAIRE GEMEENTEFONDS 2012

Voorwoord Voor u ligt de junicirculaire gemeentefonds 2012. In deze circulaire wordt u over de gemeentefondsuitkeringen over de jaren 2011 en verder geïnformeerd. Een junicirculaire, en niet een meicirculaire zoals u van ons gewend bent. Dat heeft alles te maken met recent afgeronde besluitvorming over het Begrotingsakkoord 2013 en het Overhedenoverleg dat daarover op 4 juni 2012 heeft plaatsgevonden. De uitkomsten hiervan zijn in de voorliggende circulaire verwerkt. Het akkoord en het overleg stonden vanzelfsprekend in het teken van de moeilijke budgettaire situatie van de overheid. In het Begrotingsakkoord zijn keuzen gemaakt om de financiële positie van Nederland te verbeteren door middel van een pakket aan maatregelen van afgerond 12 miljard euro in 2013. Iedereen wordt dan ook geraakt door het Begrotingsakkoord. De financiële uitdagingen waar ons land voor staat vragen ook bijdragen van provincies en gemeenten. Wij realiseren ons dat hierdoor dit jaar en komende jaren geen gemakkelijke jaren zullen zijn voor medeoverheden en dat soms lastige maar noodzakelijke keuzen gemaakt moeten worden. Wij hebben echter de overtuiging dat met een gezamenlijke inspanning van Rijk, provincies en gemeenten gezonde overheidsfinanciën worden gerealiseerd. Tegen deze achtergrond zijn in deze circulaire de budgettaire gevolgen van de voorjaarsbesluitvorming voor het gemeentefonds verwerkt, alsmede de mutaties als gevolg van eerdere besluitvorming. In het navolgende zijn de meest in het oog springende punten uitgelicht. De doorwerking van de voorjaarsbesluitvorming en de maatregelen uit het Begrotingsakkoord leiden via de trap-op-trap-af-systematiek tot afnemende accressen voor 2012 en verder. Bij de herberekening van de accressen in september 2012 vindt mogelijk een correctie plaats in verband met de btw-verhoging van 2% punt in oktober 2012, indien deze noodzakelijk is om dubbele compensatie te voorkomen. De btw-verhoging heeft mogelijk een opwaarts effect op de accressen, terwijl tegelijkertijd gemeenten en provincies reeds worden gecompenseerd voor de btw-verhoging via het BTWcompensatiefonds. Doet het opwaartse effect zich inderdaad voor dan zal het worden gecorrigeerd. Het kabinet heeft in het gemeentefonds middelen ter beschikking gesteld voor de kosten die samenhangen met de decentralisatie van de functie begeleiding uit de AWBZ. In het Begrotingsakkoord is afgesproken dat de geplande overheveling per 2013 niet doorgaat. De komende kabinetsformatie zal helderheid geven over de voornemens ten aanzien van decentralisatie van taken. In afwachting daarvan zullen deze transitiemiddelen binnen het gemeentefonds beschikbaar blijven voor de met decentralisatie samenhangende kosten voor gemeenten. Na de formatie zal duidelijkheid ontstaan of de decentralisatie doorgang JUNICIRCULAIRE GEMEENTEFONDS 2012

JUNICIRCULAIRE GEMEENTEFONDS 2012

vindt. Wanneer een nieuw kabinet afziet van de decentralisatie van begeleiding zullen de middelen voor 2013 worden teruggeboekt. De integratie-uitkering Wet maatschappelijke ondersteuning wordt met ingang van 2013 verlaagd met 34 miljoen. Dit is het gevolg van de verhoging van de vermogensinkomensbijtelling bij de vaststelling van de eigen bijdragen, waardoor gemeenten een hogere eigen bijdrage van cliënten kunnen vragen. Op deze wijze blijft voor gemeenten een even groot budget beschikbaar voor de uitvoering van de Wmo. Gemeenten zijn zelf verantwoordelijk voor het innen van de eigen bijdragen. In het Begrotingsakkoord is afgesproken dat gemeenten, provincies, waterschappen en gemeenschappelijke regelingen per 2013 gaan schatkistbankieren zonder leenfaciliteit. Met de medeoverheden en andere betrokkenen wordt overlegd over de nadere invulling van het schatkistbankieren. In de Staatscourant is gepubliceerd dat contracten en beleggingen die zijn aangegaan op of na 18.00 uur op 4 juni 2012 zullen vallen onder de nog op te stellen nieuwe regels, waarvoor op zo kort mogelijke termijn een wettelijke grondslag zal worden gecreëerd. De circulaire informeert u daarnaast over de stand van zaken met betrekking tot het wetsvoorstel Houdbare overheidsfinanciën. De circulaire informeert u ten slotte over de herijking gemeentefonds. Vooralsnog gaan wij uit van invoering met ingang van 2014. Mede namens de staatssecretaris van Financiën, De minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, Mevrouw mr.drs. J.W.E. Spies JUNICIRCULAIRE GEMEENTEFONDS 2012

JUNICIRCULAIRE GEMEENTEFONDS 2012

Inhoudsopgave 1. Accres... 1 2. Uitkeringsjaar 2011... 3 2.1. Opbouw uitkeringen... 3 2.2. Compensatie gratis verstrekken Nederlandse Identiteitskaart (NIK)... 4 2.3. Ontwikkeling uitkeringsbasis... 4 2.4. Algemene uitkering, uitkeringsfactor en bedragen per eenheid... 4 2.5. Actualisatie maatstaven verdeelmodel Wmo... 4 2.6. Voorschotbetalingen... 4 3. Uitkeringsjaar 2012... 5 3.1. Opbouw uitkeringen... 5 3.2. Waarderingskamer... 6 3.3. Aanpak fraude... 6 3.4. Bommenregeling... 6 3.5. Ontwikkeling uitkeringsbasis... 7 3.6. Algemene uitkering, uitkeringsfactor en bedragen per eenheid... 7 3.7. Actualisatie maatstaven verdeelmodel Wmo... 7 3.8. Verzameltabel... 8 3.9. Voorschotbetalingen... 8 4. Uitkeringsjaar 2013... 9 4.1. Opbouw uitkeringen... 9 4.2. Suppletie-uitkering afschaffing OZB woningen gebruikers... 11 4.3. A+O fonds... 11 4.4. Aanpassing norm kwijtschelding en bijzondere bijstand... 11 4.5. Uitvoeringskosten inburgering... 11 4.6. Aanpassing financieringsarrangement mgba/orra... 12 4.7. Decentralisatie begeleiding en transitiekosten 2013... 12 4.8. Ontwikkeling uitkeringsbasis... 12 4.9. Algemene uitkering, uitkeringsfactor en bedragen per eenheid... 13 4.10. Maatstaf OZB: WOZ-waardering en aanpassing rekentarieven... 13 4.11. Invoering Basisregistraties Adressen en Gebouwen... 14 4.12. Integratie-uitkering Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo)... 15 4.13. Verzameltabel... 16 4.14. Voorschotbetalingen... 17 5. Meerjarenperspectief... 19 5.1. Opbouw uitkeringen 2014-2017... 19 5.2. Meerjarige ontwikkeling uitkeringsfactor... 19 5.3. Verzameltabel... 20 6. Integratie- en decentralisatie-uitkeringen... 23 6.1. Opbouw integratie- en decentralisatie-uitkeringen... 23 JUNICIRCULAIRE GEMEENTEFONDS 2012

6.2. LHBT-emancipatiebeleid... 26 6.3. Eigen Kracht... 26 6.4. Uitvoering multimodale benuttingsmaatregelen... 26 6.5. Nationaal Programma Kwaliteitssprong Zuid... 26 6.6. Voortijdig schoolverlaten RMC-regio s G4... 27 6.7. RegioSpecifiek Pakket (RSP) Zuiderzeelijn... 27 6.8. Antillianengemeenten... 27 6.9. Jeugd... 27 6.10. Quick Wins Binnenvaart... 28 6.11. Veiligheidshuizen... 28 6.12. Invoeringskosten decentralisatie jeugdzorg... 29 6.13. Green Deal... 29 6.14. Rijksbijdrage IODS-kwaliteitsprojecten... 29 6.15. Brede impuls combinatiefuncties... 29 6.16. Vrouwenopvang... 30 6.17. Landelijk Platform Woonoverlast... 31 6.18. Zichtbare Schakel: Wijkverpleegkundigen voor een gezonde wijk... 32 6.19. Nationale gebiedsontwikkeling (Nota Ruimte en BIRK)... 32 6.20. Bodemsanering... 32 6.21. Maatschappelijke opvang... 33 6.22. Centra voor Jeugd en Gezin... 33 7. Financieel beleid... 35 7.1. Redelijk peil 2013... 35 7.2. Aanpassing handleiding artikel 12... 37 7.3. Begrotingsanalyse... 37 7.4. Begrotingsscans... 37 7.5. Herindelingsscans... 38 8. Overige mededelingen... 39 8.1. Loon- en prijsontwikkeling... 39 8.2. Macronorm OZB... 39 8.3. Verdeelonderzoeken gemeentefondsclusters... 40 8.4. Schatkistbankieren... 40 8.5. Vaststelling decentralisatie- en integratie-uitkeringen... 40 8.6. Wetsvoorstel vrijstelling precariobelasting op netwerken nutsbedrijven... 41 8.7. Wet Houdbare overheidsfinanciën... 41 Bijlagen...43 Bijlage 1 Verdeeltabellen 2011, 2012 en 2013... 44 Bijlage 2 Overzicht van verdeelmaatstaven 2013, gegroepeerd naar cluster... 51 Bijlage 3 Volumina maatstaven 2012-2017... 55 Bijlage 4 Decentralisatie-uitkering Zichtbare Schakel... 57 Bijlage 5 Decentralisatie-uitkering Brede impuls combinatiefuncties... 59 Bijlage 6 Decentralisatie-uitkering Bodemsanering... 68 JUNICIRCULAIRE GEMEENTEFONDS 2012

Bijlage 7 Decentralisatie-uitkering LHBT-emancipatiebeleid... 70 Bijlage 8 Suppletie-uitkering Bommenregeling... 72 Bijlage 9 Integratie-uitkering Wmo 2011, 2012 en 2013... 74 Bijlage 10 Decentralisatie-uitkering Centra voor Jeugd en Gezin... 84 Bijlage 11 Decentralisatie-uitkering Vrouwenopvang (extra middelen)... 90 Bijlage 12 Decentralisatie-uitkering Maatschappelijke opvang, verslavingsbeleid en openbare geestelijke gezondheidszorg...92 Bijlage 13 Decentralisatie-uitkering Veiligheidshuizen...95 JUNICIRCULAIRE GEMEENTEFONDS 2012

JUNICIRCULAIRE GEMEENTEFONDS 2012

1. Accres Het huidige kabinet heeft bij zijn aantreden de normeringssystematiek met ingang van 2012 weer in werking gesteld. Dit betekent dat de omvang van het gemeentefonds en het provinciefonds met ingang van 2012 weer evenredig meebeweegt met de ontwikkeling van de netto gecorrigeerde rijksuitgaven (NGRU). De mutatie van het gemeentefonds en het provinciefonds als gevolg van een stijging of daling van de NGRU staat bekend als het accres. Ten opzichte van de stand septembercirculaire 2011 is het accres voor 2012 met 254 miljoen neerwaarts bijgesteld. Deze daling wordt vooral veroorzaakt door de additionele nullijn in de collectieve sector (excl. zorg) die is afgesproken in het Begrotingsakkoord 2013 en, in mindere mate, door de doorwerking van de reguliere voorjaarsbesluitvorming 2012. De afname van het accres in 2013 bedraagt 213 miljoen ten opzichte van de stand septembercirculaire 2011. Dezelfde oorzaken, alsmede de departementale taakstellingen uit het Begrotingsakkoord 2013 leiden tot de afname. De actuele raming van de accressen staat in tabel 1.1. Opgemerkt zij dat de accressen onderhevig zullen zijn aan effecten van budgettaire besluitvorming door een na de verkiezingen te vormen kabinet. Tabel 1.1 Accressen gemeentefonds 2012-2017 (in mln) Uitkeringsjaar 2012 2013 2014 2015 2016 2017 Accres -342-69 571 164 506 343 Accres in procenten -2,01-0,41 3,50 0,98 3,08 2,01 Verschil t.o.v. septembercirculaire 2011-254 -213 166 72-55 343 Cumulatief verschil -254-467 -301-229 -284 59 Figuur 1.1 Accressen gemeentefonds 2012-2017; cumulatief verschil (in mln) 100 0-100 2012 2013 2014 2015 2016 2017-200 -300 cumulatie x mln -400-500 Nullijn Rijk Er is sinds 2010 sprake van een nullijn bij de rijksoverheid. Dit kan de vraag oproepen waarom een additionele nullijn voor de jaren 2012 en 2013 zoals afgesproken in het Begrotingsakkoord 2013 toch tot een neerwaartse aanpassing van het accres leidt. In de Miljoenennota 2012 is budgettair rekening gehouden met een mogelijke loonstijging door middelen te reserveren op de aanvullende post. Deze aanvullende post is onderdeel van de JUNICIRCULAIRE GEMEENTEFONDS 2012 1

NGRU; de reservering had dus een positief effect op het accres 2012. Nu besloten is tot voortzetting van de nullijn komen de gereserveerde middelen niet tot uitbetaling, hetgeen leidt tot een daling van de NGRU en dus ook van het accres. Accreskorting btw Onderdeel van het Begrotingsakkoord 2013 is een verhoging van het hoge btw-tarief van 19 naar 21%. Gemeenten en provincies kunnen gebruik blijven maken van het BTWcompensatiefonds (BCF). Zij worden voor wat hun declarabele btw-uitgaven betreft derhalve niet met de btw-verhoging geconfronteerd. Het kabinet beziet nog of de departementen voor de btw-verhoging worden gecompenseerd. Als daartoe wordt besloten dan werkt dit via de normeringssystematiek positief door in het accres. In dat geval zal het accres hiervoor worden gecorrigeerd zodat geen sprake is van dubbele compensatie. In de septembercirculaire 2012 wordt hierop teruggekomen. Reële accressen Tabel 1.1 bevat de nominale procentuele ontwikkeling van het gemeentefonds. Defleren van de nominale percentages met de prijsontwikkeling van het Bruto Binnenlands Product geeft een indicatie van de reële ontwikkeling van de accressen. De reële accressen geven de ontwikkeling gecorrigeerd voor de relatieve prijsontwikkeling van het mandje rijksuitgaven weer. Tabel 1.2 bevat een indicatie van de reële accressen. Tabel 1.2 Nominale en reële accressen 2012-2017 (in procenten) Uitkeringsjaar 2012 2013 2014 2015 2016 2017 Accres -2,01-0,41 3,50 0,98 3,08 2,01 Prijsontwikkeling bbp *) 1¾ 1½ 1¾ 1¾ 1¾ 1¾ Reëel accres -3,76-1,91 1,75-0,77 1,33 0,26 *) Bron: CPB (2012-2015) en Ministerie van Financiën (2016-2017) De reële accressen zijn niet meer dan richtinggevend. Gemeenten en provincies met statistieken over hun eigen volume- en prijsontwikkeling van de uitgaven kunnen desgewenst de nominale accressen defleren met hun eigen specifieke gegevens. 2 JUNICIRCULAIRE GEMEENTEFONDS 2012

2. Uitkeringsjaar 2011 2.1. Opbouw uitkeringen Tabel 2.1 vermeldt de opbouw van de uitkeringen 2011 na actualisatie ten opzichte van de decembercirculaire 2011. De tabel gaat uit van het bedrag aan uitkering van 17.054,900 miljoen dat voor 2010 is geraamd. De mutaties zijn gegroepeerd per cluster. De paragraafaanduiding in de tabel verwijst naar de paragraaf waarin de wijzigingen in de mutaties zijn toegelicht. Ook zijn in dit hoofdstuk enkele paragrafen opgenomen met overige informatie die van belang is voor de uitkeringen uit het gemeentefonds. Tabel 2.1 Opbouw uitkeringen 2011 (mln ) Raming deze circulaire December circulaire van 2011 1 Uitkeringen 2010 (beginstand) 17.054,900 algemene mutaties -22,390 cluster eigen inkomsten 0,000 cluster werk en inkomen -24,507 cluster zorg 6,438 cluster educatie 8,528 cluster sport, kunst en ontspanning -0,099 cluster VHROSV -0,498 cluster oudheid -0,062 cluster riolering -0,767 cluster wegen en water -2,097 cluster reiniging -1,431 cluster groen -0,704 cluster bevolkingszaken - stand decembercirculaire 2011 0,923 - compensatie NIK 6,000 2.2 # 6,923 cluster openbare orde en veiligheid 0,453 cluster fysiek milieu -0,190 cluster overig/algemene ondersteuning 22,210 Integratie- en decentralisatie-uitkeringen (excl. Wmo) - mutaties van invloed op omvang GF -133,820 Uitkeringen (excl. Wmo) 16.912,887 16.906,887 waarvan - algemene /aanvullende uitkeringen 15.762,458 15.756,663 - integratie- en decentralisatie-uitkeringen 1.071,123 - suppletie-uitkering afschaffing OZB woningen gebruikers 59,739 - suppletie-uitkering bommenregeling 2 19,054 18,849 - suppletie-uitkering verdeelmodel 2011 0,513 - Wmo 1.455,986 1 De vergelijking met de decembercirculaire 2011 is alleen opgenomen als de raming van het betreffende onderdeel is gewijzigd. Het teken # geeft een onderdeel aan dat niet werd geraamd in die circulaire. 2 Het betreft de gemeente Bergen op Zoom ( 170.008) en de gemeente Neerijnen ( 34.580). JUNICIRCULAIRE GEMEENTEFONDS 2012 3

2.2. Compensatie gratis verstrekken Nederlandse Identiteitskaart (NIK) Gemeenten ontvangen via de algemene uitkering incidenteel 6 miljoen ter gedeeltelijke compensatie van gemaakte kosten naar aanleiding van het gratis verstrekken van de Nederlandse Identiteitskaart (NIK). Het betreft hier een compensatie voor ambtshalve terugbetaalde leges bij aanvragen voor de NIK in de periode tot 6 weken voor de uitspraak van de Hoge Raad en een bedrag voor de uitvoeringskosten van gemeenten. De Tweede Kamer is hierover per brief van 16 december 2011 geïnformeerd (Tweede Kamer, 2011-2012, 33 011, nr. 18). Het bedrag per eenheid van de maatstaf inwoners wordt met 0,23 (in basis) verhoogd. 2.3. Ontwikkeling uitkeringsbasis De ontwikkeling van de uitkeringsbasis voor het jaar 2011 geeft aanleiding tot het verhogen van de uitkeringsfactor met twee punten ten opzichte van de stand decembercirculaire 2011. Dit wordt voornamelijk veroorzaakt door de maatstaf bijstandsontvangers (definitieve stand). Eén uitkeringspunt komt voor het jaar 2011 naar huidig inzicht overeen met 11,5 miljoen. 2.4. Algemene uitkering, uitkeringsfactor en bedragen per eenheid Inclusief de aanvullende uitkering bedraagt de algemene uitkering over het jaar 2011 15.762,458 miljoen. De uitkeringsfactor stellen wij voorlopig vast op 1,536. Hierbij is rekening gehouden met bovenstaande behandelde onderwerpen. Voor het uitkeringsjaar 2011 bedraagt de verdeelreserve op dit moment één punt. De bedragen per eenheid van de verdeelmaatstaven volgens de huidige stand treft u aan in de verdeeltabel 2011 in bijlage 1. 2.5. Actualisatie maatstaven verdeelmodel Wmo Ten opzichte van de septembercirculaire 2011 zijn de maatstaven geactualiseerd. Een overzicht van de bedragen per gemeente treft u aan in bijlage 9. 2.6. Voorschotbetalingen De gegevens uit deze circulaire leiden tot aanpassing van de voorschotbetalingen op de algemene uitkering over 2011. Het betreft bijstellingen van de bedragen per eenheid en de uitkeringsfactor (zie paragraaf 2.4) die met ingang van de betaalmaand juli 2012 geëffectueerd zullen worden. 4 JUNICIRCULAIRE GEMEENTEFONDS 2012

3. Uitkeringsjaar 2012 3.1. Opbouw uitkeringen Tabel 3.1 vermeldt de opbouw van de uitkeringen 2012 na actualisering ten opzichte van de decembercirculaire 2011. De tabel gaat uit van het bedrag aan uitkeringen dat voor 2011 is geraamd in tabel 2.1. De mutaties zijn gegroepeerd per cluster. De paragraafaanduiding in de tabel verwijst naar de paragraaf waarin de wijzigingen in de mutaties zijn toegelicht. Ook zijn in dit hoofdstuk enkele paragrafen opgenomen met overige informatie die van belang is voor de uitkeringen uit het gemeentefonds. Tabel 3.1 Opbouw uitkeringen 2012 (mln ) Raming deze circulaire 1 December circulaire van 2011 2 Uitkeringen voorafgaand jaar (beginstand) 16.912,887 16.906,887 algemene mutaties - accres -342,000 1.1-87,887 - aanvullende algemene mutatie 41,387 @ - accres (gerichte verdeling, ingroeiregeling OHV) -8,500 @ - vrijval gericht accres suppletie-uitkering OZB 0,000 @ - A+O fonds -0,229 @ - EU-richtlijn invordering -0,090 @ - overheidsbrede inkoop van beeldmateriaal -0,300 @ - Waarderingskamer -0,084 3.2 pm cluster eigen inkomsten - suppletie-uitkering afschaffing OZB woningen gebruikers 0,000 @ cluster werk en inkomen - normering lokaal inkomensbeleid -40,000 @ - bijzondere bijstand voor kwetsbare groepen 90,000 @ - aanpassing norm kwijtschelding en bijzondere bijstand ivm kosten kinderopvang 10,000 @ - selectieve en gerichte schuldhulpverlening -20,000 @ - ketensamenwerking werk en inkomen -3,000 @ -309,816 - aanpak fraude 2,000 3.3 # - aanvullende bijstand voor 65-jarigen en ouder -0,700 @ cluster zorg - maatschappelijke stage 0,100 @ - uitvoeringskosten inburgering -12,130 @ - transitiekosten decentralisatie AWBZ begeleiding naar de Wmo 47,600 @ - toezicht en handhaving kinderopvang (incl. gastouderopvang) 2,100 @ cluster educatie - Vakantieschool Taal Amsterdam -0,100 @ - ingroeiregeling OHV 8,500 @ cluster bevolkingszaken - GBA 0,173 @ - mgba en ORRA -20,200 @ - compensatie NIK -6,000 2.2 # - burgerzakensysteem-kern -1,300 @ cluster openbare orde en veiligheid - mannenopvang -1,200 @ - tijdelijk huisverbod bij huiselijk geweld -1,200 @ (voortzetting op de volgende bladzijde) 0,000 38,300 37,670 8,400-27,327-2,400 1 Het teken @ geeft aan dat dit onderdeel in voorgaande circulaires wordt toegelicht. Zie verzameltabel 2012. 2 De vergelijking met de decembercirculaire 2011 is alleen opgenomen als de raming van het betreffende onderdeel is gewijzigd. Het teken # geeft een onderdeel aan dat niet werd geraamd in die circulaire. JUNICIRCULAIRE GEMEENTEFONDS 2012 5

Tabel 3.1 Opbouw uitkeringen 2012 (vervolg) Raming deze circulaire 1 December circulaire van 2011 2 cluster fysiek milieu - regionale omgevingsdiensten -50,000 @ -50,000 Integratie- en decentralisatie-uitkeringen (excl. Wmo) - mutaties van invloed op omvang GF 131,124 6.1 73,493 131,124 Uitkeringen (excl. Wmo) 16.738,838 16.933,404 waarvan - algemene /aanvullende uitkeringen 15.462,248 15.714,257 - integratie- en decentralisatie-uitkeringen 1.198,190 6.1 1.140,559 - suppletie-uitkering afschaffing OZB woningen gebruikers 59,739 @ - suppletie-uitkering bommenregeling 18,661 3.4 18,849 - Wmo 1.493,323 3.2. Waarderingskamer De algemene uitkering is ten opzichte van 2011 met 0,084 miljoen verlaagd in verband met een verhoging van het budget van de Waarderingskamer. 3.3. Aanpak fraude De algemene uitkering wordt in 2012 met 2 miljoen en vanaf 2013 met structureel 3,8 miljoen verhoogd in verband met de inwerkingtreding van het wetsvoorstel aanpak fraude, die staat gepland voor 1 januari 2013. De middelen zijn bedoeld voor de uitvoeringskosten die gemeenten maken en worden verdeeld via de maatstaf bijstandsontvangers in het cluster Werk en inkomen. De toekenning van deze bedragen vindt plaats onder voorbehoud van parlementaire instemming. Met het wetsvoorstel krijgen gemeenten een plicht tot het opleggen en invorderen van boetes bij constatering van fraude. 3.4. Bommenregeling Bijlage 8 vermeldt de groep gemeenten die in 2012 een suppletie-uitkering ontvangt, inclusief de bijbehorende bedragen. Verder zijn in de lijst van zogenaamde veelgebruikers voor de periode 2011-2014, die in paragraaf 3.1 van de maartcirculaire 2011 is gepubliceerd, twee wijzigingen opgetreden. Ten eerste is de gemeente Venlo aan de lijst met veelgebruikers toegevoegd. Ten tweede is de gemeente Apeldoorn met ingang van 2012 uit de lijst verwijderd. Voor informatie over de verkrijging van een suppletie-uitkering voor het opsporen en ruimen van conventionele explosieven uit de Tweede Wereldoorlog wordt u verwezen naar 6 JUNICIRCULAIRE GEMEENTEFONDS 2012

paragraaf 3.1 van de maartcirculaire 2011. Zie verder ook paragraaf 1.7 van de junicirculaire 2010 en paragraaf 4.5 van de septembercirculaire 2010. Aanvragen voor een bijdrage bij voorkeur per e-mail via regelingen@minbzk.nl. Per post blijft vanzelfsprekend ook mogelijk: Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties t.a.v. FEZ/BBV Postbus 20011 2500 EA Den Haag Wij wijzen u er nogmaals op dat de btw, net als onder het voormalige Bijdragebesluit, niet voor compensatie in aanmerking komt. In de aanvraag dient duidelijk te worden opgenomen dat de bedragen exclusief btw zijn. Verder moeten de gemaakte kosten inzichtelijk worden gemaakt in IV3 via lastenfunctie 160 opsporing en ruiming van conventionele explosieven. Gebruik van deze functie is verplicht vanaf het verslagjaar 2011. Voor vragen of nadere informatie betreffende de bommenregeling kunt u zich wenden tot postbus.gf@minbzk.nl. 3.5. Ontwikkeling uitkeringsbasis De ontwikkeling van de uitkeringsbasis voor het jaar 2012 geeft aanleiding tot het verhogen van de uitkeringsfactor met zes punten ten opzichte van de stand decembercirculaire 2011. Deze verhoging wordt vooral veroorzaakt door een lagere raming van het aantal bijstandsontvangers en een hogere raming van de waarde woningen en nietwoningen bij de maatstaven onroerendezaakbelasting (OZB). Voor 2012 komt één punt uitkeringsfactor naar huidig inzicht overeen met 11,6 miljoen. 3.6. Algemene uitkering, uitkeringsfactor en bedragen per eenheid Inclusief de aanvullende uitkering bedraagt de algemene uitkering over het jaar 2012 naar huidig inzicht 15.462,248 miljoen. De uitkeringsfactor stellen wij voorlopig vast op 1,496. Hierbij is rekening gehouden met de doorwerking van de ramingen over de voorgaande jaren en met de onderwerpen die zijn behandeld in dit hoofdstuk. De bedragen per eenheid van de verdeelmaatstaven volgens de huidige stand treft u aan in de verdeeltabel 2012 in bijlage 1. 3.7. Actualisatie maatstaven verdeelmodel Wmo Ten opzichte van de septembercirculaire 2011 zijn de maatstaven geactualiseerd. Een overzicht van bedragen per gemeente treft u aan in bijlage 9. JUNICIRCULAIRE GEMEENTEFONDS 2012 7

3.8. Verzameltabel De opbouwtabel 2012 (tabel 3.1) bevat onderdelen die in deze circulaire niet zijn toegelicht. In de tabel zijn zij aangeduid met het teken @. Deze wijzigingen zijn behandeld in eerdere circulaires. Tabel 3.8 geeft per onderwerp de vindplaats. Tabel 3.8 Verzameltabel 2012 Onderwerp/maatregel Circulaire Mutatie (mln euro) algemene mutaties - aanvullende algemene mutatie mei 2011, 1.1 41,387 - vrijval gericht accres suppletie-uitkering OZB mei 2009, 3.2 0,000 - A+O fonds mei 2011, 3.3-0,229 - EU-richtlijn invordering september 2011, 5.3-0,090 - overheidsbrede inkoop van beeldmateriaal december 2011, 4.2-0,300 - accres (gerichte verdeling, ingroeiregeling OHV) mei 2005, 5.1-8,500 cluster eigen inkomsten - suppletie-uitkering afschaffing OZB woningen gebruikers mei 2011, 3.2 0,000 cluster educatie - Vakantieschool Taal Amsterdam september 2011, 4.3-0,100 - ingroeiregeling OHV mei 2005, 5.1 8,500 cluster werk en inkomen - bijzondere bijstand voor kwetsbare groepen september 2011, 5.5 90,000 - aanpassing norm kwijtschelding en bijz. bijstand ivm kosten kinderopvang september 2011, 5.6 10,000 - normering lokaal inkomensbeleid mei 2011, 3.4-40,000 - selectieve en gerichte schuldhulpverlening mei 2011, 3.5-20,000 - aanvullende bijstand voor 65-jarigen en ouder mei 2009, 3.4-0,700 - ketensamenwerking werk en inkomen mei 2008, 3.6-3,000 cluster zorg - transitiekosten decentralisatie AWBZ begeleiding naar de Wmo september 2011, 5.7 47,600 - toezicht en handhaving kinderopvang (incl. gastouderopvang) september 2011, 5.8 2,100 - uitvoeringskosten inburgering mei 2011, 3.6-12,130 - maatschappelijke stage december 2010, 3.2 0,100 cluster bevolkingszaken - mgba en ORRA juni 2010, 1.5-20,200 - burgerzakensysteem-kern september 2010, 5.2-1,300 - GBA juni 2007, 3.4 0,173 cluster openbare orde en veiligheid - tijdelijk huisverbod bij huiselijk geweld december 2011, 3.3-1,200 - mannenopvang maart 2011, 1.3-1,200 cluster fysiek milieu - regionale omgevingsdiensten september 2011, 5.9-50,00 3.9. Voorschotbetalingen De wijziging in de uitkeringsfactor en de wijziging van een aantal bedragen behorend bij de verdeelmaatstaven brengen een aanpassing met zich mee van de voorschotbetalingen op de algemene uitkering over 2012 (zie voor die wijzigingen de kolom wijzigingen sinds september 2011 in tabel 3 van bijlage 2 van deze circulaire). De betalingen zijn momenteel gebaseerd op tabel 3 van bijlage 1 van de septembercirculaire 2011 en op de decembercirculaire 2011. De aanpassing van de betalingen vindt als volgt plaats: 1. per valutadatum 3 juli 2012 zal in één keer verrekening plaatsvinden over de maanden januari tot en met juni; 2. met ingang van 3 juli 2012 worden de wijzigingen opgenomen in het termijnbedrag voor 2012. 8 JUNICIRCULAIRE GEMEENTEFONDS 2012

4. Uitkeringsjaar 2013 4.1. Opbouw uitkeringen Tabel 4.1 vermeldt de opbouw van de uitkeringen 2013 na actualisering ten opzichte van de septembercirculaire 2011. De tabel gaat uit van het bedrag aan uitkeringen dat voor 2012 is geraamd in tabel 3.1. De mutaties zijn gegroepeerd naar de clusters. De paragraafaanduiding in de tabel verwijst naar de paragraaf waarin de wijzigingen in de mutaties zijn toegelicht. Ook zijn in dit hoofdstuk enkele paragrafen opgenomen met overige informatie die van belang is voor de uitkeringen uit het gemeentefonds. JUNICIRCULAIRE GEMEENTEFONDS 2012 9

Tabel 4.1 Opbouw uitkeringen 2013 (mln ) Raming deze circulaire 1 September circulaire van 2011 2 Uitkeringen voorafgaand jaar (beginstand) 16.738,838 16.858,614 algemene mutaties - accres -69,000 1.1 143,859 - aanvullende algemene mutatie 12,114 @ - accres (gerichte verdeling, ingroeiregeling OHV) -8,500 @ - vrijval gericht accres suppletie-uitkering OZB 0,000 4.2 - A+O fonds 0,022 4.3 pm - overheidsbrede inkoop van beeldmateriaal 0,300 @ - - Waarderingskamer pm cluster eigen inkomsten -65,064 - suppletie-uitkering afschaffing OZB woningen gebruikers 0,000 4.2 cluster werk en inkomen - aanpak fraude 1,800 3.2 # - aanpassing norm kwijtschelding en bijzondere bijstand ivm kosten kinderopvang -2,000 4.4 # - aanvullende bijstand voor 65-jarigen en ouder -0,600 @ cluster zorg - transitiekosten decentralisatie AWBZ begeleiding naar de Wmo -15,600 4.7 - uitvoeringskosten inburgering -12,100 4.5 pm cluster educatie - ingroeiregeling OHV 8,500 @ cluster fysiek milieu - regionale omgevingsdiensten -30,000 @ cluster sport, kunst & ontspanning - bibliotheken 3 - @ cluster bevolkingszaken - GBA 0,103 @ 0,000-0,800-27,700 8,500-30,000 - mgba en ORRA 33,200 4.6 45,200 - burgerzakensysteem-kern 1,300 @ Integratie- en decentralisatie-uitkeringen (excl. Wmo) - mutaties van invloed op omvang GF -82,963 6.1-14,331 0,000 34,603-82,963 Uitkeringen (excl. Wmo) 16.575,414 17.062,385 waarvan - algemene /aanvullende uitkeringen 15.393,285 15.878,231 - integratie- en decentralisatie-uitkeringen 1.103,729 6.1 1.105,566 - suppletie-uitkering afschaffing OZB woningen gebruikers 59,739 4.2 59,739 - suppletie-uitkering bommenregeling 18,661 3.4 18,849 - Wmo 1.488,724 4.12 pm 1 Het teken @ geeft aan dat dit onderdeel in voorgaande circulaires wordt toegelicht. Zie verzameltabel 2013. 2 De vergelijking met de septembercirculaire 2011 is alleen opgenomen als de raming van het betreffende onderdeel is gewijzigd. Het teken # geeft een onderdeel aan dat niet werd geraamd in die circulaire. 3 Vanaf 2013 geïntegreerd in de algemene uitkering. De omvang is 5,791 miljoen. 10 JUNICIRCULAIRE GEMEENTEFONDS 2012

4.2. Suppletie-uitkering afschaffing OZB woningen gebruikers De suppletie-uitkering afschaffing OZB woningen gebruikers blijft voor 2013 ongewijzigd. Het verloop van de suppletie-uitkering afschaffing OZB woningen gebruikers is afhankelijk van de hoogte van het reële accres en wordt jaarlijks aangepast in de meicirculaire. Een uitgebreide beschrijving van de systematiek van de berekening van deze suppletieuitkering is opgenomen in paragraaf 5.8 van de septembercirculaire 2005. Voor het uitkeringsjaar 2013 blijft de suppletie-uitkering gelijk aan die van het uitkeringsjaar 2012, omdat het accres geen ruimte biedt voor een verdere afbouw van de suppletie-uitkering. 4.3. A+O fonds De bijdrage aan het A+O fonds voor het jaar 2013 en verder is vastgesteld op een bedrag van 6.239.000. Ten opzichte van de stand in de begroting 2012 van het gemeentefonds betekent dit een verlaging van 22.000 als gevolg van de indexatie voor loon- en prijsontwikkeling. Deze verlaging wordt aan de algemene uitkering van het gemeentefonds toegevoegd. 4.4. Aanpassing norm kwijtschelding en bijzondere bijstand Om de armoedeval voor alleenstaande ouders met een relatief laag inkomen te verminderen, is per 1 januari 2012 voor gemeenten en waterschappen de mogelijkheid gecreëerd om bij de kwijtschelding van lokale belastingen rekening te houden met de kosten van formele kinderopvang. Dit vermindert de armoedeval en maakt werken lonender. Naar schatting betekent deze maatregel voor ongeveer 10.000 werkende alleenstaande ouders die nu gebruik maken van formele kinderopvang een inkomensverbetering. Om gemeenten en waterschappen te ondersteunen bij het uitvoeren van deze maatregel is per 2012 structureel 10 miljoen aan het gemeentefonds toegevoegd. U bent hierover in paragraaf 5.6 van de septembercirculaire geïnformeerd, overigens zonder dat daarbij de waterschappen zijn genoemd. Inmiddels is besloten het bedrag van 2 miljoen, bestemd voor de waterschappen, uit het gemeentefonds te lichten. Daarmee resteert met ingang van 2013 een bedrag van 8 miljoen voor gemeenten. 4.5. Uitvoeringskosten inburgering Via de algemene uitkering 2013 is een bedrag beschikbaar van 24,6 miljoen in verband met de uitvoeringskosten inburgering. In 2012 was dat bedrag 36,7 miljoen (zie paragraaf 3.6 van de meicirculaire 2011). Op dit moment wordt gewerkt aan een wijziging van het inburgeringsstelsel. Het is het voornemen om dit nieuwe inburgeringsstelsel in 2013 in te voeren. De verdeling vindt plaats via de maatstaf vast bedrag voor iedere gemeente en via de maatstaf minderheden. JUNICIRCULAIRE GEMEENTEFONDS 2012 11

4.6. Aanpassing financieringsarrangement mgba/orra De ontwikkeling van de modernisering van de GBA is in de fase van realisatie van software en voorbereiding van de implementatie gekomen. Het VNG-bestuur heeft in oktober 2011 de plannen betreffende de ondersteuning van gemeenten bij de implementatie van de modernisering van de GBA door KING en betreffende de verwerving van de Burgerzakenmodules besproken. De kosten van deze ondersteuning en verwerving zullen gedekt worden door een eenmalige uitname van 12 miljoen in 2012 uit het gemeentefonds ten gunste van de VNG, die in het project namens gemeenten optreedt als opdrachtgever/hoofdaannemer. Uit hoofde van het financieringsarrangement mgba/orra was aanvankelijk uiterlijk in 2013 een terugbetaling aan het gemeentefonds voorzien. Het gaat om een bedrag van 25 miljoen ter compensatie van uitnamen van 4,8 miljoen in 2009 en 20,2 miljoen in 2012. Er wordt nu in 2012 een bedrag van 12 miljoen vervroegd aan het fonds toegevoegd. Daarmee resteert voor 2013 een terugbetaling aan het fonds van 13 miljoen. 4.7. Decentralisatie begeleiding en transitiekosten 2013 Het kabinet heeft in het gemeentefonds in 2012 47,6 miljoen en in 2013 32 miljoen ter beschikking gesteld voor de kosten die samenhangen met de decentralisatie van de functie begeleiding uit de AWBZ (zie paragraaf 5.7 van de septembercirculaire 2011). In het Begrotingsakkoord is afgesproken dat de geplande overheveling per 2013 niet doorgaat. De komende kabinetsformatie zal helderheid geven over de voornemens ten aanzien van decentralisatie van taken. In afwachting daarvan zullen deze transitiemiddelen binnen het gemeentefonds beschikbaar blijven voor de met decentralisatie samenhangende kosten voor gemeenten. Na de formatie zal duidelijkheid ontstaan of de decentralisatie doorgang vindt. Wanneer een nieuw kabinet afziet van de decentralisatie van begeleiding zullen de middelen voor 2013 worden teruggeboekt. 4.8. Ontwikkeling uitkeringsbasis Per saldo hebben de ontwikkelingen in de uitkeringsbasis (inclusief de OZB-maatstaven) van 2012 op 2013 een neerwaarts effect op de uitkeringsfactor voor 2013 van 11 punten. Met name de toename van het aantal bijstandsontvangers, woonruimten en inwoners zorgt voor een neerwaarts effect van 16 punten. Er is een opwaarts effect van 5 punten. Dat bestaat uit de groei van het areaal in verband met de WOZ-maatstaven (drie punten) en de verwerking van de inflatie bij de aanpassing van de rekentarieven in verband met de herwaardering van de WOZ-waarde (zie paragraaf 4.10 van deze circulaire; twee punten). Voor 2013 komt één punt uitkeringsfactor naar huidig inzicht overeen met 11,8 miljoen. 12 JUNICIRCULAIRE GEMEENTEFONDS 2012

4.9. Algemene uitkering, uitkeringsfactor en bedragen per eenheid Inclusief de aanvullende uitkering bedraagt de algemene uitkering over het jaar 2013 naar huidig inzicht 15.393,285 miljoen. De uitkeringsfactor stellen wij voorlopig vast op 1,475. Hierbij is rekening gehouden met de doorwerking van de ramingen over de vorige jaren en met de onderwerpen behandeld in dit hoofdstuk. Tabel 4.9 Ontwikkeling uitkeringsfactor 2013 t.o.v. uitkeringsjaar 2012 Stand uitkeringsfactor 2012 (deze circulaire) 1,496 Mutaties uitkeringsfactor in punten - accres en gerichte verdeling (incl. aanvullende alg. mutatie) 1-0,008 - ontwikkelingen uitkeringsbasis/ozb -0,011 - verdeelreserve -0,001 - overige ontwikkelingen -0,001 Totaal mutaties in punten -0,021 Stand uitkeringsfactor 2013 in deze circulaire 1,475 1 inclusief uitname regionale omgevingsdiensten. 4.10. Maatstaf OZB: WOZ-waardering en aanpassing rekentarieven Met ingang van het uitkeringsjaar 2013 wordt het rekentarief voor eigenaren van woningen op 0,1005%, voor gebruikers van niet-woningen op 0,1083% en voor eigenaren van nietwoningen op 0,1343% vastgesteld. Sinds 1997 wordt op basis van de nieuwe Financiële-verhoudingswet in het gemeentefonds rekening gehouden met verschillen in de belastingcapaciteit van gemeenten. Als gevolg van verschillen in waarde van de onroerende zaken loopt de belastingcapaciteit uiteen tussen gemeenten. De belastingcapaciteit waar in het gemeentefonds rekening mee wordt gehouden, wordt voor iedere gemeente met dezelfde tarieven berekend. Deze tarieven worden de rekentarieven genoemd en zijn in het verleden vastgesteld op het gemiddelde tarief op dat moment van alle gemeenten. Verschillen in feitelijke tarieven tussen gemeenten spelen in de verdeling van het gemeentefonds geen rol. De aanpassing van de rekentarieven ten opzichte van 2012 is noodzakelijk omdat op 1 januari 2013 een nieuw WOZ-tijdvak begint met waardepeildatum 1-1-2012. In 2012 wordt nog uitgegaan van de WOZ-waarde uit het huidige WOZ-tijdvak met waardepeildatum 1-1- 2011. Bij de aanpassing van de rekentarieven wordt in principe altijd dezelfde werkwijze toegepast (zie paragraaf 9.2 van de meicirculaire 2000 en paragraaf 7.1 van de septembercirculaire 2004). Het rekentarief wordt naar beneden (of naar boven) bijgesteld om de stijging (of daling) van de inkomstenmaatstaf als gevolg van de stijging (of daling) van de WOZ-waarde van woningen en niet-woningen ongedaan te maken. Uitgezonderd wordt hierbij het effect van de inflatie (pnb). JUNICIRCULAIRE GEMEENTEFONDS 2012 13

De marktontwikkeling tussen 1-1-2011 en 1-1-2012 bij woningen wordt, op basis van informatie die de Waarderingskamer heeft verzameld, geschat op -3%. Voor niet-woningen wordt de waardeontwikkeling over dezelfde periode geschat op -2,5%. De inflatie (pnb) in die periode bedraagt volgens de ramingen van het CPB 1,2%. Het rekentarief voor eigenaren van woningen in 2013 komt dan uit op 0,1005% (0,0963%* 1,012/0,970), voor OZB niet-woningen gebruikers op 0,1083% (0,1043%* 1,012/0,975) en voor OZB nietwoningen eigenaren op 0,1343% (0,1294%* 1,012/0,975). 4.11. Invoering Basisregistraties Adressen en Gebouwen De invoering van de Basisregistraties Adressen en Gebouwen (BAG) heeft gevolgen voor de wijze waarop de volumina van een aantal maatstaven voor het uitkeringsjaar 2013 en verder kunnen worden vastgesteld (zie hierover paragraaf 7.5 van de meicirculaire 2011 en paragraaf 5.2 van de decembercirculaire 2011). Het gaat om de maatstaf woonruimten en de direct daaraan gerelateerde maatstaven, te weten woonruimten * bodemfactor kern, woonruimten * % slechte grond, huishoudens met laag inkomen (drempel) en woonruimten * omgevingsadressendichtheid. Daarnaast is de invoering van de BAG van invloed op maatstaven waarvan de vaststelling van de aantallen samenhangt met de adresligging (bijvoorbeeld de omgevingsadressendichtheid, kernen, klantenpotentiëlen, etc.). De afgelopen tijd zijn in samenwerking met de VNG en het CBS verschillende mogelijkheden voor invoering van de BAG in de verdeelsystematiek van het gemeentefonds verkend. Uit analyse blijkt dat invoering per uitkeringsjaar 2013 voor een grote groep gemeenten tot forse herverdeeleffecten zal leiden. Om die reden wordt de invoering van de BAG voor het gemeentefonds uitgesteld en gekoppeld aan de komende herijking van het gemeentefonds. De herijking zal leiden tot een nieuwe verdeling, niet eerder dan met ingang van 2014. Bij het onderzoek naar de nieuwe verdeling zal gebruik worden gemaakt van de nieuwe woninggegevens volgens de definities van de BAG. Alle verdeelmaatstaven van het gemeentefonds maken bij de herijking integraal onderdeel uit van het onderzoek, waarbij een relatie wordt gelegd tussen de kosten van gemeenten en de structuurkenmerken (kostendragende factoren) die hierbij een rol spelen. Deze integrale aanpak moet er in resulteren dat de onbedoelde herverdeeleffecten van dit specifieke onderdeel tot een minimum worden beperkt. Voor het uitkeringsjaar 2013 wordt bij de toepassing van de betrokken maatstaven uitgegaan van het aantal woonruimten per 1 januari 2012 volgens de bestaande definitie (woningen, wooneenheden, recreatiewoningen en capaciteit bijzondere woongebouwen), vermeerderd met de procentuele groei van het aantal woonruimten in het jaar 2011. Als er sprake is van een daling van het aantal woonruimten in 2011, wordt het aantal woonruimten per 1 januari 2012 zonder correctie gehanteerd voor het uitkeringsjaar 2013. Op deze wijze worden ten eerste ongewenste financiële verschuivingen voorkomen en wordt ten tweede rekening gehouden met gemeenten die een gestage groei doormaken. De 14 JUNICIRCULAIRE GEMEENTEFONDS 2012

basisgegevens voor maatstaven waarbij adressen een rol spelen, zullen voor het uitkeringsjaar 2013 door het CBS nog volgens de bestaande werkwijze worden geleverd. De beschreven aanpak sluit aan bij de adviezen die de VNG-commissie Financiën en de Raad voor de financiële verhoudingen hierover onlangs aan de fondsbeheerders hebben uitgebracht. 4.12. Integratie-uitkering Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) Indexatie Conform de afspraken in de Bestuursafspraken Rijk-VNG is het Wmo-budget meerjarig vastgesteld en wordt het jaarlijks geïndexeerd. Het onderdeel huishoudelijke hulp wordt conform de meerjarige afspraak met 2,38% geïndexeerd. Ook in 2013 zal de beschikbare index voor loon- en prijsontwikkelingen worden toegepast. Vermogensinkomensbijtelling Wmo De integratie-uitkering Wet maatschappelijke ondersteuning in het gemeentefonds wordt verlaagd met 34 miljoen vanaf 2013 (structureel). Dit is het gevolg van de verhoging van de vermogensinkomensbijtelling bij de vaststelling van de eigen bijdragen, waardoor gemeenten een hogere eigen bijdrage van cliënten kunnen vragen. Op deze wijze blijft voor gemeenten een even groot budget beschikbaar voor de uitvoering van de Wmo. Gemeenten zijn zelf verantwoordelijk voor het innen van de eigen bijdragen. In het Regeerakkoord was afgesproken om de vermogensinkomensbijtelling - die wordt gehanteerd bij het vaststellen van de eigen bijdrage van cliënten in de AWBZ en de Wmo - te verhogen naar 8% met ingang van 1 januari 2013. In het Begrotingsakkoord 2013 is deze bijtelling verder verhoogd naar 12%. Deze bijtelling betekent dat 12% van het belastbaar inkomen uit sparen en beleggen bij het bijdrageplichtige inkomen in de Wmo mag worden meegeteld (zie Kamerstukken II, 2011/12, 33 204). Het CBS heeft onderzoek gedaan naar de financiële effecten van de vermogensinkomensbijtelling. Voor de Wmo heeft het CBS berekend dat dit effect 32 miljoen is in 2010 bij een verhoging naar 12%. Het CBS heeft hierbij geen rekening kunnen houden met eventuele gedragseffecten (minder zorgvraag) als gevolg van hogere eigen bijdragen. Rekening houdend met een volumegroei van 2% per jaar t/m 2013, wordt de extra verdiencapaciteit van gemeenten middels eigen bijdragen geraamd op 34 miljoen voor 2013. Zorgzwaartepakket Het extramuraliseren van Zorgzwaartepakket (ZZP) 1-3 (nieuwe instroom) leidt er toe dat personen die nog geen verblijfsindicatie hebben minder snel in aanmerking zullen komen voor intramurale zorg uit hoofde van de AWBZ. Dit leidt tot een zwaarder beroep op de voorzieningen die thans uit hoofde van de Wmo worden aangeboden. De staatssecretaris JUNICIRCULAIRE GEMEENTEFONDS 2012 15

van VWS werkt deze maatregel verder uit en brengt hierbij conform artikel 2 Fvw- de gevolgen voor gemeenten in beeld. Zodra hierover meer informatie beschikbaar is, wordt u via de circulaire geïnformeerd. Overzicht WMO-budget De verlaging van de integratie-uitkering Wet maatschappelijke ondersteuning wordt verdeeld volgens de Wmo-verdeelsleutel. Een overzicht van de bedragen per gemeente is vermeld in bijlage 9. Overzicht van het totale Wmo-budget in 2013 ( in miljoenen euro ) bedrag huishoudelijke verzorging huishoudelijke verzorging 1.264,7 vermogensinkomensbijtelling -34,0 totaal 1.230,7 subsidieregelingen AWBZ diensten bij wonen met zorg 24,6 zorgvernieuwingsprojecten GGZ 7,2 coördinatie vrijwillige thuiszorg en mantelzorg en vorming, training en advies 39,7 aanpassing bestaande ADL-clusters 3,0 collectieve GGZ-preventie 10,2 totaal 84,7 specifieke uitkeringen WVG dure woningaanpassingen 21,0 besluit bijdrage AWBZ gemeenten (Bbag) 23,0 totaal 44,0 uitvoeringskosten reeds beschikbaar 71,9 structurele toevoeging o.g.v. rapport Cebeon 70,0 compensatie registratiekosten Wtcg 1,8 uitname ivm centralisatie CAK -14,5 totaal 129,2 totaal Wmo 1.488,6 4.13. Verzameltabel De opbouwtabel 2013 (tabel 4.1) bevat onderdelen die in deze circulaire niet zijn toegelicht. In de tabel zijn zij aangeduid met het teken @. Deze wijzigingen zijn behandeld in eerdere circulaires. Tabel 4.13 geeft per onderwerp de vindplaats. Tabel 4.13 Verzameltabel 2013 Onderwerp/maatregel Circulaire Mutatie (mln euro) algemene mutaties - aanvullende algemene mutatie mei 2011, 1.1 12,114 - overheidsbrede inkoop van beeldmateriaal december 2011, 4.2 0,300 - accres (gerichte verdeling, ingroeiregeling OHV) mei 2005, 5.1-8,500 cluster educatie - ingroeiregeling OHV mei 2005, 5.1 8,500 cluster werk en inkomen - aanvullende bijstand voor 65-jarigen en ouder mei 2009, 3.4-0,600 cluster bevolkingszaken - burgerzakensysteem-kern september 2010, 5.2 1,300 - GBA juni 2007, 3.4 0,103 cluster fysiek milieu - regionale omgevingsdiensten september 2011, 5.9-30,00 16 JUNICIRCULAIRE GEMEENTEFONDS 2012

4.14. Voorschotbetalingen De voorschotbetalingen voor het uitkeringsjaar 2013 zullen voor de algemene uitkering in beginsel worden gebaseerd op de voorlopige uitkeringsfactor en de voorlopige bedragen per eenheid volgens de inzichten ten tijde van de septembercirculaire 2012. JUNICIRCULAIRE GEMEENTEFONDS 2012 17

18 JUNICIRCULAIRE GEMEENTEFONDS 2012

5. Meerjarenperspectief 5.1. Opbouw uitkeringen 2014-2017 Tabel 5.1 geeft de voorlopige opbouw van de uitkeringen voor de jaren 2014 tot en met 2017. De meerjarenraming is geactualiseerd ten opzichte van de septembercirculaire 2011 en gaat uit van het bedrag aan uitkeringen dat voor 2013 is geraamd in paragraaf 4.1. De mutaties zijn gegroepeerd per cluster. Tabel 5.1 Opbouw uitkeringen 2014-2017 (mln ) 2014 2015 2016 2017 Uitkeringen voorafgaand jaar (beginstand) 16.575,414 17.043,625 16.801,672 17.405,468 algemene mutaties - accres 571,000 1.1 164,000 506,000 343,000 - aanvullende algemene mutatie 12,085 20,745 - - accres (gerichte verdeling, ingroeiregeling OHV) -8,500-8,500-8,500 - - vrijval gericht accres suppletie-uitkering OZB 0,000 0,000 0,000 0,000 - EU-richtlijn invordering 0,090 - A+O fonds pm pm pm pm - Waarderingskamer pm pm pm pm cluster eigen inkomsten - suppletie-uitkering afschaffing OZB woningen gebruikers 0,000 0,000 0,000 0,000 cluster werk en inkomen - aanvullende bijstand voor 65-jarigen en ouder -1,200-0,800 - cluster zorg - transitiekosten decentralisatie AWBZ begeleiding naar de Wmo -32,000 4.7 - uitvoeringskosten inburgering pm cluster educatie - ingroeiregeling OHV 8,500 8,500 8,500 - cluster fysiek milieu - regionale omgevingsdiensten -20,000 cluster bevolkingszaken - mgba en ORRA -13,000 4.6 - cluster bestuursorganen - professionaliseringsfonds burgemeesters pm - verminderen aantal politieke ambtsdragers -110,000 cluster overig/algemene ondersteuning - Nationaal Uitvoeringsprogramma e-overheid (NUP) -146,746 122,000 Integratie- en decentralisatie-uitkeringen (excl. Wmo) - mutaties van invloed op omvang GF -48,674-169,152-24,294-1,622 Uitkeringen (excl. Wmo) 17.043,625 16.801,672 17.405,468 17.746,846 waarvan - algemene /aanvullende uitkeringen 15.910,348 15.837,694 16.466,019 16.809,704 - integratie- en decentralisatie-uitkeringen 1054,877 885,578 861,049 858,742 - suppletie-uitkering afschaffing OZB woningen gebruikers 59,739 59,739 59,739 59,739 - suppletie-uitkering bommenregeling 18,661 18,661 18,661 18,661 - Wmo pm pm pm pm 5.2. Meerjarige ontwikkeling uitkeringsfactor Tabel 5.2.1 geeft de ontwikkeling weer van de voorlopige uitkeringsfactoren voor de jaren 2013 tot en met 2017. De toename van de uitkeringsfactor wordt vooral bepaald door een opwaarts effect van de accressen en door een neerwaarts effect als gevolg van de groei van de uitkeringsbasis. JUNICIRCULAIRE GEMEENTEFONDS 2012 19

Tabel 5.2.1 Uitkeringsfactoren 2013-2017 2013 2014 2015 2016 2017 voorlopige uitkeringsfactor, jaar t 1,475 1,505 1,510 1,546 1,568 verschil t.o.v. jaar t-1 0,030 0,005 0,036 0,022 waarvan - algemene mutaties 0,047 0,015 0,042 0,029 - verdeelreserve -0,001-0,001-0,001-0,001 - ontwikkeling uitkeringsbasis (incl. OZB) -0,017-0,009-0,005-0,006 - overige ontwikkelingen 0,001 0,000 0,000 0,000 Het meerjarenperspectief is gebaseerd op de ramingen in lopende prijzen. Gemeenten die hun meerjarenraming opstellen in constante prijzen moeten de uitkeringsfactor corrigeren voor de nominale ontwikkeling. Bij wijze van handreiking wordt hier een methode uiteengezet waarmee omrekening naar constante prijzen kan worden verricht. Centraal staat de prijsontwikkeling van het BBP, zoals vermeld in hoofdstuk 1. Deze prijsontwikkeling wordt op de ramingen van het gemeentefonds geprojecteerd en vervolgens uitgedrukt in punten van de uitkeringsfactor. De uitkeringsfactoren in constante prijzen worden verkregen door de uitkomsten in mindering te brengen op het meerjarenbeeld van de uitkeringsfactoren, zoals dat wordt gegeven in tabel 5.2.1. In tabel 5.2.2 is deze methode toegepast. De tabel geeft de uitkeringsfactoren 2014-2017 in constante prijzen van 2013 na correctie voor deze inflatiepercentages. In de eigen gemeentelijke situatie kan de geraamde inflatie afwijken van het percentage dat hier wordt gebruikt in de berekeningen. U zou in dat geval de regel loon-/prijsmutatie op die afwijkende raming moeten afstemmen. Tabel 5.2.2 Raming uitkeringsfactoren 2014-2017 in constante prijzen van het jaar 2013 2014 2015 2016 2017 omvang gemeentefonds, jaar t-1 (mln euro) 16.575,4 17.043,6 16.801,7 17.405,5 loon-/prijsmutatie (mln euro) 290,1 298,3 294,0 304,6 cumulatief (mln euro) 290,1 588,3 882,4 1.187,0 één punt uitkeringsfactor, jaar t (mln euro) 11,9 11,8 11,9 12,0 loon-/prijsmutatie cumulatief (in punten UF) 24 50 74 99 uitkeringsfactoren in lopende prijzen 1,505 1,510 1,546 1,568 af: nominale ontwikkeling 0,024 0,050 0,074 0,099 uitkeringsfactoren in constante prijzen 1,481 1,460 1,472 1,469 5.3. Verzameltabel De opbouwtabel 2014-2017 (tabel 5.1) bevat onderdelen die in deze circulaire niet zijn toegelicht. Informatie over deze onderdelen vindt u in voorafgaande circulaires. Tabel 5.3 geeft per onderwerp de vindplaats van die informatie. 20 JUNICIRCULAIRE GEMEENTEFONDS 2012