Achtergrondinformatie Taalvrijwilligers. Begeleiden bij schrijven



Vergelijkbare documenten
Hoofdstuk 6 Schrijven

Tien eenheden per jaar, voor dertig weken spellingonderwijs (exclusief

Voorwoord. Veel succes met de schrijftraining! Amsterdam, februari Freek Bakker Joke Olie. 6 Voorwoord

Kinderen leren schrijven.

Huiswerk Spreekbeurten Werkstukken

Uitleg boekverslag en boekbespreking

Inhoud. Voorwoord 6. Inleiding 7

DE INFOBEURS. Beroepsopleiding, werk, werkervaring, stage. Inhoud. Doelgroep. Vakgebied. Materialen. Doelen STERKE SCHAKELS

Voordoen (modelen, hardop denken)

Waarom ga je schrijven? Om de directeur te overtuigen

Hoe leer ik uit... Naam: Klas:

Taal actief (oud, versie 2) - Woordspel

Basis Werkwoordspelling is onderdeel van de Bundel Basisprogramma's. Deze bundel bevat ook Basisspelling en Basisgrammatica.

Huiswerkbeleid op OBS de Zeester. augustus 2014

Kern 6: geit-pauw-duif-ei

Wij willen u vragen niet vooruit te gaan werken/oefenen. Er kan dan verwarring ontstaan bij het kind. Wij willen dit graag voorkomen!

Een spreekbeurt houden

3 Hoogbegaafdheid op school

Faculteit der Geesteswetenschappen Instituut voor Nederlands Taalonderwijs en Taaladvies (INTT) TAALTRAININGEN VOOR STUDENTEN FGw

Voorlezen is leuk en nuttig. Maar hoe doe je dat eigenlijk, goed voorlezen? Hieronder vindt u de belangrijkste tips en trucs.

Nieuwe woorden correct kunnen schrijven, kunnen vertalen van N-F en van F-N en kunnen gebruiken in mondelinge en schriftelijke zinnen.

TAALLEESONDERWIJS - 19 tips voor betere spellingresultaten

Een spreekbeurt houden

Verslag van dataverzameling in functie van het onderzoek van de NTU naar het schrijfleven van leerlingen

Hoofdstuk 14 - Sneller en beter een tekst schrijven

GESPREKKEN VOEREN NEDERLANDS AAN HET EINDE VAN DEZE UITLEG:

Effectief spellingonderwijs

CHECKLIST VOOR KWALITATIEVE BEOORDELING VAN DE SCHRIJFTOETSEN VAN DE TASAN. tasan

Schrijven voor het staatsexamen NT2 -I. 20 jaar staatsexamens NT2

kt! 2 Leren lezen en spellen, een aanpak periode in groep 3 en de hogere

INHOUD. Dit boekje kan je helpen... 8 Hoe gebruik je dit boekje? Wie ben ik? Wat is dyslexie?... 12

Bijlage 14 Registratie- en planningsformulier gehele groep

De kracht van het doen! In zeven stappen van wens naar realiteit

Werkstukken maken op PCBO-Het Mozaiek Groep 6

Breng je. Talent kaart

Everything you always wanted to know about video bij spreekvaardigheid but were afraid to ask.

ATTRIBUEREN OF TOESCHRIJVEN

Datum: Jaar van verschijnen: Duur van de film:

Nieuwsbrief groep 3 december 2014

K e r n v i s i e m e t h o d e

Formeel en informeel. Formeel: Je gebruikt u om iemand aan te spreken. Je noemt iemand bij zijn achternaam.

WORKSHOP JONGEREN MOTIVEREN

Checklist Gesprek voeren 2F - handleiding

Basisspelling is onderdeel van de Bundel Basisprogramma's. Deze bundel bevat ook Basis Werkwoordspelling en Basisgrammatica.

Presenteren vmbo-b34. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Dit document hoort bij de training voor mentoren blok 4 coachingsinstrumenten, leerstijlen.

ZEG HET MAAR HET PRATEN VAN UW KIND. Leeftijd 0 tot 4 jaar

Bijlage interview meisje

Inhoudstafel Leermeermoment Chicago Jongeren Lees dit alvorens te beginnen... 2 Doelstelling van de activiteit... 2 Overzicht...

Spreken. Les 3: Wat zeg je? De supermarkt OPDRACHTKAART.

Zorg dat je een onderwerp kiest, waarvan je echt meer wilt weten. Dat is interessanter, leuker en makkelijker om mee bezig te zijn.

Engels als Aanvullende Taal

Dit programma is gemaakt voor leerlingen van groep 4 en 5 van de basisschool, het praktijkonderwijs, vmbo bbl en mbo 1.

Veilig leren lezen Kern 1: ik - maan - roos vis

Hoe kunt u voor uw bijzondere kleinkind zorgen? Tips voor opa s en oma s. Foto Britt Straatemeier. Deze brochure werd mogelijk gemaakt door:

Begeleiding van studievaardigheden in het Mentoraat. Frans Ottenhof

Ontdek je kracht voor de leerkracht

Sociaal netwerk. Handleiding voor begeleiders

OPDRACHTEN BIJ THEMA 9 FEEDBACK

2 > Kerndoelen > Aan de slag > Introductie van de manier van werken > Mogelijke werkvormen en de plaats op het rooster 27

Met spelling aan de slag: Juf, hoe schrijf je hangbuikzwijn?

Nieuwsbrief groep 3 december 2016

Schrijven - Controleren en verbeteren vmbo-b34

werkbladen thema 7 DE BASISSCHOOL

Spreken - Presenteren HV 1. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Dwerggras 30, Rotterdam. 1. Schrijf tijdens het kijken dingen op die jou belangrijk lijken. Je hebt dit later nodig.

Mbo, toets je taal! Taalvaardigheid Nederlands beoordelen in competentiegericht onderwijs

FAALANGST DE BAAS! TRAINING 1. faalangst. de baas! training.

Nieuwsbrief Januari 2011

Praten over boeken in de klas Het vragenspel van Aidan Chambers

Waarom ga je schrijven? Om de directeur te overtuigen

Zelfbeeld. Het zelfvertrouwen wordt voor een groot deel bepaald door de ideeën die het kind over zichzelf heeft: het zelfbeeld.

Dit programma is gemaakt voor leerlingen van eind groep 3 en groep 4 van de basisschool, het praktijkonderwijs, vmbo bbl en mbo 1.

Engels & Dyslexie Hoe gaat dat samen?

Workshop Handleiding. Verhalen schrijven. wat is jouw talent?

Dit programma is gemaakt voor leerlingen van groep 4 en 5 van de basisschool, het praktijkonderwijs, vmbo bbl en mbo 1.

1. Ga naar de bibliotheek. 2. Kies twee of drie boeken uit over jouw onderwerp. 3. Denk je ook aan de junior-informatieboekjes?

ROC Zeeland Opzet Tijdschrift

Thema Kinderen en school

Tips voor aanvankelijk technisch lezen (groep 3)

DE KERNVISIE METHODE KRACHTIG ANDERS LEREN

BIJLAGEN DOCENTENHANDLEIDING. Doel van de lessenserie

Paragraaf 9.7 Opdracht 15

DE BAAN OP! Een interessant bedrijf kiezen. Inhoud. Doelgroep. Vakgebied. Materialen. Doelen STERKE SCHAKELS

Begeleidingswijzer Dyslexie

Formuleren. Doelgroep Formuleren. Omschrijving Formuleren

TAAL OP NIVEAU CURSUSAANBOD

TRAINING WERKEN MET. Training Werken met. Ella Bohnenn Fouke Jansen. In opdracht van Stichting Expertisecentrum ETV.nl

LUISTERVAARDIGHEID EN

Nieuwsbrief groep 3 januari 2017

HANDLEIDING HANDLEIDING. Inleiding. 3 e leerjaar groep 5

Technisch schrijven en taalverzorging

Studievaardigheden. BEN/LO/ADHD/14/0003j April 2014

Oefenen 1 punt verdienen Onderwerpen van de presentaties

Hoofdstuk 18 - Tips om voorleessoftware in te zetten in de klas

TULE inhouden & activiteiten Nederlands. Kerndoel 8. Toelichting en verantwoording

Draaiboek voor de begeleiding van leerlingen met DYSORTHOGRAFIE of SPELLINGSproblemen en dyslexie (schrijven)

Het Muiswerkprogramma Grammatica op maat bestrijkt de grammatica die nodig is voor het leren van de Nederlandse spelling en zinsbouw.

Feedback Project Ergonomisch Ontwerpen

Project Verwenmorgen voor ouderen organiseren Groepen van 5 leerlingen Totaal: 560 minuten

Transcriptie:

Achtergrondinformatie Taalvrijwilligers Begeleiden bij schrijven 1

Inhoudsopgave Snippers... 3 Verder Lezen... 5 2

Snippers 1 Onderdelen schrijfproces Schrijven is zowel een denktaak als een doetaak. Denken en doen wisselen steeds af. Het schrijfproces is in vier verschillende taalcomponenten 2 te onderscheiden: 1. kennis van de wereld om ons heen, 2. kennis van structuur van de taal, 3. woordenschat en mogelijkheid om nieuwe woorden te maken, 4. kennis van letters, klanken en klankcombinaties. Zelfvertrouwen speelt een belangrijke rol. Zijn er gevoelens van faalangst en minderwaardigheid dan leidt dat tot slechte resultaten, en iedere keer als dit vanuit die gevoelens bevestigd wordt, gaat de spiraal iets verder naar beneden. Veel laaggeletterden hebben gevoelens van minderwaardigheid en angst. Doordat het bovendien vaak lang duurt voordat men aantoonbaar minder fouten maakt bij het schrijven, is het heel moeilijk deze negatieve gevoelens uit te schakelen. Deze emoties hebben invloed op de motivatie. Als de succesbeleving negatief is, krijgt men steeds minder geloof in het uiteindelijke resultaat: het kunnen schrijven. Hierdoor neemt de interesse en de inzet af, leert men minder, waardoor men nog minder gemotiveerd is enz. Een aanwijzing dat er eerst iets gedaan moet worden aan deze negatieve emotie, voordat er vooruitgang geboekt kan worden. Werken op tekst-, zins-, woordniveau Voor alle drie (tekst, zin, woord) geldt: gebruik zinvolle teksten die aansluiten bij eigen interesse en beleving. Verdeel de schrijfvaardigheid in twee componenten: 1. creatieve en praktische schrijfvaardigheid: wat te zeggen en voor wie 2. technische en beroepsgerichte/zakelijke schrijfvaardigheid: spelling, grammatica, motoriek en interpunctie Didactiek van het schrijven - Creëren van een veilige sfeer - Aansluiten bij de deelnemer - Aandacht hebben voor leren leren - Toepasbaarheid en actualiteit van het geleerde Zorg voor variatie in opdrachten. Alleen praktische oefeningen zoals het invullen van formulieren en schrijven van notities en briefjes is niet voldoende. Hoewel het uiteraard geoefend moet worden, krijgt het vaak te veel aandacht waardoor het saai wordt. Het kan interessant gehouden worden door gebruik te maken van veel verschillende teksten en formulieren, liefst uit de directe leefomgeving van de leerders. Verzamel verschillende functionele schrijfproducten, bijvoorbeeld een memo, (spiek)briefje, boodschappenlijstje, muurkrant of een verslagje. Afwisseling in oefenstof en schrijfdisciplines is belangrijk. Gebruik maken van eigen teksten of van (eerdere) leerders is motiverend voor de schrijvers. 1 Gebaseerd op Hoofdstuk 6 Schrijven kenniskring NT1 Werkgroep 4A1 2 Taalgebruikersmodel van Dijkstra en Kempen, 1984 3

Vóór het schrijven weten aan of voor wie je schrijft; weten wat je zult gaan schrijven (bijvoorbeeld iemand uitnodigen voor een feestje; uitkiezen welk soort eindproduct het wordt (misschien een briefje met een foto); stof verzamelen: allemaal stukjes verzamelen over zaken waar je het over wilt hebben en die in het schrijfproduct kunnen komen (zelf nadenken, een woordenverzameling aanleggen, boekjes bekijken, over het onderwerp praten met iemand; selecteren: uit de verzameling die dingen kiezen die in het schrijfproduct gebruikt gaan worden. Voorbespreken Schrijven moet beginnen met het formuleren van ideeën over wat men wil zeggen. Begin bijvoorbeeld met spreken. Dit kan aan de hand van een video, foto s of een simpele tekst. Maak gebruik van het ezelsbruggetje met de 5 W s: 1. wie 2. wat 3. waar 4. wanneer 5. waarom wie ging mee wanneer was het wat gebeurde er uitstapje wat vond je ervan waar naar toe Tijdens het schrijven aandacht voor de rode draad en de opbouw van het verhaal goede zinnen maken de woorden die je goed kunt schrijven, ook goed schrijven (spellinggeweten) werken met een kladblaadje niet bang zijn om te schrijven hulp vragen als je niet verder kunt nalezen wat je geschreven hebt en zo nodig verbeteren. Met het verbeteren van fout geschreven (gespelde) woorden in een tekst moet erg omzichtig omgegaan worden. Zeker in een tekst waar een deelnemer erg zijn best op heeft gedaan kunnen beter geen fouten in de tekst zelf aangegeven worden. Doe dit liever in een apart spellingschrift. Na het schrijven laten zien wat je geschreven hebt iets ter inzage leggen, bijvoorbeeld in een lees en schrijfhoek praten over je schrijfproduct, het toelichten, er vragen over beantwoorden wat iemand geschreven heeft samen lezen een mooie tekst kiezen als tekst van de week een geslaagde tekst opnemen in je portfolio zorg besteden aan het schrijfproduct. Spelling Spellingonderwijs is een onderdeel van het totale taalonderwijs. Spelling is het systeem van regels en afspraken waarmee mondelinge taal wordt omgezet in schrifttekens. Belemmeringen op het gebied van de spelling kunnen liggen op het auditieve, visuele of motorische vlak of zijn een combinatie hiervan. Een onvoldoende spellingvaardigheid kan 4

door deelnemers als een hindernis worden ervaren, maar uiteindelijk zijn het schrijfproces en het schrijfproduct belangrijker dan de spelling. Deelnemers die goed kunnen spellen, moeten er echter natuurlijk wel voor zorgen dat hun teksten geen spelfouten bevatten. Vooral bij deelnemers met Nederlands al moedertaal (NT1) is de spelling een beladen onderwerp. De dictees van vroeger waar keer op keer onvoldoendes op gescoord werden en de hiaten in de kennis van spellingregels maakt dat er aan de ene kant overdreven veel belang gehecht wordt aan het foutloos kunnen spellen, terwijl aan de andere kant door hiaten in kennis van de regels men fouten maakt. Dit kan leiden tot een vorm van hypercorrectie. Voorbeeld: Men weet nog van vroeger dat dt een probleem was, maar men weet niet meer in welke gevallen die regel toegepast moet worden. Dit leidt ertoe dat alle woorden die eindigen op een d zoals ook hond of hand met dt geschreven worden. Veel docenten leren spelling door regels, terwijl veel deelnemers vaak regels leren die ze niet kunnen onthouden of toepassen. 3 Mogelijke manieren om spelling aan te leren en te oefenen. Werken met wisselrijtjes om lettercombinaties te oefenen : au ha-ren g au w spa-ren au to wa-gen Werken met oefenzinnen de jas van jou / het is jouw jas wij lopen door de wei Laat de deelnemer een tekst te maken met veel woorden met eenzelfde klanklettercombinaties (kunnen de woorden van de wisselrijtjes zijn). Gebruik geen woorden die een deelnemer nooit zal gebruiken; leer hem/haar woorden die hij/zij nodig heeft. Oefenen door zelfdictee: bekijk het woord goed, zeg t woord, bedek t woord, schrijf op in en andere kolom, controleer of het goed is (zie ook bij visueel dictee) Sluit zoveel mogelijk aan bij de verschillende leerstijlen; probeer voor iedereen een passende manier van onthouden te vinden. enkele tips: o visueel ingesteld? Werk met accenten, laat woorden zoeken in teksten (zin, vin, min) of wijs op vaste patronen. o motorisch ingesteld? Laat veel voorkomende woorden niet spellen, maar leer ze globaal aan, laat woorden in de lucht schrijven, overtrekken of naschrijven. o auditief ingesteld? Verdeel woorden al sprekend in klankgroepen; tik mee. Zie ook www.basisvaardigheden.nl Verder Lezen Bossers, B. Kuiken, F. Vermeer (A.) (red) Handboek Nederlands als tweede taal in het volwassenenonderwijs (2010) Coutinho Bussum Bij dit Handboek hoort een website met extra materiaal www.coutinho.nl/handboek-nt2 3 Uit: Teaching basic literacy 5