2.1 Voor organen voor gezondheidszorg zoals vermeld in artikel 1 onder A, nummers 1, 4, 9, 28a en 31

Vergelijkbare documenten
Beleidsregel aanpassingen aanvaardbare kosten academische ziekenhuizen 2004

e. De in deze beleidsregel genoemde bedragen zijn gebaseerd op loonkostenniveau/prijspeil 2004.

c. De termijn waarvoor deze beleidsregel geldt: 1 januari 2007 tot en met 31 december 2007.

(Gewogen) Specialisteneenheden / functie-eenheden voor de medisch-specialistische functieuitoefening

e. De in deze beleidsregel genoemde bedragen zijn gebaseerd op loonkostenniveau/prijspeil 2005.

(Gewogen) Specialisteneenheden / functie-eenheden voor de medisch-specialistische functieuitoefening

In deze bijlage zijn aanvullende declaratiebepalingen opgenomen voor de overige trajecten en verrichtingen.

De bij de beleidsregel behorende definities zijn opgenomen in de separate Beleidsregel definities geestelijke gezondheidszorg.

BELEIDSREGEL BR/CU-2038

BELEIDSREGEL BR/REG Beschikbaarheidbijdrage ambtshalve

BELEIDSREGEL BR/CU-2066

Declaratiebepalingen DBC-bedragen en overige bedragen medisch specialistische zorg door of vanwege de zorginstelling

Behandeld door adres Kenmerk directie Zorgmarkten Cure JKUK/mbrd/CI/08/01c

BELEIDSREGEL BR/CU-2018

c. De termijn waarvoor deze beleidsregel geldt: 1 januari 2009 t/m 31 december 2011

Declaratiebepalingen overige trajecten en verrichtingen

BELEIDSREGEL BR/CU Beschikbaarheidbijdrage Cure - ambtshalve

Besluit beschikbaarheidbijdrage WMG van 24 augustus 2012.

3.2 Prestatie extreme kosten van geneesmiddelen (NZa-code M002) Het leveren van geneesmiddelen noodzakelijk voor de zorg, onder

3.2 Prestatie extreme kosten van geneesmiddelen (NZa-code M002) Het leveren van geneesmiddelen noodzakelijk voor de zorg, onder

De prestaties en tarieven zijn van toepassing voor cliënten geïndiceerd voor of aangewezen op verblijf.

De prestaties en tarieven zijn van toepassing voor cliënten geïndiceerd voor of aangewezen op verblijf.

Tarieventabel Toelichting. Versie

BELEIDSREGEL BR/CU-2030

e. Deze beleidsregel kan worden aangehaald als 'Beleidsregel aanvaardbare kosten 2002'.

BELEIDSREGEL BR/CU-2017

drempelbedrag van 700,. Bij het leveren van geneesmiddelen dient sprake te zijn van rationele farmacotherapie.

In deze bijlage zijn aanvullende declaratiebepalingen opgenomen voor de overige trajecten en verrichtingen.

1.3 De beleidsregel functiegerichte budgettering academische ziekenhuizen 2009 met kenmerk CI-1104 is komen te vervallen per 1 januari 2009.

Functiegerichte budgettering algemene ziekenhuizen 2009

29282 Arbeidsmarktbeleid en opleidingen zorgsector. Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal. Den Haag, 22 april 2013.

Gelet op het bepaalde in artikel 57 van de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg) heeft de NZa besloten deze beleidsregel vast te stellen.

SAMENWERKINGSOVEREENKOMST INZAKE HET HEMOFILIEBEHANDELCENTRUM

Behandeld door Telefoonnummer adres Kenmerk directie Regulering / CI/17/10c

f. Deze beleidsregel kan worden aangehaald als 'Beleidsregel instandhoudingsinvesteringen'.

BELEIDSREGEL BR/CU-2033

1. OPSCHONING STARTLUMPSUM 2005 IN VERBAND MET INVOERING B-SEGMENT

BELEIDSREGEL BR/CU Verrichtingenlijst ten behoeve van DBC s

Loon- en materiële kosten intramurale geestelijke gezondheidszorg ZVW

Gelet op de artikelen 2, eerste lid, 5, en 6, tweede lid, van de Wet op bijzondere medische verrichtingen;

BELEIDSREGEL BR/REG Overige kosten Wlz Grondslag

CONCEPT - Off label indicaties OZP/ Stollingsfactoren - FMS V1

Op grond van artikel 56a lid 2 Wmg geeft de NZa ambtshalve toepassing aan artikel 56a leden 1 en 7 Wmg.

c. De Beleidsregel loon- en materiële kosten geestelijke gezondheidszorg met nummer CA-76 eindigt op 31 december 2006.

Planningsbesluit bijzondere perinatologische

Loon- en materiële kosten intramurale geestelijke gezondheidszorg ZVW

Q&A's bij de verboden-toegestaan-lijst

Datum 28 JUNI 2013 Betreft

d. De Beleidsregel loon- en materiële kosten geestelijke gezondheidszorg met nummer CA-185 eindigt op 31 december 2007.

BELEIDSREGEL BR/CU Intramurale GGZ Zvw: loon- en materiële kosten

Instructie Intensive Care v (ingangsdatum instructie )

Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport

BELEIDSREGEL BR/CU Extramurale zorg GGZ Zvw

Beleidsregel verpleegkundige dagopvang en verblijf bij intensieve kindzorg

f. Deze beleidsregel kan worden aangehaald als 'Beleidsregel instandhoudingsinvesteringen'.

RELEASE RZ18A+B ADD ON GENEESMIDDELEN

Verpleegkundige dagopvang en verblijf bij intensieve kindzorg

BELEIDSREGEL BR/CU Extramurale GGZ Zvw

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Gelet op artikel 7 van de Wet marktordening gezondheidszorg;

3. Definities Voor de omschrijvingen van de verschillende budgetparameters en doelgroepen wordt verwezen naar de Beleidsregel definities GGZ.

f. Deze beleidsregel kan worden aangehaald als 'Beleidsregel loon- en materiële kosten'.

BELEIDSREGEL BR/CU-2060

Intramurale curatieve GGZ: loon- en materiële kosten

Transitiemodel voor gebudgetteerde zorgaanbieders van gespecialiseerde curatieve ggz Kenmerk

Zorgaanbieder Zorgaanbieder als bedoeld in artikel 1, aanhef en onder c, van de Wmg, die de prestaties integrale geboortezorg (mede) uitvoert.

Transitie Bekostigingsstructuur. specialistische zorg BR/CU-2080

BELEIDSREGEL BR/FZ-0006

BELEIDSREGEL BR/CU-2063

Deel II. De PM-posten

BELEIDSREGEL AL/BR-0021

De overige bij deze beleidsregel behorende definities zijn ondergebracht in de separate Beleidsregel definities geestelijke gezondheidszorg.

BELEIDSREGEL BR/REG-18126

BELEIDSREGEL BR/CU-5094

Langdurige ggz: De zorg geleverd aan verzekerden als bedoeld in artikel van de Wet langdurige zorg (Wlz).

RELEASE RZ17AB ADD ON GENEESMIDDELEN

Beleidsregel beschikbaarheidbijdrage kapitaallasten academische zorg universitaire medische centra

Beleidsregel Verpleging in de thuissituatie, noodzakelijk in verband met medisch specialistische zorg

BELEIDSREGEL BR/FZ-0003

4.1 Geneeskundige zorg in het kader van individuele zorg bij tuberculose en infectieziekten

NADERE REGEL NR/CU-531

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

BELEIDSREGEL CU Invoering DBC s in de geestelijke gezondheidszorg. 1. Algemeen

BELEIDSREGEL BR/CU-7034

Behandeld door Telefoonnummer adres Kenmerk MCAC/djon/TSZ CI/13/31c

Transitiemodel voor gebudgetteerde zorgaanbieders van gespecialiseerde curatieve GGZ

3. Definities Voor de omschrijvingen van de verschillende budgetparameters en doelgroepen wordt verwezen naar de Beleidsregel definities GGZ.

BELEIDSREGEL BR/CU Extramurale curatieve GGZ

BELEIDSREGEL BR/CU-7039

BELEIDSREGEL AL/BR-0040

Toelichting op de WBMV Code Tabel v Ingangsdatum tabel:

BELEIDSREGEL BR/CU-2025

Beleidsregel Kaderregeling Administratieve Organisatie en Interne Controle inzake DBC-registratie en facturering

d. De onderstaande bedragen zijn gebaseerd op het loonkostenniveau ultimo 2002.

BELEIDSREGEL BR/CU Prestaties en tarieven protonentherapie

Voorlopige vaststelling transitiebedragen medisch specialistische zorg

BELEIDSREGEL BR/CU-7073

Logopedie in de DBC systematiek

NADERE REGEL NR/CU-558

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds In het derde lid wordt bijlage 3 vervangen door: bijlage 4.

Transitiemodel voor gebudgetteerde zorgaanbieders van gespecialiseerde curatieve GGZ Kenmerk

Transcriptie:

Bijlage 2 bij brief BSIK/escs/I/04/351 Beleidsregel aanpassingen aanvaardbare kosten 2002 1. ALGEMEEN a. Deze beleidsregel is van toepassing op organen voor gezondheidszorg als vermeld in artikel 1, onder A, nummer 1, 2, 4, 6, 9, 27, 28a, 29 en 31 van het Besluit werkingssfeer Wet tarieven gezondheidszorg 1992 (Stb. 1991, 732), laatstelijk gewijzigd bij Besluit van 5 november 2002 (Stb. 2002, 549). b. De beleidsregel treedt in werking op 1 januari 2002 en werkt terug tot die datum indien de bekendmaking van de neerlegging van de beleidsregel in de Staatscourant na deze datum plaatsvindt. c. De termijn waarvoor de beleidsregel geldt: 1 januari 2002 tot en met 31 december 2002. d. De vastgestelde beleidsregel I609 komt hiermee te vervallen. e. De in deze beleidsregel genoemde bedragen zijn gebaseerd op het loon en prijsniveau 2001. f. Deze beleidsregel kan worden aangehaald als "Beleidsregel aanpassingen aanvaardbare kosten 2002". 2. AANPASSING VAN DE AANVAARDBARE KOSTEN 2002 2.1 Voor organen voor gezondheidszorg zoals vermeld in artikel 1 onder A, nummers 1, 4, 9, 28a en 31 aangepast op grond van de "Beleidsregel privatisering ABPinstellingen" 2.2 Voor organen voor gezondheidszorg zoals vermeld in artikel 1, onder A, nummer 1 en 2 Voor ziekenhuizen die deel hebben genomen aan het evaluatieonderzoek neuromodulatie en op grond daarvan in aanmerking kwamen voor de subsidieregeling neuromodulatie kunnen de aanvaardbare kosten 2002 worden aangepast. De aanvaardbare kosten kunnen worden aangepast voor de kosten van implanteerbare neuromodulatieapparatuur. Per (her) implantaat geldt daarbij het volgende beleidsregelbedrag: Implanteerbare neurostimulator 11.693 2.3 Voor organen voor gezondheidszorg, zoals vermeld in artikel 1 onder A, nummer 1, 4 en 28a aangepast als gevolg van de aanwijzing van de Minister van VWS d.d. 26 november 1999, kenmerk Z/P2019761 (onderdeel inkoopkorting 2002). De aanpassing bedraagt / 1,08% van de in de budgetten opgenomen materiële kosten. Het CTG stelt bij het ontbreken van een verzoek tot goedkeuring of vaststelling van tarieven ter uitvoering van dit richtlijnonderdeel ambtshalve een gewijzigd tarief vast. 2.4 Voor organen voor gezondheidszorg, zoals vermeld in artikel 1 onder A, nummer 2 (academische ziekenhuizen) aangepast als gevolg van de aanwijzing van de Minister van VWS d.d. 26 november 1999, kenmerk Z/P2019761 (onderdeel inkoopkorting 2002). De aanpassing bedraagt / 0,96% van de in de budgetten opgenomen materiële kosten. Het CTG stelt bij het ontbreken van een verzoek tot goedkeuring of vaststelling van tarieven ter uitvoering van dit richtlijnonderdeel ambtshalve een gewijzigd tarief vast.

2 2.5 Voor organen voor gezondheidszorg, zoals vermeld in artikel 1 onder A, nummer 1 (algemene ziekenhuizen waarvoor de beleidsregel functiegerichte budgettering geldt) aangepast in verband met de toekenning van de zogenaamde werkdrukmiddelen 2002. De aanpassing bedraagt 0,13% van de loonkosten van het FBbudget inclusief de eerste lijn. 2.6 Voor organen voor gezondheidszorg, zoals vermeld in artikel 1, onder A, nummer 2 (academische ziekenhuizen) aangepast in verband met de zogenaamde werkdrukmiddelen 2002. De aanpassing bedraagt 0,16% van het FBbudget en de gebouwgebonden loonkosten. 2.7 Voor organen voor gezondheidszorg zoals vermeld in artikel 1 onder A, nummers 1 en 2 De door de mimister ex artikel 8 WBMV (Wet op de bijzondere medische verrichtingen) aangewezen ziekenhuizen als centrum voor hemofiliebehandeling en aanverwante hemostaseziekten, komen in aanmerking voor een specifieke compensatie van de kosten voor hemofiliebehandeling en aanverwante hemostaseziekten in de aanvaardbare kosten 2001. De compensatie in het jaar t bedraagt 100% van de kosten in het jaar t van de in het kader van een behandelplan toegediende dan wel afgeleverde stollingsfactoren voor de behandeling van patiënten met de aandoeningen hemofilie A en B, Von Willebrandziekte, congenitale geïsoleerde stollingsfactordeficiënties en congenitale thrombocytopathie. De stollingsfactoren die voor compensatie in aanmerking komen betreffen de volgende: Productnaam Registratienummer Werkzame stof Aafact AutoplexT (niet in GVS) Benefix Factor VII Concentraat TIM 4 (niet in GVS) Factor IX P Behring Factor XIII concentraat (niet in GVS) Feiba STIM 4 Fibrogammin P Haemate P Haemocomplettan P Helixate Helixate Nex Gen Hemofil M Hyate C Immunate Immunonine Kogenate Kogenate Bayer RVG 17121 EU/1/97/047/001 RVG 17529 RVG 17119 RVG 17120 RVG 17445 RVG 16996 RVG 18276 RVG 18277 RVG 18278 EU/1/00/144/001 EU/1/00/144/002 EU/1/00/144/003 RVG 17075 RVG 17076 RVG 17077 RVG 17427 RVG 17428 RVG 17861 RVG 17862 RVG 16789 RVG 16790 RVG 16791 EU/1/00/143/001 EU/1/00/143/002 EU/1/00/143/003 humaan factor VIII humaan antiinhibitorcoagulant complex nonacog alfa (rec. humaan factor IX) humaan factor VII humaan factor IX, humaan factor X humaan factor XIII humaan antiinhibitorcoagulant complex humaan factor XIII humaan factor VIII, humane Von Willebrandfactor humaan fibrinogeen humaan factor VIII (varkens)factor VIII humaan factor VIII, humane Von Willebrandfactor humaan faxtor IX Mononine RVG 16874 RVG 16875 RVG 16876 humaan factor IX

3 Monoclate P Nonafact Novoseven Recombinate ReFacto RVG 17365 RVG 17366 RVG 17367 EU/1/01/186/001 EU/1/01/186/002 EU/1/96/006/001 EU/1/96/006/002 EU/1/96/006/003 RVG 16030 RVG 16031 RVG 16032 EU/1/99/103/001 EU/1/99/103/002 EU/1/99/103/003 humaan factor VIII humaan factor IX eptacog alfa (rec. humaan factor VII) moroctocog alfa (rec. humaan factor VIII) 2.8 Voor organen voor gezondheidszorg zoals vermeld in artikel 1 onder A, nummer 1 en 2 aangepast in verband met de kosten van verstrekking van het geneesmiddel infliximab (Remicade). De aanpassing van de aanvaardbare kosten is gelijk aan de gedeclareerde netto inkoopkosten. Alleen kosten van verstrekte middelen die voldoen aan de voorwaarden zoals die zijn vastgesteld door de Indicatiecommissie van Zorgverzekeraars Nederland komen voor nacalculatie in aanmerking. Voor de behandeling van de patiënt moet vooraf door diens zorgverzekeraar toestemming zijn verleend. Voor de te declareren kosten wordt uitgegaan van de netto inkoopprijs. Onder netto inkoopprijs wordt verstaan de inkoopprijs na aftrek van eventuele bonussen en kortingen voor het door de instelling ingekochte geneesmiddel. 2.9 Voor organen voor gezondheidszorg zoals vermeld in artikel 1 onder A, nummers 1 en 2 De afschrijvingkosten voor investeringen tussen 0,45 miljoen en 4,5 miljoen, ten behoeve van de functie bijzondere neurochirurgie, kunnen in het budget opgenomen worden op basis van een gezamenlijk verzoek van lokale partijen. Voorwaarde is dat het betreffende orgaan voor gezondheidszorg is aangewezen als neurochirurgisch centrum in het kader van het Planningsbesluit Neurochirurgie 2001. Alvorens de afschrijvingskosten in het budget op te nemen vindt er een aftrek van 0,45 miljoen plaats op het investeringsbedrag. De afschrijvingskosten van dit bedrag worden geacht gefinancierd te worden uit de normatieve beleidsregel medische en overige inventarissen. Voor investeringen boven 4,5 miljoen dient een vergunning te worden aangevraagd bij het Ministerie VWS. 2.10 Voor organen voor gezondheidszorg zoals vermeld in artikel 1 onder A, nummers 1 en 2 In geval van vervanging van apparatuur per 1 januari 2002 voor de functie bijzondere neurochirurgie, waarvan de oorspronkelijke investering in het budget is opgenomen op grond van goedkeuring artikel 2 WBMV of op grond van een lokaal verzoek na 2001, kunnen de afschrijvingskosten opnieuw in het budget opgenomen worden op basis van lokale overeenstemming. De afschrijvingskosten worden op dezelfde wijze in het budget opgenomen als het geval is bij een nieuwe investering in bijzondere neurochirurgische apparatuur. 2.11 Voor organen voor gezondheidszorg zoals vermeld in artikel 1 onder A, nummers 1 (algemene ziekenhuizen waarvoor de beleidsregel functiegerichte budgettering geldt) en 2 De aanvaardbare kosten 2002 kunnen ten opzichte van 2001 worden aangepast in verband met een correctie van de parameters voor het eerstelijnsbudget. Deze wijziging houdt verband met het corrigeren van de jaarlijkse indexering van de neventarieven.

4 De gecorrigeerde parameters zijn: loonkosten materiële kosten fysiotherapie 77,3% 16,4% ergotherapie 77,3% 16,4% logopedie 77,3% 16,4% functieonderzoeken 42,2% 10,4% röntgendiagnostiek 37,6% 8,1% analysekosten laboratoriumonderzoek 57,3% 54,1% 2.12 Voor organen voor gezondheidszorg zoals vermeld onder artikel 1 onder A, nummers 1, 2 en 28a aangepast met de kosten van hartrevalidatie. De aanpassing van de aanvaardbare kosten is gelijk aan de gedeclareerde opbrengst van de tarieven E111 tot en met E115 van de Tarieflijst Instellingen. 2.13 Voor organen voor gezondheidszorg zoals vermeld in artikel 1 onder A, nummer 1 (algemene ziekenhuizen waarvoor de beleidsregel functiegerichte budgettering geldt) en nummer 2 (academische ziekenhuizen) In verband met de nieuwe beleidsvisie HIVbehandelcentra komen de beleidsregelbedragen met betrekking tot de functie Aids uit de beleidsregel functiegerichte budgettering algemene ziekenhuizen en uit de beleidsregel functiegerichte budgettering academische ziekenhuizen te vervallen. Dit betreffen de toeslagen op de opname, verpleegdag, dagverpleging en eerste polikliniekbezoek van aidspatiënten, de centrum toeslag voor een aangewezen aidscentrum en de viral loadbepalingen. In het kader van de nieuwe beleidsregel zullen de volgende definities gelden: HIVopname Opname van die patiënt die als HIVgeïnfecteerde is geregistreerd bij de Stichting HIVmonitoring en behandeld wordt in een door het ministerie van VWS aangewezen centrumziekenhuis of subcentrum. HIVverpleegdag Verpleegdag van die patiënt die als HIVgeïnfecteerde is geregistreerd bij de Stichting HIVmonitoring en behandeld wordt in een door het ministerie van VWS aangewezen centrumziekenhuis of subcentrum. HIVeerste polikliniekbezoek Eerste polikliniekbezoek van die patiënt die als HIVgeïnfecteerde is geregistreerd bij de Stichting HIVmonitoring en behandeld wordt in een door het ministerie van VWS aangewezen centrumziekenhuis of subcentrum. HIVdagverpleging Dagverpleging van die patiënt die als HIVgeïnfecteerde is geregistreerd bij de Stichting HIVmonitoring en behandeld wordt in een door het ministerie van VWS aangewezen centrumziekenhuis of subcentrum.

5 aangepast met de volgende beleidsregelbedragen: loonkosten materiële kosten HIVopname 801,05 54,62 HIVverpleegdag 27,15 15,81 HIVeerste polikliniekbezoek 1.779,52 882,04 HIVdagverpleging 449,15 87,17 2.14 (nog niet vastgesteld) 2.15 Voor organen voor gezondheidszorg genoemd in artikel 1 onder A, nummer 1 (algemene ziekenhuizen waarvoor de beleidsregel functiegerichte budgettering geldt) aangepast in verband met de kosten voor zelfmeting van bloedstollingswaarden bij trombosepatiënten. Per patiënt gelden daarbij de volgende beleidsregelbedragen: loonkosten materiële kosten training/intensieve begeleiding (éénmalig) 213,23 191,16 begeleiding (jaarlijks) 181,29 602,88 2.16 Voor organen voor gezondheidszorg genoemd in artikel 1 onder A, nummer 1 (algemene en categorale ziekenhuizen) aangepast in verband met de kosten van extra opleidingen voor ICverpleegkundigen, dialyseverpleegkundigen, OKassistenten, anesthesiemedewerkers en radiodiagnostisch laboranten. Voor opleidingsplaatsen die extra ten opzichte van 2001 zijn bezet gelden de volgende vergoedingsbedragen per jaar: opleiding budgetvergoeding per jaar ( ) per bezette extra plaats ICverpleegkundige 32.800 dialyseverpleegkundige 32.800 OKassistent 21.300 anesthesiemedewerker 21.300 radiodiagnostisch laborant 21.300 Als peildatum voor de bezette plaatsen geldt 1 oktober van het lopende jaar. Het referentieaantal is het aantal bezette plaatsen op 1 oktober 2001. De regeling geldt voor de bovenvermelde opleidingen voorzover het desbetreffende ziekenhuis over een relevante opleidingserkenning beschikt. 2.17 Voor organen voor gezondheidszorg zoals vermeld in artikel 1 onder nummers 1 en 2 Ziekenhuizen die op grond van artikel 8 WBMV zijn aangewezen als HIVbehandel(sub)centrum kunnen in aanmerking komen voor een verhoging van de aanvaardbare kosten 2002 ten behoeve van de monitoring van HIVgeïnfecteerden. De aanpassing van de aanvaardbare kosten 2002 bedraagt 83.836 per ziekenhuis. Dit bedrag dient te worden afgedragen aan de Stichting HIVmonitoring.

6 2.18 Voor organen voor gezondheidszorg, zoals vermeld onder artikel 1 onder A, nummer 1 (algemene ziekenhuizen waarvoor de beleidsregel functiegerichte budgettering geldt) en 2 De aanvaardbare kosten 2002 van instellingen die op grond van artikel 2 WBMV in het Planningsbesluit Neurochirurgie zijn aangewezen als centrum voor neurostimulatie bij bewegingsstoornissen kunnen ten opzichte van de aanvaardbare kosten 2001 worden verhoogd met de volgende bedragen: loon materieel plaatsing eenzijdige stimulator: 10.000 plaatsing tweezijdige stimulator: 16.700 vervanging eenzijdige stimulator: 8.000 vervanging tweezijdige stimulator: 12.600 2.19 Voor organen voor gezondheidszorg zoals vermeld in artikel 1 onder nummers 1 en 2 In verband met het nieuwe planningsbesluit bijzondere perinatologische zorg van 6 juli 2001 komt het beleidsregelbedrag per bed met betrekking tot de functie neonatale intensive care uit de beleidsregel functiegerichte budgettering algemene ziekenhuizen en academische ziekenhuizen te vervallen. In het kader van deze beleidsregel, gebaseerd op het planningsbesluit Perinatologische zorg, gelden de volgende definities: Derdelijns Obstetrische Zorg Er is sprake van derdelijns obstetrische zorg indien bij de vrouw sprake is van ernstige obstetrische complicaties(bijvoorbeeld preeclampsie, hellpsyndroom of extreem hoge bloeddruk) dan wel als verwacht wordt dat het kind op de neonatale IC moet worden opgenomen. Dit is het geval bij een verwachte zwangerschapsduur van 24 tot 32 weken, bij een verwacht geboortegewicht van minder dan 1200 gram of bij een verwachte afwijking die subspecialistische diagnostiek of behandeling in de eerste levensdagen noodzakelijk maakt. Tot een week na de partus is de vrouw geïndiceerd voor de derdelijns obstetrische zorg. Neonatale Intensive Care Neonatale intensive care is geïndiceerd bij pasgeborenen met een zwangerschapsduur van 24 tot 32 weken of en geboortegewicht minder dan 1200 gram, bij pasgeborenen met ernstig gestoorde vitale functies en bij pasgeborenen met ernstige afwijkingen die subspecialistische diagnostiek en/of behandeling in de eerste levensdagen noodzakelijk maken. De neonatale intensive care is vergunningplichtig op grond van artikel 2 WBMV. Post IC High Care Er is sprake van post IC High care als na een opname op de neonatale intensive care noodzaak bestaat tot intensieve behandeling en bewaking. Dit is het geval indien sprake is van ten minste twee van de volgende behandelingen en/of vormen van bewaking: CPAP/ low flow, continue parenterale medicatie ter ondersteuning van één of meer vitale functies, meervoudige medicamenteuze therapie (exclusief vitaminen en andere voedingssupplementen), centrale lijn voor parenterale voeding, invasieve bloeddrukmeting, en blaascatheter. Om van de intensive care overgeplaatst te worden naar de postic High care dient de leeftijd van het kind, inclusief de zwangerschapsduur minimaal 29 à 30 weken te zijn en het gewicht minimaal 1000 gram. De post IC high care bedden kunnen zich ook bevinden buiten het perinatologisch centrum. In regionaal verband dienen hierover afspraken te worden gemaakt.

7 aangepast met de volgende beleidsregelbedragen: loonkosten materiële kosten Toeslag per opname neonatale IC 7.394 4.362 Toeslag per bed postic high care 10.703 20.632 2.20 Voor organen voor gezondheidszorg, zoals vermeld onder artikel 1 onder A, nummer 2 aangepast met een toeslag per opname op de pediatrische intensive careafdeling. Per opname geldt de volgende toeslag: loonkosten materiële kosten 2.343 1.519 De toeslag geldt maximaal eenmaal per klinische opname, ongeacht of de patiënt rechtstreeks of via een andere afdeling wordt opgenomen op de pediatrische intensive careafdeling. 2.21 Voor organen voor gezondheidszorg, zoals vermeld onder artikel 1 onder A, nummer 2 De aanvaardbare kosten 2002 van de door VWS als landelijke organisatie van donororgaanuitnameteams ex artikel 8 WBMV aangewezen academische ziekenhuizen kunnen worden verhoogd met een bedrag van 135.808, ten opzichte van 2001. 2.22 Voor organen voor gezondheidszorg onder artikel 1 onder A, nummer 28a (revalidatiecentra) alsmede voor de revalidatie afdelingen van Beatrixoord te Haren en de St. Maartenskliniek in Nijmegen aangepast in verband met de toekenning van 6,8 miljoen ten behoeve van een algemene budgetverruiming. De parameters verpleegdag, klinische en polklinische RBU worden daartoe met ingang van 1 januari 2002 verhoogd met 5,6%. 2.23 Voor organen voor gezondheidszorg zoals vermeld in artikel 1 onder A, nummer 1 en 2 aangepast als gevolg van de: herijking door Sanquin van de kosten/tarieven van de bloedproducten per 1 januari 2002; door het departement geaccordeerde prijsstijging van bloed, bloedproducten en verrichtingen. Bij deze aanpassing wordt uitgegaan van een verhoging van de nietproductiekosten 2001 met 16,3%. 2.24 Voor organen voor gezondheidszorg zoals vermeld in artikel 1, onder A nummer 2 De aanvaardbare kosten 2002 kunnen toenemen ten opzichte van de aanvaardbare kosten 2000 in verband met de extra opleidingsplaatsen klinische fysica en radiotherapie in het kader van de inhaalslag radiotherapie. De extra opleidingsplaatsen klinische fysica en radiotherapie leiden, indien daadwerkelijk ingevuld, tot aanpassing van het budget met de parameterwaarde voor de loonkosten agio van 54.731,.

8 2.25 Voor organen voor gezondheidszorg zoals vermeld in artikel 1, onder A nummer 2 De aanvaardbare kosten 2002 kunnen worden aangepast als gevolg van overeengekomen aantallen verrichtingen bij cochleaire implantatie voor: (pre) cochleaire implantatie (de behandeleenheid, zoals genoemd onder tarief D930 (volwassenen) en D932 (kinderen) van de Tarieflijst Instellingen) nazorg cochleaire implantatie (de behandeleenheid, zoals genoemd onder tarief D931 (volwassenen) en D933 (kinderen) van de Tarieflijst Instellingen). Per verrichting gelden daarbij voor volwassen en kinderen de volgende beleidsregelbedragen: volwassenen: loonkosten materiële kosten (pre)cochleaire implantatie ƒ 4.782, ƒ 27.695, nazorg cochleaire implantatie ƒ 871, ƒ 1.374, kinderen: loonkosten materiële kosten (pre)cochleaire implantatie ƒ 5.842, ƒ 33.648, nazorg cochleaire implantatie ƒ 1.325, ƒ 1.048, 2.26 Voor organen voor gezondheidszorg zoals vermeld in artikel 1 onder A, nummer 2 In het kader van de functie neonatale en pediatrische intensive care wordt per 1 januari 2002 per bestaand neonataal en pediatrisch ICbed 0,33 fte kinderarts toegevoegd aan de volgens de beleidsregel functiegerichte budgettering academische ziekenhuizen vastgestelde aantallen medisch specialisten (capaciteitseenheden en aantal ten behoeve van artskosten). Deze toevoeging vindt plaats onder gelijktijdige korting van een even groot bedrag op de academische component van de betreffende instelling. 12 juli 2004 /w:\seck1\beleid\i707.doc