betreffende de conferentie Rio+20 van de Verenigde Naties over duurzame ontwikkeling

Vergelijkbare documenten
Zittingsdocument B7-0000/2011 ONTWERPRESOLUTIE. naar aanleiding van vraag voor mondeling antwoord B7-0000/2011

Zittingsdocument B7-0522/2011 ONTWERPRESOLUTIE. naar aanleiding van vragen voor mondeling antwoord B7-0436/2011 en B7-0437/2011

Openingstekst VN-Resolutie: 2030 Agenda voor Duurzame Ontwikkeling. Resolutie goedgekeurd door de Algemene Vergadering op 25 september 2015

1. GEEN ARMOEDE 2. GEEN HONGER. Armoede uitroeien, in al zijn vormen en overal. Honger beëindigen, betere voeding en duurzame landbouw promoten

Directie-Generaal Ontwikkelingssamenwerking en Humanitaire Hulp (DGD) DGD EN DE ONTWIKKELINGSACTOREN

8361/17 asd/jel/sl 1 DG B 2B

De toekomst van energie

WAAR WIJ VOOR STAAN. Socialisten & Democraten in het Europees Parlement. Fractie van de Progressieve Alliantie van

Nieuwe strategieën voor mondiale biodiversiteit. Prof. dr. Maarten Hajer

10997/19 DAU/cg 1 RELEX.1.B

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA 's-gravenhage. Geachte Voorzitter,

Boodschap aan de vijfde Top Europese Unie Latijns-Amerika en het Caribisch gebied op 16 en 17 mei 2008 in Lima

Klimaatverandering en internationaal beleid: de weg van Kyoto naar Kopenhagen.

Achtergrondinformatie toelichtingen bij ppt1

Commissie ontwikkelingssamenwerking ONTWERPRESOLUTIE. naar aanleiding van vraag met verzoek om mondeling antwoord B8-0000/2016

ADVIES. NL In verscheidenheid verenigd NL 2012/2029(INI) van de Commissie ontwikkelingssamenwerking

EIR 2019: Selectie van de belangrijkste feiten over de stand van de uitvoering van de milieuwetgeving in Europa

Klimaatverandering: beleid Gepubliceerd op Compendium voor de Leefomgeving (

Tijdens de zitting van 18 mei 2009 heeft de Raad Algemene Zaken en Externe Betrekkingen de conclusies in bijlage dezes aangenomen.

DE GRENZEN VAN HET LAND

Speel en bouw aan de toekomst

NL In verscheidenheid verenigd NL B8-0360/1. Amendement. Paolo De Castro, Ulrike Rodust, Isabelle Thomas namens de S&D-Fractie

6981/17 ASS/sl 1 DG C 1

Boodschap uit Gent voor Biodiversiteit na 2010

Duurzaam beleggen Beleggen voor verandering

van de heer Hermes Sanctorum, de dames Gwenny De Vroe en Mercedes Van Volcem en de heer Filip Watteeuw

CHARTER van verenigingen en coöperaties van burgers voor hernieuwbare energie in Nederland

uw brief van uw kenmerk ons kenmerk datum DN. 2008/ april 2008

ILO-VERKLARING BETREFFENDE DE FUNDAMENTELE PRINCIPES EN RECHTEN OP HET WERK

SonEnergie, 25 maart 2019 Jacques Hagoort

Datum 13 november 2013 Betreft Motie Sjoerdsma (33625, nr. 8) inzet private sector bij klimaatfinanciering

Voorstel van resolutie. betreffende een meer doeltreffende preventie van vrouwelijke genitale verminking in Vlaanderen

NATUUR EN BIODIVERSITEIT

PARITAIRE PARLEMENTAIRE VERGADERING ACS-EU

12950/17 van/asd/dp 1 DG B 2B

C O N C E P T BELEIDSPLAN MOS/MEERSSEN EN ONTWIKKELINGSSAMENWERKING

Werkblad 3. Klimaatconferentie Parijs december 2015

Sommige doelen zijn universeel en van alle tijden

BIODIVERSITEIT, NATUUR EN BODEM

VR DOC.0292/1TER

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Raad van de Europese Unie Brussel, 10 februari 2017 (OR. en)

Zittingsdocument B7-0000/2013 ONTWERPRESOLUTIE. naar aanleiding van vraag voor mondeling antwoord B7-0000/2013

Voorontwerp van decreet tot wijziging en optimalisatie van diverse bepalingen van het kaderdecreet van 22 juni 2007 inzake ontwikkelingssamenwerking

De Bilt, 7 februari 2019

BIJLAGEN. bij. voorstel voor een besluit van de Raad

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 15 januari 2002 (OR. en) 14759/01 JEUN 67 SOC 510

PARITAIRE PARLEMENTAIRE VERGADERING ACS-EU

NL In verscheidenheid verenigd NL B8-1043/8. Amendement. Giovanni La Via, Peter Liese namens de PPE-Fractie

Hendrik Segers Nationaal Knooppunt Biodiversiteit Koninklijk Belgisch Instituut voor Natuurwetenschappen

5,4. a) Gegevens over de organisatie. Werkstuk door een scholier 934 woorden 5 mei keer beoordeeld. Maatschappijleer

452 ( ) Nr juli 2015 ( ) ingediend op. Ontwerp van decreet

Commissie economische ontwikkeling, financiën en handel ONTWERPVERSLAG

ONZE VERANTWOORDELIJKHEID

NL In verscheidenheid verenigd NL A8-0230/1. Amendement. Jonathan Bullock, Aymeric Chauprade namens de EFDD-Fractie

Formulier aanvraag subsidie 4 de pijler Project in een Laag of Middeninkomensland (DAC-lijst)

EU-ontwikkelingsbeleid Onze wereld, onze toekomst, onze waarden

EUROPEES PARLEMENT. Zittingsdocument B6-0038/2006 ONTWERPRESOLUTIE. naar aanleiding van vraag voor mondeling antwoord B6-0345/2005

Aanvraagformulier voor stedelijke subsidiëring van publieksgerichte activiteiten van Turnhoutse verenigingen ikv ontwikkelingssamenwerking

Gezamenlijk voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

... /... Samenvatting door de Voorzitter van de vverkzaamheden. van de Europese Raad Maastricht - 23/24 maart 1981

Zittingsdocument ONTWERPRESOLUTIE. naar aanleiding van verklaringen van de Raad en de Commissie

Klimaatbeleid van het Ministerie van Arbeid, Technologische Ontwikkeling en Milieu

BIJLAGEN. bij. voorstel voor een besluit van de Raad

B8-0360/37. Anja Hazekamp, Curzio Maltese, Eleonora Forenza, Barbara Spinelli namens de GUE/NGL-Fractie

14890/09 gar/gar/sd 1 DG I

betreffende de voortgangsbewaking van de post-2015 ontwikkelingsagenda

EUROPEES PARLEMENT. Commissie vrijheden en rechten van de burger, justitie en binnenlandse zaken. 20 juni 2003 PE /6-24 AMENDEMENTEN 6-24

CONCLUSIES VAN HET VOORZITTERSCHAP

NL In verscheidenheid verenigd NL B8-0455/31. Amendement

SDG 13 Klimaat Adaptatie Griet Verstraeten Department Omgeving

EUROPEES PARLEMENT. Commissie interne markt en consumentenbescherming. Commissie interne markt en consumentenbescherming

De kloof wordt breder. Boekverslag door H woorden 15 februari keer beoordeeld. Aardrijkskunde

*** ONTWERPAANBEVELING

TNAV 21 februari 2017

Sustainable development goals

Millennium Development Goal 8: Developing a Global Partnership for Development

Verantwoord beleggen beleid

NL In verscheidenheid verenigd NL. Amendement. Julia Reid namens de EFDD-Fractie

ASN Bank Issuepaper. Staatsobligaties

Klimaat en ontwikkeling

Aanvraagformulier voor stedelijke subsidiëring van activiteiten van Turnhoutse scholen met betrekking tot mondiale vorming

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

EURO-LATIJNS-AMERIKAANSE PARLEMENTAIRE VERGADERING

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

AANGENOMEN TEKSTEN. Meerjarig financieel kader en eigen middelen

Nederlands Samenwerkingsverband voor Inheemse Volken. Inhoudsopgave

SUSTAINABLE DEVELOPMENT GOALS. Watercircle 19/02/ 19

KLIMAATBELEID. Joke Schauvliege Vlaams minister van Omgeving, Natuur en Landbouw. 20 maart 2015, Drongen. Joke Schauvliege

EUROPA: HET IS ONZE TOEKOMST

Het post-2015 ontwikkelingskader: Inzet, uitdagingen en kansen. ATELIER 1 Naar een gemeenschappelijk kader voor MDG s en SDG s?

EUROPEES PARLEMENT. Commissie internationale handel PE v01-00

AANGENOMEN TEKSTEN. Follow-up en stand van zaken van de Agenda 2030 en de doelstellingen inzake duurzame ontwikkeling

PAKKET ENERGIE-UNIE BIJLAGE STAPPENPLAN VOOR DE ENERGIE-UNIE. bij de

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

BELEIDSPLAN MEERSSEN EN ONTWIKKELINGSSAMENWERKING

PROTOS onderschrijft volop de Millenniumdoelstellingen!

Commissie milieubeheer, volksgezondheid en voedselveiligheid ONTWERPVERSLAG. over Europese duurzaamheidsmaatregelen (2017/2009(INI))

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Eerlijker, eenvoudiger, efficiënter

Transcriptie:

stuk ingediend op 1620 (2011-2012) Nr. 1 15 mei 2012 (2011-2012) Voorstel van resolutie van de heren Hermes Sanctorum, Dirk Peeters en Filip Watteeuw betreffende de conferentie Rio+20 van de Verenigde Naties over duurzame ontwikkeling verzendcode: LEE

2 Stuk 1620 (2011-2012) Nr. 1 Het Vlaams Parlement, gezien: 1º de in juni 2012 in Rio de Janeiro te houden conferentie van de Verenigde Naties (VN) over duurzame ontwikkeling (Rio+20), waar twee onderwerpen centraal zullen staan: een groene economie in de context van duurzame ontwikkeling en uitbanning van de armoede, en het institutionele kader voor duurzame ontwikkeling; 2º de resultaten van de conferentie over biologische diversiteit die in 2010 in Nagoya (Japan) is gehouden; 3º het Protocol van Kyoto van 1997; 4º de Millenniumverklaring van de Verenigde Naties van 8 september 2000 waarin de millenniumdoelstellingen voor ontwikkeling (Millennium Development Goals MDG s) worden uiteengezet die de internationale gemeenschap gezamenlijk heeft vastgesteld met het oog op de uitbanning van armoede; 5º de evaluatieverslagen van het Intergovernmental Panel on Climate Change (IPCC); 6º de verklaring van de Verenigde Naties over de rechten van inheemse volkeren; 7º het in 2008 aangenomen verslag over de internationale beoordeling van landbouwwetenschap en technologie voor ontwikkeling (International Assessment of Agricultural Knowledge, Science and Technology for Development, IAASTD) en het rapport Agro-ecologie en het recht op voedsel van de speciale rapporteur van de VN voor het recht op voedsel, dat op 8 maart 2011 in de Mensenrechtenraad van de VN werd gepresenteerd; overwegende dat: 1º er sinds de top van Rio in 1992 en de top van Johannesburg van 2002 weliswaar vooruitgang is geboekt op het gebied van duurzame ontwikkeling, maar dat de uitvoering nog aanzienlijke tekortkomingen vertoont en uitdagingen biedt, terwijl nog niet volledig is voldaan aan tal van verplichtingen die de internationale gemeenschap is aangegaan; 2º het drieledige doel van de Rio+20-top erin zal bestaan een hernieuwd politiek engagement voor duurzame ontwikkeling tot stand te brengen, te evalueren welke vooruitgang tot dusverre is geboekt en waar de uitvoering van de besluiten van de grote conferenties over duurzame ontwikkeling nog tekortschiet, en nieuwe en zich aandienende uitdagingen aan te gaan; 3º de synergie tussen de drie verdragen van Rio inzake respectievelijk biologische diversiteit (Verdrag inzake biologische diversiteit, VBD), klimaatverandering (United Nations Framework Convention on Climate Change, UNFCCC) en woestijnvorming (United Nations Convention to Combat Desertification, UNCCD) moet worden verbeterd; 4º 1,4 miljard mensen nog altijd in extreme armoede leven; dat een zesde van de wereldbevolking ondervoed is, terwijl de onzekerheid over de voedselsituatie toeneemt en werkloosheid of onvolledige werkgelegenheid de realiteit blijft voor een groot deel van de bevolking in de ontwikkelingslanden; en dat 70% van de mensen die van minder dan één dollar per dag moeten rondkomen, vrouwen zijn; 5º de klimaatverandering een ernstige bedreiging vormt voor de armoedebestrijding, de mensenrechten, de vrede en veiligheid, en het verwezenlijken van de millenniumdoelstellingen voor ontwikkeling in veel ontwikkelingslanden; 6º de wereldbevolking tot 2050 naar verwachting zal groeien tot minstens 9 miljard mensen, waardoor de vraag naar beperkte natuurlijke hulpbronnen nog verder zal toenemen en het vermogen om de daaruit voortvloeiende afvalstromen te verwerken, nog sterker onder druk zal komen te staan; 7º de almaar groeiende behoefte aan water, land, hout en brandstoffen tot toenemende uitputting en kwaliteitsvermindering bij die hulpbronnen leidt; dat het biodiversiteitsverlies, de overbevissing, de aantasting van ecosystemen en de ontbossing in een verontrustend tempo doorgaan en dat de mondiale uitstoot van broeikasgassen blijft stijgen; V l a a m s Pa r l e m e n t 1011 B r u s s e l 0 2 / 5 5 2. 11. 11 w w w. v l a a m s p a r l e m e n t. b e

Stuk 1620 (2011-2012) Nr. 1 3 8º goede milieugovernance verder gaat dan institutionele afspraken inzake transparantie, verantwoordingsplicht en de rol van het maatschappelijke middenveld; dat in beginsel 10 van de verklaring van Rio wordt gesteld dat milieuvraagstukken het beste kunnen worden behandeld als alle betrokken burgers inspraak krijgen; en dat de toegang tot informatie over het milieu, het recht op deelname aan besluitvormingsprocessen en doeltreffende toegang tot juridische en bestuursrechtelijke procedures gegarandeerd moeten zijn; 9º er de afgelopen twintig jaar radicale veranderingen zijn opgetreden in de geopolitieke situatie en dat sommige ontwikkelingslanden inmiddels belangrijke economische en politieke spelers zijn, waardoor er een nieuw machtsevenwicht is ontstaan, waaruit weer nieuwe rollen en verantwoordelijkheden zijn voortgevloeid; vraagt de Vlaamse Regering op deze top: 1º de stelling bij te treden dat het beleid inzake milieu en ontwikkeling sinds de Riotop van 2002 onvoldoende is geweest en dat het dus dringend nodig is om op de Rio+20-top een vernieuwd en geloofwaardig engagement aan te gaan voor wereldwijde duurzame ontwikkeling; 2º erop toe te zien dat de Rio+20-top niet alleen uitmondt in goedbedoelde verklaringen, maar ook in concrete acties en controleerbare doelstellingen en in een gegarandeerde monitoring daarvan; 3º blijvende aandacht te vragen voor het bereiken van de Millenniumdoelstellingen voor ontwikkeling; 4º complementair hieraan, te pleiten voor het opstellen tegen 2015 van mondiale duurzame ontwikkelingsdoelstellingen, zodat op korte termijn concrete doelen kunnen worden gesteld en manieren kunnen worden uitgewerkt om die te bereiken; om er concreet op aan te dringen dat de Rio+20-top zeker een akkoord zou bereiken over de thema s voor die duurzame ontwikkelingsdoelstellingen zoals voedselzekerheid, toegang tot zuiver water en duurzame energie voor iedereen; 5º ervoor te ijveren dat, overeenkomstig de aanbevelingen van de High Level Group of Experts, de rechten van de mens de basis vormen voor een toekomstige duurzame ontwikkeling; 6º wat de groene economie betreft, een van de twee hoofdthema s van de top, te beklemtonen dat een groene economie altijd moet werken binnen de context en de grenzen van duurzame ontwikkeling en met het oog op wereldwijde armoedebestrijding; 7º te onderstrepen dat ecologische en sociale rechtvaardigheid aan de basis moeten liggen van de overgang naar een groene economie, en dat dat wereldwijd moet gebeuren, zodat de minder en de minst ontwikkelde landen met de hulp van de ontwikkelde landen de normale fasen in de ontwikkelingscurve kunnen overslaan en op een hoger niveau uitkomen wat het menselijke welzijn betreft; 8º dus de noodzaak te onderstrepen van toepassing van het beginsel van een gemeenschappelijke, maar gedifferentieerde benadering om een eerlijke verdeling van de verantwoordelijkheid voor een mondiale duurzame ontwikkeling te bevorderen; 9º te pleiten voor een geïntegreerde aanpak van de diverse uitdagingen, zoals uitbanning van armoede, gezondheidszorg, voedselvoorziening, werkgelegenheid, gelijke rechten voor man en vrouw, klimaatverandering en energievoorziening; 10º duidelijk te stellen dat een register van vrijwillige verbintenissen onvoldoende is en er dus op aan te dringen dat er snel een doeltreffende toepassing komt van het bestaande internationale rechtskader voor milieubescherming door landen aan te moedigen toe te treden tot al bestaande internationale instrumenten en ondertekenende staten aan te zetten die spoedig te ratificeren;

4 Stuk 1620 (2011-2012) Nr. 1 wat acties op het gebied van hulpbronnen en natuurlijk kapitaal betreft: 11º te beklemtonen dat een eerlijke en billijke toegang tot en verdeling van hulpbronnen voor de huidige en toekomstige generaties een cruciale voorwaarde is voor ontwikkeling en het uitbannen van armoede; de nadruk te leggen op het soevereine recht van de ontwikkelingslanden om zelf op een zo duurzaam en inclusief mogelijke wijze hun natuurlijke hulpbronnen te beheren; 12º te benadrukken dat om het biodiversiteitverlies tegen te gaan, het noodzakelijk is de waarde van biodiversiteit en ecosysteemdiensten te erkennen en er rekening mee te houden in alle politieke en economische beslissingen; wat water betreft: 13º te onderstrepen dat toegang tot drinkwater in de resolutie van de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties van 28 juli 2010 wordt erkend als een mensenrecht en te beklemtonen dat de op de Rio+20-top aangegane verplichting inzake de bevordering van de bescherming van waterreserves en van een duurzaam beheer van water als openbaar goed moet worden bekrachtigd; wat marien milieu en oceanen betreft: 14º erop aan te dringen dat, naast bescherming van het klimaat en de biodiversiteit, de zeeën en oceanen een van de centrale pijlers van het Riokader moeten worden, met de creatie van een rechtskader voor mariene beschermingsgebieden in gebieden buiten nationale jurisdictie, milieueffectbeoordelingen en de eerlijke en billijke verdeling van de voordelen uit het gebruik van genetische en andere hulpbronnen, én met de instelling van toezichts- en handhavingsmechanismen; wat energie betreft: 15º een universele toegang tot duurzame, hernieuwbare energie te bewerkstelligen, vooral voor de armen en met name in de minst ontwikkelde landen; 16º erop te wijzen dat de overgang naar een groene economie een radicale transformatie van de energiesector vereist om de doelstellingen te halen vooropgesteld door het IPCC op het vlak van hernieuwbare energie en energie-efficiëntie, en ook vereist dat men definitief afziet van oliewinning in kwetsbare gebieden of olie- en gaswinning uit teerzand en schalie; 17º gelet op de ramp in Fukushima, te pleiten voor een geleidelijke kernuitstap die op termijn wordt gecompenseerd door een diversificatie van schone energiebronnen waarmee aan de energiebehoeften van eenieder kan worden tegemoetgekomen; wat landbouw en voedselzekerheid betreft: 18º te beklemtonen dat de toegang tot voldoende en gezond voedsel een fundamenteel mensenrecht is, en te vragen dat de voedselsoevereiniteit van de ontwikkelingslanden wordt gegarandeerd en dat de duurzame agro-ecologische landbouw in de context van de uitbanning van armoede wordt bevorderd; 19º te vragen om mondiale maatregelen om de goederenmarkten transparanter te maken en een einde te maken aan financiële speculatie die bijdraagt tot grote schommelingen van de voedselprijzen; 20º er op aan te dringen dat het telen van voedingsgewassen altijd voorrang krijgt op het telen van gewassen voor biobrandstoffen of -grondstoffen, en landroof voor voedsel- en biobrandstoffenproductie wordt verhinderd; wat bossen betreft: 21º te benadrukken dat het behoud van bossen samen met andere koolstofreservoirs een belangrijk onderdeel is van de strijd tegen klimaatverandering, dat daarom het verlies van natuurlijke habitats, waaronder bossen, tegen 2020 tot staan gebracht moet worden, onder andere door de markt te sluiten voor illegaal of niet volgens duurzaamheidscriteria gekapt hout;

Stuk 1620 (2011-2012) Nr. 1 5 wat chemische en gevaarlijke stoffen betreft: 22º aan te dringen op de instelling van een krachtig internationaal regime dat het gebruik van chemische en gevaarlijke stoffen regelt naar het model van het Europese Registration, Evaluation, Authorisation and Restriction of Chemical substances (REACH); wat afvalbeheer betreft: 23º te pleiten voor een duurzaam beheer van grondstoffen en materialen waarbij het storten en verbranden van afval zoveel mogelijk wordt vermeden; wat regelgevings- en marktinstrumenten betreft: 24º te beklemtonen dat het gebruik, zowel nationaal als internationaal, van regelgevingsinstrumenten, naast marktinstrumenten, een centrale rol moet spelen bij de algemene duurzaamheid van onze samenleving; er in dat verband op te wijzen dat het dringend noodzakelijk is alle subsidies af te schaffen die schadelijk zijn voor het milieu en dat de transnationale bedrijven minstens aan hetzelfde duurzaamheidskader moeten worden onderworpen als nationale bedrijven en kmo s; 25º te onderstrepen dat fiscale hervormingen die gericht zijn op het verschuiven van de belastingdruk van arbeid naar vermogen, grondstoffenverbruik en vervuiling, zowel voor de werkgelegenheid als voor het milieu een win-winsituatie kunnen helpen creëren; wat financiering betreft: 26º te ijveren voor de afschaffing van elke subsidie die op sociaal of ecologisch vlak een negatieve invloed heeft; te pleiten voor nieuwe publieke financieringsmechanismen, bovenop de vroegere engagementen voor publieke ontwikkelingshulp, zoals bijvoorbeeld een internationale transactietaks en een internationale heffing op energie voor transport per vliegtuig en maritiem transport; 27º de visie te verdedigen dat de ontwikkelingslanden behoefte hebben aan stabiele financiële steun op lange termijn, opbouw van capaciteiten en technologieoverdracht om hen in staat te stellen het energie- en koolstofintensieve ontwikkelingstraject dat de industrielanden hebben afgelegd, over te slaan; wat inspraak voor de burger betreft: 28º het standpunt te huldigen dat het van het grootste belang is dat aan de burgers meer zeggenschap wordt gegeven in het milieubeheer en te vragen om de Overeenkomst van Århus open te stellen voor partijen van buiten de Economic Commission for Europe (ECE); wat opleiding en groene banen betreft: 29º te benadrukken dat in alle landen steun moet worden gegeven aan onderwijsen opleidingprogramma s, met name voor jongeren; te wijzen op het belang van wetenschappelijke en technologische samenwerking; daarbij te onderstrepen dat innovatie meer is dan technische innovatie sociale innovatie biedt nieuwe en doeltreffende oplossingen voor prangende sociale behoeften en haar wantrouwen uit te spreken tegen voorstellen voor grootschalige geo-engineering; wat het meten van de vooruitgang en het verbeteren van het beheer betreft: 30º te vragen dat nieuwe maatstaven worden ontwikkeld om de vooruitgang op het gebied van rechtvaardigheid en duurzame ontwikkeling te kunnen meten, waaronder een alternatief model voor het meten van groei en welvaart; 31º het standpunt te verdedigen dat het United Nations Environment Programme (UNEP) moet worden omgevormd tot een gespecialiseerd agentschap van de VN, namelijk een internationale leefmilieuorganisatie die kan controleren en sanctioneren en die evenwaardig is met de Internationale Arbeidsorganisatie en de Wereldhandelsorganisatie;

6 Stuk 1620 (2011-2012) Nr. 1 32º tevens te pleiten voor de oprichting van een raad voor duurzame ontwikkeling die het gezag krijgt om toe te zien op de naleving van alle verbintenissen op het vlak van duurzame ontwikkeling; tevens te pleiten voor een internationaal mechanisme van rapportering en verantwoording, niet enkel voor de publieke actoren maar ook voor de internationale financiële instellingen (de Wereldbank, het Internationaal Monetair Fonds (IMF), regionale ontwikkelingsbanken enzovoort) en de transnationale bedrijven, zodanig dat de raad voor duurzame ontwikkeling de kans krijgt om hun activiteiten te volgen, te controleren en eventueel te sanctioneren. Hermes SANCTORUM Dirk PEETERS Filip WATTEEUW