gemeente Eindhoven jvo/yg OSP/E&C Raadsnummer Inboeknummer Beslisdatum B&W Dossiernummer

Vergelijkbare documenten
NADERE REGELS SUBSIDIE WERKCHEQUE DEURNE

Jaar: 2013 Nummer: 86 Besluit: B&W 5 november 2013 Gemeenteblad NADERE REGELS SUBSIDIE WERKCHEQUE HELMOND 2013

gemeente Eindhoven Nadere regels Werkgeverssubsidie in dienst nemen uitkeringsgerechtigde SRE.

gemeente Eindhoven Raadsvoorstel Wijziging Subsidieverordening Gemeente Eindhoven 2002 inzake gesubsidieerde arbeid (flexvergoeding en opstapbaan)

e. werkplekaanpassing: instrumenten die personen met structureel functionele beperkingen in staat stellen om te werken in een reguliere werkomgeving.

gemeente Eindhoven zijn verwerkt in de Reintegratieverordening gemeente Eindhoven

Raadsvoorstel tot het wijzigen van de Subsidieverordening gemeente

VERORDENING (re)integratie arbeidsgehandicapten

Uitvoeringsregelsstimuleringssubsidie, scholings-begeleidingsvoucher en jongerenvoucher gemeente Zeevang

Algemene subsidieverordening Texel

(Tijdelijke stimuleringsregeling regulier maken ID-banen [Versie geldig vanaf: ])

- in aanvulling op en ter nadere uitwerking van de Algemene Subsidieverordening Leeuwarden 2014 (ASV);

ALGEMENE SUBSIDIEVERORDENING GEMEENTE TYNAARLO. De raad van de gemeente Tynaarlo,

B E S L U I T : vast te stellen de navolgende Uitvoeringsregeling re-integratiesubsidies gemeente Waterland 2015.

Regeling subsidie armoedebeleid gemeente Oisterwijk 2019.

SUBSIDIEREGELING STIMULERING AANKOOP VOLLEDIG ELEKTRISCHE PERSONENVOERTUIGEN DEN HAAG 2017

Subsidieregeling aanpak jeugdwerkloosheid regio Midden Brabant

Gelet op de artikel 25 van de Wet gemeenschappelijke regelingen en artikel 19 van de BESLUIT

RAADSBESLUIT. gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders d.d ;

Beleidsregels subsidieverstrekking voorkomen en bestrijden jeugdwerkloosheid West-Brabant

Concept Subsidieregeling Scholings-begeleidingsvoucher

Subsidieregeling transformatie jeugdzorg Noord-Brabant 2013

Concept ALGEMENE SUBSIDIEVERORDENING GEMEENTE MOERDIJK

Besluit van de gemeenteraad d.d. 12 december 2011, nr. 14B/B, tot vaststelling van de Algemene subsidieverordening Tubbergen

Algemene subsidieverordening Gemeente Werkendam 2012

nr Officiële uitgave van de gemeente Midden-Drenthe d.d. 17 november 2015

HOOFDSTUK 1. ALGEMENE BEPALINGEN

ALGEMENE SUBSIDIEVERORDENING LEIDERDORP 2012

gelet op artikel 5 van de Algemene subsidieverordening Den Haag 2014

Jongeren aan de slag! Peter van Nunen.

Algemene subsidieverordening Texel 2016

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Helmond;

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Edam-Volendam; gelet op artikel 7, eerste lid, onderdeel a, van de Participatiewet;

2017, Regeling tot wijziging van de Subsidieregeling STiP-banen Den Haag

eurne DE RAAD VAN DE GEMEENTE DEURNE Gezien het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 21 augustus 2018, nr. 56;

Overwegende dat de raad bij verordening nadere regels dient vast te stellen met betrekking tot het verstrekken van persoonsgebonden budgetten.

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van de Gemeente Hoom, inzake de Algemene subsidieverordening Gemeente Hoom 2015;

PROVINCIAAL BLAD. Regeling van 22 oktober 2014 tot wijziging van de Subsidieregeling Wurkje foar Fryslân.

Naam regeling: Algemene Subsidieverordening gemeente Zundert Citeertitel: Algemene Subsidieverordening gemeente Zundert 2011

Algemene subsidieverordening GOES 2011

Regeling van 22 oktober 2014 tot wijziging van de Subsidieregeling Wurkje foar Fryslân.

Re-integratieverordening Participatiewet 2015, gemeente Zundert

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Den Haag, gelet op artikel 5 van de Algemene subsidieverordening Den Haag 2014,

Subsidieregeling Recreatie, Toerisme en Evenementen Montferland Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Montferland;

SUBSIDIEREGELING MAATSCHAPPELIJKE COÖPERATIE DEN HAAG Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Den Haag,

Subsidieverordening maatschappelijke ontwikkeling gemeente Buren 2011

Re-integratieverordening Participatiewet WIHW 2017 gemeente Oud-Beijerland. Artikel 2. Verplichtingen van de persoon uit de doelgroep

*Z C* Beslispunten 1. Aan u wordt voorgesteld de Reintegratieverordening Goeree-Overflakkee met ingang van 1 januari 2013 vast te stellen.

gemeente Eindhoven Subsidieregeling aanvulling kinderopvangtoeslag

Subsidieregeling Jongerenvoucher Za- Wa Oostzaan

Subsidieverordening Actielijnen 3a, 3b en 4 Lokale Educatieve Agenda

gelet op artikel 5 van de Algemene subsidieverordening Den Haag 2014.

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders 4 augustus 2015, nummer /c; gelet op artikel 149 van de Gemeentewet;

gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 20 februari 2014;

PROVINCIAAL BLAD. vast te stellen de Subsidieregeling gedragsbeïnvloeding verkeersveiligheid Fryslân:

Onderwerp : Subsidieverordening aanjaagregeling ondernemersklimaat

Nadere regels scholings-begeleidingsvoucher Beemster College van burgemeester en wethouders van de gemeente Beemster

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders d.d. 4 september 2012;

Subsidieregeling maatschappelijke inzet sportverenigingen

Subsidieverordening Batch 1588 Versterkingsopgave voor de gemeente Delfzijl

R A A D S V O O R S T E L E N O N T W E R P B E S L U I T

Vast te stellen de Subsidieverordening opvang en begeleiding van kwetsbare burgers

Specifieke subsidieregeling energiebesparende maatregelen gemeente Overbetuwe

gemeente Eindhoven Raadsvoorstel Wijziging Algemene Subsidieverordening Eindhoven- social return

ALGEMENE SUBSIDIEVERORDENING HEERENVEEN 2014

Subsidieverordening Hollands Kroon

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Zutphen,

Raadsvoorstel Wijziging Verordening Sociaal Domein

Arbeidsmarktinformatie. Noord-Brabant, september 2012

SUBSIDIEREGELING STIMULERING CULTUREEL ONDERNEMERSCHAP DEN HAAG 2017

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Woudenberg BESLUIT

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Artikel 2. Toepassing Kaderregeling subsidies OCW, SZW en VWS

Gelet op het bepaalde in de artikelen 147 en 149 van de Gemeentewet en titel 4.2 van de Algemene wet bestuursrecht;

Subsidieregeling stimuleringsfonds particulier initiatief 2015

SUBSIDIEREGELING TOEKOMSTFONDS ONDERWIJS ARBEIDSMARKT AMERSFOORT

(Tijdelijke stimuleringsregeling leer-/werktrajecten [Versie geldig vanaf: ])

Regeling subsidie lokale media gemeente Oisterwijk 2019.

Provinciaal blad. Gedeputeerde Staten van Noord-Holland;

Subsidieregeling Kinderopvang gemeente Haren 2018

Raadsstuk. 023/ januari 2009 SZW/bb 2008/ Aanpassing verordening Persoonsgebonden Budget Begeleid Werken Wsw

gelezen het voorstel van het college van Burgemeester en Wethouders d.d.

Regeling subsidie Duurzaam wonen in Kennemerland

Gemeente ^" Albrandsuuaard

Het college van burgemeester en Wethouders van de gemeente Waterland,

Re-integratieverordening Participatiewet, IOAW en IOAZ 2015

Gelet op het artikel 90, tweede en derde lid van de Wet raadgevend referendum;

Verordening loonkostensubsidie werkervaringsplaatsen op basis van de reïntegratieverordening Wet werk en bijstand gemeente Dongen

Subsidie vrijwillige inzet en informele zorg gemeente Ermelo 2016.

Gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders d.d. 26 augustus 2010;

Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen

Nota van B&W. Onderwerp Verordening Persoonsgebonden Budget Begeleid Werken Wet Sociale Werkvoorziening

Subsidieregeling Armoedebeleid Capelle aan den IJssel Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Capelle aan den IJssel;

Provinciaal blad. Haarlem, 23 juni Provinciale Staten van Noord-Holland. Provinciale Staten van Noord-Holland; H.C.J.L. Borghouts, voorzitter.

STADSREGIO AMSTERDAM ALGEMENE SUBSIDIEVERORDENING

nr Officiële uitgave van de gemeente Midden-Drenthe d.d. 4 oktober 2017

GEMEENTEBLAD. Nr HOOFDSTUK 1 ALGEMENE BEPALINGEN

Wie kan subsidie aanvragen? Iedere rechtspersoon of natuurlijke persoon kan LEF subsidie aanvragen, mits ingeschreven in de Kamer van Koophandel.

Gemeente Bergen op Zoom - Re-integratieverordening Participatiewet

Hoofdstuk 1 - Algemene bepalingen

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 24 maart 2015 ; Subsidieverordening Maatschappelijk Innovatiefonds gemeente Ommen

Transcriptie:

gemeente Eindhoven OSP/E&C Raadsnummer Inboeknummer Beslisdatum B&W Dossiernummer OplegvelRaadsvoorstel tot het wijzigen van de Subsidieverordening gemeente Eindhoven 2008 t.b.v. het voork0men en bestrijden van jeugdwerkloosheid (paragraaf 4.2.9. Werkcheque) jvo/yg10056227

gemeente Eindhoven OSP/E&C Raadsnummer 10R4095 Inboeknummer Beslisdatum B&W Dossiernummer 048.351 Raadsvoorsteltot het wijzigen van de Subsidieverordening gemeente Eindhoven 2008 t.b.v. het voork0men en bestrijden van jeugdwerkloosheid (paragraaf 4.2.9. Werkcheque) Inleiding Via het actieplan Jeugdwerkloosheid uit 2009 heeft het vorige kabinet een duidelijke opdracht aan de gemeenten verstrekt. Gemeenten moeten maatregelen om de jeugdwerkloosheid te bestrijden regionaal aanpakken. Hier kunnen met maatwerk en kennis van de lokale situatie de beste resultaten bereikt worden. Gedurende de jaren 2009, 2010 en 2011 wordt vanuit het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid geld beschikbaar gesteld om de jeugdwerkloosheid vanuit een regionale aanpak te bestrijden. Voormalig staatssecretaris Klijnsma heeft deze opdracht verstrekt aan de wethouder arbeidsmarktbeleid van de gemeente Eindhoven, als regiogemeente van het gebied Zuidoost-Brabant (de 21 SRE-gemeenten). Gemeente Eindhoven is daarmee trekker van het regionale beleid voor de aanpak jeugdwerkloosheid en beheert de middelen. In de regionale Taskforce Arbeidsmobiliteit zijn de 21 gemeenten bestuurlijk vertegenwoordigd als ook het bedrijfsleven, onderwijs en het UWV. De Taskforce heeft in de afgelopen periode een aantal maatregelen genomen en acties uitgezet waarmee de jeugdwerkloosheid wordt teruggedrongen, zowel in preventieve als in curatieve zin. Aanvullend op deze acties heeft de Taskforce zich onlangs uitgesproken voor een subsidieregeling voor werkgevers die werkzoekende jongeren in dienst nemen. Inmiddels heeft de Taskforce deze regeling vastgesteld. Werkgevers moeten daarbij gestimuleerd worden de jongere op te leiden en te scholen tot minimaal startkwalificatieniveau waardoor jongeren minder kwetsbaar worden op de arbeidsmarkt Kortom, een aanpak waarbij de partners van de regionale Taskforce werkgevers ondersteunen om, ondanks de onzekere economische situatie, werkzoekende jongeren in een versneld tempo aan een baan te helpen en te investeren in scholing van deze werknemers. Door deze aanpak worden deze jongeren in de toekomst ook minder kwetsbaar op de arbeidsmarkt. Gemeente Eindhoven mag namens de 21 SREgemeenten deze subsidieregeling vaststellen en uitvoeren. In dit raadsvoorstel wordt

uw raad deze subsidieregeling, ter formalisering van het besluit van de Taskforce, voorgelegd via een wijziging van onze subsidieverordening. Doelstelling Via deze regeling willen wij in 2011 minimaal 370 werkzoekende jongeren uit de 21 SRE-gemeenten duurzaam aan het werk helpen en werkgevers stimuleren om hen te scholen en op te leiden zodat zij minder kwetsbaar op de arbeidsmarkt worden. Voorstel De wijziging van de Subisidieverordening gemeente Eindhoven 2008 conform het bijgevoegde raadsbesluit vast te stellen. Argumenten Extra impuls, duidelijke regeling zonder risico s voor werkgevers. Werkgevers en (potentiële) werknemers zijn de afgelopen periode ondersteund via verschillende acties die deze regio ondernomen heeft. Voor werkzoekenden zijn onder ander opleidingscheques en competentietesten ingezet. Voor werkgevers is onder meer de Regeling arbeidsmobiliteit jeugd 2010 ontwikkeld. Verder zijn tal van initiatieven genomen om vraag en aanbod beter bij elkaar te brengen. Sinds januari 2010 is een voorzichtig dalende lijn te constateren in de jeugdwerkloosheid. In Zuidoost-Brabant staan op dit moment ruim 2.650 jongeren als niet werkend werkzoekend ingeschreven bij de Werkpleinen. We zien in bepaalde sectoren in deze regio echter nu al tekorten, vooral in de sectoren industrie, techniek en transport en logistiek. Er wordt verwacht dat dit tekort aan gekwalificeerd personeel zonder extra inspanningen toe gaat nemen tot 4.000 arbeidskrachten. In de komende periode van vergrijzing en ontgroening kan niemand gemist worden. In een aantrekkende economie zullen jongeren met een startkwalificatie eerder aan de slag komen dan jongeren zonder startkwalificatie. Jongeren zonder startkwalificatie zijn bijzonder kwetsbaar door toenemende scholingseisen. De uitdaging is om het voor werkgevers aantrekkelijk te maken om jongeren zonder de juiste startkwalificatie in dienst te nemen en hen op te leiden c.q. te scholen. Bij veel werkgevers speelt de gedachte een vacature open te stellen voor een jongere maar vanwege de onzekere economische vooruitzichten stellen zij dit vooralsnog uit. Met een substantiële financiële prikkel, uitgekeerd door een heldere regeling met weinig risico s, moeten deze bijna vacatures worden opengesteld en worden opgevuld door jongeren. We willen werkgevers via een korte, stevige impuls verleiden om een vacature open te stellen voor een werkzoekende jongere zonder dat zij daarbij grote risico s lopen. 2

De regeling is bedoeld voor werkgevers die een jaarcontract aanbieden. Er wordt een extra subsidie verstrekt als de werkgever investeert in het opleiden/scholen van de jongere. De werkgever ontvangt subsidie als deze een arbeidsovereenkomst of leerwerkovereenkomst aanbiedt aan de werkzoekende jongere die inwoont in één van de 21 SRE-gemeenten. Het moet gaan om minimaal een jaarcontract van 32 uur per week. Er wordt een aanvullende subsidie verstrekt als de werkgever investeert in een opleiding of scholing van de jongere. We willen de doelgroep niet te sterk afbakenen. Veel jongeren staan niet ingeschreven als werkzoekende bij het Werkplein of zijn niet bekend bij de gemeenten omdat zij kortdurende en niet aaneengesloten baantjes op uitzendbasis hebben. Ook deze jongeren willen we laten profiteren van de regeling. De doelgroep bestaat uit de jongere van 18 jaar (of 16 jaar indien de jongere is vrijgesteld van de leerplichtwet) tot 27 jaar uit één van de 21 SREgemeenten die: - recht heeft op een werkleeraanbod op grond van de Wet investeren in jongeren (WIJ) of de werkloosheidswet (WW) of; - minimaal drie maanden aaneengesloten geen vast inkomen uit arbeid heeft op grond van een arbeidsovereenkomst en die het afgelopen half jaar niet gewerkt heeft bij de werkgever die de aanvraag doet. Basis subsidie en aanvullende subsidie bij scholing. De basissubsidie aan de werkgever bedraagt bij een arbeidsovereenkomst 3.000,-. Zoals eerder is aangegeven, willen we werkgevers stimuleren om de jongeren op te leiden zodat ze in de toekomst minder kwetsbaar zijn op de arbeidsmarkt. Dit doen we op twee manieren: 1. Via een leerwerkovereenkomst die bestaat uit een component werken en een component leren. Dit is de zogenaamde beroepsbegeleidende leerweg (BBL) uit het middelbaar beroepsonderwijs, veelal 4 dagen per week werken en 1 dag naar school. Via de erkende leerbedrijven kunnen de jongeren hun Crebo-erkende opleiding volgen en zo hun startkwalificatie halen (niveau 2) of doorgroeien van bijvoorbeeld niveau 2 naar niveau 3. In bepaalde sectoren is minimaal niveau 3 nodig om aan de slag te komen. In het Crebo-register staan op dit moment ruim 800 verschillende opleidingen die opleiden tot een erkend mbo-diploma/certificaat. Voor deze leerwerktrajecten bedraagt de subsidie 4.500,-. Met het extra bedrag van 1.500,- ten opzichte van de basissubsidie kan de werkgever de opleiding en extra begeleiding van de werknemer betalen. 2. Veel kleinere werkgevers zijn geen erkend leerbedrijf of bepaalde opleidingen vallen niet onder het Crebo-register. Veelal zijn deze opleidingen wel noodzakelijk 3

om de werknemer goed te laten functioneren of om deze meer onmisbaar te maken. Veel technische opleidingen zoals lassen of CAD-cursussen zijn kostbaar maar zijn voor veel functies noodzakelijk. Om deze reden wordt voorgesteld de werkelijke kosten van een arbeidsmarktrelevante opleiding te subsidiëren tot een maximaal bedrag van 2.500,-. Door de gemeente wordt vooraf beoordeeld of de scholingsaanvraag van de werkgever voldoet aan bepaalde criteria. In dit kader kunnen genoemd worden arbeidsmarktrelevantie, het verminderen van kwetsbaarheid van de jongere op de arbeidsmarkt en noodzakelijkheid van de opleiding. Er zijn daardoor drie mogelijkheden: 1. werkgever biedt jaarcontract aan, de subsidie is 3.000,-. 2. werkgever biedt jaarcontract en aanvullende scholing aan, de subsidie is 3.000,- + maximaal 2.500,- voor scholing. 3. werkgever is erkend leerbedrijf en biedt leerwerkovereenkomst (Crebo-erkend) van een jaar aan, de subsidie is 4.500,-. Maximaal vijf aanvragen per werkgever. De regeling is met name bedoeld voor de kleine en middelgrote bedrijven die als gevolg van de conjunctuur nog geen vacatures openstellen. Ook grotere werkgevers kunnen in aanmerking komen. We beperken het aantal aanvragen per werkgever tot maximaal vijf. Als werkgevers meer personeel zoeken, kunnen zij dat aangeven op het aanvraagformulier. Het Werkplein zal dan contact met deze werkgevers opnemen om te bezien of succesvolle werkgelegenheidsprojecten/arrangementen ontwikkeld kunnen worden waarbij vraag en aanbod op de arbeidsmarkt - indien noodzakelijk met re-integratievoorzieningen van gemeente en UWV - bij elkaar gebracht wordt. Eenvoudige procedures en weinig administratieve verplichtingen voor werkgevers. De werkgever vraagt de subsidie aan voordat de arbeidsovereenkomst ingaat. Er vindt 50% bevoorschotting van het subsidiebedrag plaats nadat de werkgever een kopie van de arbeidsovereenkomst en de loonspecificatie van de 2 e maand heeft overgelegd. Na het overleggen van een kopie van de loonspecificatie van de 6 e maand vindt betaling van het restant plaats. Als de werkgever de subsidie voor aanvullende scholing heeft aangevraagd, vindt betaling plaats na het overleggen van de factuur ervan. Binnen een periode van drie maanden nadat de arbeidsovereenkomst is ingegaan, kan de werkgever een scholingsaanvraag doen. Op deze manier kan de werkgever zich in de beginperiode oriënteren op de kennis en vaardigheden van de werknemer en hierop anticiperen. Ook is het mogelijk om de arbeidsovereenkomst om te zetten in een leerwerkovereenkomst. Het is dan mogelijk een aanvraag te doen voor de extra subsidie van 1.500,-. De regeling is eenvoudig maar we willen misbruik en oneigenlijk gebruik voorkomen. 4

In de subsidieregeling is een aantal bepalingen opgenomen waarbij subsidies geweigerd worden. We willen voorkomen dat er cumulatie met andere (subsidie)regelingen plaatsvindt of dat de som van de financiële prikkels van overheden (zoals fiscale afdrachtkortingen) maar ook bijvoorbeeld de financiële middelen uit scholings- en opleidingsfondsen hoger is dan de totale loonkosten van de werkgever. In de regeling is ook een bepaling opgenomen om te voorkomen dat werkgevers hun werknemers ontslaan en vervolgens met subsidie weer aannemen. In het kader van de uitvoering van deze regeling hebben we inzicht in onder meer gegevens van het inkomen en het arbeidsverleden van werknemers. Op deze manier kan misbruik en oneigenlijk gebruik worden voorkomen. Kanttekeningen Regionale aanpak. Van belang is dat jongeren in alle 21 gemeenten evenveel kans hebben om, als gevolg van deze regeling, te worden aangenomen door een werkgever. Daartoe dient de communicatie aan alle werkgevers en potentiële werknemers in deze regio plaats te vinden. Hier vragen wij extra aandacht voor. Werkgevers buiten deze regio kunnen een aanvraag doen. Het is denkbaar dat werkgevers in een andere regio een aanvraag doen voor deze regeling. Dat moet mogelijk zijn: uitgangspunt is het plaatsen van 370 jongeren uit de 21 SRE-gemeenten bij werkgevers. Kosten Voor deze regeling is totaal 1,86 miljoen beschikbaar ( 1,28 miljoen Klijnsmamiddelen en 0,58 miljoen ESF). De kosten van de communicatie zijn afhankelijk van het succes van deze regeling. Daarnaast zijn er organisatiekosten. We verwachten dat minimaal 1,7 miljoen beschikbaar is voor subsidies aan werkgevers. Rekening houdend met een gemiddeld subsidiebedrag van 4.500,- zullen ruim 370 jongeren aan het werk geholpen kunnen worden. In de regeling is een subsidieplafond ingebouwd om een open einde regeling te voorkomen. Al deze kosten worden bekostigd uit de Klijnsma-middelen, deze zijn al in de begroting verwerkt. Communicatie Voor deze regeling zal een communicatiecampagne ontwikkeld worden om jongeren en werkgevers te benaderen. Er worden onder andere advertenties geplaatst in relevante regionale huis-aan-huisbladen en er zullen directe mailings worden verstuurd via de Werkpleinen, kenniscentra, werkgevers- en werknemersorganisaties en de onderwijsinstellingen. Afhankelijk van het gebruik van de regeling wordt bezien hoe intensief de campagne moet zijn. We willen deze regeling Werkcheque noemen. Planning en uitvoering 5

De regeling treedt een dag na bekendmaking ervan in werking en loopt tot 1 januari 2013. Evaluatie We zullen eind 2011 een eerste tussenevaluatie aan uw raad aanbieden. Een eindevaluatie volgt nadat het subsidieplafond is bereikt of uiterlijk begin 2013. Afhankelijk van de resultaten van deze evaluatie vinden mogelijk vervolgacties plaats. 1 Bijlage(n) Als bijlage(n) bij dit voorstel behoren: b Ontwerp Raadsbesluit a a De bijlagen worden meegestuurd De bijlagen liggen ter inzage in de leeskamer Een ontwerp-raadsbesluit bieden wij u hierbij ter vaststelling aan. Burgemeester en wethouders van Eindhoven,, secretaris. 6

OntwerpRaadsbesluit De raad van de gemeente Eindhoven; gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van; besluit: vast te stellen de volgende wijziging van de Subsidieverordening gemeente Eindhoven 2008. Artikel I Wijziging Subsidieverordening Paragraaf 4.2.9. Subsidieregeling voorkomen en bestrijden jeugdwerkloosheid Zuidoost-Brabant (Werkcheque) Artikel 1. Begripsomschrijvingen. 1. In deze paragraaf wordt verstaan onder: a. werkzoekende: de inwoner die, direct voorafgaand aan de aanvraag, minimaal gedurende een aaneengesloten periode van drie maanden geen vast inkomen op grond van een arbeidsovereenkomst had en in de afgelopen 6 maanden geen arbeidsovereenkomst had met de werkgever die de aanvraag doet in het kader van deze subsidieregeling; b. uitkeringsgerechtigde: de inwoner die recht heeft op een uitkering ingevolge de Werkloosheidswet (WW) of de inwoner die op grond van de Wet investeren in jongeren (WIJ) recht heeft op een werkleeraanbod; c. jongere: de werkzoekende of uitkeringsgerechtigde inwoner van 18 jaar, doch jonger dan 27 jaar of de werkzoekende of uitkeringsgerechtigde inwoner van 16 of 17 jaar met een vrijstelling op grond van de Leerplichtwet; d. werknemer: de inwonende werkzoekende of uitkeringsgerechtigde die bij een werkgever werkt op grond van een arbeidsovereenkomst of leerwerkovereenkomst; e. arbeidsovereenkomst: overeenkomst als bedoeld in artikel 7:610 van het Burgerlijk Wetboek; f. leerwerkovereenkomst: beroepspraktijkvormingsovereenkomst die opleidt tot minimaal niveau 2 zoals is opgenomen in artikel 7.2.8 van de Wet educatie en beroepsonderwijs en voorzien is van een Crebo nummer als bedoeld in artikel 7.1.2, eerste lid van de Wet educatie en beroepsonderwijs; g. werkgever: iedere natuurlijke of privaatrechtelijke rechtspersoon die een onderneming in stand houdt in de zin van de Handelsregisterwet; 7

h. groep: van een groep is sprake indien meer dan 25% van de aandelen in de onderneming als omschreven onder lid g. wordt gehouden door een (sub)houdstermaatschappij; i. inwoner: de persoon die inwoont en in de Gemeentelijke Basisadministratie ingeschreven staat in één van de 21 gemeenten die behoren tot het SREgebied: Best, Eindhoven, Nuenen, Son en Breugel, Veldhoven, Geldrop-Mierlo, Bladel, Bergeijk, Eersel, Reusel-De Mierden, Oirschot, Valkenswaard, Heeze- Leende, Waalre, Cranendonck, Helmond, Laarbeek, Gemert-Bakel, Deurne, Asten, Someren. Artikel 2. Subsidieverlening. 1. Het college kan een incidentele subsidie verlenen aan een werkgever die een arbeidsovereenkomst van minimaal 32 uur per week voor minimaal de periode van één jaar aanbiedt aan de jongere. 2. Het college kan een incidentele subsidie verlenen aan een werkgever die een leerwerkovereenkomst van minimaal 32 uur per week voor minimaal de periode van één jaar aanbiedt aan de jongere of die een arbeidsovereenkomst, als bedoeld in het eerste lid omzet in een leerwerkovereenkomst. 3. Het college kan een incidentele subsidie verlenen voor de werkelijke kosten van een opleiding of scholing aan een werkgever die, in aanvulling op het eerste lid, een opleiding of scholing aanbiedt aan de werknemer als bedoeld in het eerste lid, die voldoet aan de navolgende criteria: a. de opleiding of scholing heeft een hoge arbeidsmarktkwalificatie en arbeidsmarktrelevantie; en b. de opleiding of scholing is gericht op het verminderen van de kwetsbaarheid van de jongere op de arbeidsmarkt; en c. de opleiding of scholing is voor de jongere noodzakelijk om de functie goed te vervullen, de jongere zich te laten ontwikkelen of om de jongere door te laten groeien naar een vervolgfunctie; en d. de opleiding of scholing is zo mogelijk certificerend. Artikel 3. Subsidieweigering. 1. De subsidie wordt geweigerd indien hierdoor de concurrentieverhoudingen onverantwoord worden beïnvloed en/of er verdringing plaatsvindt. 2. De subsidie wordt geweigerd indien er reeds andere re-integratievoorzieningen op grond van de Wet investeren in jongeren (WIJ) door het college aan de werkgever zijn verstrekt ten behoeve van arbeidsinschakeling van een jongere. 3. De subsidie wordt geweigerd indien door UWV Werkbedrijf een loonkostensubsidie is verstrekt ten behoeve van de doelgroep ingevolge de Werkloosheidswet (WW). 4. De subsidie wordt geweigerd indien deze in strijd is met de doelstellingen van deze regeling, te weten het bevorderen dat jongeren duurzaam aan het arbeidsproces deelnemen. 8

5. De subsidie wordt geweigerd indien de werkgever reeds een subsidie is verleend op grond van de Regeling Arbeidsmobiliteit jeugd 2010 voor een bepaalde jongere. 6. De subsidie wordt geweigerd indien de som van alle subsidies, fiscale maatregelen zoals afdrachtkortingen en de middelen uit scholings- en opleidingsfondsen hoger is dan de totale loonkosten inclusief werkgeverslasten die de werkgever heeft om de jongere in dienst te nemen. 7. De subsidie wordt geweigerd indien de werkgever of groep in de afgelopen zes maanden, direct voorafgaand aan de aanvraag, de werknemer in dienst had; 8. Per werkgever of groep kunnen maximaal vijf subsidies verleend worden. Meerdere aanvragen worden geweigerd. 9. De subsidie wordt geweigerd indien de werkgever in surseance van betaling verkeert of failliet is verklaard. 10. Per jongere kan slechts eenmaal een subsidie als bedoeld in artikel 2, eerste, tweede en derde lid worden verleend. Aanvragen voor meerdere subsidies voor een bepaalde jongere worden geweigerd. 11. Er kan geen cumulatie van subsidies als bedoeld in artikel 2, tweede en derde lid, plaatsvinden. Aanvragen voor beide subsidies worden geweigerd. Artikel 4. Subsidieaanvraag Naast het bepaalde in artikel 4:2 van de Awb en het bepaalde in hoofdstuk 1 met betrekking tot de in te dienen gegevens bij een subsidieaanvraag, moeten bij een aanvraag om subsidie de volgende bescheiden worden overgelegd door de werkgever: a. een volledig ingevuld en ondertekend vastgesteld aanvraagformulier; en b. een gewaarmerkt (elektronisch) uittreksel uit het Handelsregister, niet ouder dan één maand; c. een kopie van de ondertekende arbeidsovereenkomst bedoeld in artikel 2, eerste lid waarin in ieder geval zijn opgenomen de arbeidsduur per week, de ingangsdatum van de dienstbetrekking, de periode van de dienstbetrekking, de naam van de werkgever, de naam, geboortedatum en BSN-nummer van de werknemer en het bruto salaris; of d. een kopie van de ondertekende leerwerkovereenkomst bedoeld in artikel 2, tweede lid waarin in ieder geval zijn opgenomen de arbeidsduur per week, de ingangsdatum van de dienstbetrekking, de periode van de dienstbetrekking, het bruto salaris, de naam van de werkgever, de naam van de onderwijsinstelling en het kenniscentrum en de naam, geboortedatum en BSN-nummer van de werknemer; e. indien de arbeidsovereenkomst of leerwerkovereenkomst als bedoeld onder c en d niet ondertekend is, dan wordt door het college een hersteltermijn gegeven van twee maanden; f. het college kan de werkgever om meerdere gegevens vragen indien dit noodzakelijk is voor de beoordeling van de aanvraag. 9

g. het college kan bepalen dat de gegevens onder a. tot en met d. niet bij de aanvraag worden overgelegd indien de aanvrager deze gegevens al eerder heeft overgelegd. Artikel 5. Indieningtermijn aanvraag. 1. Een aanvraag voor subsidie als bedoeld in artikel 2, eerste en tweede lid, moet ingediend worden vóórdat de verplichtingen uit hoofde van de arbeidsovereenkomst of leerwerkovereenkomst, waarvoor een subsidie wordt aangevraagd, worden aangegaan. De datum van de te ontvangen ontvangstbevestiging geldt als de datum van indiening van de aanvraag. 2. Een aanvraag voor subsidie als bedoeld in artikel 2, derde lid, moet ingediend worden binnen een periode van drie maanden nadat de verplichtingen uit hoofde van de arbeidsovereenkomst zijn ingegaan. De datum van de te ontvangen ontvangstbevestiging geldt als de datum van indiening van de aanvraag. Artikel 6. Beslistermijn subsidieaanvraag. In afwijking van het bepaalde in hoofdstuk 1 beslist het college binnen vier weken na ontvangst van de aanvraag. Artikel 7. Subsidiebedrag. 1. Het subsidiebedrag bedraagt 3.000,- in het geval de werkgever een arbeidsovereenkomst aanbiedt zoals bedoeld in artikel 2, eerste lid. 2. Het subsidiebedrag bedraagt 4.500,- in het geval de werkgever een arbeidsovereenkomst aanbiedt zoals bedoeld in artikel 2, tweede lid. Een op grond van het eerste lid toegekend subsidiebedrag wordt op het subsidiebedrag van 4.500,- in mindering gebracht als sprake is van een omzetting van een arbeidsovereenkomst naar een leerwerkovereenkomst als bedoeld in artikel2, tweede lid. 3. Het subsidiebedrag, als bedoeld in artikel 2, derde lid, bedraagt maximaal 2.500,-. Reiskosten en andere aanverwante kosten zijn niet subsidiabel. Artikel 8. Subsidieplafond. 1. Het subsidieplafond voor het subsidiëren van activiteiten, zoals bedoeld in deze regeling bedraagt 1.700.000,-. 2. Het college beslist op de aanvragen in de volgorde waarin aanvragen zijn ontvangen totdat het subsidieplafond is bereikt. Wanneer de aanvrager krachtens artikel 4:5 van de Awb de gelegenheid heeft gehad de aanvraag aan te vullen, geldt de dag waarop de aanvraag is aangevuld, voor verdeling als datum van ontvangst. 3. Het subsidieplafond zoals bedoeld in het eerste lid kan tussentijds gewijzigd worden vastgesteld door het college, binnen de door de Raad vastgestelde begroting. 10

Artikel 9. Aanvraag tot subsidievaststelling. Indien een beschikking tot subsidieverlening is gegeven, dient de aanvrager binnen zes maanden na de datum waarop de subsidie is verleend, een aanvraag tot vaststelling van de subsidie in. Artikel 10. Gegevens aanvraag tot subsidievaststelling. Onverminderd het bepaalde in Hoofdstuk 1 met betrekking tot het overleggen van gegevens tot vaststelling van de subsidie, verstrekt de subsidieontvanger bij de aanvraag tot subsidievaststelling de volgende gegevens: a. een volledig ingevuld en ondertekend door het college vastgesteld aanvraagformulier; en b. een volledig en ingevulde verantwoording van de inzet van de middelen door overlegging van de loonspecificatie over de 6 e maand van de arbeidsovereenkomst of leerwerkovereenkomst. c. indien sprake is van een aanvraag voor subsidie als bedoeld in artikel 2, derde lid: een kopie van de factuur van de opleiding of scholing. Artikel 11. Beslistermijn subsidievaststelling. In afwijking van het bepaalde in hoofdstuk 1 beslist het college binnen vier weken na ontvangst van de aanvraag. Artikel 12. Bevoorschotting en betaling. 1. Het college kan de subsidieontvanger een voorschot verlenen. 2. Het voorschot als bedoeld in het eerste lid bedraagt 50% van het bedrag als bedoeld in artikel 7 eerste en tweede lid. 3. De betaling van de voorschotten in het kader van de subsidie als bedoeld in artikel 7, eerste of tweede lid, vindt binnen vier weken plaats nadat de werkgever de kopie van de loonspecificatie over de 2 e maand van de arbeidsovereenkomst of leerwerkovereenkomst en een kopie van de ondertekende arbeidsovereenkomst of leerwerkovereenkomst heeft overgelegd; 4. Het subsidiebedrag wordt, met eventuele verrekening van de reeds betaalde voorschotten, binnen vier weken na de vaststelling van de subsidie aan de aanvrager betaald. 5. Het subsidiebedrag ten behoeve van scholing en opleiding als bedoeld in artikel 2, derde lid, wordt betaald nadat de werkgever een kopie van de factuur hiervan heeft overgelegd. Artikel 13. Looptijd van deze regeling Deze regeling heeft een looptijd tot 1 januari 2013. Artikel 14. Citeertitel Deze regeling wordt aangehaald als Subsidieregeling voorkomen en bestrijden jeugdwerkloosheid Zuidoost-Brabant (Werkcheque). 11

Artikel II Het bepaalde onder artikel I treedt in werking de dag na bekendmaking ervan. Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van:, voorzitter., griffier. jvo/yg10056178 12