Concept-discussienota speelruimte 2011

Vergelijkbare documenten
Uitvoeringsnotitie Speelruimtebeleid Gemeente Hoogeveen Afdeling Mens en Werk

RAADSVOORSTEL Agendanummer 7.4. Onderwerp: Nota Speelruimtebeleid Spelen in Moerdijk

Commissie Bestuurlijk Domein. Commissie Ruimtelijk Domein. Commissie Sociaal en Economisch Domein. Informerende Commissie. Bespreken.

Speelvisie gemeente Anna Paulowna

DEEL II ANALYSE SPEELRUIMTE. Samenspel. Advies voor. speelplekken en speeltuinen. Wijk NOORD

BUITENSPELEN ONDERZOEK 2018

3 Speelruimte in de gemeente Brummen

Raadsvoorstel. Agendanummer: Datum raadsvergadering: Onderwerp: Impulsen sporten, spelen en bewegen in de openbare ruimte. Gevraagde Beslissing:

Speelplaatsenbeleid Gemeente Bergen

BUITENSPELEN ONDERZOEKEN 2019

Bijlagen. Bijlage 1: Het belang van speelruimte. Bijlage 2: Vervangingswaarde van speeltoestellen

4.3 Kern 3: Leuvenheim

Fietsas door Wijk Osseveld via Zonnewende

UITVOERINGSPROGRAMMA SPEELRUIMTE

1. Aanleiding, probleemverkenning en aansluiting wmo Pag Doelstelling Pag Doelgroep Pag Resultaten Pag Uitvoering Pag.

Startnotitie Actieplan spelen, sporten en ontmoeten in de buitenruimte van Woudenberg

Buiten is zoveel te beleven! Schommelen op een speelplek, hutten bouwen in de bosjes, voetballen op het veldje en een rondje skaten door de buurt.

Buitenspelen. Kwaliteit van de speelomgeving in de eigen buurt

Aanpassing Speelruimtebeleidsplan (2012) Advies Jongerenraad Utrechtse Heuvelrug (JRUH)

Het belang van buiten spelen in de vrije tijd wordt door vrijwel alle ouders onderkend: gemiddeld een 8,3

Werkdocument aanpak speelvoorzieningen

KANSEN VOOR NATUURRIJK SPELEN

Speelplan 2017 Gemeente Velsen

Verslag (concept) 3. Vaststellen agenda De agenda wordt ongewijzigd vastgesteld.

DEEL II ANALYSE SPEELRUIMTE. Samenspel. Advies voor. speelplekken en speeltuinen. Wijk WEST

Graag inboeken als ingekomen stuk voor de gemeenteraad van Oudewater. Met vriendelijke groet, Arjen van der Lugt Raadsgriffier

Wijken voor de Fiets: PRACHTwijken: PRACHTplekken en PRACHTverbindingen als Parels

SAMEN AAN DE SLAG: BELEIDSREGELS BEWONERSBIJDRAGE GEMEENTE DRIMMELEN 2015

Verkeersonderzoek. Kenmerken advies: veiligverkeer.nl. Naam dossier: Rotterdam-Vredenoordplein

Resultaten atelier 2 oktober IS Maatwerk

Onderwerp : Sweensstraat-West: klankbordgroep Datum : 14 maart 2011 Locatie : Locatie Westkant (Vossenbergselaan 72, Kaatsheuvel)

Scholen in het groen. Nieuwe wijken krijgen veel te weinig en te kleine speelhoekjes! Veldjes missen we echt.

Omgevingswet: naar een gezonde en veilige omgeving. Jantine Schuit, RIVM

Ruimte voor jongeren Appendix Speelruimte Beleidsplan 2009

Speelbeleid Oldenzaal

Speelruimtebeleid Echt - Susteren Speelruimte voor de jeugd van Echt Susteren

SAMEN AAN DE SLAG: BELEIDSREGELS BEWONERSBIJDRAGE GEMEENTE DRIMMELEN 2019

Gevraagde beslissing Vaststellen van het beleidsplan Spelen, bewegen en ontmoeten voor alle leeftijden.

Speelplezier in Aarle-Rixtel

Titel van de presentatie

Module 2. Lopen en Schoolroutes

Buitenspelen 2013 Kwaliteit van de speelomgeving in de eigen buurt

Checklist fysieke wijkkenmerken van de gebouwde omgeving

4.4 Kern 4: Hall. Algemeen

DEEL II ANALYSE SPEELRUIMTE. Samenspel. Advies voor. speelplekken en speeltuinen. Wijk OOST-ZUID

Analyse Enquête Speelruimte en Speelinfrastructuur gemeenten 2017

Wat betekent bereikbaarheid, toegankelijkheid en bruikbaarheid van de Openbare Ruimte

Waarom niet? - H5 Conclusies en Samenvatting

NOTA VOOR DE RAAD. Datum: 2 augustus Nummer raadsnota: Bl Onderwerp: Actualisatie nota Buiten spelen in Oosterhout

f. OW BIJ beleidsplan Onderhoud Groen 2014-O.docx Grip op groen.veilig en heel

Speelplan 2016 Gemeente Velsen

Portefeuillehouder Broekhuizen Datum collegebesluit 28 april 2015 Opsteller mevrouw F. Driessen Registratie GF15.

Project: Aanpak openbare ruimte Taagdreef en omgeving. Hier komt tekst. Utrecht.nl

BEZORGD BADHOEVEDORP Wie zijn wij? Onze speerpunten.

Beleidsplan Spelen

Project: Aanpak openbare ruimte Taagdreef en omgeving. Hier komt tekst Taagdreef Hier komt ook tekst. Utrecht.nl

Ontmoetingsruimtes in de buurt. Steffen de Wolff Voorlichter 19 juni 2018

Initiatiefvoorstel aan gemeenteraad

Discussienotitie Haagse Mobiliteitsagenda

Raadsvoorstel Reg. nr : Ag nr. : Datum :

onderwerp Uitrol gemeentelijk hondenbeleid in Rijsenhout, Burgerveen, Lisserbroek, Weteringbrug en Zwaanshoek

Mobiliteitsplan Utrecht 2025

V E R G A D E R I N G G E M E E N T E R A A D

Spelen Bewegen Ontmoeten

PvdA Duiven - Samen Vooruit!

PvdA Duiven - Samen Vooruit!

De begroting van de provincie Utrecht voor Een samenvatting

Strijen, juli 2009 OWZ/an - 1 -

Visie. Yfke hoek Kjel de Vries Jorella Croes Joël Wagenaar Jordy Pijpker Marouan Achammachi. Team 13

Raadsvoorstel. Onderwerp Bewegingstuin voor ouderen bij het Kulturhus aan de Jeugdlaan Beesd.

Ruimte om te spelen Kader speelruimte Gemeente Buren

Utrecht: fiets en voetganger op één. Hier komt tekst. Hoofdlijnenberaad 13 oktober Utrecht.nl

Presentatie projectvoorstellen IDOP Thema avond gemeenteraad Maandag 14 januari 2013

Project: Aanpak openbare ruimte Taagdreef en omgeving. Hier komt tekst Wijkraad. Utrecht.nl

Leefbaarheidsenquête ALGEMENE VRAGEN. Dorpnr.: 1

Lokale paragraaf gezondheidsnota

Uitvoeringsplan speelplekken Nieuwland

*Z0230DEDA67* Raadsvoorstel. Aan de raad. : Speelruimteplan Beverwijk, Beverwijk speelt buiten

Sportontmoetingen in de openbare ruimte

Goede straten en fijne plekken in Engboogerd

Spelen in het groen. Agnes van den Berg Roderik Koenis Magdalena van den Berg

GEMEENTE HOOGEVEEN. Voorstel voor burgemeester en wethouders. Onderwerp: Inzet kredieten speeltuinverenigingen 2007, restant 2006 en 2008

Resultaten enquête Speelruimte in Kerkehout SPELEN IN BEWEGING

(semi-)openbare gebouwen

Rapportage Online onderzoek naar buiten spelen

Waar kun je buiten spelen?

Paraplu herziening scholen (analoog)

Natuurlijk buiten spelen!

Geef jeugd de ruimte! Notitie inrichting speelruimten Gemeente Uden maart 2009

Verslag De stad als sportschool

Kansen voor kwaliteit en leefbaarheid in de openbare ruimte

Verslag themabijeenkomst Welzijn en Zorg

Nota Kostenverhaal Gemeente Drimmelen. Conceptt

Openbare ruimte in beeld Onderzoek naar de kwaliteit van de openbare ruimte

Nota speeltuinen

Fictieve case uitkomsten Bergeendstraat, Petten

Gehouden op 1 november 2017

Voorstel aan college van Burgemeester en Wethouders

Buitenspelen in Zoeterwoude. Beleidsplan spelen

Voordat ik daarmee begin wil ik graag mezelf voorstellen.

Transcriptie:

Concept-discussienota speelruimte 2011 Geschiedenis In 1999 heeft de gemeenteraad op basis van de nota van spelfout tot speelgoed het speelplekkenbeleid vastgesteld. Uitgangspunt van dit beleid is dat het oprichten, exploiteren en beheren van speelplekken wordt neergelegd bij het particulier initiatief. Aanleiding tot deze discussienota Reeds vanaf 2007 is van uit de gemeenteraad de wens geuit om te komen tot een nota speelruimte, waarbij rekening gehouden zou worden met de (in 2006) door het toenmalige ministerie van VROM en Jantje Beton voorgestelde norm van 3% buitenspeelruimte. Daarnaast is door de gemeenteraad in de kadernota sport en bewegen (september 2008) o.a. opgenomen dat in de wijken netto 3% van de ruimte gereserveerd zou moeten worden voor buitenspeelruimte, alsmede dat in nieuwe wijken 10% groen aanwezig zou moeten zijn, maar dat de gemeente dit zelf moet vastleggen in bijv. een bestemmingsplan. Tenslotte is er in het coalitieakkoord 2010 2014 een paragraaf gewijd aan burgerparticipatie. Eén van de uitgangspunten hierbij is het versterken van de betrokkenheid van de burgers bij hun woonomgeving. Dit kan bij uitstek door middel van het realiseren van wijkvoorzieningen, zoals speelplekken. In de commissie Samenleving van 7 maart jl. is een korte presentatie gegeven over de uitgangspunten van de nota speelruimtebeleid. In dezelfde vergadering is toegezegd dat er een discussienota in de volgende vergadering zal worden geagendeerd. Inleiding Buitenspelen belangrijk voor ontwikkeling jeugd Buitenspelen is belangrijk voor elk kind. Het draagt bij aan de lichamelijke, cognitieve en sociaal emotionele ontwikkeling van een kind. Tijdens het spelen ontwikkelen kinderen hun spieren en oefenen ze hun behendigheid. Door buiten te spelen komen zij in de frisse lucht en krijgen zij via zonlicht veel vitamine D binnen, nodig voor sterke botten. Buitenspelen draagt ook bij aan de preventie en bestrijding van overgewicht (gezond bewegen); een actueel beleidsthema. Speelplekken liggen vaak in het groen en groen draagt via rust, bewegen en ontmoeten ook aantoonbaar bij aan en betere gezondheid. Naast het positieve effect op de gezondheid, bevordert spelen voorts probleemoplossend gedrag, logisch denken en taal- en betekenisverwerving. Door samenspel leren kinderen en jongeren met elkaar om te gaan, rekening met elkaar te houden, grenzen aan te geven. Spel geeft hen de gelegenheid om hun fantasie te gebruiken en te ontwikkelen in een dagelijkse situatie, om de wereld om hen heen te ontdekken en hun talenten te ontwikkelen. Leefbaarheid van de wijk Buitenspelen is niet alleen goed voor de ontwikkeling van kinderen en jongeren. Ook blijkt dat voldoende en goede speel- en verblijfsruimte goed is voor de leefbaarheid in een wijk. 1

Het stimuleert sociale verbanden (tussen ouders) en verkleint de kans op overlast en vandalisme. Woonwijken met voldoende en goede speel- en verblijfsruimte zijn ook nog eens economisch interessant: het bindt kinderen met gezinnen aan de wijk/ het dorp. Er is dus veel behoefte aan deze woonmilieus. Spelen heeft ook intrinsieke waarde Maar spelen is niet alleen van belang voor de toekomst (de ontwikkeling van kinderen tot goed functionerende en gezonde burgers) of voor de wijk, maar heeft ook een intrinsieke waarde voor kinderen en jongeren nu. Want: spelen is ook gewoon leuk en jeugdigen hebben net als volwassenen behoefte aan -en recht- op mogelijkheden om zich te ontspannen en te recreëren. Dit recht is zelfs vastgelegd in artikel 31 van het Internationale Verdrag voor de rechten van het kind, dat in 1995 door de Nederlandse overheid is geratificeerd. Schaarse ruimte zet speelruimte voor kinderen onder druk Maar ruimte wordt steeds schaarser. In de concurrentiestrijd om ruimte legt speel- en verblijfsruimte voor de jeugd het steeds vaker af tegen woningen, winkels, kantoren, wegen en parkeergelegenheid. Resterende grasveldjes worden onbespeelbaar door hondenpoep en de rustige straatjes staan vol met auto s, waarvan de eigenaren liever geen spelende kinderen zien. Voor simpele spelletjes als stoepranden op straat ontbreekt veelal een plek. Kortom, er blijft zowel letterlijk als figuurlijk steeds minder ruimte over om te spelen. Het is aan de overheid om te zorgen dat er voldoende ruimte overblijft voor kinderen en jongeren om veilig en gezond buiten te spelen. Speelruimte Kinderen spelen overal en zij trekken zich niets aan van formele en informele plekken. Toch is het onderscheid formele en informele buitenruimte handig als denkkader (zie overzicht). Het is echter geen doel op zich. Wij achten ons namelijk verantwoordelijk om voldoende speelruimte voor jeugd te hebben en kijken daarbij naar de totale openbare ruimte. Deze moet aantrekkelijk zijn en veilig om te spelen. Daarbinnen zijn er specifiek voor kinderen en jongeren ingerichte plekken. Dit zijn formele plekken met de bestemming spelen. Overzicht speel- en verblijfsruimte: Ruimte Formeel Informeel Openbaar Speelplaatsen Alle openbare ruimte (m.n. groen, verkeersluwe straten, pleinen, stoep) verblijfsruimte Achter hek Speeltuinen Struingroen Schoolpleinen Winkelcentra Sportvelden Tennisbanen Privé Commercieel aanbod Tuinen 2

Openbare speelplaatsen Onze gemeente kent nauwelijks openbare speelplaatsen. Immers het beleid is er op gericht dat via het particulier initiatief gekomen wordt tot het realiseren van speelplaatsen/speeltuinen Speelplekken/speeltuinen Onze gemeente heeft momenteel (stand per januari 2011) 46 formele speelplekken, die in beheer zijn bij stichtingen/verenigingen. In bijlage I is aangegeven waar deze speelplekken gelegen zijn en welke oppervlakte ze bezitten. Schoolpleinen Schoolpleinen zijn van oudsher belangrijke speel- en verblijfsplekken voor de jeugd. De schoolbesturen zijn juridisch eigenaar van de schoolpleinen en uit dien hoofde verantwoordelijk voor het dagelijks onderhoud van het terrein. Het gaat dan om de speeltoestellen, het speelterrein, de omheining en het groen. Voor dit onderhoud ontvangen de schoolbesturen een beperkte vergoeding van het rijk. De gemeente kan de schoolbesturen wel stimuleren, maar niet dwingen om de schoolpleinen na schooltijd open te stellen. De scholen zouden verleid kunnen worden hun schoolpleinen toegankelijk te maken voor de buurt, door bijvoorbeeld een aanbod om mee te betalen aan het onderhoud van het schoolplein of aan oplossingen voor het vandalismeprobleem. Schoolpleinen worden steeds vaker afgesloten om vandalisme weg te houden. Uitbreiding van speel- en verblijfsruimte via deze weg zal dan ook niet gemakkelijk zijn. Visie Alle ruimte vormt in principe de basis om te spelen. Of er voldoende speelruimte is en of kinderen en jongeren hier goed kunnen spelen, sporten of hangen, verschilt echter per wijk. De gemeente stuurt op goede speel- en verblijfsruimte voor jeugd, zowel formeel als informeel. Een stevige basis van speelruimte die kan worden afgestemd op de vraag. De Jantje Betonnorm is de minimumnorm voor het aantal vierkante meters formele speelruimte. Maar alleen vierkante meters zijn niet voldoende. Ook de kwaliteit is belangrijk! Deze wordt bepaald door de inrichting, de bereikbaarheid en de (sociale) veiligheid (verkeer, water, voldoen aan veiligheidseisen in het Attractiebesluit). Verder is de samenhang met ander voorzieningenaanbod zoals speeltuinen, schoolpleinen, sportvelden en activiteitenaanbod voor jeugd van belang. De vraag of er voldoende goede speel- en verblijfsruimte is, moet daarom uiteindelijk op wijk- en buurtniveau wordt beantwoord. Probleemstelling Inventarisatie In de afgelopen maanden is een inventarisatie uitgevoerd naar de hoeveelheid openbaar groen en de beschikbare meters speelruimte, dit afgezet tegen de bebouwde oppervlakte. Uiteraard is daarbij ook van belang om te bezien hoe groot de betreffende doelgroepen zijn, nl. het aantal kinderen van 0 t/m 5 jaar en het aantal 3

kinderen van 6 t/m 12 jaar. In de eerder vermelde bijlage I staan deze gegevens eveneens vermeld. Ook is geïnventariseerd of er in de wijken/dorpen nog mogelijkheden bestaan nieuwe speelplekken te realiseren. Uit de gehouden inventarisatie is gebleken dat in het grootste deel van de wijken/dorpen meer dan 10% openbaar groen bestaat (afgezet tegen de bebouwde oppervlakte). Indien echter gekeken wordt naar de 3% norm formele speelruimte, dan moet geconstateerd worden dat slechts in 5 van de 14 wijken/dorpen aan deze norm wordt voldaan. De vraag hierbij is of in de wijken/dorpen waar niet aan de 3% norm wordt voldaan, ook daadwerkelijk behoefte bestaat om tot meer speelgelegenheid te komen. Met andere woorden er moet wel vraag zijn! Mobiliteit/actieradius In het al eerder vastgestelde speelplekkenbeleid wordt rekening gehouden met een verschillende actieradius van kinderen. Voor de 0 t/m 5 jarigen wordt een actieradius van 150 meter aangehouden, terwijl dit voor kinderen van 6 t/m 12 jaar 400 meter is. Hierbij is het dan van belang waar speelvoorzieningen gelegen zijn, maar ook andere voorzieningen (zoals scholen, sportverenigingen, clubs, culturele voorzieningen e.d.). Vervolgens ontwikkelen kinderen zich en zal de mobiliteit toenemen naarmate de kinderen ouder/zelfstandiger worden. Beïnvloeding fysieke omgeving 1. Barrières. In de woonomgeving zijn er verschillende barrières die de mobiliteit van de kinderen kunnen beperken. Voor de hand liggend zijn de drukke verkeerswegen, watergangen en spoorlijnen. 2. Veiligheid. Verkeersveiligheid en sociale veiligheid spelen een rol bij het zelfstandiger worden van kinderen. Het is logisch dat kinderen van 3 6 jaar niet zonder toezicht een speelplek bezoeken, terwijl kinderen van 10 12 jaar (afhankelijk waar de speelplek zich bevindt en de mate van zelfstandigheid) eerder zonder ouderlijk toezicht gaan spelen. 3. Afstanden tot andere voorzieningen. Als de afstanden tot voorzieningen té ver worden, is het gebruikelijk dat ouders hun kinderen naar die voorzieningen brengen. Wordt dit gedaan door die afstand bijv. per fiets te overbruggen, dan zal de mobiliteit van die kinderen vaak toenemen, waardoor ze ook eerder in staat zijn die afstand uiteindelijk zelfstandig te overbruggen. Wat is goede speelruimte? De basisvoorwaarden voor goede speelruimte zijn: 1. Veiligheid. Een belangrijk aspect van spelen is het ontdekken van de omgeving alsmede de eigen vaardigheden. Door het ontdekken maken kinderen zich informatie eigen en leren ze dingen hanteren. Bekend is dat kinderen die zich niet veilig voelen minder de neiging hebben dingen te willen ontdekken en daardoor achterstanden oplopen in hun ontwikkeling. Het is dus belangrijk dat een speelplek kinderen het gevoel geeft dat het daar veilig is. Dit noemen we de subjectieve veiligheid. 4

Daarnaast is het van belang dat er een bepaalde fysieke veiligheid is, dat wil zeggen dat de kinderen geen kans lopen op ernstig letsel. De speeltoestellen moeten dus veilig zijn, maar ook moet de ligging van de speelplek veilig zijn. Gevaarlijke verkeerssituaties of een niet goed doordachte waterpartij op of bij het speelterrein kan de veiligheid in het gedrang brengen. 2. Bereikbaarheid. Bij de situering van speelplekken dient zoals al eerder aangegeven is rekening gehouden te worden met de mobiliteit van de kinderen. Gezien de problemen die met name jonge kinderen in het verkeer ondervinden, is het echt niet overdreven om ervoor te zorgen dat voor die groep kinderen de speelplek vanaf de woning goed bereikbaar is in een verkeersluwe omgeving. 3. Betrokkenheid van bewoners en tolerantie. Voor kinderen is van belang dat zij zelf, maar ook de volwassenen in de omgeving zich betrokken voelen bij de woonomgeving. De betrokkenheid van de volwassenen moet ook weer niet zover gaan dat dit leidt tot intolerantie ten opzichte van spelende kinderen. In de praktijk blijkt het soms toch wel lastig om met name betrokkenheid van volwassenen te krijgen voor de oudere kinderen ( boven 10 jaar). Enerzijds omdat voor deze doelgroep de behoefte aan voorzieningen specifieker is, anderzijds omdat men overlast vreest. 4. Herkenbaarheid. Voor veel kinderen is het bieden van structuur en herkenbaarheid belangrijk om zich zo veilig te voelen dat zij kunnen spelen. Voor een kind is het van belang dat het weet waar hij is en hoe hij de weg terug naar huis kan vinden. Herkenningspunten kunnen kinderen daarbij helpen. 5. Samenhang. Kinderen maken voor hun spel gebruik van de hele woonomgeving. De speelplekken zijn daarbij vaak een soort ankerpunten. Hier vindt de ontmoeting en eventueel de afspraak plaats. Als een kind op de favoriete speelplek niet vindt wie hij/zij graag wil ontmoeten, verplaatst het spel zich vaak naar een andere plek. Dan is het van belang dat dit veilig kan plaatsvinden. De samenhang in de openbare ruimte wordt bevorderd door: - een langzaam verkeerssysteem met zichtrelaties en rechtstreekse routes voor voetgangers en fietsers; - een ruimtelijke combinatie van voorzieningen, zoals zit- wandel- en speelgelegenheden; - multifunctioneel te gebruiken straten, trottoirs, pleinen, speelplekken, etc.; en - een evenwichtige spreiding van speelvoorzieningen met een gunstige ligging. 6. Herbergzaamheid. Ruimte die ingericht wordt als speelruimte, moet aantrekkelijk zijn om er te verblijven. Beschutting tegen wind, regen en té felle zon verhogen de aantrekkelijkheid van de buitenruimte. 7. Uitnodiging tot spel. Het lijkt een open deur, maar toch zijn er nog steeds speelplekken waar kinderen eigenlijk niet echt kunnen 5

spelen. Voldoende, veilige ruimte is belangrijk, maar is niet genoeg. De inrichting van een ruimte speelt een belangrijke rol om verschillende spelvormen mogelijk te maken. Zo biedt een omgeving met veel afwisseling en veel verschillende materialen veel meer mogelijkheden tot constructief spel dan een geasfalteerd terreintje. Een asfaltterreintje nodigt kinderen wel uit tot fietsen, skaten en met een bal spelen. Kennis van de verschillende manieren waarop kinderen spelen en zich ontwikkelen is van belang om tot een goed aanbod van speelvoorzieningen te komen. Kwaliteit van beheer Zoals bekend, is er sinds 1999 voor gekozen om het realiseren en beheren van speelplekken over te laten aan het particulier initiatief. Dit particulier initiatief wordt door de gemeente ondersteund door middel van kennis, ondersteuning en financiële middelen. Het uitgangspunt voor de inrichting van speelruimte is de gebruiker. Het onderdeel beheer moet echter wel meegewogen worden bij de keuzes die men maakt. Immers onvoldoende beheer en onderhoud tast de kwaliteit van de speelvoorzieningen aan. Ten aanzien van het kostenaspect wordt verwezen naar de aparte paragraaf hierover. In het voorgaande is al aangegeven dat de situering van speelplekken ook met mobiliteit te maken heeft. De ligging heeft ook consequenties voor het beheer. Slecht toegankelijke speelplekken maken aan- en afvoer van materialen lastig en kostbaar. Ook de mate van sociale controle bij een speelplek is van invloed op het beheer. Indien de speelplek beherende organisatie regelmatig bij zijn speelplek aanwezig is, voelen kinderen zich ook veiliger en kan vandalisme voorkomen/terugdringen. Speelruimte in bestaande wijken/dorpen Voor bestaande wijken/dorpen zouden in principe dezelfde uitgangspunten moeten worden gehanteerd als voor nieuwe wijken. Speelruimte in nieuwe wijken Bij de ontwikkeling van nieuwe wijken is het zaak om rekening te houden met de basisvoorwaarden voor goede speelruimte. Tevens is het van belang om het particulier initiatief op een goede manier in te schakelen. In een nieuwe wijk, waar in een beginfase nog nauwelijks bewoners aanwezig zijn, kan het platform speelplekken een voortrekkersrol vervullen en dienen als adviesorgaan richting de gemeente. Doelstelling In het voorgaande is de meest ideale situatie beschreven waaraan speelvoorzieningen zouden moeten voldoen. De situatie in Geldermalsen is echter niet ideaal, omdat in de meeste wijken/dorpen al voorzieningen waren getroffen zonder de in de kadernota sport en bewegen genoemde normen. De doelstelling zou dan ook moeten zijn om naar de eerdergenoemde normen te streven (3% is geen verplichting, maar een richtinggevend advies), waarbij zoveel mogelijk rekening dient te worden gehouden met de basisvoorwaarden voor goede speelruimte zoals hiervoor genoemd. 6

Hieronder worden in willekeurige volgorde onderwerpen genoemd waaraan gedacht kan worden om meer formele speelruimte te realiseren dan nu in bijlage I staat aangegeven: - restruimtes reserveren voor speelruimte - bij herinrichting van wijken zorgvuldig plannen en verkavelen - indien mogelijk woningen of andere objecten slopen ten gunste van speelruimte - anders inrichten van parkeervoorzieningen - indien mogelijk straat afsluiten - omvormen van groen > van struiken naar gazon - schoolpleinen toegankelijk maken voor buitenspelen - sportvelden openstellen voor niet-leden Financiën Bij investeringen in de openbare ruimte is doorgaans weinig inzicht in de verhouding tussen kosten en baten. De kosten zijn duidelijk zichtbaar, de baten vaak niet. Dit verleidt tot korte termijn denken. De kosten komen vaak uit het budget van de ene afdeling terwijl de baten op heel andere plekken zichtbaar worden. Investeringen in buitenspeelruimte en algemeen jeugdbeleid leveren bijvoorbeeld baten op in de gezondheidszorg (gezondere kinderen), de jeugdzorg (minder behoefte aan specialistische begeleiding), het opbouwwerk (meer saamhorigheid in de buurten), de vandalismebestrijding (minder vernielingen) en de bevolkingsopbouw (gezinnen trekken niet weg). Als gemeente moet men dan ook eerder in het totaal denken en niet per onderdeel. Als we ons beperken tot het speelruimtebeleid, dan gaat het om twee stromen. Als dan ook nog een inhaalslag gedaan moet worden om in de komende tijd te werken aan het streven om te gaan voldoen aan de normen uit de kadernota Sport en bewegen, zal er flinke inspanning geleverd moeten worden. Voorgesteld wordt om per dorp/wijk een actieplan op te zetten gezamenlijk met de speeltuinorganisaties. Hier zullen dan de knelpunten en vervolgens prioriteiten aan toegekend worden, alsmede een inschatting van het kostenaspect. 7

Wat Waar Beheren, onderhouden en renoveren van speelplekken en skatebanen Subsidieprogramma Maatschappelijke Ondersteuning Middelen ten behoeve van het realiseren van nieuwe speelplekken, alsmede jaarlijks terugkerende lasten Bestemmingsreserve speelplekken Onderscheid tussen eenvoudige en structurele speelplekken en skatebaan. Wie 24 organisaties Nieuwe initiatieven Bestaande speelplekken (legen prullenbakken, verplichte jaarlijkse inspectie speeltoestellen, reparaties van vernielingen) Budget Jaarlijkse subsidie 74.941 Jaarlijkse voeding: 24.000 Saldo 31-12-2010: 51.000 In 2010 is in het kader van de bezuinigingen een bedrag van 89.000 aan de bestemmingsreserve speelplekken onttrokken. 8

Vragen ter discussie. Bent u van mening dat onder het begrip speelruimte uitsluitend een formele speelplek moet worden verstaan? Stemt u er mee in dat de 3 % norm een streven moet zijn (nb. 3% is geen verplichting, maar een richtinggevend advies), waarbij zoveel mogelijk rekening gehouden dient te worden gehouden met de basisvoorwaarden voor goede speelruimte zoals hiervoor in de nota genoemd. Bent u het ermee eens dat alleen wanneer ook daadwerkelijk behoefte bestaat in een wijk/dorp aan meer speelgelegenheid, aan de 3% norm moet worden voldaan. Met andere woorden: waar geen vraag is, moet ook niet kost-wat-kost een aanbod worden gecreëerd! Vindt u dat een of meer van de volgende aspecten ook wanneer nodig- betrokken moet worden bij het realiseren van voldoende formele speelruimte als de 3 % norm niet wordt gehaald? - schoolpleinen toegankelijk maken voor buitenspelen - sportvelden openstellen voor niet-leden - restruimtes reserveren voor speelruimte - bij herinrichting van wijken zorgvuldig plannen en verkavelen - indien mogelijk woningen of andere objecten slopen ten gunste van speelruimte - anders inrichten van parkeervoorzieningen - indien mogelijk straat afsluiten - omvormen van groen > van struiken naar gazon Vindt u dat de vraag of er voldoende goede speel- en verblijfsruimte is, uiteindelijk op wijk- en buurtniveau moet worden beantwoord. Bent u van mening dat het een goed idee is om per dorp/wijk een actieplan op te zetten gezamenlijk met speeltuinorganisaties. In zo n actieplan zullen dan de knelpunten worden opgenomen en vervolgens prioriteiten worden gesteld, alsmede een raming van de kosten. Bent u het eens met het volgende: Voor bestaande wijken/dorpen zouden in principe dezelfde uitgangspunten moeten worden gehanteerd als voor nieuwe wijken. Tevens is het van belang om het particulier initiatief op een goede manier in te schakelen. In een nieuwe wijk, waar in een beginfase nog nauwelijks bewoners aanwezig zijn, kan het platform speelplekken een voortrekkersrol vervullen en dienen als adviesorgaan richting de gemeente. 9