E-MOVO 2011: gezondheid, welzijn en leefstijl van jongeren in Twente



Vergelijkbare documenten
E-MOVO 2011/2012. Gezondheid, welzijn en leefstijl van jongeren in gemeente Hellendoorn

E-MOVO 2011/2012. Gezondheid, welzijn en leefstijl van jongeren in gemeente Enschede

E-MOVO 2011/2012. Gezondheid, welzijn en leefstijl van jongeren in gemeente Twenterand

E-MOVO 2011/2012. Gezondheid, welzijn en leefstijl van jongeren in gemeente Haaksbergen

Samenvatting Losser. 2 van 5 Twentse Gezondheids Verkenning Losser. Versie 1, oktober 2013

11 Gezondheid en leefstijl van jongeren in de regio Gelre-IJssel. Resultaten van E-MOVO 2007

Gemeente Zaanstad. Tabellenboek Jeugdmonitor Emovo

Gezondheid, welzijn en leefstijl van jongeren in Zeevang Het E-MOVO scholierenonderzoek onder tweede- en vierdeklassers van het voortgezet onderwijs.

Kernboodschappen Gezondheid Enschede

Gemeente Zeevang. Tabellenboek Jeugdmonitor Emovo

Kernboodschappen Gezondheid Losser

Kernboodschappen Gezondheid Rijssen-Holten

Gemeente Zaanstad en Molenwerf

Kernboodschappen Gezondheid Almelo

Jongerenmonitor : Gemeente Steenwijkerland

Gezondheidsmonitoren jongeren en ouderen. Meta Moerman Cie Welzijn gemeente Neerijnen 19 juni 2012

JEUGDMONITOR EMOVO Gemeente Heemstede

Kernboodschappen Gezondheid Dinkelland & Tubbergen

Hoe gaat het met de leerlingen van Openbare scholengemeenschap Willem Blaeu? Schoolrapportage Emovo 2014/2015

Gemeente Purmerend. Tabellenboek Jeugdmonitor Emovo

Deze factsheet beschrijft de resultaten van de scholieren die wonen in Edam-Volendam. Er is apart gekeken naar de woonkernen Edam en Volendam.

Gemeente Edam-Volendam

SEKSUEEL GEDRAG. Jongerenmonitor % geslachtsgemeenschap. Klas 2. Klas 4. 55% altijd een condoom gebruikt

Kernboodschappen Gezondheid Borne

Gezondheid, welzijn en leefstijl van jongeren in Beemster Het E-MOVO scholierenonderzoek onder tweede- en vierdeklassers van het voortgezet onderwijs.

Gezondheid, welzijn en leefstijl van jongeren in Oostzaan Het E-MOVO scholierenonderzoek onder tweede- en vierdeklassers van het voortgezet onderwijs.

Gemeente Landsmeer. Tabellenboek Jeugdmonitor Emovo

Samenvatting Noaberkracht Dinkelland Tubbergen

Gemeente Oostzaan. Tabellenboek Jeugdmonitor Emovo

Samenvatting Twente. 2 van 6 Kernboodschappen Twente. Versie 2, oktober 2013

Gemeente Beemster. Tabellenboek Jeugdmonitor Emovo

Jeugd in Rivierenland Resultaten van een onderzoek naar gezondheid, welzijn en leefstijl van 2e en 4e klassers van het voortgezet onderwijs

Gemeente Wormerland. Tabellenboek Jeugdmonitor Emovo

Jongerenmonitor : Gemeente Deventer

E-MOVO Hoe gezond zijn jongeren in de regio Nijmegen?

Tabel 1. Achtergrondgegevens van de deelnemende scholieren uit Waterland en de regio (%) Waterland 209 scholieren

Monitor jongeren 12 tot 24 jaar

Tabel 1. Achtergrondgegevens van de deelnemende scholieren uit Wormerland en de regio (%) Wormerland 286 scholieren Onderwijstype en klas

GEZONDHEID, WELZIJN EN LEEFSTIJL VAN JONGEREN. Regio Gelderland Midden

Kernboodschappen Gezondheid Wierden

Monitor jongeren 12 tot 24 jaar

Regius College Wilhelminalaan Tabellenboek bij schoolrapportage Emovo 2015/2016

Deze factsheet beschrijft de resultaten van de scholieren die wonen in Purmerend.

Jeugd. Gezondheid, welzijn en leefstijl

Regius College VMBO en Praktijkonderwijs 2015/2016. Aanvullende tabellen bij schoolrapportage Emovo. Leeswijzer

Samenvatting Jong; dus gezond!?

GENOTMIDDELEN. Jongerenmonitor % ooit alcohol gedronken. Klas 2. Klas 4. 5% ooit wiet gebruikt. 24% weleens gerookt.

Monitor jongeren 12 tot 24 jaar

VOEDING, BEWEGEN EN GEWICHT

Kernboodschappen Gezondheid Oldenzaal

Gemeente Waterland. Tabellenboek Jeugdmonitor Emovo

Monitor jongeren 12 tot 24 jaar

Pascal Zuid Vmbo Emovo

Kernboodschappen Gezondheid Haaksbergen

Kernboodschappen Gezondheid Hengelo

Kernboodschappen Gezondheid Twenterand

Monitor jongeren 12 tot 24 jaar

Monitor jongeren 12 tot 24 jaar

Monitor jongeren 12 tot 24 jaar

E-MOVO 2010: gezondheid, welzijn en leefstijl. Een scholierenonderzoek onder tweede- en vierdeklassers van het voortgezet onderwijs

PSYCHOSOCIALE GEZONDHEID

Monitor jongeren 12 tot 24 jaar

Bouwstenen nota volksgezondheid Renate Martens en Ivanka van der Veeken. Gemeente Drimmelen GGD West-Brabant:

Kindermonitor Gemeentelijke Factsheet. Zwolle

Themarapport. Gezonde Leefstijl. Voortgezet onderwijs. april Inleiding. Roken

HOE GEZOND IS ONZE JEUGD?

Hoe gezond ben jij? Gezondheid en leefstijl van leerlingen in het voortgezet onderwijs. Schooljaar

Monitor jongeren 12 tot 24 jaar

SCHOLIERENONDERZOEK E-MOVO

Tabellenboek Hoe gezond ben jij?

SCHOLIERENONDERZOEK E-MOVO

De jeugd van tegenwoordig. Resultaten uit Gezondheidsonderzoek Jeugd 2016 Bestuurscommissie 6 juli 2017

Monitor jongeren 12 tot 24 jaar

tot 24 jaar Monitor jongeren 12

totaal Vmbo Havo/vwo Klas 2 Klas 4 Jongen Meisje

Kindermonitor Gemeentelijke Factsheet. Deventer

SCHOLIERENONDERZOEK E-MOVO

Monitor jongeren 12 tot 24 jaar

Monitor jongeren 12 tot 24 jaar

Monitor jongeren 12 tot 24 jaar

Tabellenboek Jij en je gezondheid 2017/2018

Monitor jongeren 12 tot 24 jaar

Kindermonitor Gemeentelijke Factsheet. Kampen

SCHOLIERENONDERZOEK E-MOVO

havo/vwo jongens meisjes

Kindermonitor Gemeentelijke Factsheet. Ommen

Kindermonitor Gemeentelijke Factsheet. Raalte

Alcohol FACT. Twee op de drie jongeren heeft weleens gedronken. Helft 4 e -klassers heeft recent gedronken SHEET. Gelderland-Zuid E-MOVO

SCHOLIERENONDERZOEK E-MOVO

GEZONDHEID EN LEEFSTIJL VAN LEERLINGEN IN DE GEMEENTE TIEL

K I N D E R E N O N D E R Z O E K : J A A R

KERNCIJFERS JONGERENPEILING 2013 NOORDWIJKERHOUT versie 2/

Kindermonitor Gemeentelijke Factsheet. Hardenberg

oinleiding 1 c oovergewicht en ernstig overgewicht (obesitas) in Nederlandd

51% 83% 9% 17% 85% 16% 2% 19% 1% 13%

FLEMOVO 2014/2015 Lelystad

Kindermonitor Gemeentelijke Factsheet. Olst-Wijhe

Beweging, voeding en. (over)gewicht

Gemeente Zaanstad. Tabellenboek Jeugdmonitor Emovo

Rietveld Lyceum. Gezondheid en leefstijl van leerlingen op het

Transcriptie:

E-MOVO 2011: gezondheid, welzijn en leefstijl van jongeren in Twente GGD Twente is onderdeel van Regio Twente Internet ggdtwente.nl

E-MOVO 2011: gezondheid, welzijn en leefstijl van jongeren in Twente In dit regioprofiel worden de resultaten van E-MOVO 2011 weergegeven voor de regio Twente. Daarbij wordt ingegaan op vijf landelijke speerpunten: alcohol, depressiviteit, overgewicht, roken en seksualiteit. In het najaar van 2011 is door de GGD en in Gelderland en Overijssel* een grootschalig onderzoek gedaan naar gezondheid, welzijn, leefstijl en schoolbeleving van jongeren uit klas 2 en 4 van het voortgezet onderwijs, genaamd E-MOVO (Elektronische Monitor en Voorlichting). De GGD en deden dit onderzoek omdat zij de taak hebben de gezondheid van de bevolking in kaart te brengen en adviezen te geven op het vlak van de (collectieve) preventie. Leerlingen hebben tijdens een les op school via internet de E-MOVO vragenlijst ingevuld. Nadat de leerlingen door middel van een unieke inlogcode de vragenlijst ingevuld hadden, konden ze via internet een persoonlijk gezondheidsprofiel en gezondheidsadvies krijgen. Hiermee ontvingen de leerlingen een beeld van hun eigen gedrag op het gebied van bewegen, roken, voeding, alcohol, drugs en geestelijk welzijn. Tevens werden tips gegeven over een gezonde(re) leefstijl en links naar websites voor jongeren, met betrouwbare en relevante informatie over gezondheid en leefstijl. In dit profiel worden de resultaten van E-MOVO 2011 weergegeven voor de regio Twente. Daarbij wordt ingegaan op vijf landelijke speerpunten. Deze speerpunten zijn door het Ministerie van VWS benoemd als thema s waarvoor gemeenten lokaal gezondheidsbeleid moeten opstellen. Het gaat hierbij om: alcohol, depressiviteit, overgewicht, roken en seksualiteit. In 2003 en 2007 heeft E-MOVO ook plaatsgevonden. Waar mogelijk worden vergelijkingen gemaakt. Wanneer in dit regioprofiel vermeld wordt dat de resultaten van een groep groter of kleiner zijn dan die van een andere groep dan is uitgerekend dat dit verschil statistisch significant is. Dat wil zeggen dat ervan uitgegaan kan worden dat er sprake is van een werkelijk verschil en niet van een toevallige fluctuatie. Ook wanneer gezegd wordt dat er géén verschil is tussen twee groepen is dit statistisch getoetst. Bij deze toetsen is telkens rekening gehouden met de eventuele verschillen tussen de jongeren in opleidingsniveau en leeftijd. Immers, in het algemeen vertonen jongeren uit klas 4 vaker een ongezonde leefstijl dan jongeren uit klas 2. Hetzelfde geldt voor jongeren van het vmbo ten opzichte van jongeren op het havo/vwo. Deelnemende jongeren In Twente hebben 39 van de 59 scholen voor voortgezet onderwijs deelgenomen aan E-MOVO 2011. In onderstaande tabel wordt weergegeven hoe deze groep is samengesteld met betrekking tot de determinanten opleidingsniveau en leeftijd. Tabel 1. Aantallen deelnemers per opleidingsniveau en klas Opleidingsniveau VMBO HAVO/VWO klas 2 klas 4 Totaal Klas 2 klas 4 Totaal 1887 1916 3803 3149 2343 5492 Er hebben meer leerlingen van het havo/vwo (59%) meegedaan dan van het vmbo. Dit betekent een oververtegenwoordiging van de hogere schooltypes, aangezien in het algemeen wordt aangenomen dat ongeveer de helft van de leerlingen naar het havo/vwo gaat. Daarnaast hebben binnen de havo/vwo-categorie meer tweedeklassers dan vierdeklassers aan het onderzoek deelgenomen. Op het vmbo waren iets meer mannelijke (53%) dan vrouwelijke deelnemers, op het havo/vwo deden iets meer meisjes (51%) als jongens mee (niet in de tabel). Van de deelnemende leerlingen wordt 14% tot de groep allochtonen gerekend, wat betekent dat tenminste één ouder in het buitenland is geboren. De meeste leerlingen wonen bij hun eigen vader en moeder (82%). De overige groep woont in een éénoudergezin (8%), bij een van beide ouders (4%) of bij coouders (5%). De overige 1% woont bij anderen of zelfstandig. ** Met uitzondering van GGD IJsselland 3

Alcohol Vergeleken met 2003 en 2007 hebben procentueel minder leerlingen in de laatste vier weken alcohol gedronken of aan binge-drinken gedaan. Alcohol is het genotmiddel dat door jongeren het meest wordt gebruikt. Landelijk onderzoek laat zien dat het alcoholgebruik bij leerlingen van het regulier voortgezet onderwijs (VO) tussen 2003 en 2009 is afgenomen. De daling deed zich vooral voor in de leeftijdsgroep tot en met 14 jaar. Er zijn nauwelijks meer verschillen in gebruik tussen jongens en meisjes. Het percentage binge-drinkers (vijf of meer drankjes met alcohol bij één gelegenheid) lag in 2009 op hetzelfde niveau als in 2003. Vergeleken met jongeren uit andere landen drinken Nederlandse leerlingen op het VO vaker en meer alcohol. Alcoholgebruik hangt ook samen met afkomst en schoolniveau. Landelijk gezien ligt het alcoholgebruik van allochtone leerlingen in het VO lager dan bij de autochtone leerlingen. Het alcoholgebruik van leerlingen uit de Beroepsgerichte leerweg van het vmbo ligt hoger dan bij leerlingen van het havo/vwo. Alcoholgebruik van leerlingen in Twente Uit E-MOVO 2011 blijkt dat in Twente 17% van de leerlingen in klas 2 en 71% van de leerlingen in klas 4 in de afgelopen vier weken alcohol heeft gedronken. Dit is een daling ten opzichte van 2007 en 2003. Het percentage binge-drinkers is 29%. Ook dit is een daling ten opzichte van 2007 en 2003. Twente steekt gunstig af wat het binge-drinken betreft: landelijk is dit immers gelijk gebleven. Van alle leerlingen drinkt 11% van de jongeren ook door de week, 23% van de jongeren drinkt thuis met anderen en 21% van de jongeren drinkt bij anderen thuis. Twee procent van de leerlingen drinkt weleens op school tijdens de pauze. In onderstaande figuur worden de leerlingen die de laatste vier weken alcohol hebben gedronken en de binge-drinkers naar klas over de jaren 2003, 2007 en 2011 weergegeven. In deze percentages zijn eventuele verschillen in de samenstelling van de deelnemersgroepen verdisconteerd. Figuur 1. Percentage leerlingen dat de laatste vier weken alcohol heeft gedronken en binge-drinkers naar klas over de jaren 2003, 2007 en 2011; gestandaardiseerde percentages 100 Percentage t.o.v. alle deelnemers 80 60 40 20 0 klas 2 klas 4 klas 2 klas 4 klas 2 klas 4 2003 2007 2011 Laatste 4 weken alcohol gedronken Binge-drinken Het indrinken onder jongeren voordat ze uitgaan blijft een wijd verbreid fenomeen, zowel in de stad als op het platteland. Drieëntwintig procent van de leerlingen die deelnamen aan E-MOVO drinkt weleens alcohol voor het uitgaan. Op de vraag waar de leerlingen indrinken waren meerdere antwoorden mogelijk. Tien procent geeft aan dat ze thuis met vrienden indrinken, 17% doet dit bij vrienden. 4 5

Alcohol en ouders Ouders kunnen het drinkgedrag van hun kinderen op verschillende manieren beïnvloeden. Uit landelijk onderzoek onder jongeren blijkt dat ouders meer invloed hebben op het drinkgedrag van hun kind dan in eerste instantie wordt gedacht. Duidelijke regels stellen over het alcoholgebruik werkt. Als belangrijkste regel wordt gezien dat ouders met hun kind afspreken: geen alcohol gebruiken tot 16 jaar, ook niet thuis. Daarnaast hebben ouders ook invloed door het goede voorbeeld te geven. Aan de leerlingen is gevraagd naar afspraken die hun ouders/verzorgers met hen hebben over het drinken van alcohol. Bij uitsplitsing naar klas zien we dat met 33% van de leerlingen uit klas 4 hierover geen afspraken zijn gemaakt door ouders. Zevenendertig procent van de vierdeklassers geeft aan dat hun ouders het goed vinden dat ze alcohol drinken. Van de leerlingen in klas 2 geeft 30% aan dat er geen afspraken zijn gemaakt over alcohol; elf procent mag af en toe een paar slokjes drinken, 3% mag 1 of 2 glazen per keer drinken, 3% mag nooit drinken, bij 44% van deze leerlingen is een leeftijdsgrens ingesteld waarvoor ze niet mogen drinken en 9% heeft een andere afspraak met de ouders gemaakt. Wanneer een leeftijdsgrens wordt gesteld dan is de meest genoemde leeftijd 16 jaar. Van de tweedeklassers die alcohol drinken zegt 7% dat hun ouders niet weten van hun alcoholgebruik. Depressiviteit Een jongere met een depressie voelt zich langere tijd rot, neerslachtig, lusteloos en verdrietig. Op school, thuis, met vrienden loopt het niet lekker of ze zitten in de knoop met zichzelf. Een jongere met een depressie heeft de neiging zich te isoleren. Sommigen gaan blowen of drinken. Ook piekeren, faalangst, gevoelens van wanhoop en besluiteloosheid komen veel voor. Een depressie gaat ook gepaard met lichamelijke klachten, zoals vermoeidheid, gebrek aan energie, hoofdpijn en vage buikklachten, meer of minder eten en meer of juist weinig slapen. Bijna 3% van de Nederlandse jongeren van 13 tot 18 jaar heeft in het afgelopen half jaar een depressieve stoornis gehad. Naast de psychische belasting kan een depressie ook een verslechtering van de gezondheid, onhandelbaar of crimineel gedrag en problematisch middelengebruik met zich meebrengen. Depressie op jonge leeftijd vergroot de kans op depressie op latere leeftijd. Een vroege opsporing van depressie is daarom van groot belang. Gepest worden in combinatie met zelf pesten kan gezien worden als een risicofactor voor het ontwikkelen van psychosociale problemen of als een indicator van de aanwezigheid van psychosociale problemen. Depressieve gevoelens en pestgedrag bij leerlingen in Twente Het vaststellen van een depressie gebeurt in een psychiatrisch onderzoek. Daarvan is bij E-MOVO geen sprake. Wel is er door middel van een gestandaardiseerde vragenlijst geïnformeerd naar het vóórkomen van depressieve gevoelens. Van alle leerlingen die deelnamen heeft 14% last van depressieve gevoelens. Het schooltype speelt hierbij een rol: op het vmbo rapporteert 16% van de leerlingen depressieve gevoelens, op het havo/vwo is dat 12%, een significant verschil. Depressieve gevoelens komen bij jongere kinderen even vaak voor als bij oudere. Nadere analyses laten zien dat kinderen die in ernstige mate last hebben van depressieve gevoelens minder met leraren over problemen praten dan andere kinderen. In de afgelopen drie maanden was 4% van de leerlingen zowel dader als slachtoffer van pesten op school. Verder geeft 12% procent van de leerlingen aan in deze periode te zijn gepest. Veertien procent is minder dan één keer per week gepest, 2% is ongeveer één keer per week gepest en 1% meerdere keren per week. Leerlingen van het vmbo worden vaker gepest dan leerlingen van het havo/vwo, en in klas 2 komt pesten vaker voor dan in klas 4. Negen procent van de deelnemers gaf aan gepest te zijn via digitale communicatiemiddelen (Internet, MSN, chatbox of sms). Het vóórkomen van ernstige depressieve gevoelens hangt samen met digitaal pesten: jongeren die ernstige depressieve gevoelens rapporteren geven vier à vijf keer zo vaak aan dat ze via digitale communicatiemiddelen gepest zijn als andere jongeren, zie onderstaande figuur. Deze samenhang staat los van het gegeven dat er op het vmbo meer gepest wordt en meer depressieve gevoelens zijn dan op het havo/vwo. Figuur 2. Ernstige depressieve klachten bij leerlingen die wel en die niet digitaal gepest worden Kinderen die in ernstige mate last hebben van depressieve gevoelens praten minder met leraren over problemen dan andere kinderen. Jongeren die ernstige depressieve gevoelens rapporteren geven vier à vijf keer zo vaak aan dat ze via digitale communicatiemiddelen gepest zijn als andere jongeren. Op het vmbo wordt meer gepest en zijn meer depressieve gevoelens dan op het havo/vwo. Percentage leerlingen met ernstige depressieve klachten 20% 15% 10% 5% 0% vmbo havo/vwo Depressief, gepest Depressief, niet gepest 6 7

Overgewicht Overgewicht ontstaat wanneer er sprake is van een slechte balans tussen energie-inname en lichamelijke Negen procent van de deelnemende leerlingen rookt dagelijks. Dit is een kleine maar significante stijging ten opzichte van 2007. activiteit. Ongeveer de helft van alle volwassenen en één op de zes kinderen in Nederland kampt met overgewicht of obesitas (=ernstig overgewicht). Bij meisjes komt iets vaker obesitas voor dan bij jongens. Bij Turkse en Marokkaanse kinderen komt overgewicht twee tot drie keer zo vaak voor als bij autochtone Nederlandse kinderen, obesitas zelfs vier keer zo vaak. Mensen met overgewicht of obesitas hebben een verhoogde kans op tal van ziekten en chronische aandoeningen zoals diabetes, kanker en psychische klachten. Roken In Nederland zijn naar schatting zo n 3,75 miljoen rokers van 15 jaar en ouder. Daarnaast zijn er naar schatting nog 70.000 jonge rokers van 10 tot en met 14 jaar. Roken is een risicofactor voor een aantal aandoeningen, onder andere van hart en bloedvaten. Behalve rokers lopen ook mensen die meeroken Overgewicht van leerlingen in Twente In het E-MOVO-onderzoek 2011 is aan de leerlingen gevraagd wat ze van hun gewicht vinden. Deze meningen (subjectief) zijn in onderstaande tabel gecombineerd met de resultaten van de gewichtsbepalingen die de Jeugdgezondheidszorg Twente in (passief roken) een groter risico op onder meer longkanker en hart- en vaatziekten. Uit de literatuur blijkt er samenhang te zijn tussen roken (wekelijks), en alcoholgebruik (afgelopen maand) bij jongeren tussen de 12 en 16 jaar. 2011 deed tijdens het contactmoment in klas 2 (objectief). Roken door leerlingen in Twente Uit E-MOVO 2011 komt naar voren dat van deelnemende Tabel 2. Subjectief en objectief overgewicht, in procenten leerlingen in Twente 9% dagelijks rookt. Dit is een minimale Vmbo (klas 2) Havo/vwo (klas 2) Totaal maar significante stijging ten opzichte van 2007 (zie de overzichtstabel). Acht procent rookt regelmatig (maar niet dagelijks) en 82% rookt niet. Van alle tweedeklassers rookt 4% dagelijks en van alle vierdeklassers 15%. Meer vmbo-leerlingen roken dan havo/vwo-leerlingen. Jongens Meisjes Totaal Jongens Meisjes Totaal Ondergewicht subjectief 9 5 7 10 6 8 8 Ondergewicht objectief 5 4 5 5 7 6 5 Normaal gewicht subjectief 74 61 68 77 67 72 70 Normaal gewicht objectief 70 72 71 79 80 79 75 Overgewicht subjectief 17 34 25 13 26 20 22 Overgewicht objectief 25 24 25 16 14 15 19 Negentien procent van de tweedeklassers in Twente heeft daadwerkelijk overgewicht. Hoewel in deze tabel niet exact dezelfde groepen worden weergeven (E-MOVO-deelnemers en door de JGZ onderzochte leerlingen, maar beide van dezelfde leeftijd en in hetzelfde jaar) valt toch op dat meisjes zich ten onrechte te zwaar lijken te vinden, terwijl jongens op het vmbo vaak ten onrechte menen dat ze juist géén overgewicht hebben. Te weinig beweging en een ongezond voedingspatroon leidt tot overgewicht. E-MOVO 2011 laat zien dat 82% van de leerlingen te weinig beweegt, namelijk minder dan 7 uur per week. Daarnaast eet maar 65% dagelijks twee stuks fruit en eet 40% dagelijks groente. Meisjes lijken zich ten onrechte vaak te zwaar te vinden, terwijl jongens op het vmbo vaak ten onrechte menen dat ze juist géén overgewicht hebben. 8 9

In 4 vmbo hadden leerlingen die al geslachtsgemeenschap hebben gehad dat met meer partners gedaan dan in 4 havo/vwo. Van de leerlingen die ooit geslachtsgemeenschap hebben gehad zegt 17% dat ze daarbij nooit een condoom gebruikt hebben. Regelmatig condoomgebruik onder jongeren met meer dan twee sekspartners ligt met 57% lager dan onder jongeren die met één of twee personen geslachtsgemeenschap hadden (68%). Er zijn iets minder leerlingen uit klas 2 dan leerlingen uit klas 4 en meer jongens dan meisjes die homoseksualiteit verkeerd vinden. Seksualiteit Uit de bevolkingsstudie Seks onder je 25ste onder jongeren van 12-25 jaar blijkt dat 70% van de jongeren van 12-15 jaar weleens verkering heeft gehad. De gemiddelde leeftijd waarop jongeren ervaring hebben opgedaan met tongzoenen is 13 jaar. Daarnaast hebben jongeren gemiddeld op 17-jarige leeftijd voor de eerste keer geslachtsgemeenschap. Het is belangrijk dat als leerlingen tot geslachtsgemeenschap komen, dit op een veilige manier gebeurt. Als er geen anticonceptie wordt gebruikt is er kans op een ongewenste zwangerschap. Vrijen zonder condoom verhoogt het risico op een seksueel overdraagbare aandoening (soa). Sommige soa s hebben ernstige gevolgen als ze niet op tijd worden behandeld. In de puberteit gaan jongeren op zoek naar hun identiteit en ontdekken ze veelal ook hun seksuele geaardheid. Landelijk onderzoek toont aan dat twee procent van de jongens en één procent van de meisjes van 12-25 jaar aangeeft voorkeur te hebben voor het eigen geslacht. Overzichtstabel In onderstaande tabel wordt per speerpunt het verloop over de jaren heen in Twente en Oost Nederland getoond. Omdat de samenstelling van de onderzoekgroep invloed kan hebben op de gerapporteerde rapportages is in tabel 3 rekening gehouden met de verdeling van schooltype en klas. De percentages zijn daartoe omgerekend naar een standaardpopulatie, vandaar: gestandaardiseerde percentages. Tabel 3. Belangrijke onderwerpen door de jaren heen, in gestandaardiseerde percentages 2003 2007 2011 Twente Oost-Nederland Twente Oost-Nederland Twente Oost-Nederland Heeft afgelopen vier weken aan binge-drinken gedaan 44 42 37 36 32 30 Rookt dagelijks 12 11 9 9 10 9 Heeft ernstige depressieve gevoelens nvt nvt 5 5 4 5 Voldoet niet aan de beweegnorm 79 79 77 79 82 83 Heeft ooit geslachtsgemeenschap gehad 14 16 15 17 14 16 Vindt homoseksualiteit verkeerd 11 9 11 10 9 9 Analyses van deze gegevens voor Twente tonen aan dat het alcoholgebruik vanaf 2003 gestaag afneemt. Zowel ten opzichte van 2003 als ten opzichte van 2007 vinden minder jongeren homoseksualiteit verkeerd. Het percentage leerlingen met ernstige depressieve klachten is ten opzichte van 2007 afgenomen. Het percentage leerlingen dat dagelijks rookt is licht gestegen ten opzichte van 2007. Tussen 2007 en 2011 nam het percentage jongeren dat niet voldoende bewoog toe. De Twentse Gezondheidsverkenning Alle gegevens en overzichten uit E-MOVO 2011 zijn digitaal beschikbaar op www.twentsegezondheidsverkenning.nl. Deze website van GGD Twente geeft een overzicht van de gezondheid van de Twentenaren op basis van actuele gegevens en grootschalige onderzoeken. Seksualiteit bij leerlingen in Twente Van de leerlingen uit klas 2 geeft 4% aan ooit geslachtsgemeenschap te hebben gehad. In klas 4 is dit 24%. Leerlingen uit 4 havo/vwo hebben minder vaak aangegeven ooit geslachtsgemeenschap te hebben gehad dan leerlingen uit 4 vmbo. In 4 vmbo hadden leerlingen die al geslachtsgemeenschap hebben gehad dat met meer partners gedaan dan in 4 havo/vwo. Van de leerlingen die ooit geslachtsgemeenschap hebben gehad zegt 17% dat ze daarbij nooit een condoom gebruikt hebben. Regelmatig condoomgebruik onder jongeren met meer dan twee sekspartners ligt met 57% lager dan onder jongeren die met één of twee personen geslachtsgemeenschap hadden (68%). Aan de leerlingen in het E-MOVO onderzoek is gevraagd wat ze ervan vinden als er twee meisjes/vrouwen of twee jongens/ mannen op elkaar verliefd zijn. Zesenveertig procent van de leerlingen vindt dit normaal, 37% vindt het een beetje raar, 7% vindt het erg raar en 9% vindt dit verkeerd. In vergelijking met 2007 is het percentage leerlingen dat dit normaal vindt hoger. Er zijn iets minder leerlingen uit klas 2 (8%) dan leerlingen uit klas 4 (10%) en meer jongens (14%) dan meisjes (4%) die homoseksualiteit verkeerd vinden. Bronnen www.preventietwente.nl www.nationaalkompas.nl www.loketgezondleven.nl www.trimbos.nl www.alcoholinfo.nl www.psychischegezondheid.nl www.nji.nl www.dokterdokter.nl www.rutgersnissogroep.nl www.seksuelevorming.nl 10 11

adres Nijverheidstraat 30 7511 JM Enschede postadres Postbus 1400 7500 BK Enschede telefoon 053 487 68 88 digitaal info@ggdtwente.nl Ontwerp en realisatie: Morskieft Ontwerpers van Visuele Identiteit