Duurzaam in de buurt. Over groene stroom en investeren. Enquête leefbaarheid en veiligheid 2008. Bureau Onderzoek Gemeente Groningen



Vergelijkbare documenten
Organisatie in de buurt

Vitale buurten. Over buurtcontacten en voorzieningen voor ouderen en mensen met een beperking. Enquête leefbaarheid en veiligheid 2008

Oriëntatie geluidsoverlast

Duurzame ontwikkeling

Ida Miedema Ard Jan Leeferink Noël van Erp Louis Polstra. Uitgevoerd in opdracht van de Bestuursdienst gemeente Groningen.

Stadjers over het CJG Groningen

Stadjers over energie en energiebesparing. Een Stadspanelonderzoek

Balans van Stad en wijken

Stadjers over energie en energiebesparing. Een Stadspanelonderzoek

Stadsleven. Trendrapportage over leefbaarheid en veiligheid in de gemeente Groningen

Stand van Stad 1. en Veiligheid) en de Wijkkompassen 2015.

Stad en wijken in beweging

het nieuwe hondenbeleid

Afvalinzameling in Groningen. Een stadspanel onderzoek

Evaluatie betaald parkeren Noorderplantsoenbuurt en Oranjebuurt

Armoede in de Stad. Armoedemonitor Groningen 2015

Bekend met de Euroborg?

trendrapportage enquête leefbaarheid en veiligheid monitor leefbaarheid en veiligheid 2010

Stadsenquête Over voorzieningen, dienstverlening, WIJ-teams en duurzaam wonen. Maart Inge de Vries Mayan van Teerns.

jong in stad en wijken

Bureau Onderzoek Gemeente Groningen, december 2004

Resultaten conjunctuurenquête 1 e halfjaar 2015

Leefbaarheid on line. Overschakelen op enquêteren via internet? Bureau Onderzoek Gemeente Groningen

Cliëntervaringsonderzoek Wmo

trendrapportage enquête leefbaarheid en veiligheid monitor leefbaarheid en veiligheid 2012

Stadjers en instellingen over de gebiedsgebonden aanpak van het sociale domein

KLANTTEVREDENHEIDSONDERZOEK SCHOONMAAKDIENST GEMEENTE HAREN

Zuid aan Zet Gebiedsgericht werken in Colmschate-Zuid oktober 2012

1 Opzet tabellenboek, onderzoeksopzet en respondentkenmerken

basisschoolleerlingen

Cultuurbeoefening, cultuurbezoek en cultuurwaardering

Bekend met de Euroborg in 2009?

Resultaten Conjunctuurenquete 1e helft 2014

Resultaten Conjuntuurenquête jaar 2015

Klanttevredenheidsonderzoek dienstverlening gemeente Groningen op het gebied van sport

Hoofdstuk 24 Financiële situatie

Gemeentelijke Dienstverlening. Omnibus 2009

Nulmeting Een onderzoek onder gebruikers van de gemeentelijke sporthallen

Gemeente Moerdijk. Cliëntervaringsonderzoek Wmo over Onderzoeksrapportage. 20 juni 2017

Resultaten Conjunctuurenquete 2014

Met z n allen aan de slag!

BABVI/U Lbr. 12/109

Cliëntervaringsonderzoek Wmo 2016

SAMENVATTING RAPPORT VAN HET KWALITEITSONDERZOEK NAAR MATE VAN KLANTTEVREDENHEID OVER DIENSTVERLENING VAN ADVOCATEN

Stadjers over fietsen in Groningen. Een Stadspanelonderzoek

Cliëntervaringsonderzoek Wmo

Rookmelders Omnibusonderzoek 2011

Onderzoek & Statistiek Groningen is ondergebracht bij de dienst SOZAWE van de Gemeente Groningen

Mening inwoners over energiebesparing en duurzame energie Omnibusonderzoek Gemeente s-hertogenbosch

Armoedemonitor Minima in Groningen. Februari Erik van der Werff. Klaas Kloosterman.

Het Groninger Stadspanel over LGBT. Meningen over bi- en homoseksualiteit en transgender in Groningen stad

Brandweer en brandpreventie in Twente

Windenergie. Een onderzoek onder inwoners van de gemeente Groningen B A S I S V O O R B E L E I D. Oktober Laura de Jong. Marjolein Kolstein

Samenwerkende gemeenten West- Brabant: gemeente Moerdijk

Gemeente Roosendaal. Cliëntervaringsonderzoek Wmo over Onderzoeksrapportage. 26 juni 2017

PEILING ERVARINGEN MET EDE DOET

Landelijk cliëntervaringsonderzoek

Resto VanHarte Groningen

Landelijke peiling Nijmegen Resultaten tussenmeting, begin juli 2005

Hoofdstuk 7. Financiële situatie

Uit de auto. Bureau Onderzoek Gemeente Groningen

Internetpanel over de lokale media

Gratis met de bus Evaluatie gratis busvervoer in Groningen op 18 en 19 september 2010

Doe mij maar het gras

ONDERZOEK THUIS ACCU. 29 oktober Is Nederland klaar voor de thuis accu?! Auteur Y. Lievens. Panelleden ISO gecertificeerd

Afvalinzameling in Ten Boer

De mening van de inwoners gepeild. Leefbaarheid 2015

Interactief bestuur. Omnibus 2017

Stad en raad Een Stadspanelonderzoek

Leefbaarheid en Veiligheid Afdeling Beleidsonderzoek en Geo Informatie November 2007

Gemeente Nederweert. Cliëntervaringsonderzoek Wmo over Onderzoeksrapportage. 30 juni 2017

Ansicht voor aandacht

Vrijwilligersonderzoek Een onderzoek naar vrijwilligersorganisaties in de gemeente Groningen Meting 2 Samenvatting

Stadspanel: Oud en nieuw 2018

Fietsen in Groningen 2018

Hoofdstuk 9. Trendvragen financiële situatie Hoofdstuk 10. Financiële situatie

Resultaten Conjuntuurenquete 2018

Hoofdstuk 19. Financiële situatie

EFFECTEN VAN DE WEEKEND- SCHOOL VAN STICHTING WITTE TULP. - eindrapport - dr. Marga de Weerd. Amsterdam, november 2009

Hondenbeleid Deventer Eindmeting

Cliëntervaringsonderzoek Wmo

Openbare ruimte in beeld Onderzoek naar de kwaliteit van de openbare ruimte

Wijkaanpak. bekendheid, betrokkenheid en communicatie

Jongeren in de stad. Opzet Jeugdpeiling voor de arbeidsmarkt.

Resultaten van een enquête onder de bewoners van Austerlitz - eind 2012

Resultaten klanttevredenheidsonderzoeken als onderdeel van Benchmarking Publiekszaken 2011

Omnibusenquête deelrapport. Studentenhuisvesting

ONDERZOEK VUURWERKOVERLAST

CLIËNTERVARINGSONDERZOEK

Buurt- en wijkindeling gemeente Groningen

Kenmerk ontheffing in de Bijstands Uitkeringen Statistiek

Werkbelevingsonderzoek 2013

KOOPZONDAGEN De mening van burgers en ondernemers

Integrale Veiligheidsmonitor Hengelo 2011

Gemeente Alphen-Chaam

Cliëntervaringsonderzoek Wmo

Mate van tevredenheid van deelnemers aan de training in de cursuskalender

Resultaten bewonersonderzoek, meting 2013

Wat vinden kijkers en luisteraars van de Omroep Organisatie Groningen?

Fietsen in Groningen 2017

Transcriptie:

Duurzaam in de buurt Over groene stroom en investeren Enquête leefbaarheid en veiligheid 2008 Bureau Onderzoek Gemeente Groningen

Bureau Onderzoek is ondergebracht bij de dienst Sozawe van de Gemeente Groningen

Duurzaam in de buurt Over groene stroom en investeren Enquête leefbaarheid en veiligheid 2008 Auteur: Mayan van Teerns Bureau Onderzoek Gemeente Groningen, april 2009 Bureau Onderzoek heeft als kernactiviteiten instrumentontwikkeling voor en uitvoering van beleidsgericht onderzoek, het toegankelijk maken van grote hoeveelheden data uit verschillende bronnen, gegevensanalyse, projectevaluatie en dienstverlening bij overheidsmarketing.

Inhoudsopgave 1. Inleiding 5 2. De uitkomsten 9 2.1 Gebruik van groene stroom 9 2.2 Bereidheid investeren in duurzaamheid 13 2.3 Samenvattend 15

Ha haha

5 1. Inleiding In het najaar van 2008 1 heeft de gemeente Groningen zijn burgers voor de zevende keer geënquêteerd over leefbaarheid en veiligheid. De enquête wordt iedere twee jaar gehouden in het kader van het Grote Stedenbeleid (GSB). Een van de doelstellingen van dit landelijke beleid is het verbeteren van de leefbaarheid en veiligheid in grote steden. Het monitoren van de leefbaarheids- en veiligheidsbeleving is een van de instrumenten om na te gaan of deze doelstelling wordt bereikt. Maar ook als onderlegger voor het gemeentelijk beleid is deze monitor van belang. De uitkomsten zijn regelmatig aanleiding voor beleidswijzigingen of aanpassingen op stads-, wijk- en/of buurtniveau. Net als in de voorgaande peiljaren hebben inwoners van de gemeente op grote schaal vragen beantwoord over hun beleving van de leefbaarheid en veiligheid in de eigen woonomgeving; ruim 6.000 inwoners van de gemeente Groningen hebben de vragen beantwoord. Over de resultaten is het rapport Balans van Stad en wijken uitgebracht 2. Deze rapportage behandelt de resultaten van een aantal extra vragen die aan de enquête zijn toegevoegd. De extra vragen gaan over het zuinig omgaan met hulpbronnen. De gemeente wil in 2025 de meest duurzame stad van Nederland zijn. Het streven is bovendien in dat jaar energieneutraal te zijn. Daarvoor is een breed programma opgesteld, met als doel forse energiebesparing en een omslag naar het gebruik van duurzame energie. Belangrijke aandachtspunten zijn energiebesparing in de bestaande woningbouw, bij scholen en bedrijven, en participatie en gedragsverandering van burgers. Vraagstelling De vraagstelling van dit deel van het onderzoek luidt als volgt: 1. Gebruikt u groene stroom? 2. In hoeverre bent u bereid geld te investeren in duurzame producten of energiebesparende maatregelen, als u die in vijf jaar tijd kunt terugverdienen? 1 We hebben geen aantoonbaar effect gevonden van de aanvang van de economische crisis in de enquêteweken. 2. Balans van Stad en wijken is tegen kostprijs te verkrijgen bij het Gemeentelijk InformatieCentrum, gemeente Groningen, en in te zien en af te halen op www.bureauonderzoek.nl. Duurzaam in de buurt

6 Figuur 1.1 Wijk- en buurtindeling 1. Centrum 8. Lewenborg Binnenstad-noord Lewenborg-zuid 2. Oranjewijk/Schilderswijk 9. Beijum Kostverloren Beijum-oost 3. Oud-zuid 10. Nieuw-oost Grunobuurt 11. Nieuw-west 4. Nieuw-zuid corporatief De Wijert-noord 12. Paddepoel Corpus den Hoorn Tuinwijk Selwerd 5. Nieuw-zuid particulier Paddepoel-zuid 6. Korreweg/De Hoogte 13. Vinkhuizen Indische buurt Vinkhuizen-zuid De Hoogte 14. Hoogkerk/De dorpen 7. Oosterparkwijk Hoogkerk H haha

7 Wijk- en buurtindeling De rapportage presenteert de resultaten van de enquête op stads-, wijkbuurtniveau. Het wijkniveau volgt de indeling vanuit het Grote Stedenbeleid, in veertien wijken. In een aantal van deze wijken wordt ook gekeken naar aandachtsbuurten. Dit zijn er ook veertien. Dit zijn vooral buurten met een groot aandeel corporatiewoningen, een zekere achterstand op sociaaleconomisch gebied en een als minder goed beoordeelde kwaliteit van de woonomgeving. Bijna alle aandachtsbuurten zijn ook wijkvernieuwingsgebieden. Een heel andere aandachtsbuurt is Hoogkerk in de wijk Hoogkerk/de dorpen. Deze wijk beslaat de landelijke en relatief schaars bebouwde gebieden aan de rand van de gemeente. In deze wijk ligt een aantal dorpen, elk met hun eigen karakter. Hoogkerk is hierin verreweg het grootste, en is ook groot genoeg om afzonderlijk te worden gemeten. De wijk- en buurtindeling is terug te vinden in figuur 1.1. Enquêteren via telefoon en internet De vragenlijst is evenals voorgaande keren voorgelegd aan inwoners van de stad die tenminste 18 jaar zijn. Het feit dat steeds minder mensen een vaste telefoon hebben, is twee jaar geleden reden geweest te onderzoeken of de representativiteit van de respondenten kon worden verbeterd door (ook) via internet te enquêteren. Naar aanleiding van de uitkomsten van dat onderzoek is gekozen voor een methodemix van enquêteren via telefoon en via internet, elk de helft. Door het inzetten van eigen enquêteurs en de eigen enquêtewebsite www.leefbaarheidenveiligheid.nl hebben we in 2008 in totaal 6.021 inwoners van Groningen geënquêteerd. Met een brief van de burgemeester zijn deze personen vooraf op de hoogte gesteld van het onderzoek, of is hen verzocht de vragenlijst op internet in te vullen. In de volgende paragraaf worden de beide enquêtemethoden met elkaar vergeleken. Steekproef en respons Dit onderzoek leidt tot conclusies voor zowel de stad als geheel als voor de afzonderlijke wijken en aandachtsbuurten. Daarom moest er voor worden gezorgd dat er voldoende personen uit de verschillende gebieden aan het onderzoek meewerkten. Het aantal is bepaald op 250 per wijk of aandachtsbuurt. Dit is gerealiseerd door middel van een zogenaamde getrapte steekproef: per methode is per wijk en per buurt telkens afzonderlijk een steekproef getrokken uit de Gemeentelijke Basisadministratie (GBA). Duurzaam in de buurt

8 In totaal hebben we bijna 4.200 personen telefonisch benaderd, en 21.800 om via internet te reageren. Hiervan hebben er uiteindelijk 2.687 telefonisch en 3.334 via internet aan de enquête meegewerkt, in totaal 6.021 respondenten. Dat komt neer op 64 procent voor de telefonische enquête en 15 procent voor de internetenquête. Representativiteit Uit analyse is gebleken dat de verdeling van de kenmerken leeftijd en geslacht in de responsgroep sterk kan verschillen met die in de totale populatie. Dit is zo goed mogelijk opgevangen middels de steekproeftrekkingen. Om de populatie van de verschillende wijken en buurten zo goed mogelijk te representeren is verder een weging toegepast. Omdat wijken qua inwonertal nogal variëren, is om uitspraken te kunnen doen over de stad als geheel, nog een extra weging toegepast. Deze weging weerspiegelt naast de geslachts- en leeftijdsverhoudingen ook het inwonertal per wijk. Beide enquêtemethoden zijn in iedere geografische eenheid even zwaar meegewogen. Ervaringsgegevens De resultaten van dit onderzoek vinden hun basis in een enquête. Daarin wordt bewoners gevraagd naar ervaringen die samenhangen met de leefbaarheid en veiligheid in hun eigen woonomgeving. Voor meer informatie over de opzet van de Enquête leefbaarheid en veiligheid verwijzen we naar Balans van Stad en wijken 3. Leeswijzer Hoofdstuk 2 bevat de uitkomsten van de enquête. In paragraaf 2.1 behandelen we het gebruik van groene stroom, en in paragraaf 2.2 belichten we over de bereidheid te investeren in duurzaamheid. H 3 Deze rapportage is tegen kostprijs te verkrijgen bij het Gemeentelijk InformatieCentrum, gemeente Groningen, en in te zien en af te halen op www.bureauonderzoek.nl. haha

9 2. De uitkomsten 2.1 Gebruik van groene stroom Lang niet iedereen weet wat voor stroom hij gebruikt. Op de vraag Gebruikt u groene stroom? antwoordde gemiddeld 9 procent van de stadjers dit niet te weten, of te willen zeggen. Dit is aan de hoge kant van wat we als normaal beschouwen. In de wijken en buurten varieert dit percentage van 2 tot 19. De bovengemiddelde percentages gelden voor de oudste wijken: Centrum Oranjewijk/Schilderswijk, Oud-zuid, Korrewegwijk/De Hoogte en de Oosterparkwijk en hun aandachtsbuurten. Uitzondering is De Hoogte waar juist heel weinig respondenten niet weten of willen zeggen wat voor stroom ze gebruiken. De antwoordcategorie weet niet/geen antwoord laten we verder buiten beschouwing. Duurzaam in de buurt

10 Tabel 2.1 Gebruikt u groene stroom? 2008 ja gedeeltelijk nee Centrum 41% 5% 54% Oranjewijk/Schilderswijk 42% 5% 53% Oud-zuid 37% 3% 60% Nieuw-zuid corporatief 37% 6% 57% Nieuw-zuid particulier 37% 8% 55% Oosterparkwijk 38% 8% 55% Korrewegwijk/De Hoogte 32% 5% 63% Lewenborg 46% 6% 48% Beijum 45% 6% 49% Nieuw-oost 46% 4% 50% Paddepoel 41% 3% 56% Vinkhuizen 42% 3% 55% Nieuw-west 41% 5% 54% Hoogkerk/de dorpen 40% 5% 55% STAD 40% 5% 55% Binnenstad-noord 38% 7% 54% Kostverloren 41% 5% 55% Grunobuurt 40% 6% 54% Corpus den Hoorn 37% 5% 58% De Wijert-noord 45% 5% 50% Indische buurt 39% 4% 58% De Hoogte 42% 5% 53% Lewenborg-zuid 38% 7% 56% Beijum-oost 48% 3% 49% Selwerd 44% 4% 52% Tuinwijk 45% 4% 51% Paddepoel-zuid 40% 4% 56% Vinkhuizen-zuid 34% 4% 63% Hoogkerk 43% 2% 54% H haha

11 Tabel 2.1 bevat de verdeling van de antwoorden in de onderscheiden delen van de gemeente. Vier op tien stadjers hebben groene stroom Gemiddeld zegt 40 procent van de stadjers groene stroom te gebruiken. Nog eens 5 procent gebruikt deels groene stroom. In de wijk Korrewegwijk/De Hoogte en aandachtsbuurt Vinkhuizenzuid liggen de percentage met 32 en 34 het meest onder het gemiddelde. Duidelijk bovengemiddeld zijn de percentages in de Noordwestelijke wijken Beijum, Lewenborg en Nieuw-oost, met uitzondering van Lewenborg-zuid. Mogelijk verklaring hiervoor vormen de actieprogramma s die in Lewenborg zijn uitgevoerd, zoals Wonen++, om energiebesparende maatregelen en zonne-energie onder de aandacht te brengen. Buiten Noordwest gebruiken ook veel bewoners van De Wijert-noord en Tuinwijk groene stroom. Als we het gedeeltelijk gebruik van groene stroom in de beschouwing betrekken, blijven we dezelfde toppers en hekkensluiters zien. De afbeelding hieronder geeft de gegevens over de wijken weer in een plattegrond. De aandachtsbuurten zijn hierin niet afzonderlijk vermeld. Duurzaam in de buurt

12 Tabel 2.2 In hoeverre bent u bereid geld te investeren in duurzame producten of energiebesparende maatregelen, als u die in vijf jaar tijd kunt terugverdienen? dat laat alleen met alleen met in mijn subsidie een lening zeker beperkte financiële van de van de mate situatie overheid overheid niet toe absoluut niet Centrum 43% 25% 8% 1% 14% 9% Oranjewijk/Schilderswijk 42% 31% 9% - 12% 7% Oud-zuid 38% 27% 11% - 14% 10% Nieuw-zuid corporatief 39% 26% 14% 1% 10% 11% Nieuw-zuid particulier 41% 35% 10% - 5% 9% Oosterparkwijk 45% 24% 7% - 13% 10% Korrewegwijk/De Hoogte 33% 28% 12% 1% 16% 10% Lewenborg 31% 25% 13% - 15% 15% Beijum 38% 31% 12% - 13% 6% Nieuw-oost 40% 35% 10% - 5% 10% Paddepoel 26% 39% 8% 1% 15% 11% Vinkhuizen 30% 31% 11% - 14% 14% Nieuw-west 43% 30% 15% - 4% 7% Hoogkerk/de dorpen 31% 30% 13% - 11% 15% STAD 37% 30% 11% - 12% 10% Binnenstad-noord 40% 24% 10% 1% 14% 11% Kostverloren 33% 33% 9% - 16% 9% Grunobuurt 34% 36% 7% 1% 11% 11% Corpus den Hoorn 31% 29% 12% - 12% 17% De Wijert-noord 33% 30% 13% 1% 12% 11% Indische buurt 38% 22% 16% - 14% 9% De Hoogte 33% 32% 9% 1% 15% 10% Lewenborg-zuid 28% 35% 12% 1% 12% 12% Beijum-oost 39% 28% 11% - 13% 9% Selwerd 30% 33% 13% 2% 14% 9% Tuinwijk 46% 30% 7% - 11% 5% Paddepoel-zuid 35% 29% 11% - 14% 10% Vinkhuizen-zuid 25% 31% 11% - 12% 21% Hoogkerk 28% 29% 16% 1% 13% H haha

13 2.2 Bereidheid investeren in duurzaamheid Ook bij de vraag naar de bereidheid te investeren in duurzame producten of energiebesparende maatregelen is er een licht verhoogd percentage respondenten dat opgeeft geen antwoord te weten of te willen geven. Gemiddeld is dit 8 procent van de stadjers. In aandachtsbuurt Corpus den Hoorn en wijk Vinkhuizen zijn de percentages 14 en 12 de hoogste van de wijken en buurten. Opnieuw laten we deze antwoordcategorie verder buiten beschouwing. Tabel 2.2 bevat de andere antwoorden. Lening overheid geen stimulans, subsidie wel Het eerste dat opvalt aan de tabel is de vrijwel lege kolom voor de percentages bewoners die wel willen investeren in duurzame producten en maatregelen, maar alleen als dat met een lening van de overheid kan. Gemiddeld zegt (afgerond) 0 procent van de stadjers dit. In geen enkele wijk of buurt komt dit percentage boven de 2 uit. In een flink aantal wijken en buurten is dit antwoord door niemand aangevinkt. Een subsidie van de overheid wordt met meer enthousiasme begroet: gemiddeld zegt 11 procent van de stadjers bereid te zijn geld te investeren in duurzame producten of energiebesparende maatregelen, als die in vijf jaar tijd kunnen worden terugverdiend. De hoogste percentages die dit antwoorden zien we in de Indische buurt en Hoogkerk, en de wijk Nieuw-west. In Tuinwijk, de Oosterparkwijk en de Grunobuurt zou subsidie het minst helpen voor investeren in duurzaamheid. In Tuinwijk wil 46 procent zonder meer investeren in duurzaamheid Ruim een derde van de stadjers zegt zeker te willen investeren in duurzame producten en energiebesparende maatregelen als die investering zich in vijf jaar terugverdient. Nog eens 30 procent wil dat wel, maar in beperkte mate. De aandachtsbuurt Tuinwijk scoort het hoogst, met 46 procent bewoners die zonder meer bereid zijn tot duurzame investeringen, en nog eens 30 procent in beperkte mate. Ook in de wijken Nieuw-zuid particulier, Nieuw-oost, Nieuw-west en de Oranjewijk/Schilderswijk is meer dan 70 procent bereid tot investeringen in duurzaamheid die zich binnen vijf jaar terugverdienen. In de drie nieuwe wijken vinden we ook de betere gezinsinkomens van de stad. In de Oosterparkwijk en de wijk Centrum vinden we hoge percentages bewoners die zonder meer willen investeren in duurzame producten en energiebesparende maatregelen. Duurzaam in de buurt

14 Minst bereid tot investeren in duurzaamheid De bewoners van Lewenborg, Vinkhuizen en Vinkhuizen-zuid, en Corpus den Hoorn zijn het minst te porren voor investeringen in duurzame maatregelen. De bewoners van De Korrewegwijk/De Hoogte en Kosterverloren geven het vaakst aan dat de financiële huishouding dat niet toelaat. De plattegrond hieronder geeft voor de wijken weer, welk percentage wijkbewoners zonder meer bereid is te investeren in duurzame maatregelen. De aandachtsbuurten zijn hierin niet afzonderlijk vermeld. H haha

15 2.3 Samenvattend We kunnen concluderen dat Nieuw-oost en Tuinwijk in de stad aan kop lopen als het om duurzaamheid gaat. Hier wordt door veel huishoudens al groene stroom gebruikt en is de bereidheid groot te investeren in duurzame producten en energiebesparende maatregelen. In Lewenborg, exclusief de buurt Lewenborg-zuid, zijn wel veel huishoudens met groene stroom, maar zijn weinig bereid in duurzaamheid te investeren. In de Indische buurt zien we het omgekeerde: weinig huishoudens gebruiken groene stroom, maar vrij veel zijn bereid tot investeringen in duurzaamheid met subsidie van de overheid. Vinkhuizen-zuid laat qua duurzaamheid het minst positieve beeld zien. Weinig huishoudens gebruiken groene stroom en de bereidheid tot investeren in duurzame producten en maatregelen is laag. Duurzaam in de buurt