Pagina 1/7 [..] [..] Den Haag,

Vergelijkbare documenten
Nederlandse Mededingingsautoriteit

Nederlandse Mededingingsautoriteit

Dit is een geanonimiseerde versie van de op 18 december 2014 in zaak uitgebrachte informele zienswijze.

Nederlandse Mededingingsautoriteit

Besluit zorgspecifieke concentratietoets Kenmerk /170020

BESLUIT. Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet.

Nederlandse Mededingingsautoriteit

Nyia. Nederlandse Mededingingsautoriteit. aangetekend per fax 7246/5. Geachte

Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet.

Pagina 1/5. Gemeente s-hertogenbosch t.a.v. het College van B en W Postbus GZ S-HERTOGENBOSCH. Den Haag,

Besluit zorgspecifieke concentratietoets Kenmerk /188247

BESLUIT. Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37 lid 1 van de Mededingingswet.

Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet.

Besluit ontheffing zorgspecifieke concentratietoets

Bestuurlijk rechtsoordeel

Pagina 1/10 ONTWERPBESLUIT. Ontwerpbesluit. Ons kenmerk: ACM/DE/2015/ Zaaknummer:

Besluit tot goedkeuring concentratie Kenmerk

Concept Regeling van de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van (Regeling aanwijzing directeur-grootaandeelhouder 2014)

STATUTENWIJZIGING. d.d. 25 januari Als gevolg van het besluit tot statutenwijziging luiden de statuten met onmiddellijke ingang als volgt:

BESLUIT. Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse Mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid van de Mededingingswet.

Besluit zorgspecifieke concentratietoets Kenmerk /166770

Bij van 8 april 2010 verzocht u ons om goedkeuring voor Deelneming in het productiebedrijf Stokvis Content B.V.

BESLUIT. file://e:\archief1998\besluiten\bcm\bcm htm

Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet.

Besluit tot goedkeuring concentratie

Overnamerichtlijn. De ingevolge artikel 1, eerste lid van het Besluit artikel 10 overnamerichtlijn vereiste informatie is hierna opgenomen.

Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet.

5. Spint zal actief zijn op het gebied van pensioen- en vermogensbeheer.

BESLUIT OPENBAAR. 3. Op 8 juni 2015 heeft ACM de ontvangst van de aanvraag schriftelijk bevestigd aan Vrij Op Naam B.V..

Pagina 1/16. Houthoff Buruma N.V. De heer mr. I.W. Verloren van Themaat De heer mr. drs. B.M.M. Reuder Postbus AM AMSTERDAM

Besluit tot goedkeuring concentratie

AANDEELHOUDERSOVEREENKOMST

Besluit van de Autoriteit Consument en Markt als bedoeld in artikel 56, lid 1, en artikel 70c, lid 1, van de Mededingingswet

Goedkeuring van de concentratie tussen Euroma Holding B.V. en Clearwood Investment B.V.

Openbare versie. NL financial investments T.a.v. de heer M. Enthoven en Mevrouw Gonçalves-Ho Kang You Postbus BB 'S-GRAVENHAGE

Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet.

kan een gebruiker van een dergelijk systeem ook bij stroomuitval zijn dienstverlening voortzetten.

Besluit tot goedkeuring concentratie

Openbaar ACM/UIT/ WB Den Haag ACM/UIT/ Ons kenmerk: Zaaknummer: 16/012014

Overnamerichtlijn. De ingevolge artikel 1, eerste lid van het Besluit artikel 10 overnamerichtlijn vereiste informatie is hierna opgenomen.

BESLUIT. file://e:\archief1998\besluiten\bcm\bcm htm

Nederlandse Mededingingsautoriteit

Pagina 1/5. Kennedy Van der Laan Advocaten Mevrouw A. van der Beek Postbus HD AMSTERDAM. Den Haag,

Pagina BESLUIT. Ons kenmerk: ACM/DE/2015/ Zaaknummer:

Pagina ONTWERPBESLUIT ACM/DE/2015/ Ons. kenmerk: Zaaknummer:

RAAMOVEREENKOMST ( MoU 2 ) INZAKE ADO DEN HAAG

Overnamerichtlijn 2016 Heijmans N.V.

BESLUIT. Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse Mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet.

BESLUIT. Besluit van de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet.

BESLUIT. Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse Mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet.

Pagina BESLUIT. Besluit. Ons kenmerk: ACM/DE/2014/ Zaaknummer:

Besluit tot goedkeuring concentratie

BESLUIT. Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse Mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet.

de ondergetekenden 1 en 2 gezamenlijk verder ook te noemen de aandeelhouders ;

Pagina. De Minister van Economische Zaken De heer H.G.J. Kamp Postbus EK 'S-GRAVENHAGE. Den Haag,

2013/ Uw brief van: 8 mei 2013 Ons nummer: Willemstad, 14 mei Afd:

Pagina 1/5. Besluit. 1 Procedure

BESLUIT. file://e:\archief1998\besluiten\bcm\bcm htm

Pagina 1/9 BESLUIT. Ons kenmerk: ACM/DE/2016/ Zaaknummer:

Reglement, werkwijze en taakverdeling RVC

BESLUIT. 4. Artikel 56 Mededingingswet (hierna: Mw) luidde tot 1 juli 2009, voor zover van belang, als volgt:

BESLUIT. Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet.

IB / blad 1 DOORLOPENDE TEKST VAN DE STATUTEN VAN: WONINGSTICHTING BARNEVELD GEVESTIGD TE BARNEVELD PER 6 NOVEMBER 2018 Hoofdstuk I. AL

Pagina 1/9 BESLUIT. Ons kenmerk: ACM/DE/2016/ Zaaknummer:

Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet.

Besluit ontheffing zorgspecifieke concentratietoets

Aan dtkv. 2018/ Uw brieven van: 21 februari 2018 Ons nummer: Willemstad, 22 maart 2018

Pagina BESLUIT. Besluit. Ons kenmerk: ACM/DE/2016/201473_OV Zaaknummer:

REGLEMENT BELEGGINGEN VAN BESTUURDERS EN COMMISSARISSEN VAN Ctac N.V.

Bijlage bij Raadsvoorstel Crailo. Optional client logo (Smaller than Deloitte logo)

BESLUIT. 5. Op 2 september 1998 heeft de NMa bij brief een aantal vragen aan partijen voorgelegd, welke bij brief van 15 oktober 1998 zijn beantwoord.

Pagina. Besluit Openbaar

Leeswijzer bij concept statuten Coöperatie Royal FloraHolland U.A.

BESLUIT. Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet.

Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet.

Reglement statutair-directeur Stichting Woonveste ex artikel 5 lid 4 en 5 lid 5 van de statuten d.d. 2 oktober 2013

Besluit ontheffing zorgspecifieke concentratietoets

wensen en bedenkingen ex artikel 160 Gemeentewet bij notariële oprichtingsakte inclusief ontwerp-statuten Steinerbos B.V.

Pagina 1/12 BESLUIT. Ons kenmerk: Zaaknummer: ACM/DE/2013/104259/ /Albemarle Catalysts Company B.V.

GOVERNANCE CODE WONINGCORPORATIES

Pagina. Besluit Openbaar. 1 Inleiding. 2 Handhavingsverzoek. 3 Verloop van de procedure

Besluit ontheffing zorgspecifieke concentratietoets

Naar aanleiding van uw brief van 16 januari 2006 vraagt het Commissariaat voor de Media uw aandacht voor het volgende.

Federatie NVVS FOSS SH-Jong, Huishoudelijk reglement (definitief) d.d

BESLUIT. Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet.

Nederlandse Mededingingsautoriteit

Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet.

BESLUIT. Besluit van de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet.

Pagina. Besluit BESLUIT. Ons kenmerk: ACM/DE/2016/ Zaaknummer:

Pagina 1/8 BESLUIT. Ons kenmerk: ACM/DE/2016/ Zaaknummer:

BESLUIT. Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse Mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet.

Aan dtkv. Uw nummer (letter): 2014/ Uw brief van: 16 april 2014 Ons nummer: Willemstad, 25 april 2014

REGLEMENT VOOR DE STATUTAIRE DIRECTIE VAN DE VOLKSHOLDING B.V. 1 januari 2017

Pagina BESLUIT. Besluit. Ons kenmerk: ACM/DE/2016/ Zaaknummer:

Aan dtkv. 10 juni juni 2015

Uw nummer (letter): 2016/ Uw brief van: 29 juni 2016 Ons nummer: Willemstad, 20 juli 2016

Datum Uw kenmerk Ons kenmerk Bijlage(n) RTD C / /3.B1333

BESLUIT OPENBAAR. aanvraag voor een vergunning ingediend, als bedoeld in artikel 95d, eerste lid, van de Elektriciteitswet 1998 (hierna: aanvraag).

Corporate Governance. Privaatrechtelijk speelveld Master Class Corporate Governance Mr. Jaap Maris 21 april 2015

Transcriptie:

[..] Den Haag, Aantal bijlage(n): Uw kenmerk: Ons kenmerk: ACM/DM/2015/204772 Contactpersoon: [..] Onderwerp: 15.0735.15 - Informele zienswijze [A] - [X] inzake de volwaardigheid van een gemeenschappelijke onderneming Geachte [..], Bij brief van 3 juli 2015 heeft u mij namens uw cliënten, [A] en [X], verzocht om een informele zienswijze ten aanzien van de verkrijging van gezamenlijke zeggenschap over een entiteit waarover [A] thans uitsluitende zeggenschap heeft. Meer specifiek wilt u weten of de volwaardigheid van de gemeenschappelijke onderneming een noodzakelijk criterium is om te bepalen of de voorgenomen transactie een concentratie is, en of ik de redenering van partijen kan volgen dat de voorgenomen transactie niet leidt tot een volwaardige gemeenschappelijke onderneming, waardoor deze niet valt aan te merken als een concentratie onder artikel 27, tweede lid, van de Mededingingswet (hierna: Mw). In het hierna volgende ga ik op deze vragen in. Deze informele zienswijze is gebaseerd op de door u verstrekte informatie, zowel in het verzoek om een informele zienswijze als in de antwoorden op aanvullende vragen. In het kader van deze informele zienswijze ga ik ervan uit dat deze informatie volledig en juist is; ACM heeft ter zake geen nader onderzoek verricht. Hieronder vat ik de door u verstrekte informatie samen. Pagina 1/7 T 070 722 20 00 F 070 722 23 55 info@acm.nl www.acm.nl www.consuwijzer.nl Muzenstraat 41 2511 WB Den Haag Postbus 16326 2500 BH Den Haag Omschrijving voornemens en feiten (1) [A] en [X] zijn voornemens om gezamenlijk zeggenschap te verkrijgen over [E], waarover [A] op dit moment uitsluitende zeggenschap heeft. (2) [E] is een [..] die [..] levert en daaraan gelieerd ook [..] verricht. Dit doet zij momenteel voor [A] en in beperkte mate ook voor andere [.. 1 ]. (3) [A] bezit 100% van de aandelen in [B]. [B] houdt op haar beurt 100% van de aandelen in [C] 1 [..]

en 100% van de aandelen in [D]. [D] heeft twee 100% dochterondernemingen: [E] en [F]. (4) De voorgenomen transactie houdt in dat [B] één aandeel, van het uit twee aandelen bestaande aandelenkapitaal van [D], (intern) aan [C] verkoopt en één aandeel aan [X]. [C] en [X] zullen na de transactie ieder 50% in het geplaatste kapitaal van [D] houden. (5) Alle besluiten van de algemene vergadering van aandeelhouders (door partijen aangeduid als AV) worden genomen met een gewone meerderheid van stemmen, tenzij in de Aandeelhoudersovereenkomst of de Statuten anders is bepaald, in een vergadering waarin beide aandeelhouders aanwezig c.q. vertegenwoordigd zijn. (6) Behalve de AV zal [D] als organen een bestuur (hierna: Bestuur) en een raad van commissarissen (hierna: RvC) hebben. (7) Het Bestuur van [D] zal (bij het aangaan van de Aandeelhoudersovereenkomst) bestaan uit twee leden. Beide bestuurders worden benoemd, geschorst en ontslagen door de AV, waarbij één bestuurder zal worden benoemd, geschorst en ontslagen op voordracht van [C] en één bestuurder op voordracht van [X]. (8) Het ligt in de lijn der verwachting dat [C] de [..] van [E] zal voordragen voor benoeming als bestuurder van [D]. Deze zal grotendeels (0,8 FTE) werkzaam zijn in [D/E], maar zal daarnaast een aanstelling bij [..] van [A] behouden. (9) De tweede bestuurdersfunctie bij [D] is ingeschaald voor 0,4 FTE. Naar verwachting zal [X] voor deze functie een eigen werknemer voordragen die voor het overige in dienst blijft bij [X]. (10) Het Bestuur heeft krachtens de (concept) Aandeelhoudersovereenkomst 2 de voorafgaande goedkeuring van de AV nodig ten aanzien van een reeks belangrijke besluiten, waaronder de goedkeuring van het Bedrijfsplan en de Begroting en het besluit tot het aangaan of verrichten van alle andere (rechts)handelingen die een door de AV periodiek vast te stellen bedrag te boven gaan, indien en voor zover deze (rechts)handelingen niet zijn voorzien in het Bedrijfsplan en/of de Begroting. 3 (11) De RvC zal in beginsel bestaan uit vijf commissarissen. Eén commissaris zal worden benoemd op voordracht van [C] en één op voordracht van [X]. Voorts zal zowel [..] van [A] als [..] van [X] door de AV als commissaris worden benoemd. 4 Een vijfde onafhankelijke commissaris wordt op termijn benoemd door de AV. De commissarissen worden ook geschorst en ontslagen door de AV. (12) De besluitvorming in zowel het Bestuur als in de RvC vindt plaats met gewone meerderheid van stemmen, in een vergadering waarin beide bestuurders respectievelijk alle vijf de commissarissen aanwezig dan wel vertegenwoordigd zijn. [C] noch [X] heeft bijzondere stemrechten. (13) Met hun samenwerking in [D] streven [A] en [X] ernaar te komen tot de levering van [..] aan de moederondernemingen tegen zo laag mogelijke kosten, waarbij [E] kostendekkend zal worden geëxploiteerd. (14) Op dit moment is [E] verlieslatend. De verwachting van partijen is dat [E] na de 2/7 2 Aandeelhoudersovereenkomst, Concept (5) d.d. 2 juli 2015 3 Aandeelhoudersovereenkomst, Concept (5) d.d. 2 juli 2015, bijlage 3.3.2 onder b en m. 4 Het betreft hier andere personen dan die bedoeld in de punten (8) en (9).

totstandbrenging van de voorgenomen transactie nog ten minste tot en met [20XX] verlieslatend zal zijn en pas vanaf [20XX] structureel break-even zal kunnen draaien. (15)In het kader van de voorgenomen transactie zal [C] een bepaald bedrag aan agio storten om daarmee het huidige negatieve eigen vermogen van [D] aan te zuiveren. Daarnaast zal [X] een bedrag aan [D] ter beschikking stellen in de vorm van een lening. Tot slot heeft [D] reeds een bestaande rekening-courant-kredietfaciliteit en [E] een lening bij [A]. De geprognosticeerde verliezen van [E] zullen door [C] en [X] worden aangezuiverd. (16)De kredietfaciliteiten waarover [D] zal kunnen beschikken zijn uitsluitend bedoeld voor de uitvoering van het Bedrijfsplan conform de Begroting. Jaarlijks zal de AV op basis van de Begroting en het Bedrijfsplan de benodigde kredietruimte bepalen. Een beroep op die kredietruimte zal niet telkens per geval door de moeders behoeven te worden geaccordeerd. Indien [D] echter buiten de Begroting en het Bedrijfsplan activiteiten wil ontwikkelen, zal zij daarvoor goedkeuring moeten vragen aan de RvC en de AV. (17)In het verzoek om een informele zienswijze heeft u informatie verstrekt over de prijsstelling die [E] zou willen hanteren voor leveringen aan de moederondernemingen en voor leveringen aan derden. Gebleken is dat deze prijsstellingen van elkaar verschillen. (18)Partijen ramen dat [E] voor de periode [20XX-20XX] 75% van haar omzet zal behalen door leveringen aan [A] en [X]. De verwachting is dat, wanneer er een kostendekkende exploitatie wordt gerealiseerd, [E] uiteindelijk rond de 70% van haar omzet zal behalen met leveringen aan de moederondernemingen. De resterende capaciteit zal zij gebruiken voor leveringen aan derden. (19)In geval er sprake is van capaciteitsbeperkingen zullen aanvragen van [A] en/of [X] altijd voorrang krijgen boven aanvragen van derden, ook wanneer een derde partij bereid zou zijn meer te betalen dan [A] en/of [X]. Dit staat los van bestaande contractuele verplichtingen die [E] heeft ten aanzien van de moederondernemingen en derden. 3/7 Beoordeling Gezamenlijke zeggenschap Van gezamenlijke zeggenschap is sprake wanneer twee of meer ondernemingen of personen de mogelijkheid hebben om beslissende invloed op een andere onderneming uit te oefenen. Beslissende invloed betekent in dit verband normaal gesproken dat de betrokkenen bij machte zijn maatregelen die het strategische commerciële gedrag van die andere onderneming bepalen, te blokkeren. 5 Zij zullen daardoor overeenstemming moeten bereiken over belangrijke beslissingen. [C] en [X], de twee beoogde aandeelhouders van [D], zullen elk één stem hebben in de AV. De AV benoemt, schorst en ontslaat het Bestuur van [D]. Daarnaast heeft de AV krachtens de (concept) Aandeelhoudersovereenkomst een goedkeuringsbevoegdheid ten aanzien van een reeks belangrijke 5 Zie randnummer (62) van de Geconsolideerde Mededeling van de Commissie over bevoegdheidskwesties op grond van Verordening (EG) nr. 139/2004 betreffende de controle op concentraties van ondernemingen (Pb 2008/C 95/01) (hierna: de Bevoegdheidsmededeling).

besluiten van het Bestuur, waaronder de goedkeuring van het Bedrijfsplan en de Begroting en het besluit tot het aangaan of verrichten van alle andere (rechts)handelingen die een door de AV periodiek vast te stellen bedrag te boven gaan, indien en voor zover deze (rechts)handelingen niet zijn voorzien in het Bedrijfsplan en/of de Begroting. 6 Gelet op het feit dat alle besluiten in de AV met een gewone meerderheid van stemmen moeten worden genomen en [C] en [X] beide één van de twee stemmen in de AV hebben, kan ieder van hen de voornoemde besluiten blokkeren. Partijen hebben elkaar dus nodig bij het nemen van deze beslissingen die het strategische commerciële gedrag van [D] bepalen. De voornemens ten aanzien van de samenstelling van het Bestuur en de RvC brengen daarin geen wijziging. Hieruit kan worden afgeleid dat er na de beoogde transactie sprake zal zijn van gezamenlijke zeggenschap van [A] (middels [C]) en [X] over [D], in de zin van artikel 27, tweede lid, Mw. Volwaardigheid De totstandbrenging van een gemeenschappelijke onderneming is een concentratie in de zin van artikel 27, tweede lid, van de Mw wanneer de gemeenschappelijke onderneming duurzaam alle functies van een zelfstandige economische eenheid zal vervullen. Daartoe moet de gemeenschappelijke onderneming werkzaam zijn op een markt en daar alle functies vervullen die andere op die markt werkzame ondernemingen normaal gesproken vervullen. De gemeenschappelijke onderneming dient daarbij in operationeel opzicht zelfstandig te zijn ten opzichte van de moederondernemingen. Voor de beoordeling van dit zogenoemde criterium van volwaardigheid wordt aangesloten bij de verschillende elementen die door de Commissie worden genoemd in de Bevoegdheidsmededeling. 4/7 Overigens betekent het feit dat een gemeenschappelijke onderneming tot stand gebracht wordt die volwaardigheid ontbeert, niet in alle gevallen dat er geen sprake is van een concentratie. In randnummer 91 van de Bevoegdheidsmededeling bespreekt de Commissie het geval waarin verschillende ondernemingen van derden gezamenlijke zeggenschap verkrijgen over een andere onderneming. Volgens de Commissie zal een dergelijke verkrijging van gezamenlijke zeggenschap leiden tot een structurele wijziging van de markt, zelfs indien de van derden verkregen onderneming na de transactie niet langer volwaardig kan worden geacht. In dat geval is volgens de Commissie sprake van een concentratie zonder dat aan het criterium van volwaardigheid hoeft te zijn voldaan. Dat geval doet zich hier niet voor. Een element dat van belang is bij de beoordeling van de volwaardigheid van een gemeenschappelijke onderneming is de vraag of de gemeenschappelijke onderneming een eigen toegang of aanwezigheid op de markt heeft buiten een bepaalde functie die zij ten behoeve van de moederondernemingen vervult. Ingevolge randnummer 95 van de Bevoegdheidsmededeling is een gemeenschappelijke onderneming niet volwaardig indien zij binnen de bedrijfswerkzaamheden van de moederondernemingen slechts één bepaalde functie overneemt zonder eigen toegang of aanwezigheid op de markt. De gemeenschappelijke onderneming vervult dan enkel een 6 Idem als voetnoot 3.

zogenoemde hulpfunctie ten behoeve van de werkzaamheden van de moederondernemingen. Een ander element dat van belang is bij de beoordeling of een gemeenschappelijke onderneming volwaardig is, is de mate van afzet aan (en eventuele bevoorrading bij) de moederondernemingen. Van belang daarbij is de verhouding tussen de omvang van de afzet aan de moederondernemingen en de totale productie van de gemeenschappelijke onderneming. 7 Ingevolge randnummer 98 van de Bevoegdheidsmededeling is het feit dat de omzet van een gemeenschappelijke onderneming voor meer dan 50% uit afzet aan derden bestaat, vaak een aanwijzing dat de gemeenschappelijke onderneming ondanks de afzet aan de moederondernemingen - erop ingesteld is om een actieve rol op de markt te spelen. Wanneer de gemeenschappelijke onderneming minder dan 50% van haar omzet behaalt met de afzet aan derden, zal per geval moeten worden beoordeeld of de verhouding tussen de gemeenschappelijke onderneming en de moederondernemingen werkelijk commercieel is, wil sprake zijn van een volwaardige gemeenschappelijke onderneming. Te dien einde zal moeten worden aangetoond dat de gemeenschappelijke onderneming haar goederen of diensten zal leveren aan de afnemer die deze het meest valoriseert en er het meest voor zal betalen, en dat de gemeenschappelijke onderneming onder normale commerciële voorwaarden en met gepaste afstand met haar moederondernemingen onderhandelt. 5/7 U geeft in uw verzoek aan dat [C] en [X] met hun samenwerking binnen [D] beogen te komen tot een kostendekkende exploitatie van [E], waarbij deze laatste [..] aan de moederondernemingen zal leveren tegen zo laag mogelijke kosten. [E] zal de verschillende werkzaamheden die de [..] moederondernemingen thans nog zelf doen, dan wel bij derden inkopen, van hen overnemen. Partijen hebben geraamd dat voor de periode [20XX-20XX] de leveringen aan de moederondernemingen ongeveer 75% van de omzet van [E] zullen uitmaken en dat dit, vanaf het moment dat er een kostendekkende exploitatie wordt gerealiseerd, rond de 70% zal zijn. De resterende capaciteit zal [E] gebruiken voor leveringen aan derden, zijnde andere [..]. 8 In uw verzoek heeft u informatie verstrekt over de prijsstelling die [E] zou willen hanteren voor haar leveringen. Hieruit blijkt dat de voorgenomen prijsstelling voor leveringen aan de moederondernemingen niet hetzelfde is als de voorgenomen prijsstelling voor leveringen aan derden. Voorts hebben partijen aangegeven dat, hoewel niet contractueel vastgelegd, indien er sprake zou zijn van capaciteitsbeperkingen, de aanvragen van de moederondernemingen altijd voorrang zullen krijgen boven de aanvragen van derden. Dit is ook het geval wanneer een derde partij bereid zou zijn meer te betalen dan de moederondernemingen. Op grond van het bovenstaande is mijn indruk dat [D] geen volwaardige gemeenschappelijke onderneming zal zijn die in operationeel opzicht economisch zelfstandig zal zijn. [D] zal bestaande taken van de moederondernemingen overnemen en vooral een hulpfunctie voor hen vervullen. De 7 Zie randnummer (97) en (98) van de Bevoegdheidsmededeling. 8 Zie voetnoot 1.

capaciteit die resteert, zal zij gebruiken voor leveringen aan derden, [..]. Partijen geven daarbij aan dat naar verwachting de verhouding tussen de leveringen aan de moederondernemingen en de leveringen aan derden uiteindelijk structureel in de orde van 70/30 zal liggen. Wil de gemeenschappelijke onderneming als volwaardig worden aangemerkt, dan zal - ingevolge het bepaalde in randnummer 98 van de Bevoegdheidsmededeling - de verhouding tussen [D] en [C] en [X] werkelijk commercieel dienen te zijn. Gelet op het feit dat, ingeval van capaciteitsbeperkingen, de aanvragen van de moederondernemingen altijd voorrang zullen krijgen boven de aanvragen van derden en dat de voorgenomen prijsstelling voor de leveringen aan de moederondernemingen verschilt van de voorgenomen prijsstelling voor de leveringen aan derden, is mijn indruk dat de gemeenschappelijke onderneming de moederondernemingen in commercieel opzicht niet op dezelfde manier zal behandelen als zij derden zal behandelen, zodat de verhouding tussen de moederondernemingen en de gemeenschappelijke onderneming niet werkelijk commercieel zal zijn. Aan bovenvermelde conclusie draagt ook enigszins het gegeven bij dat de beide bestuursleden in [D] - gelet op het benoemde in de randnummers (8) en (9) hierboven - in deeltijd nog werkzaamheden voor de betreffende moederonderneming door wie ze zijn voorgedragen, zullen blijven verrichten. Gelet hierop ontstaat enigszins het beeld dat de moederondernemingen in het bestuur van de gemeenschappelijke onderneming zullen samenwerken, in plaats van dat [D] een eigen bestuur zal hebben dat zich aan haar dagelijkse bedrijfsvoering wijdt. 6/7 Ten overvloede merk ik nog het volgende op. In uw verzoek suggereert u dat [D] ook daarom geen volwaardige gemeenschappelijke onderneming zal zijn, omdat de activiteiten van [E] nog geruime tijd verlieslatend zullen zijn, waardoor financiële steun van de moederondernemingen nodig is. Ik leid echter uit de door u verstrekte gegevens af dat de moederondernemingen [D] op zodanige wijze van middelen zullen voorzien dat deze in beginsel haar jaarbegroting zal kunnen uitvoeren zonder dat daar tussentijds steeds de nadere tussenkomst van de moederondernemingen voor nodig zal zijn. Met de beschikbaar gestelde middelen en de jaarlijks in het Bedrijfsplan en de Bedrijfsbegroting vast te stellen kredietruimte lijkt [D] haar operationele werkzaamheden zelfstandig te zullen kunnen uitvoeren. Het is dan ook niet op deze grond dat ik tot het ontbreken van volwaardigheid concludeer. Conclusie Afgaande op de door partijen overgelegde informatie en gelet op de specifieke omstandigheden van dit geval, ben ik met partijen van mening dat de voorgenomen transactie niet resulteert in de totstandbrenging van een gemeenschappelijke onderneming die duurzaam alle functies vervult van een zelfstandige economische eenheid in de zin van artikel 27, tweede lid, van de Mw. Ik wijs u erop dat de hier geschetste zienswijze een informeel karakter heeft. De zienswijze bindt de Autoriteit Consument en Markt niet en het staat haar te allen tijde vrij anders te oordelen. Daarnaast laat deze zienswijze onverlet dat andere nationale dan wel Europese wetgeving op de

onderhavige situatie van toepassing kan zijn, en derhalve mogelijk één of meer andere instanties (eveneens) bevoegd kunnen zijn. Deze andere instanties zijn evenmin aan deze zienswijze gebonden en kunnen anders oordelen. Hoogachtend, Autoriteit Consument en Markt namens deze, M. Denkers, BA. MSc. MBA Directeur Directie Mededinging 7/7