MEMO. 1. Inleiding Page 1 of 7

Vergelijkbare documenten
Ri jkswa terstaa t Ministerie van Infrastructuur en Milieu

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Veilig varen op de Gouwe

Objectbeschrijving sluiscomplex Heumen (Pepijn van Aubel, november 2016)

Parameter Dimensie Waarde

gelet op het bepaalde in de Scheepvaartverkeerswet, het Binnenvaartpolitiereglement, het Besluit administratieve bepalingen scheepvaartverkeer;

Systems Engineering bij een sluisontwerp. Jacques Montijn, Movares Zuid West, Rotterdam, 19 januari 2012

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Actualisatie gegevens recreatievaart Bypass Kampen

Notitie. Betreft : Aanpassingen Kabels & Leidingen. 1. Inleiding

Objectbeschrijving sluiscomplex Weurt (Pepijn van Aubel, november 2016)

Ruimte voor de Rivier IJsseldelta Presentatie 15 april 2013 Klankbordgroep

ALGEMENE VERGADERING. Voorstel Kennisnemen van de stand van zaken van het project IJsseldelta Zuid.

BEKENDMAKING AAN DE SCHEEPVAART IJmond Noordzeekanaalgebied Centraal Nautisch Beheer

Vervolgbijeenkomst hinder scheepvaart Den Oever. 6 maart 2015

Beleidsregels voor nautische. vergunningen. Datum 30 september Ons kenmerk /BBV

Samen door de bocht(en) Editie

Vaarwegafmetingen Randmeren

Aan Robert Vos;Rijkswaterstaat Water, Verkeer en Leefomgeving. Kenmerk VEB Doorkiesnummer +31(0)

Notitie. : Vechtbrug in de N-236 te Weesp

Het Dagelijks bestuur van het Hoogheemraadschap Amstel, Gooi en Vecht Besluit: De concept-beleidsregels voor nautische vergunningen vast te stellen;

14 NEt Pdjkswaterstaat Ministerie van Verkeer en Waterstaat. Gemeente Gouda Afdeling Gebiedsontwikkeling Postbus BB Gouda 2~ouda

SCHEEPSKARAKTERISTIEKEN VAN NIEUWE GROTE SCHEPEN

Werksessie 1 Effectief en efficiënt gebruik van de vaarweg: Blauwe Golf en Verkeersmanagement

De leden van de raad van de gemeente Groningen te GRONINGEN

ScheepvaartVerkeersCentrum

Watermanagement en het stuwensemble Nederrijn en Lek. Voldoende zoetwater, bevaarbare rivieren

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Rivierkundige berekeningen Randwijkse Waard Rivierkundige analyse

Rijkswaterstaat Dienst Verkeerskunde Bureau Dokumentatie Postbus BA Rotterdam D 0338

Ruimte voor de Waal - Nijmegen Verificatie Ruimtelijk Plan Hydraulica

Betrouwbaarheidsanalyse IJsseldelta-Zuid Analyse inzet bypass en kunstwerken

Betrouwbaarheidsanalyse IJsseldelta-Zuid Analyse inzet bypass en kunstwerken. 4 maart 2013 Definitief rapport 9V4747.D0

PROVINCIE. Mededeling FLEVOLAND. Onderwerp Mededeling Voortgangsrapportage Verbetering doorstroming N307 Roggebot - Kampen

Datum 27 september Verkeersbesluit. Versie vastgesteld door dagelijks bestuur 30 augustus 2016 AGV-1

SOS formulier versie Voor het rapporteren van een afgehandeld scheepsongeval of ander voorval te water.

Notitie. : L. van Hengstum Kopie aan : M. Said Datum : 31 juli 2012 Betreft. : Belasting door aanvaring Projectcode : HT1694

Padbreedte van schepen in bochten

NOTITIE. 1 Inleiding. Onderwerp : Bepaling ligplaatslengte Referentie : VNZT N Datum : 20 maart 2015 : W. van den Bos/F.

Notitie. Waterparagraaf IJsseldelta-Zuid Gemeente Dronten. 1 Algemeen

Overnachtingshaven Lobith

Maatregelverkenning. Economie en Ecologie in balans. Petra Dankers 08 november 2013

30 mei 2017 (ontwerp besluit) RWS Ontwerp Projectplan IJsseldelta-Zuid bouw Reevesluiscomplex.

MER Waalrfront Bijlagenrapport 8. Nautische effecten aanpassing Waalhaven

Op- en afvaartregeling voor 8000 en meer TEU containerschepen. tot de haven van Antwerpen bij een. maximale diepgang van 145 dm

Nummer: 17UTP Van: - het Binnenvaartpolitiereglement (BPR); - de Algemene wet bestuursrecht; OVERWEGINGEN:

Beheer en bediening kunstwerken Planstudie IJsseldelta Zuid

Gedragscode voor veilig varen door windparken 3. Doorlaat Brouwersdam brengt getij terug 8. Grevelingenmeer: topeisen 50 cm getij 10

Innovatieve zoetzoutscheiding. Krammersluizen. Resultaten Pilot Krammerjachtensluis. Kees-Jan Meeuse, omgevingsmanager

Leiden Ringweg Oost. Bouwfasering Sumatrabrug. Movares Nederland B.V. ing. R. van der Vlies Kenmerk TW-VDV Versie 1.0

4 Duikers 4.1 Inleiding

CVDR. Nr. CVDR608633_1

Milieueffectrapportage

Tracé Haagweg Beschrijving Bouwfase. >Ø 1500 x 5 >Ø 800 >Ø 1500 x 4 <Ø 800 x KV x 1 10 KV x 9 DHV B.V.

gelet op het bepaalde in de Scheepvaartverkeerswet, het Binnenvaartpolitiereglement, het Besluit administratieve bepalingen scheepvaartverkeer;

Bijlage E Verschillen met MER 2009

Sedimentatie in Harderwijker Bocht ten gevolge van de strekdam bij Strand Horst Noord

Reactienota bouw Reevesluiscomplex. 5 september 2017

bij Zeeburg Vaargeulbreedte Amsterdam -Rijn Kanaal 01 - Nat afdelingsarchief Rijkswate-rstaat

Hydraulische randvoorwaarden voor categorie c-keringen

Ontwerpprojectplan waterkeringen IJsseldelta-Zuid

Wat is de invloed van Bypass IJsseldelta op de Waterveiligheid?

Reactienota zienswijze over het ontwerpprojectplan Restontwerpen fase 1 IJsseldelta-Zuid. September 2015

Leggerdocument sluis Sint Andries

IJsseldelta Zuid, bypass Kampen Constructieve Ontwerpberekening Object 1A3, Reeve keersluis

Sprong over het IJ Kaders

Zomerbedverlaging Beneden-IJssel. Kampen

Referentienummer Datum Kenmerk GM maart 2014 PN

Inspraakpunt Verkeer en Waterstaat Postbus OTB Hanzelijn/Anticiperen Bypass Ijssel. Geachte minister Peijs,

Sluis Kornwerderzand op maat voor de toekomst. Een impuls voor de Nederlandse economie

Veilig varen doen we samen

Leggerdocument sluiscomplex Heumen

Verkeersonderzoek Drontermeerdijk. Intensiteiten en omleidingsroute N306

2 Bruggen en andere volledige overkluizingen

Deelproduct 1 Systeemanalyse, Planstudie IJsseldelta Zuid

Toelichting locatiekeuze nieuwe sluis

Oever- en kadeproject Oppenhuizen - Uitwellingerga. 19 november 2014

Oplegvel Collegebesluit

PROVINCIE FLEVOLAND. Mededeling. Onderwerp Mededeling Voortgangsrapportage Verbetering doorstroming N307 Roggebot - Kampen

Aansluiting Dorpsstraat: Voetgangersoversteekplaats: Voetgangers op parkeerterrein: Parkeerplaatsen: Oversteekplaats fietsers: Verkeerskundig

Herstelmodelberekeningen t.b.v. bestemmingsplan IJsseldelta

Ministerie van Verkeer en Waterstaat opq. Zonewateren. 28 juli 2004

Bodemrisicoanalyse AVR Brielselaan 175 Rotterdam

Betere informatie met VOS. Jan Paul Kors

Het betreft hier de volgende wateren: Geldersche IJssel Neder-Rijn Lek Twentekanalen Zwartewater Zwolle-IJsselkanaal Meppelerdiep

Verkeersbesluit D /

Integrale Passende Beoordeling IJsseldelta fase 2

Hydraulische beoordeling nieuwe waterkering Alexander, Roermond. WAQUA-simulaties ten behoeve van Waterwetaanvraag

2 Bruggen en andere volledige overkluizingen

CONCEPT. Bijlage 1.9. Briefwisseling Gemeente Amsterdam met nautische partijen. Sprong over het IJ. Nota van Uitgangspunten

Rivierkundige effecten terreinuitbreiding Putman te Westervoort

het noordelijk deel (nabij de woningen) en het zuidelijk deel. Vanwege de invloed naar de omgeving is alleen het noordelijk deel beschouwd.

Ombouwplan verplaatsing noodcentrale Terneuzen VNSC

Rivierkundige compensatie dijkverbetering - Werkendam Rivierkundige Analyse

- 6 NOV STATENVOORSTEL. Aan: Provinciale Staten

DTS meting Huizingalaan

Bijlage : Uiteenzetting varianten. Variant 1

Validatie en autorisatie

Koninklijke Schuttevaer-BLN

Johan Frisosluis Stavoren: vragen en antwoorden

Transcriptie:

Aan : Atze Kamma, Harmen Faber (RWS-IJG) Van : Dick ten Hove (MARIN) CC : Henk Verheij (Deltares) Datum : 3 oktober 2012 Project Nr. : 26401 Onderwerp : Advies Reevekeersluizen versie 2 1. Inleiding Het programma Ruimte voor de Rivier betreft o.a. het aanleggen van de Bypass Kampen. Als onderdeel hiervan wordt volgens het huidige plan een dam, de Reevedam, gerealiseerd in het Drontermeer ten zuiden van het Reeve-Eiland. De Reevedam is bedoeld om het Drontermeer te scheiden van de nieuw te realiseren Bypass Kampen. De Reevedam wordt aan de zuidwestelijke zijde van het projectgebied van de bypass gerealiseerd als afscheiding tussen het Drontermeer en het Vossemeer. In fase 1 van het project (te realiseren voor 2017) is deze scheiding nodig als de bypass beperkt wordt ingezet om bij maatgevende afvoer op de IJssel een waterstandsverlagend effect te bewerkstelligen. Bij inzet van de bypass loopt de waterstand in de bypass op en zal de Reevedam het water moeten keren (het zuidelijk gelegen Drontermeer behoudt het huidige peil). In fase 1 blijft de noordelijk gelegen Roggebotsluis in functie als primaire waterkering en als passagepunt voor de scheepvaart. In dagelijkse omstandigheden zal de Reevedam dan ook vrij passeerbaar moeten zijn voor de scheepvaart en krijgt de bypass hetzelfde waterpeil als het Drontermeer (NAP-0,3m in de winter en NAP+0,05/NAP-0,05m in de zomer). Voor de passage van de scheepvaart is voor fase 1 in principe gekozen voor twee keersluizen, die onder normale omstandigheden open staan en alleen bij hoogwater in de bypass worden gesloten. Daarnaast kan bij extreme opwaaiing vanuit het zuiden besloten worden om de scheepvaart door de keersluizen te stremmen, omdat de stroming door de keersluis te groot wordt. De keersluizen zelf worden dan niet gesloten. Door de keuze voor twee keersluizen is tweerichting verkeer zonder begeleiding en regeling met lichten mogelijk. Eén keersluis is gepland ter plaatse van het noordelijk hoofd van de nieuwe schutsluis (fase 2) en één direct daarnaast ter plaatse van een in fase 2 te bouwen spuiwerk (zie 1321-001_Bovenaanzicht- A1-1321-001.pdf). Met een relatief eenvoudige aanpassing kan deze keersluis in fase 2 tot spuiwerk worden omgebouwd. In fase 2 van het project (2025 gereed) wordt de Roggebotkering geamoveerd en wordt de bypass via het Vossemeer en het Ketelmeer in open verbinding gesteld met het IJsselmeer. De bypass wordt dan vol ingezet voor extra waterafvoer van de IJssel, waarmee ook voor lange termijn voldoende waterstanddaling kan worden bereikt. In de Reevedam wordt dan een schutsluis gerealiseerd om het waterstandsverschil tussen IJsselmeer en Drontermeer te overbruggen. In feite is dan de Roggebotsluis verplaatst naar de Reevedam en functioneert de Reevedam als primaire hoogwaterkering. De nieuwe schutsluis krijgt als kolkafmeting 120 m * 10,5 m (in lijn met de Richtlijnen Vaarwegen 2011). 26401 Page 1 of 7

Dit is dezelfde breedte maar een grotere lengte dan de huidige Roggebotsluis, geschikt voor verlengde CEMT klasse IV schepen. In het voorlopig technisch ontwerp, dat het uitgangspunt was voor onderstaand advies, zijn de keersluizen voor fase 1 daarom ook op 10,5 meter breedte gedimensioneerd. In het Programma van Eisen is ook aangegeven dat hierbij is gekozen om op dit punt af te wijken van de Richtlijnen Vaarwegen 2011. Voor de realisatie van fase 2 kunnen de sluisdeuren uit de tot spuiwerk om te bouwen keersluis dan in het zuidelijk sluishoofd van de schutsluis worden ingezet. Daarmee is een zo kosteneffectief mogelijk ontwerp uitgewerkt. 2. Vraagstelling Centrale vraag is ten eerste of de gekozen oplossing voor fase 1 voldoende vlot en veilig is voor de afwikkeling van het scheepvaartverkeer. Ten tweede, indien de vraag negatief wordt beantwoord, met welke maatregelen er wel een voldoende vlotte en veilige situatie gerealiseerd kan worden. Om de vraag te beantwoorden zijn een tweetal werksessies georganiseerd: met de vaarwegbeheerder en de ontwerpers. Deze werksessie heeft plaatsgevonden op 21/8/2012; met de vaarwegbeheerder en een vertegenwoordiging van de vaarweggebruikers. Deze werksessie heeft plaatsgevonden op 6/9/2012. Startpunt voor de evaluatie is het voorlopig technisch ontwerp waarbij de doorvaartbreedte van de keersluizen in fase 1 10,5 m is. In de volgende paragrafen geven we eerst een kort overzicht van de uitgangspunten bij het ontwerp, een overzicht van de resultaten van de werksessies en tenslotte een samenvattend advies. 3. Evaluatie 3.1 Uitgangspunten ontwerp Bij het uitwerken van het ontwerp voor de kering in de Reevedam zijn de volgende uitgangspunten gehanteerd: Huidige scheepvaart: De randmeren vormen een route voor de beroepsvaart. Het is een schakel van Harderwijk naar het IJsselmeer en kan gebruikt worden als alternatief voor het IJsselmeer. Uitgangspunt in het ontwerp is dat het huidig aantal passages (beroepsvaart) bij de Roggebot 1700 schepen per jaar is. Het aantal vaartuigen recreatievaart dat nu passeert bedraagt 27.000 per jaar. Ter illustratie, de onderstaande tabel geeft een overzicht van het aantal passages beroepsvaart en recreatievaart bij de Roggebotsluis over de laatste jaren. De vrachtvervoerende vaart is onderverdeeld in de RWS grootte klassen. Van belang hierbij zijn de klassen BI, M6 en M7, omdat dit de CEMT Klasse IV schepen betreft. Opvallend zijn de pieken in de beroepsvaart in 2007 en 2011. Verklaring hiervoor zijn respectievelijk de aanleg van de Hanzespoorlijn en de zandopspuiting bij Harderwijk. Voor de komende jaren worden voor zover bekend geen bijzondere pieken verwacht. Het uitgangspunt van 1700 passages beroepsvaart lijkt een goede schatting voor de huidige situatie. De 26401 Page 2 of 7

recreatievaart laat over de laatste jaren een sterk dalende tendens zien. Dit kan onder andere veroorzaakt worden door de lange wachttijden bij de sluis van 2 tot 2,5 uur in het zomerseizoen. In het bijzonder in 2011 liepen door de extra druk van de beroepsvaart de wachttijden flink op. Het uitgangspunt van 27.000 passages recreatievaart op jaarbasis lijkt relatief hoog voor de huidige situatie. Subtype_Vaart 2006 2007 2008 2009 2010 2011 RWS Klasse Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Niet vrachtvaart (1) 579 580 569 382 431 442 Vrachtvaart (2) B01 8 7 13 1 1 3 B02 4 16 19 5 10 18 B03 3 3 1 2 2 6 B04 4 11 8 16 8 11 BI 1 12 4 20 2 9 BII-1 0 0 0 0 1 0 C1l 0 0 3 2 1 0 C2l 1 1 0 0 0 0 M0 14 54 27 30 18 34 M1 12 15 15 14 29 25 M2 204 215 176 179 119 225 M3 167 181 174 193 249 591 M4 139 549 240 287 153 1165 M5 56 128 108 135 152 339 M6 133 207 110 221 58 1194 M7 9 5 1 4 3 1 Totaal Vrachtvaart (2) 755 1404 899 1109 806 3621 Totaal Beroepsvaart (1+2) 1334 1984 1468 1491 1237 4063 Totaal Recreatievaart (3) 28337 26703 25331 25493 23793 20361 Totaal Zeevaart (4) 8 11 9 15 6 12 Totaal (1+2+3+4) 31768 32086 29175 29599 27079 32120 Huidig gebruik van de vaarweg vindt plaats als CEMT klasse IV vaarweg met maximale scheepsafmetingen: lengte 85m, diepgang 2,5m, breedte 9,5m. Dit is ook het uitgangspunt voor fase 1. Na realisatie van fase 2 is de vaarweg geschikt voor CEMT klasse IV met maximale scheepsafmetingen lengte 105m, diepgang 3 m, breedte 9,5 m. Voor de passage van de scheepvaart door de Reevedam is een afsluitbare keersluis bedacht. Deze wordt enkelzijdig kerend uitgevoerd. De drempel van de keersluis komt in verband met de minimale eisen voor de drempeldiepte in fase 2 op NAP-4,90 m. Bij het winterpeil op de bypass/drontermeer van NAP-0,3 m in de huidige situatie (laagste peil) is er in fase 1 een vaardiepte van 4,60 m. Bij maximale aflaaddiepte bedraagt de keelclearance 2,1 m. 26401 Page 3 of 7

Er worden 2 keersluizen aangelegd, voor iedere vaarrichting één, zodat tweerichtingverkeer mogelijk is en er geen oponthoud ontstaat. Als één keersluis zou worden aangelegd moet éénrichtingverkeer worden ingesteld met verkeersregeling en worden wachttijden verwacht voor met name de recreatievaart (in de huidige situatie ontstaan bij de Roggebotsluis bij topdrukte wachttijden van 2 tot 2,5 uur). Hier komt bij dat een oplossing met verkeersbegeleiding vanuit een verkeerspost niet wenselijk wordt geacht uit oogpunt van operationeel beheer en aansprakelijkheid. Bij de voorgestelde oplossing met twee keersluizen kan worden volstaan met verkeerstekens en seinlichten en is verkeersbegeleiding niet nodig. De keersluizen worden voorzien van fuiken (remmingwerken/geleidewerken 1:6) om de schepen te geleiden. Bij zuidwesterstorm treedt opwaaiing op en stroomt water door de keersluis naar het noorden. Bij een windsnelheid van meer dan 13m/s (Beaufort 7 en hoger) is berekend dat de stroomsnelheid door de keersluis hoger wordt dan 0,5 m/s en wordt het te onveilig geacht om hier doorheen te varen. Het aantal stormen waarbij dit voorkomt is gemiddeld 13 dagen per jaar en de stormduur 4 à 6 uur. Bij deze omstandigheden zal de scheepvaart moeten worden gestremd. De keersluis hoeft dan niet gesloten te worden. Bij storm vanuit het noorden treedt hetzelfde verschijnsel op, maar deze stormen zijn minder frequent en door de kortere strijklengte is de te verwachten stroomsnelheid lager en hoeft de scheepvaart niet gestremd te worden. Een extreme stroomsnelheid van noord naar zuid heeft zeer lage frequentie. De verwachting is dat dit eens in de 1100 jaren inzet van de bypass voor hoogwaterafvoer nodig zal zijn. Dit levert een sluiting op van de keersluis gedurende orde 10 tot 15 dagen (afhankelijk van duur van de hoogwatergolf). Om bij stremming (storm en inzet bypass) de op dat moment aanwezige scheepvaart op te kunnen vangen zijn wachtplaatsen voorzien. De locaties van de wachtplaatsen zijn in fase 1 dezelfde als de wachtplaatsen voor de recreatievaart voor de schutsluis die in fase 2 wordt gerealiseerd, zodat deze niet behoeven te worden verplaatst. Ingeschat is dat niet de volledige ligplaatscapaciteit, die voor fase 2 is voorzien benodigd is. In fase 2 worden aanvullend wachtplaatsen voor de beroepsvaart toegevoegd. Voor de passage van de keersluis wordt ingeschat dat een snelheidsbeperking moet worden ingesteld (vanwege de relatief geringe breedte). Het ontwerp van de keersluizen in fase 1 voldoet aan de richtlijnen vaarwegen RVW2011, met uitzondering van de doorvaartbreedte. Rekening houdend met de benodigde breedte van de schutsluis in fase 2 (kolkbreedte 10,5 m) wordt de doorvaartbreedte van de keersluis smaller dan de richtlijnen voorschrijven. De richtlijnen schrijven 15,2 m voor. Het ontwerp van de schutsluis en voor havens voldoet aan de richtlijnen vaarwegen RVW2011. 26401 Page 4 of 7

3.2 Resultaat werksessie 1 Het doel van de eerste werksessie was een inventarisatie van de belangrijkste knelpunten en mogelijk mitigerende maatregelen om voldoende vlotheid en veiligheid te garanderen. Mogelijke maatregelen omvatten in deze fase onder andere aanpassing van het ontwerp en adviezen ten aanzien van het beheer. De eindsituatie (fase 2) met een nieuwe schutsluis in de Reevedam als vervanging van de huidige Roggebotsluis is niet wezenlijk verschillend van de huidige situatie. Belangrijkste verschil is de grotere kolklengte, waardoor de schuttijden iets langer kunnen zijn dan in de huidige situatie. Daar staat tegenover dat er gemiddeld meer schepen tegelijk geschut kunnen worden. Verwacht mag worden dat hierdoor in het zomerseizoen de wachttijden kleiner zullen worden. In de tijdelijke situatie (fase 1) betekenen de keersluizen een extra obstakel in de vaarweg. Als belangrijkste knelpunten komen naar voren: de beperkte doorvaartbreedte per keersluis (10,5 m in het voorlopige ontwerp); de oostelijke keersluis ligt relatief ver uit de as van de vaarweg; in combinatie met de beperkte doorvaartbreedte de mogelijke windhinder bij doorvaart; de stremming bij opwaaiing vanuit het zuiden. We lichten ze hieronder kort toe: Een doorvaartbreedte van 10,5 m bij een maximale scheepsbreedte van 9,5 m betekent dat de grootste schepen alleen langzaam varend (ca. 1 á 2 km/u) de keersluis kunnen passeren. Hoewel de recreatievaart de keersluis sneller varend zou kunnen passeren, moet deze zich toch, bij de aanwezigheid van beroepsvaart, de snelheid aanpassen. De keus voor 10,5 m is gebaseerd op de benodigde kolkbreedte in deze situatie voor een schutsluis. Daar waar de wand van een schutsluis zorgt voor visuele geleiding en windafscherming, ontbreekt dit juist bij een keersluis. Daarnaast bestaat het risico dat men toch met een te hoge snelheid probeert te passeren, waardoor men zich vast vaart en er een grote kans is op schade aan zowel de remmingwerken als aan het schip. Doordat de oostelijke keersluis net na een bocht relatief ver uit de as van de vaarweg ligt wordt oplijnen voor de doorvaart (in noordelijke richting) voor de grotere schepen bemoeilijkt. Door de lage vaarsnelheid zullen de lege schepen extra hinder van dwarswind ondervinden. Schepen komen als ze het hoge deel van de dam gepasseerd zijn al weer met de boeg in de wind terwijl het grootste deel van het schip de keersluis nog moet passeren. Hier komt nog bij dat juist de overheersende windrichting (west tot zuidwest) dwars op de vaarweg staat. De vaarwegbeheerder ziet in de stremming bij opwaaiing vooral een knelpunt door het ontbreken van een goede procedure om tot een stremming te besluiten. 26401 Page 5 of 7

Wat betreft de doorvaartbreedte wordt voorgesteld om deze zover te vergroten dat voor de geladen schepen een minimale vaarsnelheid bij passage van 6 km/u mogelijk wordt. Lege schepen kunnen dan met een hogere snelheid passeren wat de beheersbaarheid in dwarswind sterk verbeterd. Daarnaast laat een bredere doorvaartopening ook een grotere drifthoek bij dwarswind toe. Berekening, met als uitgangspunt dat de grenssnelheid minimaal 1.11 maal de minimale passeersnelheid moet zijn, laat zien dat bij een drempeldiepte van NAP-4,90 m, een minimaal peil op de bypass/drontermeer van NAP-0,3 m en een maximale aflaaddiepte van 2,5 m de doorvaartbreedte minimaal 12,7 m moet zijn. De doorvaartbreedte is dan nog steeds smaller dan de richtlijnen voorschrijven, hoewel dit gedeeltelijk gecompenseerd wordt door de grote drempeldiepte. Verder is de intensiteit van de beroepsvaart relatief laag en is enige hinder (aanpassen van de snelheid) daarom acceptabel, mede omdat het een tijdelijke situatie betreft. Aanvullend wordt voorgesteld om de windhinder verder te beperken door de remmingwerken voldoende hoog (hoogte van de dam) en gesloten te maken, zodat een leeg schip over de hele passage door de dam afgeschermd is voor dwarswind. Voorgesteld wordt om de doorvaartopeningen zover mogelijk naar het westen op te schuiven, waarbij de middenvaarwaterlijn precies tussen de keersluizen doorloopt. De schepen komen aan eigen wal varend dan goed opgelijnd voor de doorvaartopening. De stroomsnelheid door de keersluis wordt veroorzaakt door het waterstandverschil aan beide zijden van de dam ten gevolge van opwaaiing. Dit is orde 2 á 4 cm. Voorgesteld wordt om aan beide zijden van de dam permanent het waterpeil te meten en op basis van het verschil te besluiten tot stremming. De verschilwaarde, waarbij de stroomsnelheid te groot wordt, moet nog nader vastgesteld worden. Als beperkte risico s worden nog genoemd: Risico voor het meevoeren van sediment door schepen, waardoor mogelijk de deuren belemmerd worden in hun beweging. Dit risico kan ondervangen worden door een regelmatige inspectie. De stabiliteit van de bestorting buiten de keersluis als gevolg van belasting door retourstroom en schroefstraal. Hier dient in het ontwerp al rekening mee gehouden te worden. Tijdens ombouw keersluis naar schutsluis is slechts één doorvaart beschikbaar. Als maatregel zal tijdens die situatie moeten worden voorzien in afdoende toezicht en regeling zodanig dat de nautische veiligheid wordt geborgd. 3.3 Resultaat werksessie 2 Startpunt voor werksessie 2 was het definitieve ontwerp voor de Reevedam fase 1 en fase 2, waarin reeds een deel van de voortstellen uit de eerste werksessie verwerkt waren (zie 1321-001.pdf). De aanpassingen zijn: doorvaartopeningen van de keersluizen in fase 1 vergroot naar 12,7 m; verschuiven in westelijke richting en naar elkaar toe verplaatsen van de keersluizen; in oostelijke richting opschuiven van de wachtplaatsen aan de zuidzijde van de dam. Als belangrijkste knelpunt blijft na aanpassing de stremming bij opwaaiing vanuit het zuiden nog bestaan. Vooral de beroepsvaart ervaart dit als een ernstig bezwaar vanwege de hoge 26401 Page 6 of 7

frequentie (13 maal per jaar voor een periode van 4 tot 6 uur) en de onvoorspelbaarheid van de stremming met als gevolg onzekerheid over het vaarplan. Om deze reden heeft Schuttevaer tijdens de sessie aangegeven dat zij de oplossing met twee keersluizen niet aanvaardbaar acht. Van belang is dat bij de stremming door opwaaiing de keersluis niet gesloten hoeft te worden. De stremming kan beëindigd worden als het peilverschil aan beide zijden van de dam weer voldoende klein is. Om de duur van de stremming zoveel mogelijk te beperken is een goede (meet)procedure van belang. Mogelijk dat dit in combinatie met de tijdelijkheid van de situatie het bezwaar weg kan nemen. 4. Advies Resumerend worden de volgende adviezen gegeven voor aanpassing van het voorlopige ontwerp: De doorvaartbreedte vergroten tot 12,7 m, zodat voor de geladen schepen een minimale vaarsnelheid bij passage van 6 km/u mogelijk wordt. Lege schepen kunnen dan met een hogere snelheid passeren. Geadviseerd wordt om geen snelheidsbeperking op te leggen, maar door middel van bebording duidelijk te communiceren dat de doorvaartbreedte beperkt is. Aanvullend de remmingwerken voldoende hoog (hoogte van de dam) en gesloten te maken, zodat een leeg schip over de passage door de dam en de remmingwerken grotendeels afgeschermd is voor dwarswind. De doorvaartopeningen zo dicht mogelijk naast elkaar plaatsen (rekening houdend met een verloop van de fuik 1:6) en zo ver mogelijk naar het westen opschuiven, waarbij de middenvaarwaterlijn precies tussen de keersluizen doorloopt. Aan beide zijden van de dam permanent het waterpeil meten en op basis van het verschil te besluiten tot stremming en opheffen van de stremming. De verschilwaarden, waarbij gestremd en weer vrijgegeven wordt, moet nog nader vastgesteld worden. De criteriumwaarden voor stremmen en opheffen kunnen verschillend zijn. Het eerste en derde punt zijn al in het definitieve ontwerp verwerkt (zie 1321-001.pdf). Met deze aanpassingen is fase 1 acceptabel onder voorwaarde dat de situatie tijdelijk is. In aanvulling op de bovenstaande maatregelen zal tijdens de aanleg en de ombouw van de moeten worden voorzien in afdoende toezicht en (verkeers)regeling zodanig dat de nautische veiligheid wordt geborgd. Na aanpassing blijft als belangrijkste knelpunt blijft de stremming bij opwaaiing vanuit het zuiden bestaan. Vooral de beroepsvaart ervaart dit als een ernstig bezwaar vanwege de hoge frequentie en de onvoorspelbaarheid van de stremming. Vanwege de onzekerheid over het vaarplan die daardoor ontstaat, geeft Schuttevaer aan de oplossing met twee keersluizen niet aanvaardbaar te vinden. 26401 Page 7 of 7

Bijlage 1: Deelnemers werksessies 1 ste werksessie - 21 augustus 2012 Dick ten Hove (MARIN) Henk Verheij (Deltares) Jean Buskens (provincie Overijssel) Peter van Wijk (provincie Overijssel) Peter van de Kreeke (Royal HaskoningDHV) Harmen Faber (RWS-IJG) Ad Kamma (RWS-IJG) Marianneke Creemers (RWS-IJG) Hans Vos (RWS-IJG) Cor Oshaar (RWS-IJG) Otto Meijer (RWS-IJG) Otto Koedijk (RWS-DVS) 2 de werksessie - 6 september 2012 Dick ten Hove (MARIN) Henk Verheij (Deltares) Peter van Wijk (provincie Overijssel) Peter v.d. Kreeke (Royal HaskoningDHV) Ad Kamma (RWS-IJG) Marianneke Creemers (RWS-IJG) Leo Nanninga (RWS-IJG) Cor Oshaar (RWS-IJG) Otto Koedijk (RWS-DVS) Harm Veuger (Schuttevaer) J. van der Walle (NVZ) Jan Dunnewind (Watersportverbond) Wim Karel (Watersportverbond) Jan van de Perk (Natuur- en Recreatieschap Veluwerandmeren) 26401

Bijlage 2: Tekeningen 1321-001_Bovenaanzicht-A1-1321-001.pdf: Overzicht objecten 1C2-1, 1C3-1 en 1C4 Bovenaanzicht fase 1 en fase 2 Eerste uitgave 29-05-2012 1321-001.pdf: Overzicht objecten 1C2-1, 1C3-1 en 1C4 Bovenaanzicht fase 1 en fase 2 Revisie 1.0 Definitief - 17-08-2012 26401

NOORDZIJDE brug ZUIDZIJDE nveg nveg nveg 1 2 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 A Reeve-Eiland Reeve-Eiland A B B C C D D F F G Reeve-Eiland G H DV H J J K K L L M N 1 2 3 4 5 6 7 revisie omschrijving getekend gecontroleerd akkoord datum A1 1:2500 XXX 1 1 9V4747.C0 / 1321-001 8 9 10 11 12 13 14 15 16 opdrachtgever Provincie Overijssel project Planstudie SNIP3 IJssedelta-Zuid omschrijving Overzicht objecten 1C2-1, 1C3-1 en 1C4 Bovenaanzicht fase 1 en fase 2 formaat schaal fase JKU PWK PWK 29-05-2012 bladnr. van projectnummer HASKONING NEDERLAND B.V. A COMPANY OF Infrastructuur en Transport Barbarossastraat 35 Postbus 151 6500 AD Nijmegen +31 (0)24 328 42 84 +31 (0)24 323 93 46 info@nijmegen.royalhaskoning.com www.royalhaskoning.com tekeningnummer Telefoon Fax E-mail Internet I:\9V4747\Technical_Data\Constructie techniek\9v4747.c0 recreatie schutsluis IJsseldijk\tekeningen\Reeve schutsluis\1321-001_bovenaanzicht.dwg M Filename : N

1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 A A B B C C D D F N9 F N8 G KD2 KD1 G Z4 H Z1 H DV Z2 Z3 J J K K L L 1.0 Definitief JKU MMI PWK 17-08-2012 JKU PWK PWK 29-05-2012 revisie omschrijving getek. gecontr. accoord datum M opdrachtgever Provincie Overijssel HASKONING NEDERLAND B.V. M project Planstudie SNIP 3: IJsseldelta Zuid N 1 2 3 4 5 6 7 A1 1:2500 SNIP 3 TO 9V4747.C0 / 1321-001 8 9 10 11 12 13 14 15 16 omschrijving Overzicht objecten 1C2-1, 1C3-1 en 1C4 Bovenaanzicht fase 1 en fase 2 formaat schaal fase projectnummer Costal & Rivers Barbarossastraat 35 Postbus 151 6500 AD Nijmegen +31 (0)24 328 42 84 +31 (0)24 360 95 66 info@nijmegen.royalhaskoning.com tekeningnummer N

1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 A A B B C C D D F N9 F N8 G KD2 KD1 G Z4 H Z1 H DV Z2 Z3 J J K K L L 2.0 Definitief JKU MMI PWK 13-12-2012 1.0 Definitief JKU MMI PWK 17-08-2012 JKU PWK PWK 29-05-2012 revisie omschrijving getek. gecontr. accoord datum M opdrachtgever Provincie Overijssel HASKONING NEDERLAND B.V. M project Planstudie SNIP 3: IJsseldelta Zuid N 1 2 3 4 5 6 7 A1 1:2500 SNIP 3 TO 9V4747.C0 / 1321-001 8 9 10 11 12 13 14 15 16 omschrijving Overzicht objecten 1C2-1, 1C3-1 en 1C4 Bovenaanzicht fase 1 en fase 2 formaat schaal fase projectnummer Costal & Rivers Barbarossastraat 35 Postbus 151 6500 AD Nijmegen +31 (0)24 328 42 84 +31 (0)24 360 95 66 info@nijmegen.royalhaskoning.com tekeningnummer N

2.0 Definitief BWJ MMI PWK 13-12-2012 1.0 Definitief JKU MMI PWK 17-08-2012 JKU MMI PWK 29-05-2012 revisie omschrijving getek. gecontr. accoord datum opdrachtgever Provincie Overijssel HASKONING NEDERLAND B.V. project Planstudie SNIP 3: IJsseldelta Zuid omschrijving Objecten 1C2-1 en 1C3-1 Bovenaanzicht en doorsneden fase 1 formaat schaal fase A0 zie tekening SNIP 3 TO projectnummer Coastal & Rivers Barbarossastraat 35 Postbus 151 6500 AD Nijmegen +31 (0)24 328 42 84 +31 (0)24 360 95 66 www.royalhaskoning.com tekeningnummer Telefoon Fax E-mail Internet 9V4747.C0 / 1321-501

2.0 Definitief BWJ MMI PWK 13-12-2012 1.0 Definitief JW MMI PWK 17-08-2012 B.Jansen M. Mies P.vd Kreeke 29-05-2012 revisie omschrijving getek. gecontr. accoord datum opdrachtgever Provincie Overijssel HASKONING NEDERLAND B.V. project Planstudie SNIP 3: IJsseldelta Zuid omschrijving Object 1C3-2: Schutsluis Drontermeer-Vossemeer Bovenaanzicht en doorsneden fase 2 formaat schaal fase A0 zie tekening SNIP 3 TO projectnummer Costal & Rivers Barbarossastraat 35 Postbus 151 6500 AD Nijmegen +31 (0)24 328 42 84 +31 (0)24 360 95 66 www.royalhaskoning.com tekeningnummer Telefoon Fax E-mail Internet 9V4747.C0 / 1321-502

2.0 Definitief BWJ MMI PWK 13-12-2012 1.0 Definitief JW MMI PWK 17-08-2012 B.Jansen M. Mies 29-05-2012 revisie omschrijving getek. gecontr. accoord datum opdrachtgever Provincie Overijssel HASKONING NEDERLAND B.V. project Planstudie SNIP 3: IJsseldelta Zuid omschrijving Object 1C3-2: Schutsluis Drontermeer-Vossemeer Sluisdeuren bovenhoofd fase 2 formaat schaal fase A2 zie tekening SNIP 3 TO projectnummer Costal & Rivers Barbarossastraat 35 Postbus 151 6500 AD Nijmegen +31 (0)24 328 42 84 +31 (0)24 360 95 66 info@nijmegen.royalhaskoning.com www.royalhaskoning.com tekeningnummer Telefoon Fax E-mail Internet 9V4747.C0 / 1321-503

2.0 Definitief BWJ MMI PWK 13-12-2012 1.0 Definitief JW MMI PWK 17-08-2012 B.Jansen M. Mies P.vd Kreeke 29-05-2012 revisie omschrijving getek. gecontr. accoord datum opdrachtgever Provincie Overijssel HASKONING NEDERLAND B.V. project Planstudie SNIP 3: IJsseldelta Zuid omschrijving Object 1C3-2: Schutsluis Drontermeer-Vossemeer Sluisdeuren benedenhoofd fase 2 formaat schaal fase A2 zie tekening SNIP 3 TO projectnummer Costal & Rivers Barbarossastraat 35 Postbus 151 6500 AD Nijmegen +31 (0)24 328 42 84 +31 (0)24 360 95 66 info@nijmegen.royalhaskoning.com www.royalhaskoning.com tekeningnummer Telefoon Fax E-mail Internet 9V4747.C0 / 1321-504

2.0 Definitief BWJ MMI PWK 13-12-2012 1.0 Definitief JKU MMI PWK 17-08-2012 JKU MMI PWK 29-05-2012 revisie omschrijving getek. gecontr. accoord datum opdrachtgever Provincie Overijssel HASKONING NEDERLAND B.V. project Planstudie SNIP 3: IJsseldelta Zuid omschrijving Object 1C2-2: Spuiwerk Drontermeer-Vossemeer Bovenaanzicht en doorsneden fase 2 formaat schaal fase A1 zie tekening SNIP 3 TO projectnummer Costal & Rivers Barbarossastraat 35 Postbus 151 6500 AD Nijmegen +31 (0)24 328 42 84 +31 (0)24 360 95 66 www.royalhaskoning.com tekeningnummer Telefoon Fax E-mail Internet 9V4747.C0 / 1321-505