Raad van de Europese Unie Brussel, 21 november 2016 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2015/0277 (COD) 14469/16 AVIATION 231 CODEC 1668 RELEX 949 VERSLAG van: aan: het secretariaat-generaal van de Raad Raad nr. vorig doc.: 13505/1/16 REV 1 AVIATION 215 CODEC 1490 RELEX 867 Nr. Comdoc.: 14991/15 AVIATION 152 CODEC 1667 RELEX 1014 + ADD 1-5 Betreft: Voorbereiding van de zitting van de Raad (Vervoer, Telecommunicatie en Energie) op 1december 2016 Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD inzake gemeenschappelijke regels op het gebied van burgerluchtvaart en tot oprichting van een Agentschap van de Europese Unie voor de veiligheid van de luchtvaart, en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 216/2008 van het Europees Parlement en de Raad - Algemene oriëntatie 1. Inleiding Op 7 december 2015 heeft de Europese Commissie het bovengenoemde voorstel aangenomen, dat deel uitmaakt van haar "luchtvaartstrategie voor Europa". Doel is het regelgevingskader van de EU inzake luchtvaartveiligheid voor te bereiden op de uitdagingen van de komende tien tot vijftien jaar. 14469/16 nuf/gra/mt 1
2. Inhoud van het voorstel Het belangrijkste oogmerk van het voorstel is de huidige hoge Europese veiligheidsniveaus op peil te houden, en de EU-luchtvaartsector tegelijkertijd in staat te stellen in de toekomst te blijven groeien. Met het oog daarop wordt in het voorstel een risico- en prestatiegebaseerde benadering van veiligheidsregelgeving ingevoerd. Het voorstel strekt er ook toe lacunes in de veiligheidsregelgeving op te vullen en beter rekening te houden met de onderlinge samenhang tussen veiligheid van de luchtvaart en andere technische regelgevingsdomeinen, zoals beveiliging van de luchtvaart of milieubescherming. Een andere doelstelling is het totstandbrengen van een doeltreffend regelgevingskader voor de integratie van nieuwe bedrijfsmodellen en ontluikende technologieën. In het kader van dit initiatief wordt met name voorgesteld een Uniekader te creëren voor de veilige integratie van onbemande luchtvaartuigen in het Europees luchtruim. In het voorstel wordt een meer evenredige en flexibele aanpak van veiligheidsregelgeving geïntroduceerd, en worden regels met al te prescriptieve vereisten die funest zijn voor ondernemerschap, afgevoerd. Er wordt met name voorgesteld om een qua bereik variabel kader in te voeren, waarbij de verschillen tussen de diverse sectoren van de burgerluchtvaart en de daarmee verband houdende risico s worden onderkend. Om de problemen aan te pakken waarmee sommige nationale autoriteiten te kampen hebben bij het verkrijgen en op peil houden van de middelen die noodzakelijk zijn voor hun toezichts- en certificeringstaken, wordt in het initiatief ook een kader voorgesteld voor het bijeenbrengen en uitwisselen van technische middelen tussen de nationale autoriteiten en het Europees Agentschap voor de veiligheid van de luchtvaart (hierna "het Agentschap" genoemd), met onder meer de mogelijkheid om verantwoordelijkheden voor de tenuitvoerlegging van Uniewetgeving op vrijwillige basis over te dragen. 14469/16 nuf/gra/mt 2
3. Werkzaamheden in het Europees Parlement De Commissie vervoer en toerisme (TRAN) van het Europees Parlement heeft de heer Marian-Jean MARINESCU (EPP) tot rapporteur aangewezen. De rapporteur heeft zijn ontwerpverslag, dat 242 amendementen bevat, op 3 mei 2016 gepubliceerd. Het ontwerpverslag is op 24 mei 2016 gepresenteerd in de Commissie TRAN. Zij heeft op 10 november 2016 het geamendeerde ontwerpverslag aangenomen met 32 stemmen voor, 11 stemmen tegen, en 1 onthouding. Diezelfde dag werd eveneens de wetgevingsresolutie goedgekeurd (32 stemmen voor, 11 stemmen tegen en 1 onthouding) en het besluit interinstitutionele onderhandelingen te starten (32 stemmen voor, 10 stemmen tegen en 2 onthoudingen). 4. Bespreking in de Raadsinstanties De Commissie heeft op 7 december 2015, onder het Luxemburgse voorzitterschap, een eerste algemene presentatie van het voorstel gegeven in de Groep luchtvaart (hierna "de Groep" genoemd). De Commissie heeft de "luchtvaartstrategie" op 10 december 2015 ook voorgesteld aan de Raad TTE. Begin januari 2016, onder het Nederlandse voorzitterschap, is de Groep gestart met de gedetailleerde bespreking van het Commissievoorstel, samen met de bijbehorende effectbeoordeling. Op 8 januari 2016 heeft de Commissie de effectbeoordeling aan de Groep voorgesteld, waarna de delegaties algemene opmerkingen hebben gemaakt. Vanwege de grote complexiteit van het dossier waren de delegaties toen nog niet klaar met het bestuderen van de effectbeoordeling, en spraken zij het voornemen uit er in meer detail op terug te komen, in samenhang met de latere gedetailleerde bespreking van de artikelen. De mogelijke gevolgen van de voorgestelde maatregelen uit het Commissievoorstel zijn besproken in verband met Bijlage I en Afdeling IV "Financiële eisen". 14469/16 nuf/gra/mt 3
Sinds de presentatie van dit dossier in de Raad is er al intensief aan gewerkt. Tijdens het Nederlandse voorzitterschap is de Groep twintig keer bijeengekomen, en is als uitvloeisel daarvan een voortgangsverslag over Hoofdstuk I tot en met IV, Afdeling I van Hoofdstuk V, en de artikelen 124 en 125 van het voorstel opgesteld. Het voortgangsverslag van het Nederlandse voorzitterschap is op 7 juni 2016 gepresenteerd aan de Raad TTE. Voortbouwend op tijdens het Nederlandse voorzitterschap geboekte vooruitgang heeft het Slowaakse voorzitterschap het intensieve werktempo aangehouden en heeft de Groep het voorstel tijdens veertien vergaderingen behandeld. Het voorzitterschap heeft samen met de delegaties en de Commissie een pragmatische aanpak gevolgd en intensief gewerkt om de standpunten van de delegaties mee te nemen en compromisoplossingen met reële toegevoegde waarde te vinden, zonder het algehele doel van vereenvoudiging van de structuur en van de toepassing van de verordening uit het oog te verliezen. Op 16 november 2016 is het ontwerp van algemene oriëntatie voorgelegd aan het Comité van permanente vertegenwoordigers (Coreper). Tijdens die vergadering hebben de delegaties over het algemeen brede steun voor de compromistekst van het voorzitterschap geformuleerd, het merendeel van hun voorbehouden ingetrokken, terwijl andere delegaties opnieuw hun bezorgdheid over een aantal kwesties hebben uitgesproken, een verklaring voor de notulen van de Corepervergadering hebben gepresenteerd, en nieuwe redactionele voorstellen hebben ingediend. Het voorzitterschap heeft nota genomen van de standpunten van de delegaties en heeft op basis van de brede steun van de delegaties voor de huidige compromistekst van het voorzitterschap besloten de tekst ongewijzigd voor te leggen aan de zitting van de Raad. Het enige onopgeloste vraagstuk heeft betrekking op de bijdrage van het Agentschap op het gebied van luchtvaartbeveiliging. 14469/16 nuf/gra/mt 4
Alle delegaties zijn het met het voorstel van de Commissie eens wat betreft de noodzaak van samenwerking inzake beveiliging in de burgerluchtvaart. Sommigen juichen de betrokkenheid van het Agentschap bij beveiliging toe en menen dat het Agentschap de kans moet krijgen deze deskundigheid op te bouwen, in het bijzonder om voorbereid te zijn op de onbekende factoren van de komende jaren. Anderen zijn gekant tegen deze mogelijkheid. Zij zijn van mening dat de bevoegdheden van het Agentschap beperkt moeten blijven tot veiligheid, en stellen vragen bij de voorgestelde richtsnoeren en aanbevelingen die het Agentschap zal formuleren inzake correctieve maatregelen die op nationaal niveau moeten worden genomen. Zij betogen dat het hier gaat om nationale beveiligingskwesties, waarover de lidstaten beter geïnformeerd zijn, en dat de besluitvorming hierover beter op nationaal niveau blijft. In de compromistekst van het voorzitterschap wordt voorgesteld de aanbevelingen van het Agentschap te beperken tot veiligheidgerelateerde beveiligingskwesties, en zodoende voort te bouwen op de bevoegdheid die het Agentschap op dit moment reeds bezit. In het Coreper heeft een ruime meerderheid van de delegaties de door het voorzitterschap voor deze kwestie opgestelde compromistekst gesteund. In artikel 1, "Onderwerp en doelstellingen", wordt, als inhoudelijke weergave van artikel 76, bepaald dat de verordening onder meer tot doel heeft bij te dragen tot het instandhouden van een hoog niveau van beveiliging in de luchtvaartsector in de Unie. In samenhang met haar standpunt over artikel 76 heeft één delegatie nog vragen bij het opnemen van luchtvaartbeveiliging als doelstelling van de verordening. De Commissie houdt haar standpunt over het gehele compromisvoorstel volledig in beraad in afwachting van de onderhandelingen met het Europees Parlement. UK maakt een voorbehoud voor parlementaire behandeling bij de tekst. 6. Conclusie Gezien het bovenstaande wordt de Raad verzocht in de zitting op 1 december 2016 de tekst in de addenda 1 en 2 bij dit verslag te bespreken, de resterende vraagstukken op te lossen en een algemene oriëntatie over de tekst te bereiken. 14469/16 nuf/gra/mt 5