Q&A Regiobijeenkomsten Schakelen van school naar werk

Vergelijkbare documenten
Q&A Regiobijeenkomsten Schakelen van school naar werk

Presentatie banenafspraak/ quotumregeling en de instrumenten

Q&A Regiobijeenkomsten Schakelen van school naar werk

Schakelen van school naar werk. Inhoud presentatie. Perspectief voor de leerlingen (I) Presentatie voor scholen.

arbeid / dagbesteding Participatiewet

Handreiking aan werkgevers. Tegemoetkomingen van de overheid rond de banenafspraak

De Wet Banenafspraak vraagt werkgevers. Voor u als werkgever is het interessant te BANEN IN HET KADER VAN DE WET BANENAFSPRAAK

Handreiking aan werkgevers. Tegemoetkomingen van de overheid rond de banenafspraak

Officiële uitgave van Kompas, Gemeentelijk collectief voor werk, inkomen & zorg.

Beleidsregels Beschut werk Participatiewet Kerkrade 2018

Beleidsregels Beschut werk Participatiewet Kerkrade 2018

Een nieuwe taak voor gemeenten

UWV Workshop Regelingen en voorzieningen Banenafspraak

Special Lonen Loonkostenvoordelen vanaf 2017: laat geen geld liggen

Bijlage 1 : Beschut werk

Ontwikkelingen wet- en regelgeving bij arbeidsintegratie. November 2013 Neeltje Huvenaars

Handreiking aan werkgevers. Tegemoetkomingen van de overheid rond de banenafspraak

HOOFDSTUK 1 ALGEMENE BEPALINGEN HOOFDSTUK 2 BESCHUT WERK

Q&A Regiobijeenkomsten Schakelen van school naar werk

Bram wil werken! Wat betekenen de veranderingen in wet- en regelgeving voor hem? Februari 2015

2513AA22. De Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA S GRAVENHAGE

34304 Tegemoetkomingen in de loonkosten van specifieke groepen (Wet tegemoetkomingen loondomein)

Notitie beschut werk. Aanleiding. Indicatiestelling beschut werk UWV

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Overzicht instrumenten re-integratie

Afdeling: Beleid Maatschappij Leiderdorp, 30 oktober 2014 Onderwerp: Re-integratieverordening. Aan de raad. Participatiewet

Veranderingen rond werk en zorg. Informatie voor ouders van kinderen in het praktijkonderwijs en voortgezet speciaal onderwijs

Unieke Achterhoekers aan het werk? Doet u ook mee? Hans Bakker & Evert Jan Hamer Namens Werkbedrijf Achterhoek 10 december 2015

De Participatiewet en De Banenafspraak. Stijn van Bruggen Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

Programma. Wat is de Participatiewet? Hoe kunnen wij u helpen?

Participatiewet en Quotumheffing White Paper

Financiële voordelen en voorzieningen voor werkgevers. Marjolijn Berend en Ageeth van Ruiten

De Praktijkroute en de instrumenten. Linda de Bruin en Ine Neefjes

Realiseren Afspraak(banen)

MEEDOEN WERKT! PRESENTATIE participatiewet. in opdracht van Min. SZW

Opdracht ministerie SZW Doel: - Informatie voor VSO en PrO scholen - Omslag in denken. Middel MEEDOEN WERKT!

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE

Een actueel politiek vraagstuk Wat zou u als werkgever prettiger vinden: loonkostensubsidie of loondispensatie?

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE

Factsheet. Participatiewet. Informatie voor de werkgever, juli 2014

Wijzigingen Participatiewet & Wet banenafspraak en Quotum arbeidsbeperkten. Bijeenkomst Zeeuwse Stichting Maatwerk Donderdag 8 december 2016

Verordeningen Participatiewet

Whitepaper Wet tegemoetkomingen loondomein

Loonkostensubsidie. Implementatiedag 5 maart 2015 Gerrit van Romunde(ronde 2) Evert Jan Slootweg(ronde 5)

Uitkeringswijzer. Aanvullende informatie Doelgroepenregister WSW

Eerste Kamer der Staten-Generaal

College van burgemeester en wethouders de gemeenteraad Documentnummer: z Datum: 26 oktober 2017 Participatievoorziening beschut werk

Wegwijzer WSW. Informatie voor begeleiders van de Gemiva-SVG Groep over werk en inkomen van hun cliënten.

Van school en dan? Veranderingen in zorg, werk en inkomen en de gevolgen voor uw kind. Maart 2015 Neeltje Huvenaars

INFORMATIEBRIEF WERKGEVER

Wajong en Participatiewet

Wet en regelgeving WLZ, WMO en Participatiewet

Handreiking loonkostensubsidie

Stage en WLZ, WMO en Participatiewet

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Participatiewet. Figuur 2: Personen met bijstandsuitkering: verdeling naar leeftijd januari 2015 december % 80% 49% 54% 60% 40% 42% 37% 20%

Kennisdocument beschut werk - Veel gestelde vragen en antwoorden

Verordening Loonkostensubsidie Participatiewet Gemeente Capelle aan den IJssel 2015

INFORMATIEKAART BANENAFSPRAAK

Maak je sterk VOOR WERK. Achtergrondinformatie: UWV

Presentatie WSP & Banenafspraak

Werk, inkomen. sociale zekerheid. versie

Participatiewet, Banenafspraken en Quotumwet. Door: Tanja Willemsen Divosa

Het digitale Gemeenteblad Officiële uitgave van gemeente De Wolden

Praktijkdag 6 maart 2017 De Praktijkroute. Antoinette de Ruijter - gemeente Amsterdam en Ine Neefjes - ministerie SZW

Visie en uitgangspunten (1)

Het college van burgemeester en wethouders van Noordoostpolder

Onderwerp: Aanpassing re-integratieverordening Participatiewet en Verordening loonkostensubsidie voor personen met een arbeidsbeperking

VISIE BESCHUT WERK (nieuw) REGIO MIDDEN-LIMBURG

BIJLAGE 7 Nadere toelichting en begrippenlijst Social Return

Verordening loonkostensubsidie gemeente Overbetuwe 2015

2513AA22. De Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA S GRAVENHAGE

Informerende bijeenkomst Participatiewet. voor gemeenteraadsleden West-Friesland. Woensdag 14 mei 2014 Maandag 26 mei 2014

Doelgroep Voorziening Ondersteunende voorzieningen Loonwaarde 40-80% WML 2 en eventueel aangewezen op een Baanafspraakbaan

Vluchtelingen en werk

Participatiewet. Wetgeving

RAADSVOORSTEL. 22juni mei2017 Aanpassing Reintegratieverordening. Economie en Werk

Wet banenafspraak en quotum arbeidsbeperkten

Participatiewet. Hoe kunt u werk bieden aan werkzoekenden met een arbeidsbeperking?

Wet banenafspraak en quotum arbeidsbeperkten Kennisdocument (versie voorjaar 2018) 1

VISIE BESCHUT WERK (nieuw) REGIO MIDDEN-LIMBURG

Beleidsregels forfaitaire loonkostensubsidie Weststellingwerf Beleidsregels forfaitaire loonkostensubsidie Weststellingwerf 2017

Aanleiding Achtergrond

Verordening loonkostensubsidie Participatiewet Krimpen aan den IJssel 2015

PARTICIPEREN IN TYTSJERKSTERADIEL

Voorstel aan de gemeenteraad van Oostzaan

Whitepaper Wet banenafspraak en quotum arbeidsbeperkten

Participatiewet. 1 januari 2015

Notitie beschut werk Inleiding Achtergronden bij de wetgeving Inhoud van de wetgeving

Werk, inkomen. sociale zekerheid

Participatiewet: bijblijven en opschakelen

De Participatiewet, banenafspraak & quotum. Fabian Ouwehand Re-integratie & Participatie

De Participatiewet. In een politiek krachtenveld. 25 september Twitter mee! hashtag: #VGNparticipatie

Introductie. Susan Breunissen Landelijk adviseur banenafspraak T E

Wat houdt de Participatiewet in?

Uitvoeringsregels loonkostensubsidie PW 2017

Wilt u een medewerker in dienst nemen met een arbeidsbeperking?

De banenafspraak en de Quotumregeling. Jos Oosterom beleidsmedewerker bij het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

Gemeente Raalte Beleidsregels re-integratie en loonkostensubsidie

Transcriptie:

Q&A Regiobijeenkomsten Schakelen van school naar werk In het voorjaar van 2017 zijn er zeven regionale bijeenkomsten georganiseerd door het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid in samenwerking met de Sectorraad Praktijkonderwijs en het Landelijk Expertisecentrum Speciaal Onderwijs. Deze bijeenkomsten zijn specifiek voor het voortgezet speciaal onderwijs en praktijkonderwijs. Deelnemers zijn bijgepraat over de laatste wijzigingen in de Participatiewet, beschut werk en de wetgeving voor de Banenafspraak. Over mogelijkheden en kansen voor samenwerking tussen school, gemeente en UWV. Over praktische instrumenten als de Implementatiescan en over voorbeelden uit de praktijk als de Zeeuwse Stichting Maatwerk. Ook een vragenvuur vanuit de zaal aan een panel van deskundigen is onderdeel van de bijeenkomst. Al deze vragen en antwoorden worden in dit document gedeeld. Vragen en antwoorden regiobijeenkomst Breda, 6 april 2017 Kan, wanneer er in 1 gemeente gestart is, in een volgende/andere gemeente dit worden gecontinueerd (i.v.m. gesloten jeugdzorgsetting)? Met ingang van 2017 zijn gemeenten wettelijk verplicht om aan te bieden. De verplichting geldt het aantal plaatsen dat bij ministeriële regeling is vastgesteld voor de betreffende gemeente. Zolang dit aantal plaatsen nog niet vervuld is, is de gemeente verplicht aan te bieden voor iemand met een Advies. Gemeenten kunnen er zelf toe besluiten (in haar Verordening) om meer Beschut Werkplekken aan te bieden dan waartoe zij verplicht zijn. Als het aantal beschut werkplekken waartoe de gemeente verplicht is, is gerealiseerd en de gemeente heeft niet in zijn Verordening geregeld dat zij meer beschut werkplekken beschikbaar stelt, dan moet de gemeente een alternatieve voorziening aanbieden tot dat er weer plekken beschikbaar zijn. Als de gemeente waar een persoon met een Advies naartoe gaat het aantal verplichte plaatsen nog niet heeft vervuld, zal deze gemeente deze persoon een Beschut Werkplek moeten bieden. Als het aantal verplichte plekken wel vervuld is, ligt het aan het beleid van de ontvangende gemeente. Hebben zij bij verordening geregeld, dat er meer plekken beschikbaar gesteld worden, kan het gecontinueerd worden. Is dat niet het geval, dan zal de ontvangende gemeente een alternatieve voorziening bieden, totdat er weer plekken beschikbaar zijn. Het staat in verband hiermee gemeenten vrij om in de regio afspraken te maken over het overdragen van (een deel van) het budget. Wordt bij de beschutte werkplek gebruik gemaakt van loonkostensubsidie, dan blijft de vertrekgemeente verantwoordelijk voor de verstrekking hiervan zolang de dienstbetrekking duurt. Participatiewet Gelden al deze voorzieningen ook voor leerlingen VO, die uitgevallen zijn en zonder startkwalificatie moeten beginnen? Leerlingen in het regulier onderwijs zijn kwalificatieplichtig. Als zij uitvallen uit het onderwijs zonder startkwalificatie behoren zij tot de doelgroep VSV (Voortijdig Schoolverlaters). Voor hen zijn via het RMC (Regionaal Meld- en Coördinatiepunt) diverse

ondersteuningsmogelijkheden voor een terugkeer naar het onderwijs of een instroom op de arbeidsmarkt. Op het moment dat er hierbij twijfels zijn over het arbeidsvermogen, is het mogelijk om een Beoordeling Arbeidsvermogen aan te vragen bij UWV. Als daaruit een Indicatie Banenafspraak voortkomt, behoort de betrokkene tot de doelgroep banenafspraak. UWV informeert de gemeente over de indicatie. Bij een positieve indicatie valt iemand onder de dekking van de no-riskpolis en de premiekorting, als aan de voorwaarden wordt voldaan. De gemeente beslist over de inzet van overige instrumenten onder de Participatiewet. Gemeente Wie of wat zijn NUG gers? NUG ger is de afkorting voor Niet-Uitkeringsgerechtigde. Niet-uitkeringsgerechtigden hebben geen recht op een bijstandsuitkering op grond van bijvoorbeeld de Participatiewet, maar kunnen door de gemeente wel ondersteund worden naar werk wanneer zij als werkzoekende staan ingeschreven bij UWV. De gemeente kan dus in het kader van de Participatiewet de diverse instrumenten voor re-integratie, zoals loonkostensubsidie of jobcoach, inzetten voor niet-uitkeringsgerechtigden die behoren tot de doelgroep van de Participatiewet. NB. Mensen hebben pas recht op bijstand als zij voldoen aan de volgende voorwaarden: Rechtmatig wonend in Nederland. 18 Jaar of ouder. Niet genoeg inkomen of eigen vermogen om in het levensonderhoud te voorzien. Indien men samenwoont met een echtgenoot of een gezamenlijke huishouding voert met iemand, dan telt het inkomen en het eigen vermogen van deze persoon mee. Er is geen beroep mogelijk op een andere uitkering. Niet in de gevangenis of een huis van bewaring. Men doet mee aan activiteiten die de gemeente aanbiedt om werk te vinden. Mensen die niet aan deze voorwaarden voldoen, ontvangen geen bijstandsuitkering. Loonkostensubsidie Geldt loonkostensubsidie ook bij een bijbaantje? Loonkostensubsidie is een instrument dat de gemeente kan toepassen voor de arbeidsintegratie van personen, die tot de doelgroep van de Participatiewet behoren. Dat zijn mensen met recht op een bijstandsuitkering of niet-uitkeringsgerechtigden die niet het wettelijk minimumloon kunnen verdienen. Er is geen 1 op 1 relatie tussen het behoren tot het doelgroepregister en loonkostensubsidie. Voor loonkostensubsidie is bijv. niet vereist dat men in het doelgroepregister moet staan. Loonkostensubsidie is een instrument dat de gemeente kan inzetten. In theorie is het mogelijk dat loonkostensubsidie wordt verstrekt ingeval van een bijbaantje. Een bijbaantje zal echter aan de orde zijn als iemand nog op school zit. Het verstrekken van loonkostensubsidie ligt dan niet voor de hand. Wettelijk is bepaald dat de gemeente geen ondersteuning kan bieden naar werk, zolang iemand nog rijksbekostigd onderwijs kan volgen (onderwijs is dan een voorliggende voorziening). Voor de gemeente ontbreekt de urgentie om loonkostensubsidie toe te passen. Dat kan veranderen als de leerling van school is en zonder werk zit.

Komen er elk jaar nieuwe plekken bij? Met ingang van 2017 zijn gemeenten wettelijk verplicht om aan te bieden. De verplichting geldt het aantal plaatsen dat bij ministeriële regeling is vastgesteld voor de betreffende gemeente. Per jaar komen er nieuwe plekken bij, totdat het totale aantal van 30.000 plekken in 2048 bereikt is. In 2015 en 2016 zijn veel (3000) minder beschut werkplekken gerealiseerd dan geraamd. De gemeenten krijgen vanaf 2017 vijf jaar de tijd om een inhaalslag te maken. Daarmee is bij het treffen van de ministeriele regeling rekening gehouden. Kennisdocument versie februari 2017 Te vinden op www.samenvoordeklant.nl No-risk Polis Klopt het dat de duur van de No-risk Polis beperkt is tot 5 jaar? Nee, dat klopt niet voor de Doelgroep Banenafspraak en. Zolang iemand behoort tot het Doelgroepregister Banenafspraak (of de doelgroep Beschut Werk) is een werkgever gedekt voor de kosten van loondoorbetaling bij ziekte en daaraan gekoppeld eventuele nadelige gevolgen van verhoogde WGA-premies. Kennisdocument Oondersteuning mensen met arbeidsbeperking naar regulier werk vanuit de Participatiewet : Instrumenten en financiering, zie hoofdstuk 6, No-risk Polis. Betekent Nieuw in deeltijd een aanvullende participatie uitkering? Niet noodzakelijkerwijs. ligt niet noodzakelijk op het niveau van het WML. Het is daarom mogelijk, dat iemand met in deeltijd over voldoende inkomen beschikt om niet meer in aanmerking te komen voor een uitkering. Mocht iemand met een inkomen genereren dat lager ligt dan het sociaal minimum en is er ook geen ander inkomen of vermogen, dan is het mogelijk, dat iemand een aanvullende bijstandsuitkering krijgt. en vervoer Wie regelt/betaalt de vervoerskosten voor mensen met? Op grond van de Participatiewet is het mogelijk om een vervoersregeling te treffen, maar dat is gemeentelijk beleid. Dagbesteding Wat is het verschil tussen dagbesteding vanuit de WMO en vanuit de WLZ. Wat zijn de verschillende routes? Het verschil tussen dagbesteding WMO en dagbesteding WLZ is gelegen in de wijze van indiceren en financieren. Inhoudelijk zouden het dezelfde plekken kunnen zijn. Dagbesteding vanuit de WLZ wordt geïndiceerd door het CIZ (Centrum Indicatiestelling Zorg). Na indicatie wordt de dagbesteding gefinancierd vanuit de landelijke overheid. Verstrekking kan als Zorg in Natura of via PGB. Dagbesteding vanuit de WMO wordt geregeld door de gemeente op basis van informatie opgedaan tijdens het Keukentafelgesprek. Dagbesteding kan plaats hebben in de vorm van een algemene voorziening of een maatwerkvoorziening. Voor een maatwerkvoorziening is een beschikking nodig. Zowel een algemene voorziening als een maatwerkvoorziening

wordt gefinancierd door de gemeente. Verstrekking kan als Zorg in Natura of via PGB. In beginsel is de WLZ voorliggend voor de WMO. Dat wil zeggen dat eerst een beroep gedaan kan worden op de WLZ. Als opgrond hiervan geen indicatie afgegeven wordt, blijft een aanvraag in het kader van de WMO2015 altijd mogelijk. Loonkostenvoordelen Kunnen premiekorting en Lage Inkomensvoordeel samengaan? In 2017 kunnen de premiekorting en het Lage Inkomensvoordeel (LIV) nog samengaan. Vanaf 2018 wordt het systeem van premiekortingen vervangen door het Loonkostenvoordeel (LKV). Het LKV en het LIV kunnen niet samengaan. Dan kan uitsluitend of het LKV of het LIV toegepast worden. Kennisdocument Ondersteuning mensen met arbeidsbeperking naar regulier werk vanuit de Participatiewet : Instrumenten en financiering, zie hoofdstuk 9. Beoordeling arbeidsvermogen/dagbesteding Leerlingen die nog te ontwikkelen arbeidsvermogen hebben, maar nu nog niet: Kunnen zij naar dagbesteding toe? Wie doet wat en wat is de rol van de gemeente? Als leerlingen (te ontwikkelen) arbeidsvermogen hebben, is het mogelijk dat zij dagbesteding krijgen. Zo is het bijvoorbeeld mogelijk dat een leerling met (te ontwikkelen) arbeidsvermogen een beroep doet op dagbesteding in het kader van de WMO2015. Het is dan afhankelijk van het (sociaal) beleid van een gemeente hoe omgegaan wordt met een dergelijke aanvraag in samenhang met de uitvoering van de Participatiewet. Betrokken afdelingen van een gemeente zullen hun ondersteuning integraal op elkaar af moeten stemmen. Een goed casusoverleg rond de uitstroom van de leerling kan hier een belangrijke rol spelen. Gemeente Wij hebben als school te maken met verschillende gemeentes. Dat kost de school erg veel tijd. Is daar een oplossing voor te bedenken? De ervaring leert dat binnen een arbeidsmarktregio gemeenten veelal hun beleid inzake de Participatiewet op elkaar afstemmen. Het verdient daarom aanbeveling voor scholen om in ieder geval met de centrumgemeente van een arbeidsmarktregio goede afspraken te maken, met de inzet, dat dit binnen de regio op gemeentelijk niveau verder gedeeld wordt. Onderwijs: Stages Hoe kunnen we de scholen tegemoet komen in de ondersteuning van hun leerlingen op stages? (Denk aan de oude jobcoachregimes). Stages maken een belangrijk onderdeel uit van de arbeidstoeleiding van scholen voor vso en pro. Scholen worden er mede voor bekostigd om begeleiding bij de stages uit voeren. Het is uiteraard het mooiste als een stage direct leidt tot een dienstverband bij de werkgever. De inzet van jobcoaching (persoonlijke ondersteuning) is gemeentelijk beleid. Het is een goede zaak wanneer gemeenten en scholen afspraken maken over de inzet van een stagejobcoaching nog tijdens het onderwijs (dat is een zaak van de scholen) en de ondersteuning daarna. Het is mogelijk voor gemeenten om de jobcoach van de scholen in

te zetten voor jobcoaching na de schoolperiode. Hoe een en ander daadwerkelijk is of wordt vorm gegeven is per gemeente verschillend en vraagt afstemming op regionaal niveau. Handreiking Aan de slag met jobcoach, zie www.samenvoordeklant.nl Gemeente Werken er al veel gemeenten samen met een werkgeversorganisatie? En werkt dit? Vanuit het sociaal akkoord zijn in iedere arbeidsmarktregio Regionale Werkbedrijven opgericht. In de regionale werkbedrijven maken gemeenten en UWV afspraken met werknemers- en werkgeversvertegenwoordiging over het bij elkaar brengen van de vraag naar en het aanbod van mensen die met extra ondersteuning vanuit de gemeente of UWV aan de slag kunnen. In een aantal arbeidsmarktregio s gaat het daarbij specifiek om het matchen van werk en mensen voor de banenafspraak. In andere regio s spreekt men in het regionaal Werkbedrijf ook over andere doelgroepen en is bijvoorbeeld ook het onderwijs als gesprekspartners aangesloten. In alle 35 arbeidsmarktregio s is een regionaal Werkbedrijf actief. Over de precieze invulling per arbeidsmarktregio zijn geen gegevens bekend. Verder zijn op het lokale niveau gemeenten (of gemeentelijke samenwerkingsverbanden) die samenwerken met werkgevers. Dat kan om lokale werkgeversnetwerken gaan, maar ook om samenwerkingsverbanden die zijn opgezet van uit bijvoorbeeld de AWVN. Daar is echter geen expliciete informatie over bekend. www.samenvoordeklant.nl, www.werkgeversgaaninclusief.nl, www.denormaalstezaak.nl Jobcarving Bij jobcarving valt de loonwaarde soms onterecht hoger uit (omdat het om een gecreëerde functie gaat). Is het dan wel verstandig om jobcarving te adviseren aan bedrijven? In beginsel kan loonwaarde voor een gecarvde functie niet onterecht hoger uitvallen. Loonwaarde wordt namelijk op de werkplek gemeten in de desbetreffende functie ten opzichte van een gezonde collega, zonder beperkingen. Als een medewerker volgens de norm functioneert is er geen sprake van verminderde loonwaarde. Als de medewerker een verminderde productiviteit in die functie laat zien wel. Het kan voor werkgevers juist interessant zijn om functies te carven om hiermee taken weg te nemen bij andere medewerkers, die daarmee productiever kunnen zijn of hoogwaardig taken zouden kunnen uitvoeren. Het is van belang om per situatie in te schatten wat voor een werkgever de best passende mogelijkheid is. Hierbij is nauwe samenwerking in de driehoek school, werkgever, gemeente van groot belang. Loonwaardemeting Loonwaarde wordt vastgesteld door de gemeente zelf. In hoeverre wordt de objectiviteit gewaarborgd? Voor de loonwaardebepaling geldt een aantal uitgangspunten waardoor de objectiviteit van de loonwaardemeting wordt geborgd. Een loonwaardebepaling is een onderzoek op de werkplek waarbij de loonwaarde van een werknemer met een arbeidsbeperking ten opzichte van een werknemer zonder beperking wordt gemeten en vastgesteld. De loonwaarde wordt periodiek opnieuw bepaald, afhankelijk van het ontwikkelingsperspectief van betrokkene. Voor het bepalen van de loonwaarde zijn in het besluit Loonkostensubsidie Participatiewet de volgende uitgangspunten benoemd:

De loonwaarde dient op basis van de feitelijke werkzaamheden op de werkplek te worden vastgesteld; De loonwaarde wordt vastgesteld door of onder verantwoordelijkheid van een deskundige; De loonwaardevaststelling moet plaatsvinden op basis van een beschreven methode, zodat door iedereen te herleiden is hoe tot de loonwaarde is gekomen De Werkkamer heeft afgesproken dat de loonwaardebepaling moet plaatsvinden aan de hand van een gevalideerde methode door iemand die gecertificeerd is voor die methode. Dit kan een deskundige buiten de gemeente zijn, maar ook iemand van de gemeente, die gecertificeerd is voor de methode en volgens bovenstaande uitgangspunten werkt. Kennisdocument Ondersteuning mensen met arbeidsbeperking naar regulier werk vanuit de Participatiewet : Instrumenten en financiering, zie hoofdstuk 4. Jobcoaching Het werk van de jobcoach concentreert zich vooral op begeleiding op de werkplek. Maar vaak ontstaan problemen, die niet werk-gerelateerd zijn en dan heb je minder aan een jobcoach. Dan heb je een lifecoach nodig. Waar halen we die? Jobcoaching valt onder het participatie-instrument Persoonlijke Ondersteuning. Gemeenten hebben hierin ruime beleidsvrijheid. Binnen deze ruimte kunnen gemeenten besluiten coaches in te zetten, die een bredere scope hebben dan werk alleen en de burger op meer terreinen zouden kunnen ondersteunen. Tegelijkertijd moet de ondersteuning erop gericht zijn om mensen zo zelfstandig mogelijk te gaan laten functioneren. De inzet van jobcoaching zou dan ook niet gericht moeten zijn op coaching for life, maar op coaching op werknemers- en levensvaardigheden, met een eindig karakter. Handreiking Aan de slag met jobcoach, zie www.samenvoordeklant.nl Beoordeling Arbeidsvermogen en Kan je leerlingen op 15 à 16 jarige leeftijd laten beoordelen op hun arbeidsvermogen bij UWV? Als je als school denkt/weet dat dit iemand is voor? Een school kan zeer waardevol zijn bij het aandragen van informatie die gebruikt kan worden bij de beoordeling van arbeidsvermogen en beschut werk. Op die school is vaak een goed beeld ontstaan van de mogelijkheden van een leerling. Het beoordelen zelf aan de hand van de criteria die daarvoor in de wet- en regelgeving zijn vastgelegd is echter een vak apart en moet op een uniforme wijze plaatsvinden. Zodat voor iedereen de juiste ondersteuning kan worden geboden met waar mogelijk kans op doorgroei. Op 15- à 16- jarige leeftijd kunnen er nog mogelijkheden tot ontwikkeling zijn die van invloed kunnen zijn op het arbeidsvermogen of op de mate van begeleiding of toezicht waar betrokkene behoefte aan heeft. Het is dan ook zaak om de uitstroom uit het onderwijs en de aanvraag Advies in tijd goed op elkaar af te stemmen. Op het moment dat door het UWV het advies is afgegeven, dient de gemeente een voorziening aan te bieden als het aantal verplichte plaatsen voor die gemeente in een jaar nog niet is ingevuld. Daarom zal het UWV ook de gemeente inlichten als zij van een cliënt een aanvraag Advies heeft ontvangen, zodat de gemeente voorbereid is op de mogelijkheid dat een beschut werkplek moet worden aangeboden. Een te vroege aanvraag beschut werk, waarbij een jongere nog niet voldoende voorbereid is op de arbeidsmarkt kan tot uitval en teleurstellingen leiden.

Divers Onze ZML leerlingen zijn gebaat bij continuïteit. Ze hebben vaak lange tijd nodig om te wennen aan werk/collega s. Nu krijgen ze altijd tijdelijke contracten of nul uren contracten en moeten ze elke 2 jaar weg bij een bedrijf. Dit leidt tot uitval en thuiszitten. Wat kan er gebeuren/veranderen bij bedrijven om meer continuïteit te krijgen? Niet alleen ZML leerlingen hebben te maken met tijdelijke contracten. Ook meer reguliere werknemers ervaren dit. Wel is het aannemelijk, dat het voor ZML leerlingen mogelijkerwijs lastiger is om hiermee om te gaan. We zien in toenemende mate dat werkgevers actief en proactief beleid voeren bij het in dienst nemen van mensen met een arbeidsbeperking. Dat beleid zal steeds vaker een duurzaam karakter te krijgen, waarbij werkgevers niet alleen gaan voor de financiële voordelen, maar ook voor de gedachte van inclusief werkgeverschap, MVO en social return. Daarmee krijgen ook contracten een langduriger karakter. Organisaties als de AWVN en VNO NCW informeren hun leden over de mogelijkheden en voordelen van het werken met mensen met een arbeidsbeperking. Ook wet- en regelgeving van de Wet banenafspraak en quotum arbeidsbeperkten en Participatiewet dragen bij aan het verduurzamen van de contracten van mensen met een arbeidsbeperking. Het streven naar een inclusieve arbeidsmarkt is wel een proces dat tijd en volgehouden inspanningen vraagt. Er zijn dus al diverse ontwikkelingen gaande, die ten doel hebben de positie van bijvoorbeeld ZML leerlingen bij bedrijven te versterken. Als een leerling via het UWV een advies krijgt, valt hij of zij structureel (levenslang) buiten het Doelgroepregister Indicatie Banenafspraak? Zolang iemand werkt in een plek valt hij/zij buiten de Indicatie Banenafspraak (Doelgroepregister Banenafspraak). De gemeente beoordeelt periodiek of iemand zich verder ontwikkelt; hierover zijn geen vaste termijnen in de wet opgenomen (maatwerk). Waar de behoefte aan permanent is, is het dus mogelijk dat mensen een leven lang in functioneren en een daarmee een leven lang niet tot het Doelgroepregister behoren. Het is ook mogelijk, dan mensen zich na verloop van tijd zodanig ontwikkelen, dat zij geen beschutte werkomgeving meer nodig hebben en kunnen gaan functioneren in een reguliere werkomgeving. In dat geval kan bij een nieuwe beoordeling door UWV een Indicatie Banenafspraak afgegeven worden, op grond waarvan iemand in het Doelgroepregister wordt opgenomen. Het kan dus per individueel geval verschillen in hoeverre een Advies structureel is of van meer tijdelijke aard. Banenafspraak Telt een Wajonger van voor 2015 die werkt met loondispensatie bij een werkgever, mee voor de banenafspraak? Wajongers van voor 2015 zijn opgenomen in het Doelgroepregister banenafspraak. Het gaat in deze vraag over een Wajonger met arbeidsvermogen die kan werken. Zolang deze persoon zijn Wajong status houdt, blijft hij tot de doelgroep van de Banenafspraak horen en telt de baan waarop hij werkt mee voor de Banenafspraak. Dagbesteding Kan een Sociale Dienst dagbesteding weigeren aan te bieden (WMO), omdat de deelnemer

arbeidsvermogen heeft (Indicatie Banenafspraak)? In de meeste gemeenten geeft een Sociale Dienst of Dienst Werk en Inkomen uitvoering aan de Participatiewet. Zowel op het gebied van inkomen (uitkering) als op het gebied van re-integratie. Dagbesteding WMO valt niet per definitie binnen het terrein van de Sociale Dienst. In de meeste gemeenten wordt dat elders georganiseerd, in een aantal gemeenten gebeurt dat door dezelfde dienst. Hoe het ook per gemeente geregeld is, de gemeente heeft op grond van de WMO tot taak om te beoordelen of maatschappelijke ondersteuning nodig is. Het is mogelijk, dat een gemeente geen beschikking afgeeft voor een maatwerkvoorziening dagbesteding in het kader van de WMO. Dit kan op basis van het aanwezig zijn van arbeidsvermogen, waardoor iemand direct bemiddeld kan worden naar werk, maar er kunnen ook andere redenen aan ten grondslag liggen. Indien iemand geen beschikking krijgt voor een maatwerkvoorziening dagbesteding, blijft het wel mogelijk gebruik te maken van algemene voorzieningen binnen de WMO. Dagbesteding Wajong afgewezen, toch dagbesteding nodig. Wat is de route? Op het moment dat iemand wordt afgewezen voor de Wajong2015, wordt door het UWV ingeschat dat hij/zij beschikt over (te ontwikkelen) arbeidsvermogen. Dat betekent niet automatisch dat iemand ook daadwerkelijk in een arbeidssituatie met voldoende loonwaarde kan functioneren. Dan zou een vorm van dagbesteding aan de orde kunnen zijn. Dagbesteding wordt verstrekt vanuit de Wet Langdurige Zorg (WLZ), vanuit de Jeugdwet 2015 of vanuit de Wet Maatschappelijke Ondersteuning (WMO 2015). Voor die laatste twee zijn gemeenten verantwoordelijk. Dagbesteding vanuit de gemeente wordt over het algemeen verstrekt vanuit de Wet Maatschappelijke Ondersteuning (WMO2015) of de Jeugdwet (tot 18 jaar). Dit kan gebeuren in de vorm van een algemene voorziening of een maatwerkvoorziening. Op grond van een Keukentafelgesprek wordt door de gemeente, uitvoerder van de WMO2015, in samenspraak met de cliënt bekeken wat de beste en meest passende ondersteuning is. De gemeente heeft haar ondersteuningsmogelijkheden vastgelegd in een gemeentelijke verordening en heeft een grote mate van beleidsvrijheid bij de invulling van de verordening. Burgers kunnen zich dus tot de gemeente wenden voor dagbesteding. Dagbesteding vanuit de WLZ is alleen mogelijk op grond van een beschikking van het CIZ. Bijstandsuitkering Inzake beleidsvrijheid gemeente bij re-integratiegelden en inkomensgelden. Mag gemeente inkomenseis stellen? Bijvoorbeeld een persoon met partner met gemiddeld inkomen zou geen uitkering krijgen, maar wel LKS (inkomensdeel) vanuit re-integratie? De gemeente heeft, bij de uitvoering van de Participatiewet, grofweg 2 taken: inkomensvoorziening en re-integratie. De inkomensvoorziening betreft het verstrekken van een bijstandsuitkering. Mensen hebben pas recht op bijstand als zij voldoen aan de volgende voorwaarden: Rechtmatig wonend in Nederland. 18 Jaar of ouder. Niet genoeg inkomen of eigen vermogen om in het levensonderhoud te voorzien. Indien men samenwoont met een echtgenoot of een gezamenlijke huishouding voert met iemand, dan telt het inkomen en het eigen vermogen van deze persoon mee. Er is geen beroep mogelijk op een andere uitkering.

Niet in de gevangenis of een huis van bewaring. Men doet mee aan activiteiten die de gemeente aanbiedt om werk te vinden. Mensen die niet aan deze voorwaarden voldoen, ontvangen geen bijstandsuitkering. Als mensen geen recht hebben op een bijstandsuitkering maar wel ingeschreven staan als werkzoekende bij UWV, kan de gemeente wel het instrumentarium van de Participatiewet inzetten om arbeidsintegratie van een burger mogelijk te maken. De gemeente hebben de wettelijke taak om arbeidsondersteuning te bieden aan deze zgn. niet-uitkeringsgerechtigden. Zo kan de gemeente bijvoorbeeld zo nodig loonkostensubsidie of jobcoaching inzetten. Voor de volledigheid: LKS wordt niet aan een werknemer verstrekt als inkomen, maar aan de werkgever als tegemoetkoming in de loonkosten. De werkgever betaalt aan betrokkene het salaris op CAO niveau, maar tenminste het wettelijk minimumloon. Proefplaatsing Ik mis in de presentatie het instrument Proefplaatsing. Is daar een reden voor? Het is juist een waardevol instrument. Er is geen reden geweest om de Proefplaatsing niet expliciet te noemen. Veel gemeenten zetten inderdaad dit instrument voor een beperkte periode in om mensen gedurende een bepaalde periode, met behoud van uitkering, te laten wennen op een beoogde werkplek. Kennisdocument Ondersteuning mensen met arbeidsbeperking naar regulier werk vanuit de Participatiewet : Instrumenten en financiering, zie hoofdstuk 8. Divers Is er een duidelijke folder voor werkgevers, bijvoorbeeld over fiscale instrumenten? Werkgeversorganisaties als AWVN en VNO NCW zijn druk doende hun achterban te informeren over mogelijkheden bij het in dienst nemen van mensen met een arbeidsbeperking. Zo heeft de AWVN brochures uitgebracht als Werkgevers gaan inclusief en Mensen met een beperking aan de slag helpen. Hieraan staat zowel beschreven welke stappen een bedrijf zou kunnen ondernemen voor het in dienst nemen van mensen met een arbeidsbeperking, maar ook welke instrumenten inzetbaar zijn. Behalve de werkgeversorganisaties beschikken vrijwel alle arbeidsmarktregio s inmiddels over een Werkgeversservicepunt (WSP). Dit is de aangewezen plek voor werkgevers om meer en precieze informatie te krijgen over diverse instrumenten, ook fiscale, die in te zetten zijn bij de participatie van mensen met een arbeidsbeperking. Vanuit het ministerie en de Programmaraad zijn verder ook kennisdocumenten beschikbaar die gepubliceerd zijn op www.samenvoordeklant.nl. Hierin staan de (fiscale) instrumenten ook vermeld. Ook is recent een digitale calculator gelanceerd, zie: www.rijksoverheid.nl/actueel/nieuws/2017/05/15/digitale-calculator-berekentpremiekortingen-voor-werkgevers https://www.awvn.nl/actueel/nieuws/brochure-voor-hr-met-beperking-aan-de-slag Participatiewet Wanneer krijgt iemand re-integratieondersteuning van het UWV en wanneer van de gemeente? Vanaf 2015 heeft het UWV bij nieuwe gevallen geen rol meer bij de re-integratie van mensen met een arbeidsbeperking. Als deze mensen niet beschikken over arbeidsvermogen, kunnen zij van het UWV een Wajonguitkering ontvangen. Vanuit UWV vindt

geen re-integratie plaats. Mensen met arbeidsvermogen vallen onder de Participatiewet en worden bij hun re-integratie begeleid door de gemeente. Mensen die reeds voor 1 januari 2015 een Wajonguitkering van UWV ontvingen worden herbeoordeeld. Indien zij bij herbeoordeling blijken te beschikken over arbeidsvermogen, voorziet het UWV in re-integratie. De uitkering wordt met ingang van 1 januari 2018 verlaagd tot 70% WML. Indien zij na herbeoordeling duurzaam niet beschikken over arbeidsvermogen, vinden geen re-integratieactiviteiten plaats. Wij hebben vrij veel vluchtelingen binnen onze school. Praktisch heel vaardig, maar de taal niet machtig. Is reëel? Nee, mits er behalve de taal geen aanvullende zwaarwegende ondersteuningsvragen zijn. Tot de doelgroep behoren mensen die (nog) niet in een reguliere baan kunnen werken, ook niet met extra begeleiding en ondersteuning, maar uitsluitend in een beschutte omgeving onder aangepaste omstandigheden mogelijkheden tot arbeidsparticipatie hebben. Het gaat om mensen die door hun lichamelijke, verstandelijke of psychische beperking een zodanig hoge mate van (structurele) begeleiding of aanpassing van de werkplek nodig hebben, dat niet van een werkgever mag worden verwacht dat hij deze mensen in dienst neemt. Ook niet met extra voorzieningen van gemeente of het UWV. Het UWV verricht onderzoek naar de vraag of de persoon met arbeidsvermogen bij het verrichten van werkzaamheden is aangewezen op: Een of meer technische of organisatorische aanpassingen die niet binnen redelijke grenzen door een werkgever kunnen worden gerealiseerd; Permanent toezicht of intensieve begeleiding die niet binnen redelijke grenzen door een werkgever kan worden aangeboden. (Artikel 3 Besluit advisering ). Een taalachterstand valt niet binnen de geschetste criteria en is bijvoorbeeld met inzet van een scholingstraject onder de Participatiewet te ondervangen. Divers Door Passend Onderwijs zit een groter gedeelte van de leerlingen (voorheen vso) in het regulier onderwijs (met begeleiding vanuit cluster 2), maar ze vallen tussen wal en schip. Mogen ook zij aanspraak maken op het Doelgroepregister etc.? Een leerling die uit het vso komt wordt in het Doelgroepregister opgenomen (mits hij zich schriftelijk aanmeldt bij UWV via een Aanvraag Beoordeling Arbeidsvermogen; hij wordt dan zonder beoordeling ingeschreven), totdat uit salarisgegevens blijkt, dat deze oudleerling minimaal het WML verdient. Vanaf het moment, dat dat het geval is, blijft de oudleerling tot het eind van het lopend jaar plus nog 2 jaar daarna ingeschreven in het Doelgroepregister en wordt daar dan automatisch uitgeschreven. Indien de verwachting bij deze leerlingen is dat zij in enige mate arbeidsbeperkt zijn, is het mogelijk bij het UWV een beoordeling arbeidsvermogen aan te vragen. Dat kan op verzoek van de gemeente of van de (ex)leerling. Het UWV zal dan tijdens een beoordeling bepalen of er sprake is van een arbeidsbeperkingen/of verminderd arbeidsvermogen. Als dat het geval is, kan het UWV overgaan tot het afgeven van een Indicatie Banenafspraak en inschrijving in het Doelgroepregister. UWV informeert de gemeente daarover.

Onderwijs: Vergoeding stage Krijgen stage/leerbedrijven in 2018 een vergoeding? Niet per definitie. Onder voorwaarden is het mogelijk dat stagebedrijven voor vso en pro een vergoeding kunnen ontvangen. Vanaf schooljaar 2017-2018 wordt het mogelijk voor werkgevers die stagiaires uit het vso of pro begeleiden, subsidie aan te vragen in het kader van de subsidieregeling Praktijkleren. Minister Bussemaker heeft besloten met ingang van het nieuwe schooljaar de bestaande regeling uit te breiden met deze doelgroepen. Nu zijn de aanpassingen op de bestaande regeling nog niet volledig bekend, maar de minister zegt dezelfde voorwaarden te willen toepassen, zoals die nu gelden voor subsidies op leerwerktrajecten binnen het vmbo. Dat wil zeggen dat hoogstwaarschijnlijk deze voorwaarden minimaal van toepassing zullen zijn: De subsidie geldt alleen voor stages in het laatste leerjaar vso of pro Het praktijkgedeelte bedraagt minimaal 640 klokuren (dus bij 40 weken minimaal 2 dagen per week, 8 uur per dag Er dient sprake te zijn van een praktijkleerovereenkomst De werkgever beschikt over een aanwezigheidsregistratie van de leerling bij het praktijkgedeelte De werkgever beschikt over een administratie waaruit de begeleiding van de leerling blijkt en de wijze waarop de leerling de leerdoelen van het praktijkgedeelte heeft behaald De werkgever is een door SBB erkend leerbedrijf De subsidie bedraagt maximaal 2700,- per leerling, gebaseerd op het volledige aantal van 40 weken. Verstrekking van de subsidie gebeurt achteraf. Aan het eind van een schooljaar worden alle ingediende aanvragen verzameld en losgelaten op het beschikbare subsidiebedrag. Dat bepaalt het uiteindelijke subsidiebedrag per deelnemer, met het maximum van 2700,-. Hoeveel tijd moet er zitten tussen een aanvraag Indicatie Banenafspraak en nieuwe aanvraag? (Casus: Na het afgeven van de Indicatie Banenafspraak is epilepsie opgetreden met heftige aanvallen waardoor een Advies mogelijk aan de orde is.) Als de omstandigheden bij iemand met een Indicatie Banenafspraak zodanig gewijzigd zijn dat zij denken nodig te hebben, dan kunnen zij daarvoor een Aanvraag Beoordeling Arbeidsvermogen doen met een verzoek om een Advies. Op grond van een onderzoek oordeelt het UWV of een dergelijk advies afgegeven dient te worden. Als een Advies wordt afgegeven vindt uitschrijving uit het Doelgroepregister plaats, aangezien beiden niet samen kunnen gaan. Personen die menen voor beschut werk in aanmerking te komen, hebben door wetswijziging per 1 januari 2017 de mogelijkheid om zelf een advies beschut werk aan te vragen bij UWV. Dit kan sindsdien dus zonder tussenkomst van de gemeente. Er is geen sprake van een bepaalde termijn tussen de afgifte Indicatie Banenafspraak en een hernieuwde Aanvraag Beoordeling Arbeidsvermogen inzake Advies.