RAPPORT VAN BEVINDINGEN ONDERZOEK BIJ Openbare Scholengemeenschap Apeldoorn Locatie Koninklijke Scholengemeenschap Afdelingen mavo en havo Plaats: Apeldoorn BRIN-nummer: 20KQ Onderzoek uitgevoerd op: 30 november 2009 Conceptrapport verzonden op: 14 december 2009 Rapport vastgesteld te Zwolle op: 21 januari 2010 Reproductie van het rapport zonder toestemming van de inspectie of de school/instelling vindt niet plaats anders dan in zijn volledige vorm.
1. INLEIDING De Inspectie van het Onderwijs heeft op maandag 30 november 2009 een onderzoek uitgevoerd op de Koninklijke Scholengemeenschap (KSG) afdelingen mavo en havo om na te gaan of er sprake is van tekortkomingen in de kwaliteit van het onderwijs en de naleving van wet- en regelgeving. Aanleiding De inspectie heeft voor de Koninklijke Scholengemeenschap afdelingen mavo en havo een risicoanalyse uitgevoerd. Uit deze analyse kwam naar voren dat de opbrengsten onvoldoende zijn. Op 17 september 2009 heeft de inspectie de uitkomsten van deze risicoanalyse met het bevoegd gezag besproken. Naar aanleiding van dit gesprek is besloten een onderzoek uit te voeren om eventuele tekortkomingen vast te stellen. In dit onderzoek wordt tevens nagegaan of de school aan enkele wettelijke voorschriften voldoet. Toezichthistorie De KSG verzorgt onderwijs in de onderbouw en in de bovenbouw mavo, havo en vwo. De Meentgronden is een onderbouwvestiging die onder hetzelfde bestuur valt als de KSG. Elk jaar stroomt een aantal leerlingen van de onderbouwvestiging De Meentgronden naar de bovenbouw van de KSG. In november 2008 is een kwaliteitsonderzoek uitgevoerd op de afdeling vwo van de KSG, omdat de opbrengsten van deze afdeling toen onvoldoende waren. Tijdens dit onderzoek zijn de meeste indicatoren van het onderwijsleerproces als voldoende en van de kwaliteitszorg als onvoldoende beoordeeld. Naar aanleiding van dit onderzoek heeft de school een plan van aanpak opgesteld. Op de opbrengstenkaart 2009 zijn de opbrengsten van de afdelingen mavo en havo onvoldoende geworden. Daarom heeft de inspectie nu een kwaliteitsonderzoek uitgevoerd op de afdelingen mavo en havo. Bij dit onderzoek op de afdelingen mavo en havo zijn naast de opbrengsten en de normindicatoren ook de kwaliteitszorg beoordeeld. Omdat de kwaliteitszorg schoolbreed is opgezet konden de bevindingen wat betreft de kwaliteitszorg vergeleken worden met die van het onderzoek op de afdeling vwo in 2008. Onderzoeksopzet De afdelingen mavo en havo hebben onvoldoende opbrengsten en zijn dus zwak. Doel van het onderzoek is om te bepalen of de kwaliteit van het onderwijs op de afdelingen mavo en havo van de KSG zeer zwak is. Hiervoor hanteert de inspectie 11 normindicatoren die tijdens dit kwaliteitsonderzoek zijn beoordeeld. Daarnaast wordt de kwaliteitszorg beoordeeld om een beeld te krijgen van de mate waarin de school zelf aan een verbetering van de kwaliteit van het onderwijs werkt. Pagina 2 van 10
Het onderzoek bestond uit de volgende activiteiten: Document analyse Lesbezoeken Gesprekken met schoolleiding, docenten, leerlingen en zorgfunctionarissen. Toezichtkader De inspectie heeft zich bij haar onderzoek gebaseerd op het Toezichtkader po/vo 2009. Dit document is te vinden op www.onderwijsinspectie.nl. Opbouw rapport In hoofdstuk 2 zijn de bevindingen uit het onderzoek op het gebied van de onderwijskwaliteit en de wettelijke voorschriften weergegeven. Dit wordt gevolgd door een beschouwing waarin tekortkomingen worden toegelicht en waar mogelijk de schoolontwikkeling in samenhang wordt beschreven. Hoofdstuk 3 geeft het toezichtarrangement weer. Pagina 3 van 10
2. BEVINDINGEN 2.1 Kwaliteits- en nalevingsprofiel In onderstaande tabel vermeldt de inspectie welke indicatoren in dit onderzoek zijn betrokken en tot welke bevindingen het onderzoek heeft geleid. De nummering in de tabellen verwijst naar het volledige waarderingskader voortgezet onderwijs. De bevindingen zijn weergegeven in de vorm van een score. De score geeft aan in welke mate de betreffende indicator gerealiseerd is. De inspectie heeft daarnaast onderzocht of wordt voldaan aan de naleving van enkele wettelijke voorschriften. Legenda: 1. slecht 2. onvoldoende 3. voldoende 4. goed 5. niet te beoordelen (alleen bij opbrengsten) Bij wet- en regelgeving is in de waardering tot uitdrukking gebracht of de school wel (ja) of niet (nee) voldoet aan de genoemde wettelijke vereisten. Resultaten 1.1 * De leerlingen behalen in de onderbouw het opleidingsniveau dat mag worden verwacht. 1.2 * De leerlingen lopen weinig vertraging op in de bovenbouw van de opleiding vmbo-g/t. 1.2 * De leerlingen lopen weinig vertraging op in de bovenbouw van de opleiding havo. 1.3 * De leerlingen van de opleiding vmbo-g/t behalen voor het centraal examen de cijfers die mogen worden verwacht. 1.3 * De leerlingen van de opleiding havo behalen voor het centraal examen de cijfers die mogen worden verwacht. 1.4 * Bij de opleiding vmbo-g/t zijn de verschillen tussen het cijfer voor het schoolexamen en het cijfer voor het centraal examen van een aanvaardbaar niveau. 1.4 * Bij de opleiding havo zijn de verschillen tussen het cijfer voor het schoolexamen en het cijfer voor het centraal examen van een aanvaardbaar niveau. 5 Leerstofaanbod 2.1 * De aangeboden leerinhouden in de onderbouw voldoen aan de wettelijke vereisten. 2.2 * De aangeboden leerinhouden in de bovenbouw zijn Pagina 4 van 10
Leerstofaanbod dekkend voor de examenprogramma s. 2.3 * De school met een substantieel percentage taalzwakke leerlingen heeft bij alle vakken een aanbod aan leerinhouden dat past bij de talige onderwijsbehoeften van deze leerlingen. Schoolklimaat 4.4 * De school heeft inzicht in de veiligheidsbeleving van leerlingen en personeel en in de incidenten die zich op het gebied van sociale veiligheid op de school voordoen. 4.7 * Het personeel van de school zorgt ervoor dat de leerlingen op een respectvolle manier met elkaar en anderen omgaan. 4.8 * De mentoren stimuleren het welbevinden en de motivatie van de leerlingen. Didactisch handelen 5.1 * De leraren geven duidelijke uitleg van de leerstof. 5.2 * De leraren realiseren een taakgerichte werksfeer. 5.3 * De leerlingen zijn actief betrokken bij de onderwijsactiviteiten. Zorg 7.1 * De school gebruikt een samenhangend systeem van genormeerde instrumenten en procedures voor het volgen van de prestaties en de ontwikkeling van de leerlingen. Begeleiding 8.2 * De school voert de zorg planmatig uit. Kwaliteitszorg 9.1 De school heeft inzicht in de onderwijsbehoeften van haar leerlingenpopulatie. 9.2 De school evalueert jaarlijks de resultaten van de leerlingen. 9.3 De school evalueert regelmatig het onderwijsleerproces. 9.4 De school werkt planmatig aan verbeteractiviteiten. 9.5 De school borgt de kwaliteit van het onderwijsleerproces. 9.6 De school waarborgt de kwaliteit van het schoolexamen en van andere toetsinstrumenten. 9.7 De school verantwoordt zich aan belanghebbenden over de gerealiseerde onderwijskwaliteit. Pagina 5 van 10
Kwaliteitszorg 9.8 De school draagt zorg voor de kwaliteit van het onderwijs gericht op bevordering van actief burgerschap en sociale integratie, met inbegrip van het overdragen van kennis over en kennismaking met de diversiteit van de samenleving. Wet- en regelgeving N1 Door of namens het bestuur is de vastgestelde schoolgids naar de inspectie gestuurd en deze schoolgids bevat de verplichte onderdelen (WVO art. 24a en 24c). N2 Door of namens het bestuur is het vastgestelde schoolplan naar de inspectie gestuurd en dit schoolplan bevat de verplichte onderdelen (WVO art. 24 en 24c). N4 Door of namens het bestuur zijn het Examenreglement en het PTA naar de inspectie gestuurd en beide voldoen inhoudelijk aan de wettelijke vereisten (Eindexamenbesluit art. 31). N5 De geplande onderwijstijd voldoet aan de wettelijke vereisten (WVO art. 10, lid 2; 10b, lid 2; 10d, lid 2; 10f, lid 3a; 11c, lid 1b; 12, lid 5). 2.2 Beschouwing Algemeen beeld Bij haar beoordeling is de inspectie van het onderwijs tot de conclusie gekomen dat de kwaliteit van het onderwijs op de afdelingen mavo en havo van de Koninklijke Scholengemeenschap zwak is. De opbrengsten zijn weliswaar onvoldoende maar van de elf normindicatoren is er maar één als onvoldoende beoordeeld. Ten opzichte van het kwaliteitsonderzoek op de afdeling vwo in 2008 is de kwaliteitszorg sterk verbeterd. Ook zijn er maatregelen genomen ter verbetering van het bovenbouwrendement. Het moet nog blijken of deze verbeteringen de gewenste gevolgen hebben voor de opbrengsten. Een belangrijk aandachtspunt is het verbeteren van de samenwerking met de onderbouwvestiging De Meentgronden. Pagina 6 van 10
Toelichting Opbrengsten Op de afdelingen mavo en havo zijn het bovenbouwrendement en de centraal eindexamencijfers onvoldoende. Het onderbouwrendement is wel voldoende en het verschil tussen de cijfers se-ce is klein. Het bovenbouwrendement is het grootste probleem. Dit is voor beide afdelingen ruim beneden het landelijk gemiddelde. Er blijven veel leerlingen zitten in de vierde klassen van de mavo en havo. Er stromen veel leerlingen van de derde klas havo naar de vierde klas mavo. De prioriteit van de school moet dus liggen bij het verbeteren van het bovenbouwrendement. Kwaliteitszorg De school heeft in het laatste jaar de opbrengsten en het onderwijsleerproces geëvalueerd. De examenresultaten tot en met het examen van 2009 zijn in kaart gebracht en vergeleken met een norm. De analyse is primair gericht op het verschil tussen de cijfers schoolexamen en de cijfers centraal eindexamen. Uit de analyse blijkt dat deze verschillen op mavo en havo gering zijn. Daarnaast analyseert de school ook de verschillen tussen ce landelijk en ce school en vergelijkt deze met een norm. Naast de analyse van de examenresultaten zijn ook de rapportcijfers van de derde klas mavo en de vierde klas havo geanalyseerd. Hieruit blijkt dat leerlingen van onderbouwvestiging de Meentgronden het voor een aantal vakken aanzienlijk slechter doen dan leerlingen die van de eigen onderbouwvestiging van de KSG komen. Om deze verschillen in niveau weg te werken is een intensievere samenwerking tussen de KSG en De Meentgronden nodig. De oplossing die de KSG kiest ligt in het nu ingevoerde doelgroepenbeleid waarbij gericht leerachterstanden worden weggewerkt. Om het onderwijsleerproces te evalueren zijn enquêtes afgenomen ( meten is weten ), en gesprekken met leerlingenpanels gevoerd. Hieruit komt in het algemeen een positief beeld, bijvoorbeeld over het schoolklimaat, maar er is ook kritiek op de effectiviteit van het onderwijs. Deze kritiek wordt verder onderzocht. Hiernaast is op de mavo een Daltonvisitatie uitgevoerd. Het evalueren van zowel de opbrengsten als het onderwijsleerproces zijn ten opzichte van 2008 sterk verbeterd. Het afgelopen schooljaar heeft de school een systeem ingevoerd van teamplannen en sectieplannen. In de sectievergaderingen en sectieplannen wordt aandacht besteed aan de (onvoldoende) opbrengsten. Het gevolg hiervan is een algemene bewustwording en een gevoel van urgentie. Omdat deze systematiek recent is ingevoerd en de cyclus van plannen, uitvoeren, evalueren en bijstellen nog niet is doorlopen, is het te vroeg om te spreken van een planmatige kwaliteitszorg of waarborg van de kwaliteit van het onderwijs. Hierbij komt dat de vele doelstellingen nog weinig meetbaar zijn geformuleerd en ook is niet duidelijk hoe de plannen Pagina 7 van 10
aansluiten op reeds uitgevoerde evaluaties. Het is de bedoeling dat de kwaliteitszorg in de toekomst steeds systematischer wordt uitgevoerd. De belangrijkste verbetermaatregelen betreffen de determinatie en overgangsnormen. Leerlingen moeten in het vervolg eerder op de juiste plek komen waardoor het bovenbouwrendement zal verbeteren. Daarnaast wordt een doelgroepenbeleid opgezet. Dit houdt in dat bepaalde groepen leerlingen zoals zittenblijvers of leerlingen die met een achterstand binnenstromen extra begeleiding krijgen. De KSG heeft een schooljaarverslag. Hierin staan de onderwijsresultaten en in een bijlage de verbetermaatregelen beschreven. Het verslag staat niet op de website van de school maar wordt volgens de school op verzoek aan alle belanghebbenden opgestuurd. Leerlingenzorg De school werkt alleen bij leerlingen met een leerlinggebonden financiering met handelingsplannen. Er zijn tien bovenbouw leerlingen die geïndiceerd zijn voor leerwegondersteunend onderwijs. Deze zijn doorgestroomd uit de onderbouwvestiging De Meentgronden. Deze leerlingen hebben geen handelingsplannen. Er zijn geen handelingsplannen meegekomen bij de overstap van De Meentgronden naar de KSG. Hieruit blijkt weer dat de samenwerking tussen de KSG en De Meentgronden moet worden verbeterd. Pagina 8 van 10
3. TOEZICHTARRANGEMENT De kwaliteit van het onderwijs vertoont belangrijke tekortkomingen en is als zwak beoordeeld. Om deze reden kent de Inspectie van het Onderwijs aan de afdelingen mavo en havo van de Koninklijke Scholengemeenschap een aangepast arrangement toe. De afdelingen vallen onder intensief toezicht. Met het bevoegd gezag is afgesproken dat de onderwijskwaliteit na publicatie van de opbrengstenkaart 2011 weer van voldoende niveau is. De inspectie voert in 2010 een voortgangsgesprek met de Koninklijke Scholengemeenschap en de stichting Apeldoorns Voortgezet Openbaar Onderwijs. Er is een tekortkoming in de naleving van wettelijke voorschriften, de lwoo geïndiceerde leerlingen hebben geen handelingsplannen. Om deze reden heeft de Inspectie van het Onderwijs de volgende afspraken gemaakt met het bevoegd gezag: Het bevoegd gezag dient de geconstateerde tekortkomingen in de naleving van wettelijke voorschriften uiterlijk voor de aanvang van het schooljaar 2010-2011 op te heffen en verantwoordt zich hierover aan de inspectie. Bij het eerst volgende gesprek met het bevoegd gezag zal de inspectie nagaan of de tekortkomingen zijn opgeheven. Pagina 9 van 10