Identificatie met Nederland

Vergelijkbare documenten
Was wetenschap de wereld maar

IDENTIFICATIE MET NEDERLAND

WRR-auteurs Pauline Meurs en Dennis Broeders

IDENTIFICATIE MET NEDERLAND

Het snijvlak tussen wetenschap en politiek is vlijmscherp

VRAGEN OVER HET ARTKEL HET MULTICULTURELE DRAMA

Van verzorgingsstaat naar

1 Allereerst: integratie zou ik willen omschrijven als het verwerven van volwaardig staatsburgerschap van nieuwkomers in een samenleving die op voet

LANDSEXAMEN VWO

obs Jaarfke Torum CL Scheemda Postbus ZH Scheemda

Superdiversiteit: wat betekent het voor school, peuter- en kindercentrum?

Verbinden vanuit diversiteit

Interculturele Competenties:

Interculturele Competentie:

Lore Vandromme 1 BASWC Katho Kortrijk

Aantekening Levensbeschouwing Hoofdstuk 2: Waarden en normen

Inspiratiedag Brede School 29 april 2014 Bronks Talenkennis versterken van kinderen en jongeren in de Brede School

PARITAIRE PARLEMENTAIRE VERGADERING ACS- EU

MAATSCHAPPIJLEER II VMBO KB VAKINFORMATIE STAATSEXAMEN 2016 V15.7.0

Beste Paul de Beer, Maisha van Pinxteren en anderen,

Samenvatting Maatschappijleer Multiculturele samenleving

Integratie én uit de gratie? Perspectieven van Marokkaans-Nederlandse jongvolwassenen Omlo, J.J.

De maatschappelijke stage als onderdeel van burgerschapsvorming

Een wenkend perspectief voor nieuwkomers

Examenprogramma maatschappijleer havo/vwo

Solidariteit in superdiversiteit: kijken vanuit het hier en nu

Samenvatting Maatschappijleer Hoofdstuk 1

Examenprogramma maatschappijleer havo/vwo (gemeenschappelijk deel)

Een Europese democratie: utopie of noodzaak?

Intercultureel leren. Workshop. Studievoormiddag 6 juni 2014

In welke mate kunt u zich vinden in het benoemen van vrijheid, gelijkheid/gelijkwaardigheid en solidariteit als basiswaarden voor

Diverse school, diverse kansen

Examen HAVO. maatschappijwetenschappen (pilot) tijdvak 2 dinsdag 16 juni uur. Bij dit examen hoort een bijlage.

STUDIEGEBIED ALGEMENE VORMING

Identiteit en de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid

1 Bekijk het schema hierna. Je ziet hoe je de betekenis van moeilijke woorden kunt vinden. Is het woord belangrijk?

13640/15 nes/ass/fb 1 DG E - 1C

14 Hoofdstuk 1: Politieke ruimte voor Nederlanders in het buitenland


SOCIALE EN BURGERSCHAPSCOMPETENTIE

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Eindexamen filosofie vwo I

Een verkenning van de relatie tussen taal en identiteit in Brussel en de Vlaamse Rand. Rudi Janssens

Werkgroep Xenia Münsterse verklaring 2005 Goed wonen goede start spätaussiedlers

Dialogisch verstaan tussen mensen uit verschillende culturen

Samenvatting Maatschappijleer Hoofdstuk 4 pluriforme samenleving

Samenvatting Maatschappijleer Multiculturele samenleving

Actief burgerschap en sociale integratie van De Wijde Blik

De integratie van Antillianen in Nederland. Presentatie 9 juni: De Caribische demografie van het Koninkrijk der Nederlanden

Nederlands (nieuwe stijl) en Nederlands, leesvaardigheid (oude stijl)

Opdracht Maatschappijleer Integratie en immigratie

Zorg op Tijd. EIF Conferentie Nijmegen

Democratie in tijden van populisme en technocratie. Prof. Stefan Rummens ID dagen beweging.net 12 okt 2017

Doelen relationele vorming

Rapportage van de werkgroep identiteit en eigenheid

Katrijn D hamers Gent, 20/12/2016

HAALBAARHEIDSONDERZOEK NAAR EEN EUROPESE SECTORRAAD ARBEIDSMARKT EN KWALIFICATIES IN DE SPORT EN BEWEEGSECTOR

Programma van Toetsing en Afsluiting

Klinisch ethisch overleg voor artsen van oppositie naar wederzijds begrip

Annette Koops: Een dialoog in de klas

PTA maatschappijleer 1&2 KBL Bohemen cohort

Examenprogramma maatschappijwetenschappen vwo

Examenprogramma maatschappijwetenschappen havo/vwo

maatschappijwetenschappen (pilot)

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE

Iedereen racist. Uitgangspunten. Uitgangspunten. Info boek:

Werken aan diversiteit Visie en missie van de stad Mechelen

Bijlage bij hoofdstuk 9 Identificatie, acceptatie en discriminatie

STIJLEN VAN BEÏNVLOEDING. Inleiding

Actief burgerschap en sociale integratie op de Schakel 1 november 2015

Actief burgerschap en sociale integratie op de Schakel Mei 2014.

Visie op burgerschap en sociale integratie

Meerkeuzevragen (40 punten) Vraag Antwoord Verwijzing naar vindplaats in studiemateriaal (Hoofdstuk, pagina x)

Multi cultureel samenleven. Themamanager Natascha Mooij

Citation for published version (APA): Duyvendak, J. W. (2008). Een land dat zich niet laat kennen? Migrantenstudies, 24(3),

Zijn autochtonen en allochtonen tevreden met hun buurtbewoners?

MAATSCHAPPIJWETENSCHAPPEN HAVO VAKINFORMATIE STAATSEXAMEN 2016 V15.7.0

Parallellen tussen België en Nederland

SOCIAAL PERSPECTIEF. sociale structuurvisie Zaanstad

Waterlandstichting. Oikomania, de obsessie voor thuis. Jan Willem Duyvendak

Eindexamen maatschappijleer 2 vmbo gl/tl II

Morele Ontwikkeling van Jongeren. Hanze Jeugdlezing 2012

Examen HAVO. maatschappijwetenschappen (pilot) tijdvak 1 donderdag 21 mei uur. Bij dit examen hoort een bijlage.

Van integratiebeleid naar samenlevingsbeleid

Universiteit Opleiding Cursus Beschrijving Link. Vaardigheidsonderwijs 2e jaar

Culturele vrijheid en het strafrecht

Inhoud. Introductie 7 Wat niet helpt in intercultureel teamwerk 10 Belangrijkste begrippen 13 Over dit boek 15

De wereld in Nederland Een publieksdebat over culturele en etnische diversiteit met Ruud Lubbers en Halleh Ghorashi Gouda, 27 april 2006

PvdA Amsterdam Ingediende moties Politieke ledenraad Motie bij agendapunt Basisinkomen

Raken aan je kernwaarden

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE

Omgaan met culturele diversiteit. Vorming 19 maart 2016

VALT HIER NOG WAT TE LEREN? EEN EDUCATIEF PERSPECTIEF OP DUURZAAMHEID Gert Biesta Universiteit Luxemburg. een populair recept

Richtlijnen voor het werken in een multiculturele setting

Taaldiversiteit in Brussel: een analysekader. Rudi Janssens Studiedag 27 mei 2016 VUB-Jette

Scholing als splijtzwam in de politiek

Actuele vragen met betrekking tot de vrijheid van onderwijs. Fenneke Zeldenrust

Diverser personeel. Mooi, en dan? Dr. Mtinkheni Gondwe

Examenprogramma maatschappijleer

Regionale broedplaatsen voor onderzoek en praktijkleren

Transcriptie:

MIGRANTENSTUDIES, 2008, NR. 3 Identificatie met Nederland Dennis Broeders, Monique Kremer en Pauline Meurs* DE Nederlandse identiteit bestaat niet. Deze zin van Maxima wordt vaak aangehaald als de kern van Identificatie met Nederland, het rapport dat de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid (WRR) eind 2007 publiceerde. Maar zelfs wie goed zoekt, zal deze zin in het rapport niet vinden. Het centrale punt is dat het beschrijven en vooral vo o rschrijven van nationale identiteit het integratievraagstuk niet veel verder zal brengen. In plaats daarvan pleit de WRR voor het investeren in identificatie, het maken van verbindingen. De Raad maakt daarbij een analytisch onderscheid tussen functionele, normatieve en emotionele identificatie. Investeren in deze identificatieprocessen levert in onze visie meer op dan het zoeken naar een scherpe afbakening in juridische en culturele termen van wat de Nederlandse identiteit is of zou moeten zijn. Samenlevingsprobleem Steeds vaker wordt onomwonden gesteld dat de integratie mislukt is: zie bijvoorbeeld de politieke ontvangst van het rapport van de Tijdelijke Parlementaire Onderzoekscommissie Integratiebeleid (de commissie-blok ) in 2003. Meerdere auteurs hebben geconstateerd dat het debat over de integratie van migranten sterk is verschoven. Het is veel dwingender geworden en het beleid richt zich veel meer dan de jaren ervoor op de sociaal-culturele integratie van migranten (vgl. Entzinger, 2002; Duyvendak, 2004; Pels, 2005). Anders gezegd, het integratiedebat is steeds meer een identiteitsdebat geworden. Een van de aanleidingen voor deze verknoping van integratie en identiteit is het roemruchte artikel van Paul Scheffer in 2000. Destijds wees hij op de schrijnende achterstanden van allochtonen in het onderwijs en op de arbeidsmarkt. Zijn idee was dat de Nederlandse identiteit niet sterk genoeg was gedefinieerd, waardoor migranten niet konden weten in wat voor soort samenleving zij zouden moeten integreren. Nederland zou te lang vastgehouden hebben aan de mythe van integratie met behoud van eigen identiteit. Door 164

DENNIS BROEDERS, MONIQUE KREMER EN PAULINE MEURS: Identificatie met Nederland de Nederlandse tradities en geschiedenis helder te communiceren, zou er een eind komen aan vrijblijvendheid. Nederlanders en migranten hadden daarin beiden een taak, maar wel een andersoortige. Nederland moest zichzelf beschrijven en vastleggen, migranten moesten deze kennis niet alleen aannemen maar ook invoelen en ernaar handelen. Inmiddels is deze gedachte in politieke en beleidskringen gemeengoed. Alle politieke partijen vinden dat er in het verleden te weinig aandacht is geweest voor culturele en identiteitsaspecten van integratie. En integratie met behoud van identiteit is niet langer het credo. Dat heeft in de voorgaande kabinetsperioden tot een aantal concrete beleidswijzigingen geleid. De subsidie om les te krijgen in eigen taal en cultuur is bijvoorbeeld al geruime tijd geleden afgeschaft en inburgering in Nederland is sinds 1998 verplicht gesteld. Daarnaast staat voortdurend ter discussie of mensen een dubbele nationaliteit kunnen hebben en staat sinds een aantal jaren het thema waarden en normen, oftewel hoe horen Nederlandse burgers zich te gedragen, weer op de publieke agenda. En meer recentelijk is een canoncommissie in het leven geroepen om de Nederlandse identiteit te helpen definie ren, hoewel deze commissie zelf afstand heeft genomen van het idee dat de Nederlandse identiteit vastgelegd kan worden. De vraag is of deze probleemanalyse en het geformuleerde antwoord breed genoeg zijn om het huidige multiculturele ongenoegen te verzachten. Niet alle problemen slechte woonomstandigheden, criminaliteit, werkloosheid kunnen immers alleen aan identiteit worden toegeschreven. Bovendien is het multiculturele ongenoegen een tweezijdig (of beter nog: meerzijdig) probleem. Daarom wordt in het rapport niet alleen zorg uitgesproken over de falende sociaaleconomische integratie van allochtonen, ook de afhoudende, in zichzelf gekeerde houding aan autochtone zijde maakt deel uit van het maatschappelijke integratieprobleem. Al in een eerder advies over de toekomst van de Nederlandse verzorgingsstaat heeft de WRR (2006) gewaarschuwd voor scheurtjes in de verbinding tussen verschillende Nederlanders. Daarin staat de Raad niet alleen. De Raad voor Maatschappelijke Ontwikkeling (RMO, 2006) roept bijvoorbeeld ook op om niet langer met de ruggen naar elkaar te staan. In plaats van een integratieprobleem is er sprake van een samenlevingsprobleem. Van identiteit naar identificatie De Raad komt tot de conclusie dat dit sociale vraagstuk niet verzacht kan worden door nationale identiteit als beleidsinstrument ter hand te nemen. Daarvoor heeft ze verschillende redenen. Ten eerste bestaat in wetenschappelijke kringen een stevige discussie over wat het concept precies inhoudt: van consensus over de inhoud en de betekenis van het begrip is geen sprake. De historicus Kossmann schreef daarom: Zie die identiteit als een grote kwal op het strand, bekijk haar van alle kanten, maar ga er vooral niet ı n staan. Ten tweede laat de geschiedenis van Nederland zien dat onze identiteit niet eenduidig kan worden vastgelegd, ze wordt steeds opnieuw uitgevonden ten tijde 165

MIGRANTENSTUDIES, 2008, NR. 3 van (globale) onzekerheid, waarbij het vaak de elite is geweest die bepaalde wie we zouden moeten zijn. Ten slotte is nationale identiteit vooral op het verleden gericht: zij biedt weinig aanknopingspunten voor een gemeenschappelijke toekomst. Nationale identiteit als beleidsinstrument werkt dus vaak uitsluitend naar nieuwkomers: het laat weinig ruimte voor andermans voetsporen. Met deze gedachten in het achterhoofd is het beter om te vertrekken vanuit een ander kader. De Raad stelt daarom een ander concept voor: identificatie. Identificatie is het leggen, onderhouden en verbreken van verbindingen. Identificatie is niet alleen een tweezijdig begrip verbinden kun je niet alleen maar het is ook dynamisch en geeft meer ruimte aan meervoudige identiteiten. Onder condities van globalisering is meervoudigheid immers een permanent kenmerk van de Nederlandse samenleving geworden. Het is een feit dat mensen zich met verschillende groepen verbonden kunnen voelen, al kan de intensiteit van die verbinding varie ren met de tijd. De Raad maakt daarnaast een analytisch onderscheid tussen drie dimensies van identificatie: functioneel, normatief en emotioneel. Investeren in deze processen kan voorko men dat verschillende mensen zich niet langer met elkaar identificeren. We lopen deze drie dimensies nu even langs. Functionele identificatie Functionele identificatie betekent dat mensen zichzelf definie ren en door anderen gezien worden in de specifieke functie of taak die zij vervullen: denk aan werknemer, beroepsbeoefenaar, ouder of buurtgenoot om een paar voor de hand liggende voorbeelden te noemen. Met andere woorden, het gaat om eigenschappen die belangrijk zijn in een specifieke situatie in plaats van steeds de nadruk te leggen op het lidmaatschap van etnische groep. Als reiziger is het belangrijker te weten dat de trambestuurder veel ervaring heeft dan te weten dat zijn ouders uit Suriname komen. Functionele identificatie ontstaat als mensen een gemeenschappelijk belang hebben en wanneer sprake is van wederzijdse afhankelijkheid. De groepsgrenzen worden dan anders getrokken. Je kunt e n het ene, e n het andere zijn. Dat heeft als consequentie dat mensen elkaar anders zien: het voorkomt (etnische) stereotypering en vergroot wederzijdse insluiting. In de huidige discussies wordt veel verwacht van ontmoetingen. Maar ontmoeten om het ontmoeten en investeren in meer dialoog is geen voldoende voorwaarde voor functionele identificatie. Belangrijke plekken waar wel functionele identificatie tot stand kan komen, zijn vanouds werk, wijk en school. Maar ook nieuwe ontmoetingsplekken zoals internet en uitgaansgelegenheden kunnen van belang zijn. De WRR pleit vanuit dit functionele perspectief om veel meer beleidsaandacht te geven aan de arbeidsmarkt. Het is opvallend hoe weinig mensen uit verschillende etnische groepen in Nederland samenwerken. Het verbeteren van het onderwijs, het tegengaan van discriminatie en het verstevigen van soft skills van werknemers de culturele codes van de moderne arbeidsmarkt zijn noodzakelijke voorwaarden voor functionele identificatie. Daarnaast is de etnische segregatie in het onderwijs een groot probleem. Een van de beleids- 166

DENNIS BROEDERS, MONIQUE KREMER EN PAULINE MEURS: Identificatie met Nederland aanbevelingen is dan ook om naast de vrijheid van onderwijs ook verbinding als een belangrijk normatief kader te hanteren. Als zo n verbindingsopdracht ook een wettelijke basis heeft, ontstaat er ruimte voor school- en gemeentebesturen om met behoud van het beginsel van vrije schoolkeuze op het lokale niveau te experimenteren zonder meteen het verwijt te krijgen dat aan de uitgangspunten van de wet wordt getornd. Normatieve identificatie Normatieve identificatie heeft betrekking op de mogelijkheden die er zijn om de eigen normen en opvattingen te kunnen volgen en in te brengen in het publieke en politieke domein. Het aanpassen aan de norm gaat in de meeste gevallen vanzelf. Als er conflicten over aanpassing ontstaan, wordt strijd gevoerd over aanpassing van de norm. Het veranderen van normen is echter veel lastiger. Niet iedereen heeft evenveel inbreng in dit proces. Dat hebben we geduid in termen van articulatiemacht: het vermogen om in betekenisvolle arena s, zoals de politiek en de media, normen te benoemen, bepleiten en verdedigen. Het is van belang dat ook minderheidsgroepen en individuen normen kunnen inbrengen, omdat de eenzijdige focus in het beleid en het maatschappelijk debat op het aanpassen aan de norm contraproductieve gevolgen kan hebben. Als er geen open debat mogelijk is, kunnen mensen zich in hun eigen wereld terugtrekken, bijvoorbeeld door niet te stemmen of op een onwenselijke, zelfs gewelddadige, manier in opstand te komen. Meer dan nu gebeurt, is het daarnaast belangrijk te investeren in het omgaan met conflicten. Nu gaat het vaak hard tegen hard en lijken polarisering en generalisering de belangrijkste strijdmiddelen. Bijvoorbeeld de verlichting tegenover de islam. De politiek en de media hebben hier een grote verantwoordelijkheid. Deze polarisering is immers contraproductief en miskent de verscheidenheid aan posities en standpunten. Kortom: terughoudendheid en verdraagzaamheid zijn deugden die het juist nu verdienen meer beoefend te worden. Het matigen van de toon is daarbij iets anders dan conflicten vermijden. Een verheldering van posities wordt te vaak verward met verharding van standpunten. Emotionele identificatie Emotionele identificatie gaat over gevoelens van verbondenheid met anderen en in meer abstracte zin met Nederland, over een sense of belonging. Het WRR-rapport laat zien dat burgers in een veranderende samenleving zoals de Nederlandse meerdere loyaliteiten hebben zonder dat dit een probleem hoeft te zijn voor hun verbondenheid met Nederland. Van belang is dat deze hybride identificaties worden erkend en gewaardeerd en niet onmiddellijk ter discussie worden gesteld. Juist als dat laatste wel gebeurt, wordt meer of minder expliciet een keuze geëist die in emotionele zin vaak niet gemaakt kan worden, en die naar ons oordeel ook niet verlangd hoeft te worden. Het debat over nationaliteit staat ten onrechte in het teken van loyaliteit en emotionele identificatie, wat vaak eerder uitsluitend dan insluitend werkt. Het 167

MIGRANTENSTUDIES, 2008, NR. 3 hebben van één, twee of meer paspoorten zegt niets over iemands loyaliteit aan Nederland. De erkenning van de complementariteit van verschillende emotionele bindingen, bijvoorbeeld met het land van herkomst en het land van vestiging, kan de verbondenheid met Nederland juist versterken. Wie zijn footprints niet hoeft te verloochenen zal makkelijker nieuwe emotionele bindingen kunnen aangaan en zich ook Nederlander voelen. Dit betekent dat een pleidooi wordt gehouden voor het formeel toestaan van dubbele nationaliteit door het laten vallen van de afstandseis. In een geglobaliseerde wereld is het hebben van twee paspoorten steeds vaker een gegeven. Dit pleidooi betreft niet alleen de nieuwe Nederlanders, maar ook degenen die geëmigreerd zijn en die graag de nationaliteit van het land van vestiging willen hebben zonder het Nederlanderschap te verliezen. Naar het oordeel van de Raad is het essentieel dat burgers in deze kwestie zelf hun nationaliteit(en) kunnen kiezen. Dat gezegd hebbende is er een aantal ree le problemen die met het hebben van twee paspoorten gepaard gaan. Deze problemen moeten worden besproken aan de hand van zakelijke argumenten en niet op grond van emoties en onbewezen aannames over de relatie tussen loyaliteit en nationaliteit. Festiviteiten, rituelen en symbolen kunnen emotionele identificatie ondersteunen. Naturalisatieceremonies zijn hiervan een voorbeeld. In het publieke domein is voldoende ruimte voor nieuwe plaatsen van herinnering waar Nederlanders hun geschiedenis en hun gezamenlijke toekomst kunnen vieren. Wil dit echter emotionele identificatie ondersteunen, dan dient er ruimte te zijn voor de inbreng van alle inwoners van Nederland, meerdere verhaallijnen, verschillende interpretaties van het verleden en bovenal een orie ntatie op de toekomst. Emotionele identificatie is wel te veel op de voorgrond gekomen, terwijl het vaak een bijproduct is van normatieve en functionele identificatie. Als er onvoldoende voorwaarden zijn voor functionele identificatie, als er geen podium is voor debat over concurrerende normatieve posities en opvattingen en de macht eenzijdig gelegd is bij een dominante coalitie, dan zal er voor emotionele identificatie met Nederland minder ruimte zijn. Waar het de WRR om gaat is dat identificatie met Nederland veel meer is dan liefde voor en loyaliteit aan het nieuwe vaderland. Meer nog gaat het om kansen op de arbeidsmarkt, goede mogelijkheden voor de toekomst van kinderen, over duurzame vriendschappen, meedoen in de politiek en ook een eigen stempel kunnen drukken op maatschappelijke ontwikkelingen. Soms leidt dat tot heftige confrontaties over wat hoort en wat past. Het leren omgaan met die verschillen en vooral het kunnen profiteren van verschillen is een belangrijke voorwaarde om je hier in Nederland thuis te voelen. En dat niet alleen: wij hebben deze benadering ook hard nodig in een wereld met open grenzen, transnationale verhoudingen en toenemende culturele diversiteit. 168

DENNIS BROEDERS, MONIQUE KREMER EN PAULINE MEURS: Identificatie met Nederland Noot * Dennis Broeders en Monique Kremer waren als stafmedewerkers van de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid betrokken bij de ontwikkeling van het rapport Identificatie met Nederland. Prof. Pauline Meurs was Raadslid van de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid van 1997 tot en met 2007, en was voorzitter van de projectgroep voor het rapport Identificatie met Nederland. Literatuur Duyvendak, J.W. (2004). Een eensgezinde, vooruitstrevende natie. Over de mythe van de individualisering en de toekomst van de sociologie. Oratie UvA, Amsterdam: Vossiuspers. Entzinger, H. (2002). Voorbij de multiculturele samenleving. Oratie, EUR. Assen: Van Gorcum. Pels, D. (2005). Een zwak voor Nederland. Ideee n voor een nieuwe politiek. Amsterdam: Anthos. Raad voor Maatschappelijke Ontwikkeling (2006). Niet langer met de ruggen naar elkaar. Een advies over verbinden. Den Haag: RMO. Scheffer, P. (2000). Het multiculturele drama. In NRC Handelsblad, 29 januari 2000. Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid (2006). De verzorgingstaat herwogen. Over verzorgen, verzekeren, verheffen en verbinden. Rapporten aan de regering nr. 76, Amsterdam: Amsterdam University Press. 169