Site Regelgeving. Voorschrift Graaf- en grondroerende werkzaamheden Pag. 1 van 7. Voorschrift deel Graaf- en Grondroerende werkzaamheden. 1.

Vergelijkbare documenten
Site Regelgeving. Voorschrift Graafwerkzaamheden Pag. 1 van 11. Graafwerkzaamheden

... Think safety! Grondwerkzaamheden. VGM Algemeen. Milieu. Gezondheid. Veiligheid

WERKEN IN PUTTEN EN SLEUVEN

Grondwerk, putten en sleuven

33.53P Grond- en graafwerkzaamheden

33.53P Grond- en graafwerkzaamheden

Voorschrift vaststellen huisbaasgebieden / benoemen huisbazen: Verantwoordelijkheden en werkwijze (RASCI-chart)

Vereniging van Leidingeigenaren in Nederland. Algemene VELIN voorwaarden voor grondroer- en overige activiteiten

GRAAFWERKZAAMHEDEN VEILIG WERKEN IN DE NABIJHEID VAN PIJPLEIDINGEN

Voorwaarden werkzaamheden nabij warmtenet

De aanvraag is namens Witte Huis BV ingediend door Oosterhof Holman Infra BV te Grijpskerk.

GLT-PLUS INDEX NAAM & HANDTEKENING. OPGESTELD: HSEW Advisor W. Workum. GECONTROLEERD: Area Lead M. Scholten

De aanvraag is namens xxxx ingediend door Combinatie Hoogwatermaatregelen te Grijpskerk.

Kerntaak 1: Waterbouwkundig werk uitvoeren

Uitvoeren van werkzaamheden in grondkabeltracés van de Luchtverkeersleiding Nederland

RAW Gemeente Ridderkerk Bruggen Van Peltterrein te Ridderkerk BESTEK A/25/ Definitief

SCHADE VOORKOMEN AAN KABELS EN LEIDINGEN VERDIEPINGSSESSIE 2

WIJZIGINGSFORMULIER TECHNISCHE GOEDKEURING

Vereniging van Leidingeigenaren in Nederland

VEILIGHEID BIJ GRAVEN NABIJ KABELS EN LEIDINGEN

Zorgvuldig Grondroeren Een voorschot op de vernieuwde richtlijn

WERK IN UITVOERING OBL

Bijlage 1: Bomenverordening Gemeente waterland

Citeertitel: Landsbesluit elektrische leidingen en kabels ==================================================================== Artikel 1

De aanvraag is namens Waterbedrijf Groningen NV ingediend door HaskoningDHV Nederland BV te Amersfoort.

Kerntaak 1: Gww-werk uitvoeren

Adviesmemo archeologie zonnepark Grondbank Zuidplas

Haalbaarheidsstudie aanleg drainage Prinsessenwijk en Oranjepark

Regels van goede praktijk

Registratie van boringen.

AANPASSINGEN / TOEVOEGINGEN VOOR HANDBOEK HOGE DRUK 7 E DRUK, JULI 2008

slagvaardig Schaderegeling ingravingen

Graafwerkzaamheden nabij Gasunie-leidingen

Electrische Museumtramlijn Amsterdam

BESCHRIJVING PROCEDURE

Praktijkbeoordeling taak Voorman kabelinfra spoorse kabels

VEILIG WERKEN OP DAKEN 1961 blz.1

WERKINSTRUCTIE WERKEN IN NABIJHEID VAN SPECIALE ONDERGRONDSE NUTSLEIDINGEN

De aanvraag is namens Waterbedrijf Groningen NV ingediend door Royal HaskoningDHV BV te Groningen.

Bijlage 1: Bestemmingsplan begrippen, regels en toelichting

De aanvraag is namens de Provincie Drenthe ingediend door A. Hak Drillcon BV te Helmond.

Handreiking Ontgravingen in een archeologievriendelijk bouwplan

SCHADE VOORKOMEN AAN KABELS EN LEIDINGEN VERDIEPINGSSESSIE 1

2. Art. 2, 3 en 6 van de wet van , gewijzigd door de wet van

Wet informatie-uitwisseling ondergrondse netten

*Z018AEBA1DD* Ruimtelijk Profiel Metro. Werken in en om de lokale spoorweginfrastructuur. Afdeling CEB

PIPE BURSTING CODE VAN GOEDE PRAKTIJK

Plaatsingsvoorschriften Flatline tanks

Delftse Archeologische Notitie 129. Markt 85, Delft. Een archeologische begeleiding. Jorrit van Horssen

Werkmethode toeleveranciers tuinbouw

AANVRAAGFORMULIER Gemeentelijke archeologievergunning

Plaatsingsvoorschrift Civiel WTS KTZ/KD systeem betonput 2.50m1

1. Aanhef. 2. Beoordeling aanvraag. 3. Besluit WATERVERGUNNING OP BASIS VAN DE KEUR

Ondergrondse Infrastructuur. Wil Kovács Hoofd Leidingenbureau en Beheer Ondergrond Gemeente Rotterdam

Bureau Oudheidkundig Onderzoek Rotterdam

WERKEN IN DE NABIJHEID VAN FLUXYS- LEIDINGEN RICHTLIJNEN VOOR GRAAFMACHINISTEN EN GRONDWERKERS

SUMMARY BEKNOPTE SAMENVATTING INHOUDSOPGAVE PUTTEN EN SLEUVEN. Ausschachtungen und Graben Excavation and trenching work Fouilles et tranchées

VEILIGHEIDS- EN GEZONDHEIDSPLAN (ONTWERPFASE)

Uitvoeringsfiche Berlijnse wanden Type 1: beschotting aangebracht tijdens de uitgraving

ARC HAEO LOG I CAL SOLUTIONS

Drainage voorkomt grondwateroverlast. Ontwateren van uw perceel voorkomt grondwateroverlast in huis en tuin

Rode beuk. Paardekastanje

Nadere regels behorende tot artikel 2.10 B van de Algemene Plaatselijke Verordening

beleid remtestinrichtingen

Gemeente Hilvarenbeek Ingekomen:

Archeo-rapport 4 Archeologisch vooronderzoek aan de Oude Tramweg te Munsterbilzen

Ter plaatse van de instabiliteiten treedt op sommige plaatsen water uit het talud

Algemene VELIN-voorw aarden voor grondroer- en overige activiteiten

De projectlocatie ligt globaal op de coördinaten: X = en Y =

wijzigingsplan Dr Bouwdijkstraat

De aanvraag is namens Gasunie Grid Services B.V. ingediend door Antea Group Nederland te Heerenveen.

Algemene voorwaarden Opstalrechten

Algemene voorwaarden Opstalrechten

Gevelgeleiding. Onderwerp: Inleiding

Grondroerders Wat u moet weten

Plaatsingsvoorschriften

1. Aanvrager. 2. Projectgegevens. 3. Gegevens aannemer 1/5

INFORMATIEBOEKJE. Transformatorstations

BESCHRIJVING PROCEDURE

Samen verminderen we graafschade

Richtlijnen voor werken nabij pijpleidingen die gevaarlijke producten onder hoge druk vervoeren INFORMEER u, VOOR u GRAAFT!

Gemeente Borger-Odoorn, Regels voor graven en asbezorging 2012

Hoofdstuk 51 Groenvoorzieningen. Wijziging Technische Bepalingen. Gewijzigde bepalingen zijn grijs gemarkeerd. Niet gemarkeerde bepalingen zijn nieuw

Uitvoeringsfiche Berlijnse wanden Type 2: beschotting aangebracht voorafgaand aan de uitgraving

Werken in de nabijheid van Fluxysleidingen RICHTLIJNEN VOOR GRAAFMACHINISTEN EN GRONDWERKERS

Veilig gebruik van Hoogwerkers Leidraad bij het vaststellen van de bodemcondities

gezien het voorstel van de Voorbereidingscommissie d.d. 20 augustus 2013; vast te stellen de Algemene regels kwantiteit Keur waterschap Vechtstromen

Herinrichting De Vergulde Hand:

Yara Sluiskil KAM. Graafvergunning. 1. Doel. 2. Doelgroep/geldigheid

Samen verminderen we graafschade. Wat moet u weten?

Werken in de nabijheid van Fluxysleidingen RICHTLIJNEN VOOR GRAAFMACHINISTEN EN GRONDWERKERS

Werken in de nabijheid van Fluxysleidingen RICHTLIJNEN VOOR GRAAFMACHINISTEN EN GRONDWERKERS


Installatie handleiding. TreeParker installatie handleiding okt 2016 NL

dossier VETO Hfst. 2 grondwerken T 1 HOOFDSTUK 02 - GRONDWERKEN EN BIJZONDERE FUNDERINGEN

Handleiding plaatsen en verwijderen JMV Safety System WOOD

bepalingen van de Wet milieubeheer (artikel 10.23, eerste lid), de Gemeentewet en de Algemene wet bestuursrecht

DEEL B : GEBOUWEN/RUWBOUW HOOFDSTUK 4 : GRONDWERKEN pagina 1

Uw veiligheid. en de ongestoorde werking van de ondergrondse hoogspanningsverbinding

Transcriptie:

Pag. 1 van 7 deel Graaf- en Grondroerende 1. Inleiding Werkingssfeer Dit voorschrift heeft betrekking op de VGM-aspecten bij graaf- en grondroerende, zowel IBL (Inside Battery Limits) als OBL (Outside Battery Limits). Onder graaf- en grondroerende worden verstaan; alle ingravingen, uitgravingen, ontgravingen, afgravingen, grondverplaatsingen, etc. welke dieper dan 0,2 m onder het maaiveld plaatsvinden. Hieronder vallen derhalve ook grondboringen, grondzuigen, het slaan van aardelektroden. Hiërarchie van voorschriften Indien eigenaren van kabels, leidingen, riolen, sleuven en putten, voorschriften hanteren met aanvullende bepalingen op deze basisvoorschriften, prevaleren die aanvullende bepalingen uit het voorschrift van de betreffende eigenaar. Relaties met overige Chemelot regelgeving Dit voorschrift heeft relatie met Chemelot Site Regelgeving: Hoofdstuk 3 Bodem en Planologie Hoofdstuk 4 Infrastructuur Hoofdstuk 5 Veiligheid, Gezondheid, Milieu (VGM). Practises Voor doelmatig en efficiënt werken van diverse partijen op het Chemelot terrein zijn een aantal practises en instructies ontwikkeld. Zie Practises en Instructies op het extranet.chemelot.com onder Operational Board, Graaf- en Grondroerende Werken.

Pag. 2 van 7 2. Organisatorische aspecten 2.1 Bodemonderzoek Voordat met de graaf- en grondroerende wordt begonnen, moet onderzocht worden of de grond waarin gewerkt wordt, verontreinigd is, conform Site Regelgeving hoofdstuk 3. 2.2 Graafgebiedinformatie Voor de graaf en grondroerende activiteiten tot uitvoering komen, bent u verplicht Mapping&Registry Sitech Site Office RHDHV te contacteren en de graafgebiedinformatie aan te vragen en te beoordelen. (de graafgebiedinformatie geeft tracé-informatie over leidingen, kabels, riolen, sporen, etc. inclusief te informeren instanties en afdelingen) Na voltooien van de graaf- en grondroerende stuurt de aanvrager de graafgebiedinformatie retour naar de afdeling Mapping&Registry Sitech Site Office RHDHV. De bijbehorende tekening(en) met daarop geconstateerde afwijkingen van de werkelijke situatie, door middel van inmetingen verkregen, dienen binnen 4 maanden na oplevering mechanical complete terug gekoppeld te zijn bij Mapping&Registry Sitech Site Office RHDHV- ten behoeve van verwerking in SiteView. Dit geldt ook voor nieuwe objecten. Het SR Site View dient gevolgd te worden. 2.3 MOC OBL-Infra Nieuw te plaatsen of te wijzigen leidingen, kabels en andere installatiedelen zijn MOCplichtig. Deze worden vooraf gemeld aan Mapping & Registry RHDHV- Sitech Site Office ter behandeling in de Acceptatie Commissie OBL. Zie paragraaf 4.2 Site Regelgeving Basisdocument. 2.4 Ongewone voorvallen en onveilige situaties Bij alle ongewone voorvallen, waaronder ook begrepen aangetroffen of veroorzaakte beschadigingen aan in de grond liggende objecten, dienen de gestopt te worden en direct te worden gemeld aan de chef ontvangende afdeling. Bij alle ongewone voorvallen en onveilige situaties in verband met elektrische kabels en bij constatering van ondergrondse lekkages dient de leiding-, kabel- en riooleigenaar gewaarschuwd worden. Bij onregelmatigheden bij elektrische kabelverbindingen wordt tevens direct de Installatieverantwoordelijke-E van de huisbaas op de hoogte gebracht. Indien een sleuf/kuil vol water loopt als gevolg van hevige regenval of een hoge grondwaterstand, dienen de te worden gestopt i.v.m. elektrocutie gevaar en dient het water te worden weggepompt alvorens deze te hervatten. Als er, om welke reden dan ook, een grondverzakking heeft plaats gehad, dienen in overleg met de leiding-, kabel- en riooleigenaar maatregelen genomen te worden om de leidingen, kabels en riolen op te vangen en daarmee beschadiging hieraan te voorkomen. 2.5 Besloten ruimte of bijzondere ruimte Bij aan of in een put of sleuf moet worden bepaald of deze als een besloten ruimte of bijzondere ruimte moet worden opgevat. Indien de ruimte als besloten of bijzondere ruimte gekenmerkt wordt dan zie Site Regelgeving, hoofdstuk 5 Veiligheid, Gezondheid en Milieu, paragraaf Werkvergunningen.

Pag. 3 van 7 3. Graaf en grond techniek eisen 3.1 Grondsoort en maximale bodemdruk Alle terreinen op de locatie Chemelot worden beschouwd als geroerde grond. Ter bescherming van ondergrondse infrastructuur mag de maximaal optredende bodemdruk op de locatie nooit hoger mag zijn dan 200 kn/m2 (2 kg/cm2). 3.2 Maatregelen tegen inkalven van taluds Indien de diepte van een put of sleuf meer bedraagt dan 1 m, moeten er grond kerende constructies (stempelingen, bekistingen of damwanden) worden toegepast of moet er onder een veilig talud worden gegraven. Als minimum requirement dient voldaan te worden aan de in de tabel aangegeven verhouding van hoogte (a): horizontale afstand (b). Grondsoort Los of geroerd Diepte 0-1 onder maaiveld Zand of leem Diepte > 1 m onder maaiveld Klei Diepte > 1 m onder maaiveld Talud niet Totale diepte steiler dan (a : b) 0-1 m Geen talud nodig 0 4 m 1 : 1 0 1,5 m 1,5 4 m 1,5 : 1 1 : 1 b a indien ondergrondse infrastructuur het graven onder talud onmogelijk maakt, is trapsgewijze ontgraving toegestaan. Bij graaf- en grondroerende met een grotere diepte dan 4 m dient een klusspeficiek werkplan te worden ontworpen op basis van een berekening en specifieke risico beoordeling door deskundigen. 3.3 Grond kerende constructies De uitvoeringswijze van grond kerende constructies dient altijd voor elke klus te worden bepaald, rekening houdend met de bevindingen uit de risico inventarisatie en evaluatie. De contractor moet de deugdelijkheid van de grond kerende constructie aantonen en vastleggen richting opdrachtgever.

Pag. 4 van 7 4. Aanvullende veiligheidsnormen Chemelot 4.1 Proefsleuven Als de graafgebiedinformatie de aanwezigheid van ondergrondse infrastructuur laat vermoeden binnen een afstand van 5 m tot het werkpunt, dient de ligging van de ondergrondse infrastructuur te worden bevestigd middels proefsleuven. 4.2 Putten en sleuven Aansluitend aan de randen van een put of sleuf van meer dan 1 m diepte moet een veiligheidsstrook aanwezig zijn ter breedte van tenminste 0,5 m, vrijgehouden van grond en materialen, tenzij een gesloten wandvoorziening is toegepast die tenminste 0,15 m boven de begane grond uitsteekt. De uitgraving moet zijn voorzien van een voldoende aantal veilige toe- en uitgangen, bijvoorbeeld door middel van ladders. Een put of sleuf waarvan de breedte op maaiveldhoogte meer dan 0,8 m bedraagt, moet van een voldoend aantal deugdelijke overgangen zijn voorzien. Hierbij zijn lengte, plaats en diepte mede bepalend. Een en ander dient plaats te vinden in overleg met de chef ontvangende afdeling. Overgangen moeten voldoende sterk zijn en tenminste 0,6 m breed. Langs deze overgangen dient een deugdelijk(e) leuning of hekwerk te worden aangebracht van tenminste 1 m hoog, zodanig uitgevoerd, dat ook het gevaar van de in de put of sleuf vallende voorwerpen wordt voorkomen. Machines, apparatuur en objecten dienen een zodanige afstand tot de sleuf of put aan te houden en zodanig te zijn opgesteld, dat geen gevaar voor instorten of inkalven van het talud aanwezig is. 5. in nabijheid van kabeltracé s 5.1 Aanvullende eisen toezicht bij machinaal graven Bij machinaal graven binnen 5 meter van een kabeltracé is de inzet van geïnstrueerd toezichthouder verplicht. 5.2 nabij kabels. Kabeltracés mogen nooit worden ondergraven of ondertunneld. Kabels dienen altijd vanaf de bovenkant te worden vrijgegraven. Het uitvoeren van machinale graaf is alleen toegestaan als: de exacte ligging (inclusief diepteligging) van de kabels en aanwezige afscherming boven de kabels met behulp van handmatig gegraven proefsleuven bekend is en een afstand van tenminste 1 meter (A, zie figuur) naast de kabels bewaard wordt en een afstand van tenminste 0,3 meter (B, zie figuur) boven de kabels of, indien aanwezig, tenminste 0,1 meter (C, zie figuur) boven de kabelafdekking (band, tegels, pannen en dergelijke) bewaard wordt. De te respecteren afstand tot de kabel, bij machinaal graven, bedraagt 1 m. Als in de lengterichting van het kabeltracé over de volledige lengte naast de kabels handmatig of met grondzuigende technieken een sleuf gegraven wordt (en daarmee de exacte loop van het tracé bepaald is), mag de afstand van 1 meter (kernmerk A) terug gebracht worden tot

Pag. 5 van 7 0,3 m. Het uitvoeren van ondergrondse horizontale grondboringen zijn niet toegestaan, tenzij: de exacte ligging (inclusief diepteligging) van de kabels en aanwezige afscherming boven de kabels m.b.v. handmatig gegraven proefsleuven en/of grondzuigende techniek bekend is en een afstand van ten minste 0,3 m ten opzichte van kabels bewaard wordt. Maaiveld Afdekband 30 cm (B) 10 cm (C) 20 cm 100 cm (A) 100 cm (A) Kabel s Indien kabels niet langer in het kabelbed rusten, moeten deze afdoende (minimaal om de meter) te worden ondersteund of te worden opgehangen d.m.v. halve schaaldelen (in de lengterichting doorgesneden buizen). 6. in nabijheid van leidingtracés Op aanwijzing van de leidingeigenaar moeten handmatig proefsleuven worden gegraven dwars over de ligging van het leidingtracé. De toplaag mag maximaal tot 0,2 m diepte machinaal worden verwijderd. De hieronder gelegen lagen mogen uitsluitend na handmatig voorsteken, machinaal worden verwijderd. 7. in nabijheid van riolen Omdat de graafgebiedinformatie geen informatie geeft over de diepteligging en afschot van rioolleidingen, moet voorafgaand aan de graaf de uitvoerende instantie bij de beheerder of eigenaar van de riolen informatie inwinnen omtrent de diepte ligging van de riolen.

Pag. 6 van 7 8. in nabijheid van sporen Voor graaf- en grondroerende onder respectievelijk in de nabijheid van sporen zijn ontgravingsvoorwaarden gedefinieerd en gezoneerd zoals aangegeven in bovenstaand figuur (voor meerdere sporen zullen deze zones elkaar deels overlappen). Voor binnen het Profiel van Vrije Ruimte (PVR) +3.00 m is een werkvergunning verplicht met specifieke aandachtspunten voor het werken op en nabij sporen. 9. in nabijheid van hoogspanningsmasten en - lijnen Werkzaamheden in de gevarenzone van een hoogspanningslijn mogen slechts worden uitgevoerd nadat hiertoe schriftelijk toestemming is verkregen van de eigenaar van de hoogspanningslijn. Gemeten vanaf het hart van de hoogspanningslijn betreft de gevarenzone, aan beide zijde van de hoogspanningslijn, 50 m. Bij het gebruik van (hijs)werktuigen met een valafstand van groter dan 35 m, betreft de gevarenzone 1,5 maal de valafstand. 10. in en nabij groenvoorzieningen en bomen en in verharding en grindbedden Werkzaamheden dienen plaats te vinden in overleg met de Chef van Dienst, indien noodzakelijk met verwijzing naar de Assetbeheerder Common Infra (RHDHV).

Pag. 7 van 7 De op te leveren maaiveld hoogte na, moet identiek zijn aan de hoogte maaiveld bij aanvang. 11. Inzet zuigwagen ten behoeve van graaf- en grondroerende M.b.t. Druk/Vacuüm Reiniging is een Chemelot Best Practise document beschikbaar. Het gebruik van de zuigarm (b.v. een gelede arm c.q. hydraulisch voerende slangdrager) om de grond los te maken is verboden. Het gebruik van pneumatisch gereedschap voor het losmaken van de grond is verboden. Ditzelfde verbod geldt ook voor het diep in de grond brengen van de zuigmond ten einde de grond los te krijgen. Bij het gebruik van de spuitlans is het verboden om met de lans in de grond te stoten ten einde de grond los te krijgen. in verband met de schommelbewegingen en beknellingsgevaar van het voertuig tijdens gebruik, moet bij de inzet van een zuigwagen voldoende afstand (minimaal 0,5 m) te worden gehouden van constructies en installaties.