Openbare versie van het BESLUIT INZAKE LIJNTESTEN

Vergelijkbare documenten
OPTA/IBT/2002/ s-gravenhage, 30 oktober 2002

OPTA/IBT/2003/ A. Inleiding

BESLUIT inzake handhaving aanpassing referentieaanbod (H.09.03) OPTA/IBT/2003/202084

Besluit. Openbaar bedrijfsvertrouwelijke informatie is weergegeven als [vertrouwelijk] 1 Samenvatting. 2 Verloop van de procedure

OPTA/EGM/2003/ U RvB 03/022 pricing. 17 april 2003 E , tariefvoorstel "Tariefpakket Extra" -

Besluit Openbaar bedrijfsvertrouwelijke passages zijn aangemerkt als [bedrijfsvertrouwelijk]

1. INLEIDING HET WETTELIJK KADER... 5

OPTA/IBT/2001/ A 29 juni 2001 Bijlage(n): 2 OPENBARE VERSIE. Besluit van het college van de Onafhankelijke Post en Telecommunicatie Autoriteit

Beleidsregels inzake ontbundelde toegang tot het aansluitnetwerk OPTA/IBT/2002/201182

Besluit Openbaar bedrijfsvertrouwelijke passages zijn aangegeven als [bedrijfsvertrouwelijk]

De zienswijze is op de OPTA website onder thema interconnectie te vinden.

OPTA/EGM/2003/ U RvB 2003-U RvB

Besluit Openbaar bedrijfsvertrouwelijke passages zijn weergegeven als [bedrijfsvertrouwelijk].

Besluit Openbaar vertouwelijke passages zijn aangemerkt als [bedrijfsvertouwelijk]

Enerzijds, De besloten vennootschap Broadcast Newco Two B.V. gevestigd te Terneuzen, gemachtigde: mr A.J.H.W.M. Versteeg, advocaat te Amsterdam,

OPTA/EGM/2003/ u00004rvb. 6 maart 2003 Beoordeling Worldline korting BIBA, BUBA, VAMO Zaaknummer E

DISCUSSIEDOCUMENT TEN BEHOEVE VAN RONDE TAFEL BIJEENKOMST MCTN+

Besluit Openbaar. 1 Samenvatting. 2 Verloop van de procedure

Besluit Openbaar. 1 Samenvatting. Ons kenmerk: OPTA/JUZ/2004/ Zaaknummer: JB04073 Datum : 28 juli 2004

Besluit «Openbare versie» 1 Samenvatting. 2 Verloop van de procedure

RICHTSNOEREN AANWIJZING AANMERKELIJKE MACHT OP DE MARKT

Contactpersoon Ons kenmerk Uw kenmerk Doorkiesnummer. 13 mei 2008 Besluit inzake handhavingsverzoek verhoogde 1 acceptgirokosten KPN

2. In dit wijzigingsbesluit past ACM het tariefbesluit MDF Pair Bonding aan op deze twee punten.

op grond van artikel 6.10 van de Telecommunicatiewet en artikel 6.6 van de Telecommunicatiewet

OPTA/EGM/2000/ december Inleiding

OPENBARE VERSIE. BESLUIT inzake geschil BaByXL - KPN met betrekking tot periodieke elektriciteitstarieven. 14 mei 2002/OPTA/IBT/2002/200617

regionaal spoorvervoer december in de provincie Friesland en de provincie

Autoriteit Consument e. Markt

BESLUIT. I. Aanvraag en procedure

ing. B.Y. Hilberts OPTA/IBT/2002/ R/02/U/0170 (070)

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Behandeld door Telefoonnummer adres Kenmerk HHSc/ Aanwijzing publicatie sterftecijfers 9 mei 2014

Pagina 1/7. Besluit «Openbare versie» 1 Samenvatting. 2 Verloop van de procedure

Openbaar. Besluit. 1 Samenvatting. 2 Feiten en verloop van de procedure. 2.1 Aanvraag en toekenning informatienummer

Contactpersoon Ons kenmerk Uw kenmerk Doorkiesnummer

Openbaar. Besluit. 1 Samenvatting. 2 Feiten en verloop van de procedure. 2.1 Aanvraag en toekenning informatienummers

OORDEEL INZAKE DE LEVERING VAN NIEUWE AANSLUITLIJNEN

Besluit <<Openbaar >>

Openbaar. Besluit. 1. Samenvatting. 2. Feiten en verloop van de procedure. 2.1 Aanvraag en toekenning informatienummers

Openbaar. Besluit. 1. Samenvatting. 2. Feiten en verloop van de procedure

2.1 Voor het feitencomplex wordt verwezen naar het bestreden dwangsombesluit van 22 oktober 2009.

Besluit Openbaar. 1. Samenvatting. Ons kenmerk: OPTA/JUZ/2004/ Zaaknummer: JB04048 Datum: 29 april 2004

Contactpersoon Ons kenmerk Uw kenmerk Doorkiesnummer. mw. mr.dr. J.H. Verweij OPTA/IBT/2003/ Datum Onderwerp Bijlage(n)

Voorlopig oordeel inzake interconnectie

BESLUIT OPENBAAR. aanvraag voor een vergunning ingediend, als bedoeld in artikel 95d, eerste lid, van de Elektriciteitswet 1998 (hierna: aanvraag).

BESLUIT inzake geschil Versapoint - KPN

Autoriteit Consument & Markt

BESLUIT. Besluit van de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 76, tweede lid, van de Spoorwegwet.

Autoriteit Consument & Markt

BESLUIT OPENBAAR. 3. Op 8 juni 2015 heeft ACM de ontvangst van de aanvraag schriftelijk bevestigd aan Vrij Op Naam B.V..

Besluit Openbaar bedrijfsvertrouwelijke passages zijn weergegeven als [vertrouwelijk]

zijn aanvraag als volgt heeft beschreven: Consument belt met de helpdesk en klanten service.

Besluit «Openbaar» 1 Verloop van de procedure

Aanvulling betreffende de levering van «backhaul-huurlijnen» Goedgekeurd door de Minister op 02 oktober 2001.

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Betreft: Zaak NL/2008/0822: gespreksopbouw op het openbare telefoonnetwerk, geleverd op een vaste locatie

1 Juridisch kader BESLUIT ENERGIEKAMER

7 februari 2003 E tariefvoorstel SMS Vast -

EUROPESE COMMISSIE. Artikel 7, lid 3, van Richtlijn 2002/21/EG: Geen opmerkingen

Pagina. Besluit «openbaar» 1 Samenvatting. 2 Feiten en verloop van de procedure

Contactpersoon Ons kenmerk Uw kenmerk Doorkiesnummer. Reactie OPTA consultatiedocument nummeridentificatie

1. Niet in Besluit opgenomen tarieven

Pagina. Besluit «Openbaar» 1 Samenvatting. 2 Feiten en verloop van de procedure

XXXXXX OPTA/JUZ/2001/ XXXXXXXX (070) 315 XXXXXXXXX. Beslissing op bezwaar

EUROPESE COMMISSIE. Brussel, C(2017) 3463 final. Autoriteit Consument & Markt (ACM) Zurichtoren Muzenstraat WB Den Haag Nederland

I. Aanvraag en procedure

Pagina. Besluit Openbaar. 1 Samenvatting. 2 Procesverloop en feiten ACM/DTVP/2013/206389

Autoriteit Consument & Markt

Openbaar. Besluit. 1 Samenvatting. Ons kenmerk : ACM/UIT/ Zaaknummer : ACM/17/ Datum : 17 september 2018

BESLUIT. I. Juridisch kader

Pagina 1/6. Openbaar Besluit. 1 Samenvatting. 2 Verloop van de procedure en het bestreden besluit

Besluit Openbaar bedrijfsvertrouwelijke passages zijn aangemerkt als [bedrijfsvertrouwelijk]

Pagina 1/10 ONTWERPBESLUIT. Ontwerpbesluit. Ons kenmerk: ACM/DE/2015/ Zaaknummer:

Ons kenmerk [VERTROUWELIJK] Contactpersoon [VERTROUWELIJK]

Nederlandse Zorgautoriteit

Pagina 1/7. Netbeheer Nederland T.a.v. de heer L. Knegt Postbus LP S-GRAVENHAGE. Den Haag, 18 september 2013

Contactpersoon Ons kenmerk Uw kenmerk Doorkiesnummer. mr. C.A. Vesseur OPTA/JUZ/2003/ Datum Onderwerp Bijlage(n)

Hierbij ontvangt u de beslissing op het bezwaarschrift.

Besluit Openbaar. Ons kenmerk: OPTA/JUZ/2005/ Zaaknummer: JB Datum : 23 maart 2005

Pagina. Besluit Openbaar

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

BESLUIT. Besluit van de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit.

Gemeente Utrecht. Overeenkomst Beloningsmaatregel A2 Utrecht Bereikbaar kenmerk 17 SO 08

BESLUIT. I. Juridisch kader. Dienst uitvoering en toezicht Energie

Besluit Openbaar. Besluit boeteoplegging Wholesale Preselection nummerinformatiedienst Ons kenmerk: OPTA/JUZ/2004/ Datum: 16 juli 2004

BESLUIT. Juridisch kader

Pagina 1/9 BESLUIT. Ons kenmerk: ACM/DE/2016/ Zaaknummer:

Ministerie van Veiligheid en Justitie

1 Juridisch kader BESLUIT ENERGIEKAMER

2 De aanvraag van Belcentrale van 26 maart 2018

Openbaar besluit. OPTA/IPB/2006/ kenmerk: Zaaknummer: W Datum: 3 februari Ons

Autoriteit Consument & Markt

Uw kenmerk Ons kenmerk Contactpersoon Doorkiesnummer / mr. Margreet Verhoef +31 (0)

Pagina. Besluit BESLUIT. Ons kenmerk: ACM/DE/2016/ Zaaknummer:

Pagina. Aan marktpartijen. Den Haag, 12 augustus 2013

Pagina 1/9 BESLUIT. Ons kenmerk: ACM/DE/2016/ Zaaknummer:

Openbaar. Besluit. 1. Samenvatting. 2. Feiten en verloop van de procedure. 2.1 Aanvraag en toekenning informatienummers

I. Aanvraag en procedure

Besluit Openbaar. Ons kenmerk: OPTA/IPB/2007/ Zaaknummer: Datum

Pagina BESLUIT. Besluit. Ons kenmerk: ACM/DE/2016/ Zaaknummer:

Transcriptie:

Openbare versie van het BESLUIT INZAKE LIJNTESTEN BESLUIT VAN HET COLLEGE VAN DE ONAFHANKELIJKE POST EN TELECOMMUNICATIE AUTORITEIT OP BASIS VAN ARTIKEL 4 VAN DE VERORDENING 2887/2000 VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD VAN 18 DECEMBER 2000 INZAKE ONTBUNDELDE TOEGANG TOT HET AANSLUITNETWERK EN ARTIKEL 6.10 VAN DE TELECOMMUNICATIEWET OPTA/IBT/2002/204370 s-gravenhage, 13 december 2002 A. Inleiding 1. Onderhavig besluit van het college van de Onafhankelijke Post en Telecommunicatie Autoriteit (hierna: het college) betreft de verplichtingen die KPN Telecom B.V. (hierna: KPN) heeft ter zake van het technisch testen van geheel of gedeeltelijke ontbundelde toegang tot het aansluitnetwerk. B. Achtergrond 2. Op 29 juni 2001 heeft het college het KPN Telecom Referentieaanbod Toegang tot het Aansluitnet, versie 2.0, mei 2001, beoordeeld 1. Met deze beoordeling werd beoogd om, vooruitlopend op de bevoegdheid van het college om wijzigingen in het referentieaanbod voor de ontbundelde toegang tot het aansluitnetwerk en bijbehorende faciliteiten (hierna: RA ULL) op te leggen, KPN en andere aanbieders inzicht te geven in de wijze waarop het college het RA ULL zal beoordelen. Bij dit oordeel heeft het college aangekondigd het RA ULL van KPN na inwerkingtreding van artikel 6.10 van de Telecommunicatiewet (hierna: Tw) opnieuw te zullen beoordelen. 3. In het navolgende besluit wordt allereerst het wettelijk en regelgevend kader weergegeven. Daarna zal kort worden ingegaan op het oordeel van het college van 29 juni 2001 en het huidige aanbod van KPN aangaande het testen van de aansluitlijn. Daarop volgend zal het college zijn overwegingen ter zake verwoorden. Tot slot zal het college zijn besluit weergeven. C. Wettelijk en regelgevend kader 4. Op 2 januari 2001 is de Verordening 2887/2000 van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2000 inzake ontbundelde toegang tot het aansluitnetwerk 2 (hierna: Verordening) van kracht geworden. De verplichtingen, welke op basis van de Tw in Nederland reeds grotendeels met betrekking tot het bieden van ontbundelde toegang tot het aansluitnetwerk voor KPN geldig waren, worden door middel van de Verordening op Europees niveau geüniformeerd. In de Verordening 1 Oordeel van het college van de Onafhankelijke Post en Telecommunicatie Autoriteit inzake het referentieaanbod voor de ontbundelde toegang tot het aansluitnet en bijbehorende faciliteiten d.d. 29 juni 2001, OPTA/IBT/2001/201679 2 Verordening(EG) Nr, 2887/2000 van het Europese Parlement en de Raad van 18 december 2000 inzake ontbundelde toegang tot het aansluitnetwerk (Pb EG 2000 L 336/4).

wordt het bieden van ontbundelde toegang tot het aansluitnetwerk verplicht gesteld voor die netwerkexploitanten, welke zijn aangewezen als exploitanten met een aanmerkelijke macht op de markt van vaste openbare telefoonnetwerken. Bij wet van 14 september 2001 tot wijziging van de Telecommunicatiewet en de Wet Onafhankelijke post- en telecommunicatieautoriteit 3 ter uitvoering van deze Verordening is de Tw gewijzigd in die zin dat het nieuwe artikel 6.10 in de Tw is ingevoerd. Artikel 6.10 van de Tw bepaalt onder andere dat het college de nationaal regelgevende instantie is als bedoeld in artikel 4 van de Verordening. 5. Ingevolge artikel 2, onder a, van de Verordening wordt onder aangemelde exploitant verstaan: exploitanten van vaste openbare telefoonnetwerken die door de nationale regelgevende instantie zijn aangemeld als beschikkende over een aanmerkelijke marktmacht op de markt van de levering van vaste openbare telefoonnetwerken uit hoofde van bijlage I, deel 1, van Richtlijn 97/33/EG of van Richtlijn 98/10/EG. KPN is aangewezen als aanbieder met aanmerkelijke marktmacht 4 als bedoeld in artikel 6.4 van de Tw en is derhalve aan te merken als de aangemelde exploitant zoals bedoeld in de Verordening. 6. Op grond van artikel 3, eerste lid, van de Verordening dient de aangemelde exploitant per 31 december 2000 een referentieaanbod voor ontbundelde toegang tot haar aansluitnetwerk en bijbehorende faciliteiten te publiceren dat ten minste de in de bijlage bij de Verordening genoemde punten bevat, en dit regelmatig bij te werken. Het aanbod dient in voldoende mate ontbundeld te zijn, zodat de ontvanger niet hoeft te betalen voor onderdelen of faciliteiten van het netwerk die niet nodig zijn om zijn diensten te verlenen, en bevat een beschrijving van de verschillende onderdelen en de respectieve voorwaarden en tarieven. 7. Op grond van artikel 3, tweede lid, van de Verordening dienen de aangemelde exploitanten per 31 december 2000 elk redelijk verzoek van een ontvanger om ontbundelde toegang tot hun aansluitnetwerk en bijbehorende faciliteiten onder transparante, billijke en niet-discriminerende voorwaarden in te willigen. Een verzoek om ontbundelde toegang kan alleen worden afgewezen op grond van objectieve criteria die betrekking hebben op de technische haalbaarheid of de noodzaak om de integriteit van het netwerk te handhaven. De aangewezen aanbieder dient voorts faciliteiten te leveren die gelijkwaardig zijn aan die, welke zij aan haar eigen diensten of haar geassocieerde ondernemingen levert, en dit volgens dezelfde voorwaarden binnen dezelfde termijnen. 8. Artikel 3, derde lid, van de Verordening bepaalt dat de aangemelde exploitant de ontbundelde toegang tot het aansluitnetwerk en bijbehorende faciliteiten op basis van kostenoriëntatie dient aan te rekenen. Ingevolge het nieuwe artikel 6.10, derde lid, van de Tw dient de aangemelde exploitant ter zake een systeem voor de toerekening van de kosten van ontbundelde toegang tot 3 Staatsblad 2001, nr. 431. 4 AMM-aanwijzing vaste openbare telefonie (artikel 6.4 Tw), OPTA/EGM/2000/202722, 15 november 2000, welke is gecontinueerd in Continuering AMM-aanwijzing vaste openbare telefonie, OPTA/EGM/2001/203016, 10 december 2001

het aansluitnetwerk en bijbehorende faciliteiten op te stellen. Dit systeem behoeft de goedkeuring van het college. 9. In artikel 4, tweede lid, van de Verordening is onder meer bepaald dat de nationaal regelgevende instantie in gerechtvaardigde gevallen wijzigingen van het referentieaanbod voor de ontbundelde toegang tot het aansluitnetwerk en bijbehorende faciliteiten kan opleggen. Het college kan, indien gerechtvaardigd, op basis van artikel 4, derde lid, Verordening op eigen initiatief optreden om non-discriminatie, eerlijke concurrentie, economische doeltreffendheid en een maximaal nut voor de gebruikers te waarborgen. D. Oordeel van het college van 29 juni 2001 10. In zijn oordeel van 29 juni 2001 heeft het college KPN onder dictumpunt 22 het volgende opgedragen: KPN dient een transparant, non-discriminatoir en kostengeoriënteerd aanbod op te nemen in het RA ULL voor het uitvoeren van lijntesten. KPN dient daarbij aan te geven tegen welke condities, voorwaarden en tarieven een lijntest kan worden uitgevoerd, welke parameters daarbij gemeten (kunnen) worden, op welke termijn na indiening van het verzoek om een lijntest deze wordt uitgevoerd, wanneer en op welke wijze de resultaten aan de aanbieder kenbaar worden gemaakt en wat de gevolgen zijn bij niet-nakoming van afspraken. E. Referentie Aanbod KPN, juni 2002 11. Eén van de elementen in het RA ULL van KPN, gedateerd 13 juni 2002, betreft het tarief voor de uitvoering van het MIP 7 informatieproduct 5. Het tarief bedraagt 22,69. KPN heeft hierin aangegeven dat dit product gebruik maakt van een Vier-tel meting. 12. In de 'Offer for MDF access services tariff schedule' 6 van 12 juni 2002 is een bedrag van 22,69 opgenomen voor een 'Access line test' in de door KPN beschreven PTL, ITL, ATL, HTL, en STL (allen tezamen hierna: xtl) en ASL diensten (alle deze testen hierna: 'access line tests'). Deze testen maken eveneens gebruik van de Vier-tel meting 7. 13. In bovengenoemde tariff schedule is een dienst 'Incorrect fault test report' opgenomen. Dit tarief wordt aan een aanbieder in rekening gebracht indien de aanbieder bij een foutmelding een verkeerd testrapport heeft ingeleverd. Dit tarief bedraagt 49,92. KPN heeft tijdens een presentatie 8 aangegeven dat dit tarief in het eerstvolgende referentieaanbod zal vervallen. 5 Kwaliteit/Lengte meting per toegangslijn [KPN-MIP7], 13 juni 2002 6 MDF 2001_3.2 van 12 juni 2002 7 Aangegeven tijdens een presentatie op 7 oktober ten kantore van OPTA 8 Zie voetnoot 7

F. Overwegingen College is bevoegd een besluit te nemen inzake lijntesten 14. Op grond van artikel 4, tweede lid, van de Verordening jo. artikel 6.10, tweede lid, van de Tw is het college bevoegd om in gerechtvaardigde gevallen wijzigingen van het referentieaanbod voor de ontbundelde toegang tot het aansluitnetwerk en bijbehorende faciliteiten op te leggen, met inbegrip van tariefwijzingen. Derhalve is het college bevoegd om wijzigingen in het RA ULL van KPN van 13 juni 2002 en het "Offer for MDF access services tariff schedule" van 12 juni 2002 op te leggen. 15. Lijntesten kunnen verschillende doelen dienen, te weten 1.) het verschaffen van informatie en karakteristieken van de betreffende aansluitlijn, 2.) het onderzoeken of de oplevering van een aansluitlijn correct verlopen is en 3.) het gebruik voor het lokaliseren van een storing. Het college zal het besluit over de lijntesten in de voornoemde drie categorieën uitsplitsen. Ad 1: Informatie over de aansluitlijn: MIP 7 en 'access line tests' 16. Indien een aanbieder gebruik wil maken van een aansluitlijn van het aansluitnetwerk is het voor de aanbieder van belang inzicht te hebben in de technische eigenschappen van de betreffende lijn. De kennis over de lengte van de aansluitlijn is bijvoorbeeld van belang voor het aanbieden van diensten die gebruik maken van het buiten de spraakband liggende deel van het frequentiespectrum, zoals xdsl. Een aanbieder kan slechts zekerheid hebben of een dienst aan een gebruiker aangeboden kan worden indien hij op de hoogte is van deze technische eigenschappen. Daartoe is in de bijlage, onderdeel A, onder 3, van de Verordening vastgesteld dat in het door de exploitant te publiceren referentieaanbod "technische voorwaarden die verband houden met toegang tot het gebruik van aansluitnetwerken, met inbegrip van de technische kenmerken van de getwiste metaaldraden van het aansluitnet" dient te worden opgenomen. 17. Het college is van mening dat KPN hieraan gedeeltelijk invulling heeft gegeven door het opnemen van het informatieproduct MIP 7 in het RA ULL. Dit informatieproduct geeft aan, door middel van een zogenaamde Vier-tel meting, wat de technische kenmerken van de metaaldraden zijn, zoals de lengte tot het netwerkaansluitpunt en de capaciteit en de elektrische isolatie tussen de metaaldraden. Het resultaat van deze test is een elektronisch meetrapport dat toegezonden wordt aan de aanvrager. De doorlooptijd van deze test bedraagt maximaal 24 uur. 18. Het tarief van het MIP 7 product dient, zoals beschreven in artikel 3, eerste lid, van de Verordening, onderdeel te zijn van het referentieaanbod. KPN heeft een tarief vastgesteld van 22,69. Dit tarief dient, krachtens artikel 3, derde lid, van de Verordening gebaseerd te zijn op kosten. KPN is tot op heden terughoudend gebleken in het verstrekken van een onderbouwing van

de opbouw van dit tarief 9 en voldoet hiermee naar oordeel van het college niet aan de Verordening. Het college is daarom van oordeel dat KPN een onderbouwing van het tarief dient te verstrekken. Deze onderbouwing dient te geschieden conform de EDC beginselen. 19. Het college constateert dat het huidige tarief van het MIP 7 informatieproduct niet kostengeoriënteerd is. Het MIP 7 informatieproduct maakt gebruik van een Vier-tel meting. De Vier-tel meting is een meetsysteem, verbonden aan de telefoonswitches van KPN, dat door KPN gebruikt kan worden om storingen op telefoonlijnen te lokaliseren. Indien een telefonieeindgebruiker van KPN een storing meldt bij de storingsdienst van KPN, kan de telefonist direct geautomatiseerd deze lijntest uitvoeren. Tevens is het bekend dat KPN periodiek met dit meetsysteem de aansluitlijnen doormeet om de kwaliteit van de telefoniedienst te garanderen 10. 20. Het college trekt hieruit twee conclusies. Enerzijds maakt KPN zelf veelvuldig gebruik van het Viertel meetsysteem. Indien het huidige tarief van het MIP 7 product, en de daarbij behorende Vier-tel meting, kostengeoriënteerd zou zijn, zou het grootste gedeelte van het telefonietarief gebruikt worden om het Vier-tel systeem in stand te houden. Uit de ONP rapportages blijkt dat dit niet het geval is en het college concludeert derhalve dat het huidige tarief van het MIP 7 product niet op kosten is gebaseerd. Anderzijds is het Vier-tel systeem onderdeel van de reguliere bedrijfsvoering van KPN betreffende spraaktelefonie. KPN is gerechtigd de kosten van het Vier-tel systeem in haar kostentoerekening-systematiek mee te berekenen, zoals ze in haar ONP rapportages aangeeft. Aangezien het Vier-tel systeem voor de telefoniedienst is aangeschaft, is het college ervan overtuigd dat KPN de kosten van het Vier-tel systeem in de opbouw van het tarief van de telefoniedienst verweven heeft. In feite zijn de kosten van het Vier-tel systeem dan al volledig gedekt. De marginale kosten voor het MIP 7 informatieproduct bestaan dan slechts uit de behandeling en terugkoppeling van de aanvraag, die elektronisch geschiedt. Bij de storingsdienst van KPN kan de telefonist binnen XXXX de Vier-tel test uitvoeren en het resultaat oplezen. 21. Zoals eerder genoemd, is door gebrek aan informatie van KPN het voor het college niet mogelijk het door KPN opgegeven tarief van het MIP 7 informatieproduct te beoordelen. Het college constateert dat het tarief dat door KPN is opgegeven, te hoog is. Het college gaat daarom over tot het vaststellen en opleggen van het tarief. 22. Het college onderbouwt het tarief als volgt. Het tarief van het MIP 7 informatieproduct kan in twee componenten opgedeeld worden. Het eerste component bevat de arbeidskosten. Zoals eerder is opgemerkt kan een gekwalificeerd persoon een MIP 7 test in ongeveer XXXX uitvoeren. Tevens dient de aanvraag administratief verwerkt te worden. Het college is van mening dat deze werkzaamheden in geen geval meer dan XXXX in beslag kan nemen. De kosten voor dit component, uitgaande van 9 Het college heeft KPN om de betreffende onderbouwing verzocht op 26 augustus 2002 (OPTA/IBT/2002/202481), 20 september 2002 (OPTA/IBT/2002/202760) en 30 oktober 2002 (OPTA/IBT/2002/203466). KPN geeft in haar reacties (met respectievelijke referenties R/02/4/0153 en R/02/U/0204) aan dat zij van mening is dat het college de noodzaak van een dergelijke onderbouwing niet aangetoond heeft. 10 Bijvoorbeeld rapport 'Onderzoeksrapport betreffende geschillen over de hoogte van telefoonnota's', 3 maart 1993, N.V. KEMA

een uurtarief van XX 11, zijn dan 3,75. Het tweede component bevat de kosten van het Vier-tel meetsysteem. Zoals eerder is aangegeven is het college van mening dat de marginale kosten voor het gebruik van het Vier-tel meetsysteem minimaal zijn en dat bovendien deze kosten reeds zijn gedekt door de tarieven van de telefoniedienst. 23. Het college stelt daarom het tarief van het MIP 7 informatieproduct vast op 3,75. 24. De 'access line tests', zoals genoemd in randnummer 12, dienen voor hetzelfde doel als het MIP 7 informatieproduct, namelijk inzicht verkrijgen in de eigenschappen van de betreffende aansluitlijn. Deze test kan immers alleen worden uitgevoerd voordat de lijn van de telefoonswitch over wordt gezet naar de door KPN beschreven xtl dienst. Hierna is deze test niet meer beschikbaar. Aangezien de 'access line test' in doel en technische uitvoering (namelijk de vier-tel meting) gelijk is aan het MIP 7 informatieproduct, geldt voor de 'access line test' eveneens dezelfde bevoegdheden van het college, zoals beschreven in randnummer 14, en het tarief, zoals beschreven in randnummer 23, als voor het MIP 7 informatie product. Ad 2. Lijntesten bij levering 25. De ontbundelde toegang tot het aansluitnetwerk is een door KPN gedefinieerde dienst die aan een aanbieder geleverd wordt. KPN is in principe eindverantwoordelijk om de ontbundelde toegang in goede orde op te leveren. Het is immers KPN die de werkzaamheden hiervoor uitvoert. 26. Het tarief voor de levering van ASL, xtl en NLS ontbundelde lijnen is reeds beoordeeld in de EDC kostentoerekeningssystematiek en de hieruit voortvloeiende tarieven van 27 juni 2002. Uit de onderliggende documenten (ondermeer de EDC V herberekening van 24 juni 2002, alsmede de diverse in het kader van de EDC beoordeling aangeleverde annexen) blijkt dat in de tarieven voor de oplevering voor alle typen lijnen, een kostencomponent voor testwerkzaamheden is opgenomen, ter grootte van [ 25,58]. 27. KPN heeft in haar presentatie van 7 oktober 2002 aangegeven dat zij niet altijd gebruik maakt van lijntesten bij levering van ASL en NLS. In een schriftelijke reactie 12 van 11 november 2002 geeft zij echter aan dat zij wel altijd de betreffende lijntest uitvoert. KPN vermeldt hierbij dat ze verschillende methodieken tot haar beschikking heeft om de betreffende testen uit te voeren, te weten de kiestoontest bij levering van een ASL lijn en een test met een pieper bij levering van een NLS lijn. KPN geeft tevens aan dat ze het niet zinvol acht om een meetrapport van deze testen op te leveren aangezien ze een eventuele geconstateerde fout direct herstelt, alvorens er sprake is van definitieve oplevering van de lijn aan de aanvrager. 11 Zie EDC rapportages 12 met referentienummer R/02/U/0204

28. Door de tegenstrijdige informatie die het college van KPN heeft ontvangen, gecombineerd met het feit dat het college eerder van marktpartijen heeft vernomen 13 dat een groot aantal leveringen technisch niet correct zijn uitgevoerd, twijfelt het college aan de stelling van KPN dat in alle gevallen een test uitgevoerd wordt. Het is voor het college in de huidige situatie ook niet mogelijk te controleren of een test daadwerkelijk in alle gevallen wordt uitgevoerd. Het beste bewijs dat de test daadwerkelijk is uitgevoerd is het opleveren van een meetrapport. KPN geeft hierover aan dat een meetrapport onnodig kostenverhogend werkt. 29. Hoewel het college onderkent dat met de eerdergenoemde testen niet alle technische fouten ondervangen kunnen worden, acht het college het in het licht van de gewenste hoge opleverkwaliteit van ontbundelde lijnen gewenst dat er in alle gevallen een lijntest wordt uitgevoerd, conform de voor die specifieke levering meest toereikende methodiek. Daar waar nodig dient dit expliciet in de werkprocedures van KPN opgenomen te worden, waarbij ook het resultaat van de uitgevoerde lijntest vastgelegd dient te worden, zodat de handeling in voorkomende gevallen aangetoond, dan wel gecontroleerd kan worden, bijvoorbeeld in het kader van de Service Niveau Overeenkomsten tussen KPN en marktpartijen. 30. Het college is van mening dat het aan KPN is om aan te tonen dat zij een lijn correct heeft opgeleverd. De ontbundelde toegang tot het aansluitnetwerk wordt immers door KPN geleverd. Het is dus niet de taak van de aanbieder om aan te tonen, met bijvoorbeeld een meetrapport, dat KPN een fout bij het leveren heeft gemaakt. KPN dient alle klachten omtrent foutieve levering te onderzoeken. KPN kan in dit geval geen meetrapport, betreffende de aansluitlijn, verlangen alvorens een onderzoek naar de foutieve oplevering te starten. Dit is in tegenstelling tot het referentie aanbod 14, waarin gesteld is dat een aanbieder zelfs al bij oplevering een fysieke lijntest dient uit te voeren. 31. Het college is van oordeel dat in de gevallen waarin KPN geen test of meting uitvoert, de kosten voor de testen uit het tarief voor de levering van de lijn geschrapt dienen te worden. Daarnaast is het college van mening dat KPN dient aan te tonen dat in alle gevallen in de reeds in rekening gebrachte tarieven voor de oplevering voor alle typen lijnen, terecht een kostencomponent voor testwerkzaamheden is opgenomen en dat er ook daadwerkelijk lijntesten zijn uitgevoerd, waarbij een onderscheid gemaakt dient te worden tussen de verschillende type meetmethodieken. Indien KPN niet onomstotelijk kan aantonen dat terecht een kostencomponent voor testwerkzaamheden is opgenomen, is het college van mening dat het tarief met terugwerkende kracht dienovereenkomstig verlaagd dient te worden. 13 Bijvoorbeeld brief BabyXL aan KPN CS, 9 juli 2002 14 Operations and maintenance manual, hoofdstuk 5.4.2

Ad 3. Lijntesten bij service en instandhouding 32. Het college definieert een storing van een ontbundelde aansluitlijn als een ontbundelde aansluitlijn die niet functioneert en die voorheen wel gefunctioneerd heeft. Indien de ontbundelde aansluitlijn nog niet gefunctioneerd heeft en ook niet functioneert, dan is dit onderdeel van het leveringsproces. 33. Een klant, van bijvoorbeeld een breedbanddienst, kan bij een storing de aanbieder van de dienst op de hoogte stellen. Het college is van mening dat in eerste instantie op deze aanbieder de plicht rust om in alle redelijkheid aan te tonen dat de oorzaak van de storing zich niet in zijn dienst bevindt, voordat een storing bij KPN wordt aangemeld. De aanbieder dient over meetapparatuur en testmethoden te beschikken die deze analyse mogelijk maken, maar dit gaat echter niet zo ver dat een aanbieder gehouden is ook de fysieke aansluitlijn door te meten. 34. Wanneer een storing aan KPN wordt gemeld is het de taak van KPN om, met bijvoorbeeld een lijntest, de fout op de betreffende aansluitlijn te lokaliseren of uit te sluiten. De ontbundelde toegang tot het aansluitnetwerk valt tenslotte onder de verantwoordelijkheid van KPN waarvoor ze een maandelijkse vergoeding ontvangt. 35. Wanneer geconstateerd wordt dat na aanmelding bij KPN storingen toch regelmatig in het domein van de aanbieder zelf liggen, dan worden testen of storingsanalyse door de aanbieder blijkbaar niet consequent of goed uitgevoerd. Dit wordt echter vanzelf zichtbaar in de rapportages op basis van de tot stand te komen Service Niveau Overeenkomst van Service en Instandhouding, waarbij consequenties in dat kader besproken zullen worden. Dit betekent tevens dat het incorrect fault test report en de hieraan verbonden tariefstelling uit het RA ULL dient te vervallen, zoals reeds door KPN is aangekondigd.

G. Samenvatting 36. Het college is krachtens artikel 4, tweede lid, onder a, van de Verordening bevoegd wijzigingen van de voorwaarden en de tarieven betreffende lijntesten in relatie tot de ontbundelde toegang tot het aansluitnetwerk op te leggen. 37. Op grond van bovengenoemde overwegingen is het college van oordeel dat het huidige RA ULL van KPN niet voldoet aan de daartoe bij de Verordening en het oordeel van 29 juni 2001 gestelde eisen, omdat: a) KPN het MIP 7 informatieproduct en de 'access line tests' niet heeft voorzien van een kostengeoriënteerd tarief; b) de uitvoering van een lijntest door KPN bij oplevering van de lijnen niet expliciet in het RA ULL, dan wel de werkprocedures is opgenomen, terwijl er wel in alle gevallen een tarief wordt gerekend; c) dat de verantwoordelijkheid voor uitvoering van de lijntest bij levering bij de afnemer van de lijn gelegd wordt; d) de uitvoering van een lijntest bij storingsmelding niet expliciet, dan wel op juiste wijze, is opgenomen in de afspraken met aanbieders. H. Dictum 38. Het college legt KPN hierbij krachtens artikel 4, onderdeel 2, onder b, van de Verordening op een kostengeoriënteerd tarief voor het MIP 7 informatieproduct te berekenen, conform een door het college goed te keuren kostentoerekeningssystematiek. KPN dient dit tarief plus onderbouwing binnen vier weken na dagtekening van dit besluit aan het college te doen toekomen. 39. Het gestelde onder randnummer 38 geldt eveneens voor het tarief van de 'access line tests'. 40. KPN dient binnen vier weken na dagtekening van dit besluit onomstotelijk aan te tonen dat zij bij oplevering van een ASL, xtl en NLS lijn, lijntesten uitvoert en welke meetmethodieken zij daarbij gebruikt. In het geval KPN dit niet kan aantonen zal de kostencomponent voor testen door het college uit het tarief van levering geschrapt worden. 41. KPN dient binnen vier weken na dagtekening van dit besluit de voorwaarden in haar referentieaanbod met betrekking tot de toegang tot het aansluitnet zodanig aan te passen dat: a) het tarief van het MIP 7 informatieproduct in de "Dienstbeschrijving MDF Info Products" het door het college vastgestelde tarief van 3,75 bedraagt; b) het tarief van de 'access line test' in de "Offer for MDF Access Services, Tariff Schedule" van de door KPN opgegeven xtl en ASL diensten het door het college vastgestelde tarief van 3,75 bedraagt; c) bij oplevering van een ASL, xtl en NLS lijn, lijntesten worden uitgevoerd en ze dient dit desgewenst in alle gevallen aan te kunnen tonen;

d) problemen met de ontbundelde aansluitlijnen die na levering nog niet gefunctioneerd hebben onderdeel zijn van het leveringsproces en dat de foutieve levering door de aanbieder zonder uitvoering van een lijntest aangemeld kan worden; e) storingsopheffing zal plaatsvinden zonder de voorwaarde te stellen dat een aanbieder deze dient te melden met een meetrapport van een lijntest, maar nadat de aanbieder op enigerlei wijze kan aantonen dat de storing zich niet in zijn domein bevindt. 42. De voorwaarden die genoemd zijn onder randnummer 41 worden met ingang van dagtekening van dit besluit van kracht., zulks met inachtneming van al hetgeen het college in het onderhavige besluit heeft overwogen. Hoogachtend, HET COLLEGE VAN DE ONAFHANKELIJKE POST EN TELECOMMUNICATIE AUTORITEIT, namens het college, dr. J. Huigen hoofd van de afdeling Interconnectie en Bijzondere toegang. Belanghebbenden die zich met dit besluit niet kunnen verenigen, kunnen binnen zes weken, aanvangende met ingang van de dag na die waarop dit besluit is bekendgemaakt, daartegen een bezwaarschrift indienen bij de Onafhankelijke Post en Telecommunicatie Autoriteit. Het bezwaarschrift moet worden gericht aan: Het college van de Onafhankelijke Post en Telecommunicatie Autoriteit Postbus 90240 2509 LK Den Haag onder vermelding van Bezwaarschrift. Het bezwaarschrift dient te zijn ondertekend en dient in ieder geval de naam en het adres van de indiener, de dagtekening, een omschrijving van het besluit waartegen het bezwaar is gericht, alsmede de gronden van het bezwaar te bevatten. Zo mogelijk dient een afschrift van het besluit en de overige op het bezwaar betrekking hebbende stukken te worden meegezonden.