De Pensioenwet. Zwitserleven zet de belangrijkste onderdelen voor u op een rij. 200.01.042 Broch Pensioenwet_195x195.indd.PDF - pag.1 LET OP!!! Lage resolutie!
Inhoudsopgave. De overeenkomst 03 Algemene onderwerpen 05 Directeur-grootaandeelhouder 09 Definities 11 De inhoud van deze brochure is opgesteld door FiZie (Fiscaal juridische zaken en beleid Zwitserleven) en is bijgewerkt tot 25 oktober 2006. Voor meer informatie over de Pensioenwet kunt u terecht op www.zwitserleven.biz. Uiteraard is het mogelijk contact op te nemen met FiZie, telefoonnummer (020) 347 88 47. FiZie is elke werkdag bereikbaar van 10.00 uur - 11.00 uur en van 14.00 uur - 15.00 uur. 200.01.042 Broch Pensioenwet_195x195.indd.PDF - pag.2 LET OP!!! Lage resolutie!
De overeenkomst. De pensioendriehoek. De driehoeksverhouding tussen werkgever, werknemer en pensioenuitvoerder is het uitgangspunt van de Pensioenwet (PW). De afzonderlijke rechtsrelaties tussen de drie partijen krijgen vorm door de volgende overeenkomsten c.q documenten: van personen aan wie de werkgever een aanbod voor een pensioenovereenkomst heeft gedaan. Aanvaarding. Na aanvaarding door de werknemer is er een pensioenovereenkomst tot stand gekomen. 1 Pensioenovereenkomst Werkgever Werknemer 2 Uitvoeringsovereenkomst 3 Startbrief 4 Pensioenreglement Verzekeraar 1 Pensioenovereenkomst. Aanbod. Bij indiensttreding informeert de werkgever de werknemer schriftelijk binnen 1 maand of hij hem een pensioenaanbod doet. In de PW wordt dit een pensioenovereenkomst genoemd. Niet informeren heeft tot gevolg dat de werk nemer mag aannemen dat hij behoort tot de groep Verplichte onderdelen van de pensioenovereenkomst: - soort overeenkomst: uitkeringsovereenkomst, kapitaalovereenkomst of premieovereenkomst; - eventueel betalingsvoorbehoud; - eventuele toeslagen met de voorwaarden en het ambitieniveau hiervan. Vaak bestaat er geen onderhandelingsruimte voor werk nemers. Toch heeft de overheid gemeend dat het begrip pensioenovereenkomst beter aansluit dan het oude begrip pensioentoezegging. 2 Uitvoeringsovereenkomst. De werkgever brengt de pensioenovereenkomst onder bij een pensioenuitvoerder. Hierdoor ontstaat een rechtsverhouding tussen de pensioenuitvoerder en de werkgever. Dit wordt vastgelegd in de uitvoeringsovereenkomst (voorheen pensioencontract). 3 200.01.042 Broch Pensioenwet_195x195.indd.PDF - pag.3 LET OP!!! Lage resolutie!
Verplichte onderdelen van de uitvoeringsovereenkomst: - de wijze waarop de verschuldigde premie wordt vastgesteld; - de wijze waarop en termijnen waarin de verschuldigde premie moet worden voldaan; - de informatie die door de werkgever aan de pensioenuitvoerder wordt verstrekt; - de procedures die gelden bij het niet nakomen van premiebetalingsverplichtingen door de werkgever; - de procedures die gelden bij het opstellen en wijzigen van het pensioenreglement in verband met het sluiten en wijzigen van een pensioenovereenkomst; - de voorwaarden waaronder toeslagverlening plaatsvindt. Bepalingen die moeten worden opgenomen voor zover overeengekomen: - het betalingsvoorbehoud door de werkgever; - de mogelijkheid tot vrijwillige voortzetting van de pensioenregeling na beëindiging van het dienstverband. Als een werknemer na zijn deelname winst uit onderneming gaat genieten heeft hij het wettelijke recht zijn pensioenregeling gedurende 10 jaar voort te zetten. 3 Startbrief. Binnen 3 maanden na het verwerven van pensioen verstrekt de pensioenuitvoerder een startbrief aan de werknemer. Dit is een schriftelijk document dat in heldere en begrijpelijke bewoordingen informeert over rechten, verplichtingen en de risico s voor de werknemer. De werkgever moet ervoor zorgen dat de werknemer de informatie krijgt en delegeert deze informatieverstrekking aan de pensioenuitvoerder. 4 Pensioenreglement. De pensioenuitvoerder is verplicht een pensioenreglement vast te stellen in overeenstemming met de pensioenovereenkomst en de uitvoeringsovereenkomst. Hierin worden de rechten en plichten tot in detail geregeld. De werknemer heeft het recht om rechtstreeks bij de pensioenuitvoerder het voor hem geldende pensioenreglement kosteloos op te vragen. 4 200.01.042 Broch Pensioenwet_195x195.indd.PDF - pag.4 LET OP!!! Lage resolutie!
Algemene onderwerpen. Territoriale werking PW - Pensioenovereenkomst. Als een werknemer in Nederland werkt, geniet hij altijd beschermende werking van de PW. Een werknemer die tijdelijk (korter dan 5 jaar) in het buitenland werkt of naar het buitenland gedetacheerd wordt, valt ook onder de PW. Een buitenlander die tijdelijk in Nederland werkt of gedetacheerd wordt valt in beginsel niet onder de PW. Toetreden tot de regeling. Toetredingsleeftijd: mag maximaal gesteld worden op 21 jaar. Wachttijd: een deelnemer bouwt dan gedurende een bepaalde periode in het begin van het arbeidscontract geen pensioen op. Drempelperiode: een deelnemer bouwt pensioen op dat pas definitief wordt toegekend na een bepaalde periode. De maximale wachttijd of drempelperiode voor ouderdomspen sioen mag nog maar 2 maanden bedragen. Een wachttijd of drempelperiode voor arbeidsongeschiktheids- en nabestaandenpensioendekkingen is niet meer toegestaan. Let op de gelijke behandeling tussen werknemers met een tijdelijk contract en werknemers met een contract voor onbepaalde tijd. Het hanteren van wachttijd en drempelperiode zal naar verhouding vaker werknemers met een tijdelijke arbeidsovereenkomst treffen. Zorgplicht pensioenuitvoerder bij premieovereenkomsten met beleggingsvrijheid. In het gewijzigde wetsvoorstel zijn er de volgende mogelijkheden: de pensioenuitvoerder neemt alle beleggingsbeslissingen ter bescherming van de deelnemers die niet kunnen of willen beslissen over de gewenste beleggingsmix. De pensioenuitvoerder stelt grenzen op ten aanzien van de spreiding van de beleggingen over verschillende regio s en sectoren in relatie tot de duur van de periode tot de pensioendatum. Het beleggingsrisico moet kleiner worden naarmate de pensioendatum nadert. wanneer een deelnemer dat aangeeft kan hij zelf beleggen. De pensioenuitvoerder is dan wel gehouden de deelnemer te begeleiden d.m.v. advies en informatie. Daarvoor mogen kosten worden gevraagd. Het advies moet worden gegeven conform de adviesverplichtingen volgens de WFD (art. 30 t/m 38 WFD worden van toepassing op deze premieovereenkomsten). 5 200.01.042 Broch Pensioenwet_195x195.indd.PDF - pag.5 LET OP!!! Lage resolutie!
Eisen premiebetaling. Werkgever voldoet binnen 1 maand na elk kalenderkwartaal de werkgevers- en werknemerspremie die over dat kwartaal zijn verschuldigd. Wordt de premie over een langere termijn bepaald? Dat mag maximaal 1 jaar zijn. Binnen 1 maand na elk kwartaal voldoet de werkgever ¼ deel van de werkgeversen werknemerspremie zoals ingeschat door de pensioenuitvoerder (de voorlopige nota). De totale jaarpremie (werkgevers- en werknemerspremie), wordt uiterlijk binnen 6 maanden na afloop van het kalenderjaar voldaan aan pensioenuitvoerder (de definitieve nota). Betalingsachterstand. De verzekeraar deelt deelnemers en werkgever mee als de opbouw van het pensioen of risicodekking door premieachterstand wordt beëindigd. Deze mededeling mag pas gedaan worden wanneer de verzekeraar zich aantoonbaar heeft ingespannen de achterstallige premie te innen door het versturen van een aanmaning. In deze aanmaning moet de werkgever nog een betalingstermijn van 1 maand worden gegeven. Pas 3 maanden na de mededeling door de pensioenuitvoerder kan tot beëindiging (premievrijmaking) of het laten vervallen van de arbeidsongeschiktheids- en overlijdensdekking worden overgegaan. Premievrijmaking is alleen met terugwerkende kracht mogelijk per de datum die 5 maanden vóór het tijdstip van de mededeling ligt. Afkoop. De pensioenuitvoerder heeft het recht om 2 jaar na beëindiging van de deelneming het pensioen af te kopen, als het ouderdomspensioen op de ingangsdatum minder bedraagt dan 400 per jaar. Voorbeeld 1/1 Premie verschuldigd 1/5 Aanmaning 1/6 Mededeling personeel 1/9 Premievrijmaken per 1/1 6 200.01.042 Broch Pensioenwet_195x195.indd.PDF - pag.6 LET OP!!! Lage resolutie!
De pensioenuitvoerder informeert de gewezen deelnemer binnen 6 maanden na afloop van de periode van 2 jaar en keert de afkoopwaarde aan de gewezen deelnemer of gepensioneerde uit. De pensioenuitvoerder heeft het recht om partnerpensioen en eventuele andere pensioenrechten voor de nabestaanden van dezelfde (gewezen) deelnemer of gepensioneerde af te kopen, als de uitkering van het partnerpensioen op de ingangsdatum minder bedraagt dan 400 per jaar. De afkoopwaarde wordt aan de gewezen deelnemer of gepensioneerde uitgekeerd. De pensioenuitvoerder heeft tegenover de gewezen partner het recht om een aanspraak op bijzonder partnerpensioen af te kopen als de uitkering van het partnerpensioen op de ingangsdatum minder zal bedragen dan 400 per jaar. De afkoopwaarde wordt aan de gewezen partner uitgekeerd. C-polis. Een pensioenverzekering met de werknemer als verzekeringnemer is niet meer mogelijk. De werkgever gaat de uitvoeringsovereenkomst met de pensioenuitvoerder aan. Bestaande C-polissen kunnen mogelijk in stand blijven, maar alle bepalingen van de Pensioenwet worden wel op de verzekering van toepassing. Verjaring. Pensioenaanspraken kunnen tijdens het leven van de pensioengerechtigde niet meer verjaren. Toeslagen. In de pensioenovereenkomst wordt bepaald of er toeslagen worden verleend en, zo ja, wat het ambitieniveau daarvan is en welke voorwaarden bij de toeslagverlening gelden. Een toeslag is alleen voorwaardelijk als in de pensioenovereenkomst, de uitvoeringsovereenkomst, het pensioenreglement, de startbrief, de pensioenopgaven én in de overige informatieverstrekking van de pensioenuitvoerder een voorwaardelijksheidsverklaring is opgenomen. Uitruil. Het wettelijke recht op uitruil houdt in: - uitruil van NP in OP; - uitruil van OP in NP. Overige vormen van uitruil die mogelijk zijn: - in plaats van een bepaald soort pensioen geheel of gedeeltelijk te kiezen voor een ander soort pensioen; - vervroegen of uitstellen van de pensioendatum; - variatie in hoogte van het pensioen. 7 200.01.042 Broch Pensioenwet_195x195.indd.PDF - pag.7 LET OP!!! Lage resolutie!
De uitruil moet sekseneutraal en collectief actuarieel gelijkwaardig zijn voor het pensioen dat is opgebouwd na 2002. Voor beschikbare premieregelingen en streefregelingen geldt uiteraard na 2005. Behoud aanspraken. Onder de PSW verkrijgt de gewezen deelnemer bij uitdiensttreding een tijdsevenredig recht. Als in de pensioenregeling een maximering van 40 jaar geldt van het aantal opbouwjaren, dan kan dat betekenen dat ook al is er pensioen opgebouwd, de gewezen deelnemer geen pensioenaanspraken mee krijgt. Onder de Pensioenwet wordt het tijdsevenredige recht anders berekend. Opgebouwde aanspraken blijven hierdoor altijd staan. Voorbeeld. Indiensttredingsleeftijd 20 jaar Pensioenleeftijd 65 jaar Opbouwpercentage 2% eindloon Pensioengrondslag 15.000 Max. aantal deelnemingsjaren 40 jaren Uitdiensttredingsleeftijd 30 jaar Tijdsevenredige pensioenaanspraken (TEP) onder de PSW. (40 x 2% x 15.000) - (35 x 2% x 15.000) = 1.500 Tijdsevenredige pensioenaanspraken (TEA) onder de PW. 10 x 2% x 15.000 = 3.000 8 200.01.042 Broch Pensioenwet_195x195.indd.PDF - pag.8 LET OP!!! Lage resolutie!
Overgangsrecht. Het is de bedoeling dat de Pensioenwet in werking treedt op 1 januari 2007. Afhankelijk van het wettelijke voorschrift geldt er een overgangstermijn van 1 jaar. Voor verzekeraars geldt in sommige gevallen een overgangstermijn van 2 jaar. Daar waar pensioenuitvoerders tijd nodig hebben om nieuwe voorschriften te implementeren, geldt over het algemeen een overgangstermijn van 1 of 2 jaar. Denk hierbij aan toetredingsleeftijd, startbrief, zorgplicht beleggingsverzekeringen etc. Directeur-grootaandeelhouder. Heeft de DGA vóór 1/1/2007 een pensioenovereenkomst gesloten met de BV? Ja. Waar is het pensioen ondergebracht? Nee. De DGA kan geen pensioen opbouwen onder de beschermende werking van de Pensioenwet.PW) Verzekeraar (verz) Opties: 1 blijven opbouwen/laten staan PW is van toepassing; 2 overhevelen voor 1/1/08 naar EB, PW is niet van toepassing. Eigen beheer (EB) Opties: 1 blijven opbouwen/laten staan, PW is niet van toepassing; 2 overhevelen voor 1/1/08 naar verz, PW is van toepassing. Eigen beheer en verzekeraar Opties: 1 alles naar EB voor 1/1/08, PW is niet van toepassing; 2 alles naar verz voor 1/1/08, PW is van toepassing; 3 Huidige opbouw handhaven; EB: PW niet van toepassing; verz: PW wel van toepassing. 9 200.01.042 Broch Pensioenwet_195x195.indd.PDF - pag.9 LET OP!!! Lage resolutie!
Waardeoverdracht. De regels over waardeoverdracht zijn in het wetsvoorstel PW grotendeels gelijk aan de regels onder de PSW. De verschillen zijn: - waardeoverdracht wordt niet langer beschouwd als een vorm van afkoop; - de rekenregels over waardeoverdracht worden nog aangepast en deze zullen afwijken van de huidige regels (denk daarbij aan de bepaling van de hoogte van de technische voorzieningen op marktwaarde in plaats van op een vaste rekenrente); - een DGA kan onder de PW zijn in eigen beheer (of pensioen-bv) opgebouwde rechten niet meer overdragen naar een pensioenuitvoerder, ook niet nadat hij een gewone werknemer is geworden (omdat de DGA niet onder de PW valt); - niet alleen pensioenfondsen, maar ook verzekeraars moeten een verzoek tot waardeoverdracht van een groep individuen melden aan de toezichthouder en deze kan een mogelijke waardeoverdracht verbieden; - mogelijkheid tot vrijwaring van verzekeraar/pensioenfonds door werknemers bij waardeoverdracht van al vóór 8 juli 1994 opgebouwde rechten, omdat deze oude pensioenaanspraken niet volledig zijn afgefinancierd; - de overdragende uitvoerder moet in de situatie van waardeoverdracht waarbij de werkgever niet wijzigt of bij waardeoverdracht bij het bereiken van de pensioendatum (shoppen bij kapitaal- en premieovereenkomsten) toetsen of voldaan wordt aan sekseneutraliteit (het te verwerven pensioen is voor mannen en vrouwen gelijk) en aan collectieve actuariële gelijkwaardigheid (de over te dragen waarde moet zodanig berekend worden dat er op het niveau van de pensioenuitvoerder geen geld achterblijft). Hierover zal nieuw beleid moeten worden geformuleerd; Echtscheiding. Voor ex-samenwoners bestaat een recht op bijzonder NP als de pensioenovereenkomst voorziet in een PP voor een samenwonende partner. Onder de PSW is het mogelijk ongehuwde partners uit te sluiten van een bijzonder NP. 10 200.01.042 Broch Pensioenwet_195x195.indd.PDF - pag.10 LET OP!!! Lage resolutie!
Definities. Letterlijk overgenomen uit het wetsvoorstel. aanspraakgerechtigde: persoon die begunstigde is voor een nog niet ingegaan pensioen; deelnemer: de werknemer of gewezen werknemer die op grond van een pensioenovereenkomst pensioenaanspraken verwerft jegens een pensioenuitvoerder; directeur-grootaandeelhouder: a. persoonlijk houder van aandelen welke ten minste een tiende deel van het geplaatste kapitaal van de vennootschap van de werkgever vertegenwoordigen; b. indirect persoonlijk houder van aandelen welke ten minste een tiende deel van het geplaatste kapitaal van de vennootschap van de werkgever vertegenwoordigen; of c. houder van certificaten van aandelen, uitgegeven door tussenkomst van een administratiekantoor waarvan hij voor ten minste een tiende deel in het bestuur vertegenwoordigd is, welke ten minste een tiende deel van het geplaatste kapitaal van de vennootschap vertegenwoordigen; gepensioneerde: pensioengerechtigde voor wie het ouderdomspensioen is ingegaan; gewezen deelnemer: de werknemer of gewezen werknemer door wie op grond van een pensioenovereenkomst geen pensioen meer wordt verworven en die bij beëindiging van de deelneming een pensioenaanspraak heeft behouden jegens een pensioenuitvoerder; kapitaalovereenkomst: een pensioenovereenkomst inzake een vastgesteld kapitaal dat uiterlijk op de pensioendatum wordt omgezet in een pensioenuitkering; partner: echtgenoot, geregistreerde partner of partner in de zin van de pensioenovereenkomst; pensioenaanspraak: het recht op een nog niet ingegaan pensioen, uitgezonderd overeengekomen voorwaardelijke toeslagverlening; pensioengerechtigde: persoon voor wie op grond van een pensioenovereenkomst het pensioen is ingegaan; pensioenovereenkomst: hetgeen tussen een werkgever en een werknemer is overeengekomen betreffende pensioen; pensioenrecht: het recht op een ingegaan pensioen, uitgezonderd overeengekomen voorwaardelijke toeslagverlening; pensioenreglement: de door de pensioenuitvoerder opgestelde regeling met betrekking tot de verhouding tussen pensioenuitvoerder en deelnemer; premieovereenkomst: een pensioenovereenkomst inzake een vastgestelde premie die uiterlijk op de pensioendatum wordt omgezet in een pensioenuitkering; toeslag: een verhoging van: a. een pensioenrecht; b. een pensioenaanspraak van een gewezen deelnemer mits die verhoging bij een kapitaalovereenkomst niet voortvloeit uit rente- of winstdeling of bij een premieovereenkomst niet voorvloeit uit behaald beleggingsrendement; of c. een pensioenaanspraak van een deelnemer op grond van een uitkeringsovereenkomst gebaseerd op het middelloonstelsel of gebaseerd op een vastebedragenregeling, mits de verhoging geen verband houdt met een verhoging van de pensioengrondslag, de toename van het in aanmerking te nemen aantal jaren of een wijziging van de pensioenovereenkomst; uitkeringsovereenkomst: een pensioenovereenkomst inzake een vastgestelde pensioenuitkering; uitvoeringsovereenkomst: de overeenkomst tussen een werkgever en een pensioenuitvoerder over de uitvoering van een of meer pensioenovereenkomsten. 11 200.01.042 Broch Pensioenwet_195x195.indd.PDF - pag.11 LET OP!!! Lage resolutie!
Meer informatie over de Pensioenwet? - Kijk op www.zwitserleven.biz. - Neem contact op met een van de medewerkers van FiZie op 020-347 88 47, dagelijks bereikbaar van 10.00 uur - 11.00 uur en van 14.00-15.00 uur Burgemeester Rijnderslaan 7, 1185 MD Amstelveen. Telefoon 0800-0045. www.zwitserleven.nl 200.01.042 Broch Pensioenwet_195x195.indd.PDF - pag.12 LET OP!!! Lage resolutie!