s t u d i e Jongeren en geld Jongeren en geld OIVO, mei 2006



Vergelijkbare documenten

Jongeren en vrijetijdsbesteding

s t u d i e Jongeren en media Jongeren en media November 2011

Consumenten en rookmelders Consumenten en rookmelders

De alternatieve geschillenregelingen

Perceptie van de fiscaliteit

s t u d i e Jongeren en internet Jongeren en internet OIVO, januari 2010

s t u d i e Jongeren en media Jongeren en media OIVO, januari 2009

s t u d i e De markt van de dood De markt van de dood Oktober 2010

s t u d i e De markt van de dood De markt van de dood Oktober 2011

Doelstellingen. Aantal bezoekers, koopgedrag, types aankopen die gedaan worden en evolutie. Sociaaldemografische variabelen.

s t u d i e Perceptie van GGO s Perceptie van GGO s Juli 2011

Jongeren en vrijetijdsbesteding

Referentie Vandercammen, M. (2009). Jongeren en kansspelen. Brussel: OIVO.

s t u d i e Prijzen en winkels Prijzen en winkels April 2010

Onderzoek onder kinderen groep 5 t/m 8

Jongeren en vrijetijdsbesteding

Rapport Kinderen en Geld Enquête (NIBUD en het Jeugdjournaal)

Utrecht, Het financiële gedrag van kinderen tussen 12 en 18 & de rol van hun ouders

Is jouw maand ook altijd iets te lang? Onderzoek Jongerenpanel Tilburg

Wijzer in geldzaken Junior Monitor Een onderzoek naar de manier waarop kinderen uit groep 5 8 van de basisschool met geld omgaan

[zelf op te maken en in te vullen > denk hierbij aan het tonen van een foto en/of logo van de bank, je naam etc.

De honden en katten van de Belgen

De honden en katten van de Belgen

Methodologie. Kwantitatieve studie

De jongere, voorschrijver van aankopen

(1 m.) Klassikale aftrap Docent stelt jou als gastdocent voor

Resultaten onderzoek Kinderen en geld. Februari 2015

Factsheet Financieel gedrag van jongeren uit de derde graad secundair onderwijs

Doelstellingen. Keuzecriteria voor de voedingsproducten, non-foodproducten, voedingswinkels, nonfoodwinkels. Sociaaldemografische variabelen.

Inhoud. Praten over geld 5. Verzekeringen 31. Betaalkaart 13. Immo 35. Extra informatie 37. Smartphone 17. Sparen 20

Wat is de Kinder Onderzoek Groep?

Inhoud. Praten over geld 5. Verzekeringen 31. Betaalkaart 13. Immo 35. Extra informatie 37. Smartphone 17. Sparen 20

s t u d i e Ouders en kinderen Ouders en kinderen Maart 2009

Lesbrief Meneer Beer

Samenvatting Economie hoofdstuk 1

Welkom en voorstellen

Pendelarbeid tussen Gewesten en provincies

ZAKGELD Breng het in kaart

Financieel goed voorbereid naar de middelbare school?

Financiële opvoeding. September 2007

SOCIALE VAARDIGHEDEN MET AFLATOUN

kinderen met geld om laten gaan

Uitgebreide versie. Mijn geld in vertrouwde handen. Stichting Beheer Bewonersgelden Pluryn

Jongeren en e-commerce Jongeren en e-commerce

ROOKGEDRAG IN BELGIË 2014

De positie van de Vlaamse kust op de Belgische reismarkt

inschrijving gratis onderwijs Onderwijs problemen kleuterschool schoolplicht schoolagenda buitenschoolse activiteiten ouderverenigingen

Onderzoek Je wordt 18 jaar en dan? De gevolgen voor je geldzaken

JONGVOLWASSENEN EN GELD

Wegwijs in de wereld van (mijn) geld

Jouw krediet gewikt en gewogen februari

Onderzoek Week van het geld 2019

Kinderen leren omgaan met geld

Je geldzaken goed geregeld: een rustig gevoel!

Rookgedrag in België

1,9 miljoen Belgen hebben nog nooit een computer gebruikt; 2,6 miljoen Belgen hebben nog nooit op het internet gesurft.

Voorblad Filip. Éducation financière - Financïele geletterdheid- Financial Literacy /

De voedingswaarde-etikettering

Je geldzaken goed geregeld: een rustig gevoel!

Inhoud. Wie spaart (niet)? 5. Hoe sparen we? 17. Waarom en waarvoor sparen we? 35. Wat beïnvloedt ons spaargedrag? 39


Wijzer in geldzaken Junior Monitor Onderzoek onder kinderen uit groep 5 8 van de basisschool over de manier waarop zij omgaan met geld

Partnerkeuze bij allochtone jongeren

Resultaten voor België Risicofactoren voor wiegendood Gezondheidsenquête, België, 1997

Vakantiegeldenquete 2010

Financiële opvoeding Nibud i.s.m. CentiQ, Wijzer in geldzaken

Sinterklaas onderzoek 2008: Hoe is Sinterklaas 2008 verlopen? Fedor Goossens Elvira Hamann. 10 December 2008

Studentenstudie Randstad studenten aan het werk. Studentenstudie

Voorstelling Onafhankelijk leven

Spaarpot van de Toekomst lesbrief en prijsvraag

PERSBERICHT Brussel, 20 december 2013

De bekendheid van de solidaire economie

PERSBERICHT Brussel, 28 maart 2013

Leefstijl en preventie

Jongeren en Gezondheid 2014 : Socio-demografische gegevens

Praktische opdracht Economie Schulden en jongeren

nr. 46 van ROBRECHT BOTHUYNE datum: 14 oktober 2014 aan PHILIPPE MUYTERS Dienstencheques - Gebruikers

Hoe denken Zeeuwse jongeren en ouders over alcoholgebruik door jongeren? Onderzoek GGD Zeeland maart 2011

1. Grootste groep gezinnen gaat er op vooruit

NIBUD Nationaal Scholierenonderzoek 2004/2005

Inhoud. Mijn leven. ik regel mijn geldzaken

Rookenquête 2018 Een rapport voor Stichting tegen Kanker, uitgevoerd door GfK Belgium

HUMO enquête naar de koopkracht

Profiel van informatiezoekers

Jongeren en nieuwe technologieën

Ga naar klik bij Test en spel op: Alle tests en spellen Doe de test: Wat voor geldtype ben jij? Uitslag: je bent een

Steunpunt tot bestrijding van armoede, bestaansonzekerheid en sociale uitsluiting

Desiree Piar CMD 1B Docent : James boekbinder Project : vrijwilligers 55+ Doelgroeponderzoeksverslag

Kinderbijslag na de leerplicht Studenten

het leefloon Versie december 2013 LEEFLOON

Jongeren & hun financiële verwachtingen

Project Alcohol 2014

Studentenstudie Randstad studenten aan het werk. Studentenstudie

Jongeren als doelgroep vmbo-kgt34. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Koopkracht: de waarde van geld

De consumenten en justitie

Jongeren en Gezondheid 2014 : Socio-demografische gegevens

SOCIALE TOELAGE / LENING LANGE TERMIJN / VERMINDERING STUDIEGELD

Transcriptie:

s t u d i e Jongeren en geld Jongeren en geld OIVO, mei 2006

Agenda 1. Doelstellingen 2. Methodologie 3. Zakgeld (bedrag, bron, aanwending) 4. Studentenjob (perioden, aanwending en gebruik van het verdiende geld) 5. Evolutie van het gedrag in verband met zakgeld bij de jongeren 6. Conclusies en aanbevelingen 2

Doelstellingen Het doel van deze studie bestaat erin te bepalen van wie de jongeren van 9 tot 18 jaar zakgeld krijgen, hoeveel ze krijgen en waaraan ze dat geld uitgeven. Deze studie maakt de analyse mogelijk van verschillende elementen van de perceptie van zakgeld: Bedrag en waar het vandaan komt Aanwending van het geld, individueel gedrag op het vlak van sparen Gebruik van het zakgeld Sociodemografische verschillen 3

Methodologie 2.200 kwantitatieve interviews afgenomen in België door middel van een gedrukte vragenlijst bij jongeren van 9 tot 18 jaar. Field : februari 2006. Aselecte gelaagde gecorrigeerde steekproef. De resultaten hebben de gepaste statistische bewerkingen (X², foutmarge) ondergaan. De maximale totale foutmarge op de steekproef bedraagt 2%. Enkel de betekenisvolle resultaten worden voorgesteld. Elk gegeven werd evenwel geanalyseerd in functie van de locatie (provincie), de leeftijd, de sociale groep, het taalregime, het opleidingstype, de grootte van en het type gezin. 4

Het kind als consument en de omgang met geld Voor de allerkleinsten is geld een complex en abstract iets. Tot aan de leeftijd van 5-6 jaar kan het kind de handelswaarde van een voorwerp niet inschatten. Hij of zij weet enkel dat met geld iets gekocht kan worden dat je wil en dat geld «uit de automaat» komt. Op de leeftijd van 7-8 jaar heeft geld een symbolische of gevoelswaarde en wordt geld vaak vervangen door de eerste ruiloperaties (bijv. op de speelplaats). Rond de leeftijd van 9-10 jaar maakt het kind abstractie en slaagt het erin een meer realistische waarde aan geld toe te kennen. Maar iemand met financiële moeilijkheden wordt vaak gezien als iemand die zijn/haar budget slecht beheert. Rond de leeftijd van 11-12 jaar verandert de omgang met geld met de overgang naar het secundair onderwijs. De jongere ziet de economische waarde in en ontwikkelt een houding van anticiperen, vooruitzien en een budget beheren. Rond de leeftijd van 15-16 jaar wordt het kind financieel alsmaar onafhankelijker. Hij doorziet beter de economische realiteit en zoekt naar werkjes en karweitjes. 5

Zakgeld Krijg jij zakgeld? Geen zakgeld 23% In 2006 krijgen meer dan 3 op de 4 jongeren van 9 à 18 jaar elke maand zakgeld. 77% Zakgeld Basis : jongeren van 9 tot 18 jaar 6

Zakgeld : evolutie met de tijd Krijg jij zakgeld? In vergelijking met 2003 zijn er meer jongeren die zakgeld ontvangen. Het aantal is gestegen van 6 op de 10 in 2003 naar bijna 8 op de 10 in 2006. 58% 77% 2003 2006 Basis : jongeren van 9 tot 18 jaar 7

Zakgeld : verschillen volgens leeftijd en evolutie Evolutie in vergelijking Zakgeld verschillen volgens leeftijd 9-10 jaar 11-12 jaar 13-14 jaar 15-17 jaar 18 jaar 62% 72% 81% 81% 80% met 2003 : +7% -2% +1% -4% -16% Het aantal kinderen van 9 tot 13 jaar oud dat zakgeld krijgt, neemt toe. In de leeftijdsgroep van 13 tot 18 jaar is er geen toename van het aantal kinderen dat zakgeld krijgt (8 op de 10 jongeren). In vergelijking met 2003 krijgen meer jongeren zakgeld vanaf de leeftijd van 9 jaar, maar als ze eenmaal 15 jaar zijn, daalt dit percentage. Vooral op de leeftijd van 18 jaar krijgen de jongeren minder zakgeld dan in 2003. Wijst dit erop dat de jongeren sneller financieel onafhankelijk worden? Basis : jongeren van 9 tot 18 jaar 8

Zakgeld en opleidingsniveau, opleidingstype Technisch Kunstonderwijs Algemeen Gemiddelde Beroepsonderwijs 83% 81% 80% 77% 77% Krijg jij zakgeld? Het percentage jongeren dat zakgeld krijgt, verschilt volgens het niveau en het type studierichting. Het aantal jongeren in het basisonderwijs dat zakgeld ontvangt, ligt lager dan het gemiddelde, hetgeen bevestigt dat de leeftijd een belangrijke factor is. In de leeftijdsgroep van 12-18 jaar krijgen de jongeren in het beroepsonderwijs evenveel zakgeld als het gemiddelde. In het algemeen en het kunstonderwijs krijgen iets meer dan het gemiddelde aantal jongeren zakgeld. De jongeren in het technisch onderwijs zijn het talrijkst om zakgeld te ontvangen. Basisonderwijs 9 64% Basis : jongeren van 9 tot 18 jaar

Bron van het zakgeld Moeder Vader Grootouders Andere Broer, zus Oom, tante Peter, meter 10 74% 64% 7% 5% 1% 1% 1% Van wie krijg je zakgeld? De jongeren krijgen hun zakgeld vooral van hun ouders: iets vaker van de moeder dan van de vader. Soms krijgt de jongere tegelijk zakgeld van de beide ouders. Sommige jongeren krijgen hun zakgeld van hun grootouders of ook zij het heel zelden van een ander familielid. Basis : jongeren van 9 tot 18 jaar die zakgeld krijgen

Bedrag aan zakgeld : verschillen tussen Gewesten Hoeveel zakgeld krijg je per maand? Brussel Wallonië Gemiddelde Vlaanderen 31 38 36 52 In 2006 bedraagt het gemiddelde bedrag zakgeld per maand 36. De jonge Vlamingen ontvangen gemiddeld een lager bedrag. De jonge Walen ontvangen iets meer zakgeld dan het gemiddelde onder de Belgische jongeren van 9 à 18 jaar. De Brusselaars van 9 à 18 jaar ontvangen gemiddeld 52 zakgeld per maand: dat is aanzienlijk meer dan het gemiddelde voor België. Basis : jongeren van 9 tot 18 jaar die zakgeld krijgen 11

Bedrag aan zakgeld : verschillen volgens de grootte van het gezin Hoeveel zakgeld krijg jij per maand? 2 personen 3 personen 44 50 Hoe groter het gezin is, hoe minder zakgeld er aan de kinderen gegeven wordt.. Gemiddelde 36 4 personen 34 5 personen 12 29 Basis : jongeren van 9 tot 18 die zakgeld krijgen

Bedrag aan zakgeld : verschillen volgens gezinstype Eenoudergezin (vader) Eenoudergezin (moeder) Gemiddelde Twee ouders 32 36 39 48 Hoeveel zakgeld krijg jij per maand? Het gezinsstatuut heeft invloed op het bedrag aan zakgeld dat de kinderen krijgen. Als een kind bij zijn ouders of afwisselend bij één van beide ouders woont, dan krijgt het minder zakgeld dan een kind in een eenoudergezin krijgt. De ouders die alleen instaan voor hun kind, geven gemiddeld meer zakgeld. Is dat omdat ze iets willen goedmaken? In de eenoudergezinnen geven de moeders minder zakgeld dan de vaders. Co-ouderschap 13 27 Basis : jongeren van 9 tot 18 jaar die zakgeld krijgen

Bedrag aan zakgeld : verschillen volgens leeftijd Hoeveel zakgeld krijg jij per maand? 52 68 Het bedrag zakgeld per maand neemt toe naarmate het kind ouder wordt. 49 29 30 36 9 15 16 19 9 jaar 10 jaar 11 jaar 12 jaar 13 jaar 14 jaar 15 jaar 16 jaar 17 jaar 18 jaar Basis : jongeren van 9 tot 18 die zakgeld krijgen 14

Bedrag aan zakgeld : verschillen volgens leeftijd We zien meerdere trappen in de toekenning van zakgeld. De eerste trap is de beslissing om zakgeld te geven en is symbolisch. Voor de leeftijd van 10 jaar blijft het bedrag onder de 10. Bij kinderen van 10 à 12 jaar ligt het bedrag tussen 15 en 20. Daarna vormt de overgang naar het secundair onderwijs een belangrijk moment om het bedrag te verhogen. Op de leeftijd van 13 jaar zien we een eerste stijgende trap. De jongeren van 13-14 jaar krijgen ongeveer 30 per maand en die van 15 jaar 36 per maand. Rond de leeftijd van 16 jaar is er een nieuwe trap, met weer een aanzienlijke verhoging van het bedrag. De jongeren van 16-17 jaar krijgen ongeveer 50 per maand. Op 18-jarige leeftijd is er een vierde trap. De jongeren van 18 krijgen gemiddeld 70 per maand. 15

Zakgeld op de leeftijd van 9-10 jaar Bedrag aan zakgeld (in euro) - Basis 2006 Hoeveel zakgeld krijg jij per maand? In 2006 krijgen kinderen van 9 à 10 jaar gemiddeld 12 zakgeld per maand. Er is daarbij geen opvallend verschil tussen jongens en meisjes. In absolute cijfers is dat bedrag niet meer gestegen sinds 2001. 7 12 12 12 1993 2001 2003 2006 Basis : jongeren van 9-10 jaar die zakgeld krijgen 16

Gebruik van het zakgeld op de leeftijd van 9-10 jaar Ik bewaar het thuis voor een grotere aankoop later Ik stort het op een bankrekening Ik geef het onmiddellijk uit 6% 30% 64% Wat doe jij met je zakgeld? Een meerderheid van de kinderen van 9-10 jaar spaart het zakgeld. 64% bewaren het geld thuis om er later iets mee te kopen. Slechts 1 op de 3 jongeren van die leeftijd stort het zakgeld op een bankrekening. Maar weinig kinderen geven hun zakgeld onmiddellijk uit. Basis : jongeren van 9-10 jaar die zakgeld krijgen 17

Gebruik van het zakgeld op de leeftijd van 9-10 jaar Videospelletjes 50% Wat koop jij met je zakgeld? CD, DVD Snoep, snacks Boekhandel Kleding Schoolmateriaal Oplaadkaarten GSM Computermateriaal Cadeaus Uitstapjes 19% 16% 10% 9% 8% 12% 15% 15% 7% Specifieke uitgaven voor 9- jarigen Specifieke uitgaven voor 10-jarigen Gemiddeld gebruiken de kinderen van 9 à 10 jaar hun zakgeld voor het kopen van vooral videospelletjes, gevolgd door CD/DVD, snoep en snacks. De uitgaven voor boeken, tijdschriften, kleding en schoolgerief zijn kleiner. De 9-jarigen besteden ook een deel van hun geld aan oplaadkaarten voor een GSM. De 10-jarigen besteden 15% van hun geld aan computermateriaal en aan geschenken, en 7% aan uitstapjes. Basis : jongeren van 9-10 jaar die zakgeld krijgen 18

Zakgeld op de leeftijd van 11-12 jaar Bedrag aan zakgeld (in euro) - Basis 2006 Hoeveel zakgeld krijg jij per maand? 25 24 25 17 In 2006 krijgen kinderen van 11 en 12 jaar gemiddeld 17 zakgeld per maand. Sinds 2003 daalt het bedrag dat ze krijgen (zowel nominaal als in absolute cijfers). Er is geen opvallend verschil tussen jongens en meisjes. 1993 2001 2003 2006 Basis : jongeren van 11-12 jaar die zakgeld krijgen 19

Gebruik van het zakgeld op de leeftijd van 11-12 jaar Ik bewaar het thuis voor een grotere aankoop later. Ik stort het op een bankrekening Ik geef het onmiddellijk uit. 20 58% 32% 10% Wat doe jij met je zakgeld? Een meerderheid van de kinderen van 11-12 jaar spaart het zakgeld. 58% bewaren het geld thuis om er later iets mee te kopen. 1/3 van de jongeren van die leeftijd stort het zakgeld op een bankrekening. Maar weinig kinderen geven hun zakgeld onmiddellijk uit. In 2003 werd het zakgeld precies zo gebruikt. Basis : jongeren van 11-12 jaar die zakgeld krijgen

Gebruik van het zakgeld op de leeftijd van 11-12 jaar Videospelletjes 42% Wat koop jij met je zakgeld? Snoep, snacks Kleding Boekhandel Cadeaus CD, DVD Computermateriaal Schoolmateriaal Oplaadkaarten GSM Schoonheidsproducten Uitstapjes Gezelschapsdieren 28% 20% 15% 12% 11% 10% 7% 7% 5% 2% 2% Evolutie in vergelijking met 2003 Gemiddeld gebruiken de kinderen van 11-12 jaar hun zakgeld voor het kopen van videospelletjes in de eerste plaats, gevolgd door snoep, snacks en kleding. De uitgaven voor boeken, tijdschriften, cadeaus, CD/DVD, computermateriaal zijn kleiner. Een klein deel van het geld wordt uitgegeven voor schoolmateriaal, oplaadkaarten voor GSM, schoonheidsproducten of uitstapjes en gezelschapsdieren. In vergelijking met 2003 zijn de uitgaven voor videospelletjes en snoep gestegen. Die voor CD/DVD zijn sterk gedaald. Basis : jongeren van 11-12 jaar die zakgeld krijgen 21

Zakgeld op de leeftijd van 13-14 jaar Bedrag aan zakgeld (in euro) - Basis 2006 Hoeveel zakgeld krijg jij per maand? 29 29 32 29 In 2006 krijgen kinderen van 13 en 14 jaar gemiddeld 30 zakgeld per maand. Tussen 1993 en 2003 was er een constante en regelmatige toename van dat bedrag, maar in 2006 stagneert het bedrag. Er is geen opvallend verschil tussen jongens en meisjes. 1993 2001 2003 2006 Basis : jongeren van 13-14 jaar die zakgeld krijgen 22

Gebruik van het zakgeld op de leeftijd van 13-14 jaar Ik bewaar het thuis voor een grotere aankoop later Ik stort het op een bankrekening. Ik geef het onmiddellijk uit. 23 15% 52% 33% Wat doe jij met je zakgeld? Een meerderheid van de 13- en 14-jarigen spaart het zakgeld. 52% bewaren het geld thuis om er later iets mee te kopen. 1/3 van de jongeren van die leeftijd stort het zakgeld op een bankrekening. 15% verklaren dat ze het geld onmiddellijk uitgeven. In 2003 werd het zakgeld precies zo gebruikt. Basis : jongeren van 13-14 jaar die zakgeld krijgen

Gebruik van het zakgeld op de leeftijd van 13-14 jaar Videospelletjes 25% Wat koop jij met je zakgeld? Kleding Oplaadkaarten GSM CD, DVD Snoep, snacks Boekhandel Cadeaus Schoonheidsproducten Computermateriaal Schoolmateriaal 18% 15% 11% 10% 10% 6% 3% 25% 25% Gemiddeld gebruiken de kinderen van 13-14 jaar hun zakgeld voor het kopen van videospelletjes, kleding en oplaadkaarten voor GSM. De uitgaven voor CD/DVD, snoep, snacks, boeken, tijdschriften, cadeaus en schoonheidsproducten zijn kleiner. Een klein deel van het geld wordt uitgegeven voor school- en computermateriaal of voor uitstapjes en gezelschapsdieren. Uitstapjes 3% Gezelschapsdieren 3% Basis : jongeren van 13-14 jaar die zakgeld krijgen 24

Zakgeld op de leeftijd van 15-17 jaar Bedrag aan zakgeld (in euro) - Basis 2006 Hoeveel zakgeld krijg jij per maand? 32 33 39 46 In 2006 krijgen jongeren van 15 à 17 jaar gemiddeld 46 zakgeld per maand. Dat bedrag neemt constant en regelmatig toe, zowel nominaal als in absolute cijfers. Er is geen opvallend verschil tussen jongens en meisjes. 1993 2001 2003 2006 Basis : jongeren van 15-17 jaar die zakgeld krijgen 25

Gebruik van het zakgeld op de leeftijd van 15-17 jaar Ik bewaar het thuis voor een grotere aankoop later. Ik stort het op een bankrekening. Ik geef het onmiddellijk uit. 31% 23% 46% Evolutie in vergelijking met 2003 Wat doe jij met je zakgeld? Een meerderheid van de 15- tot 17-jarigen spaart het zakgeld. 46% bewaren het geld thuis om er later iets mee te kopen. 1/3 van de jongeren van die leeftijd stort het zakgeld op een bankrekening. In vergelijking met 2003 zijn er minder jongeren die hun geld naar de bank brengen. 1 op de 4 jongeren van 15 à 17 jaar verklaart dat het geld onmiddellijk uitgegeven wordt. Basis : jongeren van 15-17 jaar die zakgeld krijgen 26

Gebruik van het zakgeld op de leeftijd van 15-17 jaar Snoep, snacks 27% Wat koop jij met je zakgeld? Kleding 26% Oplaadkaarten GSM CD, DVD Videospelletjes Uitstapjes Schoonheidsproducten Boekhandel Computermateriaal Cadeaus Sigaretten Cannabis, alcohol 14% 12% 11% 10% 9% 9% 7% 3% 20% 20% Gemiddeld gebruiken de jongeren van 15-17 jaar hun zakgeld voor het kopen van snoep, snacks, kleding, oplaadkaarten voor GSM en CD/DVD. De uitgaven voor videospelletjes, uitstapjes, schoonheidsproducten, boeken, tijdschriften, computermateriaal en cadeaus zijn kleiner. Vanaf de leeftijd van 15 jaar wordt een deel van het zakgeld uitgegeven voor sigaretten, alcohol en cannabis. Een klein deel van het zakgeld dient nog voor de aankoop van schoolmateriaal of voor gezelschapsdieren. Schoolmateriaal 1% Gezelschapsdieren 1% Basis : jongeren van 15-17 jaar die zakgeld krijgen 27

Zakgeld op de leeftijd van 18 jaar Bedrag aan zakgeld (in euro) - Basis 2006 49 50 58 68 Hoeveel zakgeld krijg jij per maand? In 2006 krijgen jongeren van 18 jaar gemiddeld 68 zakgeld per maand. Tussen 1993 en 2006 was er een constante en regelmatige toename van dat bedrag, zowel nominaal als in absolute cijfers. Er is geen opvallend verschil tussen jongens en meisjes. 1993 2001 2003 2006 Basis : jongeren van 18 jaar die zakgeld krijgen 28

Gebruik van het zakgeld op de leeftijd van 18 jaar Ik bewaar het thuis voor een grotere aankoop later. Ik stort het op een bankrekening. Ik geef het onmiddellijk uit. 26% 35% 39% Wat doe jij met je zakgeld? Een meerderheid van de 18-jarigen spaart het zakgeld. 4 op de 10 jongeren van 18 bewaren hun geld thuis om er later iets mee te kopen. Meer dan 1/3 van de jongeren van die leeftijd stort het zakgeld op een bankrekening. 1 op de 4 verklaart dat het geld onmiddellijk uitgegeven wordt. Basis : jongeren van 18 jaar die zakgeld krijgen 29

Gebruik van het zakgeld op de leeftijd van 18 jaar Snoep, snacks Kleding CD, DVD sigaretten Uitstapjes Videospelletjes Schoonheidsproducten Boekhandel Cannabis, alcohol Oplaadkaarten GSM Cadeaus Computermateriaal Schoolmateriaal 30 16% 16% 16% 12% 11% 10% 9% 8% 6% 5% 4% 34% 34% Wat koop jij met je zakgeld? Gemiddeld gebruiken de kinderen van 18 jaar hun zakgeld voor het kopen van snoep, snacks, kleding, CD/DVD en sigaretten, en voor uitgaan. De uitgaven voor videospelletjes, schoonheidsproducten, boeken, tijdschriften, oplaadkaarten voor GSM zijn kleiner. Op de leeftijd van 18 jaar wordt een niet te verwaarlozen deel van het zakgeld gebruikt voor het kopen van alcohol en cannabis. Een klein deel van het geld wordt uitgegeven voor cadeaus en school- en computermateriaal. Basis : jongeren van 18 jaar die zakgeld krijgen

Bedrag aan zakgeld : vergelijking Ontvangen zakgeld (in euro) 68 Hoeveel zakgeld krijg jij per maand? 29 30 36 49 52 In vergelijking met 2003 krijgen de jongeren van 11 à 15 jaar vandaag minder zakgeld: gemiddeld 15% minder. Daar staat tegenover dat de 16- tot 18-jarigen aanzienlijk meer krijgen: gemiddeld 24% meer. 9 15 16 19 9 jaar 10 jaar 11 jaar 12 jaar 13 jaar 14 jaar 15 jaar 16 jaar 17 jaar 18 jaar 2003 2006 Basis : jongeren van 9 tot 18 jaar die zakgeld krijgen 31

Evolutie van de omgang met geld 80% 60% 40% 20% 0% 32 9-10 ans 11-12 ans 13-14 ans 15-17 ans Ik geef het onmiddellijk uit. Ik stort het op een bankrekening. Ik bewaar het thuis voor een grotere aankoop later. Wat doe jij met je zakgeld? Naarmate de jongere ouder wordt, neemt het thuis bewaren van geld voor een latere grote aankoop sterk af en wordt dit vervangen door het onmiddellijk uitgeven. Zakgeld op een bankrekening storten wordt gedaan door 1/3 van de jongeren van 9 à 18 jaar. Tegenover 5% op de leeftijd van 9 jaar zijn er 25% van de 18-jarigen die verklaren dat ze het ontvangen zakgeld onmiddellijk uitgeven. Basis : jongeren van 9 tot 18 jaar die zakgeld krijgen

Studentenjob Evolutie in vergelijking Heb je een studentenjob, vakantiejob? met 2003 : 15 jaar 16 jaar 17 jaar 18 jaar 28% 59% 63% 71% +7% +7% +9% 6 op de 10 jongeren van 16 en 17 jaar vullen hun zakgeld aan met een studentenjob. Op de leeftijd van 18 jaar werken 7 op de 10 jongeren tijdens de vakantie(s). In verhouding tot 2003 zijn er meer en meer jongeren die een studentenjob of vakantiejob uitvoeren. In tegenstelling tot 2003, toen iets meer mannen dan vrouwen een studentenjob hadden, is er geen verschil meer tussen jongens en meisjes in 2006. Basis : jongeren van 9 tot 18 jaar 33

Studentenjob en type opleiding Heb jij een studentenjob, vakantiejob? Kunstonderwijs Beroepsonderwijs Technisch Algemeen Gemiddelde 32% 36% 49% 59% 69% Het percentage jongeren dat een studentenjob heeft, varieert naar gelang van het type opleiding. De jongeren in het kunstonderwijs zijn het talrijkst (7 op de 10) aan het werk tijdens vakanties of parallel met hun studies. Onder de studenten in het beroepsonderwijs zijn er 6 op de 10 die een studentenjob hebben en in het technisch onderwijs werkt de helft van de studenten tijdens het jaar. Slechts 3 op de 10 studenten in het algemeen onderwijs hebben een studentenjob tijdens het jaar.de studenten van het 5de en 6de secundair zijn het talrijkst om als student te werken. Basis : jongeren van 9 tot 18 jaar 34

Studentenjob en gezinstype Heb jij een studentenjob, vakantiejob? Eenoudergezin Gemiddelde 32% 44% Het gezinstype heeft een impact op het percentage jongeren dat als student werkt. In de eenoudergezinnen werken meer jongeren als student, ongetwijfeld om hun studies (voor een deel) te betalen. In de gezinnen met twee ouders werken er minder jongeren parallel met hun studies. Gezin met twee ouders 35 28% Basis: jongeren van 9 à 18 jaar

Studentenjob en woonplaats Heb jij een studentenjob, vakantiejob? Klein Waals dorp Vlaamse stad Brussel Gemiddelde Kleine Vlaamse dorpen 21% 32% 44% 42% 42% In Brussel werken er meer jongeren als student. In Wallonië werken de jongeren die in steden wonen minder in jobs parallel met hun studies, maar de Waalse jongeren in de kleine dorpen werken meer in vakantie- of studentenjobs dan het gemiddelde. In Vlaanderen staat de grafiek omgekeerd: de jongeren in de steden werken meer naast hun studies terwijl de jongeren in de kleine dorpen minder vaak een vakantiejob hebben. Waalse steden 21% Basis: jongeren van 9 à 18 jaar 36

Kinderen en betalende karweitjes Heb jij een studentenjob, vakantiejob? 13 jaar 14 jaar 12 jaar 18% 15% 24% Kinderen leren al heel jong het adagio «alle werk verdient een loon» kennen. Vanaf de leeftijd van 12 à 14 jaar voert ongeveer 1 op de 5 kinderen «karweitjes» uit om er geld voor te krijgen. Op die leeftijd gaat het doorgaans om kleine klusjes, werkjes in het gezin, voor vrienden, voor buren. 9-11 jaar 5% Basis: jongeren van 9 à 14 jaar 37

Studentenjob Op welk moment tijdens het jaar heb jij een studentenjob, vakantiejob? Grote vakantie Tijdens het schooljaar 30% 66% De voorkeurmomenten voor de jongeren om een studentenjob uit te voeren, zijn periodes tijdens de grote vakantie. Ongeveer 3 op de 10 jongeren hebben ook een job tijdens het schooljaar, parallel met hun studies. Heel weinig jongeren werken tijdens de andere schoolvakanties (Pasen, carnaval, Allerheiligen) Andere schoolvakanties 4% Basis: jongeren van 9 à 18 jaar die als student werken 38

Aanwending van het (met een job) verdiende geld Ik stort het geld op een bankrekening Ik bewaar het thuis voor een grotere aankoop later 31% 57% Wat doe je met het geld dat je dankzij studentenjobs verdient? Een meerderheid van 6 op de 10 jongeren stort het geld dat met werken wordt verdiend op een bankrekening. Dat percentage ligt dubbel zo hoog als bij zakgeld. 1/3 van de jongeren bewaart dat geld thuis voor een grotere aankoop later. Maar 1 op 10 jongeren geeft het met werken verdiende geld onmiddellijk uit. Ik geef het onmiddellijk uit 12% Basis: jongeren van 9 à 18 jaar die als student werken 39

Evolutie van de omgang met geld 80% 60% 40% 20% 0% 15 jaar 16 jaar 17 jaar 18 jaar Ik geef het onmiddellijk uit Ik stort het op een bankrekening Ik bewaar het thuis voor een grote aankoop later Wat doe jij met het geld dat je dankzij studentenjobs verdient? De meerderheid van de jongeren stort het geld op een bankrekening. Vooral de 17- en 18-jarigen zijn het talrijkst om zo te handelen. Ongeveer 3 op de 10 jongeren bewaren thuis het geld dat ze verdienen door te werken. Dit komt iets minder vaak voor bij 17- en 18-jarigen. De Jongeren zijn grotere gelduitgevers rond de leeftijd van 15 en 18. Op de leeftijd van 17 jaar geven maar 7% van de jongeren het met werken verdiende geld onmiddellijk uit. Basis: jongeren van 9 à 18 jaar die werken 40

Conclusies Zakgeld: een niet te miskennen koopkracht Vandaag beschikken de kinderen, adolescenten en jongeren over grote bedragen zakgeld. Zij schrijven niet alleen de aankopen voor, maar doen met hun zakgeld zelf ook vele aankopen. Kleinere gezinnen met tweeverdieners en de latere geboorte van het eerste kind verklaren voor een deel waarom gezinnen meer geld kunnen besteden aan hun uitgaven. Meer nog: het schuldgevoel bij de ouders omdat ze minder tijd met hun kinderen doorbrengen of een grotere zelfstandigheid kan meespelen in hun beslissing om zakgeld te geven. Zakgeld: een leerinstrument Het zakgeld dient in eerste instantie als een leerinstrument voor de kinderen en de jongeren. Kinderen en adolescenten zien dat ook zo en potten het op voor latere dure aankopen of sparen het op een bankrekening. Daarom vormen de jongeren een doelwit voor de merken, inclusief de banken die deze klanten op alsmaar jongere leeftijd naar zich toe proberen te lokken. 41

Conclusies Weinig kinderen en jongeren gebruiken het zakgeld voor onmiddellijke uitgaven. Het is daarbij wel een feit dat de ouders, als de grootste geldschieters, vaak nog een aantal (of alle) nodige aankopen betalen. Zakgeld: van kers op de taart naar hulpfinanciering voor de studies Het zakgeld wordt zelden gebruikt voor kleine dagelijkse uitgaven, maar dient bij de adolescenten voor plezieraankopen (kleding, videospelletjes en andere, CD/DVD/cassettes, cadeaus of oplaadkaarten voor GSM, snoep, sigaretten en drankjes). Bij de jonge volwassenen wordt zakgeld een onmisbaar element voor het beheren van de regelmatige uitgaven. In dat verband komen andere financieringsbronnen vaak voor aanvulling zorgen. Vanaf de leeftijd van 15 jaar zijn dat studentenjobs. Vanaf de leeftijd van 18 jaar komen studiebeurzen, sociale uitkeringen en eventueel het inkomen van de partner het zakgeld aanvullen om de uitgaven nog te kunnen dragen. Evolutie van het zakgeld De bedragen die jongeren ontvangen (van 9 tot 68 ) variëren logischerwijs naar gelang van de leeftijdsgroep, maar de jongere treedt lang voor zijn eerste arbeidsloon al binnen in de economische wereld dankzij het zakgeld. 42

Aanbevelingen Het zakgeld is een instrument voor de sociale vorming van het kind dat consumeert De kinderen die regelmatig zakgeld krijgen, hebben meer variatie aan financiële ervaringen en een betere kennis inzake het omgaan met geld. Zo vergemakkelijkt regelmatig gegeven zakgeld het leren budgetteren, waardoor de jongeren zich zullen gedragen als consumenten die goed wikken en wegen. In dat verband is het belangrijk dat de ouders naar gelang van hun mogelijkheden regelmatig zakgeld aan hun kinderen geven (ook als dat maar kleine bedragen zijn). Dankzij dat zakgeld kan de jongere leren hoe een budget moet worden samengesteld, wat de waarde van geld is, hoe de economie werkt, welke criteria beslissend zijn voor een aankoop (kwaliteit, prijs, ), op welke basis een verkooppunt gekozen wordt, hoe een aanvraag geformuleerd wordt of een behoefte uitgedrukt wordt. Die factoren gaan veel verder dan het kader van een commerciële relatie en vallen onder de opvoeding. Daarom is het gevaarlijk dat merken het leren omgaan met geld voor hun zelfgewin aanwenden. 43

Aanbevelingen Er zijn tal van financiële instellingen die, onder het mom van educatie aangaande geldzaken adviezen geven aan de jongeren die niet altijd gepast zijn. De problemen die het OIVO al sinds enkele jaren aan de kaak stelt en de regelmatige pogingen van de financiële instellingen zijn daar maar enkele voorbeelden van. Er moeten nog heel wat inspanningen op het vlak van ethiek en sociale verantwoordelijkheid van de (o.a. financiële) bedrijven geleverd worden waar het hun relaties met de jongeren betreft. De marketingcode van banken ten overstaan van de jongeren moet eveneens herzien en verder uitgediept worden. Zakgeld is een nuttig instrument om te leren budgetteren In dat verband kunnen ouders en opvoeders een essentiële rol spelen. Want het is belangrijk dat de jongeren inzicht krijgen in de aankopen die ze doen en de risico s die eraan verbonden zijn. Een eerste sensibilisering kan vanaf het einde van het basisonderwijs, rond de leeftijd van 11-12 jaar. 44

Aanbevelingen Het is volgens de enquête immers rond die leeftijd dat 72% zakgeld ontvangen, waarbij dat voor 62% al vanaf de leeftijd van 9 jaar het geval is. Het is dus mogelijk om een debat te houden over concrete ervaringen die de meeste kinderen dan al gehad zullen hebben. De leerkrachten kunnen ook een pedagogische aanpak uitwerken van het analytische type, gebaseerd op wat de leerlingen beleven - waar besteden ze hun geld aan (spelletjes, CD/DVD/cassettes ), hoe ligt de verhouding tussen inkomsten en uitgaven, welk deel sparen ze, hoe beïnvloeden ze de consumptie van het gezin, welke problemen ondervinden ze en verwachten ze in de toekomst: zichtrekening vanaf 12 jaar, kaarten en geldopvragingen, aankopen via GSM of het internet -, waarbij de kinderen anticiperend geïnformeerd worden over de keuzes die ze zullen kunnen maken vanaf het secundair onderwijs en de gevolgen daarvan voor henzelf en hun ouders. 45

Aanbevelingen Vervolgens kan een tweede aanpak plaatsvinden, omstreeks het tweede jaar in het secundair onderwijs, op basis van de nieuwe ervaringen met banken en geldbeheer via computer. Daarbij zou uiteraard rekening gehouden moeten worden met de werkelijk gedane dagelijkse uitgaven van de leerlingen (op grond van een anonieme rondvraag die minder doorzichtige uitgaven, zoals de aankoop van sigaretten bijvoorbeeld, helpt verklaren). Op de betaalmiddelen op afstand en de elektronische handel moet dieper ingegaan worden met de leeftijdsgroepen van 14-15 jaar, die regelmatig aangesproken worden in verband met hun favoriete producten: muziek, spelletjes, sport en merken. Dat is ook het gepaste moment om de meer juridische aspecten toe te lichten betreffende de rechten en plichten van de jonge consumenten in het algemeen en betreffende de bankmarketing. De problemen die jobstudenten kunnen ondervinden, zijn ook heel actueel op die leeftijd. 46

Verantwoordelijke uitgever : Marc Vandercammen OIVO Paapsemlaan, 20-1070 BRUSSEL Tél. 02/547.06.11 - Fax. 02/547.06.01 www.oivo.be Uitgave 2006 Catalogus ref. : 801-06 D 2006-2492-41 OIVO Prijs : 47 Reproductie toegelaten mits duidelijke bronvermelding en voorafgaandelijke toestemming van de uitgever 47