INVENTARISATIE PAARDENKASTANJES WARANDE SCHIEDAM 11 JANUARI 2017 Links: Boom 12, boom met geringe aantasting; onder een zone met losse schors is nieuw (lichtbruin) bastweefsel gevormd. Rechts boom 10, waar onder een losse schorszone geen nieuw bastweefsel is gevormd. 1. INLEIDING Op 3 januari 2017 zijn de Paardenkastanjes in de Warande geïnspecteerd. Het gaat om de witbloeiende bomen tussen de Schoolstraat en de Westerkade. In de andere twee delen van de Warande stonden tot voor kort roodbloeiende kastanjes die te ernstig door Kastanjebloedingsziekte waren aangetast om gehandhaafd te kunnen blijven. Deze zijn door Zilverlinden vervangen. Met de bewoners is afgesproken dat de bomen in het stuk tussen Schoolstraat en Westerkade intensief gevolgd zullen worden en waar nodig geveld als ze gevaarlijk worden. Ook wordt overwogen om de bomen te behandelen met een warmtebehandeling. Op 9 juni 2016 zijn de bomen voor de laatste keer geïnspecteerd door een vertegenwoordiger van de firma die warmtebehandelingen uitvoert. 1
Nu is door de projectleider dhr. H. Niersman besloten om door ondergetekende de bomen weer te laten bekijken. Ik heb de bomen sinds 2011 regelmatig geschouwd, zowel vanaf de grond als vanuit een hoogwerker. Om de maximale hoeveelheid knowhow in te zetten is de inspectie samen met boomexpert R. Loch van Gemeente Rotterdam uitgevoerd. Rotterdam heeft vele aangetaste kastanjelanen en is lid van een landelijke werkgroep van gemeentelijke boomexperts. Tijdens de inspectie zijn diverse detailfoto s gemaakt. De beknopte inventarisatiegegevens zijn in een tabel samengevat. Foto s en tabel zijn als bijlage toegevoegd na pagina 5. Conclusie en advies staan op pagina 4. 2. AANPAK VAN DE OPDRACHT INVENTARISATIE EN INSPECTIE De inspectie is uitgevoerd op 3 januari en heeft bestaan uit de volgende aspecten: o visuele inspectie van de bekende bloedingsplekken en loslatende schors, o beoordeling van de grootte van knoppen, o dode takken in de top o het optreden van wondhoutvorming en jonge scheuten op bijvoorbeeld gesnoeide takken. Zo wordt een indruk van de weerbaarheid van de bomen verkregen. Daarnaast is naar de onderhoudstoestand gekeken. Vier jaar geleden zijn de bomen voor het laatst gesnoeid. Resultaten van de inspectie staan in paragraaf 3. NAVRAGEN WAT DE RESULTATEN VAN WARMTEBEHANDELING IN DEN LANDE ZIJN GEWEEST. Paragraaf 3, bladzijde 3. OPSTELLEN RAPPORTAGE MET CONCLUSIE EN ADVIES 3. RESULTATEN VAN DE INSPECTIE Op 3 januari zijn de bomen geïnspecteerd. Daarbij is de volgende looprichting gevolgd: vanaf de Westerkade is tot aan de Schoolstraat gelopen, boom 1 tot en met 19. Daarna is langs de andere kant terug naar de Westerkade gelopen (boom 20 tot en met 37, waarbij na boom 27 de Prins Mauritsstraat de rij onderbreekt. Op de plattegrond in de bijlage staan de boomnummers. Deze zijn ook gebruikt in de tabel met de resultaten. De kleuren en bijbehorende legenda zijn uit de inventarisatie van juni en behoren niet bij het advies uit dit rapport. Naast de gegevens in de tabel zijn een aantal waarnemingen gedaan: Recent zijn de bomen 5 en 8 gerooid, deze waren in zeer slechte toestand In juni werd geadviseerd de bomen 19, 31, 32, 34 en 37 te vellen. Wij zijn van mening dat deze bomen op dit moment geen verhoogd gevaar voor de omgeving vormen. 2
Boom 16 heeft kleine knoppen in een deel van de toptakken Diverse bomen zijn in juni beoordeeld als ernstig aangetast en met een slechte conditie, terwijl wij hierover een andere mening hebben. Of de reden in een natuurlijk herstel ligt of een foutje in de opname of de rapportage ligt is niet bekend. Een voorbeeld is boom 30 die eerder als licht aangetast werd beoordeeld en in een matige conditie verkeert, hebben wij als niet aangetast met een redelijk tot goede conditie beoordeeld. Bij diverse bomen zijn nu vruchtlichamen van parasitaire schimmels aangetroffen die wijzen op een snelle achteruitgang, met name Oesterzwam op boom 25. Deze boom dient gerooid te worden vanwege de snel ontwikkelende witrot in de stam, die met het verschijnen van de vruchtlichamen van Oesterzwam gepaard gaat. In juni is geconstateerd dat twee bomen gesnoeid moeten worden. Nu de bomen bladloos zijn is beter te zien waar nog meer snoeiwerk gewenst is. Het gaat nu om zes bomen plus boom 15. De zes bomen zijn als extra onder de kolom opmerkingen geplaatst. Bij enkele bomen zijn in een of meerdere takken delen zones zonder bast aangetroffen. Vanuit de hoogwerker kan beoordeeld worden of dit een risico vormt. Het gaat om de bomen 15, 24 en 34. Vanuit de hoogwerker kan ook bij boom worden vastgesteld of de top van boom 10 dood is en of bastloze zones bij andere bomen voorkomen. Bij boom 15 is een stomp van een afgebroken tak boven de rijbaan waargenomen. Vanuit de hoogwerker inspecteren of verder geen breuken zijn opgetreden Losse bast komt bij bomen met Kastanjebloedingsziekte vaak voor, te horen aan een hol geluid als je op de schors klopt. Bij de meeste bomen in de Warande is daaronder nieuw weefsel aangetroffen. Soms is de wond deels overgroeid, soms helemaal. Boom 16 heeft aan de kant van het paadje een holle zon waar boorsel van houtworm uit valt Boom 19 heeft een grote oude aanrijschade, maar er zijn geen signalen van ernstige houtrot. Boom 32 heeft aan de straatzijde aan de onderste hoofdtak een ingerotte wond. Deze kan de breukvastheid doen verminderen. Vanuit de hoogwerker controleren. Boom 36 heeft enkele bloedingsplekken aan de stam die er in juni niet waren. Bij andere bomen zijn nu geen plekken aangetroffen die in juni wel werden beschreven. Bij boom 37 komen veel bulten op de takken voor, dit wijst op een verstoring in de groei. Navraag bij anderen over de resultaten van warmtebehandeling. Er zijn ons drie gemeenten ter ore gekomen waar de warmtebehandeling is uitgevoerd. Dit zijn Dordrecht, Den Haag en Utrecht. Bij navraag kwam naar voren dat de behandeling te kort geleden is uitgevoerd om nu conclusies te trekken, of waren grote bomen behandeld die alsnog zijn afgestorven. 3
Binnen de Intergemeentelijke Studiegroep is men terughoudend om verdere investeringen in behandeling met deze techniek te doen. Rotterdam zal geen bomen laten behandelen in 2017, terwijl zij jaarlijks 250 bomen verliezen aan Kastanjebloedingsziekte. 4. CONCLUSIE EN ADVIES In paragraaf 3 worden alle waarnemingen opgesomd en in de tabel op pagina 9 staan boom voor boom onze adviezen in korte bewoordingen. Conclusies: Op dit moment zien wij de noodzaak om 3 bomen te vellen. Het zijn de bomen 25, 31 en 35. De laan is op dit moment aan een reguliere onderhoudssnoei toe. Daarnaast zijn er zeven bomen die vanwege breed uithangende takken (die ook eerder zijn uitgelicht) extra snoei aan die takken nodig hebben. De snoei kan worden gecombineerd met inspectie vanuit de hoogwerker van de takken waar zones zonder bast zijn aangetroffen, een stormbreuk of de inspectie van de ingerotte wond van boom 32. Wij adviseren om geen bomen te behandelen met geringe of niet zichtbare aantastingen door Kastanjebloedingsziekte. Als overwogen wordt om een proef met de warmtebehandeling uit te voeren adviseren wij dit toe te passen op 5 bomen waar wij in de tabel noteerden te overwegen. Dit zijn bomen met zichtbare aantastingen variërend van de jongste bomen (vanaf 20 cm diameter) tot de middenmaat (60 cm. diameter). Wij adviseren geen bomen van de grootste maten te behandelen vanwege de hoge kosten en de geringe mogelijkheden om ook de hoofdtakken tot ver in de kroon in te pakken voor de behandeling. Het behandelen van alleen de stam van grote bomen is niet zinvol. Omdat een visuele beoordeling slechts een momentopname is en de ontwikkeling van de Kastanjebloedingsziekte zeer dynamisch is, adviseren wij in de zomer van 2017 weer een inspectie uit te voeren. Dan kunnen wij de bomen in blad schouwen, wat extra informatie geeft door de bladbezetting. Nu baseren wij ons op de winterkenmerken van conditiebepaling. In de zomer van 2018 wederom inspecteren gevolgd door een summiere inspectie in december/januari op de aanwezigheid van vruchtlichamen van winter paddenstoelen als Oesterzwam (Pleurotus ostreatus) en Fluweelpootje (Flammulina velutipes). Op dit moment zijn er geen bomen die door visuele kenmerken aanleiding geven om aanvullend onderzoek met bijvoorbeeld een trekproef te doen. 5. BIJLAGEN -foto s met details van de bomen, bladzijde 5, 6, 7 en 8. -tabel met gegevens en advies, bladzijde 9 -plattegrond met de boomnummers, bladzijde 10 4
Boom 10. Een baan met loszittende schors. Deze loopt door tot 40 cm boven maaiveld. Het donkere hout is hard, niet ingerot. Boom 16 heeft zowel enkele toptakken met kleine knoppen als een zone met losse bast waar boorsel van houtworm uit komt. De toestand van deze boom kan de komende tijd snel achteruitgaan. 5
Boom 18. Vier jaar geleden geplant, zeer goed gegroeid. Enkele van de karakteristieke bruine vlekken die wijzen op Kastanjebloedingsziekte zijn deze zomer verschenen. Rond deze vlekken is de diktegroei verminderd, wat zichtbaar is aan het feit dat de schors egaal groen is, in plaats van met lichte lengtestrepen. Boom 22, jonge boom, vier jaar geleden geplant. Veel lichte lengtestrepen wijzen op een goede groei. Aan de voet een maaischade. 6
Boom 25, ernstig aangetaste boom met veel Oesterzwam. Advies is rooien. De boom is nu niet breukgevaarlijk, maar zal dat in de komende tijd worden. Oesterzwam is hier een secundaire aantasting die ernstige witrot veroorzaakt. Boom 25, detail van de zone met Oesterzwam 7
Boom 32, ingerotte wond aan hoofdtak boven rijbaan, nadere inspectie vanuit hoogwerker is noodzakelijk. Boom 35. De schors en het eronder liggende bastweefsel zijn over 50 procent van de omtrek afgestorven. Advies is rooien. 8
9
= Advies Rooien 19 20 21 18 22 17 = Geen aantasting, advies monitoren 2x/jaar = Aangetast maar behandelbaar = Twijfelgeval, behandelen in overleg 23 16 15 24 14 25 13 26 12 27 11 28 10 29 9 30 8 31 7 32 6 33 5 34 4 35 3 36 2 37 1 10