VLAJO ONDERNEMERS VOOR DE KLAS Een onderzoeker op bezoek (LESVOORBERIDING WETENSCHAPPEN LEERKRACHTENVERSIE)
2 Een onderzoeker op bezoek! 1 Inleidend klasgesprek 3 2 Opdracht 4 2.1 Beschrijving van de taken 4 2.2 Beschrijving van de thema s 6 3 Verloop van de opdracht 7 4 Afsluitend klasgesprek 9 B1 Infofiche van de klas 10 B2 Bedrijfsfiche 11 B3 Enkele tips voor het opstellen van een verslag/interview 13 B4 Enkele nuttige informatiebronnen 14 B5 Vragen voor het interview 15 B6 Evaluatiedocument 16
3 1 Inleidend klasgesprek Voer een klasgesprek rond de zin: Wat betekent wetenschappelijk onderzoek voeren voor jullie? Haal inspiratie uit onderstaande uitspraken: Wetenschappelijk onderzoek is een belangrijke stimulans voor veranderingen in de maatschappij (bv. in de economie, in de geneeskunde, in de chemische sector, ). Wetenschappelijk onderzoek is enkel voor slimme mensen. Wetenschappelijk onderzoek kost te veel geld. Wetenschappelijk onderzoek stopt nooit. Noteer hieronder de kernpunten van het klasgesprek. Voor de leerkracht: Het klasgesprek laat toe de spreek- en luistervaardigheid van de leerlingen bij te schaven. Bovendien leren de leerlingen een uitspraak kritisch te beoordelen en via een gefundeerde argumentatie voor hun mening uit te komen.
4 2 Opdracht In de uit te voeren opdracht vormen jullie de redactie van een wetenschappelijk tijdschrift. Voor de volgende editie van het tijdschrift wensen jullie te werken rond een bedrijf dat hoogstaand en vooruitstrevend wetenschappelijk onderzoek verricht. Om de kwaliteit van de editie op te drijven hebben jullie als redactie besloten om een betrouwbare informatiebron in te schakelen en aldus een onderzoeker uit het bedrijf uit te nodigen. Om het bezoek van de onderzoeker optimaal en de creatie van de nieuwe editie van het tijdschrift vlot te laten verlopen, hebben jullie reeds een taakverdeling (zie 2.1) en een inhoudsoverzicht (zie 2.2) opgesteld. 2.1 Beschrijving van de taken Aan het hoofd van de redactie staat de hoofdredacteur. Deze wordt in zijn taak bijgestaan door de verschillende deelredacties (met telkens een teamleider, een redacteur en een interviewer), alsook door een fotograaf en een assistent. Hieronder vinden jullie een uitgebreide taakbeschrijving van elk lid van de redactie. De hoofdredacteur Bedenkt een geschikte manier om de informatie, verzameld tijdens het bezoek, samen te brengen. (F1) Denk hierbij zeker aan de volgende items: indeling lay-out Verzamelt de verslagen van de redacteurs, de foto s van de fotograaf en eventuele leuke anekdotes en maakt hier vervolgens een amusant en samenhangend geheel van. (F3) De fotograaf Verzamelt beeldmateriaal van het bedrijf waarin de onderzoeker tewerkgesteld is. (F1) Treft de nodige voorbereidingen om fotomateriaal tijdens het bezoek te verzamelen. (F1) Denk hierbij zeker aan de volgende items: reservatie fototoestel; werking fototoestel; Maakt leuke en verrassende foto s tijdens het bezoek. (F2) Maakt een selectie uit de genomen foto s, bezorgt deze aan de hoofdredacteur en helpt de hoofdredacteur bij de samenstelling van het tijdschrift. (F3) De assistent
5 Stuurt een brief of een e-mail naar de onderzoeker. (F1) De volgende items moeten zeker worden opgenomen: adres van de school (zorg eventueel voor een plannetje en/of een routebeschrijving); datum en uur van aankomst; contactpersoon op school (vermeld het telefoonnummer); beschrijving van de klas (verwijs naar de fiche die je in bijlage verstuurt); verloop/duur van het bezoek; eventuele wensen (drank, eten, presentatiemateriaal, ); verwijzing naar het interview dat de leerlingen tijdens het bezoek van de onderzoeker zullen afnemen (verwijzen naar de vragen die je in bijlage verstuurt); Opmerking: een voorbeeld van een informatiefiche bevindt zich in bijlage. Treft de nodige voorbereidingen om de onderzoeker te ontvangen en te begeleiden tijdens zijn bezoek. (F2) Denk hierbij aan: rondleiding op de school; voorstelling van de klasgroep; hulp bij de opstelling en het opruimen van het materiaal nodig bij de voordracht; voorzien in de behoeften van de onderzoeker (bv. drank, presentatiemateriaal, ); Schrijft een brief of een e-mail om de onderzoeker te bedanken. Naast een dankwoordje kan je ook het verslag van het bezoek toevoegen. Zo krijgt de onderzoeker een idee over hoe jullie het bezoek ervaren hebben. (F3) De teamleider Verzamelt, in samenwerking met de redacteur en de interviewer, informatie omtrent het gekozen thema en stelt een vragenlijst voor de onderzoeker op. Vult de gevonden informatie in in een bedrijfsfiche. (F1) Maakt, in samenwerking met de redacteur en de interviewer, een gestructureerd verslag van de verzamelde informatie, bezorgt dit verslag aan de hoofdredacteur en helpt de hoofdredacteur bij de samenstelling van het tijdschrift. (F3) Opmerking: een voorbeeld van een bedrijfsfiche en tips voor het schrijven van een verslag bevinden zich in bijlage. De redacteur Verzamelt, in samenwerking met de redacteur en de interviewer, informatie omtrent het gekozen thema en stelt een vragenlijst voor de onderzoeker op. Vult de gevonden informatie in in een bedrijfsfiche. (F1) Maakt tijdens het bezoek notities omtrent het gekozen thema. (F2) Maakt, in samenwerking met de teamleider en de interviewer, een gestructureerd verslag van de verzamelde informatie en de notities en bezorgt dit verslag aan de hoofdredacteur. (F3) Opmerking: een voorbeeld van een bedrijfsfiche en tips voor het schrijven van een verslag bevinden zich in bijlage. De interviewer
6 Verzamelt, in samenwerking met de redacteur en de interviewer, informatie omtrent het gekozen thema en stelt een vragenlijst voor de onderzoeker op. Vult de gevonden informatie in in een bedrijfsfiche. (F1) Bezorgt de vragenlijst aan de assistent. (F1) Interviewt de ondernemer tijdens het bezoek en noteert de antwoorden. (F2) Maakt, in samenwerking met de teamleider en de redacteur, een gestructureerd verslag van de verzamelde informatie en het interview en bezorgt dit verslag aan de hoofdredacteur. (F3) Opmerking: een voorbeeld van een bedrijfsfiche en tips voor het schrijven van een verslag bevinden zich in bijlage. 2.2 Beschrijving van de thema s Elke deelredactie verzamelt en verwerkt informatie rond een bepaald onderwerp. Onbeantwoorde vragen en andere weetjes kunnen het onderwerp vormen van het interview. Mogelijke thema s zijn: Thema 1: algemene informatie Wat is de naam en het adres van het bedrijf? Wat is het telefoonnummer, het faxnummer, het algemeen e-mailadres? Heeft het bedrijf een website? Wat is de URL? Wat is het logo van het bedrijf? Wat is het ondernemingsnummer van het bedrijf? Onder welke ondernemingsvorm valt het bedrijf? Wat is de hoofdactiviteit van het bedrijf? Binnen welke sector is het bedrijf actief? Is het bedrijf beursgenoteerd? Welke producten/diensten biedt het bedrijf aan? Heeft het bedrijf nog andere vestigingen? Waar? Thema 2: personeel- en maatschappijgerelateerde materie Wie is de zaakvoerder/directeur? Hoe ziet het organigram er uit? Hoeveel mensen zijn er tewerkgesteld in het bedrijf? Hoe is de verdeling tussen arbeiders en bedienden? Hoe is de verdeling tussen mannen en vrouwen? Is er een afstemming tussen werk en gezin mogelijk? Is er een regeling i.v.m. woon-werkverkeer? Wordt er aandacht besteed aan een veilige en gezonde werkplek? Wordt er voldoende aandacht besteed aan het milieu? Wordt er gewerkt aan een evenwichtige relatie met de buurt? Thema 3: historiek en bekendheid Wanneer en waar werd het bedrijf gesticht? Wie waren de oprichters? Hoe groeide het bedrijf?
7 Heeft het bedrijf nationale partners? Heeft het bedrijf internationale partners? Komt het bedrijf op één of andere manier regelmatig in het nieuws? Is de reclame van het bedrijf je al opgevallen? Hoe? Welke reclame? Werkt het bedrijf samen met scholen? Hoe (stages, bedrijfsbezoeken, opleidingen, materiaal, )? 3 Verloop van de opdracht Om de opdracht beschreven in deel 2 tot een goed einde te brengen, is een georganiseerd verloop ervan noodzakelijk. Hieronder wordt de organisatie van de opdracht schematisch weergegeven. 1 Duid een hoofdredacteur, een fotograaf en een assistent aan. De overige leerlingen verdelen zich in groepjes (deelredacties). De leden van elke groep kiezen een thema (zie 2.2) en binnen elke groep wordt een teamleider, een redacteur en een interviewer aangeduid. Voor de leerkracht: Afhankelijk van de grootte van de klasgroep worden eerst één of twee hoofdredacteurs, één fotograaf en één of twee assistenten aangesteld. De overige leerlingen worden onderverdeeld in groepjes van minstens drie leerlingen. Binnen elke deelgroep worden één teamleider, alsook één of meerdere redacteurs en interviewers aangesteld. De hoofdredacteur en de teamleiders moeten beschikken over de nodige portie zelfstandigheid, discipline, stiptheid en mondigheid. De fotograaf moet de nodige technische kennis hebben om het fototoestel te bedienen en om een fotoreportage in elkaar te knutselen. 2 Als voorbereiding op het bezoek van de onderzoeker voeren de leerlingen de opdrachten aangeduid met F1 uit. Voor de leerkracht: Begeleid de leerlingen in de uitvoering van de voorbereidende taken. Controleer de uitvoering van de taken en stuur indien nodig bij. De infofiche van de leerlingen / de brief of email naar de onderzoeker Een bezoeker weet graag waar hij terechtkomt. Het inlichten van de onderzoeker over zijn doelpubliek en hun interesses is dan ook noodzakelijk. De opstelling van de infofiche en van de brief of e-mail naar de onderzoeker vormen het ideale middel. Via deze opdracht leren de leerlingen het belang van een goede communicatie en planning, alsook van het maken en nakomen van afspraken. Bovendien leren ze een gestructureerd document opstellen dat voldoet aan de BIN-normen. De fiche in de bijlage is illustratief. De leerlingen kunnen hun creatieve geest gebruiken om een eigen fiche op te stellen. De bedrijfsfiche Een bezoeker ontvangen zonder iets te weten over hem/haar en het bedrijf waar hij/zij werkt, is onverantwoord. Leerlingen willen weten wie er op bezoek komt en wat ze kunnen verwachten. Door het verzamelen van enige informatie en deze te noteren in een overzichtelijke fiche krijgen de leerlingen een antwoord op voorgaande vragen. Bovendien leren de leerlingen via deze opdracht om gericht informatie op te zoeken en deze kritisch naar waarde te beoordelen. De fiche in de bijlage is illustratief. De leerlingen kunnen hun creatieve geest gebruiken om een eigen bedrijfsfiche op te stellen. Het interview
8 Indien leerlingen bepaalde informatie rond een thema niet of onvoldoende terugvinden, dan kunnen de leerlingen deze verwerken in het interview. Deze vragen kunnen aangevuld worden met vragen uit het interesseveld van de leerlingen. Het opstellen van al deze vragen bevordert het kritisch nadenken over allerlei aspecten van wetenschappelijk onderzoek. Extra voorbeeldvragen zijn opgenomen in bijlage. 3 Tijdens het bezoek van de onderzoeker worden de opdrachten aangegeven met F2 volbracht. Voor de leerkracht: Geef aan de leerlingen een blad met daarop de bedrijfsfiche, alsook al de vooropgestelde vragen uit het interview. Op deze manier heeft elke leerling een overzicht van de verzamelde informatie en kan elke leerling informatie noteren die hij/zij interessant vindt. 4 Na het bezoek van de onderzoeker worden de opdrachten aangeduid met F3 uitgevoerd. Voor de leerkracht: Begeleid en controleer de leerlingen in de uitvoering van hun taken. Stuur bij indien nodig. Het tijdschrift Via de samenstelling van het tijdschrift leren de leerlingen relevante informatie verzamelen, selecteren en samenvoegen. Bovendien vereist de realisatie van het tijdschrift een goede planning, duidelijke afspraken en een nauwe samenwerking tussen de leerlingen. Teamwork staat m.a.w. centraal. De bedankbrief of e-mail naar de onderzoeker Het bedrijf en zijn onderzoeker zullen het erg op prijs stellen als de leerlingen een bedankbrief of e-mail opsturen, eventueel met het tijdschrift als bijlage. Bovendien leren de leerlingen via deze weg een gestructureerd document opstellen dat voldoet aan de BIN-normen. 4 Afsluitend klasgesprek
9 Doorblader het opgestelde tijdschrift en voer vervolgens een klasgesprek waarin onderstaande elementen aan bod komen. Wat vond je leuk en minder leuk aan het bezoek van de onderzoeker? Wat vond je het meest (minst) interessant? Wat heb je bijgeleerd over wetenschappelijk onderzoek? Is het beeld dat je had over wetenschappelijk onderzoek veranderd? Waardoor (niet)? Zou je zelf graag wetenschappelijk onderzoek verrichten? Waarom (niet)? Noteer hieronder de kernpunten van het klasgesprek. Voor de leerkracht: Het klasgesprek laat toe de spreek- en luistervaardigheid van de leerlingen bij te schaven. Bovendien leren de leerlingen een uitspraak kritisch te beoordelen en via een gefundeerde argumentatie voor hun mening uit te komen. Bijlage 1: infofiche van de klas
10 Algemene gegevens school: Technisch Instituut e-mail: info@ti-zonnestraal.be adres: Sint-Gerardstraat 45 tel.: 011 39 12 58 3256 ZONNESTRAAL fax: 011 39 12 00 website: www.ti-zonnestraal.be begeleidende leerkracht(en): Petra Smeulders titularis klas 6B Lieve Costermans ICT coördinator Klas studierichting: 6 kantoor aantal leerlingen: 12 namen van de leerlingen: Glenn Vandewalle, Stephan Peeters, Mariska Winter, Tjorven Janssens, Specifieke info Het bedrijfsbezoek kadert binnen de vakken: fysica, wiskunde, chemie, seminarie, Ons interesseveld omvat:
11 Bijlage 2: bedrijfsfiche Algemene gegevens naam: Ecover nv e-mail: soapmaster@ecover.be adres: Industrieweg 3 tel.: 03 309 25 00 2390 OOSTMALLE fax: 03 311 72 70 website: www.ecover.be ondernemingsnummer: 0441.095.820 Hoofdactiviteit & sector: missie Ecover wil zowel efficiëntie als duurzame oplossingen bieden voor de hygiënische behoeften van de mens. visie Ecover is een bedrijf dat economische waarde wil optimaliseren. Wij beschouwen het milieu als een onlosmakelijk deel van de economie. Negatieve effecten voor het milieu worden tot een minimum herleid ondermeer door onderzoek naar nieuwe technologieën en grondstoffen te stimuleren en uit te voeren. Op sociaal vlak ziet Ecover arbeidsprestaties als middel om maatschappelijk welzijn en zelfontplooiing van haar directe en indirecte medewerkers te bevorderen. Productassortiment: 1 afwasmiddelen: 2 wasmiddelen: 3 reiniging: 4 verzorging: 5 andere: Vestigingen: Nieuw-Zeeland Australië België Luxemburg Canada Denemarken Finland Frankrijk Duitsland Israël Italië Japan Noorwegen Nederland Spanje Zwitserland Zweden Groot-Brittannië USA Portugal
12 Historiek Ecover is een internationaal bedrijf actief in de productie van ecologische was - en reinigingsmiddelen, dat in 1980 in België werd opgericht. Van bij de start was Ecover een koploper, een pioniersbedrijf, dat met een fosfaatvrij wasmiddel uitpakte nog vóór de fosfaten als een probleem werden gebrandmerkt. Sindsdien is Ecover, in eigendom van Jørgen Philip-Sørensen CBE, uitgegroeid tot de grootste producent van ecologische was - en schoonmaakmiddelen. Naast de hoofdzetel te Malle, bij Antwerpen-België, heeft Ecover vestigingen in De Verenigde Staten van Amerika, het Verenigd Koninkrijk en Zwitserland en worden de producten in meer dan 20 landen aangeboden. Personeel Het bedrijf telt werknemers, waarvan: bedienen arbeiders vrouwen mannen Bekendheid Het bedrijf komt regelmatig in de pers. Dat bewijzen de persberichten die je terug kan vinden via de website. Voorbeelden: ECOVER lanceert 7 bijkomende producten in Delhaize [ 31-08-2006 ] Ecologische wasmiddelenproducent breidt distributie in België verder uit Mike Golding en Ecover 60 : eindelijk onderweg [ 27-10-2006 ] Het leek er op dat de start van de Velux 5 Oceans race het voorbeeld zou worden van oceaanzeilen. Maar de dreiging van een diepe depressie zorgde toch voor een frons op de gezichten van zowel deelnemers als publiek. ECOVER werkt samen met Carrefour, Super GB en Natuurpunt [ 19-05-2006 ] Malle, 17 mei 2006. ECOVER, de marktleider in ecologische was- en schoonmaakproducten, breidt haar distributie sterk uit. Vandaag kondigt ECOVER een primeur aan: voortaan zijn de ECOVER producten ook te koop in Carrefour en Super GB. Ook op vlak van duurzaam ondernemen zit ECOVER niet stil. Eveneens vandaag kondigt de ecologische onderneming een partnership aan met Natuurpunt, de Vereniging voor Natuur en Landschap in Vlaanderen.
13 Bijlage 3: enkele tips voor het opstellen van een verslag/interview. Maak een overzichtelijk document. Wees bondig maar volledig. Gebruik korte maar krachtige zinnen. Vermeld leuke anekdotes en grappige voorvalletjes. Verwijs naar de fotoreportage die de fotograaf maakte. Eindig steeds met een positieve noot. Maak in het interview een duidelijk onderscheid tussen vraag en antwoord. Gebruik hiertoe bv. een ander lettertype of een andere kleur. Lees het geheel na.
14 Bijlage 4: enkele nuttige informatiebronnen Media die je kunnen helpen bij de uitwerking van het gekozen thema zijn: Kruispuntbank van Ondernemingen: http://economie.fgov.be/nl/ondernemingen/kbo/; Gouden Gids: www.goudengids.be; bedrijvengids van de gemeente: www.(gemeente dat je zoekt).be; reclamefolders; zoekrobots: www.google.be, http://search.yahoo.com/, www.altvista.com, ; website van het bedrijf.
15 Bijlage 5: vragen voor het interview Hieronder bevinden zich een aantal voorbeeldvragen die in het interview verwerkt kunnen worden. Over welke eigenschappen moet een goed onderzoeker beschikken? Waarom zou u het uitoefenen van wetenschappelijk onderzoek willen aanraden? Wat heeft u ertoe aangezet om onderzoeker te worden? Wat zijn de belangrijkste moeilijkheden waarmee een onderzoeker geconfronteerd wordt? Werkt de overheid het wetenschappelijk onderzoek in de hand of eerder tegen? Wat kunnen scholen doen om jongeren voor te bereiden op het beroep van wetenschappelijk onderzoeker? Let uw bedrijf op het energieverbruik? Is er een afvalbeleid in uw bedrijf? Wordt er gestreefd naar een veilige en gezonde werkplek? Wordt het personeel betrokken bij het bedrijfsbeleid? Is het milieu een regelmatig gespreksonderwerp bij beleidsbepalingen? In welke sectoren is het bedrijf actief? Op welke manier maakt het bedrijf reclame? Hoeveel personeelsleden telt het bedrijf? Wat moet de meerderheid van het personeel kennen/kunnen? Hoe werft het bedrijf nieuwe medewerkers aan? Over welke kwaliteiten moeten nieuwe medewerkers beschikken?
16 Bijlage 6: evaluatiedocument B6.1 Vaardigheden 1 De leerling beheerst de vaardigheid totaal niet, zelfs niet met begeleiding van de leraar. 2 3 De leerling kan opdrachten i.v.m. deze vaardigheid uitvoeren onder sterke begeleiding van de leraar of met hulp van medeleerlingen De leerling kan opdrachten i.v.m. deze vaardigheid redelijk zelfstandig uitvoeren maar laat af en toe nog een steekje vallen. 4 De leerling kan opdrachten i.v.m. deze vaardigheid volledig zelfstandig uitvoeren. Inleidend klasgesprek 1 1 2 3 4 Neemt actief deel aan het gesprek. Drukt zich duidelijk en verstaanbaar uit. Kan gefundeerd zijn mening uiten en verdedigen. Kan overleggen met medeleerlingen. Taakverdeling 1 Neemt actief deel aan de verdeling van de taken. Kan overleggen met medeleerlingen. Uitvoering van opdrachten F1: bedrijfsfiche 2 Kan een zoekmachine gebruiken om informatie op te zoeken. Kan een onderscheid maken tussen hoofd- en bijzaken. Kan een bedrijfsfiche uitwerken. Kan verzamelde informatie verwerken tot een overzichtelijk geheel. Kan efficiënt informatie opzoeken. Kan de verschillende media naar waarde inschatten. Uitvoering van opdrachten F1: infofiche 3 Kan onderscheid maken tussen hoofd- en bijzaken. Kan een informatiefiche uitwerken. Kan verzamelde informatie verwerken tot een overzichtelijk geheel. Kan efficiënt informatie opzoeken. 1 Alle leerlingen. 2 Leerlingen met de rol van teamleider, redacteur of interviewer. 3 Leerlingen met de rol van assistent.
17 Uitvoering van opdrachten F1: brief of email 3 1 2 3 4 Kan afspraken maken met externen. Kan communiceren met externen. Kan zich schriftelijk goed uitdrukken. Kan de BIN-normen respecteren en toepassen. Uitvoering van opdrachten F2: ontvangst en begeleiding van de onderzoeker 3 Drukt zich duidelijk en verstaanbaar uit. Kan zich op een beleefde manier uitdrukken. Kan communiceren met derden. Uitvoering van opdrachten F2 1 Kan aandachtig luisteren. Kan interesse tonen. Kan nuttige vragen stellen. Uitvoering van opdrachten F2: interview 4 Neemt actief deel aan het gesprek. Drukt zich duidelijk en verstaanbaar uit. Kan een onderscheid maken tussen hoofd- en bijzaken. Kan besluiten formuleren. Kan verbanden leggen. Uitvoering van opdrachten F3: tijdschrift 5 Kan een gestructureerd verslag maken. Kan werken onder tijdsdruk. Kan afspraken maken en nakomen. Kan samenwerken. Uitvoering van opdrachten F3: fotoreportage 6 Kan foto's verwerken tot creatief geheel. Kan verzamelde informatie verwerken. 4 Leerlingen met de rol van interviewer. 5 Leerlingen met de rol van hoofdredacteur, teamleider, redacteur of interviewer. 6 Leerling met de rol van fotograaf.
18 Uitvoering van opdrachten F3: bedankbrief of e-mail 3 1 2 3 4 Kan zich schriftelijk goed uitdrukken. Kan de BIN-normen respecteren. Kan schriftelijk communiceren met externen. Kan zich op een beleefde manier uitdrukken. Afsluitend klasgesprek 1 Neemt actief deel aan het gesprek. Drukt zich duidelijk en verstaanbaar uit. Kan gefundeerd zijn mening uiten en verdedigen. Kan overleggen met medeleerlingen. B6.2 Attitudes 0 De attitude is meerdere keren niet aanwezig 1 De attitude is minstens één keer niet aanwezig 2 De attitude is steeds aanwezig 0 1 2 Schuift minder interessante taken niet van zich af. Luistert naar anderen en laat hen uitspreken. Is niet te vlug tevreden. Het werk is af. Heeft respect voor de infrastructuur. Kan zelfstandig werken. Stelt hoge eisen aan zichzelf en zijn resultaten. Bereidt de opdracht voor. Is ordelijk en nauwkeurig. Werkt goed samen, kan kritiek aanvaarden, is collegiaal. Staat open voor de visie van anderen. Kan zich neerleggen bij het standpunt van de meerderheid. Gaat respectvol om met medeleerlingen. Opmerkingen: