NIEUWSBRIEF MAART 2012

Vergelijkbare documenten
NIEUWSBRIEF ABANTE VZW MAART 2012

NIEUWSBRIEF 16 - SOCIAAL SECRETARIAAT DIENSTBETOON

Instelling. Onderwerp. Datum

NIEUWE REGELS ROND TIJDSKREDIETUITKERINGEN: REGEERAKKOORD DI RUPO.

Publicatiedatum: 6 februari 2012

Wijziging van de reglementering van het tijdskrediet

Van 77bis naar 103: een nieuwe CAO over tijdskrediet: wijzigingen vanaf 1 september 2012

Wijziging van de reglementering van het tijdskrediet

NIEUWSBRIEF JANUARI 2010

Sociale partners sneller dan wetgever: CAO nr. 103ter past recht op tijdskrediet aan

a. Anciënniteitsvoorwaarde

Het recht op tijdskrediet

2012/44. Een nieuw kader voor tijdskrediet anno /07/2012

- 7 - HOOFDSTUK III. INSCHRIJVING

Het tijdskrediet Na het KB van 28 december 2011 resultaten van overleg met de regering Situatie op 19 april 2012

expertise binnen handbereik Ouderschapsverlof Opname Voorwaarde in hoofde van het kind Anciënniteit

expertise binnen handbereik Ouderschapsverlof Opname Voorwaarde in hoofde van het kind Anciënniteit Juridische dienst

MEDEDELING Nr Zitting van dinsdag 30 oktober

Ouderschapsverlof Rev Juridische dienst

NOTA STUDIEDIENST Tijdskrediet vanaf

M E D E D E L I N G Nr Zitting van dinsdag 27 februari 2018

Nieuwsbrief Arbeidsrecht APRIL 2012 DE SOCIALE VERKIEZINGEN KOMEN DICHTERBIJ

Hoofdstuk 2. Recht op tijdskrediet

Zijn er mogelijkheden om tijdelijk te stoppen met werken?

focus op het tijdskrediet in de privésector Vraag dit verlof online aan

Tijdskrediet en loopbaanvermindering 1

COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR.77 TER

Nr februari 2016

Wat is de weerslag van tijdskrediet op mijn pensioen? Welke regels gelden voor tijdskrediet? Bijvoorbeeld: Je zit in halftijds tijdskrediet vanaf je

DE CRISISPREMIE VOOR ONTSLAGEN ARBEIDERS

Tijdskrediet: wijzigingen ( )

Paritair subcomité voor de haven van Antwerpen, "Nationaal Paritair Comité der Haven van Antwerpen" genaamd

Vraag dit verlof online aan. focus op. het tijdskrediet in de privésector

Eindejaarspremie (uitvoering VIA-akkoord) Vakbondspremie Vervoersonkosten Openbaar vervoer Privé-vervoer Vervoerstussenkomst voor dienstopdrachten

SNELNIEUWS SOCIAAL RECHT Verschijnt wekelijks, ook wanneer er geen belangrijke wijzigingen zijn

[ ] CRISISPREMIE VOOR ONTSLAGEN ARBEIDERS KAN TOT EEN BIJKOMENDE KOST VAN EUR LEIDEN

Dit voordeel geeft aanleiding tot fiscale en sociale zekerheidsrechtelijke heffingen.

[ ] PROGRAMMAWET GEPUBLICEERD IN HET BELGISCH STAATSBLAD

VERLOFSTELSELS Vrije universiteit Brussel. Maart 2017 Jo Coulier Tim Vandenberghe

NIEUWSBRIEF ABANTE VZW SEPTEMBER 2012

Kosteloze beschikking over een woning

nationale arbeidsraad

PARITAIR COMITE VOOR HET VERMAKELIJKHEIDSBEDRIJF (304)

A D V I E S Nr Zitting van maandag 27 april

[ ] WERKGEVERS EN VAKBONDEN BEREIKEN EEN AKKOORD OVER HET EENHEIDSSTATUUT

Reglementering Tijdskrediet Vergelijkend overzicht CAO nr KB

Aanmoedigingspremies Tijdskrediet

R A P P O R T Nr RAPPORT BETREFFENDE HET TIJDSKREDIET - JAARLIJKSE EVALUATIE

Tijdskrediet met motief 1

Inhoudstafel. CAO-bundeling Sociale Werkplaatsen (v ) Productiepersoneel. Omkaderingspersoneel. Eindejaarspremie

NIEUWSBRIEF JUNI 2011

DEEL 1. STELSEL VAN WERKLOOSHEID MET BEDRIJFSTOESLAG (SWT) 1

AANVULLENDE VAKANTIE AAN HET BEGIN OF BIJ DE HERVATTING VAN DE ACTIVITEIT

Wetgevend kader tijdkrediet

Horeca in het federaal regeerakkoord Enkele druppels op een hete plaat? Horeca Expo Gent 2014 Geert Vermeir

Lange loopbaan : 35 jaar vanaf 2012, 38 jaar vanaf 2014, 39 jaar vanaf 2016 en 40 jaar vanaf 2017 ;

Inhoudstafel. CAO-bundeling Sociale Werkplaatsen (v ) Productiepersoneel. Omkaderingspersoneel. Eindejaarspremie

Nationaal akkoord voor arbeiders (PC 116)

Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités;

Niet-gemotiveerd tijdskrediet

De loopbaanonderbreking Actualisatie

ONDERRICHTING AAN DE WERKGEVERS PC111 & PC A

DEEL 1. STELSEL VAN WERKLOOSHEID MET BEDRIJFSTOESLAG (SWT) 1

Halftijds brugpensioen

Nr januari 2016

COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST Nr. 103 TER

NIEUWSBRIEF ABANTE VZW DECEMBER 2010

1 Algemeen 3. 2 Het tijdskrediet zonder motief 5. 3 Tijdskrediet met motief 9

Nieuw bedrag forfaitaire kilometervergoeding vanaf 1 juli 2015 definitief vastgelegd

COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 103 BIS VAN 27 APRIL

NIEUWSBRIEF ABANTE VZW NOVEMBER 2012

NIEUWSBRIEF MAART 2011

NIEUWSBRIEF 21 - SOCIAAL SECRETARIAAT DIENSTBETOON

Sociale verkiezingen Vrijstelling van het organiseren van verkiezingen

Aanvraag tijdskrediet landingsbanen Oude reglementering

Inhoudstafel. Inleiding 1. Deel I Tijdskrediet

COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 103 VAN 27 JUNI 2012 TOT INVOERING VAN EEN STELSEL VAN TIJDSKREDIET, LOOPBAAN- VERMINDERING EN LANDINGSBANEN

Nieuwsbrief Arbeidsrecht JULI 2012 NIEUWE REGELS VOOR STUDENTENARBEID

COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 77 QUINQUIES

Aanvraag tijdskrediet landingsbanen

Aanvraag tijdskrediet eindeloopbaan

COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST Nr. 77 BIS VAN 19 DECEMBER 2001 TOT VERVAN- GING VAN DE COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST Nr. 77 VAN 14 FEBRUARI 2001

Het tijdskrediet anno 2015

Protocol akkoord van 8 mei 2017

Ontwerp Protocol van akkoord van 28 oktober 2013

Ouderschapsverlof en andere thematische verloven

Paritair Comité voor de bedienden van de textielnijverheid en het breiwerk

Aanvraag om uitkeringen loopbaanonderbreking

A D V I E S Nr

Ouderschapsverlof en andere thematische verloven

Vlaams Secretariaat van het Katholiek Onderwijs vzw Guimardstraat BRUSSEL

Welk land kent de meeste belastingsontduiking? Welk land kent de meeste depressies? Welk land kent het hoogste BTW tarief?

Auteur. Onderwerp. Datum

Stelsel van economische werkloosheid voor bedienden

Tijdskrediet landingsbanen Aanvraag berekening beroepsverleden van 25 jaar of 35 jaar in te vullen door de werknemer

NIEUWSBRIEF FEBRUARI 2013

INTERPRETATIE VAN HET BEGRIP EFFECTIEF ACTIEF

Voor bepaalde werknemers is er echter al recht op tijdskrediet voor oudere werknemers vanaf 50 jaar. Het gaat hier meer bepaald om werknemers:

NIEUWSBRIEF ABANTE VZW JULI 2013

Nr maart 2016

Transcriptie:

NIEUWSBRIEF MAART 2012 HEEFT U EEN AFWIJKINGSREGISTER VOOR UW DEELTIJDSE WERKNEMERS? Wanneer u als werkgever een deeltijdse werknemer tewerkstelt waarvoor wel een uurrooster is aangeplakt, maar zonder dat de afwijkingen op dit werkrooster worden geregistreerd, zal de werknemer vermoed worden voltijdse prestaties te hebben verricht. In de strijd tegen het niet-naleven van de verplichtingen inzake deeltijds werken, zullen de inspectiediensten hier in de toekomst steeds de voorlegging van het afwijkingsregister eisen. In plaats van het "document voor afwijkingen" kunnen de afwijkingen van de bekendgemaakte uurroosters wel nog steeds met andere documenten of controlemogelijkheden worden geregistreerd. Eén daarvan is de elektronische registratie via de prikklok. PC 111 - MOBILITEITSVERGOEDING VANAF 1 APRIL 2012 De mobiliteitsvergoeding is een regeling van terugbetaling van verplaatsingskosten. Ze wordt toegekend aan werknemers waarvan de plaats van tewerkstelling niet vast bepaald is. Het feit dat de plaats van tewerkstelling de werf is en niet de bedrijfszetel en dat deze werf bovendien wijzigt van opdracht tot opdracht, heeft tot gevolg dat de werknemers vaak vele uren onderweg zijn, voordat ze hun eigenlijke plaats van tewerkstelling bereiken en het werk kunnen aanvatten. De uren die de arbeiders onderweg zijn worden vergoed via de mobiliteitsvergoeding en zijn geen arbeidstijd. Vanaf 1 april 2012 moet de werkgever uit PC 111 aan de arbeiders een mobiliteitsvergoeding betalen voor de verplaatsingen van de woonplaats of ophaalplaats naar de eerste werf, en omgekeerd vanuit de laatste werf. De mobiliteitsvergoeding is verschuldigd ongeacht het gebruikte vervoermiddel. Deze regeling over de mobiliteitsvergoeding is niet van toepassing voor ondernemingen die bruggen en metalen gebinten monteren. De mobiliteitsvergoeding bedraagt EUR 0,1316/kilometer en is vrij van sociale zekerheidsbijdragen. Dit bedrag van EUR 0,1316 aan mobiliteitsvergoeding is het maximaal bedrag dat door de RSZ aanvaard wordt om vrijgesteld te zijn van sociale zekerheidsbijdragen. Ondernemingen die reeds een andere manier hebben voor het vergoeden van bovenvermelde verplaatsingen, kunnen deze behouden en de mobiliteitsvergoeding er in opnemen. Zij dienen hiervoor een ondernemings-cao te sluiten die niet kostenverhogend mag zijn voor de werkgever en niet inkomensverlagend voor de arbeider. Bron: CAO 16 januari 2012 betreffende de mobiliteitsvergoeding. - 1 -

DE NIEUWIGHEDEN ROND TIJDSKREDIET In uitvoering van het regeerakkoord wordt met ingang van 1 januari 2012 het recht op de onderbrekingsuitkeringen in het kader van het tijdskrediet teruggeschroefd en wordt voortaan een onderscheid gemaakt tussen drie vormen van tijdskrediet, namelijk tijdskrediet zonder motief, tijdskrediet met motief en het eindeloopbaanstelsel (de zogenaamde "landingsbanen")[1]. De wijzigingen hebben slechts betrekking op de voorwaarden en de duur van de toekenning van de onderbrekingsuitkeringen. Ze gaan dus niet over de toegangsvoorwaarden tot de verschillende tijdskredietstelsels. Die blijven, tot nu toe, ongewijzigd. Voorlopig blijven de regels van CAO nr. 77bis dus onverkort van toepassing, waardoor er tegenstrijdigheden kunnen ontstaan tussen enerzijds het recht op tijdskrediet en anderzijds het recht op onderbrekingsuitkeringen, maar daarover meer onder titel 5. 1 Tijdskrediet zonder motief Het recht op onderbrekingsuitkeringen wordt vanaf 1 januari 2012 beperkt tot maximum 12 maanden gedurende de volledige beroepsloopbaan en kan worden opgenomen onder de vorm van: 12 maanden volledige schorsing van de arbeidsprestaties; 24 maanden vermindering van de arbeidsprestaties tot een halftijdse betrekking; 60 maanden 1/5de loopbaanvermindering; een combinatie beperkt tot een voltijds equivalent van 12 maanden. Om aanspraak te kunnen maken op een onderbrekingsuitkering moet de werknemer op het ogenblik van de schriftelijke kennisgeving aan de werkgever minstens 5 jaar beroepsloopbaan als loontrekkende kunnen aantonen en verbonden zijn door een arbeidsovereenkomst met de werkgever gedurende minstens 2 jaar. Deze loopbaan- en anciënniteitsvoorwaarden zijn niet van toepassing op werknemers die hun rechten op ouderschapsverlof voor alle rechthebbende kinderen hebben opgebruikt, en die onmiddellijk na het ouderschapsverlof hun arbeidsprestaties volledig schorsen of verminderen. 2 Tijdskrediet met motief Het recht op onderbrekingsuitkeringen wordt vanaf 1 januari 2012 uitgebreid met een bijkomend recht van maximum 36 maanden voor de volgende motieven: het zorg dragen voor zijn kind tot de leeftijd van 8 jaar; het verlenen van palliatieve zorgen; het bijstaan of verzorgen van een zwaar ziek gezins- of familielid; het volgen van een opleiding. Het krediet van 36 maanden wordt niet proportioneel toegekend wat wil zeggen dat, ongeacht de gekozen onderbrekingsformule (volledige, halftijdse of 1/5de schorsing), de onderbrekingsuitkeringen slechts voor een periode van maximum 36 maanden zullen worden uitgekeerd. - 2 -

Daarnaast wordt nog een bijkomend recht voorzien van maximum 48 maanden met het oog op twee bijzondere motieven: de zorg voor zijn zwaar ziek kind of een zwaar ziek kind dat deel uitmaakt van het gezin; de zorg voor zijn gehandicapt kind tot 21 jaar. Ook dit krediet kan niet proportioneel worden opgenomen en zal met het in het verleden opgenomen krediet worden verrekend, volgens het principe dat gemotiveerd tijdskrediet wordt aangerekend op gemotiveerd tijdskrediet en niet-gemotiveerd tijdskrediet op niet-gemotiveerd tijdskrediet. Het krediet van 36 maanden wordt in mindering gebracht van de 48 maanden, zodat een werknemer nooit meer dan maximum 48 maanden onderbrekingsuitkeringen kan genieten in het kader van de opname van tijdskrediet met motief. Om aanspraak te kunnen maken op een onderbrekingsuitkering moet de werknemer op het ogenblik van de schriftelijke kennisgeving aan de werkgever minstens 2 jaar in dienst zijn van de werkgever (dus zonder loopbaanvereiste). 3 Landingsbanen De oudere werknemer met 25 jaar beroepsloopbaan als loontrekkende (op het ogenblik van de schriftelijke kennisgeving aan de werkgever) heeft vanaf 1 januari 2012 recht op onderbrekingsuitkeringen vanaf 55 jaar tot aan de pensioenleeftijd in het kader van de vermindering tot een halftijdse arbeidsbetrekking of 1/5de loopbaanvermindering. De leeftijd wordt op 50 jaar gebracht voor de werknemer die op het ogenblik van de schriftelijke kennisgeving aan de werkgever: een zwaar beroep uitoefende gedurende ten minste 5 jaar in de 10 voorafgaande jaren of gedurende ten minste 7 jaar in de 15 voorafgaande jaren; en op voorwaarde dat het zwaar beroep voorkomt op de lijst van de knelpuntberoepen. Deze lijst dient echter nog verder geconcretiseerd te worden. Het KB van 28 december 2011 definieert een zwaar beroep als o.m. het werk in wisselende ploegen, werk in onderbroken dienst of werk in een ploegenstelsel met nachtarbeid (definitie conform de brugpensioenreglementering). Deze definitie kan na advies van de NAR nog bij KB worden aangepast. 4 Overgangsbepalingen Het KB van 28 december 2011 is van toepassing op alle eerste aanvragen of verlengingsaanvragen voor onderbrekingsuitkeringen die ingaan na 31 december 2011. Wat betreft de aanvragen die een aanvang nemen na 31 december 2011 blijven de oude bepalingen echter van toepassing op: de eerste aanvragen of verlengingsaanvragen voor onderbrekingsuitkeringen die uiterlijk op donderdag 1 maart 2012 werden ontvangen bij de RVA, voor zover de werkgever vóór 28 november 2011 schriftelijk op de hoogte werd gebracht door de werknemer en voor zover de ingangsdatum uiterlijk maandag 2 april 2012 is. Indien één van deze drie voorwaarden niet is vervuld, zal de - 3 -

uitkeringsaanvraag volgens de nieuwe reglementering worden uitgewerkt; de werknemer van minstens 50 jaar, die werkzaam is in de privésector en reeds in het stelsel "einde loopbaan" zit, maar die dit stelsel niet had aangevraagd tot aan de pensioenleeftijd. Deze werknemer kan verder genieten van de oude bepalingen ter gelegenheid van de eerstvolgende aanvraag om verlenging. Deze aanvraag om verlenging kan slechts eenmaal worden aanvaard en zij kan betrekking hebben op de periode die loopt tot de pensioenleeftijd. De oude bepalingen blijven eveneens van toepassing op de aanvragen die een aanvang namen vóór 1 januari 2012, ongeacht de ontvangstdatum bij de RVA. 5 Recht op tijdskrediet versus recht op uitkeringen De voorwaarden om recht te hebben op tijdskrediet wijzigen daarentegen niet. Hierdoor kan een werknemer gedurende zijn loopbaan tijdens de volgende periodes tijdskrediet opnemen: een volledige of halftijdse onderbreking gedurende maximum 1 jaar (tenzij de sector of de onderneming dit recht heeft uitgebreid tot maximum 5 jaar); een loopbaanvermindering met 1/5de gedurende 5 jaar; een vermindering van de prestaties met 1/5de of 1/2de voor werknemers vanaf de leeftijd van 50 jaar tot aan de (brug)pensioenleeftijd. Het recht op tijdskrediet wordt nog altijd geregeld door CAO nr. 77bis, wat betekent dat alle rechten van deze CAO nog aangevraagd kunnen worden, maar dat niet alle formules nog vergoed zullen worden. Een recht dat bovendien kan worden uitgebreid op grond van een sector- of ondernemings-cao. Waardoor steeds zal nagegaan moeten worden of een tijdskredietformule met vergoeding wel degelijk bestaat en afdwingbaar is in het paritair comité van de betrokken bediende of arbeider. 5.1 Tijdskrediet in het PC nr. 218 In het paritair comité nr. 218 (ANPCB) hebben de werknemers die de leeftijd van 50 jaar niet hebben bereikt in principe recht op 2 jaar voltijds of halftijds tijdskrediet, maar voor de werknemers met 5 jaar anciënniteit bij de werkgever kan dit recht tot 3 jaar worden uitgebreid. Het recht op onderbrekingsuitkeringen ten laste van de RVA is echter beperkt tot 12 maanden, tenzij de werknemer een bijzonder motief kan voorleggen. Heeft de werknemer recht op tijdskrediet, maar niet op uitkeringen, dan kan hij wel een tijdskrediet zonder uitkeringen opnemen (het omgekeerde is evenwel niet mogelijk). Een voorbeeld kan dit misschien wat verduidelijken: Mevrouw Kenis is 42 jaar, werkt reeds 7 jaar voor dezelfde werkgever en zou graag 3 jaar voltijds tijdskrediet zonder motief opnemen. Zij voldoet aan de voorwaarde gesteld door de sector om 3 jaar voltijds tijdskrediet te kunnen opnemen, namelijk 5 jaar dienst bij de huidige werkgever en de leeftijd van 50 jaar nog niet hebben bereikt. Haar recht op onderbrekingsuitkeringen wordt sinds 1 januari 2012 geopend vanaf 5 jaar dienst als loontrekkende en 2 jaar anciënniteit bij de huidige werkgever, waardoor zij eveneens recht heeft op uitkeringen. Aangezien ze echter een tijdskrediet zonder motief opneemt, zal ze slechts gedurende 12 maanden uitkeringen kunnen ontvangen. Mevrouw Kenis kan dus wel 3 jaar tijdskrediet opnemen, maar zal de laatste 2 jaar geen uitkeringen meer ontvangen. - 4 -

5.2 Tijdskrediet in het PC nr. 124 In het paritair comité nr. 124 heeft men het recht op tijdskrediet niet uitgebreid en blijft het dus beperkt tot maximum 1 jaar voltijds of halftijds tijdskrediet gedurende de ganse loopbaan. 6 Conclusie Zolang de regelgeving omtrent het recht op onderbrekingsuitkeringen en het recht op tijdskrediet niet op elkaar zijn afgestemd, zullen er toepassingsvragen zijn waardoor alle nieuwe dossiers met de nodige voorzichtigheid moeten worden bekeken. Aarzel daarom niet om elk concreet geval waarmee u geconfronteerd wordt even ter controle aan ons voor te leggen. [1] Wettelijke referentie: KB van 28 december 2011 tot wijziging van het KB van 12 december 2001 tot uitvoering van hoofdstuk IV van de wet van 10 augustus 2001 betreffende verzoening van werkgelegenheid en kwaliteit van het leven betreffende het stelsel van tijdskrediet, loopbaanvermindering en vermindering van de arbeidsprestaties tot een halftijdse betrekking, B.S. van 30 december 2011, 5 de editie. VOORLOPIGE LIJST MET AANPASSINGEN LOONBAREMA?S MAART 2012 documenten/0312 voorlopig(1).doc SOCIALE VERKIEZINGEN IN DE BOUWSECTOR In de bouwsector is er reeds een geruime tijd een akkoord met de werknemersorganisaties dat ze geen kandidatenlijsten voor de sociale verkiezingen indienen voor de arbeiders en de bedienden van de bouwbedrijven. Dit akkoord geldt zowel voor de verkiezingen van de comités voor preventie en bescherming op het werk als voor de ondernemingsraden. Deze overeenkomst dient echter telkenmale terug ondertekend te worden door de werknemersorganisaties, voor de arbeiders was er geen probleem en werd dit ondertekend op 8 december 2011. De onderhandelingen met de vakbonden van de bedienden sleepten langer aan maar op 10 februari 2012 hebben ook zij de vrijstelling ondertekend. Let wel, dit zorgt er niet voor dat de onderneming is vrijgesteld van de opstart van de procedure voor sociale verkiezingen. De syndicale organisaties verklaren zich enkel akkoord dat zij geen kandidatenlijsten indienen waardoor de procedure wegens geen ingediende lijsten kan beëindigd worden. Dit kan men echter ten vroegste op 14 maart 2012 verklaren en is afhankelijk van de datum van opstart. Tevens dient men rekening te houden dat dit enkel geldt voor de bouwbedrijven waarin enkel arbeiders uit PC 124 tewerkgesteld zijn. Bouwbedrijven waar nog arbeiders werken uit andere paritaire comités zijn dus niet vrijgesteld. VRIJWILLIGERSWERK: INDEXERING VAN DE GRENZEN VOOR VERGOEDINGEN - 5 -

Vrijwilligerswerk gebeurt geheel onbezoldigd. Dat betekent niet dat de vrijwilliger niet vergoed kan worden door de organisatie voor de gemaakte kosten. Vrijwilligers kunnen beroep doen op een vermoeden en moeten de werkelijkheid van de gemaakte kosten niet bewijzen zolang het totaalbedrag van de vergoedingen die hij van een of meer organisaties ontvangt vanaf 1 januari 2012 niet hoger ligt dan: EUR 31,44 per dag (i.p.v. EUR 30,82 in 2011); EUR 1.257,51 per jaar (i.p.v. EUR 1.232,92 in 2011). Wanneer het totaalbedrag van de ontvangen vergoedingen bovenstaande bedragen overschrijdt, valt het vermoeden van onkosten van vrijwilligerswerk weg en moet de vrijwilliger met schriftelijke bewijsstukken de werkelijkheid en het bedrag bewijzen van de voor de organisatie gemaakte kosten. Doet de vrijwilliger dat niet, dan kan de uitgeoefende activiteit niet beschouwd worden als vrijwilligerswerk en kan diegene die ze uitoefent niet als vrijwilliger worden gezien. Dergelijke vergoedingen ontsnappen aan elke socialezekerheidsbijdrage en zijn vrijgesteld van belastingen wanneer deze grenzen voor de vergoedingen worden gerespecteerd of wanneer het terugbetaalde bedrag wordt gerechtvaardigd aan de hand van schriftelijke bewijsstukken. KANDIDATEN VOOR DE SOCIALE VERKIEZINGEN BEKEND Op dag X+35 (d.i. exact 55 dagen van de dag van de verkiezingen) worden de kandidaten voor de sociale verkiezingen bekendgemaakt. Afhankelijk van wanneer de sociale verkiezingen (tussen 7 mei 2012 en 20 mei 2012) georganiseerd worden, zijn de uiterste data waarbinnen de kandidatenlijsten neergelegd moeten zijn van dinsdag 13 maart 2012 tot maandag 26 maart 2012. Het gaat hier om vervaldata: als de kandidatenlijsten niet tijdig worden ingediend, worden ze niet meer in aanmerking genomen. De werkgever moet rekening houden met de datum waarop de kandidatenlijst aan de onderneming werd verzonden, met de datum van afgifte van de aangetekende brief bij de post of met de datum van rechtstreekse overhandiging van de lijst. De lijsten worden ingediend door de representatieve werknemersorganisaties of door hun mandatarissen of door de organisaties van kaderleden. Er zijn geen vormvoorwaarden voor de wijze waarop deze lijsten aan de werkgever moeten worden bezorgd. Er moeten wel een aantal inhoudelijke voorwaarden gerespecteerd worden: het aantal kandidaten op de lijst mag nooit groter zijn dan het te verdelen aantal effectieve en plaatsvervangende mandaten; een kandidaat mag maar op één kieslijst voorkomen; hij kan echter wel opkomen voor de verkiezing van het comité en van de ondernemingsraad; de kandidatenlijsten moeten per orgaan (comité voor bescherming en preventie op het werk, ondernemingsraad) opgesteld worden en per categorie van werknemers (arbeiders, bedienden, jonge werknemers, kaderleden); de kandidaten moeten tot de technische bedrijfseenheid behoren waar de verkiezingen gehouden worden de kandidaten moeten behoren tot de categorie van werknemers waarvoor ze opkomen - 6 -

de vrouwelijke kandidaten moeten met hun meisjesnaam op de lijst vermeld staan. Ze mogen hun naam wel laten voorafgaan door de naam van hun echtgenoot. Door de bekendmaking van de kandidaturen, verliezen de kandidaten hun anonimiteit! De werkgevers moeten de lijsten aanplakken op dag X+40 De lijsten worden aangeplakt volgens de nummers die aan de lijsten werd toegekend. Lijst 1: ACLVB; Lijst 2: ACV; Lijst 3: ABVV; Lijst 4: NCK (Nationale Confederatie van de Kaderleden). VOORDELEN VAN ALLE AARD: VERHOGING FORFAITAIRE WAARDERING GRATIS WONING EN GRATIS VERWARMING EN ELEKTRICITEIT In het Belgisch Staatsblad van 28 februari 2012 werd een koninklijk besluit gepubliceerd met nieuwe forfaits voor de raming van de belastbare voordelen van alle aard die voortvloeien uit de kosteloze verstrekking van verwarming en elektriciteit. 1. Gratis verstrekking van verwarming en elektriciteit De fiscale forfaitaire bedragen voor bedrijfsleiders en leidinggevend personeel worden verhoogd vanaf 1 januari 2012; voor de andere verkrijgers blijven de forfaits van 2011 verder van toepassing.voortaan zullen deze bedragen ook jaarlijks geïndexeerd worden. Als gevolg hiervan moet men sinds 1 januari 2012 retroactief rekening houden met de volgende jaarforfaits: Elektriciteit Bedrijfsleiders en leidinggevend personeel 2011 2012 820 euro 910 euro Andere verkrijgers 410euro 410 euro Verwarming Bedrijfsleiders en leidinggevend personeel 2011 2012 1640 euro 1820 euro Andere verkrijgers 820 euro 820 euro 2. Gratis woning Ook het gratis ter beschikking stellen van een onroerend goed vormt een voordeel van alle aard. Voor de fiscus wordt dit voordeel forfaitair gewaardeerd aan 100/60 ste van het geïndexeerd kadastraal inkomen (KI) van de woning. Vanaf 1 januari 2012 wordt het voordeel als volgt bepaald: Woning ter beschikking gesteld door een rechtspersoon: - 7 -

Niet-geïndexeerd KI is kleiner dan of gelijk aan EUR 745: Geïndexeerd KI x 100/60 x 1,25 Niet-geïndexeerd KI is groter dan EUR 745 Geïndexeerd KI x 100/60 x 3,8 (in plaats van 2 voordien) Woning ter beschikking gesteld door een natuurlijke persoon: Geïndexeerd KI x 100/60 Voor een gemeubelde woning wordt het voordeel in natura wel nog verhoogd met 2/3. Het kadastraal inkomen wordt jaarlijks geïndexeerd. Voor inkomstenjaar 2012 bedraagt de indexatiecoëfficiënt voor het kadastraal inkomen 1,6349. Bron: Koninklijk besluit van 23 februari 2012 tot wijziging van artikel 18, 3, KB/WIB 92 op het stuk van de forfaitaire waardering van de voordelen van alle aard voor de kosteloze beschikking over onroerende goederen en de kosteloze verstrekking van verwarming en elektriciteit, B.S. 28 februari 2012. disclaimer De verstrekte informatie wordt u op vrijwillige basis verleend. We proberen steeds de juridische actualiteit met de grootste aandacht en zorgvuldigheid te behandelen. Gelet op onze middelenverbintenis als sociaal secretariaat, wijzen we elke aansprakelijkheid af voor schade van welke vorm dan ook die voortvloeit uit het gebruik van de aangeboden informatie. De aangeboden informatie is uitsluitend bestemd voor informatievergaring. Openbaarmaking, vermenigvuldiging, verspreiding en/of verstrekking van de op deze website verstrekte informatie aan derden buiten onze wil om, is niet toegestaan. - 8 -