Dyscalculiebeleid in RSV Breda eo. Inleiding

Vergelijkbare documenten
Protocol Ernstige RekenWiskunde- problemen en Dyscalculie Elde College (in het VO wordt meestal alleen gesproken over rekenen). Esumrt.

Dyscalculieprotocol (locatie mavo-havo-atheneum; versie januari 2015)

Protocol Dyscalculie. Christelijk College de Noordgouw Heerde. oktober dhr. J.M. de Vries. mw. H. Bezuijen. rector-bestuurder.

Dyscalculieprotocol. Versie: September 2015 Status: defnitief d.d. december /9 TITEL VAN HET DOCUMENT

Protocol dyscalculie en ernstige rekenproblemen

Kader dyscalculie en ernstige rekenproblematiek Clusius College

Rekentoets ER VO De aangepaste rekentoets voor leerlingen met ernstige rekenproblemen zoals dyscalculie

ERWD-beleid HNL. (Ernstige Reken- Wiskundeproblemen en Dyscalculie)

Masterplan Dyscalculie Bunnik 2 april Pilot aangepaste rekentoets (ER-toets)

Rekentoets ER VO De aangepaste rekentoets voor leerlingen met ernstige rekenproblemen of dyscalculie

Protocol Ernstige Reken/Wiskunde problematiek en Dyscalculie

PILOT DYSCALCULIE / ERNSTIGE REKENPROBLEMEN NOVEMBER 2014

ERWD-beleid HNL. (Ernstige Reken- Wiskundeproblemen en Dyscalculie)

Beleidsplan Rekenen Bovenbouw HAVO havo

Centraal rekenexamen ER mbo studiejaar Het aangepaste rekenexamen voor studenten met ernstige rekenproblemen of dyscalculie

Protocol Ernstige rekenproblemen. Dyscalculie. Signalering, ondersteuning en begeleiding van leerlingen met ernstige rekenproblemen en dyscalculie.

DYSCALCULIEPROTOCOL

Presentatie ernstige rekenproblemen & Dyscalculie 22 oktober 2014; Johanna Jager & Annelie van Harten

Protocol ernstige rekenproblemen en dyscalculie

Protocol ERWD en dyscalculie

Begeleiding bij. (ernstige)rekenproblemen. /dyscalculie (2 e concept)

Begin schooljaar: Mixweek 1: Mixweek 2: Maart: Juni: Beleidsplan Rekenen Bovenbouw HAVO

Dyscalculie Inleiding Wat is dyscalculie?

FACILITEITEN IN DE ONDERBOUW

Protocol Dyscalculie. Olympus College Protocol Dyscalculie Olympus College Pagina 1 van 7


Begeleiding bij (ernstige)rekenproblemen/dyscalculie


REKENBELEID

Onderzoek naar ER-toets/examen, een tussenstand Annemarie Groot Moninca Wijers

Examen 2018 Reglement

PROTOCOL Ernstige Rekenwiskundeproblemen

Kader dyslexie Clusius College vmbo en mbo

Examenreglement inzake digitale rekentoets voortgezet onderwijs

Protocol dyscalculie

Stand van zaken invoering referentieniveaus taal en rekenen

:Monique Hoeijmakers Datum :

Rekenbeleid Rudolf Steiner College

DYSCALCULIEPROTOCOL. Beekdal Lyceum Datum: Auteur: Martin Jager

Rekenbeleid plan DOC93 schooljaar

parate rekenvaardigheden

DYSCALCULIE PROTOCOL

Ernstige rekenwiskundeproblemen en dyscalculie

Dyscalculiebeleidsplan

PROTOCOL. DYSLEXIE en DYSCALCULIE

In deze brief wordt je verder geïnformeerd over de regels, de hulpmiddelen en de afname.

Dyscalculieprotocol. Hoeksch Lyceum Conceptversie

Maatregelen naar aanleiding van het advies van de commissie Bosker

PONTES PIETER ZEEMAN ZIERIKZEE

Dyscalculiebeleid. Bernard Nieuwentijt College. Schooljaar

Flitsbijeenkomst Examinering rekenen van studenten met een beperking

Gedurende de gehele schoolperiode wordt door de docenten zoveel mogelijk aandacht gegeven aan de volgende punten:

Schoolexamenreglement havo / vwo. Onderwijsgemeenschap Venlo & Omstreken

Kader dyslexie Clusius College

Pilot dyscalculie/ernstige rekenproblemen - rekentoets VO

Aanvulling PTA & Examenreglement VMBO

Protocol ernstige rekenproblemen en dyscalculie schooljaar

samenvatting november 2012 Strabrecht College, Geldrop

Aan alle leerlingen van klas 4 vmbo en hun ouders/verzorgers. Datum : 23 februari 2015 Ref. : WIL/SvK/U15-42 (2.4.07) Betreft : rekentoets VO vmbo

Colofon: Datum: september Notitie Rekenbeleid

FLITSBIJEENKOMSTEN REKENTOETS VO November 2015 Maaike Beuving/Martin van Reeuwijk

DE ER-TOETS. Flitsbijeenkomsten november Ameling Algra

DYSCALCULIEBELEID LOCATIE STEINHAGENSEWEG

Zwakke rekenaars in het vo

PROTOCOL TOETSAFNAME

Protocol dyscalculie & rekenproblemen informele versie met nadruk op communicatie

In de brugklas ziet het signaleringstraject er als volgt uit:

Workshop Gebruik stappenplannen ERWD VO en MBO

Protocol toets afname

Dyslexiebeleid De Nieuwe Veste

Protocol Dyscalculie & Rekenproblemen Ichthus College Dronten

Dyslexieprotocol. Stafbeleidsdocument. Scholengemeenschap, voor onderwijs dat zin geeft, voor vmbo havo atheneum gymnasium

Bij een voldoende score op het didactisch onderzoek worden geen verdere stappen genomen. Bij een lage score volgt stap 3.

Beleidsnota t.a.v. dyscalculie ( ) Inleiding

Aan alle leerlingen van klas 4 vmbo en hun ouders/verzorgers. Datum : 12 februari 2014 Ref. : WIL/SvK/U14-77 (2.3.05) Betreft : rekentoets VO vmbo

Instemming MR PROTOCOL DYSCALCULIE EN ERNSTIGE REKENPROBLEMEN

parate rekenvaardigheden

toetsresultaten vmbo en mbo in de regio Den Haag oktober 2011

toelichting voor leerlingen en ouders / verzorgers dyslexie dyscalculie andere beperkingen

Servicedocument Voortgangsrapportage invoering referentieniveaus rekenen 2015

INFORMATIEAVOND EINDEXAMEN 2017

Informatieblad Rekenen September 2012 Locatie Zusterstraat Schooljaar VWO, HAVO, MAVO en VMBO

Dyscalculieprotocol Koning Willem ll College

REKENBELEID

Protocol dyscalculie en ernstige rekenproblemen: Van signalering naar diagnose

Examenreglement. Sint Annaparochie

Dyscalculie. Protocol

Dyslexiebeleid De Nieuwe Veste

BEGELEIDING LEERLINGEN DYSCALCULIE EN ERNSTIGE REKENPROBLEMEN

Dyslexiebeleid De Nieuwe Veste

OVERGANGSPROTOCOL GEERT GROOTE COLLEGE AMSTERDAM

Dyslexieprotocol Pallas Athene College

Dyscalculieprotocol. PrO vmbo havo vwo(+)

Dyslexiebeleid De Nieuwe Veste

In dit hoofdstuk formuleren wij het kader waarin het beleid vorm is gegeven.

Ook een rivier begint met de eerste druppel

Dyscalculieprotocol Het volgen van - en begeleiding bij

Dyslexiebeleid op Wolfert Lyceum

C. DYSLEXIE Dyslexie kan worden geconstateerd door een externe ter zake deskundige; er is dan een rapport of dyslexieverklaring aanwezig.

dyscalculieverklaring gebruikt wordt, staat in het onderstaande kader vermeld.

Transcriptie:

Dyscalculiebeleid in RSV Breda eo Inleiding Het vertrekpunt voor de scholen van het RSV Breda eo 1 is kwalitatief goed onderwijs waarin opbrengstgericht werken centraal staat. Op weg naar het diploma hebben veel leerlingen een zekere mate aan ondersteuning nodig. Veel moeilijkheden zijn echter van voorbijgaande aard. Die kunnen tamelijk gemakkelijk opgelost worden, meestal op basis van een algemeen herkenningspatroon. De dialoog met leerling en ouders is gebaseerd op een combinatie van het verzamelen van feiten en een professioneel inlevingsvermogen. Het ondersteuningsaccent bij deze leerlingen ligt op preventie en licht curatieve interventies. Er zijn echter ook problemen die het toekomstperspectief van jongeren in de weg staan. Bij leerlingen met een complexe ondersteuningsvraag is vaker verdiept onderzoek noodzakelijk. Daarmee wordt de grens van preventie overschreden en neemt de urgentie om te interveniëren toe. Het schoolbeleid ten aanzien van preventie en licht curatieve interventies, de basisondersteuning en extra ondersteuning staat vermeld in het schoolondersteuningsprofiel van iedere deelnemende school. 1. Basisondersteuning en extra ondersteuning Een doel van passend onderwijs is de preventieve aanpak in het reguliere onderwijs verder te versterken. Het is dus noodzakelijk flink te investeren in de basisondersteuning, de ondersteuning die iedere school biedt. Hieronder verstaan we onder andere een ambitieus onderwijsaanbod, een stevig mentoraat en goed klassenmanagement. Daarnaast bevat de basisondersteuning een aantal licht curatieve interventies, zoals bijvoorbeeld RT, sociale vaardigheidstraining en compenserende maatregelen voor leerlingen met een dyslexieverklaring. Scholen hebben ook behoefte aan gezamenlijke afspraken ten aanzien van dyscalculie en ernstige rekenproblemen. Deze behoefte komt voort uit de wens om - de leerlingen zo optimaal mogelijk voor te bereiden op vervolgonderwijs en/of arbeidsmarkt; - de leerlingen goed voor te bereiden op de eindtoets Rekenen zoals die voor VWO vanaf schooljaar 2015-2016 verplicht is en in de toekomst 2 mogelijk ook voor vmbo en havo verplicht wordt.; - een voor alle scholen van RSV Breda eo gehanteerde uniforme aanpak bij het al dan niet gebruik maken van de mogelijkheid een aangepaste rekentoets af te laten leggen. Dyscalculie wordt door het Ministerie van OCW gezien als een belemmering waarvoor het is toegestaan om op basis van art. 55 van het Eindexamenbesluit een aangepast examen toe te wijzen. 2. Wat is dyscalculie en ernstige rekenproblematiek? De gangbare definitie van dyscalculie is ruim. Bij dyscalculie is sprake van hardnekkige problemen met het leren en het vlot en accuraat oproepen en toepassen van reken-wiskundekennis, problemen die niet zijn toe te schrijven aan slecht onderwijs of didactische verwaarlozing - dus als 1 Ondersteuningsplan 2015-2018 RSV Breda eo, Hoofdstuk 1: uitgangspunten, doelstelling, visie en ambities 2 In oktober 2015 is het besluit gevallen de rekentoets vooralsnog alleen voor VWO verplicht te stellen; in vmob en havo wordt de toets afgenomen en afhankelijk van de behaalde resultaten zal al dan niet besloten worden tot een verplichte afname vanaf enig schooljaar. 1

het ware didactisch resistent zijn en die ertoe leiden dat de rekenvaardigheid achterblijft bij de andere cognitieve vaardigheden (Bron: voorlichtingsbrochure pilot dyscalculie rekentoets vo 2014). In ERWD2 wordt het volgende onderscheid gemaakt tussen ernstige rekenproblemen en dyscalculie. Ernstige rekenproblemen kunnen ontstaan als er onvoldoende afstemming wordt gerealiseerd tussen het (reken)onderwijs en de onderwijsbehoeften van de leerling. De kenmerken van het onderwijs sluiten dan niet of onvoldoende aan bij de (aangeboren en verworven) kenmerken van de leerling. Wij spreken van dyscalculie als ernstige rekenproblemen, ondanks langdurige deskundige begeleiding en zorgvuldige afstemming, hardnekkig blijken en onveranderd blijven bestaan. Bij leerlingen met dyscalculie ontbreekt het woordbesef, getalbesef en aantalbesef. Dat is bij leerlingen met ernstige rekenproblematiek wel aanwezig. Dyscalculie is deels te compenseren met intelligentie waardoor rekenproblematiek verbloemd wordt. Bij ernstige rekenproblematiek is vaak sprake van geheugenproblemen (moeilijk onthouden, achterstand op basisschool, boot missen bij uitleg, daardoor ontbreken van aansluiting). Voor leerlingen met ernstige rekenproblematiek is het mogelijk om helemaal terug te gaan naar een lager niveau waarna leerlingen weer verder kunnen komen. Volgens deskundigen heeft ongeveer 5-10% van de leerlingen te maken met ernstige rekenproblematiek waar scholen alsnog de rekenvaardigheid bij kunnen vergroten. In ongeveer 1% van de gevallen is sprake van dyscalculie. 3. Dyscalculieverklaring of niet? Vooralsnog kiest het RSV Breda eo er voor niet over te gaan tot het afgeven van dyscalculieverklaringen die vervolgens recht geven op extra facilitering bij examens (zie bijlage). Deze keuze is gebaseerd op - de wens om bureaucratie zo veel mogelijk te verminderen; - het zeer geringe aantal leerlingen dat in aanmerking komt voor een dergelijke verklaring; - de mogelijkheid die een school heeft om voor de betreffende leerlingen toch extra faciliteiten toe te kennen en/of de rekentoets ER af te kunnen laten leggen. Om de rekentoets ER af te mogen leggen is geen dyscalculieverklaring nodig. Voor de afname van de standaardrekentoets met gebruikmaking van hulpmiddelen is dat wel het geval. Het voorafgaande impliceert niet dat een leerling met ernstige rekenproblemen of dyscalculie standaard de ER-toets aangeboden wordt. Die keuze wordt overgelaten aan de leerling en diens ouders in overleg met de school. Mocht de leerling alsnog deel willen nemen aan de standaard rekentoets, dan moet een dyscalculieverklaring afgegeven worden om gebruik te mogen maken van tijdverlenging en de formulekaart (standaard rekentoets met hulpmiddelen). 4. De procedure op weg naar de (aangepaste) rekentoets Om een weloverwogen besluit te kunnen nemen over het al dan niet inzetten van de ER-toets dient een aantal stappen doorlopen te worden. Deze zijn gevisualiseerd in het beslismodel ER-toets VO uit het Masterplan Dyscalculie 3 en worden hierna beschreven. Scholen wordt geadviseerd vanaf leerjaar 1 met leerlingen/ouders te communiceren hoe de school omgaat met het rekenonderwijs. 3 Het Masterplan Dyscalculie ondersteunt scholen bij het implementeren van een aanpak voor leerlingen met ernstige rekenproblemen of dyscalculie. Er zijn protocollen ERWD opgesteld die leidend zijn. Het Protocol ERWD2 is bestemd voor het voortgezet onderwijs. 2

De te doorlopen stappen zijn: 1. Goed onderwijs Rekenen als vak op het lesrooster òf er wordt op een andere wijze meetbaar tijd ingepland voor het onderhouden en uitbreiden van aanwezige kennis. Belangrijkste argument hiervoor is dat de rekentijd in het PO velen malen hoger ligt dan in het VO. Het niet of te weinig onderhouden van vaardigheden heeft een negatieve invloed op het rekenniveau. Voor het onderhouden van de rekenvaardigheden kan ook aandacht aan het rekenen besteed worden bij de vakken nask, economie, aardrijkskunde, biologie. Wel zullen op schoolniveau eenduidige afspraken gemaakt moeten worden over de te gebruiken reken strategieën. 2. Signalering aanwezige rekenproblemen: Er zijn diverse bronnen te benutten die mogelijke risico s bij het rekenen detecteren: info vanuit het PO, bijvoorbeeld via het leerlingvolgsysteem ouders melden bij instroom of via het OWR dat er rekenproblemen zijn de uitslag van de eindtoets, inclusief referentieniveaus schooleigen signaleringssysteem diagnostische toetsen docenten van vakken met een rekencomponent kunnen rekenproblemen signaleren Geadviseerd wordt leerlingen te screenen bij instroom om zo mogelijke risico s voortijdig te detecteren. Indicaties voor een risico zijn: - leerling behaalt niet het rekenniveau dat je op basis van de intelligentie zou mogen verwachten; - er is sprake van een disharmonisch intelligentieprofiel. Bij rekenen wordt een leerling zowel op het verbale (o.a. redeneervermogen) als het performale IQ (o.a. praktisch handelen, probleemoplossend vermogen, ruimtelijk inzicht) aangesproken. 3. Remediëren en compenseren Nadat er gesignaleerd is dat er (mogelijk) rekenproblemen zijn, worden er remediërende programma s en compenserende maatregelen aangeboden. Mogelijkheden: aanbieden van extra rekenlessen, al dan niet binnen het lesrooster; verlengde instructie; remedial teaching voor rekenen; adaptieve rekenprogramma s (oefenstof wordt afgestemd op resultaten diagnostisch toets(en); compenserende middelen (hulpschema s, stappenplannen, concreet materiaal, rekenbladen en een eenvoudig rekenmachientje). De hierboven genoemde extra inzet moet er op gericht zijn de leerling in staat te stellen te oefenen met de hulpmiddelen die ook bij de toets gebruikt mogen worden. De inhoud staat vast, het format kan aangepast worden. 3

4. Aanleggen leerlingendossier De voorwaarde voor deelname aan de ER-toets is dat er een dossier is aangelegd waarin een beschrijving van onderstaande punten is opgenomen, dit dossier blijft eigendom van de school: - verklaringen en/of informatie uit het voorafgaand onderwijs inzake de beperking en de maatregelen die toen zijn genomen in het onderwijs en de toetsing (indien aanwezig); - een korte beschrijving van de analyse die door de school is gemaakt over de (on)haalbaarheid van de rekentoets 2F of 3F; de kwaliteit van deze analyse is doorslaggevend voor de vervolgstappen! - een korte beschrijving van het gerichte traject waarin inspanning heeft plaatsgevonden door zowel school als leerling ter voorbereiding op de ER-toets; - de deskundigenverklaring (indien aanwezig); - een verklaring dat de leerling kiest voor de ER-toets en op de hoogte is van het feit dat deelname aan de ER-toets consequenties heeft; Het wordt mogelijk om eerst één of meerdere malen 4 de reguliere toets te maken en daarna over te stappen naar de ER-toets, mits voldaan wordt aan bovenstaande eisen. Het is niet toegestaan om in één afnameperiode zowel de reguliere toets (al dan niet met aanpassing in de afnamecondities) als de rekentoets ER af te leggen. Het is wel mogelijk om tussen de afnameperiodes te wisselen van de reguliere toets naar de ER toets, mist is voldaan aan de voorwaarden voor deelname aan de rekentoets ER. De leerling mag ook wisselen van de rekentoets ER naar de reguliere rekentoets. Het behalen van een voldoende voor de rekentoets ER is hiervoor géén voorwaarde. 5. Overleg met de leerling en diens ouders De directeur van de school bepaalt, aan de hand van het dossier van de leerling, of een leerling voldoet aan de voorwaarden voor deelname aan de rekentoets ER. De leerling (en ouders) beslist of hij van dit recht gebruik wil maken. De afspraak hierover wordt schriftelijk vastgelegd en opgenomen in het dossier. De daarvoor verantwoordelijke (rekencoach, mentor, counselor, etc.) stuurt een brief met uitleg en mogelijke consequenties 5 naar de ouders. Dit gebeurt uiterlijk drie weken voor de afnameperiode. Vanaf schooljaar 2015-2016 telt het cijfer van de ER-toets mee in de slaag-/zakregeling in VWO en zal er zichtbaar op de cijferlijst komen te staan dat de leerling het resultaat voor rekenen heeft behaald met de aangepaste rekentoets. In vmbo en havo wordt de toets (nog) niet verplicht, maar hij wordt wel afgenomen en beoordeeld. Het resultaat wordt vermeld op de cijferlijst. Voor vmbo-bb geldt dat het cijfer in 2015-2016 nog wordt vermeld op een bijlage in de cijferlijst. Afhankelijk van de landelijke resultaten zal besloten worden tot verplichte afname en opname in de slaag-/zakregeling in de toekomst. Ook is er onderhoudsplicht, dat wil zeggen dat er aandacht moet blijven voor het rekenen, nadat de toets is afgenomen. 4 Het aantal malen dat de rekentoets gemaakt mag worden, wordt bij wet vastgesteld. Afhankelijk van het aantal kansen dat geboden wordt, zal de overweging gemaakt moeten worden met welke toets er gestart wordt. 5 Een aantal vervolgopleidingen stelt eisen aan de rekentoets, vanaf het moment dat deze verplicht is ingevoerd en meetelt in de slaag-/zakregeling. Indien de ER-toets is afgenomen, is doorstroom naar enkele vervolgopleidingen niet meer mogelijk in verband met hun instroomeis. De school wijst de leerling/de ouders hierop. 4

6. Aanvraag ER-toets Het aanvragen van de toets 2ER en/of 3ER doet de daarvoor verantwoordelijke (rekencoach, examensecretaris, mentor, enz.) met het digitale 'Aanvraagformulier aantal examenkandidaten' van DUO Examendiensten. Zij ontvangen dan automatisch de benodigde wachtwoorden om de ER-toetsen te kunnen inzetten. Cito is niet duidelijk over een deadline voor het aanvragen van de rekentoets. Om aan de veilige kant te blijven vraagt men uiterlijk 3 weken voor de afnameperiode de ER-toets aan. 7. Afname Rekentoets en vaststellen uitslag Bij de afname van de ER-toets is het gebruik van de CRM (Computer RekenMachine toegestaan. In de nieuwe bepaling staat dat er ook gebruik gemaakt mag worden van een eigen rekenmachine (?). Zo ook de rekenkaart van het CvTE. Er zijn twee verschillende rekenkaarten: één voor de leerlingen met dyscalculie (is de standaard formulekaart, mag worden ingezet bij de standaard rekentoets met hulpmiddelen) en een aanvullende rekenkaart die ingezet mag worden bij de ERtoets. Voor individuele leerlingen met een specifieke beperking kunnen ook meer specifieke hulpmiddelen (zoals een eigen rekenmachine) worden ingezet, mits tijdig aangevraagd. - Bij de ER-toets zit de extra tijd voor de leerling (voor ER/dyscalculie) al in de toets verwerkt. Andere beperking ernaast? Recht op nog 30 minuten extra tijd. - Bij de standaard rekentoets met gebruik van hulpmiddelen heeft de leerling op basis van de dyscalculieverklaring recht op max. 30 minuten extra tijd. Andere beperking ernaast? Dan geen recht op nog een tweede keer 30 minuten extra tijd Voor leerlingen die vanwege rekenangst blijven vastlopen op de ER-toets, kan in overleg met het CvTE de wijze van afname worden aangepast, bijvoorbeeld in de vorm van een mondelinge afname door het CvTE. Tenslotte: kwaliteitsborging Om de kwaliteit van het te lopen proces te garanderen wordt het leerlingendossier dat de afname van een ER-toets legitimeert, geaccordeerd door een gedragswetenschapper uit de kenniskring gedragswetenschappers van RSV Breda eo. Dit dossier is de basis waarop de directeur een besluit neemt over het al dan niet gebruik mogen maken van de ER-toets, waarna de keuze aan de leerling en diens ouders wordt voorgelegd. 5

5. Format dossier tbv deelname aan de rekentoets ER Leerlinggegevens Naam leerling Klas Naam mentor ondersteuningscoördinator E-mailadres 1. Dyscalculieverklaring Heeft de leerling een officiële dyscalculieverklaring? Ja/nee 2. Informatie vorig onderwijs Informatie en/of verklaringen uit het voorafgaand onderwijs inzake de beperking van de leerling. Korte beschrijving van de maatregelen die zijn genomen inzake onderwijs en toetsing. Bijvoorbeeld score eindtoets basisschool, informatie/score (IQ) testen, informatie uit LVS, rapport etc. Heeft leerling remedial teaching/andere extra ondersteuning gehad? Ook informatie uit de dyscalculieverklaring kan hier beschreven worden. 3. Analyse vaardigheden leerling Een korte beschrijving van de analyse over de (on)haalbaarheid van de standaard rekendoelen op 2F of 3F. Het maken van een nul-meeting is een uitgangspunt om de vooruitgang (of stagnatie) van de leerling te monitoren en te beschrijven, toetsresultaten, informatie uit LVS etc. kunnen hier ook genoemd worden. Een verwijzing naar de stadia uit het protocol ERWD kan hierbij handig zijn. 6

4. Voorbereiding op rekentoets ER Een korte beschrijving van het gerichte traject als voorbereiding op de ER-toets. Bijvoorbeeld extra rekenles naast de reguliere rekenles, bijles, RT, huiswerkopdrachten. Het gaat hierbij om de extra inspanning van zowel school als leerling. 5. Verklaring leerling/ouders Een verklaring dat de leerling kiest voor de aangepaste rekentoets, dat hij op de hoogte is van het feit dat dit leidt tot een aantekening op de cijferlijst en mogelijke beperkingen in de doorstroom*. Datum: Plaats: Naam: Handtekening (bij leerlingen van 16 jaar of jonger geldt een verklaring van de ouder/verzorger) *) Vanaf het schooljaar 2015-2016 komt een aantekening ER op de cijferlijst. Op sommige lerarenopleidingen, zoals de pabo, wordt een leerling met ER op de cijferlijst niet toegelaten. 6. Verklaring gedragswetenschapper Een verklaring dat de school de processtappen heeft doorlopen.. Datum: Plaats: Naam: Handtekening: 7

Bijlage: dyscalculieverklaring Dyscalculie is in 2009 erkend als een handicap. In artikel 55 van het Eindexamenbesluit Afwijking wijze van examineren is regelgeving rondom kandidaten met een handicap opgenomen, te weten: In lid 1 is vastgelegd dat de directeur kan toestaan dat een gehandicapte kandidaat het examen geheel of gedeeltelijk aflegt op een wijze die is aangepast aan de mogelijkheden van die kandidaat. Hij dient dit aan de Onderwijsinspectie door te geven. In lid 2 is vastgelegd dat: er een deskundigenverklaring is, die door een ter zake kundige psycholoog of orthopedagoog is opgesteld; de aanpassing voor het centraal examen in ieder geval kan bestaan uit een verlenging van de examenduur met 30 minuten; een andere aanpassing alleen mogelijk is als deze in de deskundigenverklaring wordt voorgesteld of als de aanpassing aantoonbaar aansluit bij het begeleidingsadvies in deze verklaring. Wanneer dyscalculie is vastgesteld, hoort bij het rapport van de deskundige een dyscalculieverklaring. Dit betekent dat uit psychodiagnostisch onderzoek is gebleken dat bij de leerling dyscalculie is vastgesteld. Een dyscalculieverklaring mag alleen worden afgegeven door een daartoe bevoegde deskundige. De deskundige moet in ieder geval een psycholoog of orthopedagoog zijn. De dyscalculieverklaring geeft de mogelijkheid gebruik te maken van enkele faciliteiten in het onderwijs. Een dyscalculieverklaring is onbeperkt geldig. Voor leerlingen met dyscalculie geldt dat zij op grond van artikel 55 van het Eindexamenbesluit vwo-havo-vmbo (mits in het bezit van een dyscalculieverklaring) tijdens het centraal examen recht hebben op maximaal een half uur extra tijd en gebruik van een reken/formulekaart volgens model van CvTE Andere aanpassingen zijn op grond van dyscalculie niet toegestaan. Net zoals de andere leerlingen mogen leerlingen met dyscalculie ook gebruikmaken van kladpapier. De door CvTE gepubliceerde rekenkaart mag alleen gebruikt worden bij de rekentoets, wiskunde en economie. Volgt de leerling natuur- en scheikunde I of II dan is de rekenkaart niet toegestaan. De leerling heeft dan een formulekaart in de vorm van de Binas. Voor alle andere vakken is de rekenkaart evenmin toegestaan. De school mag een kaart vaststellen en uitreiken die slechts een deel van de tabellen bevat. Onderscheid daarin per leerling is toegestaan. Kleine lay-outwijzigingen, zoals een tabel verticaal in plaats van horizontaal plaatsen, zijn toegestaan. Aanvullingen zijn niet toegestaan. 8

Bijlage: eindexamenbesluit, artikel 55. Afwijking wijze van examineren. 1. De directeur kan toestaan dat een gehandicapte kandidaat het examen geheel of gedeeltelijk aflegt op een wijze die is aangepast aan de mogelijkheden van die kandidaat. In dat geval bepaalt de directeur de wijze waarop het examen zal worden afgelegd, met dien verstande dat aan de overige bepalingen in dit besluit wordt voldaan. Hij doet hiervan zo spoedig mogelijk mededeling aan de inspectie. 2. Tenzij sprake is van een objectief waarneembare lichamelijke handicap, geldt ten aanzien van de in het eerste lid bedoelde aangepaste wijze van examineren dat: a. er een deskundigenverklaring is die door een ter zake deskundige psycholoog of orthopedagoog is opgesteld, b. de aanpassing voor zover betrekking hebbend op het centraal examen of de rekentoets in ieder geval kan bestaan uit een verlenging van de duur van de desbetreffende toets van het centraal examen met ten hoogste 30 minuten, en c. een andere aanpassing slechts kan worden toegestaan voor zover daartoe in de onder a genoemde deskundigenverklaring ten aanzien van betrokkene een voorstel wordt gedaan dan wel indien de aanpassing aantoonbaar aansluit bij de begeleidingsadviezen, vermeld in die deskundigenverklaring. 9