PLANSTUDIE OPENBAAR VERVOER SCHIPHOL-AMSTERDAM-ALMERE-LELYSTAD DOEL Het doel van de planstudie Openbaar Vervoer Schiphol-Amsterdam-Almere-Lelystad (Planstudie OV SAAL), is een OV-kwaliteitssprong door het uitbreiden en verbeteren van het openbaar vervoer op korte, middellange en lange termijn in de SAAL-corridor. Het gaat om kansrijke en kosteneffectieve oplossingen in relatie tot de ontwikkeling van de Metropoolregio Amsterdam. Camiel Eurlings, de minister van Verkeer en Waterstaat en Hans Gerson, de wethouder van de gemeente Amsterdam Komen overeen zich in te spannen om de volgende stappen te nemen: 1. Ontwerp tracébesluit voor de korte termijn maatregelen op de Flevolijn in Almere (voorjaar 2010). 2. Tracébesluiten voor de korte termijn maatregelen OV SAAL, respectievelijk de spooruitbreidingen op de Zuidtak van Amsterdam (voorjaar 2010) en op de Flevolijn in Almere (najaar 2010). 3. Uitvoeringsbesluiten voor de korte termijn maatregelen, respectievelijk de spooruitbreidingen op de Zuidtak van Amsterdam (najaar 2010) en op de Flevolijn in Almere (voorjaar 2011). 4. Besluit over start planstudie voor pakket middellange termijn maatregelen (uiterlijk medio 2010). Wanneer uit het lopende onderzoek blijkt dat het zinvol is bepaalde maatregelen van het middellange termijnpakket in de tijd bezien naar voren te halen en/of toe te voegen aan het korte termijnpakket dan is dat een optie. 5. Besluit over de wijze waarop OV SAAL lange termijn in de komende fase zal worden vormgegeven (organisatorische, procesmatige en inhoudelijke kaders) in samenhang met afspraken over de Schaalsprong Almere en de verdere uitwerking van de RAAM-brief (werkmaatschappij/structuurvisie) zullen worden gemaakt. 6. Formuleren van de voor OV SAAL lange termijn voorziene besluiten, afhankelijk van de uitkomsten onder 5. De minister van Verkeer en Waterstaat verbindt zich daartoe: Te zorgen voor tijdige en zorgvuldige uitvoering van de werkzaamheden. Besluitvorming te initiëren Te zorgen voor afstemming van besluiten met de Rijkspartners (met name VROM en Financiën), de spoorsector (NS en ProRail), de Regio (in de persoon van Hans Gerson als vertegenwoordiger van het Platform Bereikbaarheid Metropoolregio Amsterdam), en maatschappelijke organisaties. Te zorgen voor beschikbaarheid van het voor OV SAAL gereserveerde budget ter hoogte van 1,4 miljard (prijspeil 2009). De wethouder van de gemeente Amsterdam verbindt zich daartoe: Te sturen op een eensluidend standpunt van de regionale overheden die zijn verenigd in het Platform Bereikbaarheid Metropoolregio Amsterdam (Gemeente Almere, Gemeente Amsterdam, Provincie Flevoland, Provincie Noord-Holland en Stadsregio Amsterdam). Te sturen op afstemming met andere relevante regionale partijen (Schiphol, stadsdelen en gemeenten). Zo nodig de besluitvorming in de regio (o.a. over ruimtelijke procedures) te stimuleren. Te stimuleren dat voldoende expertise uit de regio wordt ingezet voor de benodigde uitwerkingen.
De ambassadeur van dit project is Jeltje van Nieuwenhoven. PROJECTOMSCHRIJVING Aanleiding Directe aanleiding voor de Planstudie Openbaar Vervoer Schiphol-Amsterdam-Almere-Lelystad (Planstudie OV SAAL) vormt de Structuurvisie Zuiderzeelijn van april 2006. In deze Structuurvisie en het beleidsvoornemen van het kabinet daarbij is vastgesteld dat er knelpunten zijn op de corridor Schiphol- Amsterdam-Almere-Lelystad die een oplossing vergen. De opgaven voor het openbaar vervoer op de corridor Schiphol-Amsterdam-Almere-Lelystad (SAAL) zijn een afgeleide van de ambities die Rijk en regio hebben voor de toekomstige ruimtelijk-economische ontwikkeling van de Metropoolregio Amsterdam. Deze ambities komen mede voort uit een door de regio voorgestane en door het Rijk in grote lijnen ondersteunde metropolitane strategie. Dit is een ruimtelijke investeringsstrategie, waarmee grootstedelijke agglomeratievoordelen (massa, diversiteit en interactie) gerealiseerd kunnen worden, zodat de regio internationaal kan wedijveren met concurrerende metropolen. Het Rijksbeleid, zoals vastgelegd in de Nota Ruimte en de Nota Mobiliteit en herbevestigd in de RAAM brief, gaat uit van het vasthouden en zo mogelijk versterken van de internationale concurrentiepositie van de Metropoolregio Amsterdam. Daarvoor is een drievoudige schaalsprong nodig: in natuur en landschap, in de bereikbaarheid en in de stedelijke ontwikkeling. Infrastructuur wordt gebruikt als structurerend principe in het ruimtelijk beleid. Een goede bereikbaarheid van de Metropoolregio Amsterdam, zowel per weg als met het openbaar vervoer, is een essentiële voorwaarde voor de economische ontwikkeling van het gebied. Deze vragen tot 2030 extra investeringen in kwaliteit en capaciteit. Kabinetsbesluit maart 2008 Het kabinet heeft in 2008 besloten om 1,35 miljard (prijspeil 2007) te reserveren voor maatregelen die tot 2020 op het spoor genomen moeten worden. Naar aanleiding van dit Kabinetsbesluit is: Een planstudie gestart voor een pakket korte termijn maatregelen om het aanbod van treindiensten in de corridor uit te kunnen breiden en de kwaliteit van de treindienst in termen van reistijd en betrouwbaarheid te verbeteren. Tot dit maatregelenpakket horen capaciteitsuitbreidingen (onder andere spoorverdubbelingen) op de Zuidtak van Amsterdam en op de Flevolijn in Almere. Met behulp van het totale maatregelenpakket kunnen er 12 treinen per uur per richting gaan rijden tussen Almere en Amsterdam. Inmiddels is voor het korte termijnpakket een bedrag van 680 mln. (prijspeil 2009) gereserveerd. De maatregelen zullen worden gerealiseerd in de periode 2012-2016. Een verkenning gestart naar de spoormaatregelen die op middellange termijn (tot 2020) nodig zijn. De afgelopen 1,5 jaar zijn diverse maatregelen verkend om een goede oplossing te bieden voor de nieuwe openbaar vervoer knelpunten die rond 2020 zullen ontstaan. Het middellange termijn onderzoek is nog gaande en over de invulling en timing van een pakket dient nog nader te worden besloten. Gezocht wordt naar een pakket dat ongeacht de keuzes voor de lange termijn nuttig en noodzakelijk is en blijft. Hierbij dient enerzijds rekening te worden gehouden met de mogelijke besluiten over de landelijke routering van het goederenvervoer op het spoor. Anderzijds dient rekening te worden gehouden met het aantal nog open te houden oplossingsrichtingen/modaliteiten
voor de lange termijn. Voor maatregelen op de middellange termijn resteert een bedrag van 720 miljoen (prijspeil 2009) uit het totale budget van OV SAAL. Een onderzoek gestart naar de openbaar vervoer oplossingen (spoor en andere modaliteiten) die op lange termijn (na 2020) in de SAAL corridor nodig zijn. Daarbij zijn zowel alternatieven via het IJmeer als via de Hollandse brug onderzocht. In het kader van de RAAM-brief van 6 november 2009 zijn hierover nadere (principe)besluiten genomen. Invulling gegeven aan een nauwe samenwerking en gezamenlijke aansturing van het onderzoek met de Metropoolregio Amsterdam. Kabinetsbesluiten november 2009 (de RAAM-brief) Het kabinet constateert dat: Onderzoek naar de IJmeerlijn uitwijst dat zo n openbaar vervoer verbinding in belangrijke mate kwaliteit toevoegt en kan bijdragen aan het beter verbinden van regionale economische markten en aan de uitwisseling van wonen, werken en cultuur in de regio Amsterdam Almere. Alle voor RAAM onderzochte alternatieven tot een fors budgettair beslag leiden en een ongunstige kosten - batenverhouding kennen. Op basis daarvan is in de RAAM-brief opgenomen dat: Het kabinet ervan overtuigd is dat het voorkeursalternatief Almere 2.0 nader geoptimaliseerd kan worden. Op initiatief van de gemeente Almere wordt een gezamenlijke werkmaatschappij opgericht, bestaande uit het Rijk, de provincies Noord-Holland en Flevoland, de gemeenten Almere en Amsterdam, en private partijen, met als doel Almere 2.0 te optimaliseren. De opdracht voor de werkmaatschappij is om de projecten zo vorm te geven dat de maatschappelijke kosten-batenanalyse (MKBA) substantieel verbetert (ten opzichte van het oorspronkelijke alternatief West met IJmeerlijn zoals doorgerekend door de planbureaus) en de budgettaire consequenties aanzienlijk worden beperkt. Het kabinet zal een Rijksstructuurvisie opstellen waarmee het zichzelf bindt (concept gereed in 2012). Te zijner tijd kan desgewenst een Algemene Maatregel van Bestuur worden genomen om ook derden te kunnen binden aan essentiële onderdelen van deze visie (gereed in 2014). Dit instrument moet de partijen samenbrengen die de ruimtelijke doelen kunnen vasthouden en verder kunnen uitwerken. Het moet deze partijen helpen om het proces op democratische en transparante wijze aan te sturen. Scope Het studie- en plangebied betreft de corridor Schiphol-Amsterdam-Almere-Lelystad. Voor een goede afstemming met ruimtelijke ontwikkelingen in de Metropoolregio Amsterdam is het plangebied niet beperkt tot de OV infrastructuur(zie kaart hieronder). Het plangebied raakt de volgende provincies en gemeenten: Provincies Noord-Holland en Flevoland, gemeente Haarlemmermeer (Schiphol), Amsterdam, Amstelveen, Ouder-Amstel, Diemen, Weesp, Muiden, Almere en Lelystad.
Tot de scope van de Planstudie OV SAAL behoren enerzijds maatregelen die genomen moeten worden op het (bestaande) spoor in de corridor, zowel op de korte als de middellange termijn, om capaciteit- en kwaliteitsknelpunten op te lossen. Anderzijds gaat het om OV-maatregelen die op de lange termijn nodig zijn om een oplossing te bieden voor knelpunten die ontstaan als gevolg van de ontwikkeling van nieuwe woonen werkgebieden langs de corridor. Deze OV-maatregelen zijn niet beperkt tot het spoor, maar betreffen ook andere modaliteiten (zowel op de hoofdinfrastructuur als het onderliggende regionale openbaar vervoer netwerk). Samenhang De Planstudie OV SAAL vormt onderdeel van het programma Randstad Urgent en maakt voor de termijn 2020 tevens deel uit van het Programma Hoogfrequent Spoorvervoer (PHS). Besluitvorming over PHS is voor de zomer van 2010 voorzien. Het project OV SAAL heeft als het gaat over de lange termijn oplossingen een nauwe samenhang (qua inhoud c.q. besluitvorming) met de overige projecten die onderdeel vormen van de RAAM brief, met name Schaalsprong Almere en TMIJ. Op basis van de besluiten in de RAAM-brief zal worden bezien op welke wijze OV SAAL Lange Termijn in de komende fase in samenhang met deze projecten zal worden uitgewerkt. Daarnaast heeft OV SAAL een samenhang met project Amsterdam Zuidas. Er vindt afstemming plaats met het Zuidas project over ontwerp, uitvoeringsplanning, financiering en rolverdeling tussen beide projecten. Resultaat Met de Planstudie OV SAAL wordt een verbeterde bereikbaarheid (capaciteit én kwaliteit) per openbaar vervoer in de Metropoolregio Amsterdam gerealiseerd. De investeringen in het openbaar vervoer moeten leiden tot een OV-kwaliteitssprong in dit dichtbevolkte gebied met een voor Nederland vitale economische betekenis. Ook op korte termijn moeten investeringen in concrete maatregelen bijdragen aan een volwaardig en robuust OV-systeem. Daarnaast draagt de Planstudie OV SAAL bij aan de ruimtelijk-economische ontwikkeling van de regio, met name de Zuidas en Lelystad Airport/Schiphol en de ontsluiting van grote
nieuwe woningbouwlocaties in Almere. Dienstregeling en te nemen besluiten in 2010 1. Ontwerp tracébesluit voor de korte termijn maatregelen op de Flevolijn in Almere (voorjaar 2010). 2. Tracébesluiten voor de korte termijn maatregelen OV SAAL, respectievelijk de spooruitbreidingen op de Zuidtak van Amsterdam (voorjaar 2010) en op de Flevolijn in Almere (najaar 2010). 3. Uitvoeringsbesluiten voor de korte termijn maatregelen, respectievelijk de spooruitbreidingen op de Zuidtak van Amsterdam (najaar 2010) en op de Flevolijn in Almere (voorjaar 2011). 4. Besluit over start planstudie voor pakket middellange termijn maatregelen (uiterlijk medio 2010). Wanneer uit het lopende onderzoek blijkt dat het zinvol is bepaalde maatregelen van het middellange termijnpakket in de tijd bezien naar voren te halen en/of toe te voegen aan het korte termijnpakket dan is dat een optie. 5. Besluit over de wijze waarop OV SAAL lange termijn in de komende fase zal worden vormgegeven (organisatorische, procesmatige en inhoudelijke kaders) in samenhang met afspraken over de Schaalsprong Almere en de verdere uitwerking van de RAAM-brief (werkmaatschappij/structuurvisie) zullen worden gemaakt. 6. Formuleren van de voor OV SAAL lange termijn voorziene besluiten, afhankelijk van de uitkomsten onder 5. Wettelijke procedures Het project OV SAAL is in het MIRT opgenomen en onderverdeeld in een drietal onderzoeksfasen. Voor de korte termijn maatregelen van OV SAAL loopt een planstudie. Deze krijgt vorm via een verkorte tracéwet procedure. Voor de middellange termijn maatregelen zal in 2010 een planstudie worden gestart. De lange termijn maatregelen zullen naar aanleiding van de RAAM brief met het oog op de gewenste optimalisaties door Rijk en regio gezamenlijk nader worden uitgewerkt in een werkmaatschappij. Daarnaast zullen de lange termijn maatregelen deel uitmaken van een integrale Rijksstructuurvisie Amsterdam-Almere-Markermeer. Financiering Voor de planstudie OV SAAL is vooralsnog maximaal 1,4 miljard beschikbaar (incl. BTW en prijspeil 2009). Dit bedrag is gereserveerd voor maatregelen op het spoor in de periode tot 2020. Het maatregelenpakket voor de korte termijn wordt volledig gefinancierd door het rijk. Het voor dit pakket gereserveerde budget bedraagt 680 mln. (incl. BTW en prijspeil 2009). Het resterende budget van 720 mln. (incl. BTW en prijspeil 2009) is gereserveerd voor spoormaatregelen op de middellange termijn. De regio draagt bij aan de projectkosten van OV SAAL. Voor de lange termijn is nog geen budget beschikbaar. In de komende fase zullen financieringsconcepten ontwikkeld moeten worden waarbij ook zal worden bezien of de maatregelen op lange termijn gedeeltelijk door decentrale overheden en/of marktpartijen kunnen worden gefinancierd. Organisatie Voor de Planstudie OV SAAL is een projectorganisatie opgericht met het Ministerie van Verkeer en Waterstaat (V&W) als trekker. De projectorganisatie wordt gezamenlijk aangestuurd door het bestuurlijk duo, minister Eurlings van Verkeer en Waterstaat en wethouder Gerson van Amsterdam. De laatstgenoemde vertegenwoordigt daarbij de decentrale overheden, verenigd in het Platform Bereikbaarheid Metropoolregio
Amsterdam. Daarnaast zijn andere partijen betrokken waaronder: (deel)gemeenten, ProRail, Nederlandse Spoorwegen (NS) en het Ministerie van Volkshuisvesting Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer (VROM). SLOTBEPALINGEN De afspraken zoals geformuleerd, zijn niet in rechte afdwingbaar. De minister van Verkeer en Waterstaat Wethouder Verkeer, Vervoer en Infrastructuur van de gemeente Amsterdam Camiel Eurlings Hans Gerson Vastgesteld op 16 december 2009