Reglement BKK-opleidingsbudget

Vergelijkbare documenten
- 1 - Reglement BKK Opleidingsbudget REGLEMENT BKK OPLEIDINGSBUDGET. I. Inleiding

Reglement BKK-opleidingsbudget REGLEMENT BKK-OPLEIDINGSBUDGET. I. Inleiding

Dit reglement bevat bepalingen en voorschriften voor vermelding van opleidingen op de BKK Lijst Opleidingen.

REGLEMENT Tijdelijke stimuleringsregeling EVC Gehandicaptenzorg

Regeling Scholing Jeugdzorg

Regeling Masterclass Mobiliteit en brede inzetbaarheid (Mobri)

Regeling Toekomstgerichte Scholing FLOW

Regeling Scholing Welzijn & Maatschappelijke Dienstverlening per 1 juli 2015

Regeling Scholing Kinderopvang per 1 juli 2015

Regeling Kwalificerende opleidingen

Ondersteuningsregeling Veilig werken in de zorg ( VWiZ ) Inleiding

OSR -Reglement Uitvoeringsregeling Ontwikkelingsstimulering (OSR) Uitgangspunten

OSR - Specifiek. Artikel 1. Definities

OSR Duurzaam. Uitgangspunten

Algemene Voorwaarden Sectorplan FCB

Instroomreglement MIT en DUAAL HBO. Uitgangspunten

OSR-Reglement. Uitvoeringsregeling Ontwikkelingsstimulering (OSR)

2b. Uitkeringsreglement Scholing B-deel cursusgroepen

Beleidsregels tegemoetkoming eigen bijdrage kinderopvang Gemeente Súdwest-Fryslân

Instroomreglement BPV. Uitgangspunten

BLAD GEMEENSCHAPPELIJKE REGELING

REGLEMENT COMMISSIE VAN BEROEP SPORTSTIMULERINGSFONDS. vastgesteld door de algemene vergadering op 24 november 2018

Instroomreglement MIT en DUAAL HBO. Uitgangspunten

BESTEMMINGSREGLEMENT 2018 Stichting Leefbaarheid Luchthaven Eindhoven

Opscholingsreglement MIT en DUAAL HBO. Uitgangspunten

REGLEMENT LOOPBAANCHECK

Het College van Bestuur van de Rijksuniversiteit Groningen,

BELEIDSREGEL GEMEENTELIJKE TEGEMOETKOMING (KOA-kopje) IN DE KOSTEN KINDEROPVANG 2013 GEMEENTE MENTERWOLDE

Omscholingsstimulans zij-instroom BPV

Omscholingsstimulans zij-instroom BPV

REGLEMENT INSTROOMBEVORDERING VOOR DEELNEMERS MET AFSTAND TOT DE ARBEIDSMARKT

UNIVERSITEIT VAN AMSTERDAM

Opscholingsreglement BPV. Uitgangspunten

Verordening materiële financiële gelijkstelling onderwijs

STIMULERINGSREGELING VERNIEUWENDE HR-PROJECTEN

EVC dient ertoe een beeld te kunnen krijgen van het vakmanschap van de werknemer en scholing en ontwikkeling daarop af te stemmen.

Maatschappelijke partner: de organisatie(s) waar de doelgroep zich bevindt om het aanbod op af te stemmen.

Reglement Ervaringscertificaat

Vergoedingsregeling Peuterspeelzalen. EVC-procedures en (verkorte) beroepsopleidingen

Subsidieregeling maatschappelijke inzet sportverenigingen

REGISTERLERAAR.NL. Reglement van Registratie en Herregistratie Ingangsdatum: 25 augustus 2015 versie 3.0

Reglement Weerstandsfonds ROC Mondriaan

Kwaliteitsregister Apothekersassistenten (KAA) REGISTRATIEBESLUIT oktober 2011

REGLEMENT TEGEMOETKOMINGEN

Medewerkers ontwikkeling Studiefaciliteitenregeling Versie 1 maart 2015: definitief 1.0

REGLEMENT TEGEMOETKOMINGEN Instroom vanaf 1 augustus 2012 tot 1 september 2015

Subsidiereglement van de Stichting Opleidings- en Ontwikkelingsfonds Beroepsgoederenvervoer over de weg en de Verhuur van Mobiele Kranen (SOOB)

Regeling leervouchers loopbaanontwikkeling

ACCREDITATIEREGLEMENT SKJ, versie 1.2 d.d. 29 februari 2016

Beleidsregels tegemoetkoming kinderopvang op grond van een sociaal-medische indicatie Gemeente Súdwest-Fryslân

ALGEMEEN REGLEMENT VOOR REGISTRATIE VAN DE ORTHOPEDISCH CHIRURG, VERDER GESPECIALISEERD IN EEN DEELGEBIED VAN DE ORTHOPEDSICHE CHIRURGIE

Beleidsregels kinderopvang gemeente Olst-Wijhe

Harmonisatie Peuterspeelzalen, Landelijk Sociaal Plan

Subsidievoorwaarden. 1. Algemeen

Reglement bezwaarprocedure SVWN

Richtlijnen aanvraag start- en stimuleringssubsidie. Geldig vanaf januari 2016

Reglement Diploma Wissel Service Lindenhaeghe. Eenvoudig uw diploma s omwisselen en uw nieuwe WFt-diploma s aanvragen

REGLEMENT OPLEIDINGSSUBSIDIE 2019

Regeling opleiding en ontwikkeling

GEMEENTEBLAD. Nr

REGLEMENT LOONKOSTENSUBSIDIE. Stimuleren mobiliteit en voorkomen van werkloosheid van werknemers ouder dan 55 jaar

Het Titelregistratiesysteem van de

Subsidieregeling voor promotieactiviteiten van verenigingen, speciaalclubs en afdelingen

19. REGLEMENT SENIORENREGELING GROOTHANDEL IN BLOEMBOLLEN 2019

REGLEMENT OVERGANGSREGELING TEGEMOETKOMINGEN

REGLEMENT TEGEMOETKOMINGEN

Aanvraagformulier Dutch Dairy Centre

Tegemoetkoming kosten kinderopvang onderwijspersoneel

Standpunt en organisatie met betrekking tot wetenschappelijk onderzoek binnen de LV POH-GGZ

Beleidsregel tegemoetkoming kosten kinderopvang sociaal medische indicatie

Subsidiereglement Opleiding Veiligheidscertificaat Havens (VCH) Geldend per 1 september 2016

Beleidsregel subsidie Peuteropvang en Voor- en Vroegschoolse Educatie (VVE)

Uitkeringsreglement Vergoeding kosten voor de opleiding T-rijbewijs voor BBL en BOL leerlingen GGI

COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST BEDRIJFSFONDS APOTHEKEN. is de volgende collectieve arbeidsovereenkomst aangegaan:

Algemene voorwaarden Nationale Beroepsopleiding Zwemonderwijs

Besluit nr.: Onderwerp: Verordening sociaal-medische indicatie kinderopvang Albrandswaard

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

REGLEMENT OPLEIDINGSSUBSIDIE

Gemeente Zoeterwoude. Wetstechnische informatie. Officiële naam regeling Subsidieverordening Duurzame Agrarische Bedrijven Zoeterwoude

Reglement accreditatie scholingsactiviteiten NVvPO

Handreiking harmonisatie arbeidsvoorwaarden Peuterspeelzalen - Kinderopvang

Landelijk Sociaal Plan Harmonisatie Peuterspeelzalen

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Verordening materiele en financiele gelijkstelling onderwijs gemeente Blaricum 2015

REGLEMENT SENIORENREGELING GROOTHANDEL IN BLOEMBOLLEN 2019

ALGEMENE VOORWAARDEN ERASMUS CENTRUM VOOR ZORGBESTUUR

arbeidsmarkt- en opleidingsfonds hbo stimuleringsregeling professionalisering Instrumentontwikkeling en voorlichting gericht op de medewerker

Reglement van Toelating

GEMEENTEBLAD. Officiële publicatie van Gemeente Haarlemmerliede en Spaarnwoude

Artikel 4 Een bewonerscommissie mag een overschot hebben dat maximaal gelijk is aan de jaarlijkse bijdrage waar de bewonerscommissie recht op heeft.

GreenBrains voucherregeling Keyport 2020 Openstelling 1e tranche 23 februari 2015

Beleidsregel vergoeding eigen bijdrage kosten kinderopvang Hilversum Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Hilversum,

REGLEMENT LOONKOSTENSUBSIDIE. Realiseren banen voor (langdurig) werklozen tot 55 jaar. Maatregel 5 in het kader van het sectorplan bouw & infra

Algemene subsidieverordening gemeente Landsmeer 2016

Gemeente Achtkarspelen. Kinderopvangverordening De Wâlden. Dienst Werk en Inkomen De Wâlden

SUBSIDIEREGELING TOEKOMSTFONDS ONDERWIJS ARBEIDSMARKT AMERSFOORT

Registratienormen Ingangsdatum en versie: 1 oktober 2016

REGLEMENT STIMULERINGSREGELING

Geschreven door OVL donderdag 12 november :00 - Laatst aangepast donderdag 12 november :01

Transcriptie:

REGLEMENT BKK-OPLEIDINGSBUDGET I. Inleiding Dit reglement bevat bepalingen en voorschriften die gelden voor werkgevers in de branche kinderopvang die gebruik willen maken van het door Stichting Bureau Kwaliteit Kinderopvang (hierna: BKK) beheerde opleidingsbudget ten behoeve van ondersteuning bij opleidingsplannen. Dit reglement biedt werkgevers in de branche kinderopvang de mogelijkheid tot het aanvragen van financiële middelen (opleidingsbudget) ten behoeve van een aanvullend opleidingsplan dat specifiek gericht is op pedagogische scholing van pedagogisch medewerkers, direct leidinggevenden aan de pedagogisch medewerkers en/of medewerkers die een rol hebben in de opleiding, begeleiding en coaching van pedagogisch medewerkers. Het door BKK beheerde opleidingsbudget is een onderdeel van het programma Werken aan excellente kinderopvang, zoals vastgesteld door het bestuur van BKK. Dit bestuur bestaat uit de sociale partners en de vertegenwoordiging van ouders in de branche kinderopvang. Doel van het programma is het verbeteren van de pedagogische kwaliteit van de kinderopvang. Het opleidingsbudget is een middel om dit doel te realiseren. Het opleidingsbudget biedt ondersteuningsmogelijkheden voor opleidingsplannen zoals uitgewerkt in dit reglement. In dit reglement wordt aangegeven via welke procedure werkgevers in de branche kinderopvang een financieringsaanvraag voor een opleidingsplan kunnen indienen en aan welke voorwaarden en criteria de aanvraag moet voldoen om te kunnen worden gehonoreerd. Ook de verantwoording komt aan bod in dit reglement. II. Looptijd en doel 1. Het Reglement BKK-opleidingsbudget (hierna: het reglement) heeft een looptijd van 1 april 2009 tot en met 1 juli 2013. 2. Aanvragen op grond van dit reglement kunnen worden ingediend in de periode van 1 april 2009 tot en met 30 juni 2012. 3. De verantwoording van de aanvragen uit tranche 4 moeten uiterlijk 1 april 2013 worden ingediend bij BKK. 4. Per tranche kan per organisatie (leidend hierbij is het KvK-nummer) één aanvraag worden ingediend voor een opleidingsplan. De looptijd van een aanvraag is maximaal twaalf maanden, gerekend vanaf de datum van de voorlopige toekenning van een aanvraag. Een uitzondering vormen de aanvragen uit tranche 4. Aanvragen toegekend na 1 april 2012 hebben een kortere doorlooptijd, omdat de verantwoordingen behorend bij deze tranche uiterlijk 1 april 2013 moeten zijn ingediend bij BKK. 5. De tranches voor aanvragen van opleidingsbudget zijn als volgt gepland: tranche 1 loopt van 31 april 2009 tot 1 december 2009; tranche 2 loopt van 1 februari 2010 tot 1 december 2010; tranche 3 loopt van 1 februari 2011 tot 1 augustus 2011; tranche 4 loopt van 1 september 2011 tot 1 juli 2012. 6. Het bestuur van BKK kan besluiten de aanvraagtermijn in enig jaar te verkorten in verband met overschrijding van het budget. 7. Het opleidingsbudget is bestemd voor de financiering van aanvullende opleidingsplannen van werkgevers in de kinderopvang die specifiek gericht zijn op pedagogische scholing van pedagogisch medewerkers, direct leidinggevenden aan de pedagogisch medewerkers en/of medewerkers die een rol hebben in de opleiding, begeleiding en coaching van pedagogisch medewerkers en die bijdragen aan de verhoging van de kwaliteit van het pedagogisch handelen binnen de kinderopvangorganisatie. - 1 -

III. Definities/begrippen In dit reglement wordt verstaan onder: 1. BKK: Stichting Bureau Kwaliteit Kinderopvang, gevestigd te Utrecht. 2. BKK Lijst Opleidingen: de lijst van opleidingen die gebruikt kan worden bij het uitvoeren van een opleidingsplan dat in aanmerking komt voor financiering volgens het Reglement BKK-opleidingsbudget. 3. BKK opleidingsplan: een door de werkgever, met instemming van de OR of PVT (indien van toepassing), vastgesteld samenhangend geheel van opleidingsactiviteiten dat aantoonbaar aanvullend is ten opzichte van de regulier plaatsvindende scholingsactiviteiten. Het BKK opleidingsplan heeft een looptijd van maximaal twaalf maanden en heeft specifiek tot doel de kwaliteit van het pedagogisch handelen binnen de onderneming te verhogen. 4. Bestuur: het bestuur van de onder 1 genoemde stichting. 5. Commissie Scholingsbudget: BKK commissie die het bestuur op basis van dit reglement adviseert over ingediende bezwaren bij aanvragen van opleidingsbudget. Tevens adviseert de commissie over bezwaren tegen besluiten in het kader van de verantwoording (zie onder IV.20). 6. Kinderopvang: kinderopvang zoals gedefinieerd in de Wet kinderopvang, met uitzondering van de gastouderopvang. 7. Medewerkers die een rol hebben in de opleiding, begeleiding, leiding en coaching van pedagogisch medewerkers: het gaat om werknemers die de pedagogisch medewerker direct ondersteunen in de uitvoering van haar pedagogisch handelen en/ of direct aan hen leiding geven. 8. OR / PVT: een ondernemingsraad (OR) of personeelsvertegenwoordiging (PVT) als bedoeld in de Wet op de ondernemingsraden (WOR). 9. Pedagogisch kader: het praktijkgerichte raamwerk met een theoretische verantwoording voor het pedagogisch handelen in kindercentra ten aanzien van 0 tot 13-jarigen. De thema s waarop scholingstrajecten betrekking moeten hebben zijn gebaseerd op het Pedagogisch kader. De thema s zijn benoemd onder V.3. 10. Pedagogisch medewerker: werknemer zoals omschreven in de CAO kinderopvang. Dit betreft eveneens werknemers die een aanstelling als BBL er hebben of als pedagogisch medewerker in ontwikkeling. 11. Tranche: Een aanvraagperiode voor het BKK-opleidingsbudget waarin een werkgever in de kinderopvang éénmaal een aanvraag kan indienen per rechtspersoon met een eigen KvK hoofddossiernummer. 12. Werkgever: de werkgever zoals bedoeld in de CAO Kinderopvang (art. 1.1 lid e) waarbij lid 6 van artikel III van toepassing is en tegen vergoeding kinderopvang verzorgt voor kinderen tot de eerste dag van de maand waarop het voortgezet onderwijs voor die kinderen begint. 13. Werknemer: zoals bedoeld in de CAO Kinderopvang (artikel 1.1. sub f). 14. Learning Community: een samenwerkingsverband van twee of meer werkgevers in de kinderopvang, waarin gezamenlijk wordt opgetrokken in het opzetten, (doen) uitvoeren en coördineren van opleidingsactiviteiten. - 2 -

IV. Procedure aanvraag, toekenning, bevoorschotting en verantwoording opleidingsbudget Opleidingsbudget en wijze van besteding 1. Het aan te vragen opleidingsbudget bestaat uit een basisbedrag per aanvraag en een bedrag per werknemer voor alle in dienst zijnde werknemers. Deze bedragen worden per tranche door het bestuur van BKK vastgesteld en bekend gemaakt. Een aanvraag is mogelijk op het niveau van een rechtspersoon met een uniek hoofddossiernummer, zoals geregistreerd bij de Kamer van Koophandel. Indien de werkgever onderdeel uitmaakt van een organisatiestructuur (holding) met meerdere rechtspersonen, dan kan uitsluitend een aanvraag worden ingediend door de rechtspersoon of rechtspersonen waar feitelijke kinderopvang plaatsvindt. Het totaal aantal werknemers vallend onder de werkingssfeer van de CAO Kinderopvang en in dienst van de werkgever kan worden opgegeven voor het vaststellen van het deel van het opleidingsbudget dat is gebaseerd op aantal werknemers. Een rechtspersoon (hoofdkantoor of centraal bureau) waar geen kinderopvang plaatsvindt, kan wel zelfstandig één aanvraag indienen namens alle rechtspersonen die onderdeel uitmaken van de organisatiestructuur die hij vertegenwoordigt. De aanvragende rechtspersoon is daarbij gehouden BKK informatie te verschaffen namens welke rechtspersonen de aanvraag wordt ingediend. Daarmee vervalt het recht op het aanvragen van opleidingsbudget door de rechtspersonen die door de aanvrager worden vertegenwoordigd. 2. Toekenning van het aangevraagde opleidingsbudget geschiedt voor een periode van maximaal twaalf maanden. Voor tranche 4 zie II.4. Deze periode start per datum mail voorlopige toekenning. Uitsluitend opleidingsactiviteiten die starten na de datum van voorlopige toekenning komen voor financiering vanuit het opleidingsbudget in aanmerking. Als BKK niet binnen de gestelde beoordelingstermijn blijft en er daardoor met betrekking tot de startdatum van het BKK opleidingsplan een knelpunt ontstaat, vindt overleg plaats. 3. Van het toegekende opleidingsbudget kan per deelnemer aan een opleiding een bedrag per studiebelastinguur van een opleiding worden gebruikt voor het financieren van verletkosten. Dit bedrag wordt per tranche door het bestuur van BKK vastgesteld en bekendgemaakt. 4. De werkgever is vrij in het aantal werknemers dat hij met behulp van het toegekende opleidingsbudget wil laten scholen. Uitsluitend pedagogisch medewerkers, direct leidinggevenden aan pedagogisch medewerkers en/of medewerkers die een rol hebben in de opleiding, begeleiding en coaching van pedagogisch medewerkers kunnen met het opleidingsbudget geschoold worden. Learning Community 5. Indien sprake is van een learning community, als bedoeld onder III.14 kan per tranche naast het onder 1 genoemde opleidingsbudget tevens eenmalig een aanvraag worden ingediend voor een extra bedrag ter financiering van coördinerende activiteiten. Eén van de participerende werkgevers die optreedt als coördinator van de learning community kan uit dien hoofde dit extra bedrag aanvragen. Het is niet toegestaan aanspraak te maken op het learning community budget in de situatie waar een directeur of bestuurder van de ene werkgever tevens in dienst is bij een andere deelnemende werkgever. Ook mag er geen juridische relatie bestaan tussen de deelnemende rechtspersonen. De werkgever moet in zijn aanvraag vermelden namens welke andere werkgevers hij participeert als coördinator in de learning community. Omgekeerd geven de andere participerende werkgevers bij de aanvraag van hun eigen opleidingsbudget aan welke werkgever namens hen als coördinerend werkgever optreedt. De participerende werkgevers omschrijven in hun aanvraag hoe de samenwerking vormgegeven wordt en sturen een uittreksel van de inschrijving bij de Kamer van Koophandel naar BKK dat niet ouder is dan een jaar. De werkgever die dit aanvullende budget aanvraagt ten behoeve van coördinerende werkzaamheden kan deze werkzaamheden uitbesteden aan een externe partij. - 3 -

Wijze van aanvragen 6. De werkgever kan per tranche één aanvraag voor opleidingsbudget bij BKK indienen voor een opleidingsplan met een looptijd van maximaal twaalf maanden. Voor tranche 4 zie II.4. 7. Aanvragen worden uitsluitend digitaal gedaan via het daartoe bestemde formulier Aanvraagformulier BKK-opleidingsbudget op de website van BKK: www.stichtingbkk.nl. Alleen volledig ingevulde aanvraagformulieren worden in behandeling genomen. 8. De werkgever is verplicht op verzoek alle aanvullende informatie te verstrekken die BKK voor beoordeling van de aanvraag nodig acht. 9. De werkgever garandeert waarheidsgetrouwe invulling en gaat met het indienen van de aanvraag akkoord met alle bepalingen en voorschriften die BKK stelt in het kader van deze regeling. Ontvangstbevestiging, acceptatie en bevoorschotting 10. BKK verstuurt naar het door de werkgever opgegeven mailadres, binnen één week, een ontvangstbevestiging van de aanvraag. 11. Wanneer de informatie niet compleet is krijgt de werkgever de gelegenheid om de ontbrekende informatie aan te leveren. 12. Binnen zes weken na ontvangst van de complete aanvraag ontvangt de werkgever per mail een besluit over al dan niet acceptatie van de aanvraag en voorlopige toekenning van het opleidingsbudget. Indien een aanvraag afgewezen wordt ontvangt de werkgever bericht met de reden van afwijzing. 13. Bij acceptatie van de ingediende aanvraag vindt volledige bevoorschotting plaats van het voorlopig toegekende opleidingsbudget binnen vier weken na. Verantwoording, verrekening c.q. afrekening en vervolgaanvraag 14. De werkgever moet uiterlijk 13 maanden na de toekenningdatum van een aanvraag een verantwoording (inhoudelijk en financieel) indienen door middel van digitale invulling en toezending van het daartoe voorgeschreven Verantwoordingsformulier BKKopleidingsbudget. 15. BKK verstuurt naar het door de werkgever opgegeven mailadres, binnen één week, een ontvangstbevestiging van de verantwoording. 16. Wanneer de informatie in het verantwoordingsformulier niet compleet is krijgt de werkgever vier weken om de ontbrekende informatie aan te leveren. 17. Binnen zes weken na ontvangst van de complete verantwoording maakt BKK het besluit over de definitieve financiële afhandeling van de afgelopen aanvraagperiode per mail kenbaar. 18. De werkgever informeert BKK tussentijds over de eventuele wijzigingen in het BKK opleidingsplan. Indien de feitelijke uitvoering inhoudelijk afwijkt van het oorspronkelijke opleidingsplan wordt in de verantwoording toegelicht waarom andere keuzes zijn gemaakt. Als er in het kader van het gewijzigde opleidingsplan voor één of meerdere andere opleidingen uit de BKK Lijst Opleidingen is gekozen, dan stuurt de werkgever van deze opleiding(en) een kopie van de facturen toe aan BKK. 19. Indien uit de verantwoording blijkt dat in de afgelopen aanvraagperiode minder kosten zijn gemaakt dan aan budget is toegekend, vindt verrekening plaats met het aangevraagd opleidingsbudget in de daaropvolgende tranche. Indien de werkgever niet binnen 1 maand een volgende aanvraag indient, vindt terugvordering en terugbetaling van het niet bestede deel van het opleidingsbudget plaats. Indien er sprake is van verrekening met de volgende tranche of als er wordt teruggevorderd, informeert BKK de aanvrager hierover middels een brief. 20. Voorlopige toekenning van opleidingsbudget uit een volgende tranche geschiedt niet eerder dan nadat de verantwoording van de voorafgaande aanvraag is goedgekeurd door BKK. Overleggen nadere stukken, accountantscontrole en fraude 21. Naast de in de leden 14 tot en met 20 vermelde informatie verstrekt de werkgever op verzoek van BKK relevante facturen en betalingsbewijzen over de afgelopen tranche. 22. BKK behoudt zich het recht voor om steekproefsgewijs door een externe accountant het aantal bij de werkgever in dienst zijnde werknemers te laten controleren. Dit geldt - 4 -

eveneens voor aantallen deelnemers en gemaakte kosten ten aanzien van de in het opleidingsplan aangegeven opleidingsactiviteiten. 23. De kosten van deze accountantscontrole komen voor rekening van BKK. 24. Indien uit de verantwoording blijkt dat sprake is van strijdig handelen met dit reglement, moet de werkgever het toegekende en bevoorschotte opleidingsbudget geheel terugbetalen. Daarnaast wordt, bij organisaties met meer dan tien werknemers, indien van toepassing de OR of PVT hierover geïnformeerd. Voorts kan de werkgever niet een nieuwe aanvraag indienen zolang dezelfde directeur/bestuurder bij de werkgever in functie is. Afwijzing, bezwaar 25. In geval van afwijzing van de ingediende aanvraag of in geval van het niet door de werkgever instemmen met het BKK besluit over de verantwoording dan wel terugbetaling kan de werkgever schriftelijk bij het bestuur van BKK bezwaar maken. Het bezwaarschrift moet binnen twee weken na ontvangst van de afwijzing c.q. besluit over verantwoording door BKK ontvangen zijn. De werkgever ontvangt binnen twee weken een ontvangstbevestiging van het bezwaar. Het bestuur van BKK beslist op het bezwaar binnen twaalf weken na ontvangst van het bezwaarschrift. De Commissie Scholingsbudget adviseert het bestuur over het ingediende bezwaar. Het besluit van het bestuur is bindend. V. Voorwaarden en toetsingscriteria opleidingsplan Het opleidingsplan moet in ieder geval aan de onderstaande voorwaarden en criteria voldoen. Looptijd 1. Het opleidingsplan heeft een looptijd van maximaal twaalf maanden en start niet eerder dan op de datum van voorlopige toekenning van de aanvraag. Een uitzondering vormen de aanvragen uit tranche 4. Aanvragen toegekend na 1 april 2012 hebben een kortere doorlooptijd, omdat de verantwoordingen behorend bij deze tranche uiterlijk 1 april 2013 moeten zijn ingediend bij BKK. Aanvullende karakter 2. Het opleidingsplan moet extra toekomstige opleidingsactiviteiten betreffen die aantoonbaar aanvullend zijn ten opzichte van de regulier plaatsvindende scholingsactiviteiten en het daarvoor beschikbare budget. 3. Wanneer eigen, intern ontwikkelde opleidingen een onderdeel vormen van het opleidingsplan dan dient de opleiding te zijn aangemeld voor en geplaatst op de BKK Lijst Opleidingen. Doel, beoogd effect en inhoud 4. In het opleidingsplan worden het doel, de beoogde effecten en de verankering in de organisatie van de extra opleidingsactiviteiten aangegeven. Daarbij moet worden aangegeven op welke van de onderstaande thema s de scholingstrajecten betrekking hebben. De thema s zijn gekoppeld aan de vier opvoedingsdoelen uit de Wet kinderopvang en sluiten aan op de thema s uit het Pedagogisch kader 1 en door BKK aangedragen thema s. De thema s zoals opgenomen in dit artikel gelden zowel voor kindercentra 0-4 jaar, als voor kindercentra 4-13 jaar. De thema s zijn: a. Veiligheid en welbevinden; b. Ontwikkelen en leren van (jonge) kinderen; c. Samenwerking met; de ouders; het primair onderwijs; partners in het veld van voorzieningen voor jeugd; d. Omgaan met problematische ontwikkeling/gedrag van kinderen; 1 Pedagogisch kader kindercentra 0-4 jaar, L. Kleerekoper en E. Singer, Elsevier Gezondheidszorg 2009.Na publicatie van het Pedagogisch kader kindercentra 4-13 jaar, L. Schreuder, M. Boogaard, R Fukkink en J. Hoex worden de thema s aangepast. - 5 -

e. Omgaan met diversiteit; f. Pedagogische doelen en competenties van kinderen; g. Samenwerken in de groep; h. Basiscommunicatie; i. Steunen en stimuleren van spelen en leren; j. Indeling en inrichting van de buiten- en binnenruimtes; k. Dagritme en groepssamenstelling; l. Observeren (handelen) en plannen. Gericht op verhoging pedagogische kwaliteit 5. Het opleidingsplan moet (een samenhangend geheel van) opleidingsactiviteiten betreffen die specifiek zijn gericht op verhoging van de kwaliteit van het pedagogisch handelen binnen de kinderopvangonderneming. 6. De scholing van pedagogisch medewerkers, direct leidinggevenden aan pedagogisch medewerkers en/of medewerkers die een rol hebben in de opleiding, begeleiding en coaching van pedagogisch medewerkers is gericht op het vergroten van hun pedagogische kennis en vaardigheden of op het vergroten van hun kennis en vaardigheden wat betreft leidinggeven of coachen op pedagogisch gebied. 7. Een werknemer kan gelijktijdig zowel de functie van pedagogisch medewerker vervullen als die van leidinggevende aan pedagogisch medewerkers en/of werknemer die een rol heeft in de opleiding, begeleiding en coaching van pedagogisch medewerkers. Bij de aanvraag van het opleidingsbudget wordt een dergelijke werknemer aangemeld in de functie waarin zij de opleiding gaat volgen. Gecombineerde scholing 8. Het opleidingsplan voorziet in een combinatie van scholing van enerzijds pedagogisch medewerkers en anderzijds scholing van direct leidinggevenden aan pedagogisch medewerkers en/of medewerkers die een rol hebben in de opleiding, begeleiding en coaching van pedagogisch medewerkers. In het opleidingsplan wordt een gemotiveerde onderbouwing gegeven van de gehanteerde verhouding tussen het aantal pedagogisch medewerkers en het aantal leidinggevenden aan pedagogisch medewerkers en/of medewerkers die een rol hebben in de opleiding, begeleiding en coaching van pedagogisch medewerkers dat aan de scholing deelneemt. Vergoede opleidingen c.q. kosten 9. Alleen opleidingen die voorkomen op de onder III.2 bedoelde BKK Lijst Opleidingen komen voor vergoeding vanuit het opleidingsbudget in aanmerking. 10. Alleen werkelijk gemaakte kosten komen voor vergoeding in aanmerking. De aanvrager verklaart vergoedingen en/of tegemoetkomingen uit andere bronnen in de verantwoording niet als kosten op te voeren. 11. De onder 7 bedoelde opleidingen komen in twee uitvoeringsvormen voor vergoeding in aanmerking. a. De opleiding wordt verzorgd door een externe opleider. Voor (deel)financiering ten laste van het toegekende opleidingsbudget kan in aanmerking worden gebracht: de (gefactureerde) kosten van de opleiding; verletkosten als bedoeld onder IV.3. b. De opleiding wordt verzorgd door een werknemer van de werkgever. Voor vergoeding vanuit het opleidingsbudget kan in aanmerking worden gebracht: het aantal studiebelastinguren van een opleiding maal het door het bestuur vastgestelde uurtarief per werknemer die de opleiding verzorgt; verletkosten als bedoeld onder IV.3. - 6 -

Instemming OR of PVT 12. Bij organisaties met meer dan tien werknemers stemt de OR of PVT in met de inhoud van het opleidingsplan en onderschrijft het aanvullende karakter hiervan. Bij eventuele controle moet het voorgaande blijken uit een schriftelijke verklaring van de OR of PVT. VI. Slotbepalingen 1. Het bestuur kan dit reglement (tussentijds) wijzigen en met betrekking tot de toepassing hiervan nadere regels stellen. 2. In gevallen waarin dit reglement niet voorziet of onduidelijk is beslist het bestuur. 3. Dit reglement kan worden aangehaald als: Reglement BKK-opleidingsbudget. **** - 7 -

Toelichting Algemeen Kinderopvangondernemers, verder te noemen werkgevers, kunnen bij BKK, Bureau Kwaliteit Kinderopvang, financiering aanvragen voor extra scholing bovenop hun reguliere scholingsbudget. Doel van deze extra scholing is de versterking van het pedagogisch handelen op de kindercentra. BKK streeft er naar dat alle kinderopvangorganisaties van dit opleidingsbudget gebruik maken. Artikelsgewijze toelichting Artikel II Aanvragen kunnen worden ingediend via de website www.stichtingbkk.nl. BKK heeft voldoende budget gereserveerd voor alle werkgevers in de kinderopvang. BKK kan besluiten de bedragen per tranche aan te passen. Een werkgever kan voor zijn organisatie één opleidingsplan per tranche indienen. Artikel III In dit artikel worden de belangrijkste begrippen gedefinieerd. Artikel IV Dit artikel geeft aan hoe werkgevers een beroep kunnen doen op het opleidingsbudget, welke procedure gehanteerd wordt, hoe bezwaar kan worden ingediend en hoe de verantwoording is geregeld. Ter toelichting het volgende. Het maximale opleidingsbudget wordt berekend op grond van het aantal werknemers dat bij de werkgever in dienst is. Voor de berekening van het bedrag tellen dus ook werknemers mee die geen gebruik van het opleidingsbudget mogen maken, zoals werknemers van de afdeling financiën, P&O of de klantenservice. De werkgever bepaalt vervolgens zelf hoeveel werknemers (voor wie scholing uit het budget toegestaan is) geschoold worden. Ieder jaar bepaalt het bestuur van BKK de bedragen voor het nieuwe kalenderjaar. Werkgevers ontvangen in tranche 3 (2011) een vast bedrag per organisatie van 1250,- en een bedrag van 100,- per werknemer voor alle werknemers die in dienst zijn en voor wie de CAO Kinderopvang van toepassing is. Met dit bedrag worden opleidingen voor (een deel van) de werknemers gefinancierd. Wanneer de opleiding wordt verzorgd door een werknemer van de kinderopvangorganisatie is de vergoeding voor de loonkosten van deze werknemer 25,- per studiebelastinguur van de opleiding. Ook verletkosten à 15,- per studiebelastinguur voor deelnemers aan de (interne) training kunnen uit het BKK-opleidingsbudget betaald worden. Als er sprake is van een learning community zoals hier bedoeld, kan er voor de coördinerende werkzaamheden in tranche 3 een bedrag van 2000,- worden aangevraagd. Op de site van BKK kunnen werkgevers, nog voordat een aanvraag wordt ingediend, zien op welk bedrag men aanspraak kan maken. Voorbeeld: een werkgever heeft vijfhonderd werknemers in dienst. De werkgever ontvangt een opleidingsbudget van 51.250,- ( 1250,- plus 500 maal 100,-). De werkgever kiest ervoor om honderd pedagogisch medewerkers op te leiden op één van de thema s uit artikel V.3, vijftig pedagogisch medewerkers op een ander thema uit dit artikel en tot slot vijf locatiemanagers en één pedagoog die een rol spelen in de begeleiding van de pedagogisch medewerkers. De opleidingen die werkgevers opnemen in hun opleidingsplan moeten opgenomen zijn op de BKK Lijst Opleidingen. Deze lijst garandeert de werkgever dat directe opleidingskosten van de betreffende opleiding gefinancierd kunnen worden uit het te ontvangen BKK-opleidingsbudget - 8 -

(en als daarnaast het opleidingsplan aan de overige voorwaarden voldoet). Indien de directe opleidingskosten hoger uitvallen dan het beschikbare BKK-opleidingsbudget, komen meerkosten voor rekening van de werkgever. Opleidingen die verwijderd worden van de BKK Lijst Opleidingen, kunnen niet meer in opleidingsplannen van kinderopvangondernemers opgenomen worden. Verwijdering van de BKK Lijst Opleidingen kan niet met terugwerkende kracht geschieden. De opleidingen van geaccordeerde opleidingsplannen hoeven niet te worden gewijzigd. Verwijdering is alleen van invloed op nieuw in te dienen opleidingsplannen of opleidingsplannen waarvoor nog geen voorlopig budget is toegekend. De BKK Lijst Opleidingen bestaat uit een breed aanbod van opleidingen, gericht op de verbetering van de pedagogische kwaliteit. De opleidingen zijn gericht op pedagogisch medewerkers, direct leidinggevenden aan de pedagogisch medewerkers en/of medewerkers die een rol hebben in de opleiding, begeleiding en coaching van pedagogisch medewerkers. De BKK Lijst Opleidingen is continu in beweging en in ontwikkeling. Tussen 1 april 2009 en 30 april 2012 kunnen opleidingen aangemeld worden voor opname op de BKK Lijst Opleidingen. Als werkgevers een opleiding willen opnemen in hun opleidingsplan die niet op de BKK Lijst Opleidingen staat, is het aan te raden de opleider te wijzen op de BKK Lijst Opleidingen. In het Reglement BKK Lijst Opleidingen, te vinden op de website van BKK, zijn de voorwaarden en criteria voor opname op deze lijst opgenomen. Voor opname van een opleiding op de BKK Lijst Opleidingen is een Crebo of Croho erkenning niet noodzakelijk. De opleidingen die vermeld staan op de BKK Lijst Opleidingen moeten een onderliggend curriculum hebben. Opleidingen die op de lijst staan, maar in de feitelijke uitvoering niet voldoen aan de eisen van het Reglement BKK Lijst Opleidingen komen niet voor vergoeding in aanmerking. Alle opleidingen dienen afgesloten te worden met een diploma of certificaat. Als het gaat om een Crebo of Croho erkende opleiding dient het diploma ook Crebo of Croho erkend te zijn. In ieder geval wordt op het diploma of het certificaat vermeld wat de opleiding inhoudt en wat de leereffecten zijn. Themadagen worden door BKK niet begrepen onder de noemer opleidingen en kunnen niet opgenomen worden op de BKK Lijst Opleidingen. BKK kan onderzoek doen naar de kwaliteit van opleidingen op de BKK Lijst Opleidingen. BKK doet dit onder meer door het opvragen van stukken bij de opleider. Het kan ook zijn dat BKK bij kinderopvangorganisaties navraag doet naar hun ervaringen en hun mening over de effectiviteit van de opleiding en het geleerde. Een opleidingsplan heeft een looptijd van maximaal twaalf maanden en mag niet eerder starten dan de voorlopige toekenningdatum van de aanvraag. Opleidingsactiviteiten die al gestart zijn voordat BKK een voorlopige toekenning op de aanvraag heeft gegeven, komen niet voor vergoeding vanuit het opleidingsbudget in aanmerking. Als BKK niet binnen de gestelde beoordelingstermijn blijft en er daardoor met betrekking tot de startdatum van het BKK opleidingsplan een knelpunt ontstaat, vindt overleg plaats. Opleidingen uit het BKK opleidingsplan hoeven niet binnen de doorlooptijd van het opleidingsplan te zijn voltooid, wel gefactureerd om in de verantwoording te kunnen worden opgevoerd. Na deze periode van maximaal twaalf maanden kan de werkgever een nieuwe aanvraag indienen bij BKK, mits de eerdere aanvraag is verantwoord en de aanvraagperiode nog niet verstreken. In lid 8 is geregeld dat de werkgever verplicht is op verzoek alle aanvullende informatie te verstrekken die BKK voor beoordeling van de aanvraag nodig acht. Zo kan BKK in het kader van de controle op het van toepassing zijn van de CAO Kinderopvang en het aantal werknemers het aansluitnummer bij PGGM opvragen. In de leden 14 tot en met 20 wordt aangegeven dat werkgevers verantwoording afleggen over de besteding van de BKK gelden. Mocht een werkgever minder geld hebben besteed dan is toegekend dan wordt dit overschot verrekend met een nieuwe - 9 -

aanvraag of het overschot wordt teruggevorderd, indien binnen een maand geen nieuwe aanvraag wordt gedaan in de daaropvolgende tranche. Artikel V Dit artikel omschrijft de thema s waar de opleidingen op de BKK Lijst Opleidingen zich op dienen te richten. Deze thema s zijn gekoppeld aan de vier opvoedingsdoelen uit de Wet kinderopvang en afkomstig uit het Pedagogisch kader kindercentra en door BKK aangedragen thema s. De opleidingen richten zich op: pedagogisch medewerkers en op hun direct leidinggevenden en/of op medewerkers die een rol hebben in hun opleiding, begeleiding en coaching. Werkgevers nemen in het kader van gecombineerde scholing bij voorkeur opleidingen voor beide groepen werknemers op in hun opleidingsplan. Indien er gekozen wordt voor het opleiden van één van deze groepen, dan dient in het opleidingsplan te worden toegelicht op welke wijze de niet participerende groep alsnog wordt betrokken zodanig dat er sprake is van borging van het geleerde in het (dagelijks) pedagogisch handelen op de werkvloer. De beide groepen werknemers hoeven niet binnen hetzelfde thema opgeleid worden. Een tweetal voorbeelden: Tien pedagogisch medewerkers van kinderopvangorganisatie X volgen een opleiding gericht op thema a Veiligheid en welbevinden. Tien andere pedagogisch medewerkers volgen een training op thema Basiscommunicatie. Twee leidinggevenden volgen een training gericht op thema Observeren en plannen. Tien pedagogisch medewerkers van kinderopvangorganisatie Y volgen een opleiding gericht op thema Samenwerken op de groep. Twee leidinggevenden volgen een training op ditzelfde thema, maar de inhoud van hun opleiding is niet gericht op de uitvoering maar op de coaching en begeleiding van pedagogisch medewerkers. Op de BKK Lijst Opleidingen staan per thema enerzijds opleidingen die zich richten op pedagogisch medewerkers én anderzijds opleidingen die zich richten op leidinggevenden en op medewerkers die een rol hebben in de opleiding, begeleiding en coaching van pedagogisch medewerkers. V.8 laat zien dat de opleidingen door een externe opleider gegeven kunnen worden (sub a) of door een werknemer van de werkgever zelf (sub b). Indien een externe opleider ingehuurd wordt om de training te verzorgen kan de training op een externe locatie verzorgd worden of op een locatie van de werkgever. Ook als een werknemer van de werkgever de opleiding verzorgt, worden de kosten door BKK voor een deel vergoed. V.12 Organisaties die niet beschikken over een OR of PVT kan gevraagd worden anderszins aan te geven dat de werknemers kennis genomen hebben van het BKK Opleidingsplan en het aanvullend karakter onderschrijven. ***** - 10 -