STICHTING PENSIOENFONDS. De Fracties. Actuariële en bedrijfstechnische Nota

Vergelijkbare documenten
Actuariële en bedrijfstechnische Nota

10. Doelstellingen, risicohouding en haalbaarheidstoets

Doelstellingen, risicohouding en haalbaarheidstoets

REGLEMENT AANVULLEND PENSIOEN STICHTING PENSIOENFONDS ALLIANCE

UITVOERINGSOVEREENKOMST

Stichting Norit Pensioenfonds

Stichting Pensioenfonds SMIT. Bestuursreglement V120620

Stichting Pensioenfonds Caribisch Nederland. Uitvoeringsreglement als bedoeld in artikel 11f van de Pensioenwet ambtenaren BES

Haalbaarheidstoets 2018

Financieel crisisplan

REGLEMENT AANVULLEND PENSIOEN STICHTING PENSIOENFONDS ALLIANCE

COMMUNICATIEBELEID Eigenaar: Document: Versie: Datum: Auteur: Versie Status Datum Omschrijving

Stichting Pensioenfonds NEG Nederland Huishoudelijk Reglement

In de Pensioenwet is vastgelegd dat wanneer een pensioenfonds niet langer voldoet aan de gestelde eisen ten aanzien van:

Tien passen voor de tango Normenkader voor het VO

Uitvoeringsovereenkomst

Addendum 2 bij het Pensioenreglement Sanoma 2009 pensioenregeling, van Stichting Pensioenfonds Sanoma Nederland, contractnummer

Reglement arbeidsongeschiktheidspensioen Stichting Voorzieningsfonds Getronics

Addendum 2 bij het Pensioenreglement pensioenregeling A, van Stichting Pensioenfonds Sanoma Nederland, contractnummer

Strategy, business and technology. Normenkader. Versie 5.1

TRANSPARANTIEDOCUMENT

Financieel crisisplan

Aanvullend pensioenreglement "Excedent middelloon "

Beleidskaders en beleid 2018 Bestuur Stichting Pensioenfonds Scildon (SPS)

Uitvoeringsreglement Stichting Bedrijfstakpensioenfonds Waterbouw

Financieel crisisplan. Voorwoord. Inleiding. 1. Beschrijving financiële crisissituatie

Functieprofielen Algemeen Bestuur Stichting Pensioenfonds ING. Algemeen functieprofiel Bestuur Stichting Pensioenfonds ING

UITVOERINGSOVEREENKOMST

In werking : 1 juli 2015 Vastgesteld door het bestuur : 26 juni 2015

Citibank Europe plc, Netherlands Branch hierna te noemen "de werkgever", te deze rechtsgeldig vertegenwoordigd door A. Leenstra, anderzijds,

Bestuur. Deelnemers: 2 Pensioengerechtigden:3 Werkgevers 2. Verantwoording en medezeggenschap

BIJLAGE 7: Financieel crisisplan Stichting Jan Huysman Wz. Fonds

PENSIOENFONDS HORECA & CATERING DIRECTIESTATUUT INZAKE TOEDELING TAKEN, VERANTWOORDELIJKHEDEN EN BEVOEGDHEDEN AAN DE DIRECTIE

WELKOM. Algemene Vergadering voor Deelnemers en Gepensioneerden 14 september 2016

Collectieve Arbeidsovereenkomst over pensioenen. Tronox Pigments (Holland) B.V. Rotterdam-Botlek

UITVOERINGSOVEREENKOMST MET REXEL NEDERLAND B.V.

Communicatiekalender 2017 en 2018

Stichting Pensioenfonds van de Grolsche Bierbrouwerij, statutair gevestigd te Enschede, hierna te noemen: "het Fonds"

Bijlage 3 Het Financieel Crisisplan

Bijlage 3 Het Financieel Crisisplan

REGLEMENT WAO-HIATENPENSIOEN STICHTING PENSIOENFONDS ALLIANCE

Actuariële en bedrijfstechnische nota. van. Stichting Pensioenfonds Trespa

CONFIDENTIEEL. [adres] Geacht bestuur,

Reglement bestuur Stichting Pensioenfonds F. van Lanschot

In het crisisplan worden verschillende parameters gebruikt die voor het pensioenfonds belangrijk zijn:

BEKNOPT JAARVERSLAG 2017

Stichting Pensioenfonds Xerox

Het bestuur zal het crisisplan jaarlijks evalueren en zo nodig aanpassen.

Transparantiedocument

Uitbestedingsbeleid Stichting Pensioenfonds van de ABN AMRO Bank N.V.

REGLEMENT STICHTING PENSIOENFONDS PON RING A

Sectorbrief - Wijzigingen in de pensioenwet: wat verwacht DNB van uw fonds. Geacht bestuur,

Uitvoeringsovereenkomst. Wolters Kluwer Nederland B.V. en Stichting Pensioenfonds Wolters Kluwer Nederland

Uitbestedingsbeleid 2015

Aanvullend reglement Extra Pensioenopbouw Boven de Salarisgrens 2015

STICHTING PENSIOENFONDS VAN DE METALEKTRO AANVULLEND REGLEMENT. Pensioenopbouw boven de Salarisgrens (hoog) voor het personeel van <naam onderneming>

Betreft: Startbrief in verband met toetreding tot de pensioenregeling

Stichting Pensioenfonds Ballast Nedam. Financieel crisisplan 2015

Stichting Pensioenfonds Xerox

Uitbestedingsbeleid Stichting Pensioenfonds NIBC

Versie: Financieel Crisisplan Stichting Pensioenfonds F. van Lanschot

Aanvullend reglement

FINANCIEEL CRISISPLAN STICHTING PENSIOENFONDS HUNTSMAN ROZENBURG. Bijlage bij de actuariële en bedrijfstechnische nota

PENSIOENREGLEMENT UNISYS PENSIOENKAPITAALPLAN PENSIOENREGLEMENT UNISYS COMBI PENSIOEN UNISYS PENSIOENREGLEMENT, 12E NOTA VAN WIJZIGING

Financieel crisisplan Centraal Beheer APF Collectiviteitskring RBS 2017 Hoofdstukindeling

Communicatieplan Stichting Brocacef Pensioenfonds

Beknopt jaarverslag 2016

UITVOERINGSREGLEMENT SW EN WIW STICHTING PENSIOENFONDS VOOR WERK EN (RE)INTEGRATIE

31-jul sep mei mrt nov-14. Maand

PENSIOENREGLEMENT II STICHTING BEDRIJFSTAKPENSIOENFONDS VOOR DE MEUBELINDUSTRIE EN MEUBILERINGSBEDRIJVEN. Juni 2015

Bijlagen. Stichting Pensioenfonds Unisys Nederland. Versie 1 januari 2013 PENSIOENREGLEMENT UNISYS PENSIOENKAPITAALPLAN

Financieel crisisplan. van de

UITVOERINGSOVEREENKOMST

Versie: Financieel Crisisplan Stichting Pensioenfonds F. van Lanschot

Stichting Pensioenfonds Lloyd s Register Nederland

Actuariële en bedrijfstechnische nota

Aanvullend reglement Pensioenopbouw boven Salarisgrens (hoog)

en Ardagh Metal Packaging Netherlands B.V.

Communicatieplan Stichting Brocacef Pensioenfonds

Communicatie-beleidsplan Stichting Pensioenfonds Fresenius Nederland maart 2017

Communicatieplan. Stichting Pensioenfonds NEG Nederland. Communicatieplan Pensioenfonds NEG v

UITVOERINGSOVEREENKOMST

FUNCTIEPROFIEL BESTUUR VOOR LEDEN EN VOORZITTER (BELEGGINGSCOMMISSIE)

Functieprofiel lid bestuur met portefeuille vermogensbeheer en risicomanagement van Stichting Notarieel Pensioenfonds

REGLEMENT EXCEDENT ARBEIDSONGESCHIKTHEIDSPENSIOEN STICHTING PENSIOENFONDS ALLIANCE

PROFIELSCHETS. Philips Pensioenfonds NIET UITVOEREND BESTUURDER 1/5. Stichting Philips Pensioenfonds

Uitvoeringsovereenkomst 2017 tussen Mafina B.V. en Stichting TOTAL Pensioenfonds Nederland

Competentievisie. lid verantwoordingsorgaan

Actuariële en bedrijfstechnische nota. van. Stichting Pensioenfonds Trespa

Beschrijving Pension Fund Governance Stichting Bedrijfspensioenfonds voor het Bakkersbedrijf

1. instelling : de Instelling Pensioenfonds van de Nederlandse Bisdommen;

voor de beleggingscommissie van Stichting Pensioenfonds voor Verloskundigen (hierna: SPV).

Verklaring inzake beleggingsbeginselen

Communicatieplan Stichting Brocacef Pensioenfonds

Geef pensioen de aandacht die het verdient. Jaarbericht Stichting Pensioenfonds

Financieel crisisplan, bijlage 5 (ABTN) Stichting Pensioenfonds F. van Lanschot

Uitvoeringsreglement. Stichting Pensioenfonds Medewerkers Apotheken

Stichting Pensioenfonds. voor. Verloskundigen

Samenvatting DEPF reglementen Per 1 januari 2015

Uitvoeringsovereenkomst Stichting Pensioenfonds F. van Lanschot

Transcriptie:

STICHTING PENSIOENFONDS De Fracties Actuariële en bedrijfstechnische Nota 2017

Inhoudsopgave INLEIDING 1 l. HOOFDLIJNEN VAN HET INTERNE BEHEERSINGSSYSTEEM EN VAN DE OPZET VAN DE ADMINISTRATIEVE ORGANISATIE EN INTERNE CONTROLE 2 1.1 DOELSTELLINGEN EN BELEIDSUITGANGSPUNTEN 3 1.2 PROCEDURE UITVOERING, VASTSTELLING EN VERANTWOORDING HAALBAARHEIDSTOETS 5 1.3 PROCEDURE VASTSTELLING (BELEIDS)DEKKINGSGRAAD 6 1.4 ÛPDRACHTAANVAARDING 6 1.5 VERDELING TAKEN, BEVOEGDHEDEN EN VERANTWOORDELUKHEDEN 7 1.6 UITBESTEDE WERKZAAMHEDEN 9 1.7 HOOFDLIJNEN OPZET ADMINISTRATIEVE ORGANISATIE EN MAATREGELEN INTERNE CONTROLE DION PENSIOEN SERVICES B.V 10 1.8 GOED PENSIOENFONDSBESTUUR 12 1.9 lntegriteitbeleid 12 1.10 GESCHIKTHEID BESTUURSLEDEN 13 1.11 COMMUNICATIE..................... 13 2. PROCEDURES EN CRITERIA VOORDE AANSLUITING VAN WERKGEVERS BIJ HET PENSIOENFONDS EN VOOR HET VERKRIJGEN VAN HET DEELNEMERSCHAP VAN HUN WERKNEMERS 15 3. 4. 5. 6. 2.1 2.2 3.1 3.2 3.3 3.4 3.5 3.6 3.7 3.8 3.9 6.1 6.2 6.3 6.4 6.5 AANSLUITING WERKGEVERS 15 VERKRUGING DEELNEMERSCHAP 15 HOOFDLIJNEN VAN DE UITVOERINGSOVEREENKOMST 16 WUZE VASTSTELLING VERSCHULDIGDE PREMIE 16 PREMIEBETALING................... 17 lnformatieverstrekking DOOR WERKGEVER AAN PENSIOENFONDS 17 PROCEDURES PREMIEBETALINGSACHTERSTAND 17 PROCEDURES WUZIGING PENSIOENOVEREENKOMST 17 VOORWAARDEN TOESLAGVERLENING 18 PROCEDURES AANGAANDE BESLUITEN OMTRENT VERMOGENSOVERSCHOTTEN, VERMOGENSTEKORTEN DAN WEL WINSTDELING 19 BETALINGSVOORBEHOUD WERK.GEYER 19 PREMIEKORTING OF -TERUGSTORTING 19 HOOFDLIJNEN VAN DE PENSIOENREGELING 21 HERVERZEKERING 25 FINANCIËLE OPZET 26 EIGEN VERMOGEN 26 PREMIEBELEID....,......30 BELEGGINGSBELEID 32 VOORWAARDELUK TOESLAGBELEID 42 SYSTEMATIEK VASTSTELLING PARAMETERS 44 7. FINANCIËLE STURINGSMIDDELEN 45 7.1 PREMIEBELEID 45 7.2 BELEGGINGSBELEID 45 7.3 VOORWAARDELUK TOESLAGBELEID 45 8. KORTING PENSIOENAANSPRAKEN EN -RECHTEN 46 8.1 KORTING VAN AANSPRAKEN 46 8.2 HERSTEL VAN GEKORTE AANSPRAKEN EN GEMISTE TOESLAGEN.46 BIJLAGE 1 - VEREIST EIGEN VERMOGEN 47 BIJLAGE 2 - VERKLARING INZAKE BELEGGINGSBEGINSELEN 50 2

BIJLAGE 3 - LIJST MET AFKORTINGEN 69 BIJLAGE 4 - FINANCIEEL CRISISPLAN 70 BIJLAGE 5 - INCIDENTENBELEID 83 3

Inleiding Zoals in artikel 3 lid 1 van de statuten is venneld, werkt Stichting Pensioenfonds 'De Fracties' gevestigd in de gerneente Zaanstad, hieroa te noemen 'het pensioenfonds', volgens een actuariële en bedrijfstechnische nota (abtn). De inhoud van de hieroa te beschrijven abtn is afgestemd op het bepaalde bij en krachtens de Pensioenwet: artikel 145 van de Pensioenwet, en; paragraaf 9 van het Besluit financieel toetsingskader pensioenfondsen. Deze actuariële en bedrijfstechnische nota beschrijft het fonds naar de situatie per 1 januari 2017 en is vastgesteld op 16 december 2016. Deze nota vervangt alle voorgaande nota's. De beschrijvingen die deze abtn bevat zijn zodanig dat de Nederlandsche Bank (DNB) op basis van deze abtn tot een oordeel kan kornen over de wijze waarop wordt voldaan aan het bij en krachtens de Pensioenwet bepaalde. De abtn is onderverdeeld in de volgende onderwerpen: de hoofdlijnen van het interne beheersingssysteem en van de opzet van de administratieve organisatie en interne controle (hoofdstuk 1 ); procedures en criteria voor de aansluiting van werkgevers bij het pensioenfonds en voor het verkrijgen van het deelnemerschap van hun werknemers (hoofdstuk 2); de hoofdlijnen van de uitvoeringsovereenkomst (hoofdstuk 3); de hoofdlijnen van de pensioenregeling (hoofdstuk 4); herverzekering (hoofdstuk 5); de financiële opzet (hoofdstuk 6); de financiële sturingsmiddelen (hoofdstuk 7); korting pensioenaanspraken en -rechten (hoofdstuk 8); het Financieel Crisisplan is als bijlage opgenomen in de abtn. 1

1. Hoofdlijnen van het interne beheersingssysteem en van de opzet van de administratieve organisatie en interne controle Dit hoofdstuk geeft een toelichting op de uitvoeringsorganisatie. Hieronder is de organisatie weergegeven. In de daaropvolgende paragrafen worden de taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden weergegeven. Dit is afgestemd op het bepaalde bij en krachtens hoofdstuk 4 en 5 van de Pensioenwet. Verantwoordings- L--- orgaan Bestuur Stichting Pensioenfonds 'De Fracties' ----I Intern toezicht (visitatiecommissie) Management Assistent Pensioenfondsbestuur Accountant: BDO Audit & Assurance B.V. Certificerend actuaris: Triple A - Risk Finance Adviserend actuaris: Sprenkels & Verschuren Beleggingsadministratie: DPS B.V. r Administratie pensioenregeling: Herverzekering: Vermogensbeheer: - uitkeringsadministratie Delta Lloyd NN Investment Partners - pensioenadministratie Levensverzekering - deelnemersadministratie N.V. - secretariaatswerkzaamheden DPS B.V. Administratie beschikbare premieregeling: NN Investment Partners I Het bestuur van het pensioenfonds bestaat uit drie werkgevers- en drie werknemersleden. Met ingang van 1 januari 2017 is tevens een kandidaat bestuurslid aangesteld. 2

1.1 Doelstellingen en beleidsuitgangspunten De algemene doelstelling van het pensioenfonds is het verlenen van pensioenaanspraken aan werknemers in dienst van de werkgever en het doen van pensioenuitkeringen aan pensioengerechtigden. Beleidsuitgangspunten Het bestuur van het pensioenfonds heeft zieh verder ingespannen om zo veel mogelijk duidelijkheid te verkrijgen van de sociale partners over de doelstellingen, het ambitieniveau van de toeslagverlening en de risicohouding, die ten grondslag liggen aan de pensioenregeling die door sociale partners als opdracht in uitvoering aan het pensioenfonds is gegeven. Aan de hand hiervan heeft het fonds in overleg met het verantwoordingsorgaan van het pensioenfonds haar beleidsuitgangspunten met betrekking tot toeslag, de premie, de beleggingen en de kortingen in deze ABTN vastgelegd. Missie, visie en strategie In de missie is beschreven waarvoor het fonds staat, wat de bestaansgrond is en welke waarden en identiteit het fonds kenmerken. De missie is als volgt geformuleerd: Stichting Pensioenfonds De Fracties wil een zo goed mogelijke invulling geven aan de pensioenovereenkomst die de werkgever heeft afgesloten met haar (gewezen) werknemers. De uitvoering van de overeenkomst dient correct, maatschappelijk verantwoord en zo (kosten)ef:ficiënt mogelijk te geschieden. De ambitie is een duurzaam en betrouwbaar pensioenfonds te zijn dat zijn financiële verplichtingen en ambities nu en in de toekomst waar kan maken. In de visie en strategie wordt beschreven waarvoor het fonds gaat, welke zienswijze, welk toekomstbeeld ten grondslag ligt aan het handelen van het fonds. De visie is als volgt geformuleerd: De pensioensector staan ingrijpende veranderingen te wachten die zorgen voor onzekerheid. De uitdaging daarbij is om te voldoen aan de verwachtingen van belanghebbenden. Zowel binnen de huidige als de kornende wettelijke kaders streeft de Stichting Pensioenfonds De Fracties naar een goede pensioenvoorziening door de koopkracht van de rechten van deelnemers zowel nu als in de toekomst zo goed als mogelijk in stand te houden. Communicatie en transparantie acht het Pensioenfonds van groot belang ten einde betrokkenheid te realiseren alsook pensioenbewustzijn en verwachtingen te managen. Ten einde onze missie te kunnen uitvoeren en hoge kwaliteit te leveren, is sprake van een robuust beleidskader, goed pensioenfondsbestuur en wordt goed samengewerkt met de werkgever (sponsor), adviseurs en uitvoerende partijen op het gebied van vermogensbeheer en pensioenuitvoering. 3

Risicohouding Kwalitatieve risicohouding Het bestuur van het pensioenfonds heeft een risicobewuste houding. Het pensioenfonds streeft ernaar om de nominale aanspraken waardevast na te kornen. Inflatie holt de waarde van de nominale uitkeringen uit en gezien het lange termijn karakter van pensioenen is het belangrijk dat de koopkracht van het pensioen via toeslagverlening behouden blijft. Beleggingsrisico kan acceptabel zijn in het streven naar koopkrachtbehoud, zelfs indien dit betekent dat de nominale aanspraken niet geheel na kunnen worden gekomen. De mate van risicoacceptatie van het bestuur en de andere stakeholders is onder andere gebaseerd op de volgende kwalitatieve overwegingen: Het opgebouwde pensioen vormt na pensionering de belangrijkste bron van inkomen voor participanten van het pensioenfonds. Het fonds streeft naar een waardevast pensioen. Een afgewogen balans tussen te nemen risico' s en het naar verwachting te realiseren beleggingsrendement is noodzakelijk om op langere termijn invulling te kunnen geven aan de pensioenambitie. Voor het nastreven van de pensioenambitie dient het bestuur bereid te zijn om beleggingsrisico te nemen en een beleggingsrendement na te streven dat hoger is dan de risicovrije marktrente. Bij siechte economische omstandigheden acht het bestuur het uitlegbaar dat toeslagverlening niet volledig plaatsvindt. Kortingen op de pensioenaanspraken en-uitkeringen dienen zoveel mogelijk voorkomen te worden. De risicobereidheid van het bestuur kan worden beïnvloed door de actuele financiële positie van het pensioenfonds. Periodiek wordt beoordeeld of de ambitie van het pensioenfonds nog haalbaar is. Het vasthouden aan een onmogelijke ambitie is immers niet zinvol. Bij de keuze voor een bepaald heleid wordt niet alleen een verwachte ontwikkeling beoordeeld maar ook scenario's die gunstiger of minder gunstig zijn dan de verwachte ontwikkeling. De ambitie dient in de meeste scenario's te kunnen worden behaald. Als de financiële situatie van het pensioenfonds verbetert wordt bij voorkeur minder risico genomen, omdat de ambitie dan in evenveel of meer gevallen haalbaar is met minder risico. Kwantitatieve risicohouding De risicohouding wordt geconcretiseerd door de vaststelling van risicogrenzen (het vereist eigen vermogen en de grenzen van de haalbaarheidstoets). Bij een overschrijding vindt er een beleidsdiscussie plaats. Risicogrenzen maken het mogelijk om op een vooraf vastgelegde en objectieve manier te beoordelen of het risico hoger oflager is dan vooraf is toegestaan. Echter, bij overschrijding van risicogrenzen zal geen automatische aanpassing van heleid plaatsvinden, maar een kwalitatieve discussie, rekening houdend met de situatie en inzichten van dat moment. Het bestuur heeft de volgende risicohouding (lange termijn) vastgesteld met betrekking tot het pensioenresultaat: Ondergrens 1: Vanuit de situatie waarbij dekkingsgraad gelijk is aan vereist eigen vermogen dient de mediaan van het pensioenresultaat tenminste gelijk te zijn aan 100%. Ondergrens 2: Vanuit de feitelijke dekkingsgraad dient de mediaan van het pensioenresultaat tenminste gelijk te zijn aan 95%. Ondergrens 3: Vanuit de feitelijke dekkingsgraad dient de maximale afwijking ten opzichte van de mediaan in het geval van een "slechtweer scenario" (lees: 5e percentiel) 40% te bedragen. 4

Het bestuur heeft de volgende risicohouding (korte termijn) vastgesteld met betrekking tot het vereist eigen vermogen: het vereist eigen vermogen van het pensioenfonds mag niet lager zijn dan 118% en niet hoger dan 128%. 1.2 Procedure uitvoering, vaststelling en verantwoording haalbaarheidstoets Uitvoering Periodiek wordt een haalbaarheidstoets uitgevoerd die op basis van een stochastische analyse inzicht geeft in de samenhang tussen de financiële opzet van het fonds, het verwachte pensioenresultaat en de risico's die daarbij gelden. Het bestuur beslist tijdig welke organisatie de haalbaarheidstoets zal uitvoeren. Bij de invoering van een nieuwe pensioenregeling en bij significante wijzigingen wordt een aanvangshaalbaarheidstoets uitgevoerd. De eerste aanvangshaalbaarheidstoets is uitgevoerd in verband met de invoering van het nftk en is vóór 1 oktober 2015 ingediend bij DNB. Met de aanvangshaalbaarheidstoets wordt getoetst of: Het verwachte pensioenresultaat op fondsniveau boven de door het fonds gekozen ondergrens voor dit pensioenresultaat blijft; Het premiebeleid over de gehele berekeningshorizon voldoende realistisch en haalbaar is; Het fonds voldoende herstelcapaciteit heeft om naar verwachting vanuit de situatie dat aan de vereisten voor het minimaa! vereist eigen vermogen wordt voldaan, binnen de looptijd van het herstelplan aan de vereisten voor het vereist eigen vermogen te voldoen Het pensioenresultaat op fondsniveau in het slechtweerscenario niet teveel afwijkt van het verwachte pensioenresultaat op fondsniveau, waarbij het fonds de maximale afwijking voor heeft vastgesteld. Vanaf 2016 voert het fonds jaarlijks een haalbaarheidstoets uit en rapporteert die uiterlijk 30 juni van het lopende boekjaar aan DNB. Bij de jaarlijkse haalbaarheidstoets wordt getoetst of: Het verwachte pensioenresultaat op fondsniveau boven de door het fonds gekozen ondergrens voor dit pensioenresultaat blijft; Het pensioenresultaat op fondsniveau in het slechtweerscenario niet teveel afwijkt van het verwachte pensioenresultaat op fondsniveau, waarbij het fonds de maximale afwijking voor heeft vastgesteld. Voorde uitvoering van de (aanvangs)haalbaarheidstoets met rapportagedatum 1 januari, gelden de voorschriften als bedoeld in artikel 30 tot en met artikel 30c van de Regeling Pensioenwet en Wet verplichte beroepspensioenregeling. De (aanvangs)haalbaarheidstoets wordt onder andere uitgevoerd op basis van de pensioenfondsbalans en de onderliggende gegevens op de rapportagedatum, waarbij gebruik gemaakt wordt van de door DNB beschikbaar gestelde scenarioset. 5

Vaststelling Ná overleg met de sociale partners en ín overleg met het verantwoordingsorgaan, is door het bestuur de risicohouding vastgesteld. Na de vaststelling van de risicohouding en de daarbij te hanteren ondergrenzen (zoals benoemd in de paragraaf"kwantitatieve risicohouding") wordt de (aanvangs)haalbaarheidstoets uitgevoerd. De organisatie die de (aanvangs)haalbaarheidstoets heeft uitgevoerd rapporteert de resultaten van de (aanvangs)haalbaarheidstoets aan het bestuur. De resultaten worden in de bestuursvergadering door het bestuur besproken. Met de (aanvangs)haalbaarheidstoets is getoetst of het verwacht pensioenresultaat en het pensioenresultaat in het slechtweerscenario in lijn zijn met de door het fonds vastgestelde ondergrenzen. Het bestuur stelt vast ofuit de aanvangshaalbaarheidstoets het premiebeleid realistisch en haalbaar is en of het fonds voldoende herstelcapaciteit heeft. Daarnaast stelt het bestuur vast of uit de (aanvangs)haalbaarheidstoets of de binnen de risícohouding gehanteerde ondergrenzen van het fonds worden gehaald (conform artikel 102a Pw). Verantwoording De uitkomsten van de aanvangshaalbaarheidstoets worden met de sociale partners en het verantwoordingsorgaan besproken. Indien de ondergrenzen worden overschreden gaat het bestuur in overleg met sociale partners om de eventuele vervolgstappen te hespreken. Het fonds neemt de belangrijkste informatie uit de (aanvangs)haalbaarheidstoets op in het jaarverslag van het fonds. 1.3 Procedure vaststelling (beleids)dekkingsgraad Zowel de actuele- als de beleidsdekkingsgraad wordt vastgesteld door de administrateur. Bij Dion maakt deze controle onderdeel uit van de ISAE procedures. Maandelijks zal Sprenkels & Verschuren controleren of zowel de actuele als de beleidsdekkingsgraad juist zijn berekend, uitgaande van de gerapporteerde voorziening en het gerapporteerde vermogen. Daarnaast stelt DION de beleidsdekkingsgraad voor risico pensioenfonds maandelijks vast vanaf eind oktober. Deze beleidsdekkingsgraad dient ervoor om de inkoop van de door de deelnemers opgebouwde DC-kapitalen bij het pensioenfonds dekkingsgraadneutraal te laten plaatsvinden. Sprenkels & Verschuren heeft de vaststelling gecontroleerd. De toekomstige dekkingsgraden zullen worden betrokken in het maandelijkse proces. 1.4 Opdrachtaanvaarding Het bestuur draagt op grond van artikel 102a PW zorg voor de formele opdrachtaanvaarding van de door sociale partners aan het pensioenfonds opgedragen pensioenregelingen. Het bestuur toetst bij de opdrachtaanvaarding voor het pensioenfonds als geheel en voor de relevante beleidsgebieden apart aan de doelstelling en de beleidsuitgangspunten van het pensioenfonds. 6

1.5 Verdeling taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden Bestuur Het bestuur heeft de volgende verantwoordelijkheden: het beheer van het pensioenfonds; het uitvoeren van de pensioenovereenkomst tussen werkgever en werknemers, en; het doen van pensioenuitkeringen aan pensioengerechtigden. Het bestuur van het pensioenfonds heeft deze taak gedelegeerd aan Dion Pensíoen Services B.V. te Harderberg (hierna te noemen DPS). Het bestuur heeft de volgende bevoegdheden: Wijzigingen in het reglement doorvoeren in overeenstemming met de bepalingen uit de statuten en de pensioenovereenkomst. De werkgever wordt hierbij gevraagd om aan te geven of de in het conceptpensioenreglement opgenomen wijzigingen volledig in overeenstemming zijn met de wijzigingen van de pensioenovereenkomst. het vaststellen en/of wijzigen van de uitvoeringsovereenkomst (in overleg met de werkgever); het vaststellen en/of wijzigen van uitvoeringsbesluiten; het uitvoeren van betalingen; contractuele verplichtingen aangaan met derden, waarbij het pensioenfonds wordt vertegenwoordigd door de voorzitter samen met de secretaris, als ook bij ontstentenis van deze door een door de werkgever benoemd bestuurslid en een door de ondernemingsraad gekozen bestuurslid samen. De taken binnen het pensioenfonds zijn als volgt verdeeld: Secretaris: bijeen roepen van vergaderingen van het bestuur van het pensioenfonds voorbereiding vergaderingen en stukken correspondentie tussen het bestuur van pensioenfonds en deelnemers, slapers en gepensioneerden (*) correspondentie tussen het bestuur van pensioenfonds en externen afstemming van het voldoen aan verplichtingen zoals verslaglegging (*) verslaglegging beleggingen(**) correspondentie met beleggingsadviseur voorstellen voorbereiden met betrekking tot het beleggingsbeleid het doen van betalingen(*) Voorzitter: voorzitten van vergaderingen toezicht houden op de in het bestuur van het pensioenfonds genomen besluiten (*) De daadwerkelijke uitvoering van deze taken is uitbesteed aan DPS B.V. (**) De daadwerkelijke uitvoering van deze taken is uitbesteed aan Vermogensbeheerder NN Investment Partners (verder te noemen NN IP). 7

Het bestuur benoemt uit zijn midden een voorzitter en een secretaris, met dien verstande dat indien de voorzitter een door de werkgever benoemd bestuurslid is, de secretaris een door de ondememingsraad benoemd bestuurslid is en omgekeerd. Beleggingscommissie Het bestuur heeft sinds 2012 een beleggingscommissie ingesteld, bestaande uit: minimaal één afgevaardigde namens de werkgever en één afgevaardigde namens de werknemers. De beleggingscommissie informeert en adviseert het bestuur over het gevoerde beleggingsbeleid. De beleggingscommissie houdt toezicht op een goede uitvoering van het (uitbestede) vermogensbeheer en houdt de performance van de vermogensbeheerder nauwlettend in de gaten. De beleggingscommissie rapporteert haar bevindingen aan het bestuur. De beleggingscommissie is in 2017 als volgt samengesteld: de heer V.M. Geerts (voorzitter) de heer J.H.M. van Ree (plaatsvervangend voorzitter) de heer H.D. Koning Met het aftreden per 1 juli 2016 van de heer R.J.T. Imming bestaat de beleggingscommissie uit drie leden. Het voomemen bestaat om de beleggingscommissie voor wat betreft het aantal leden weer terug te brengen naar het niveau van vier leden. Daartoe is bestuurslid Steven Dinkelaar aangesteld als toehoorder bij de beleggingsadviescommissie. In 2017 zal hij de benodigde geschiktheid op beleggingsgebied verwerven om vervolgens formeel de goedkeuring van DNB te verkrijgen. Taak- en bevoegdheidsverdeling tussen bestuur en beleggingsadviescommissie Het bestuur heeft over bijna elke stap in het vermogensbeheer de verantwoordelijkheid. Zij laat zieh echter bij iedere stap adviseren door de beleggingsadviescommissie, die zelfstandig met voorstellen kan kornen. De beleggingsadviescommissie adviseert het bestuur van 'De Fracties' in deze gevallen en legt aan haar verantwoording af. Het bestuur van 'De Fracties' heeft uit praktische overwegingen er voor gekozen de beleggingscommissie beslissingsbevoegdheid te verlenen op detailniveau. Dit betreft vooral zaken die de implementatie van het heleid betreffen en de (dagelijkse) evaluatie van het beleggingsbeleid. De beleggingscommissie legt over deze beslissingen regelmatig verantwoording af aan het bestuur, daar het bestuur eindverantwoordelijke blijft. In het Handboek 'Beschrijving taken en verantwoordelijkheden inzake vermogensbeheer' van het Fonds is e.e.a. nader uitgewerkt. Management Assistent Pensioenfondsbestuur: Het bestuur heeft sinds 1 september 2012 een Management Assistent Pensioenfondsbestuur aangesteld. Deze is belast met de beleidsadvisering, alsmede de juridische ondersteuning van het pensioenfonds. Tevens is deze belast met uitvoering van de dagelijkse werkzaamheden ten behoeve van het bestuur. Hierbij kan gedacht worden aan: het voeren van correspondentie met diverse externe partijen namens het bestuur, het bewaken van de afhandeling van de door het bestuur geformuleerde actiepunten en besluiten, het monitoren van de uitbestede activiteiten, het voorbereiden van notities ten behoeve van bestuursvergaderingen, alsmede de notulering van de bestuursvergaderingen. Het bestuur komt tenminste eenmaal per kwartaal bijeen. 8

1.6 Uitbestede werkzaamheden Het bestuur heeft de pensioenadministratie, de beleggingsadministratie, de werkzaamheden inzake actuariële berekeningen en de belegging van het vermogen van het pensioenfonds uitbesteed aan externe deskundigen. Met betrekking tot het uitbestedingsbeleid heeft het pensioenfonds heleid ontwikkeld. Het uitbestedingsbeleid is neergelegd in het document 'Uitbestedingsbeleid'. Accountant Het bestuur van het pensioenfonds heeft een externe accountant aangesteld werkzaam bij BOO Audit & Assurance B.V. Deze accountant controleertjaarlijks hetjaarverslag en de staten voor DNB en vervolgens doet de accountant verslag van zijn werkzaamheden in de vorm van een accountantsverklaring, een management letter en een verslag aan het bestuur van het pensioenfonds. Onderdeel van de werkzaamheden van de accountant is in ieder geval de controle op de juistheid van de basisgegevens. Certificerend actuaris Het bestuur heeft een externe certificerend actuaris aangesteld werkzaam bij Triple A - Risk Finance. De certificerend actuaris beoordeelt ofhij zieh er van heeft overtuigd dat het pensioenfonds voldoet aan de artikelen 126 tot en met 140 van de Pensioenwet. De certificerend actuaris rapporteert éénmaal per jaar aan het fondsbestuur door middel van een certificeringsrapport en een actuariële verklaring bij zowel de verslagstaten als het jaarverslag. Rapportage vindt plaats uiterlijk 1 juli van het jaar volgend op het kalenderjaar waarop de rapportage betrekking heeft. Adviserend actuaris Het bestuur wordt op actuarieel, juridisch en beleggingsgebied geadviseerd door Sprenkels & Verschuren. De adviserend actuaris van het pensioenfonds is op verzoek van het bestuur aanwezig bij de bestuursvergaderingen en geeft als zodanig (op verzoek van het bestuur) adviezen over verschillende onderwerpen (bijvoorbeeld premiebeleid, indexatiebeleid, haalbaarheidstoets en/of ALM studie Administratie De deelnemers- en financiële administratie worden uitgevoerd door Dion Pensioenservices B.V. (DPS). Tussen het pensioenfonds en DPS is een uitbestedingsovereenkomst gesloten. DPS heeft de volgende bevoegdheden en taken: Het uitvoeren van door de werkgever verleende pensioenregeling en het doen van pensioenuitkeringen aan gepensioneerden en nabestaanden van (niet-actieve) deelnemers. Uitvoeren betalingen aan pensioengerechtigden. Het verzorgen van zowel de maand-, kwartaal- als de jaarrapportage voor DNB. Jaarverslag. Vermogensbeheer Het fiduciair vermogensbeheer wordt uitgevoerd door een externe vermogensbeheerder NN Investment Partners (voorheen: ING IM). Tussen het pensioenfonds en de vermogensbeheerder is een uitbestedingsovereenkomst gesloten. 9

Herverzekering De overlijdens- en arbeidsongeschiktheidsrisico's zijn herverzekerd bij Delta Lloyd Levensverzekering N.V. Op ad-hoc basis kan het bestuur ook gebruik maken van externe deskundigen. Beheersmaatregelen en interne controle ISAE 3402 type II verklaring Het bestuur is verantwoordelijk voor het uitvoeren van interne controlemaatregelen gericht op de juiste en volledige registratie van de gegevens van het pensioenfonds. Het pensioenfonds heeft op het gebied van administratieve organisatie en interne controle maatregelen getroffen ter naleving van de Sanctiewet 1977 en de op grond van die wet vastgestelde regelingen en besluiten met betrekking tot het financieel verkeer. Met de administrateur van de deelnemersadministratie en de financiële administratie zijn procedures opgesteld en vastgelegd in een procedureboek. De administrateur geeft ieder kwartaal een statusrapportage betreffende de openstaande actiepunten. Met de vermogensbeheerder is een overeenkomst afgesloten waarin onder andere zijn vastgelegd de beleggingsrichtlijnen en de overeengekomen rapportages. Zowel de administrateur als de vermogensbeheerder leveren periodiek de ISAE 3402 type II rapportages. De werkzaamheden die worden uitgevoerd door de certificerend actuaris zijn vastgelegd in een opdrachtovereenkomst. Het bestuur komt tenminste eenmaal per kwartaal bijeen. Bij deze vergaderingen kunnen - op verzoek van het bestuur - de administrateur en de adviserend actuaris van het pensioenfonds aanwezig zijn. Het fonds heeft een visitatiecommissie die het intern toezicht voor haar rekening neemt en vanaf 1 juli 2014 jaarlijks het functioneren van het bestuur moet beoordelen, dan wel zoveel eerder indien wet- en/ofregelgeving dat voorschrijft. l.7 Hoofdlijnen opzet administratieve organisatie en maatregelen interne controle Dion Pensioen Services B.V. Dion Pensioen Services B.V. (DPS) voert voor het pensioenfonds de administratie, die in hoofdzaak wordt uitgevoerd met behulp van geautomatiseerde systemen. De processen die leiden tot input in de systemen en de processen die de verwerking van de output en de informatieverstrekking behandelen, zijn onder andere beschreven in het ISAE 3402 rapport van DPS. In dit rapport is de beheersingsstructuur van DPS opgenomen voor zover van belang voor de uitvoering van de pensioenadministratie van het pensioenfonds. DPS verzorgt op maat gesneden pensioenuitvoering voor pensioenfondsen. Bij DPS staat het leveren van kwaliteit centraal. De filosofie van DPS is dat zij hesturen van pensioenfondsen in staat stellen hun taken goed uit te oefenen, zodat zij hun verantwoordelijkheid volledig kunnen dragen. Kwaliteit in uitvoering en goede procesbeheersing staan voorop in de dienstverlening bij DPS. Dit is de basis van de interne beheersing bij DPS en kornen tot uitdrukking in een vijftal gerelateerde componenten: 10

Beheersingsomgeving: de werkhouding van de organisatie beïnvloedt het bewustzijn van de medewerkers over de professionaliteit van hun uitgevoerde werkzaamheden. Het is de basis voor alle andere componenten van de interne maatregelen, biedt structuur en discipline; Risico assessment: het proces van identificeren en analyseren van de relevante risico's die bedreigingen vormen om de gewenste doelen te behalen. Het geeft de basis voor de risicobeheersing aanpak; Controle maatregelen: de richtlijnen en procedures die ervoor zorgen dat de werk:zaamheden conform het management heleid wordt uitgevoerd; Monitoring: het proces waarin de evaluatie plaatsvindt van de kwaliteit van de uitgevoerde werk:zaamheden; Informatie en communicatie: het informeren en communiceren van de informatie die de medewerkers in de organisatie nodig hebben om hun verantwoordelijkheid te kunnen nemen. De interne beheersing bij DPS behelst maatregelen die een dwingend effect kunnen hebben op de organisatíe, een effect kunnen hebben op een specifiek proces, op een bepaalde categorie van transacties of op applicaties of meerdere zaken. Sommige onderdelen zullen meer effect hebben op de organisatie, terwijl andere onderdelen zieh primair richten op specifieke processen of applicaties. Bij het beoordelen van de interne controle beschouwt DPS de onderlinge verhoudingen zoals hierboven beschreven. Het functioneren van de kwaliteit van de interne beheersing wordt periodiek getoetst door middel van interne audits, gebaseerd op een risicoanalyse. De interne audits kunnen als basis dienen voor de controle van de externe accountant. DPS heeft al haar processen en systemen zodanig ingericht dat zij in control is voor wat betreft de operationele- en uitbestedingsrisico's. Beveiliging heeft hierbij ook de aandacht van DPS, niet alleen fysieke en logische toegangsbeveiliging, maar ook het veilig stellen van informatie (back-up, recovery) en hoge beschikbaarheidseisen. De verschillende fondsomgevingen zijn zowel op systeem- als op medewerkersniveau volledig gescheiden. Voor programmatuur en gegevens geldt dat DPS gebruik maakt van drie volledig gescheiden omgevingen, te weten de test-, acceptatie- en productieomgeving. Transport tussen deze omgevingen vindt uitsluitend plaats op basis van formele accordering door bevoegde functionarissen. Ook op de naleving van deze procedures wordt door DPS toegezien. DPS heeft een Business Continuity Plan (BCP). Het BCP heeft betrekking op de continuïteit van de werk:zaamheden bij DPS. DPS vindt het belangrijk dat de pensioenfondsen erop kunnen vertrouwen dat de werkzaamheden goed worden uitgevoerd, maar ook dat de continuïteit voldoende is gewaarborgd. Denk hier bijvoorbeeld aan een tijdige en juiste uitbetaling aan uitkeringsgerechtigden. Het BCP (onderverdeeld naar de categorieën menselijke factor, IT, basisvoorzieningen, gebouwen en staken activiteiten) maakt onderdeel uit van het risicomanagement bij DPS en zal periodiek worden gemonitord, geëvalueerd en indien nodig worden bijgesteld. Het bestuur van het pensioenfonds wordt ieder kwartaal geïnformeerd over de status van de administratieve verwerking, waaronder de aantallen mutaties. Knelpunten, klachten en voorstellen tot afhandeling daarvan vormen onderdeel van deze rapportage. Tevens ontvangt het bestuur van het pensioenfonds ieder jaar de ISAE 3402 Rapportage type II en het In Control Statement (ICS) van de dienstverlening op het gebied van pensioenadministratie activiteiten. 11

1.8 Goed pensioenfondsbestuur Het bestuur van het pensioenfonds heeft gezorgd voor de organisatie van een transparant intern toezicht per 1 juli 2007. Daartoe heeft het bestuur een visitatiecommissie ingesteld, die vanaf 1 juli 2014 jaarlijks het functioneren van het bestuur zal beoordelen en rapporteren. Het bestuur van het pensioenfonds heeft tevens gezorgd voor de instelling van een verantwoordingsorgaan, dat jaarlijks het heleid van het bestuur beoordeelt. Vanaf 1 juli 2014 zitten deelnemers en pensioengerechtigden op basis van onderlinge getalsverhoudingen in dit orgaan. De werkgever kan deel uitmaken van het verantwoordingsorgaan indien de werkgever of deelnemers en pensioengerechtigden dit wensen. De bepalingen omtrent het intern toezicht zijn nader uitgewerkt in een reglement voor een (externe) visitatiecommissie en een reglement voor een verantwoordingsorgaan. In het kader van de per 1 juli 2014 van kracht zijnde Wet versterking bestuur pensioenfondsen heeft het bestuur de bestuursstructuur ingericht naar het zogenaamde paritair bestuursmodel. 1.9 Integriteitbeleid Het pensioenfonds heeft een gedragscode en een incidentenregeling (bijlage 5) opgesteld voor het bestuur en al degenen die voor, namens of in opdracht van het pensioenfonds werken en alle door het bestuur aan te wijzen betrokkenen, ter voorkoming van conflicten tussen het belang van het pensioenfonds en de privébelangen van betrokkenen alsmede ter voorkoming van het gebruik van vertrouwelijke informatie van het pensioenfonds voor privédoeleinden. Het pensioenfonds heeft een interne compliance-officer aangesteld. Het pensioenfonds voert periodiek een systematische analyse van de integriteitsrisico's uit. De systematische analyse ziet in het bijzonder op de beheersing van de volgende integriteitsrisico' s: Het tegengaan van belangenverstrengeling. De omgang met incidenten die een gevaar vormen voor een integere uitoefening van het bedrijfvan een financiële ondememing. Personen die een integriteitsgevoelige functie bekleden. Het risico op witwassen, terrorismefinanciering en sanctiewetgeving; Uit de systematische analyse blijkt dat het pensioenfonds zodanig is georganiseerd dat de integriteitsrisico's zoveel mogelijk beperkt zijn en dat het pensioenfonds adequaat kan optreden tegen eventuele incidenten. 12

1.10 Geschiktheid bestuursleden Nieuw aantredende bestuursleden dienen te beschikken over geschiktheidsniveau A. De kennisgebieden zijn binnen het bestuur verdeeld. Gedurende het tweede bestuursjaar volgen de nieuwe bestuursleden opleiding op geschiktheidsniveau B in het kennisgebied dat onder hun verantwoordelijkheid valt. Het bestuur streeft emaar dat op zo kort mogelijke termijn na de benoeming tot bestuurslid, minimaa! twee bestuursleden individueel per aandachtsgebied over geschiktheidsniveau B te beschikken. Jaarlijks evalueert het bestuur zijn functioneren op individueel niveau en als geheel. De evaluatie vindt plaats op het gebied van kennis, deskundigheid en competenties. Het pensioenfonds beschikt over een geschiktheidsplan. Mocht het geschiktheidsplan daartoe aanleiding geven, dan kunnen bestuursleden individueel of collectief een opleiding volgen. Het bestuur van het pensioenfonds en de dagelijkse leiding volgen jaarlijks diverse vaktechnische cursussen inzake pensioenen om zieh op de hoogte te houden over nieuwe ontwikkelingen. Daamaast verspreidt de secretaris regelmatig relevante literatuur aan de bestuursleden. 1.11 Communicatie Het pensioenfonds zet de pensioencommunicatie strategisch en met visie in. In de doelstelling en missie van De Fracties is dit ook terug te vinden: Doe/stelling Stichting Pensioenfonds De Fracties wil een zo goed mogelijke invulling geven aan de pensioenovereenkomsten die de werkgever heeft afgesloten met haar (gewezen) werknemers. De uitvoering van de overeenkomst dient correct, maatschappelijk verantwoord en zo (kosten)efficiënt mogelijk te geschieden. De ambitie is een duurzaam en betrouwbaar pensioenfonds te zijn dat zijn financiële verplichtingen en ambities nu en in de toekomst waar kan maken. Missie De pensíoensector staan íngrijpende veranderingen te wachten die zorgen voor onzekerheid. De uitdaging daarbij is om te voldoen aan de verwachtingen van belanghebbenden. Zowel binnen de huidige als de kornende wettelijke kaders streeft het pensioenfonds naar een goede pensioenvoorziening door de koopkracht van de rechten van deelnemers zowel nu als in de toekomst zo goed als mogelijk in stand te houden. Communicatie en transparantie acht het pensioenfonds van groot belang ten einde betrokkenheid te realiseren alsook pensioenbewustzijn en verwachtingen te managen. Ten einde onze missíe te kunnen uítvoeren en hoge kwaliteit te leveren, is sprake van een robuust beleidskader, goed pensioenfondsbestuur en wordt goed samengewerkt met de werkgever (sponsor), adviseurs en uitvoerende partijen op het gebied van vermogensbeheer en pensioenuitvoering. 13

Het pensioenfonds stelt het belang van de deelnemers en gepensioneerden op de eerste plaats. Met een transparante opstelling en een actieve communicatie wenst het fonds het volgende te bereiken: duidelijkheid over ieders pensioensituatie en over de (flexibele) mogelijkheden die de pensioenregeling biedt; kennis opbouwen bij deelnemers om de juiste pensioenkeuzes te maken (met name op de belangrijke momenten); een optimale dienstverlening van het pensioenfonds; correcte en tijdige uitkeringen aan de pensioengerechtigden; een consistent en zorgvuldig beleggingsbeleid waarin gestreefd wordt naar een verantwoorde balans tussen risico en rendement, met een verantwoord kostenniveau. Naast premiebeleid, indexatiebeleid en beleggingsbeleid is het communicatiebeleid een viertle sturingsinstrument dat ingezet kan worden om de doelen en missie van het pensioenfonds te realiseren. Jaarlijks worden onze voorgenomen activiteiten voor de pensioencommunicatie beschreven in een jaarplan. In dit jaarplan wordt de huidige situatie van het fonds geanalyseerd en wordt gedefinieerd waar het pensioenfonds naar toe wilt gaan. De communicatiedoelen worden hieruit gedestilleerd. Deze doelen vertalen we naar boodschappen en middelen. Op grond hiervan stelt het bestuur jaarlijks de activiteiten van het pensioenfonds vast, inclusief de organisatie van de uitvoering en een begroting van de kosten. 14

2. Procedures en criteria voor de aansluiting van werkgevers bij het pensioenfonds en voor het verkrij gen van het deelnemerschap van hun werknemers 2.1 Aansluiting werkgevers Het pensioenfonds voert de pensioenregeling uit voor Loders Croklaan B.V., IOI Loders Croklaan Oils B.V. en Loders Croklaan Group B.V., allen gevestigd in de gerneente Zaanstad. Met de aangesloten ondememingen is een uitvoeringsovereenkomst gesloten. Voorde hoofdlijnen van deze uitvoeringsovereenkomst zie hoofdstuk 3. 2.2 Verkrijging deelnemerschap Blijkens het pensioenreglement van het pensioenfonds worden werknemers van een aangesloten werkgever onder de volgende voorwaarden deelnemer in de regeling: Voor werknemers die op of na 1 januari 2014 in dienst treden bij de werkgever gaat het deelnemerschap in op de eerste dag van de maand indien het dienstverband op één van de eerste 15 dagen van die maand aanvangt en indien het dienstverband op één van de volgende dagen van die maand aanvangt, op de eerste dag van de volgende maand. Indien de datum van aanvang van het dienstverband is gelegen na de 1 Sde van een maand, wordt het risico van overlijden en arbeidsongeschiktheid van de werknemer tot de aanvang van het deelnemerschap door "De Fracties" gedekt. Voor de werknemers die op 31 december 2013 reeds deelnemer waren aan Pensioenreglement 2006 of Pensioenreglement 2003, worden de tot en met 31 december 2013 onder de werking van Pensioenreglement 2006 of Pensioenreglement 2003 opgebouwde pensioenaanspraken met instemming van de (gewezen) deelnemer omgezet in pensioenaanspraken conform Pensioenreglement 2014. De omzetting zal geschieden op basis van de regels van de Pensioenwet. 15

3. Hoofdlijnen van de uitvoeringsovereenkomst Inieiding De afspraken over de uitvoering van de pensioenovereenkomst tussen het pensioenfonds en de aangesloten werkgevers zijn vastgelegd in de uitvoeringsovereenkomst zoals bedoeld in artikel 25 van de Pensioenwet. In paragraaf3.2 van de Pensioenwet staan de eisen omtrent de inhoud ervan opgesomd. 3.1 Wijze vaststelling verschuldigde premie De werkgever is gehoudenjaarlijks bij het pensioenfonds de bijdragen te storten ter financiering van de aanspraken zoals deze voortvloeien uit het pensioenreglement en zijn berekend naar de grondslagen zoals beschreven in deze abtn van het pensioenfonds. De financiering geschiedt op basis van een doorsneepremie. De doorsneepremie is bepaald in overleg met de Cao-partijen en bedraagt 26,5% van de salarissom. Er wordt bij de vaststelling van de salarissom rekening gehouden met de maximering van de salarisgrondslag op 100.000 (niveau 2017: 103.317), doch tenminste het bedrag zoals bedoeld in artikel 18ga Wet LB, eerste lid. Bij dienstbetrekkingen in deeltijd wordt dit bedrag verminderd overeenkomstig de deeltijdfactor. In de doorsneepremie is 1,5% punt van de salarissom begrepen voor uitvoeringskosten. De doorsneepremie zal op regelmatige basis worden getoetst. Wanneer uit bijvoorbeeld de financiële positie, een ALM-studie of haalbaarheidstoets blijkt dat de vastgestelde premie niet langer toereikend zal samen met de adviserend actuaris van het fonds worden bekeken in hoeverre aanpassing van de premie gewenst en noodzakelijk is. Indien de kosten van de pensioenregeling het genoemde maximum overschrijden, treden de Cao-partijen in overleg. Indien de bijdragen niet voldoende zijn voor de financiering van de in het betreffende jaar toe te kennen pensioenaanspraken, is het bestuur bevoegd te besluiten om de pensioenopbouw in dat jaar met een voor iedere deelnemer gelijk percentage te verminderen. Hierbij wordt het bepaalde bij ofkrachtens artikel 134 van de Pensioenwet in acht genomen. Indien en voor zover de kosten van de pensioenregeling niet meer bedragen dan 26,5% van de salarissom van de deelnemers, draagt de deelnemer niet bij in de kosten van de pensioenregeling. Er wordt bij de vaststelling van de salarissom rekening gehouden met de maximering van de salarisgrondslag op 100.000 (niveau 2017: 103.317) doch tenminste het bedrag zoals bedoeld in artikel 18ga Wet LB, eerste lid. Bij dienstbetrekkingen in deeltijd wordt dit bedrag verminderd overeenkomstig de deeltijdfactor. Alleen de kosten van de voortzetting van pensioenopbouw gedurende levensloopuitkeringen en de kosten voor de verzekering van het aanvullend Anw-pensioen zoals beschreven in de pensioenreglementen zijn geheel voor rekening van de deelnemer. Voor rekening van het pensioenfonds kornen de kosten van beheer en administratie van het pensioenfonds. De overige met de uitvoering van de pensioenregeling verband houdende 16

kosten, daaronder mede begrepen de kosten van de aan het pensioenfonds of de werkgever uitgebrachte adviezen omtrent de inhoud van de pensioenregeling, zijn voor rekening van de werkgever. 3.2 Premiebetaling De onder 3.1 bedoelde bijdragen zijn verschuldigd per 1 januari van het betreffende kalenderjaar. Aan het begin van elk kalenderjaar wordt door de werkgever na overleg met het pensioenfonds de som van de over dat jaar benodigde bijdragen geraamd. Het geraamde bedrag wordt vervolgens in vier gelijke termijnen ter beschikking van het pensioenfonds gesteld, terwijl aan het einde van elk kalenderjaar een verrekening zal plaatsvinden tussen de geraamde bijdragen en de werkelijk verschuldigde bijdragen. De werkgever zal de bijdrage en de ingevolge het pensioenreglement aan de deelnemers in dienst van de werkgever in rekening gebrachte bijdragen uiterlijk voldoen binnen een maand na afloop van elk kalenderkwartaal. De definitieve jaarbijdrage dient in het geheel binnen zes maanden na afloop van het kalenderkwartaal aan het pensioenfonds te zijn betaald. In geval van beëindiging van de deelneming van de deelnemer wordt de ten tijde van de beëindiging nog verschuldigde premie binnen dertien weken voldaan. 3.3 lnformatieverstrekking door werkgever aan pensioenfonds De werkgever is verplicht deelnemers bij het pensioenfonds aan te melden en bij uitdiensttreding af te melden en de in uitvoeringsovereenkomst benodigde gegevens en mutaties aan het pensioenfonds te leveren. De werkgever levert de in de uitvoeringsovereenkomst genoemde gegevens en mutaties maandelijks in bestandsvorm bij het pensioenfonds aan. De werkgever informeert het pensioenfonds binnen tien dagen over een wijziging van de pensioenovereenkomst. De informatie dient schriftelijk te worden verstrekt en een voltedige opsomming te bevatten van de overeengekomen wijzigingen. 3.4 Procedures premiebetalingsachterstand Het pensioenfonds informeert elk kwartaal schriftelijk het verantwoordingsorgaan, en bij het ontbreken daarvan de deelnemers, gewezen deelnemers en pensioengerechtigden, indien sprake is van een premieachterstand ter grootte van 5% van de totale door het pensioenfonds te ontvangenjaarpremie en tevens niet voldaan wordt aan de bij ofkrachtens de Pensioenwet geldende eisen inzake het minimaal vereist eigen vermogen. Gedurende de in het vorige lid bedoelde situatie informeert het pensioenfonds tevens elk kwartaal de ondememingsraad van de werkgever. 3.5 Procedures wijziging pensioenovereenkomst Het pensioenfonds stelt een pensioenreglement op en wijzigt dit overeenkomstig de bepalingen uit de statuten en de pensioenovereenkomst. De procedure omtrent het opstellen en wijzigen van het pensioenreglement is vastgelegd in artikel 6 van de uitvoeringsovereenkomst. 17

3.6 Voorwaarden toeslagverlening Indien en voor zover de toeslagruimte zoals hieronder omschreven dat toelaat, zullen de opgebouwde pensioenaanspraken, de ingegane pensioenen (alsmede de bijbehorende uitgestelde partner- en wezenpensioenen) en de premievrije pensioenaanspraken jaarlijks per 1 januari worden verhoogd met een toeslag. De toeslagverlening is van toepassing op de uitkeringsovereenkomst uit hoofde van Pensioenreglement 2016. De toeslagverlening is daarentegen niet van toepassing op het pensioenkapitaal als bedoeld in artikel 2.4 van Pensioenreglement 2016. De opgebouwde pensioenaanspraken van de actieve deelnemers worden jaarlijks voorwaardelijk aangepast aan de Werkgever loonindex. De ingegane en premievrije pensioenrechten (uitgezonderd het pensioenkapitaal als bedoeld in artikel 2.4 van het pensioenreglement 2016) wordenjaarlijks voorwaardelijk aangepast aan de procentuele verhoging van het consumentenprijsindexcijfer (CPI) alle huishoudens (afgeleid), zoals dit wordt berekend door het Centraal Bureau voor de Statistiek, over de maand oktober van het voorafgaande jaar ten opzichte van de maand oktober van het daaraan voorafgaande jaar. Deze procentuele verhoging is gemaximeerd en zal niet meer bedragen dan de Werkgever loonindex. Het bestuur heslist evenwel jaarlijks in hoeverre pensioenrechten en pensioenaanspraken worden aangepast. Het bijzonder partnerpensioen wordt overeenkomstig de pensioenaanspraak van de ex-partner verhoogd, afhankelijk van het gegeven of de ex-partner deelnemer of gewezen deelnemer of pensioengerechtigde is. Voor deze jaarlijkse toeslagverlening is geen bestemmingsreserve gevormd en wordt geen premie betaald. De jaarlijkse toeslag wordt gefinancierd uit het geheel van aanwezige middelen, rendementen en premie-inkomsten. Met betrekking tot de mate van de feitelijke toekenning hanteert het bestuur momenteel het volgende heleid als leidraad. Bij een beleidsdekkingsgraad van 110% of lager wordt geen toeslag verleend. Indien de beleidsdekkingsgraad hoger is dan 110% dan kan het bestuur in enigjaar besluiten toeslag te verlenen onder de voorwaarde dat er niet meer toeslag wordt verleend dan naar verwachting in de toekomst te realiseren is. Deze leidraad geldt als uitgangspunt; bij de jaarlijkse besluitvorming zal het bestuur andere relevante economische omstandigheden (zoals economische vooruitzichten en verwachte bestandsontwikkeling) in ogenschouw nemen. Feitelijke toekenning van toeslagen zal altijd eerst plaatsvinden na een daartoe door het bestuur genomen besluit. 18

3.7 Procedures aangaande besluiten omtrent vermogensoverschotten, vermogenstekorten dan wel winstdeling Een vermogensoverschot is het deel van het vermogen dat zieh boven de premiekortingsgrens bevindt, zoals gedefinieerd in hoofdstuk 6 paragraaf 1 sub e. In geval van een overschot zal het bestuur een besluit nemen terzake het geconstateerde overschot. In artikel 8 van de uitvoeringsovereenkomst is de exacte procedure bij vermogensoverschotten vastgelegd. Indien het pensioenfonds voorziet ofredelijkerwijs kan voorzien dat sprake zal zijn van een vermogenstekort, meldt het pensioenfonds dit onverwijld aan DNB. Het pensioenfonds dient binnen drie maanden of zoveel eerder als DNB bepaalt ter instemming bij DNB een concreet en haalbaar herstelplan in te dienen. In het herstelplan werkt het pensioenfonds uit hoe het uiterlijk binnen tienjaar de beleidsdekkingsgraad weer voldoet aan het strategisch vereist eigen vermogen. Indien alle beschikbare sturingsmiddelen maximaal ingezet zijn en het pensioenfonds desondanks naar verwachting niet binnen de gekozen herstelperiode aan het vereist eigen vermogen kan voldoen, wordt het sturingsmiddel van het korten van pensioenaanspraken en - rechten ingezet. Er geldt geen bijstortingsverplichting voor de werkgever. 3.8 Betalingsvoorbehoud werkgever De werkgever behoudt zieh het recht voor om bij een ingrijpende wijziging van omstandigheden de bijdrage aan de pensioenregeling te verlagen, te beperken of te beëindigen. 3.9 Premiekorting of -terugstorting Een overschot is het deel van het vermogen dat zieh boven de premiekortingsgrens bevindt, zoals omschreven in de actuariële en bedrijfstechnische nota van de stichting. ln geval van een overschot zal de volgende procedure worden gevolgd: a. voorbereiding notítie inzake het geconstateerde overschot; b. behandeling in bestuursvergadering van de notitie inzake het geconstateerde overschot; c. het nemen van een bestuursbesluit terzake van het geconstateerde overschot. Dit besluit zal geen terugstorting van gelden aan de werkgever of het verlenen van een premiekorting inhouden. De volgende aspecten worden betrokken bij de afweging of, en in welke mate, kan worden besloten over de wijze van aanwenden van het overschot: de uitkomsten van een ALM-studie; de vergrijzing van de Nederlandse bevolking en de inzichten hierover; ontwikkelingen in de gemiddelde levensduur van mannen en vrouwen. Bij de besluitvorming over aanwending van het overschot, wordt rekening gehouden met de volgende aspecten: De evenwichtige belangenbehartiging van alle belanghebbenden; De mate waarin wordt voidaan aan artikel 126 PW (vaststelling technische voorziening); 19

De mate waarin de voorwaardelijke toeslagen de afgelopen tienjaar zijn verleend als ook in de toekomst kunnen worden verleend; De mate waarin kortingen op de pensioenaanspraken en pensioenrechten op grond van artikel 134 Pensioenwet in de voorgaande tien jaren zijn gecompenseerd. In artikel 8 van de uitvoeringsovereenkomst is de exacte procedure bij vermogensoverschotten vastgelegd. 20

4. Hoofdlijnen van de pensioenregeling Uitgegaan wordt van pensioenreglement 2017 (versie 1 januari 2017) geldend voor de deelnemers van Stichting Pensioenfonds 'De Fracties', gevestigd in de gerneente Zaanstad, dat in werking is getreden per 1 januari 2016. Pensioenreglement 2016 kent de volgende kenmerken: Karakter regeling Werkingssfeer Werkgever Deelnemer Deelnemerschap Pensioenleeftij d Pensioenrichtleeftij d Salarisgrondslag Salarisgrens Middelloonregeling (uitkeringsovereenkomst) met excedent beschikbare premieregeling (premieovereenkomst). Pensioenreglement 2017 is van toepassing op degenen die op 1 januari 2017 als deelnemer werden aangemerkt onder pensioenreglement 2017, alsmede degenen die per 1 januari 2017 oflatere datum als deelnemer toetreden (zie deelnemerschap). Laders Croklaan B.V. statutair gevestigd in de gerneente Zaanstad; IOI Laders Croklaan Oils B.V. statutair gevestigd in de gerneente Zaanstad Loders Croklaan Group B.V. statutair gevestigd in de gerneente Zaanstad; Werknemers in dienst van de werkgever, die overeenkomstig de bepalingen van het pensioenreglement en statuten zijn toegelaten als deelnemer. Voor werknemers die op of na 1 januari 2014 in dienst bij de werkgever treden gaat het deelnemerschap in op de eerste dag van de maand indien het dienstverband op één van de eerste 15 dagen van die maand aanvangt en indien het dienstverband op één van de volgende dagen van die maand aanvangt, op de eerste dag van de volgende maand. De eerste dag van de maand waarin de deelnemer of gewezen deelnemer de AOW-gerechtigde leeftijd bereikt. 67 jaar. Het bij de werkgever geldende feitelijk verdiende salaris vermeerderd met de vakantietoeslag van de deelnemer, uitgaande van de bij die werkgever voor de categorie deelnemers waartoe de deelnemer behoort, geldende normale arbeidsduur, vermeerderd met eventuele verdere als vast te beschouwen uitkeringen uit hoofde van het dienstverband (o.a. ploegentoeslag). Vanaf 1 januari 2015 wordt bij de vaststelling van de salarissom rekening gehouden met de maximering van de salarisgrondslag op 100.000 (niveau 2017: 103.317) doch ten hoogste het bedrag zoals bedoeld in artikel 18ga Wet LB, eerste lid. Bij dienstbetrekkingen in deeltijd wordt dit bedrag verminderd overeenkomstig de deeltijdfactor. 66.253 (1 april 2016, aanpassing volgens Werkgever loonindex). 21