2.2. EUROPESE UNIE Grootste toename melkaanvoer ooit in quotumtijdperk. Melkaanvoer per lidstaat (kalenderjaren)

Vergelijkbare documenten
2.2. EUROPESE UNIE Toename melkaanvoer halveert. Melkaanvoer per lidstaat (kalenderjaren) (1.000 ton) % 16/15

2.2. EUROPESE UNIE Toename melkaanvoer halveert. Melkaanvoer per lidstaat (kalenderjaren) (1.000 ton) % 15/14

2.2. EUROPESE UNIE Hogere prijs, meer melk. Melkaanvoer per lidstaat (kalenderjaren) (1.000 ton) % 17/16

2.2. EUROPESE UNIE Droogte remt groei melkaanvoer af. Melkaanvoer per lidstaat (kalenderjaren) (1.000 ton) % 18/17

2.2. EUROPESE UNIE Droogte remt groei melkaanvoer af. Melkaanvoer per lidstaat (kalenderjaren) (1.000 ton) % 18/17

Volume: 0-49 zendingen per jaar Europa 0 2 kg 2-10 kg kg kg

Tarieven Europa: staffel 1

2. ECONOMISCHE SITUATIE IN DE ZUIVEL IN 2018

Zuivelproductie per land 2015 Dairy production by country

Visie op het EU zuivelbeleid na de quota

Jaarverslag 2016 Werkingsjaar 2015

Tarieven Europa: staffel 1

2. ECONOMISCHE SITUATIE IN DE ZUIVEL IN 2013

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) 2016/1613 VAN DE COMMISSIE

Opbrengst van melk op basis van Nederlandse noteringen, respectievelijk wereldmarktprijzen voor boter en mager melkpoeder

Publicatieblad van de Europese Unie L 165 I. Wetgeving. Niet-wetgevingshandelingen. 61e jaargang. Uitgave in de Nederlandse taal. 2 juli 2018.

Opbrengst van melk op basis van Nederlandse noteringen, respectievelijk wereldmarktprijzen voor boter en mager melkpoeder

Opbrengst van melk op basis van Nederlandse noteringen, respectievelijk wereldmarktprijzen voor boter en mager melkpoeder

Opbrengst van melk op basis van Nederlandse noteringen, respectievelijk wereldmarktprijzen voor boter en mager melkpoeder

Werkingsjaar 2013 TEKSTEN JAARVERGADERING BCZ CBL

Opbrengst van melk op basis van Nederlandse noteringen, respectievelijk wereldmarktprijzen voor boter en mager melkpoeder

Opbrengst van melk op basis van Nederlandse noteringen, respectievelijk wereldmarktprijzen voor boter en mager melkpoeder

Scorebord van de interne markt

Opbrengst van melk op basis van Nederlandse noteringen, respectievelijk wereldmarktprijzen voor boter en mager melkpoeder

Opbrengst van melk op basis van Nederlandse noteringen, respectievelijk wereldmarktprijzen voor boter en mager melkpoeder

2. ECONOMISCHE SITUATIE IN DE ZUIVEL IN 2016

Opbrengst van melk op basis van Nederlandse noteringen, respectievelijk wereldmarktprijzen voor boter en mager melkpoeder

Opbrengst van melk op basis van Nederlandse noteringen, respectievelijk wereldmarktprijzen voor boter en mager melkpoeder

Marktontwikkelingen varkenssector

Europese feestdagen 2019

Opbrengst van melk op basis van Nederlandse noteringen, respectievelijk wereldmarktprijzen voor boter en mager melkpoeder

Europese feestdagen 2018

Het aantal melkveehouders daalde tussen 2008 en 2009 met 5,1 %. De daling is van dezelfde grootorde in Vlaanderen en in Wallonië.

Opbrengst van melk op basis van Nederlandse noteringen, respectievelijk wereldmarktprijzen voor boter en mager melkpoeder. feb-13. jun-13.

Opbrengst van melk op basis van Nederlandse noteringen, respectievelijk wereldmarktprijzen voor boter en mager melkpoeder

Europese feestdagen 2017

Thema 2 Om ons heen. Samenvatting. Meander Samenvatting groep 7. Landschappen. Klimaten. Samenwerking. de regering. Onder de loep.

Opbrengst van melk op basis van Nederlandse noteringen, respectievelijk wereldmarktprijzen voor boter en mager melkpoeder

ANNEX BIJLAGE. bij VERSLAG VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

Opbrengst van melk op basis van Nederlandse noteringen, respectievelijk wereldmarktprijzen voor boter en mager melkpoeder

PGI 2. Europese Raad Brussel, 19 juni 2018 (OR. en) EUCO 7/1/18 REV 1

Raad van de Europese Unie Brussel, 18 mei 2017 (OR. en)

Opbrengst van melk op basis van Nederlandse noteringen, respectievelijk wereldmarktprijzen voor boter en mager melkpoeder

Opbrengst van melk op basis van Nederlandse noteringen, respectievelijk wereldmarktprijzen voor boter en mager melkpoeder

Opbrengst van melk op basis van Nederlandse noteringen, respectievelijk wereldmarktprijzen voor boter en mager melkpoeder

Opbrengst van melk op basis van Nederlandse noteringen, respectievelijk wereldmarktprijzen voor boter en mager melkpoeder

Opbrengst van melk op basis van Nederlandse noteringen, respectievelijk wereldmarktprijzen voor boter en mager melkpoeder

Verhoging fiscale inkomsten op tabak kan staatskas 200 à 300 miljoen opbrengen.

Opbrengst van melk op basis van Nederlandse noteringen, respectievelijk wereldmarktprijzen voor boter en mager melkpoeder

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

DEPARTEMENT LANDBOUW & VISSERIJ Vlaamse overheid Koning Albert II-laan 35 bus BRUSSEL T F

De buitenlandse handel van België

Opbrengst van melk op basis van Nederlandse noteringen, respectievelijk wereldmarktprijzen voor boter en mager melkpoeder. jun-13. apr-13.

2. ECONOMISCHE SITUATIE IN DE ZUIVEL IN 2015

Opbrengst van melk op basis van Nederlandse noteringen, respectievelijk wereldmarktprijzen voor boter en mager melkpoeder

Opbrengst van melk op basis van Nederlandse noteringen, respectievelijk wereldmarktprijzen voor boter en mager melkpoeder

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD. ter bepaling van de samenstelling van het Economisch en Sociaal Comité

De arbeidsmarkt in november 2015

nr. 571 van LYDIA PEETERS datum: 18 april 2017 aan JOKE SCHAUVLIEGE Appel- en perenteelt - Interventievergoedingen

Opbrengst van melk op basis van Nederlandse noteringen, respectievelijk wereldmarktprijzen voor boter en mager melkpoeder

Opbrengst van melk op basis van Nederlandse noteringen, respectievelijk wereldmarktprijzen voor boter en mager melkpoeder

IMPACTANALYSE RUSLAND

Q 1101: EAEC Raad: De Statuten van het Voorzieningsagentschap van Euratom (PB 27 van , blz. 534), gewijzigd bij:

Bijlage B4. Werken aan de start. Freek Bucx

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD. ter bepaling van de samenstelling van het Comité van de Regio's

Voor wie verstandig handelt! Gematigde groei

De arbeidsmarkt in oktober 2015

Bijlage B4. Eerste treden op de arbeidsmarkt. Freek Bucx

Opbrengst van melk op basis van Nederlandse noteringen, respectievelijk wereldmarktprijzen voor boter en mager melkpoeder

% 16/15

////////////////////////////////////////// ////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////

2.3. BELGIË Meer melkkoeien, minder zoogkoeien

Opbrengst van melk op basis van Nederlandse noteringen, respectievelijk wereldmarktprijzen voor boter en mager melkpoeder

Werkingsjaar 2011 TEKSTEN JAARVERGADERING BCZ CBL

Opbrengst van melk op basis van Nederlandse noteringen, respectievelijk wereldmarktprijzen voor boter en mager melkpoeder

Opbrengst van melk op basis van Nederlandse noteringen, respectievelijk wereldmarktprijzen voor boter en mager melkpoeder

Opbrengst van melk op basis van Nederlandse noteringen, respectievelijk wereldmarktprijzen voor boter en mager melkpoeder

Opbrengst van melk op basis van Nederlandse noteringen, respectievelijk wereldmarktprijzen voor boter en mager melkpoeder

Opbrengst van melk op basis van Nederlandse noteringen, respectievelijk wereldmarktprijzen voor boter en mager melkpoeder

14072/14 roe/lep/hh DG C 1

Opbrengst van melk op basis van Nederlandse noteringen, respectievelijk wereldmarktprijzen voor boter en mager melkpoeder

Het aantal melkveehouders daalde tussen 2009 en 2010 met 5,5 %. De daling is iets groter in Vlaanderen dan in Wallonië.

Impact van de Russische boycot op de prijzen en de uitvoer van bepaalde landbouwproducten

Opbrengst van melk op basis van Nederlandse noteringen, respectievelijk wereldmarktprijzen voor boter en mager melkpoeder

Arbeidsmarkt allochtonen

Opbrengst van melk op basis van Nederlandse noteringen, respectievelijk wereldmarktprijzen voor boter en mager melkpoeder

Docentenvel opdracht 18 (De grote klimaat- en Europa- quiz)

Opbrengst van melk op basis van Nederlandse noteringen, respectievelijk wereldmarktprijzen voor boter en mager melkpoeder

Beheerscomité dierlijke producten: zuivel. Isabelle Magnus Departement Landbouw en Visserij Afdeling Landbouw- en Visserijbeleid

Opbrengst van melk op basis van Nederlandse noteringen, respectievelijk wereldmarktprijzen voor boter en mager melkpoeder

De buitenlandse handel van België

Samenstelling van het Europees Parlement met het oog op de verkiezingen van 2014

AEG deel 3 Naam:. Klas:.

DE HERSCHIKTE EOR RICHTLIJN

Exportstatistiek Bloemkwekerijprodukten FEBRUARI 2012

Opbrengst van melk op basis van Nederlandse noteringen, respectievelijk wereldmarktprijzen voor boter en mager melkpoeder

Onderzoek gunstige prijsligging.

Opbrengst van melk op basis van Nederlandse noteringen, respectievelijk wereldmarktprijzen voor boter en mager melkpoeder

Publicatieblad van de Europese Unie

MELKPRIJSVERGELIJKING mei 2018

Transcriptie:

2.2. EUROPESE UNIE 2.2.1. Grootste toename melkaanvoer ooit in quotumtijdperk Melkaanvoer per lidstaat (kalenderjaren) (1. ton) 25 212 213 214 % 14/13 België 3.22 3.72 3.474 3.694 6,3 Denemarken 4.451 4.916 5.25 5.113 1,8 Duitsland 27.38 29.718 3.315 31.389 3,5 Griekenland 735 664 652 619-5,1 Spanje 5.94 5.997 5.981 5.92-1,3 Frankrijk 23.353 24.536 23.989 25.337 5,6 Ierland 5.6 5.381 5.585 5.821 4,2 Italië 1.897 1.876 1.71 11.36 3,1 Luxemburg 258 277 287 36 6,6 Nederland 1.479 11.67 12.213 12.468 2,1 Oostenrijk 2.619 2.964 2.933 3.61 4,4 Portugal 1.911 1.855 1.777 1.863 4,8 Finland 2.362 2.254 2.287 2.357 3,1 Zweden 3.163 2.861 2.868 2.932 2,2 Verenigd Koninkrijk 14.38 13.595 13.692 14.833 8,3 1 nieuwe lidstaten van de uitbreiding van 24 Tsjechië 2.681 2.446 2.382 2.414 1,3 Estland 571 665 76 75 6,2 Cyprus 145 153 157 163 3,8 Letland 52 718 736 85 9,4 Litouwen 1.22 1.36 1.34 1.436 7,2 Hongarije 1.695 1.398 1.364 1.456 6,7 Malta 42 4 4 43 7,5 Polen 8.612 9.872 9.932 1.582 6,5 Slovenië 57 535 517 532 2,9 Slovakije 968 851 827 844 2,1 3 nieuwe lidstaten van de uitbreiding van 27 Bulgarije 83 497 495 51 3, Roemenië 1.68 884 879 995 13,2 Kroatië - 62 54 523 3,8 EU-28 134.491 14.657 141.658 147.784 4,3 EU-25 132.593 138.674 139.78 145.756 4,3 EU-15 115.668 12.636 121.779 126.731 4,1 Nieuwe lidstaten-1 16.925 18.38 18.1 19.25 5,7 Bron: ZMB BCZ - JAARVERSLAG 215 WERKINGSJAAR 214 17

De melkleveringen in de EU kenden in 214 een ongekende toename, namelijk + 4,3% of + 6,1 miljard liter. Dergelijke toename is uniek voor de laatste 3 jaar. Het hoge melkprijsniveau, de goede weersomstandigheden, de goede rendabiliteit in de melkveehouderij en de aanloop van sommig producenten naar het tijdperk zonder quota verklaren deze unieke toename van de melkaanvoer in de EU. In het vierde kwartaal, toen de melkprijs reeds gedaald was en het superheffingsspook opdook voor een aantal lidstaten, viel de toename volledig stil. De stijging van de melkleveringen was iets sterker in de lidstaten van Centraal- en Oost-Erupa (EU-1 : + 5,7%) dan in de oude lidstaten van de EU-15 (+4,1%). Slechts 2 van de 28 lidstaten kenden een daling van de melkleveringen. De toename was dus weid verspreid over de ganse EU. Sterkste stijgers, met een toename hoger dan 5 % waren B, FR, Lux, UK, de Baltische Staten, P en Roemenië. Uitgedrukt in absolute termen namen 3 lidstaten, namelijk FR (+ 1,3 mia kg), D (+1,1 mia) en UK (+1,1 mia) bijna 6% van de toename van de melkaanvoer voor hun rekening. De melkaanvoer in het eerste kwartaal van 215 in de EU -28 is 1,8 % lager dan in 214. Deze achterstand zal allicht nog opgehaald en omgebogen worden tot een toename die evenwel aanzienlijk lager zal uitvallen dan in 214. Veel zal afhangen van de verdere ontwikkeling van de melkprijs alsook van de weersomstandigheden. Verschuivingen melkleveringen enigszins bijgesteld in 214 Op het kaartje hierna wordt de evolutie van de melkleveringen binnen de EU in de periode 25 214 weergegeven. De ontwikkelingen in 214 liggen niet volledig in lijn met de vroegere evoluties. Een aantal landen in Noord-Europa kon minder groeien omwille van de quotabeperkingen, terwijl Hongarije en Roemenië een behoorlijke stijging lieten optekenen. Over de betrokken periode is er in de EU-27 is er een toename met bijna 1 %. Dit gemiddelde verbergt evenwel grote individuele verschillen. Koplopers zijn de Baltische staten Letland en Estland met respectievelijk 6 en 31 % groei. Daarna volgen P en ons land, telkens met 22% toename. NL (19 %) en Lux (19 %) komen verder in het lijstje. Ons land klimt naar de vierde plaats inzake groei van de melkaanvoer in de periode 25-214. Dit bevestigt de stelling dat ons land duidelijk aansluit bij de noordelijke lidstaten waar de melkaanvoer in volle ontwikkeling is. Aan de andere kant zijn er de dalers die zich vooral in Zuidoost-Europa en Zuid-Europa situeren. Nieuwe lidstaten zoals BG, HU, SK en CZ zagen hun melkaanvoer aanzienlijk dalen. In absolute cijfers is er in de gehele EU een toename op 9 jaar tijd met ongeveer 13 mia liter melk, waarvan nagenoeg de helft in 214. Vier lidstaten realiseren 66% van de groei, nl. D (27%), en NL, P en FR, elk goed voor 13% van de toename in melk. 18 BCZ - JAARVERSLAG 215 WERKINGSJAAR 214

Melkleveringen in EU : 214 t.o.v. 25 (in %) BCZ - JAARVERSLAG 215 WERKINGSJAAR 214 19

Aantal melkkoeien in de EU, december-telling ( 1. koeien) 1983 2 211 212 213 214 (1)% 14/13 % 14/83 België 984 629 511 54 516 519,6-47,3 Bulgarije 313 294 313 32-3,5 Tsjechië 529 374 367 375 372 -,8 Denemarken 13 644 579 579 567 547-3,5-45,5 Duitsland 8.472 4.564 4.19 4.19 4.268 4.296,7-49,3 Estland 131 96 97 98 95-3,1 Griekenland 225 18 13 132 13 133 2,3-4,9 Spanje 1.861 1.141 798 827 857 862,6-53,7 Frankrijk 7.14 4.153 3.664 3.644 3.697 3.697, -48, Ierland 1.628 1.153 1.36 1.6 1.82 1.128 4,3-3,7 Italië 3.78 1.772 1.755 2.9 2.75 2.69 -,3-32,8 Kroatië 185 181 168 158-6, Cyprus 24 24 24 25 25, Letland 25 164 165 165 166,6 Litouwen 438 35 331 316 314 -,6 Luxemburg 69 44 44 45 48 47-2,1-31,9 Hongarije 296 252 255 25 255 2, Malta 9 6 6 6 7 16,7 Nederland 2.526 1.567 1.54 1.541 1.597 1.61,8-36,3 Oostenrijk 995 621 527 523 53 538 1,5-45,9 Polen 2.982 2.446 2.346 2.299 2.248-2,2 Portugal 355 355 242 237 231 233,9-34,4 Roemenië 1.17 1.163 1.169 1.192 2, Slovenië 14 19 111 11 18-1,8 Slovakije 242 154 15 145 143-1,4 Finland 65 358 282 28 282 283,4-56,5 Zweden 662 426 348 346 346 344 -,6-48, Verenigd Koningrijk 3.333 2.339 1.8 1.786 1.817 1.883 3,6-43,5 EU-28 23.53 23.193 23.482 23.574,4 EU-25 24.942 21.57 21.736 22. 21.922 -,4 EU-15 32.945 19.946 17.41 17.571 17.913 18.189 1,5-44,8 Nieuwe lidstaten-1 4.996 3.975 3.828 3.764 3.78-1,5 (1) Voorlopig Bron: ZMP, Europese Commissie vanaf 1997 Het aantal melkkoeien in de EU-28 nam voor het eerst sedert een aantal decennia toe in 212. Deze toename versterkte zich in 213 (+1,3%), maar zwakt af in 214 (+.4%). Dit fenomeen is uitsluitend afkomstig uit de EU-15, in de EU-1 daalt het aantal koeien verder. Ten opzichte van 1983 zijn er in de EU-15, 45 % of bijna 15 miljoen melkkoeien minder. Voor de sterke toename van de melkleveringen waren in 214 weinig extra koeien nodig. 2.2.2. Quotumonderschrijding neemt verder af Na 9 campagnes (1995/96 tot en met 23/4) met quotumoverschrijdingen op Europees vlak, werd het quotum in 24/5 niet volgemolken. Sedertdien blijven de leveringen onder het quotum. Voor 213/14 is voor de tiende opeenvolgende maal het EU-quotum niet volgemolken. De onderschrijding bedroeg bijna 7 miljard kg of 4,5 %. Dit is minder meer dan in de voorgaande campagne toen de onderschrijding bijna 9 mia kg of 6 % bedroeg. 2 BCZ - JAARVERSLAG 215 WERKINGSJAAR 214

Voor de campagne 214/215 wordt een kleinere onderschrijding verwacht wegens de stijgende melkleveringen sedert april 214. Deze zou mogelijks op slechts 1 à 2 % uitkomen. EVOLUTIE over/onderschrijding quota in de EU (93/94-13/14) (1 ton) Saldo overschrijding min onderschrijding 2 1-1 -2-3 -4-5 -6-7 -8-9 -1-11 93-94 94-95 95-96 96-97 97-98 98-99 99- -1 1-2 2-3 3-4 4-5 5-6 6-7 7-8 8-9 9-1 1-11 11-12 12-13 13-14 Bron: DG Agri Enkele vaststellingen met betrekking tot 213/14 (laatste campagne met definitieve cijfers) : 19 lidstaten in de EU-27 melken hun quotum niet vol, 8 lidstaten zijn in overschrijding. In de EU-12 zijn alleen Cyprus en Polen in overschrijding. De andere overschrijders zijn : DK,D, IRL, LUX, NL en AU. De som van alle onderschrijdingen op het niveau van de lidstaten bedraagt in de EU 5,5 %, de som van alle overschrijdingen 1, % wat een netto-onderschrijding van 4,5 % oplevert. De netto-onderschrijding in de EU-12 bedraagt met 11,7 % bijna het viervoud van de onderschrijding. in de EU-15, waar slechts 3,2 % van het quotum niet benut wordt. De overschrijdingen worden groter, zoals bvb in NL waar ze 4 % bedraagt. De totale overschrijding van de 8 lidstaten die hun quotum niet respecteerden bedraagt 1,5 mia kg. FR wordt de grootste onderschrijder in absolute termen (- 1,8 mia kg). UK komt op de tweede plaats met 1,7 mia kg. Deze 2 lidstaten nemen meer dan 4% van de totale onderschrijding in de EU voor hun rekening. Bulgarije en Roemenië hebben samen een onderschrijding van ruim 1,2 mia kg. In een aantal lidstaten wordt meer dan 2 % van het quotum niet volgemolken. BCZ - JAARVERSLAG 215 WERKINGSJAAR 214 21

Balans van de quotacampagne 213/214 (in ton) Campagne 213/214 Beschikb. Quotum Melkaanvoer Vetcorrectie Gecorrig. Aanvoer Balans 13/14 Balans % België 3.566,8 3.455,4 19,7 3.565,1-1,7, Denemarken 4.847,7 5.74, -125, 4.949, 11,3 2,1 Duitsland 3.222,8 3.722,2 89,4 3.811,6 588,8 1,9 Griekenland 878,3 612,5 11,8 624,3-254, -28,9 Spanje 6.499,9 6.397,6-44, 6.353,6-146,3-2,3 Frankrijk 25.998,2 24.366,8-163,6 24.23,2-1.795, -6,9 Ierland 5.782,6 5.631,6 187, 5.818,6 36,,6 Italië 1.874,3 1.771,4-11,7 1.759,7-114,6-1,1 Luxemburg 292,1 29,3 4,8 295,1 3, 1, Nederland 11.972,4 12.343,9 13,2 12.447,1 474,7 4, Oostenrijk 2.98,4 2.971,8 28,7 3.,5 92, 3,2 Portugal 2.8,1 1.783,5 6,4 1.777,1-33, -14,6 Finland 2.615,2 2.38,6-27,2 2.281,4-333,9-12,8 Zweden 3.589,2 2.889,3-69,3 2.82, -769,2-21,4 Verenigd Koninkrijk 15.749,7 14.86,7 13,6 14.73,1-1.676,6-1,6 EU-15 127.877,9 123.75,6 73,9 123.779,6-4.98,3-3,2 Tsjechië 2.96,4 2.747,3-162, 2.585,3-321,1-11, Estland 686,7 74,8-22, 682,8-3,9 -,6 Cyprus 155, 159,3 1,4 16,7 5,6 3,6 Letland 765,4 754,9 3,6 758,5-6,9 -,9 Litouwen 1.753,5 1.356,1 13,7 1.369,8-383,7-21,9 Hongarije 1.957,3 1.41,2 14,3 1.415,5-541,8-27,7 Malta 52,2 41,2 NA - - - Polen 9.99,5 1.42,7 33,7 1.76,4 166,9 1,7 Slovakije 1.75,9 826,2 13,2 839,3-236,6-22, Slovenië 597,1 517,1-2,3 514,8-82,2-13,8 Bulgarije 98,6 449,5 2,3 451,8-528,9-53,9 Roemenië 1.558,4 875,6-1,1 865,5-692,9-44,5 EU-12 22.398, 19.875,9-114,2 19.761,6-2.636,4-11,8 EU-27 15.275,9 143.581,5-4,3 143.541,2-6.734,7-4,5 (*) Balans = gecorrigeerde aanvoer - beschikbaar quotum. Een balans > = overschrijding en een balans < = onderschrijding Bron: Europese Commissie 22 BCZ - JAARVERSLAG 215 WERKINGSJAAR 214

2.2.3. Afvloei aantal melkveebedrijven neemt iets af Levering van het gemiddeld melkveebedrijf in de EU-lidstaten Campagne Melkveebedrijven Gemiddelde levering 213/14 aantal evolutie ton evolutie (%) (%) België 8.673-4,6% 398 1,2% Denemarken 3.67-4,7% 1.47 8,3% Duitsland 76.19-4,3% 43 7,9% Griekenland 3.549-3,6% 173 1,4% Spanje 18.392-4,4% 348 6,5% Frankrijk 69.315-3,7% 352 5,7% Ierland 19.59 3,2% 295 1,4% Italië 31.578-3,9% 341 3,7% Luxemburg 731-3,4% 397 8,6% Nederland 17.861-1,5% 691 7,5% Oostenrijk 34.546-3,8% 86 4,9% Portugal 6.418-7,2% 278 5,6% Finland 9.352-6,4% 247 9,9% Zweden 5.31-5,5% 574 7,5% Verenigd koninkrijk 13.766-3,% 1.23 8,8% EU-15 318.68-3,6% 389 6,8% Tsjechië 1.862-6,1% 1.475 7,7% Estland 7-5,4% 1.7 14,1% Cyprus 26-2,8% 773 6,8% Letland 9.875-3,5% 76 8,4% Litouwen 34.73-5,9% 39 6,5% Hongarije 2.388 -,1% 587-5,3% Malta 12-1,6% 344-1,6% Polen 134.673-5,1% 75 8,3% Slovakije 532-2,% 1.553 -,4% Slovenië 6.393-3,5% 81,7% Bulgarije 8.195-16,7% 55 22,3% Roemenië 8.79-1,6% 11 2,5% EU-1 191.452-5,1% 97 6,9% EU-12 28.437-7,1% 71 9,6% EU-27 598.55-5,3% 24 8,5% Evolutie t.o.v. voorgaande campagne Bron: Europese Commissie De evolutie van het aantal melkveebedrijven in de EU-27 wordt sterk vertekend door de enorme verschuivingen in Bulgarije en Roemenië. Laten we deze 2 lidstaten buiten beschouwing dan bedraagt de afvloei uit de melkveehouderij in 213 4.2 %. Zowel in de EU-15 als in de EU-1 neemt het afvloeiingspercentage wat af, respectievelijk van -3,9 % naar -3,6 % voor de EU-15 en van -5,2 % naar -5,1 % voor de EU-1. BCZ - JAARVERSLAG 215 WERKINGSJAAR 214 23

Wat de ranking van de gemiddelde leveringsgrootte betreft klimt België van de 7 e naar de 6 e plaats binnen de EU-15. Het verschil met D en LUX is miniem. De gemiddelde melklevering in 213 in ons land is iets groter dan het gemiddelde van de EU-15. 2.2.4. Extra melk gaat naar melkpoeder en boter Met de toename van de melkleveringen speelt de EU in op de groeiende mondiale vraag naar zuivel. De grote hoeveelheid extra melk in 214 werd vooral verwerkt tot melkpoeder en boter. Niettemin steeg de kaasproductie nog sterker dan in 213. Alle zuivelproducten kennen een productietoename, behalve consumptiemelk en de gefermenteerde zuivelproducten. Consumptiemelk kent een duidelijke terugval qua productie, vooral veroorzaakt door een daling van het verbruik. De uitvoer naar derde landen stijgt met 2% en is sedert 25 meer dan verviervoudigd. Niettemin is dit amper goed voor 1,5% van de productie. Het intern verbruik van kaas groeit in 214 met 2,8 %. Dit is vrij spectaculair en de vraag kan gesteld worden of hier geen verdoken voorraadopbouw in verwerkt is. In 213 was er reeds een sterkere stijging van het verbruik (+1%) tegenover de jaren voordien, toen in 211 en 212, een groeivoet van slechts,6 % gerealiseerd werd. Het verbruik per hoofd in de EU-28 stijgt van 17,9 kg naar 18.3 kg. De uitvoer van kaas naar derde landen daalde met 8,5% naar 721. ton. Dit is een terugval met 67. ton. Verantwoordelijke hiervoor is het Russisch invoerembargo dat begin augustus 214 werd ingesteld. De uitvoer naar Rusland daalde met maar liefst 124. ton! Het uitvoeroverschot voor kaas daalt naar van 724. ton in 213 naar 645. ton in 214.. Waar in 213 kaas bijna de helft van het uitvoersaldo van melk van de EU voor zijn rekening nam is dit gedaald tot iets meer dan een derde. De EU voert in 214 netto ongeveer 16.8 mia liter melkequivalenten uit in 214. Voor 215 wordt een daling van de productie voorspeld, uitgaande van een verlenging van het Russisch invoerembargo. De uitvoer zou verder met 1% dalen. De laatste jaren zit de productie van boter terug in de lift. Dat is in 214 niet anders. Dit heeft vooral te maken met het intern verbruik dat voor het vierde opeenvolgende jaar gestegen is. In 214 kon ook de uitvoer aanzienlijk stijgen. Hierdoor kon de productie met bijna 4% stijgen. In 215 zou de productie wat teruglopen. De productie van magere melkpoeder kreeg een enorme boost (+ 23 %). De uitvoer nam met bijna 6% toe! Ook bij het intern verbruik kon een toename gerealiseerd worden. Voor 215 wordt een verdere toename in uitvoer en productie verwacht. Bij volle melkpoeder zorgen de positieve ontwikkelingen bij zowel uitvoer als intern verbruik voor een toename in de productie. Voor 215 wordt evenwel een terugval verwacht. Na een toename van het intern verbruik van yohurt en gefermenteerde melkproducten in 213 kent 214 een daling van ruim 2%. Ook de uitvoer daalt, wat leidt tot productiedaling. 24 BCZ - JAARVERSLAG 215 WERKINGSJAAR 214

Productie en aanwending van zuivelproducten in de EU-15 en EU-28 (1. ton) BOTER 1995 EU-15 25 EU-25 212 EU-27 213 EU-28 (1) 214 EU-28 (2) %14/13 EU-28 215 (2) Productie (a) 1.827 2.137 2.15 2.9 2.17 3,8 2.13 Invoer 72 86 44 42 5 19, 4 Uitvoer 228 342 127 128 149 16,4 165 Voorraad wijziging -32-59 +1 +1 +125 25, Aanwending 1.73 1.94 2.2 2.4 2.46 2,1 1.98 - menselijke voeding 1.219 1.462 2.2 2.4 2.46 2,1 1.98 - gesubsidieerd verbruik 484 478 KAAS Productie 6.67 8.584 9.441 9.512 9.674 1,7 9.6 Invoer 84 13 76 75 76 1,3 75 Uitvoer 528 546 778 788 721-8,5 635 Extra - smeltkaas +262 +235 +245 +235-4,1 23 Verbruik 6.153 8.42 8.969 9.38 9.289 2,8 9.26 CONDENS Productie 1.3 1.181 1.22 1.14 1.145,4 Invoer 1 1 1 1, Uitvoer 338 2 292 251 299 19,1 Voorraadverandering +5 Aanwending 957 982 929 89 847-4,8 NIET-MAGERE MELKPOEDER Productie 946 858 784 78 822 5,4 72 Invoer 8 2 3 3 1-66,7 3 Uitvoer 596 49 388 374 389 4, 325 Voorraadverandering +5 15 2 33,3 5 Aanwending 353 37 399 394 414 5,1 393 MAGERE MELKPOEDER Productie 1.27 1.114 1.212 1.267 1.56 23,1 1.7 Invoer 43 7 2 5 2-6, 5 Uitvoer 376 194 524 47 646 58,7 7 Voorraadverandering -1-43 -95 Aanwending 1.36 97 81 783 8 2,2 82 - menselijke voeding 442 6 65 663 68 2,6 68 - kalvervoeder 594 37 16 12 12, 14 CONSUMPTIEMELK Productie (b) 29.763 33.497 32.831 33.195 32.969 -,7 Invoer 1 2 2 8-6, Uitvoer 14 332 373 448 2,1 Verbruik 33.295 32.51 32.843 32.529-1, GEFERMENTEERDE PRODUCTEN Productie (b) 9.577 9.364 9.456 9.225-2,4 Invoer 1 8 8 7-12,5 Uitvoer 61 156 175 159-9,1 Verbruik 9.526 9.216 9.289 9.72-2,3 (1) Voorlopig/Raming (2) Schatting (a) Inclusief butteroil, omgerekend naar boter (b) Inclusief karnemelk : niet beschikbaar Bron: AMI/ZMB BCZ - JAARVERSLAG 215 WERKINGSJAAR 214 25

2.2.5. Zelfvoorzieningsgraad neemt terug toe In 213 was de zelfvoorzieningsgraad in melk van de EU voor het eerst in 6jaar tijd afgenomen. Dit had vooral te maken met de forse stijging van het intern verbruik en de daling van de uitvoer. In 214 neemt de zelfvoorzieningsgraad verder toe. Er werd 6,1 mia kg extra melk geleverd. Het intern verbruik steeg met 2,9 mia kg melkequivalenten. Er werd 2,3 mia kg meer uitgevoerd, terwijl de invoer quasi gelijk bleef. Daarnaast was er een toename van de voorraden van ongeveer,8 mia kg melk. Kijken we terug op de laatste 7 jaar, 27-214. De melkaanvoer nam toe met 14,7 mia kg. Daarvan is 8, mia kg extra verbruikt in de EU. Tevens is ook 4,5 mia kg meer uitgevoerd. Verder is de invoer met 2, mia kg melkequivalenten gedaald. Op 7 jaar tijd is de zelfvoorzieningsgraad toegenomen van 19 naar 114 %. Melkbalans EU in miljoen ton 27 EU-25 21 EU-27 211 EU-27 212 EU-27 213 EU-28 (2) 214 EU-28 (2) Melkleveringen 133,1 135,7 138,9 14, 141,7 147,8 Invoer (1) 3, 1,4 1, 1,1 1,1 1, Uitvoer (1) 13,3 14,9 16, 16,9 15,5 17,8 Voorraadwijziging (1) +,7-2, -,8 -,9,1,9 Verbruik (1) 122,1 124,2 124,7 125,1 127,2 13,1 Verbruik per hoofd 246,5 248,9 249, 25,1 251,6 256,6 Zelfvoorzieningsgraad (%) 19,2 19,3 111,4 111,9 111,4 113,6 (1) In melkequivalenten (2) Voorlopig / prognose Bron : AMI 2.2.6. Zuivelbeleid In 1992 beslisten de Europese landbouwministers om het EU-landbouwbeleid drastisch te hervormen. Het markt- en prijsbeleid, waarmee hogere prijzen werden gegarandeerd in de EU dan op de wereldmarkt werd vervangen door een beleid van lagere, (wereld)marktgeoriënteerde prijzen aangevuld met rechtstreekse inkomenstoeslagen. In 1992 werd gestart met de granen en het rundvlees. Pas in 23 werd deze fundamentele beleidshervorming doorgevoerd in de zuivelsector via het akkoord van Luxemburg. 2.2.6.1. De hervorming van Luxemburg in 23 Op 26 juni 23 beslist de EU-Landbouwraad tot een drastische hervorming van het Europees zuivelbeleid. De MTR bevatte o.m. de volgende belangrijke elementen : Een daling van de interventieprijzen Een beperking van de publieke interventie voor boter en magere melkpoeder De quota werden verlengd tot 31 maart 215 en bovendien verhoogd Een inkomenscompensatie voor de melkveehouders, ontkoppeld vanaf 31.3.27.. Hieronder vindt u de evolutie van de interventieprijzen voor boter en magere melkpoeder. 26 BCZ - JAARVERSLAG 215 WERKINGSJAAR 214

Interventieprijs vanaf (euro/1 kg) Hervorming Boter Mmp 1.7.1995 328,2 25,52 1.7.24 35,23 195,24 1.7.25 282,44 184,97 1.7.26 259,52 174,69 1.7.27 246,39 174,69 Index 1.7.27 (1.7.3 = 1) 75,1 85, De interventieprijzen voor de magere melkpoeder in de bovenstaande tabel gelden voor een minimaal eiwitgehalte vastgelegd op 35,6 % van het niet vette droge stofgehalte. Op 1 januari 28 heeft de Commissie een standaardisatie toegestaan op 34 % van het eiwitgehalte van melkpoeder en de interventiekwaliteit werd op dit niveau vastgelegd. De interventieprijs voor magere melkpoeder is bijgevolg aangepast op 169,8 euro. De prijsgarantie geboden door het interventiemechanisme wordt beperkt in de tijd en tot vastgestelde hoeveelheden. Het interventiemechanisme voor boter wordt op dezelfde wijze ingesteld als voor magere melkpoeder: Er wordt een plafond vastgesteld, eens dit plafond bereikt wordt de interventie ofwel stilgelegd ofwel wordt een tenderingsysteem ingesteld dat toelaat om de interventieprijs verder te laten dalen. De periode voor interventie is beperkt tot 1 maart 31 augustus. Sedert 28 bedraagt het plafond voor de aankoop van boter in interventie 3. ton. Boter wordt slechts aan 9 % van de interventieprijs opgekocht. Voor magere melkpoeder blijft het plafond vastgesteld op 19. ton. Gezien de slechte situatie van de zuivelmarkt in 29, heeft de Commissie besloten om de publieke interventie voor boter en magere melkpoeder te verlengen tot na 31 augustus 29. Maar door de afwezigheid van het Europese Parlement (naar aanleiding van de verkiezingen) gebeurde dit in twee stappen. Gezien de hoogdringendheid, werd er een eerste Verordening aanvaard. Deze verlengde de interventie met 3 maanden, van 1 september tot 3 november 29. In november 29 verscheen er een tweede verordening die de interventieperiode 29 voor boter en magere melkpoeder verlengde tot 28 februari 21, ofwel de opening van de interventieperiode 21. Deze Verordening voorziet ook de mogelijkheid van een nieuwe verlenging, door middel van een procedure van openbare inschrijving, na 31 augustus 21, indien nodig tot 28 februari 211. Verlenging en toename melkquota De Hervorming van Luxemburg verlengde de quota met 7 campagnes, namelijk tot 31.3.215. Daarna zijn er geen quota meer. De Hervorming voorzag voor de oude lidstaten 3 jaarlijkse verhogingen van het totale quotum (melkerijleveringen en rechtstreekse verkoop samen) met,5 % en dit vanaf 1 april 26. In maart 28 besliste de Raad tot een extra verhoging van het quotum van alle lidstaten met 2 %. Aangezien de richtprijs voor melk afgeschaft werd, kan de superheffing niet langer als een percentage van de richtprijs gedefinieerd worden en moet deze heffing afzonderlijk vastgesteld worden. Sinds 27 bedraagt de superheffing 27,83 euro/1 kg. BCZ - JAARVERSLAG 215 WERKINGSJAAR 214 27

2.2.6.2. De Health Check in 28 Met de Health Check wilde de EU evalueren of het beleid nog op het juiste spoor zat en of er niet kon vereenvoudigd en gemoderniseerd worden. Op 2 november 28 werd een akkoord bereikt over de Health Check van het Gemeenschappelijk landbouwbeleid. De belangrijkste elementen voor de zuivelsector worden hierna opgesomd. Soft landing : om het wegvallen van het regime van de melkquota voor te bereiden (afschaffing voorzien in 215), werd er een verhoging aanvaard van het Europese melkquotum van 1 % per jaar in 29, 21, 211, 212, en voor de campagne 213/214. Tussentijdse evaluaties : 2 tussentijdse rapporten van de Commissie zullen de situatie van de sector evalueren ten laatste in december 21 en december 212. In het kader van deze evaluaties, zal de uitbreiding van de quota herzien kunnen worden. Halvering van de vetcorrectiecoëfficiënt : vanaf de campagne 29/21, wordt de vetcorrectiecoëfficiënt verminderd van,18 naar,9 voor de zuivelproducenten bij wie het gemiddelde vetgehalte van de leveringen boven de referentie ligt. Voor de anderen blijft de coëfficiënt van,18 onveranderd. Steun aan de privé-opslag van boter : het huidige systeem blijft behouden. Er komt geen tenderingsysteem. De interventiemaatregelen die van kracht zijn in de melksector blijven behouden. De maximale hoeveelheden zijn vastgelegd op 3. ton voor boter, en 19. ton voor magere melkpoeder. De gevolgen van de beslissingen in het kader van de Health Check voor ons land m.b.t. de omvang van het quotum vind u in de onderstaande tabel. De halvering van de vetcorrectiefactor creëert een additionele ruimte voor melkleveringen van ongeveer 3,6 %. Totaal quotum voor de campagne 214/215 Belgisch quotum Verandering ton % ton 24/26 3.31.431 26/27 3.326.983,5 16.552 27/28 3.343.535,5 16.552 28/29 3.427.289 2,5 83.754 29/21 3.461.562 1, 34.273 21/211 3.496.177 1, 34.615 211/212 3.531.139 1, 34.962 212/213 3.566.45 1, 35.311 213/214 3.62.115 1, 35.665 214/215 3.62.115, Totaal 8,5 291.684 Bron : Europese Commissie 28 BCZ - JAARVERSLAG 215 WERKINGSJAAR 214

2.2.6.3. Het zuivelpakket Het EU-zuivelpakket trad in voege in 212. Het zuivelpakket kwam er na onvrede vanuit de melkveehouderij als gevolg van de zeer slechte melkprijzen in de eerste 3 kwartalen van 29. De landbouwministers beslisten in oktober 29 om een expertengroep van hoog niveau op te richten die oplossingen moest uitwerken voor de langere termijn. Niettegenstaande heel wat tegenstellingen tussen de lidstaten kwam de groep experten op hoog niveau in juni 21 met haar aanbevelingen. De belangrijkste zijn : Het bevorderen van het gebruik van contracten : om het aanbod beter op de vraag af te stemmen Producentengroeperingen krijgen een uitzondering op de concurrentiewetgeving : dit moet leiden tot meer onderhandelingsmacht voor de melkveehouders Het stimuleren van interprofessionele organisaties Meer markttransparantie Het zuivelpakket bevat finaal de volgende elementen : 1. Lidstaten kunnen beslissen om het gebruik van contracten verplicht te maken bij de verkoop van rauwe melk aan de zuivelindustrie. In dat geval moeten een aantal elementen verplicht opgenomen worden in het contract, zoals de duur, het volume en de kwaliteit en de timing van de leveringen. Tevens moet de melkprijs opgenomen zijn: ofwel een vastgestelde statische prijs ofwel een prijs die varieert op basis van een aantal factoren opgesomd in het contract, zoals bvb marktindicatoren. Alle elementen van het contract worden vrij onderhandeld. 2. Via producentengroeperingen, tot maximaal 33 % van de nationale of 3,5 % van de Europese melkproductie, kunnen melkveehouders samen onderhandelen over de melkprijs. Dit is een belangrijke uitzondering op de concurrentiewetgeving, waardoor melkveehouders meer onderhandelingsmacht kunnen krijgen. Deze producentengroeperingen moeten voorafgaand door de overheid erkend worden. 3. Het oprichten van interprofessionele organisaties wordt bevorderd. Zij bevatten minstens 2 schakels van de keten, bestaande uit melkveehouders, zuivelindustrie, retail en verbruikers. Zij kunnen marktinformatie verzamelen, standaardcontracten opstellen, generieke promotie voeren,. 4. De kopers van melk worden verplicht om maandelijks het volume gekochte melk mee te delen aan de overheid. Dit is nu reeds het geval in het kader van de quotaregeling. Het voorstel van de commissie bevat een uitzondering voor de coöperaties, die in feite producentenorganisaties zijn. De coöperaties staan in voor de ophaling en verwerking van ongeveer 58 % van de melk in de EU. De zuivelindustrie kan zich vinden in de interprofessionele organisaties alsook in de voorgestelde markttransparantie. De zuivelindustrie is voorstander van contracten maar op vrijwillige basis. Tevens is een verregaande standaardisering van contracten op wettelijk vlak veel te stringent. Het assortiment zuivelproducten, de klanten en de afzetgebieden van de zuivelgroepen lopen zo sterk uiteen dat een standaardisering van contracten onmogelijk is en verlammend zou werken. De zuivelindustrie staat kritisch tegenover een grotere onderhandelingsmacht voor de melkveehouders in de mate dat niet voorzien is in een verbeterde onderhandelingsmacht voor de zuivelindustrie ten opzichte van haar afnemers : BCZ - JAARVERSLAG 215 WERKINGSJAAR 214 29

De concurrentie mag niet verstoord worden. De zuivelindustrie heeft zelf te maken met sterk geconcentreerde afnemers. Het voorstel van de Commissie heeft alleen betrekking op de eerste 2 schakels van de keten. Politici willen bovendien dat de prijzen aan de consument zo laag mogelijk blijven en gedogen de sterke machtspositie van de retail. De zuivelindustrie dreigt tussen hamer en aambeeld terecht te komen : hogere prijzen voor de melkveehouders en toch lage prijzen aan de consument. Zuivelbedrijven die via concentratie een grotere onderhandelingsmacht met hun klanten willen opbouwen moeten zich onderwerpen aan de strenge eisen van de nationale en Europese concurrentieautoriteiten. 2.2.6.4. Toepassing van het zuivelpakket in ons land Het zuivelpakket is een regionale bevoegdheid. In beide landsdelen werden de Besluiten van de Regering en de Ministeriële Besluiten die de toepassingsmodaliteiten van het Zuivelpakket gepubliceerd in 213. Contracten zijn vrijwillig in beide regio s en tevens legt de wetgeving een aantal voorwaarden op waaraan producentenorganisaties moeten voldoen om erkend te worden. In Vlaanderen bedraagt het minimum aantal leden 4, voor de biologische melkveehouderij is dat 1. In Vlaanderen is inmiddels 1 coöperatie erkend als producentenorganisatie. In Wallonië moet een producentenorganisatie minstens 2 leden tellen om erkend te worden. In Vlaanderen zijn er momenteel 2 producentenorganisaties erkend, in Wallonië geen. 2.2.6.5. Het hervormde landbouwbeleid na 214 Eind juni 213 bereikten de Landbouwraad, EU-Parlement en de Commissie een politiek akkoord over een hervorming van het landbouwbeleid in de EU. De nieuwe teksten werden in december 213 gepubliceerd. De hervorming bevat 4 grote delen : 1. De directe inkomenssteun : convergentie tussen de lidstaten, vergroening, jonge landbouwers, actieve landbouwers. 2. Marktmaatregelen 3. Plattelandsontwikkeling 4. Horizontale en financiële bepalingen Een voorstel van het EU-parlement om een vorm van productiebeperking in te voeren in de zuivelsector in slechte tijden werd niet weerhouden. Alle elementen van het Zuivelpakket zijn in het hervormde landbouwbeleid overgenomen. Nieuw is dat de uitbreiding van regels in de zuivelsector voor producentenorganisaties en interbrancheorganisaties mogelijk wordt. De belangrijkste wijziging in de marktmaatregelen van het zuivelbeleid is het feit dat de private opslag voor boter niet langer een vast gegeven is. De Commissie beslist elk jaar of de private opslag plaatsvindt. Er is ook in een optionele private opslag voor magere melkpoeder voorzien. De maatregelen inzake publieke voorraden en opkoop (interventie) blijven behouden, alsook het niveau van de interventieprijzen voor boter en magere melkpoeder. Het plafond voor de inkoop van boter in interventie wordt verhoogd van 3. naar 5. ton. 3 BCZ - JAARVERSLAG 215 WERKINGSJAAR 214

2.2.6.6. Openbare voorraden op nul Na de volledige afbouw van de interventievoorraad voor magere melkpoeder in 26 kon ook de botervoorraad in 27 tot nul herleid worden. De interventievoorraden bleven leeg in het kalenderjaar 28. Dit was een zeer uitzonderlijke situatie : 28 was sedert 1 jaar het eerste jaar zonder aanbod in interventie, het was sedert meer dan 25 jaar het eerste zonder publieke voorraad. Begin 29 werd eerst boter en daarna terug melkpoeder in openbare voorraad genomen. Na 21 zijn geen volumes aangekocht in interventievoorraad. De mogelijkheid tot inlevering van magere melkpoeder in interventie start elk jaar op 1 maart. Er is een plafond van 19. ton ingesteld, vanaf wanneer de Commissie de aankoop aan 1 % van de interventieprijs kan opschorten en over kan gaan tot een tendersysteem. De interventiemogelijkheid is gesloten vanaf 31 augustus en gaat pas terug open op 1 maart. In 29 werd beslist om tot 1 maart 211 te voorzien in de continue opening van interventie via tendering. In de periode maart september 29 werd 282.6 ton magere melkpoeder opgekocht. Overzicht van de publieke voorraad magere melkpoeder (1. ton) 2 25 211 212 213 214 Stocks per 1 januari 18, 62,8 191, 54,,, Opgekocht, 2,9,,,, Verkocht 18, 58,1 137, 54,,, Stocks op 31 december, 7,6 54,,,, Vanaf 1995: EU-15; vanaf 24: EU-25 Bron: Office de l'elevage/europese Commissie De openbare voorraad boter is in 27 volledig afgebouwd. Sedert de hervorming geldt de nieuwe opkoopregeling. Vanaf 1 maart kan aangekocht worden aan 9 % van de interventieprijs met een limiet van 5. ton en met een opkoopperiode beperkt van 1 maart tot 31 augustus. Eens het plafond bereikt is kan de Commissie overgaan tot aankoop via tendering. In 29 werd beslist om tot 1 maart 211 te voorzien in de continue opening van interventie via tendering. In de periode maart augustus 29 werd 83.2 ton boter opgekocht. In 21 was het gros van de voorraad reeds verkocht, in 212 is de voorraad helemaal op nul. Overzicht van de publieke voorraad boter (1. ton) 2 25 211 212 213 214 Stocks per 1 januari 54,9 16,4 2, 1,,, Opgekocht 42,1 36,4,,,, Verkocht 33,4 75,7 1, 1,,, Stocks op 31 december 63,6 121,1 1,,,, Vanaf 1995: EU-15; vanaf 24: EU-25 Bron: Office de l'elevage/europese Commissie Gezien de afwezigheid van openbare voorraden kende de private opslag de laatste jaren een vrij groot succes. Om de effecten van het Rusland-embargo te milderen heeft de Commissie beslist om de private opslag het hele jaar door open te stellen en uit te breiden met magere melkpoeder. BCZ - JAARVERSLAG 215 WERKINGSJAAR 214 31

Private opslag van boter (1. ton) EU België 1986 164 2 199 21 45 1991 116 41 1992 192 34 1993 162 2 1994 166 25 1995 146 16 1996 22 22 1997 139 19 1998 176 16 1999 198 24 2 18 27 21 27 23 22 172 19 23 175 19 24 126 17 25 147 18 26 118 17 27 124 11 28 161 13 29 138 14 21 83 8 211 16 1 212 131 11 213 89 8 214 21 3 1/5/215 71 Vanaf 1995: EU-15; vanaf 24: EU-25 Bron: Europese C ommissie Private opslag van magere melkpoeder (1. ton) EU België 31/12/214 17 1/5/215 26 Bron: Europese Commissie 32 BCZ - JAARVERSLAG 215 WERKINGSJAAR 214

Interventieaankopen door de EU (1. ton) Boter Magere melkpoeder 1986 655, 62, 1987 368, 54, 1988 25,, 1989,, 199 25, 337, 1991 174, 199, 1992 48,, 1993 32, 11, 1994 21, 59, 1995,1, 1996 4, 127, 1997 3, 34, 1998 2,9 12,6 1999 54,4 93,2 2 44,1, 21 38,9, 22 159,8 152,8 23 41,1 111,8 24 29,8 21,3 25 36,4 5,3 26 61,7 1,1 27,4, 28,, 29 83,2 282,6 21,, 211,, 212,, 213,, 214,, Bron: Europese Commissie BCZ - JAARVERSLAG 215 WERKINGSJAAR 214 33

12 1 841 989 Boter/Beurre E.U.-Interventievoorraad (31 dec.) U.E. Stocks d'intervention (31 déc.) x1. ton/tonnes 8 6 4 692 635 2 1983 1984 1985 125 1986 1987 96 1988 18 1989 238 247 173 161 199 1991 1992 1993 59 2 39 11 3 55 64 66 1994 1995 1996 1997 1998 1999 2 21 192 223 16 121 22 23 24 25 63 26 27 28 76 29 2 1 21 211 212 213 214 27.5.215 12 Mager Melkpoeder/Lait écrémé en poudre E.U. Interventievoorraad (31 dec.) U.E. Stocks d'intervention (31 déc.) 1 983 x 1. ton/tonnes 8 6 4 617 56 793 565 332 414 2 125 135 24 18 139 194 259 191 1983 1984 1985 1986 1987 7 5 1988 1989 199 1991 47 37 73 14 1992 1993 1994 1995 1996 1997 1998 1999 2 21 22 23 63 24 8 25 26 27 28 29 21 54 211 212 213 214 27.5.215 34 BCZ - JAARVERSLAG 215 WERKINGSJAAR 214

2.2.6.7. Zuiveluitgaven : amper,2 % van de landbouwuitgaven 214 De uitgaven voor de zuivelsector in 214 zijn quasi onbestaande. Er zijn geen restituties, er is geen interne marktsteun, behalve de schoolmelkregeling en de private opslag voor boter en magere melkpoeder. De begrotingen voor de toekomst zijn extreem laag. Dit heeft te maken met de omslag naar rechtstreekse inkomensondersteuning. Vanaf 28 is de inkomenstoeslag wegens ontkoppeling niet meer opgenomen in de zuivelbegroting. EU-begroting zuivel Uitgaven Uitgaven Uitgaven Uitgaven Uitgaven Begroting (miljoen Ecu/Euro) EU-25 EU-27 EU-27 EU-27 EU-27 EU-27 25 211 212 213 214 215 TOTAAL 2.61 5 91 7 71,7 96,4 waarvan Restitutie boter en boterolie 513 Restitutie magere melkpoeder 67 Restitutie kaas 159 Restitutie andere zuivelproducten 41 5 Totaal restituties 1.14 5 Magere melkpoeder - opslag -59-73 -1,9 Overige maatregelen mmp 283 Totaal interne steun magere melk 224-73 -1,9 P.o. boter 3 8 8 7 4 2,9 Publieke opslag -26 Overige maatregelen boter 283 Totaal interne steun boter 227 8 8 7 4 2,9 Opslag kaas 31 Schoolmelk 64 64 69 63 68 77,1 Andere 2 15,5 Opbrengsten -447-8 -48 45 Directe betalingen 943 Extra betalingen (1) 426 Totaal excl. directe betalingen 1.369 (1) Nationale enveloppe : niet beschikbaar Bron: Europese C ommissie BCZ - JAARVERSLAG 215 WERKINGSJAAR 214 35

Aandeel zuivel in EU-landbouwuitgaven (miljoen Ecu/Euro) Uitgaven zuivel Uitgaven landbouw Aandeel zuivel (%) 1984 5.442 18.331 29,7 199 4.956 26.831 18,5 1991 5.637 32.222 17,5 1992 4.7 31.871 12,6 1993 5.222 34.975 14,9 1994 4.259 32.97 12,9 1995 4.38 33.376 12,1 1996 3.582 34.521 1,4 1997 3.14 4.675 7,6 1998 2.76 38.748 7, 1999 2.597 39.541 6,6 2 2.644 4.395 6,5 21 1.988 42.83 4,7 22 2.435 43.233 5,6 23 2.872 44.412 6,5 24 (1) 2.61 44.761 4,6 25 (1) 2.61 52.958 4,9 26 (1) 2.527 54.226 4,7 27 (2) 638 52.26 1,2 28 (2) 148 54.972,3 29 (2) 371 52.191,7 21 (2) 529 55.142 1, 211 (2) 5 55.916, 212 (2) 91 55.699,2 213 (2) 7 58.467,1 214 (2) (*) 88 57.775,2 215 (2) (*) 96 57.285,2 (1) Voor EU-25 (2) Voor EU-27 (*) Voorlopig Bron: Europese Commissie 36 BCZ - JAARVERSLAG 215 WERKINGSJAAR 214