Iedere woensdagavond in de maanden juli en augustus wordt door IVN Goeree Overflakkee een excursie op de Kwade Hoek georganiseerd. Het aantal deelnemers bedraagt deze avond 5 volwassenen en 1 meisje van 1012 jaar. Het thema is landaanwinning. En Katie van der Wende zal ons rondleiden. Zij vertelt bewust niet te weten wat we onderweg tegen zullen komen, en wil zich laten verrassen. Geen probleem lijkt mij, met haar ruime ervaring en kennis komt dat wel goed. Het is helder zonnig weer, zacht windje, aangename temperatuur, het zal schemeren tegen het einde van de wandeling: ideale omstandigheden voor een sfeervolle tocht in de Kwade Hoek. We lopen eerst naar het uitzichtpunt op het eerste duin, het oude zeeduin. Hier hebben we een prachtig uitzicht over de Kwade Hoek, de twee kieren in het huidige ver weg gelegen zeeduin en beide Maasvlakten. Zo n 50 jaar geleden vormde het oude zeeduin de overgang naar zee. Alles wat nu verder ligt, is landaanwinning. De vaarroute naar de buitenhaven van Stellendam moet constant uitgebaggerd worden om op diepte te blijven, en loopt akelig dicht langs het strand, gezien de groene en rode boeien waartussen de schepen moeten varen. Ongetwijfeld wordt het dichtslibben versterkt door de aanleg van de Haringvlietsluizen en de beide Maasvlakten. Forse overstromingen op de Kwade Hoek komen voornamelijk voor tijdens springtij (2 dagen na volle- en nieuwe maan), in combinatie met een noordwester storm. We vervolgen onze weg over het voetpad over het oude zeeduin. Katie laat ons zien dat diverse struiken reeds groene besjes hebben, al is de groene aspergestruik zonder. Asperges hebben aparte vrouwelijke en mannelijke struiken, deze struik is kennelijk een mannetje. Welke van de twee zou de lekkerste asperges voortbrengen in het voorjaar? 1
Aangekomen bij de voet van het oude zeeduin, zien we veel riet. Langs deze duinvoet heeft Rijkswaterstaat hoofdpalen aangelegd, die de basiskustlijn vormen. Haaks op de basiskustlijn staan hulppalen vanaf de hoofdpalen, een zogenaamde raai vormend. De hoofdpalen staan op 250 meter van elkaar, iedere paal heeft een getal in grote cijfers, die het aantal km s aangeeft vanaf Stellendam, en een getal in kleine cijfers die tientallen meters vanaf de vorige hoofdpaal aangeeft. Op iedere hulppaal staat een getal in Griekse cijfers, de volgorde vanaf de hoofdpaal, en een getal in Romeinse cijfers, de afstand vanaf de hoofdpaal. De Z betekent Zeewaarts gericht. Het geheel van palen wordt niet meer onderhouden. Bij de drinkpoel die zoetwater bevat, met zicht op een open landschap, vertelt Katie aan de hand van een paar mooie foto s over extreem hoog water. Veel dieren proberen te vluchten naar drogere gebieden, vooral de kleine hebben het dan moeilijk, ongetwijfeld vallen er veel slachtoffers. Bij het bankje langs het pad naar zee stoppen we even. Er staat veel Watermunt en Heemst (Engelse naam Marsh Mallow), de Duindoorn heeft al oranje besjes. Een gelegenheid om te ruiken, te voelen en te proeven. Later in het jaar gaan de oranje Duindoornbesjes gisten. Kraaien en Kramsvogels zijn er gek op, worden er dronken van. In vroegere tijden werden de besjes door zeelui meegenomen op reis, men wist uit ervaring dat het eten ervan hielp tegen scheurbuik (ernstig vitamine C gebrek). Mooi zicht op een open landschap, met extensieve begrazing. Het pad golft over lage duintjes met Duindoorn, Vlier en Wegedoorn, en door natte dalen met Aardbeiklaver, Zilverschoon en Rode ogentroost. 2
Bij de afvalbak. Rond 1995 was het landschap vanaf de afvalbak richting zee geheel kaal. In 1993 en 1995 trad een uitzonderlijke hoge waterstand op van de Maas. Veel slib en fijn zand werd uiteindelijk via de Haringvlietsluizen naar zee afgevoerd, een deel kwam terecht op de Kwade Hoek. Daarna was de vlakte richting zee volledig begroeid. De afvalbak met tekst Doe mee, Verlos de zee is een groot succes, intussen staan veel meer bakken langs onze Noordzeekust. Op de Kwade Hoek worden de bakken regelmatig geleegd door Natuurmonumenten. We vervolgen onze weg, over het schuine pad richting zee. Veel zoutminnende soorten komen we tegen. Katie laat ons zoeken hoeveel verschillende planten er op 1 m² staan. We tellen 3-10 soorten, zoals Aardbeiklaver, Rode ogentroost (halfparasiet op grassen) en Rolklaver. Typische planten dichter bij zee zijn Loogkruid en Zeewolfsmelk. Op het strand aangekomen, stoppen we bij een jong duintje, en legt Katie uit hoe duinen gevormd worden: Wind doet zand stuiven. Een pionier om zand vast te leggen, is Biestarwegras. De wortels vormen dichte kluwen, ideaal om zand in te vangen. Als tenslotte een klein zandbergje gevormd is, kan zich een kleine zoetwaterbel (regenwater) vormen, en kan Helmgras zich vestigen. En vervolgens krijgt Duindoorn een kans, door de aanwezigheid van kalk, door verstuiving van het vloedmerk en door de wortelknolletjes die het stikstofgehalte van de grond verhogen. 3
Wat is er zoal op het strand te vinden? Katie vraagt aan eenieder om wat te zoeken. Vondsten: Kolonievormende Mosdiertjes (met een loep zie je regelatige rechthoekjes, waarin mosdiertjes zaten) Eikapsels van een Wulk (een paar eieren komen uit, en eten de andere eieren op) Rugschild van een inktvis (Sepia) Geboord gaatje in een schelp door een Tepelhoren (is daar een paar dagen mee bezig, met rasptong, mogelijkerwijs met hulp van een vloeistof die kalk oplost) Donkere schelpen (nemen kleurstoffen op uit sliblagen waarin ze zich bevonden) Zwaardscheden (afkomstig uit de Verenigde Staten, meegekomen naar Europa in ballasttanks van schepen) Amerikaanse boormossel (draait zich rechtopstaand een kleilaag, veenlaag of hout in, vormt diepe ronde gaten, kan daar niet meer uit) We lopen langs het strand richting meanderende kreek, en volgen die tot aan het verharde pad. Elk jaar loopt het zeezijdedeel van de kreek anders, als gevolg van het stuiven van zand, en stormen, speciaal bij hoog water. Het luwere deel van de kreek slibt langzaam dicht. Langs de kreek komen we Zeekraal tegen (éénjarig, ziltig, eetbaar), en Zeeaster (net in bloei, jonge blaadjes zijn eetbaar, worden Lamsoor genoemd). Aan het einde van het verharde pad, ter hoogte van het schelpenpad, staat veel Jacobskruiskruid (giftig, vee vermijdt dat te eten, maar in hooi is dat niet meer te zien, en is dan gevaarlijk, na verloop van tijd dodelijk voor paarden. Rupsen van de Jacobskruiskruidvlinder zijn geel-zwart gebandeerd). 4
Tenslotte lopen we terug via het schelpenpad naar de parkeerplaats van de Kwade Hoek. Dank aan Katie voor deze leerzame wandeling, met een paradijselijke sfeer! Tekst en foto s: DirkJan Dekker Heemst Duindoornbessen Zeeaster Maan en Duindoorn 5
Jacobskruiskruid Loogkruid Amerikaanse boormossel Boormosselgaten in veen Tepelhoorn Eikapsels van een Wulk 6