Provinciale Staten VOORBLAD



Vergelijkbare documenten
Aanvullend Stadscontract Gemeente Apeldoorn

Klimaatcontract Gemeente Coevorden en Provincie Drenthe

PROJECTOVEREENKOMST Energie uit zon REGIOCONTRACT REGIO FOODVALLEY

PROJECTOVEREENKOMST Regionale Arbeidsmarkt Regio FoodValley REGIOCONTRACT REGIO FOODVALLEY

PROJECTOVEREENKOMST Openluchttheater Ede REGIOCONTRACT REGIO FOODVALLEY

Prioritair Programma Stad en Regio Regiocontract FoodValley

urn in ii inn inn ii ii

Uitvoeringsovereenkomst Bedrijveninvesteringszone Coevorden

Uitvoeringsovereenkomst. BI zone CapelleXL

Provinciale Staten VOORBLAD

Uitvoeringsovereenkomst tussen de Stichting BIZ Overdie/Laanenderweg en de gemeente Alkmaar

Bijlage 05 Stad en Regio Sleutelprojecten

Uitvoeringsovereenkomst Bedrijven Investeringszone naam gebied

de stichting haar ambitieniveau heeft vastgelegd in het BIZ Activiteitenplan voor Stichting BIZ Winkelhart Ridderkerk ;

zaaknummer

BESTUURSCONVENANT PROVINCIE OVERIJSSEL GEMEENTE STEENWIJKERLAND TER UITVOERING VAN HET PROVINCIAAL MEERJARENPROGRAMMA LANDELIJK GEBIED OVERIJSSEL

Uitvoeringsovereenkomst tussen de Stichting BIZ Binnenstad Roermond en de gemeente Roermond

Programma 2.1 Stad en Regio

Provinciale Staten VOORBLAD

Uitvoeringsovereenkomst tussen Stichting BIZ Centrum Papendrecht en gemeente Papendrecht

Eindverantwoording klompenpadennetwerk H2O. (inhoudelijke component, gezamenlijk netwerk Heerde, Hattem en Oldebroek)

BESTUURSOVEREENKOMST Uitvoeringsregeling POP-3 subsidies Zuid-Holland

Uitvoeringsovereenkomst Bedrijven Investeringszone Centrum Woudenberg

2. Dat partijen het gewenst achten dat er ondersteuning wordt geboden aan initiatieven die bijdragen aan de onder 1 genoemde doelstelling;

gemeente werkendam Uitvoeringsovereenkomst BIZ Bruine Kilhaven

Bestuursovereenkomst overdracht bevoegdheden inzake realisatie windopgave gemeente Brielle

Gemeente Amsterdam. Uitvoeringsovereenkomst. bedrijveninvesteringszone Dam 2019 BEDRUVENINVESTERINGSZONES AMSTERDAM

UITVOERINGSOVEREENKOMST BIZ BVL

Uitvoeringsovereenkomst BIZ Bedrijventerreinen Vianen

: Kaderstelling Sociale Agenda , focus op jongeren. Besluit pag. 5

III. de formulieren behorende bij de subsidiebeschikking vast te stellen.

Uitvoeringsovereenkomst Bedrijven Investerings Zone Binnenstad Zierikzee 2016

Commissie Welzijn, Zorg en Cultuur Commissie Ruimte, Water en Groen (t.k.) 23 april 2002 Nr , PB Nummer 25/2002

UITVOERINGSOVEREENKOMST

Subsidieverordening Duurzaamheidslening hernieuwbare energie (zonnelening)

nummer 23 van 2005 Vaststelling Beleidsregels bij het Kader voor projectontwikkeling kijk

Provinciale Staten VOORBLAD

CONCEPT Bestuursovereenkomst inzet DAW provincie Groningen en waterschappen Hunze en Aa s en Noorderzijlvest

S A M E N W E R K I N G S O V E R E E N K O M S T

Nadere regels Fonds Leefbaarheid Landelijk Gebied Flevoland

Gezien het voorstel van Gedeputeerde Staten betreffende de vaststelling van de Begroting 2014 en de Robuuste Investeringsimpuls;

Uitvoeringsovereenkomst tussen de Stichting BIZ Weststad-Wijsterd en de gemeente Oosterhout

Bijlage 2 - Model Raadsbesluit wijziging Algemene subsidieverordening update zomer 2016

CONCEPT OVEREENKOMST ONDERNEMERSFONDS BINNENSTAD BREDA GEMEENTE BREDA STICHTING BREDAAS ONDERNEMERSFONDS TUSSEN D.D. [ ] Concept d.d.

Uitvoeringsovereenkomst Bedrijven Investeringszone Gijsbrecht en omgeving

Gezien het voorstel van Gedeputeerde Staten, d.d. 21 juli 2009, nr ,

hierna gezamenlijk aan te duiden als partijen of bestuurlijk NOC (bestuurlijk Noordelijk Overleg Cultuur);

Algemene subsidieverordening Texel 2016

Ontwerpbesluit pag. 3. Toelichting pag. 5. Binnen het evenementenbeleid worden drie categorieën evenementen onderscheiden.

Onderwerp : Algemene Subsidieverordening Bergeijk 2016

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 24 maart 2015 ; Subsidieverordening Maatschappelijk Innovatiefonds gemeente Ommen

RNI Convenant Dienstverlening Gemeenten

Statenvoorstel. Startnotitie Partiële wijziging 2018 Visie ruimte en mobiliteit, Programma ruimte en Verordening ruimte

ALGEMENE SUBSIDIEVERORDENING Hendrik-Ido-Ambacht

Het bestuur van Stichting Schouwburg Venray t.a.v. de heer J. Vervoort Postbus AB Venray. Geachte heer Vervoort,

Verordening van 30 oktober 2012 tot wijziging van de Uitvoeringsregeling projectsubsidies economie, recreatie en toerisme.

Beleidsregels subsidieverlening arbeidsmarkt - onderwijs - sociale innovatie

Provincie Noord-Holland

GEDEPUTEERDE STATEN VAN FRYSLÂN EN DE COMMISSARIS VAN DE KONINGIN IN DE PROVINCIE FRYSLÂN,

1. De Stichting BIZ de Briellaerd i.o. te Barneveld, hierbij reehtsgeldig vertegenwoordigd door Johan

OCW, provincie Zuid-Holland, provincie Noord-Holland, gemeente Leiden, gemeente Haarlem

Provinciale Staten VOORBLAD

OCW provincie Utrecht, provincie Flevoland, gemeente Utrecht, gemeente Almere, gemeente Amersfoort

Samenwerkingsafspraken voor uitvoering van de Streekagenda (:..(gebied noemen)

Provinciale Staten VOORBLAD

CONCEPT Uitvoeringsovereenkomst Bedrijveninvesteringszone (BIZ) Domburg

PROVINCIAAL BLAD. GEDEPUTEERDE STATEN VAN PROVINCIE UTRECHT, hierna te noemen: Gedeputeerde Staten;

Openstelling Friese Energiepremie en bekendmaking subsidieplafond. Gedeputeerde Staten van de provincie Fryslân hebben besloten:

Algemene subsidieverordening 2014

R A A D S V O O R S T E L E N O N T W E R P B E S L U I T

Raadsvergadering d.d.: 25 april 2016 Agenda nr: Onderwerp: Vaststellen Algemene subsidieverordening Gemeente Valkenburg aan de Geul 2016

Convenant betreffende een financiële impuls ten behoeve van de Kwaliteitssprong Rotterdam Zuid ( ).

De Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, mevrouw mr. M.C. van der Laan

B&W d.d. 6 mei 2014

Subsidieregeling vrijwilligerswerk en mantelzorg 2002

Burgemeester en B&W-aanbiedingsformulier

Overeenkomst kwaliteitsverbetering landelijk gebied Limburg. Partijen:

Algemene Subsidie Verordening gemeente Heerhugowaard 2014

Datum : 6 september 2005 Nummer PS : PS2005IME06 Dienst/sector : MEC/DER Commissie : IME

Provincie Noord-Holland

Concept ALGEMENE SUBSIDIEVERORDENING GEMEENTE MOERDIJK

College van Gedeputeerde Staten statenvoorstel

SML Voorstel van GS aan PS: kennisnemen van bijgaande stukken op basis van actieve informatieplicht

[Geef tekst op] [Geef tekst op] bijlage B

Voorstel aan de Raad. Datum raadsvergadering / Nummer raadsvoorstel 8 maart 2017 / 15/2017. Fatale termijn: besluitvorming vóór:

Algemene subsidieverordening gemeente Harlingen 2015

PROVINCIAAL BLAD VAN LIMBURG 2012/28

Beleidsregel Besluit locatiegebonden subsidies 2005 voor de stedelijke regio Emmen

. De gemeenteraad op 18 februari 2014 een nieuwe Retail- & Horecavisie heeft vastgesteld;

SUBSIDIEREGELING ENERGIEBESPARING BESTAANDE BOUW PARTICULIEREN 2009

Samenwerkingsovereenkomst Structuurvisie Eemsmond - Delfzijl

Gedeputeerde Staten van Noord-Holland;

Samenwerkingsovereenkomst voor de uitvoering van het programma De Kop Werkt!

CONCEPT. Centrumregeling ambtelijke samenwerking. Alkmaar, Bergen, Castricum, Graft de Rijp, Heerhugowaard, Heiloo, Langedijk en Schermer

Provinciaal blad van Noord-Brabant

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders 4 augustus 2015, nummer /c; gelet op artikel 149 van de Gemeentewet;

Specifieke subsidieregeling energiebesparende maatregelen gemeente Overbetuwe

Onderwerp: instellen provinciaal Jeugdsportfonds als invulling van de motie Armoede

Kaderverordening subsidies provincie Groningen Hoofdstuk 1: Begripsbepalingen en algemene bepalingen

CONCEPT. De ondergetekenden sub 1 en 2, hierna gezamenlijk te noemen "partijen";

Transcriptie:

Provinciale Staten VOORBLAD Onderwerp Programma Stad en Regio 2012-2015/2017 - bijlage 2: verzamelcontracten - bijlage 3: verzamelfiches SIS-nummer Agendering (advies Griffie) PS2012-280 Commissie AFW 11 april 2012 Provinciale Staten Behandelwijze Overleg-/ beslispunten X Kaderstellen Controleren Adviseren PS (door commissie) Vaststellen (door PS) Context Opmerkingen Griffie Deze bijlagen worden alleen op papier toegezonden aan de leden van de commissie AFW. Openbare samenvatting van GS Meer informatie

Ontwerp regiocontracten Versie 20 maart 2012 - Rivierenland - Achterhoek - Stadsregio Arnhem-Nijmegen - FoodValley - Stedendriehoek - Noord Veluwe Partijen: Het openbaar lichaam Regio Rivierenland te Tiel en het Algemeen Bestuur van het openbaar lichaam Regio Rivierenland, te dezen rechtsgeldig vertegenwoordigd door de heer R. van Schelven, voorzitter Verder ook te noemen: Regio Rivierenland De provincie Gelderland en Gedeputeerde Staten van Gelderland, te dezen rechtsgeldig vertegenwoordigd door de heer J.J. van Dijk, gedeputeerde Verder ook te noemen: Gedeputeerde Staten of provincie Gezamenlijk ook te noemen: partijen Aldus overeengekomen en ondertekend, te Arnhem op 25 april 2012 De provincie Regio Rivierenland Overwegingen: Op 25 april 2012 hebben Provinciale Staten het Programma Stad en Regio 2012-2015/2017 vastgesteld. Over dat programma en de bijdragen die partijen daaraan leveren en over deze overeenkomst, is constructief en intensief tussen partijen overlegd. Partijen willen door middel van het Programma Stad en Regio 2012-2015/2017 actief invulling geven aan de versterking van hun partnerschap. Partijen willen met hun partnerschap ruimte bieden voor maatwerk en concrete resultaten boeken. Waar nodig willen partijen elkaar bestuurlijk en ambtelijk, zowel inhoudelijk als procesmatig, ondersteunen ter bespoediging van de uitvoering van het programma, waarbij zij de bedoeling hebben kennis, inzichten en ervaringen uit te wisselen. 1

Partijen vinden het gewenst in dit stadium een overeenkomst te sluiten die de intenties en afspraken vastlegt, waarbij die overeenkomst tevens kan dienen als een uitvoeringsovereenkomst in de zin van artikel 4:36 van de Algemene wet bestuursrecht. Over programma s of delen daarvan ten aanzien waarvan thans geen beslissing kan worden genomen over subsidieverlening, willen partijen afspreken op welke wijze daarmee in de toekomst wordt omgegaan. Die afspraken, die preambuleafspraken en procesafspraken zijn genoemd, wensen partijen vast te leggen waarbij van de zijde van de provincie en de Regio Rivierenland sprake is van een inspanningsverplichting waarvan de nakoming mede afhankelijk is van een nadere concretisering van de beschikbaarheid van sectorale middelen. Partijen zien deze afspraken primair als bestuurlijke intenties die niet in rechte afdwingbaar moeten zijn. Komen overeen: Artikel 1. Algemeen 1. Deze overeenkomst wordt gesloten onder ontbindende voorwaarde van subsidieverstrekking door Gedeputeerde Staten voor de uitvoering van het programma. 2. Op de subsidieverstrekking zijn de voorwaarden en voorschriften van de Algemene wet bestuursrecht, de Algemene subsidieverordening Gelderland 1998 en de Subsidieregeling meerjarenprogramma s Gelderland 2012 van toepassing. 3. Deze overeenkomst is een uitvoeringsovereenkomst als bedoeld in artikel 4:36 van de Algemene wet bestuursrecht behorende bij de in lid 1 bedoelde subsidieverstrekking. 4. Deze overeenkomst beoogt geen wijziging in te houden van de afspraken in het kader van het Regionaal Samenwerkingsprogramma 2008-2011 ten behoeve waarvan Gedeputeerde Staten subsidie hebben verleend. 5. Regio Rivierenland verplicht zich tot volledige en tijdige uitvoering van de activiteiten ten behoeve waarvan Gedeputeerde Staten subsidie verstrekken. 6. Partijen zorgen er voor dat de uitvoering van de activiteiten niet strijdig is met regelgeving en beleid op gemeentelijk, provinciaal en rijksniveau, en evenmin met Europese regelgeving (waaronder staatssteun). Zij bevorderen dat bij beleidswijzigingen zoveel mogelijk rekening wordt gehouden met deze overeenkomst en de in het programma beschreven doelstellingen en ambitieniveau. 7. Op alle communicatie-uitingen (zoals website, drukwerk, bouwborden) wordt het logo van de provincie Gelderland vermeld. Daarbij wordt aangegeven dat de activiteit mede tot stand is gekomen dankzij financiering van de provincie Gelderland. 8. Deze overeenkomst is in rechte afdwingbaar, met uitzondering van de preambuleafspraken en de procesafspraken. Artikel 2. Financiën 1. De uitvoering van de programma s geschiedt met financiële middelen van Regio Rivierenland, de provincie en derden conform de verdeling zoals opgenomen in de programmafiches die als bijlagen bij deze overeenkomst zijn gevoegd. 2. Indien zich wijzigingen voordoen in de financiering van een programma vindt hierover overleg tussen partijen plaats plaats. Over de verhouding tussen de inzet van provinciale middelen en andere middelen wordt per programma verantwoording afgelegd. 3. Bij subsidieverlening wordt voorschot verleend tot 95% van het totale subsidiebedrag. Het voorschot wordt als volgt opgebouwd: - 10% van het totale subsidiebedrag per 1 mei 2012-20% van het totale subsidiebedrag per 1 januari 2013-30% van het totale subsidiebedrag per 1 januari 2014-35% van het totale subsidiebedrag per 1 januari 2015 4. Het voorschot zal telkens binnen vier weken na de genoemde data worden uitbetaald. 5. Gedeputeerde Staten kunnen indien nodig de voorschotverlening wijzigen. Artikel 3. Voortgang 2

1. In verband met de subsidieverstrekking zullen voorwaarden gelden ten aanzien van de jaarlijkse voortgangsrapportage. Die rapportage betreft de inhoudelijke en financiële voortgang van de uitvoering van het programma, waarbij gebruik zal worden gemaakt van een door Gedeputeerde Staten vast te stellen model. 2. De voortgangsrapportage over 2013 dient te worden voorzien van een controleverklaring. 3. Tevens zullen voorwaarden gelden met betrekking tot de vaststelling van de subsidie, waartoe het verzoek vóór 1 juni 2016 aan Gedeputeerde Staten zal worden gezonden. Daarbij zal een controleverklaring worden gevraagd die voldoet aan de voorwaarden van het controleprotocol dat Gedeputeerde Staten uiterlijk 1 september 2012 vaststellen. Voorafgaand aan dit besluit vindt afstemming met de partner plaats. Artikel 4. Aanpassing en versnelling 1. Naar aanleiding van een voortgangsrapportage kan een bestuurlijk gesprek worden gevoerd tussen partijen. 2. Naar aanleiding van dit bestuurlijke gesprek beslissen partijen over eventuele versnelling in de uitvoering van het programma en de daaraan verbonden kosten. 3. Op verzoek van de Regio Rivierenland kunnen Gedeputeerde Staten de subsidieverlening wijzigen. 4. Indien de voortgangsrapportages daartoe aanleiding geven, kunnen Gedeputeerde Staten na overleg met de Regio Rivierenland de subsidieverlening wijzigen of geheel of gedeeltelijk intrekken. De provincie zal daarbij op redelijke wijze rekening houden met eventuele verplichtingen die zijn aangegaan. 5. Indien de voortgangsrapportage over 2013 daartoe aanleiding geeft, zullen Gedeputeerde Staten een herijking van het programma aan Provinciale Staten voorstellen. Artikel 5. Handelingsvrijheid binnen het programma en budget 1. Regio Rivierenland is met het oog op het bereiken van de programmadoelen zoals geformuleerd in de fiches bevoegd om na schriftelijke toestemming van Gedeputeerde Staten de subsidie te besteden aan het realiseren van andere resultaten dan die, welke zijn genoemd in het programmafiche. 2. Regio Rivierenland is bevoegd om na schriftelijke toestemming van Gedeputeerde Staten de subsidie te besteden aan resultaten van een ander programmafiche. Artikel 6. Regio als betaal- en beheerautoriteit 1. De Regio Rivierenland zal voor de periode 2012-2017, of zoveel langer als ter uitvoering van de subsidieverlening noodzakelijk is, fungeren als betaal- en beheerautoriteit. 2. Over de inzet van de bij de subsidieverlening toegekende middelen en over de uitvoering van het programma kan de betaal- en beheerautoriteit afspraken maken met de deelnemende gemeenten. 3. De in het vorige lid bedoelde afspraken laten de rechten en verplichtingen van de betaalen beheerautoriteit op grond van de subsidiebeschikking tegenover de provincie onverlet. In elk geval blijft de betaal- en beheer autoriteit verantwoordelijk voor het toezicht op de uitvoering van de programma s en de voortgang daarvan. 4. De provincie biedt de regio financiële ondersteuning voor een bedrag van 50.000,- per jaar. Artikel 7. Procesafspraken 1. De Regio Rivierenland spant zich in om bij de uitvoering van het programma werk te maken van energiebesparing en de opwekking van hernieuwbare energie. 2. Op basis van de voortgangsrapportages evalueren partijen de samenwerking in het kader van deze overeenkomst. Artikel 8. Preambuleafspraken 1. De Regio Rivierenland heeft in de fiches haar punten voor de preambule aangegeven (cursief gemarkeerd). De partijen maken hierover de volgende afspraken. 3

2. In de programma's of deelprogramma's die een relatie hebben met de decentralisatie van de jeugdzorg zijn gezien het specifieke karakter betreffende onderdelen buiten het contract gehouden. De ondersteuning en inzet van de provincie en de inzet van de regio worden de komende periode op regionaal niveau besproken. In dat kader worden nader afspraken gemaakt over de uitvoering vanaf 2012. Huidige verzoeken van regio voor financiële ondersteuning zoals het deelprogramma jeugd ( 250.000) worden daarbij betrokken en afgewogen. 3. Voor het programma zelfredzaam is afgesproken dat naast directe financiële bijdrage van de Regio Rivierenland een provinciale bijdrage wordt geleverd via de inzet van de ondersteuningsinstellingen voor een bedrag van 200.000. In de fiche zelfredzaam is de wijze van inzet aangegeven. 4. Voor de Nieuwe Hollandse Waterlinie zal op basis van het programmaplan Doelgericht uitvoeren 2011-2020 de uitvoering ter hand worden genomen en zullen nadere afspraken worden gemaakt tussen regio, provincie, gemeenten en andere betrokken organisaties. 5. Op basis van de regionale woonvisie en de afspraken verwoord in de brief van de Regio Rivierenland d.d. van 22 december 2011 (kenmerk 11.0001525) over de regionale woningbouwprogrammering zullen nadere inhoudelijke afspraken worden gemaakt over prioritering en verdere invulling rond woningbouw en herstructurering. 6. Partijen zullen in overleg treden over de aanvullende mogelijkheden van synergie en extra middelen uit het provinciale programma Energietransitie voor de ontwikkeling van duurzame energie. 7. Voor het onderdeel Recreatie en toerisme zullen aanvullende mogelijkheden worden bezien in het kader van het nieuwe provinciale Aanvalsplan Vrijetijdseconomie. 8. Voor de onderdelen Werklocaties en Kleinschalige economische vitaliteit zijn Gedeputeerde Staten en de Regio Rivierenland voornemens om nadere uitvoeringsafspraken te maken in het kader van de provinciale programma s Bedrijventerreinen en Logistiek als Gelderse motor. 9. De Regio Rivierenland zal een aanvraag indienen voor een bijdrage van 300.000 voor het onderdeel arbeidsmarkt in de logistiek in het kader van het nieuwe provinciale programma Logistiek als Gelderse motor dat in het voorjaar van 2012 zal worden vastgesteld. 10. Voor de thema s aantrekkelijkheid stations en stedelijke bereikbaarheid spannen partijen zich in om nadere inhoudelijke afspraken te maken in het kader van het provinciale regionale mobiliteitsbeleid. Artikel 9. Geschillen 1. Er is sprake van een geschil als een partij daarvan schriftelijk en gemotiveerd melding maakt aan de andere partij. Partijen zullen na een zodanige melding terstond met elkaar in overleg treden over een minnelijke oplossing voor het geschil, onverminderd de bevoegdheid van een partij om ter verzekering van zijn rechten rechtsmiddelen in te stellen. 2. Indien één der partijen daarom verzoekt, benoemen partijen in onderling overleg een mediator om het geschil te beslechten. Dit verzoek kan niet eerder worden gedaan dan nadat zes weken zijn verstreken sinds de in het vorige lid bedoelde melding is verzonden. Partijen dragen ieder voor de helft bij in de kosten van de mediator. 3. Dit artikel is van overeenkomstige toepassing indien zich een onvoorziene omstandigheid voordoet waardoor volgens een der partijen een ongewijzigde instandhouding van deze overeenkomst niet kan worden verlangd. 4. Indien het niet mogelijk is gebleken een geschil door middel van mediation op te lossen, staat het partijen vrij het geschil voor te leggen aan de bevoegde rechter te Arnhem. Artikel 10. Slotbepalingen 1. Deze overeenkomst treedt in werking nadat deze door partijen is ondertekend. 2. Deze overeenkomst eindigt van rechtswege als alle daaruit voortvloeiende verplichtingen volledig zijn nagekomen. 3. De programmafiches maken deel uit van deze overeenkomst. 4

Partijen: Het openbaar lichaam Regio Achterhoek en het Algemeen Bestuur van het openbaar lichaam Regio Achterhoek, te dezen rechtsgeldig vertegenwoordigd door de heer drs. H.J. Kaiser, voorzitter Verder ook te noemen: Regio Achterhoek De provincie Gelderland en Gedeputeerde Staten van Gelderland, te dezen rechtsgeldig vertegenwoordigd door de heer J.J. van Dijk, gedeputeerde Verder ook te noemen: provincie of Gedeputeerde Staten Gezamenlijk ook te noemen: partijen Aldus overeengekomen en ondertekend, te Arnhem op 25 april 2012 De provincie Regio Achterhoek Overwegingen: Op 25 april 2012 hebben Provinciale Staten het Programma Stad en Regio 2012-2015/2017 vastgesteld. Over dat programma en de bijdragen die partijen daaraan leveren en over deze overeenkomst, is constructief en intensief tussen partijen overlegd. Partijen willen door middel van het Programma Stad en Regio 2012-2015/2017 actief invulling geven aan de versterking van hun partnerschap. Partijen willen met hun partnerschap ruimte bieden voor maatwerk en concrete resultaten boeken. Waar nodig willen partijen elkaar bestuurlijk en ambtelijk, zowel inhoudelijk als procesmatig, ondersteunen ter bespoediging van de uitvoering van het programma, waarbij zij de bedoeling hebben kennis, inzichten en ervaringen uit te wisselen. Partijen vinden het gewenst in dit stadium een overeenkomst te sluiten die de intenties en afspraken vastlegt, waarbij die overeenkomst tevens kan dienen als een uitvoeringsovereenkomst in de zin van artikel 4:36 van de Algemene wet bestuursrecht. Over programma s of delen daarvan ten aanzien waarvan thans geen beslissing kan worden genomen over subsidieverlening, willen partijen afspreken op welke wijze daarmee in de toekomst wordt omgegaan. Die afspraken, die preambuleafspraken en procesafspraken zijn genoemd, wensen partijen vast te leggen waarbij van de zijde van de provincie en Regio Achterhoek sprake is van een inspanningsverplichting waarvan de nakoming mede afhankelijk is van een nadere concretisering van de beschikbaarheid van sectorale middelen. Partijen zien deze afspraken primair als bestuurlijke intenties die niet in rechte afdwingbaar moeten zijn. Komen overeen: 5

Artikel 1. Algemeen 1. Deze overeenkomst wordt gesloten onder ontbindende voorwaarde van subsidieverstrekking door Gedeputeerde Staten voor de uitvoering van het programma. 2. Op de subsidieverstrekking zijn de voorwaarden en voorschriften van de Algemene wet bestuursrecht, de Algemene subsidieverordening Gelderland 1998 en de Subsidieregeling meerjarenprogramma s Gelderland 2012 van toepassing. 3. Deze overeenkomst is een uitvoeringsovereenkomst als bedoeld in artikel 4:36 van de Algemene wet bestuursrecht behorende bij de in lid 1 bedoelde subsidieverstrekking. 4. Deze overeenkomst beoogt geen wijziging in te houden van de afspraken in het kader van het Regionaal Samenwerkingsprogramma 2008-2011 ten behoeve waarvan Gedeputeerde Staten subsidie hebben verleend. 5. De Regio Achterhoek verplicht zich tot volledige en tijdige uitvoering van de activiteiten ten behoeve waarvan Gedeputeerde Staten subsidie verstrekken. 6. Partijen zorgen er voor dat de uitvoering van de activiteiten niet strijdig is met regelgeving en beleid op gemeentelijk, provinciaal en rijksniveau, en evenmin met Europese regelgeving (waaronder staatssteun). Zij bevorderen dat bij beleidswijzigingen zoveel mogelijk rekening wordt gehouden met deze overeenkomst en de in het programma beschreven doelstellingen en ambitieniveau. 7. Op alle communicatie-uitingen (zoals website, drukwerk, bouwborden) wordt het logo van de provincie Gelderland vermeld. Daarbij wordt aangegeven dat de activiteit mede tot stand is gekomen dankzij financiering van de provincie Gelderland. 8. Deze overeenkomst is in rechte afdwingbaar, met uitzondering van de preambuleafspraken en de procesafspraken. Artikel 2. Financiën 1. De uitvoering van de programma s geschiedt met financiële middelen van de Regio Achterhoek, de provincie en derden conform de verdeling zoals opgenomen in de programmafiches die als bijlagen bij deze overeenkomst zijn gevoegd. 2. Indien zich wijzigingen voordoen in de financiering van een programma vindt hierover overleg tussen partijen plaats. Over de verhouding tussen de inzet van provinciale middelen en andere middelen wordt per programma verantwoording afgelegd. 3. Bij subsidieverlening wordt voorschot verleend tot 95% van het totale subsidiebedrag. Het voorschot wordt als volgt opgebouwd: - 10% van het totale subsidiebedrag per 1 mei 2012-20% van het totale subsidiebedrag per 1 januari 2013-30% van het totale subsidiebedrag per 1 januari 2014-35% van het totale subsidiebedrag per 1 januari 2015 4. Het voorschot zal telkens binnen vier weken na de genoemde data worden uitbetaald. 5. Gedeputeerde Staten kunnen indien nodig de voorschotverlening wijzigen. Artikel 3. Voortgang 1. In verband met de subsidieverstrekking zullen voorwaarden gelden ten aanzien van de jaarlijkse voortgangsrapportage. Die rapportage betreft de inhoudelijke en financiële voortgang van de uitvoering van het programma, waarbij gebruik zal worden gemaakt van een door Gedeputeerde Staten vast te stellen model. 2. De voortgangsrapportage over 2013 dient te worden voorzien van een controleverklaring. 3. Tevens zullen voorwaarden gelden met betrekking tot de vaststelling van de subsidie, waartoe het verzoek vóór 1 juni 2016 aan Gedeputeerde Staten zal worden gezonden. Daarbij zal een controleverklaring worden gevraagd die voldoet aan de voorwaarden van het controleprotocol dat Gedeputeerde Staten uiterlijk 1 september 2012 vaststellen. Voorafgaand aan dit besluit vindt afstemming met de partner plaats. Artikel 4. Aanpassing en versnelling 1. Naar aanleiding van een voortgangsrapportage kan een bestuurlijk gesprek worden gevoerd tussen partijen. 6

2. Naar aanleiding van dit bestuurlijke gesprek beslissen partijen over eventuele versnelling in de uitvoering van het programma en de daaraan verbonden kosten. 3. Op verzoek van de Regio Achterhoek kunnen Gedeputeerde Staten de subsidieverlening wijzigen. 4. Indien de voortgangsrapportages daartoe aanleiding geven, kunnen Gedeputeerde Staten na overleg met de Regio Achterhoek de subsidieverlening wijzigen of geheel of gedeeltelijk intrekken. De provincie zal daarbij op redelijke wijze rekening houden met eventuele verplichtingen die zijn aangegaan. 5. Indien de voortgangsrapportage over 2013 daartoe aanleiding geeft, zullen Gedeputeerde Staten een herijking van het programma aan Provinciale Staten voorstellen. Artikel 5. Handelingsvrijheid binnen het programma en budget 1. De Regio Achterhoek is met het oog op het bereiken van de programmadoelen zoals geformuleerd in de fiches bevoegd om na schriftelijke toestemming van Gedeputeerde Staten de subsidie te besteden aan het realiseren van andere resultaten dan die, welke zijn genoemd in het programmafiche. 2. De Regio Achterhoek is bevoegd om na schriftelijke toestemming van Gedeputeerde Staten de subsidie te besteden aan resultaten van een ander programmafiche. Artikel 6. Regio als betaal- en beheerautoriteit 1. De Regio Achterhoek zal voor de periode 2012-2017, of zoveel langer als ter uitvoering van de subsidieverlening noodzakelijk is, fungeren als betaal- en beheerautoriteit. 2. Over de inzet van de bij de subsidieverlening toegekende middelen en over de uitvoering van het programma kan de betaal- en beheerautoriteit afspraken maken met de deelnemende gemeenten. 3. De in het vorige lid bedoelde afspraken laten de rechten en verplichtingen van de betaal- en beheerautoriteit op grond van de subsidiebeschikking tegenover de provincie onverlet. In elk geval blijft de betaal- en beheer autoriteit verantwoordelijk voor het toezicht op de uitvoering van de programma s en de voortgang daarvan. 4. De provincie biedt de regio financiële ondersteuning voor een bedrag van 50.000,- per jaar. Artikel 7. Preambuleafspraken 1. Het Field Lab Zorg (onderdeel van programma Innovatie en Duurzame economie) past in het Prioritair Programma Topsectoren en Innovatie. Hiervoor staat 250.000,- gereserveerd onder de voorwaarde dat in overleg het programma verder wordt uitgewerkt in het Field Lab Traject. 2. Het programmaonderdeel Fact-findingvoorzieningen van het programma Vitale Leefomgeving gaat in de tijd vooraf aan andere projecten waarin sprake is van voorzieningen in de regio. De Regio Achterhoek en provincie onderzoeken of 40.000 van de gevraagde 435.000 via inzet van provinciale ondersteuningsinstellingen gevonden kan worden. 3. De provincie ziet dat de demografische ontwikkelingen in de Regio Achterhoek grote effecten hebben, nu en in de toekomst. Het regiocontract is een goede aanzet deze ontwikkelingen tegemoet te treden. De provincie beseft dat dit slechts een eerst aanzet is en wil met de Regio Achterhoek en andere partners in de Achterhoek aan de slag om de effecten van de demografische ontwikkeling om te buigen in positieve ontwikkelingen. 4. Na oprichting van de AGEM zal kapitaal benodigd zijn voor het kunnen financieren van kansrijke projecten, die niet in aanmerking komen voor reguliere financieringsconstructies. De verwachting is dat zowel gemeenten via kapitaal of garantstelling als de provincie via het revolving fund het bedrijfskapitaal bijeenbrengen. Voorlopig wordt uitgegaan van een revolving fund van 30.000.000. Artikel 8. Procesafspraken 1. Op basis van de voortgangsrapportages evalueren partijen de samenwerking in het kader van deze overeenkomst. 2. De Regio Achterhoek spant zich in om bij de uitvoering van het programma werk te maken van energiebesparing en de opwekking van hernieuwbare energie. 7

3. Het provinciale programma Sport denkt mee met de ontwikkeling van Realiseren vernieuwende sportarrangementen, deelprogramma Vitale Leefomgeving. 4. In het programma Breedband is sprake van nauwe samenwerking tussen regio en provincie. Er is nog geen sprake van een uitvoeringsplan. De provinciale pilots (waarvan deze in de Achterhoek er één is) gebruikt de provincie in deze fase om de provinciale rol en mogelijke inzet helder te krijgen als het gaat om het stimuleren van breedband. In het najaar van 2012 zullen Gedeputeerde Staten hierover met een voorstel komen aan Provinciale Staten. Artikel 9. Geschillen 1. Er is sprake van een geschil als een partij daarvan schriftelijk en gemotiveerd melding maakt aan de andere partij. Partijen zullen na een zodanige melding terstond met elkaar in overleg treden over een minnelijke oplossing voor het geschil, onverminderd de bevoegdheid van een partij om ter verzekering van zijn rechten rechtsmiddelen in te stellen. 2. Indien één der partijen daarom verzoekt, benoemen partijen in onderling overleg een mediator om het geschil te beslechten. Dit verzoek kan niet eerder worden gedaan dan nadat zes weken zijn verstreken sinds de in het vorige lid bedoelde melding is verzonden. Partijen dragen ieder voor de helft bij in de kosten van de mediator. 3. Dit artikel is van overeenkomstige toepassing indien zich een onvoorziene omstandigheid voordoet waardoor volgens een der partijen een ongewijzigde instandhouding van deze overeenkomst niet kan worden verlangd. 4. Indien het niet mogelijk is gebleken een geschil door middel van mediation op te lossen, staat het partijen vrij het geschil voor te leggen aan de bevoegde rechter te Arnhem. Artikel 10. Slotbepalingen 1. Deze overeenkomst treedt in werking nadat deze door partijen is ondertekend. 2. Deze overeenkomst eindigt van rechtswege als alle daaruit voortvloeiende verplichtingen volledig zijn nagekomen. 3. De programmafiches maken deel uit van deze overeenkomst. 8

Partijen: Het openbaar lichaam Stadsregio Arnhem Nijmegen en het College van Bestuur van het openbaar lichaam Stadsregio Arnhem Nijmegen, te dezen rechtsgeldig vertegenwoordigd door de heer drs. J.J. Modder, voorzitter van het College van Bestuur Verder ook te noemen: Stadsregio De provincie Gelderland en Gedeputeerde Staten van Gelderland, te dezen rechtsgeldig vertegenwoordigd door de heer J.J. van Dijk, gedeputeerde PM, Verder ook te noemen: Gedeputeerde Staten of provincie Gezamenlijk ook te noemen: partijen Aldus overeengekomen en ondertekend, te Arnhem op 25 april 2012 De provincie Stadsregio Arnhem Nijmegen Overwegingen: Op 25 april 2012 hebben Provinciale Staten het Programma Stad en Regio 2012-2015/2017 vastgesteld. Over dat programma en de bijdragen die partijen daaraan leveren en over deze overeenkomst, is constructief en intensief tussen partijen overlegd. In het kader daarvan heeft de Stadsregioraad op 1 maart 2012 het definitief Regioprogramma vastgesteld met daarin een voorstel voor een achttal programma s in het kader van het Programma Stad en Regio 2012-2015/2017. Partijen willen door middel van het Programma Stad en Regio 2012-2015/2017 actief invulling geven aan de versterking van hun partnerschap. Partijen willen met hun partnerschap ruimte bieden voor maatwerk en concrete resultaten boeken. Waar nodig willen partijen elkaar bestuurlijk en ambtelijk, zowel inhoudelijk als procesmatig, ondersteunen ter bespoediging van de uitvoering van het programma, waarbij zij de bedoeling hebben kennis, inzichten en ervaringen uit te wisselen. Partijen vinden het gewenst in dit stadium een overeenkomst te sluiten die de intenties en afspraken vastlegt, waarbij die overeenkomst tevens kan dienen als een uitvoeringsovereenkomst in de zin van artikel 4:36 van de Algemene wet bestuursrecht. Over programma s of delen daarvan ten aanzien waarvan thans geen beslissing kan worden genomen over subsidieverlening, willen partijen afspreken op welke wijze daarmee in de toekomst wordt omgegaan. Die afspraken, die preambuleafspraken en procesafspraken zijn genoemd, wensen partijen vast te leggen waarbij van de zijde van de provincie en de Stadsregio sprake is van een inspanningsverplichting waarvan de nakoming mede afhankelijk is van een nadere concretisering van de beschikbaarheid van sectorale middelen. Partijen zien deze afspraken primair als bestuurlijke intenties die niet in rechte afdwingbaar moeten zijn. 9

Komen overeen: Artikel 1. Algemeen 1. Deze overeenkomst wordt gesloten onder ontbindende voorwaarde van subsidieverstrekking door Gedeputeerde Staten voor de uitvoering van het programma. 2. Op de subsidieverstrekking zijn de voorwaarden en voorschriften van de Algemene wet bestuursrecht, de Algemene subsidieverordening Gelderland 1998 en de Subsidieregeling meerjarenprogramma s Gelderland 2012 van toepassing. 3. Deze overeenkomst is een uitvoeringsovereenkomst als bedoeld in artikel 4:36 van de Algemene wet bestuursrecht behorende bij de in lid 1 bedoelde subsidieverstrekking. 4. Deze overeenkomst beoogt geen wijziging in te houden van de afspraken in het kader van het Regionaal Samenwerkingsprogramma 2008-2011 ten behoeve waarvan Gedeputeerde Staten subsidie hebben verleend. 5. De Stadsregio verplicht zich tot volledige en tijdige uitvoering van de activiteiten ten behoeve waarvan Gedeputeerde Staten subsidie verstrekken. 6. Partijen zorgen er voor dat de uitvoering van de activiteiten niet strijdig is met regelgeving en beleid op gemeentelijk, provinciaal en rijksniveau, en evenmin met Europese regelgeving (waaronder staatssteun). Zij bevorderen dat bij beleidswijzigingen zoveel mogelijk rekening wordt gehouden met deze overeenkomst en de in het programma beschreven doelstellingen en ambitieniveau. 7. Op alle communicatie-uitingen (zoals website, drukwerk, bouwborden) wordt het logo van de provincie Gelderland vermeld. Daarbij wordt aangegeven dat de activiteit mede tot stand is gekomen dankzij financiering van de provincie Gelderland. 8. Deze overeenkomst is in rechte afdwingbaar, met uitzondering van de preambuleafspraken en de procesafspraken. Artikel 2. Financiën 1. De uitvoering van de programma s geschiedt met financiële middelen van de Stadsregio, de provincie en derden conform de verdeling zoals opgenomen in de programmafiches die als bijlagen bij deze overeenkomst zijn gevoegd. 2. Indien zich wijzigingen voordoen in de financiering van een programma vindt hierover overleg tussen partijen plaats. Over de verhouding tussen de inzet van provinciale middelen en andere middelen wordt per programma verantwoording afgelegd. 3. Bij subsidieverlening wordt voorschot verleend tot 95% van het totale subsidiebedrag. Het voorschot wordt als volgt opgebouwd: - 10% van het totale subsidiebedrag per 1 mei 2012-20% van het totale subsidiebedrag per 1 januari 2013-30% van het totale subsidiebedrag per 1 januari 2014-35% van het totale subsidiebedrag per 1 januari 2015 4. Het voorschot zal telkens binnen vier weken na de genoemde data worden uitbetaald. 5. Gedeputeerde Staten kunnen indien nodig de voorschotverlening wijzigen. Artikel 3. Voortgang 1. In verband met de subsidieverstrekking zullen voorwaarden gelden ten aanzien van de jaarlijkse voortgangsrapportage. Die rapportage betreft de inhoudelijke en financiële voortgang van de uitvoering van het programma, waarbij gebruik zal worden gemaakt van een door Gedeputeerde Staten vast te stellen model. 2. De voortgangsrapportage over 2013 dient te worden voorzien van een controleverklaring. 3. Tevens zullen voorwaarden gelden met betrekking tot de vaststelling van de subsidie, waartoe het verzoek vóór 1 juni 2016 aan Gedeputeerde Staten zal worden gezonden. Daarbij zal een controleverklaring worden gevraagd die voldoet aan de voorwaarden van het controleprotocol dat Gedeputeerde Staten uiterlijk 1 september 2012 vaststellen. Voorafgaand aan dit besluit vindt afstemming met de partner plaats. Artikel 4. Aanpassing en versnelling 10

1. Naar aanleiding van een voortgangsrapportage kan een bestuurlijk gesprek worden gevoerd tussen partijen. 2. Naar aanleiding van dit bestuurlijke gesprek beslissen partijen over eventuele versnelling in de uitvoering van het programma en de daaraan verbonden kosten. 3. Op verzoek van de Stadsregio kunnen Gedeputeerde Staten de subsidieverlening wijzigen. 4. Indien de voortgangsrapportages daartoe aanleiding geven, kunnen Gedeputeerde Staten na overleg met de Stadsregio de subsidieverlening wijzigen of geheel of gedeeltelijk intrekken. De provincie zal daarbij op redelijke wijze rekening houden met eventuele verplichtingen die zijn aangegaan. 5. Indien de voortgangsrapportage over 2013 daartoe aanleiding geeft, zullen Gedeputeerde Staten een herijking van het programma aan Provinciale Staten voorstellen. Artikel 5. Handelingsvrijheid binnen het programma en budget 1. De Stadsregio is met het oog op het bereiken van de programmadoelen zoals geformuleerd in de fiches bevoegd om na schriftelijke toestemming van Gedeputeerde Staten de subsidie te besteden aan het realiseren van andere resultaten dan die, welke zijn genoemd in het programmafiche. 2. De Stadsregio is bevoegd om na schriftelijke toestemming van Gedeputeerde Staten de subsidie te besteden aan resultaten van een ander programmafiche. Artikel 6. Regio als betaal- en beheerautoriteit 1. De Stadsregio zal voor de periode 2012-2017, of zoveel langer als ter uitvoering van de subsidieverlening noodzakelijk is, fungeren als betaal- en beheerautoriteit. 2. Over de inzet van de bij de subsidieverlening toegekende middelen en over de uitvoering van het programma kan de betaal- en beheerautoriteit afspraken maken met de deelnemende gemeenten. 3. De in het vorige lid bedoelde afspraken laten de rechten en verplichtingen van de betaalen beheerautoriteit op grond van de subsidiebeschikking tegenover de provincie onverlet. In elk geval blijft de betaal- en beheer autoriteit verantwoordelijk voor het toezicht op de uitvoering van de programma s en de voortgang daarvan. 4. De provincie biedt de regio financiële ondersteuning voor een bedrag van 50.000,- per jaar. 5. Mocht tijdens de looptijd van het contract de Stadsregio niet meer als beheer- en betaalautoriteit kunnen fungeren, dan wordt vooraf in overleg tussen de provincie Gelderland en de Stadsregio Arnhem Nijmegen een nieuwe beheer- en betaalautoriteit aangewezen voor het restant van de contractperiode. Hierover worden nieuwe contractafspraken gemaakt. Artikel 7. Procesafspraken 1. Op basis van de voortgangsrapportages evalueren partijen de samenwerking in het kader van deze overeenkomst. 2. De Stadsregio spant zich in om bij de uitvoering van het programma werk te maken van energiebesparing en de opwekking van hernieuwbare energie. 3. Partijen overleggen over voortzetting van de uitvoering van het programma ingeval van wijziging in de juridische positie van de regio als gevolg van wijzigingen in nationale wetgeving. Het overleg heeft als doel de uitvoering van het programma zoveel mogelijk zeker te stellen. 4. Partijen betrekken elkaar bij de verdere uitwerking en uitvoering van de programma s uit dit contract, met als doel elkaar procesmatig en inhoudelijk te ondersteunen en kennis, inzichten en ervaringen uit te wisselen. 5. De afdeling Cultuur/Cultuurhistorie van de provincie wordt actief betrokken bij de uitvoering met het oog op de kwaliteitsborging van de cultuurhistorische onderdelen (met name renovaties) van het programma. 6. Binnen het programma Beleveniseconomie worden wandelnetwerken gerealiseerd. De provincie Gelderland hecht aan een uniforme uitvoering van wandelnetwerken, met 11

daarbinnen ruimte voor regionale uitstraling. De provincie neemt het initiatief om partijen die zijn betrokken bij de realisatie van wandelnetwerken bij elkaar te brengen om afspraken te maken over een kader voor uniforme uitvoering van wandelnetwerken. De partners binnen dit programma wordt gevraagd om hier in de uitvoering actief aan mee te werken. 7. Het provinciale programma Energietransitie wordt inhoudelijk betrokken bij de verdere uitwerking en uitvoering van de programma s Groene Economie en Duurzaam Wonen. 8. Partijen treden tijdens de looptijd van het contract, beginnend in 2012, met elkaar in overleg over regionale initiatieven op het gebied van cultuur en cultuurhistorie. Op dit moment is er echter geen perspectief op aanvullende sectorale middelen vanuit het programma Cultuur / Cultuurhistorie. 9. Partijen treden tijdens de looptijd van het contract, beginnend in 2012, met elkaar in overleg over regionale initiatieven op het gebied van energietransitie. 10. Partijen treden tijdens de looptijd van het contract, beginnend in 2012, met elkaar in overleg over herstructurerings- en transformatieprojecten. De provincie Gelderland werkt aan een impulsplan Wonen, waarin onder meer de herstructurering als thema wordt benoemd. Voor de zomer van 2012 zal duidelijk zijn of de provincie voor het impulsplan Wonen extra middelen beschikbaar zal stellen. 11. Recreatieve fietsverbindingen die onderdeel uitmaken van het Programma Beleveniseconomie dienen afgestemd te worden op het Gelders recreatieve fietsnetwerk en dienen opgenomen te worden in het fietsknooppuntensysteem. Artikel 8. Preambuleafspraken 1. Een bijdrage van 80.000 voor het onderdeel Uitbouw Logistiek Expertise Centrum de Liemers is opgenomen in het Strategisch Uitvoeringsprogramma Logistiek en Goederenvervoer 2012-2017 waarover in het voorjaar van 2012 door Provinciale Staten wordt besloten. 2. Uiterlijk in juni 2013 wordt Provinciale Staten gevraagd een besluit te nemen over de reservering van 2.423.000 voor het programma Beleveniseconomie onder de voorwaarde dat de Stadsregio eind 2012 aantoont dat de initiatieven die gepland zijn binnen het programma Beleveniseconomie financieel en juridisch haalbaar zijn en er daarmee sprake is van een structuurversterkende investering. 3. De bijdrage van 109.000 aan het programma Sport is bestemd is voor het project Voetbalveld CP Talentteam van de gemeente Groesbeek. Artikel 9. Geschillen 1. Er is sprake van een geschil als een partij daarvan schriftelijk en gemotiveerd melding maakt aan de andere partij. Partijen zullen na een zodanige melding terstond met elkaar in overleg treden over een minnelijke oplossing voor het geschil, onverminderd de bevoegdheid van een partij om ter verzekering van zijn rechten rechtsmiddelen in te stellen. 2. Indien één der partijen daarom verzoekt, benoemen partijen in onderling overleg een mediator om het geschil te beslechten. Dit verzoek kan niet eerder worden gedaan dan nadat zes weken zijn verstreken sinds de in het vorige lid bedoelde melding is verzonden. Partijen dragen ieder voor de helft bij in de kosten van de mediator. 3. Dit artikel is van overeenkomstige toepassing indien zich een onvoorziene omstandigheid voordoet waardoor volgens een der partijen een ongewijzigde instandhouding van deze overeenkomst niet kan worden verlangd. 4. Indien het niet mogelijk is gebleken een geschil door middel van mediation op te lossen, staat het partijen vrij het geschil voor te leggen aan de bevoegde rechter te Arnhem. Artikel 10. Slotbepalingen 1. Deze overeenkomst treedt in werking nadat deze door partijen is ondertekend. 2. Deze overeenkomst eindigt van rechtswege als alle daaruit voortvloeiende verplichtingen volledig zijn nagekomen. 3. De programmafiches maken deel uit van deze overeenkomst. 12

Partijen: Het openbaar lichaam Regio FoodValley en het Algemeen Bestuur van het openbaar lichaam FoodValley, te dezen rechtsgeldig vertegenwoordigd door de heer C. van der Knaap, voorzitter Verder ook te noemen: Regio FoodValley De provincie Gelderland en Gedeputeerde Staten van Gelderland, te dezen rechtsgeldig vertegenwoordigd door de heer J.J. van Dijk, gedeputeerde Verder ook te noemen: Gedeputeerde Staten Gezamenlijk ook te noemen: partijen Aldus overeengekomen en ondertekend, te Arnhem op 25 april 2012 De provincie Regio FoodValley Overwegingen: Op 25 april 2012 hebben Provinciale Staten het Programma Stad en Regio 2012-2015/2017 vastgesteld. Over dat programma en de bijdragen die partijen daaraan leveren en over deze overeenkomst, is constructief en intensief tussen partijen overlegd. Partijen willen door middel van het Programma Stad en Regio 2012-2015/2017 actief invulling geven aan de versterking van hun partnerschap. Partijen willen met hun partnerschap ruimte bieden voor maatwerk en concrete resultaten boeken. Waar nodig willen partijen elkaar bestuurlijk en ambtelijk, zowel inhoudelijk als procesmatig, ondersteunen ter bespoediging van de uitvoering van het programma, waarbij zij de bedoeling hebben kennis, inzichten en ervaringen uit te wisselen. Partijen vinden het gewenst in dit stadium een overeenkomst te sluiten die de intenties en afspraken vastlegt, waarbij die overeenkomst tevens kan dienen als een uitvoeringsovereenkomst in de zin van artikel 4:36 van de Algemene wet bestuursrecht. Over programma s of delen daarvan ten aanzien waarvan thans geen beslissing kan worden genomen over subsidieverlening, willen partijen afspreken op welke wijze daarmee in de toekomst wordt omgegaan. Die afspraken, die preambuleafspraken en procesafspraken zijn genoemd, wensen partijen vast te leggen waarbij van de zijde van de provincie en de Regio FoodValley sprake is van een inspanningsverplichting waarvan de nakoming mede afhankelijk is van een nadere concretisering van de beschikbaarheid van sectorale middelen. Partijen zien deze afspraken primair als bestuurlijke intenties die niet in rechte afdwingbaar moeten zijn. Komen overeen: 13

Artikel 1. Algemeen 1. Deze overeenkomst wordt gesloten onder ontbindende voorwaarde van subsidieverstrekking door Gedeputeerde Staten voor de uitvoering van het programma. 2. Op de subsidieverstrekking zijn de voorwaarden en voorschriften van de Algemene wet bestuursrecht, de Algemene subsidieverordening Gelderland 1998 en de Subsidieregeling meerjarenprogramma s Gelderland 2012 van toepassing. 3. Deze overeenkomst is een uitvoeringsovereenkomst als bedoeld in artikel 4:36 van de Algemene wet bestuursrecht behorende bij de in lid 1 bedoelde subsidieverstrekking. 4. Deze overeenkomst beoogt geen wijziging in te houden van de afspraken in het kader van het Regionaal Samenwerkingsprogramma 2008-2011 ten behoeve waarvan Gedeputeerde Staten subsidie hebben verleend. 5. De Regio FoodValley verplicht zich tot volledige en tijdige uitvoering van de activiteiten ten behoeve waarvan Gedeputeerde Staten subsidie verstrekken. 6. Partijen zorgen er voor dat de uitvoering van de activiteiten niet strijdig is met regelgeving en beleid op gemeentelijk, provinciaal en rijksniveau, en evenmin met Europese regelgeving (waaronder staatssteun). Zij bevorderen dat bij beleidswijzigingen zoveel mogelijk rekening wordt gehouden met deze overeenkomst en de in het programma beschreven doelstellingen en ambitieniveau. 7. Op alle communicatie-uitingen (zoals website, drukwerk, bouwborden) wordt het logo van de provincie Gelderland vermeld. Daarbij wordt aangegeven dat de activiteit mede tot stand is gekomen dankzij financiering van de provincie Gelderland. 8. Deze overeenkomst is in rechte afdwingbaar, met uitzondering van de preambuleafspraken en de procesafspraken. Artikel 2. Financiën 1. De uitvoering van de programma s geschiedt met financiële middelen van de Regio FoodValley, de provincie en derden conform de verdeling zoals opgenomen in de programmafiches die als bijlagen bij deze overeenkomst zijn gevoegd. 2. Indien zich wijzigingen voordoen in de financiering van een programma vindt hierover overleg tussen partijen plaats. Over de verhouding tussen de inzet van provinciale middelen en andere middelen wordt per programma verantwoording afgelegd. 3. Bij subsidieverlening wordt voorschot verleend tot 95% van het totale subsidiebedrag. Het voorschot wordt als volgt opgebouwd: - 10% van het totale subsidiebedrag per 1 mei 2012-20% van het totale subsidiebedrag per 1 januari 2013-30% van het totale subsidiebedrag per 1 januari 2014-35% van het totale subsidiebedrag per 1 januari 2015 4. Het voorschot zal telkens binnen vier weken na de genoemde data worden uitbetaald. 5. Gedeputeerde Staten kunnen indien nodig de voorschotverlening wijzigen. Artikel 3. Voortgang 1. In verband met de subsidieverstrekking zullen voorwaarden gelden ten aanzien van de jaarlijkse voortgangsrapportage. Die rapportage betreft de inhoudelijke en financiële voortgang van de uitvoering van het programma, waarbij gebruik zal worden gemaakt van een door Gedeputeerde Staten vast te stellen model. 2. De voortgangsrapportage over 2013 dient te worden voorzien van een controleverklaring. 3. Tevens zullen voorwaarden gelden met betrekking tot de vaststelling van de subsidie, waartoe het verzoek vóór 1 juni 2016 aan Gedeputeerde Staten zal worden gezonden. Daarbij zal een controleverklaring worden gevraagd die voldoet aan de voorwaarden van het controleprotocol dat Gedeputeerde Staten uiterlijk 1 september 2012 vaststellen. Voorafgaand aan dit besluit vindt afstemming met de partner plaats. Artikel 4. Aanpassing en versnelling 1. Naar aanleiding van een voortgangsrapportage kan een bestuurlijk gesprek worden gevoerd tussen partijen. 14

2. Naar aanleiding van dit bestuurlijke gesprek beslissen partijen over eventuele versnelling in de uitvoering van het programma en de daaraan verbonden kosten. 3. Op verzoek van de Regio FoodValley kunnen Gedeputeerde Staten de subsidieverlening wijzigen. 4. Indien de voortgangsrapportages daartoe aanleiding geven, kunnen Gedeputeerde Staten na overleg met de Regio FoodValley de subsidieverlening wijzigen of geheel of gedeeltelijk intrekken. De provincie zal daarbij op redelijke wijze rekening houden met eventuele verplichtingen die zijn aangegaan. 5. Indien de voortgangsrapportage over 2013 daartoe aanleiding geeft, zullen Gedeputeerde Staten een herijking van het programma aan Provinciale Staten voorstellen. Artikel 5. Handelingsvrijheid binnen het programma en budget 1. De Regio FoodValley is met het oog op het bereiken van de programmadoelen zoals geformuleerd in de fiches bevoegd om na schriftelijke toestemming van Gedeputeerde Staten de subsidie te besteden aan het realiseren van andere resultaten dan die, welke zijn genoemd in het programmafiche. 2. De Regio FoodValley is bevoegd om na schriftelijke toestemming van Gedeputeerde Staten de subsidie te besteden aan resultaten van een ander programmafiche. Artikel 6. Regio als betaal- en beheerautoriteit 1. De Regio FoodValley zal voor de periode 2012-2017, of zoveel langer als ter uitvoering van de subsidieverlening noodzakelijk is, fungeren als betaal- en beheerautoriteit. 2. Over de inzet van de bij de subsidieverlening toegekende middelen en over de uitvoering van het programma kan de betaal- en beheerautoriteit afspraken maken met de deelnemende gemeenten. 3. De in het vorige lid bedoelde afspraken laten de rechten en verplichtingen van de betaal- en beheerautoriteit op grond van de subsidiebeschikking tegenover de provincie onverlet. In elk geval blijft de betaal- en beheer autoriteit verantwoordelijk voor het toezicht op de uitvoering van de programma s en de voortgang daarvan. 4. De provincie biedt de regio financiële ondersteuning voor een bedrag van 50.000,- per jaar. Artikel 7. Preambuleafspraken 1. Voor het programma Arbeidsmarkt en Onderwijs heeft Regio FoodValley, buiten het Programma Stad en Regio 2.218.800 aangevraagd. In het deelprogramma Arbeidsmarkt en Onderwijs zitten onderdelen die Gedeputeerde Staten passend vinden binnen het Prioritair Programma Topsectoren en Innovatie. Gedeputeerde Staten gaan in 2012 met de Regio FoodValley in verder overleg om te bepalen welke onderdelen dat zijn en welke bijdrage vanuit Topsectoren daarbij past opdat Regio FoodValley een aanvullende subsidieaanvraag kan doen bij het Prioritair Programma Topsectoren. Het genoemde bedrag van 2.218.800 nemen Gedeputeerde Staten voor kennisgeving aan. 2. Het deelprogramma Zichtbaar FoodValley, (onderdeel van het thema Zakelijk toerisme) waarvoor de regio 2.098.750 heeft aangevraagd, waarvan 800.000 voor het festival Food4You, wordt in het kader van Stad en Regio niet gehonoreerd. Gedeputeerde Staten zijn echter wel positief over het Food4Youfestival vanwege de kennisvalorisatie. Gedeputeerde Staten willen daaraan bijdragen vanuit het Prioritair Programma Topsectoren en Innovatie, op voorwaarde dat de subsidieaanvraag scherper en helderder formuleert wat het festival beoogt en de continuïteit van het festival kan garanderen. Alvorens een subsidieaanvraag wordt ingediend bij het Prioritair Programma Topsectoren, gaan partijen (w.o. de Stichting Food4You) in 2012 eerst nog met elkaar in gesprek over dit festival. Het genoemde bedrag van 800.000 lijkt Gedeputeerde Staten aan de hoge kant. Artikel 8. Procesafspraken 1. Op basis van de voortgangsrapportages evalueren partijen de samenwerking in het kader van deze overeenkomst. 2. De Regio FoodValley spant zich in om bij de uitvoering van het programma werk te maken van energiebesparing en de opwekking van hernieuwbare energie. 15

3. Binnen het Programma Gezonde (jeugdige) mens is het deelprogramma Jeugd heeft toekomst, waarvoor de regio 1.670.000 heeft aangevraagd, niet gehonoreerd. De aanvraag zal echter worden meegenomen en worden afgewogen in het totaal van de aanvragen voor de Jeugdzorg. 4. Onderdeel van het Programma Gezonde (jeugdige) mens is het deelprogramma Transitie AWBZ naar WMO, waarvoor de Regio FoodValley 110.000 heeft aangevraagd. Gedeputeerde Staten zijn positief over het voorstel voor de transitie AWBZ naar WMO, maar zij verwachten in een aanvullende subsidieaanvraag een betere onderbouwing van de kosten en de resultaten. Gedeputeerde Staten adviseren dit traject via inzet van ondersteuningsinstellingen te realiseren. Hiervoor is mogelijk een bedrag van 110.000 gereserveerd. 5. Waar het gaat om routenetwerken als onderdeel van de deelprogramma s Kwaliteitsimpuls routenetwerken en Toegankelijkheid landelijk gebied respectievelijk Zichtbaar FoodValley, wordt gewacht op de uitkomsten van het provinciaal onderzoek naar missende schakels. Als daaruit blijkt dat er nog behoefte is aan nieuwe routes in de Regio FoodValley, kunnen nadere uitvoeringsafspraken worden gemaakt. 6. Het deelprogramma Duurzame Regionale Voedselvoorziening, wordt in het kader van Stad en Regio niet gehonoreerd. Er is voor dit deelprogramma ook geen budget gereserveerd. Partijen willen samen bekijken in hoeverre bij één van de prioritaire programma s (bijvoorbeeld het Prioritair Programma Topsectoren en Innovatie) mogelijkheden liggen om tot nadere afspraken te komen. 7. Regio FoodValley heeft een aanvraag ingediend voor de uitvoering van delen van het programma Grebbelinie. Partners zullen met elkaar en met belanghebbenden (SVGV en Stichting Grebbelinie en provincie Utrecht) hierover in gesprek gaan. 8. Als onderdeel van het thema Zakelijk toerisme zal ook nader overleg plaatsvinden over de onderdelen promotie (w.o. Veluwepromotie) en onderzoek voorzieningen kennisregio. 9. Ter versterking van de samenwerking zullen partijen overleggen over de mogelijke start van een Pilot-Cultuurhistorie. Artikel 9. Geschillen 1. Er is sprake van een geschil als een partij daarvan schriftelijk en gemotiveerd melding maakt aan de andere partij. Partijen zullen na een zodanige melding terstond met elkaar in overleg treden over een minnelijke oplossing voor het geschil, onverminderd de bevoegdheid van een partij om ter verzekering van zijn rechten rechtsmiddelen in te stellen. 2. Indien één der partijen daarom verzoekt, benoemen partijen in onderling overleg een mediator om het geschil te beslechten. Dit verzoek kan niet eerder worden gedaan dan nadat zes weken zijn verstreken sinds de in het vorige lid bedoelde melding is verzonden. Partijen dragen ieder voor de helft bij in de kosten van de mediator. 3. Dit artikel is van overeenkomstige toepassing indien zich een onvoorziene omstandigheid voordoet waardoor volgens een der partijen een ongewijzigde instandhouding van deze overeenkomst niet kan worden verlangd. 4. Indien het niet mogelijk is gebleken een geschil door middel van mediation op te lossen, staat het partijen vrij het geschil voor te leggen aan de bevoegde rechter te Arnhem. Artikel 10. Slotbepalingen 1. Deze overeenkomst treedt in werking nadat deze door partijen is ondertekend. 2. Deze overeenkomst eindigt van rechtswege als alle daaruit voortvloeiende verplichtingen volledig zijn nagekomen. 3. De programmafiches maken deel uit van deze overeenkomst. 16

Partijen: Het openbaar lichaam Regio Stedendriehoek, te dezen rechtsgeldig vertegenwoordigd door de heer N.E. Joosten, vicie-voorzitter Verder ook te noemen: Regio Stedendriehoek De provincie Gelderland en Gedeputeerde Staten van Gelderland, te dezen rechtsgeldig vertegenwoordigd door de heer J.J. van Dijk, gedeputeerd Verder ook te noemen: Gedeputeerde Staten of provincie Gezamenlijk ook te noemen: partijen Aldus overeengekomen en ondertekend, te Arnhem op 25 april 2012 De provincie Regio Stedendriehoek Overwegingen: Op 25 april 2012 hebben Provinciale Staten het Programma Stad en Regio 2012-2015/2017 vastgesteld. Over dat programma en de bijdragen die partijen daaraan leveren en over deze overeenkomst, is constructief en intensief tussen partijen overlegd. Partijen willen door middel van het Programma Stad en Regio 2012-2015/2017 actief invulling geven aan de versterking van hun partnerschap. Partijen willen met hun partnerschap ruimte bieden voor maatwerk en concrete resultaten boeken. Waar nodig willen partijen elkaar bestuurlijk en ambtelijk, zowel inhoudelijk als procesmatig, ondersteunen ter bespoediging van de uitvoering van het programma, waarbij zij de bedoeling hebben kennis, inzichten en ervaringen uit te wisselen. Partijen vinden het gewenst in dit stadium een overeenkomst te sluiten die de intenties en afspraken vastlegt, waarbij die overeenkomst tevens kan dienen als een uitvoeringsovereenkomst in de zin van artikel 4:36 van de Algemene wet bestuursrecht. Over programma s of delen daarvan ten aanzien waarvan thans geen beslissing kan worden genomen over subsidieverlening, willen partijen afspreken op welke wijze daarmee in de toekomst wordt omgegaan. Die afspraken, die preambuleafspraken en procesafspraken zijn genoemd, wensen partijen vast te leggen waarbij van de zijde van de provincie sprake is van een inspanningsverplichting waarvan de nakoming mede afhankelijk is van een nadere concretisering van de beschikbaarheid van sectorale middelen. Partijen zien deze afspraken primair als bestuurlijke intenties die niet in rechte afdwingbaar moeten zijn. Komen overeen: Artikel 1. Algemeen 17

1. Deze overeenkomst wordt gesloten onder ontbindende voorwaarde van subsidieverstrekking door Gedeputeerde Staten voor de uitvoering van het programma. 2. Op de subsidieverstrekking zijn de voorwaarden en voorschriften van de Algemene wet bestuursrecht, de Algemene subsidieverordening Gelderland 1998 en de Subsidieregeling meerjarenprogramma s Gelderland 2012 van toepassing. 3. Deze overeenkomst is een uitvoeringsovereenkomst als bedoeld in artikel 4:36 van de Algemene wet bestuursrecht behorende bij de in lid 1 bedoelde subsidieverstrekking. 4. Deze overeenkomst beoogt geen wijziging in te houden van de afspraken in het kader van het Regionaal Samenwerkingsprogramma 2008-2011 ten behoeve waarvan Gedeputeerde Staten subsidie hebben verleend. 5. De Regio Stedendriehoek verplicht zich tot volledige en tijdige uitvoering van de activiteiten ten behoeve waarvan Gedeputeerde Staten subsidie verstrekken. 6. Partijen zorgen er voor dat de uitvoering van de activiteiten niet strijdig is met regelgeving en beleid op gemeentelijk, provinciaal en rijksniveau, en evenmin met Europese regelgeving (waaronder staatssteun). Zij bevorderen dat bij beleidswijzigingen zoveel mogelijk rekening wordt gehouden met deze overeenkomst en de in het programma beschreven doelstellingen en ambitieniveau. 7. Op alle communicatie-uitingen (zoals website, drukwerk, bouwborden) wordt het logo van de provincie Gelderland vermeld. Daarbij wordt aangegeven dat de activiteit mede tot stand is gekomen dankzij financiering van de provincie Gelderland. 8. Deze overeenkomst is in rechte afdwingbaar, met uitzondering van de preambuleafspraken en de procesafspraken. Artikel 2. Financiën 1. De uitvoering van de programma s geschiedt met financiële middelen van de Regio Stedendriehoek, de provincie en derden conform de verdeling zoals opgenomen in de programmafiches die als bijlagen bij deze overeenkomst zijn gevoegd. 2. Indien zich wijzigingen voordoen in de financiering van een programma vindt hierover overleg tussen partijen plaats. Over de verhouding tussen de inzet van provinciale middelen en andere middelen wordt per programma verantwoording afgelegd. 3. Bij subsidieverlening wordt voorschot verleend tot 95% van het totale subsidiebedrag. Het voorschot wordt als volgt opgebouwd: - 10% van het totale subsidiebedrag per 1 mei 2012-20% van het totale subsidiebedrag per 1 januari 2013-30% van het totale subsidiebedrag per 1 januari 2014-35% van het totale subsidiebedrag per 1 januari 2015 4. Het voorschot zal telkens binnen vier weken na de genoemde data worden uitbetaald. 5. Gedeputeerde Staten kunnen indien nodig de voorschotverlening wijzigen. Artikel 3. Voortgang 1. In verband met de subsidieverstrekking zullen voorwaarden gelden ten aanzien van de jaarlijkse voortgangsrapportage. Die rapportage betreft de inhoudelijke en financiële voortgang van de uitvoering van het programma, waarbij gebruik zal worden gemaakt van een door Gedeputeerde Staten vast te stellen model. 2. De voortgangsrapportage over 2013 dient te worden voorzien van een controleverklaring. 3. Tevens zullen voorwaarden gelden met betrekking tot de vaststelling van de subsidie, waartoe het verzoek vóór 1 juni 2016 aan Gedeputeerde Staten zal worden gezonden. Daarbij zal een controleverklaring worden gevraagd die voldoet aan de voorwaarden van het controleprotocol dat Gedeputeerde Staten uiterlijk 1 september 2012 vaststellen. Voorafgaand aan dit besluit vindt afstemming met de partner plaats. Artikel 4. Aanpassing en versnelling 1. Naar aanleiding van een voortgangsrapportage kan een bestuurlijk gesprek worden gevoerd tussen partijen. 2. Naar aanleiding van dit bestuurlijke gesprek beslissen partijen over eventuele versnelling in de uitvoering van het programma en de daaraan verbonden kosten. 18

3. Op verzoek van de Regio Stedendriehoek kunnen Gedeputeerde Staten de subsidieverlening wijzigen. 4. Indien de voortgangsrapportages daartoe aanleiding geven, kunnen Gedeputeerde Staten na overleg met de Regio Stedendriehoek de subsidieverlening wijzigen of geheel of gedeeltelijk intrekken. De provincie zal daarbij op redelijke wijze rekening houden met eventuele verplichtingen die zijn aangegaan. 5. Indien de voortgangsrapportage over 2013 daartoe aanleiding geeft, zullen Gedeputeerde Staten een herijking van het programma aan Provinciale Staten voorstellen. Artikel 5. Handelingsvrijheid binnen het programma en budget 1. De Regio Stedendriehoek is met het oog op het bereiken van de programmadoelen zoals geformuleerd in de fiches bevoegd om na schriftelijke toestemming van Gedeputeerde Staten de subsidie te besteden aan het realiseren van andere resultaten dan die, welke zijn genoemd in het programmafiche. 2. De Regio Stedendriehoek is bevoegd om na schriftelijke toestemming van Gedeputeerde Staten de subsidie te besteden aan resultaten van een ander programmafiche. Artikel 6. Regio als betaal- en beheerautoriteit 1. De Regio Stedendriehoek zal voor de periode 2012-2017, of zoveel langer als ter uitvoering van de subsidieverlening noodzakelijk is, fungeren als betaal- en beheerautoriteit. 2. Over de inzet van de bij de subsidieverlening toegekende middelen en over de uitvoering van het programma kan de betaal- en beheerautoriteit afspraken maken met de deelnemende gemeenten. 3. De in het vorige lid bedoelde afspraken laten de rechten en verplichtingen van de betaal- en beheerautoriteit op grond van de subsidiebeschikking tegenover de provincie onverlet. In elk geval blijft de betaal- en beheer autoriteit verantwoordelijk voor het toezicht op de uitvoering van de programma s en de voortgang daarvan. 4. De provincie biedt de regio financiële ondersteuning voor een bedrag van 50.000 per jaar. Artikel 7. Preambuleafspraken In de programma's of deelprogramma's die een relatie hebben met de decentralisatie van de jeugdzorg zijn gezien het specifieke karakter betreffende onderdelen buiten het contract gehouden. De ondersteuning en inzet van de provincie en de inzet van de regio worden de komende periode op regionaal niveau besproken. In dat kader worden nader afspraken gemaakt over de uitvoering vanaf 2012. Huidige verzoeken van regio voor financiële ondersteuning zoals het onderdeel Ketensamenwerking in de zorg voor jeugd en gezin ( 100.000) worden daarbij betrokken en afgewogen. Artikel 8. Procesafspraken 1. Op basis van de voortgangsrapportages evalueren partijen de samenwerking in het kader van deze overeenkomst. 2. De Regio Stedendriehoek spant zich in om bij de uitvoering van het programma werk te maken van energiebesparing en de opwekking van hernieuwbare energie. 3. Ten aanzien van het onderdeel Stedendriehoek maakt het van het programma Duurzame Economie, worden begin 2012 concrete afspraken gemaakt over de wijze waarop inzet kan worden geleverd door Oost NV en wellicht Stichting KiEMT in de Stedendriehoek voor ondersteuning van de regiospecifieke clusters in Gelderland. Naar verwachting zullen eind 2012 de ontwikkelplannen van de Regio Stedendriehoek voor de clusters zover duidelijk zijn dat verdere afspraken gemaakt kunnen worden over de financiële ondersteuning van deze clusterbenadering. 4. Het onderdeel Stedendriehoek werkt van het programma Duurzame Economie is nog in ontwikkeling. Eind 2012 is naar verwachting meer duidelijk over de bereikte resultaten en de programmaontwikkeling. Partijen gaan dan verder in gesprek met elkaar over vervolgstappen. 5. Voor het programma NOG-Veiligerhuis wordt voor een gedeelte subsidie verleend omdat er tussen de regio s Stedendriehoek, Noord Veluwe en Achterhoek tezamen geen 19