Schouderoperatie (neerplastiek)
In overleg met uw behandelend arts heeft u besloten tot een operatie aan uw schoudergewricht. In deze folder krijgt u informatie over het schoudergewricht, de aanleiding voor de operatie, de operatie zelf en de nabehandeling. Mocht u na het lezen nog vragen hebben, stel deze dan gerust aan uw behandelend arts of verpleegkundige. Inleiding De beweging in het schoudergewricht is afhankelijk van een groep van vier spieren (rotatoren). Deze spieren liggen als een soort manchet om de kom van het schouderblad en de kop van de bovenarm. De spieren monden uit in pezen, waarvan de uiteinden aan de bovenarm vastzitten. Om de bovenarm soepel te laten bewegen functioneren slijmbeurzen rondom de pezen als stootkussen. Normaal glijden zo de pezen gladjes tussen het schouderdak en bovenarm. Wanneer rotatorspieren aanspannen kan de schouder verschillende kanten op bewogen worden. Beschadiging Onder het schouderdak is er maar weinig ruimte voor de pezen die de schouderkop bedekken. Sommige mensen zijn zo gebouwd dat de ruimte nog eens extra smal is. Bij het ouder worden wordt de pees wat dikker en daardoor kan het dus zijn dat de pees te weinig ruimte heeft om te kunnen passeren. Als u vaak bewegingen boven het hoofd maakt kan dat proces eerder optreden. De pijn die hierdoor ontstaat komt vooral voor bij voorwaartse tilbewegingen, zoals het ophangen van een jas en het gooien van een bal. Ook het aantrekken van een jas, werken boven het hoofd en het op de schouder liggen worden gevoeliger. Zie fig.1 en 2. figuur 1 figuur 2 1
Voorbereiding operatie Anesthesie Omdat de ingreep onder anesthesie (verdoving/narcose) gebeurt, brengt u vooraf een bezoek aan het preoperatieve spreekuur van de anesthesioloog. Tijdens dit gesprek wordt uw algehele gezondheidstoestand beoordeeld. Indien nodig worden aanvullende onderzoeken afgesproken. Ook krijgt u uitleg over de mogelijke vormen van anesthesie en de gang van zaken rondom de operatie. Informatie over de anesthesie, het nuchter zijn, de Verkoeverafdeling en de pijnbehandeling vindt u ook in de folder Behandeling of onderzoek onder anesthesie. Scheren Het is van groot belang dat u vijf dagen voor de geplande ingreep het gedeelte van het lichaam waar u wordt geopereerd niet scheert met een scheermes. Dit vermindert het risico op een infectie. Als de chirurg scheren noodzakelijk acht, gebeurt dit op de operatiekamer. Vette crème Wilt u op de dag van de operatie geen gebruik maken van vette crèmes? Vette crème zorgt ervoor dat het te opereren gebied niet goed gedesinfecteerd kan worden. Sieraden, piercings etc. Nagellak, make-up, contactlenzen, bril, gebitsprotheses en sieraden (ook piercings) mag u niet dragen tijdens de operatie. Indien u acryl- of gelnagels heeft, dient u deze vóór de operatie van alle vingers te laten verwijderen. Medicijnen De anesthesioloog bepreekt met u welke medicijnen u mag blijven gebruiken en welke u moet stoppen. Indien u bloedverdunners gebruikt, overlegt uw behandelend arts met u of u deze kunt door gebruiken of moet stoppen. Heeft u hierover vragen, stel ze dan aan uw behandelend arts. Veiligheid Rondom uw operatie zijn diverse veiligheidsmomenten ingebouwd. Vlak voordat de operatie van start gaat wordt bijvoorbeeld door het gehele operatieteam een zogenaamde Time out genomen. Tijdens dit controlemoment wordt uw naam, geboortedatum en het te opereren lichaamsdeel en de operatiebenodigdheden gecontroleerd. 2
Tijdens de operatie Aan de zijkant van de schouder wordt een snee van vijf tot zeven centimeter gemaakt. Tijdens de operatie wordt gekeken of de kalkvorming weggehaald kan worden. In elk geval wordt er een stukje bot aan de onderkant van het schouderblad verwijderd zodat de ruimte voor de pezen vergroot wordt. Wanneer blijkt dat de pezen gescheurd zijn dan wordt geprobeerd dit te herstellen. Hierdoor duurt de operatie langer maar is ook de nabehandeling langduriger. De ingreep duurt tussen een half uur en een uur. Nabehandeling Na de operatie wordt er een soort draagband (collar n cuff) aangemeten waarin uw arm kan rusten. De schouder kan in het begin gezwollen en pijnlijk zijn maar daar kunt u medicijnen voor krijgen. De dag na de operatie gaat u onder begeleiding van de fysiotherapeut uw schouder oefenen. Praktische adviezen De eerste 24 uur na de operatie is het verstandig de collar n cuff continue te dragen. Probeer uw schouder hierbij zo ontspannen mogelijk te laten rusten. Zodra u merkt dat de pijn afneemt mag de collar n cuff wat vaker af. Douchen is toegestaan zodra de wondjes dicht zijn; dit is meestal na drie tot vier dagen. Meestal worden oplosbare hechtingen gebruikt voor het sluiten van de wond. Anders mogen de hechtingen twee weken na de ingreep door de huisarts verwijderd worden. Slaap eventueel de eerste zes weken met een kussen onder uw arm. Na zes weken mag u weer op de geopereerde schouder gaan liggen. Wanneer u de draagband niet meer nodig heeft en u voldoende controle over uw arm heeft kunt u weer gaan autorijden en fietsen. Laat uw fysiotherapeut dit mede beoordelen. Hervatten van werk en eventuele sportbeoefening kunt u het best doen in overleg met orthopeed en of fysiotherapeut. 3
In overleg met de fysiotherapeut en de arts wordt vastgesteld wanneer u naar huis kunt. Zij zorgen dat een fysiotherapeut bij u in de buurt van de verdere nabehandeling op de hoogte wordt gesteld. Wanneer u thuis plotseling meer pijn krijgt die in rust niet verdwijnt of er ontstaat plotseling een zwelling in het operatiegebied dan kunt u contact opnemen met de verpleegafdeling. De verpleegkundige of arts vertelt u dan wat u aan de klachten kunt doen. De eerste 48 uur mag contact opgenomen worden met de verpleegafdeling, liefst tijdens kantooruren op telefoonnummer: 024-361 44 90. Na 48 uur kunt u bellen naar de polikliniek Orthopedie, telefoonnummer 024-361 44 71 keuzemenu 2; bereikbaar tussen 08.30 en 17.00 uur 4
Oefeningen Dit schema is bedoeld als geheugensteuntje in de thuissituatie. Het is niet de bedoeling dat u zelf met nieuwe oefeningen begint. Doe alleen die oefeningen die door de fysiotherapeut worden aangegeven. In het algemeen geldt: oefen 3x per dag. Uitzonderingen worden door de fysiotherapeut uitgelegd. U mag best iets vermoeid raken door het oefenen en u ook enige rek in de schouder voelen. Forceer echter niets en blijf binnen de pijngrens. 1 Houdt uw arm in de draagband. Ondersteun de arm met uw gezonde arm en maak cirkelvormige bewegingen alsof u verf aan het mengen bent. Doe deze oefeningen ongeveer 10x linksom en 10x rechtsom. 4 Haal uw arm uit de draagband. Ga licht voorover gebogen staan en laat de gestrekte arm ontspannen cirkels maken binnen de pijngrens. Doe dit ongeveer1 minuut rechtsom en 1 minuut linksom. 2 Houdt uw arm in de draagband. Maak met de onderam een draaiende beweging alsof u een sleutel omdraait. Doe deze oefening ongeveer 10x. 5 Houdt uw arm in de draagband. Hef uw arm, ondersteund met uw gezonde arm, binnen de pijngrens. Dit doet u zowel voorwaarts als zijwaarts. In beide richtingen 10x. 3 Haal uw arm uit de draagband en laat de arm voorzichtig langs het lichaam hangen. Ondersteun met uw gezonde arm de bovenarm tegen het lichaam. Strek en buig uw elleboog zover als u kunt. Doe deze oefening ongeveer 10x. 6 Maak met uw hoofd/nek voorzichtige draaibewegingen. 5
10-2016-3850 Adres Verpleegafdeling Orthopedie C2 Hoofdingang Geert Grooteplein-Zuid 10, route 737, zone C2 6525 GA Nijmegen Contact 024-361 44 90 Radboud universitair medisch centrum