Notulen van de openbare vergadering van de Raad van de gemeente Hoorn, gehouden op 10 september 2002 te uur.

Notulen van de openbare vergadering van de Raad van de gemeente Hoorn, gehouden op 10 september 2002 te 20.00 uur. Aanwezig 29 leden, te weten: de dames L.J. van Diest (GroenLinks), J.F.M. Kamphuis (Hoorns Belang), H. Kaplan (PvdA), M.A.M. van der Knaap (PvdA), I. Tillema-Schuitmaker (D66), M. van der Ven (PvdA), I.J.A. Wiebes-van den Brink (VVD), J.N. Willemsma (CDA) en de heren H.G. Bakker (GroenLinks), S. Broersma (PvdA), P.J. Bruijns (PvdA), S.W.M. Commandeur (VVD), E.J. Fillet (Hoorns Belang), P.J. van der Hall (Hoorns Belang), W. van Hilten (VVD), H. van Lunteren (VVD), A. van der Meer (OuderenUnie), S. van der Meer (CDA), J. van Ossenbruggen (VVD), E.S. Ottens (PvdA), G.J.H. Otten (VOCH), L.W.H.M. Pinxten (D66), C. Schaap (CDA), D. Simsek (GroenLinks), A. Stam (VOCH), J. van der Tuin (CDA), P.C.A. Visser GroenLinks), E.P. Wagemaker (PvdA) en R.J.R. Witteveen (PvdA). Afwezig 4 leden, te weten: de dames M.J.S. van Berkum-Schouten (CDA) en M.L. Braam-Creebsburg (PvdA) en de heren C.A. van der Maat (VOCH), J.J.M. Scholte (Ouderenunie). Tevens afwezig de heer P.M.G.P. Janssens (voorzitter). Voorzitter de heer S.W.M. Commandeur (plv.) Secretaris de heer J.A.M. Bakker. Tevens aanwezig de wethouders Mw. C. van Weel-Niesten, de heren Van Es, Tonnaer en Hansen. De voorzitter opent de vergadering en heet allen hartelijk welkom. Er zijn berichten van verhindering ontvangen van de dames Van Berkum en Braam en de heren Scholte, Van der Maat en Janssens. Een eventuele hoofdelijke stemming zal beginnen bij de heer Stam, nummer 18 van de presentielijst. 1. Vaststelling agenda raadsvergadering 10 september 2002. De voorzitter deelt mee dat de raad via het presidium is verzocht om punt 11. Voorstel tot verbouwing van Grote Oost 28-30 ten behoeve van de Brijder Stichting Noord-Holland vandaag niet te behandelen. De voorzitter geeft het woord aan de heer Visser. De heer Visser merkt op dat het punt wat zijn fractie betreft wel behandeld mag worden. De voorzitter geeft het woord aan de heer Wagemaker. De heer Wagemaker zegt dat zijn fractie nog eens wat dieper wil nadenken over de gang van zaken op het Grote Oost. Spreker merkt op dat zijn fractie daar ongelooflijk lang over heeft gediscussieerd mede vanwege het feit dat zij veel mensen van de Grote Oost hebben gesproken. Ook is er geconstateerd dat er erg veel geld opgaat in de verbouwing. Zijn fractie denkt dat het daardoor een wat definitiever karakter zou kunnen krijgen dan men wel zou willen. Ook zijn fractie vraagt daarom het college eens diep na te denken of er toch niet elders in de stad een alternatief is te vinden. De voorzitter geeft het woord aan de heer Van der Hall. De heer Van der Hall stemt er mee in dat het voorstel niet wordt behandeld. 1

Mevrouw Willemsma zegt dat het CDA zich hierbij aansluit. De heer Simsek merkt op dat D66 ermee akkoord gaat het voorstel niet te behandelen. De voorzitter geeft het woord aan de heer Van Ossenbruggen. De heer Van Ossenbruggen stelt dat de VVD er ook mee instemt het voorstel nu niet te behandelen. De VVD gaat er echter van uit dat het college de tijd neemt om met bewoners, de Brijder Stichting en eventueel het Overleg Leefbaarheid Binnenstad te komen tot een aanvaardbare oplossing. Zijn fractie wacht de nieuwe voorstellen af. De voorzitter constateert daarop dat de raad m.u.v. GroenLinks besluit dit voorstel vandaag niet te behandelen. De voorzitter deelt voorts mee dat zich ten aanzien van punt 31. Regionaal Historisch Centrum een spreker heeft gemeld. Hij stelt voor om dit onderwerp na agendapunt 7. aan de orde te stellen. De leden van de raad stemmen hiermee in. De voorzitter geeft het woord aan de heer Visser. De heer Visser zegt de voorzitter te willen behoeden voor een fout. Op dit moment is artikel 36A toegepast, nl. een agendapunt van de agenda halen. Maar artikel 36B zegt dat op het moment dat een punt van de agenda wordt gehaald de raad verplicht is aan te geven in welke commissie of raad de behandeling dan zal plaatsvinden. De voorzitter geeft het woord aan de heer Wagemaker. De heer Wagemaker stelt voor om dit over te geven aan het presidium als zijnde de vertegenwoordigers van de raad. De voorzitter concludeert dat het onderwerp voor de volgende reguliere vergadering geagendeerd zal worden. Mocht dat niet te realiseren zijn dan zal dat via het presidium duidelijk worden. De heer Visser zegt dat hij er een reden voor had om het punt nu te behandelen. Het was ook in het belang van de Brijder Stichting. Spreker zou niet graag willen dat het een half jaar gaat duren. De voorzitter geeft aan dat er verkeerd artikel is aangegeven. Dat zou moeten zijn artikel 8: te weten dat de raad de agenda bepaalt en op voorstel van een lid van de raad kan de voorzitter punten aan de agenda toevoegen dan wel afvoeren. Dat is van toepassing. Spreker merkt op dat hij zojuist een voorstel heeft gedaan om het punt in november a.s. te agenderen maar vraagt veiligheidshalve aan wethouder Tonnaer wat een redelijke termijn is. Wethouder Tonnaer zegt dat het college afgelopen week aan het Presidium heeft gevraagd om het voorstel van de agenda af te nemen. De raad heeft dat hedenavond gehonoreerd. Het lijkt spreker verstandig dat de raad het moment afwacht, waarop er een voorstel komt vanuit het college in verband met de verbouwing of huisvesting van de Brijder Stichting in het algemeen. De raad van november zou kunnen maar het kan ook nog te vroeg zijn. Als het eerder kan, zal het college dat niet nalaten. Maar de raad moet het college even de tijd geven om hier goed over na te denken. De voorzitter voegt tot slot toe dat het in artikel 36A gaat over het intrekken van een voorstel. Het voorstel is echter niet ingetrokken maar aangehouden tot een later moment. De heer Visser gaat er mee akkoord als het op de agenda van de raad van november wordt geplaatst. De heer Tonnaer merkt op dat het voorbarig is om te verwachten dat er in november een college voorstel ligt. 2

2. Spreekrecht burgers. De voorzitter deelt mee dat de heer Walrecht uit Hoorn het woord heeft gevraagd ten aanzien van het raadsvoorstel Regionaal Historisch Centrum. De heer Walrecht zegt dat hij alle raadsleden afgelopen week een brief heeft gestuurd waarin hij onmiddellijke stopzetting eist van de artikel 19 procedure eist omtrent de bouwplannen van een Regionaal Historisch Centrum op de Blauwe Berg. Er zijn voldoende redenen om stopzetting verstandig te achten. Na het schrijven van zijn brief zijn hem nog meer dingen duidelijk geworden die een intern onderzoek bij de gemeente Hoorn noodzakelijk maken. Niemand op het gemeentehuis schijnt op de hoogte te zijn van wetten die hoogst relevant zijn bij wijzigingen van bestemmingsplannen en artikel 19 procedures. Spreker is van de ene verbazing in de andere gevallen. Daar vele leden van de raad hier hoogst waarschijnlijk geen weet van hebben, is spreker geneigd enig begrip daarvoor te ontwikkelen. Daar er echter raadsleden in het bestuur zitten die hier beslist van de op de hoogte moeten zijn, is een intern onderzoek vereist om vertrouwensverlies in het verse gemeentebestuur te voorkomen. Het gemeentebestuur heeft zich in dit geval gepermitteerd de uitvoering van artikel 6A van de Wet op de ruimtelijke ordening naast zich neer te leggen. Daardoor zijn de belangen van spreker en die van de hele gemeenschap ernstig in gevaar gebracht. Spreker neemt dit het gemeentebestuur hoogst kwalijk en zal dit meenemen bij eventuele voortzetting of herstart van de procedure. Belangenverstrengeling zal in zijn bezwaar een niet onaanzienlijke rol spelen. Wat het voorlopige bouwplan betreft: het rammelt van de tegenstrijdigheden en andere ondeugdelijkheden die meteen zullen aantonen dat - wanneer het gemeentebestuur hiermee per se wil doorgaan volgens artikel 19 procedure - er geen daadkracht is naar de plannenmakers toe. Er is geen toestemmingswaardige urgentie aangetoond in het voorlopige bouwplan, wat vereist is voor medewerking en toestemming van een artikel 19 procedure. Het is duidelijk dat er zeker geen sprake is van kleinschaligheid. Ook dat is een vereiste voor het starten van een artikel 19 procedure. De grootschalige inbreuk die direct en indirect wordt gemaakt, is in tegenspraak met de eisen omtrent het starten van een artikel 19 procedure. Om zijn belangen en die van de hele gemeenschap in Hoorn in acht te nemen, vraagt spreker het bestuur een wijs besluit te nemen en de artikel 19 procedure niet te volgen maar definitief af te wijzen. De negatieve gevolgen van het plaatsen van een Regionaal Historisch Centrum op de Blauwe Berg volgens het voorlopige bouwplan zijn zo enorm en ingrijpend in de omgeving dat zelfs plaatsing volgens de normale planbestemming niet tot het uiteindelijke gewenste resultaat zal leiden. De plannenmakers hebben duidelijk hulp nodig. Een andere locatie is op korte termijn volgens artikel 19 in dit geval de enige gerechtvaardigde optie voor de opdrachtgevers van het Regionaal Historisch Centrum als men haast heeft met het bouwen er van. Er is immers in West-Friesland plek genoeg op uitstekend bereikbare zichtlocaties waar chaotische en ontoelaatbare toestanden zoals in Hoorn geen rol spelen en waar zo n kolossale, hypermoderne glasbak uitstekend tot zijn recht komt. Waar eveneens de bouwkosten netjes in de hand kunnen worden gehouden alsmede grote komende risico s als gevolg van deze bouwplannen. De voorzitter stelt de raad voor om deze tekst te betrekken bij de behandeling van het agendapunt dat dadelijk aan de orde komt. 3. Vragen van raadsleden. De voorzitter deelt mee dat er een vraag binnengekomen is van de heer Bakker van GroenLinks met betrekking tot de autovrije zondag op 22 september 2002. De voorzitter geeft het woord aan de heer Bakker. 3

De heer Bakker stelt dat al twee jaar geprobeerd wordt een autovrije dag te organiseren in de gemeente Hoorn. Vorig jaar is deze niet doorgegaan omdat het door personele problemen bij de afdeling te laat is opgepakt. Voor dit jaar is nadrukkelijk aangekondigd dat dit wel van start zou gaan. Dat is ook door het college onderschreven. Vragen van GroenLinks hebben het college nog even wakker gemaakt om daar de voorbereidingen voor te gaan treffen. Spreker is nu nieuwsgierig hoe de vlag erbij hangt. Vandaar dat spreker het college vraagt antwoord te geven op de volgende vragen: 1. Wat is het standpunt van het college met betrekking tot de autovrije zondag? 2. Wat is de stand van zaken met betrekking tot de invulling van de autovrije zondag. 3. Welke serieuze voorbereidingen heeft het college getroffen? De voorzitter geeft het woord aan wethouder Van Weel. Wethouder Van Weel antwoordt dat het college een positieve grondhouding heeft; niet initiërend, wel ondersteunend. Dat heeft vooral te maken met draagvlak. Daarom heeft het college ook in Hoorn op Vijf een oproep gedaan aan mensen en organisaties om te komen met voorstellen die het college zou kunnen ondersteunen. Er is gereageerd op die oproep. Jammer genoeg kwam men niet met concrete voorstellen. Er is meer in algemene zin gereageerd. Zelf heeft het college geen voorbereidingen getroffen om initiatieven te nemen. De heer Bakker begrijpt de gang van zaken. Hij begrijpt dat de gemiddelde belangstelling voor de autovrije zondag in heel Nederland niet zo optimaal is. Hij vindt het alleen jammer dat het college nu zelf toch niet wat meer initiatief heeft genomen. Misschien gelet op het CDA is het mogelijk Hoorn, fietsstad als voorbeeld te geven. Uitvoering geven aan bepaalde extra voorbeelden van de nota Verkeer en Parkeren. Spreker denkt dat er kansen genoeg liggen voor het college om dat soort zaken aan de orde te stellen. Misschien volgend jaar. Wethouder Van Weel is blij met hetgeen spreker voorstelt en nodigt de heer Bakker in ieder geval uit om daar samen wat meer vorm aan te geven. Nu blijft het wat. Misschien moet meer aangehaakt worden op het idee van de straatspeeldag. De heer Bakker zegt dat een en ander misschien te combineren is. 4. Notulen. a. 14 mei 2002 De heer Van Lunteren denkt dat er bij de reconstructie twee dingen niet helemaal goed zijn gegaan. Op pagina 18 in eerste termijn de tekst van de burgemeester onder het zevende aandachtspunt - staat een datum genoemd van 23 april. Spreker twijfelt aan de juistheid van die datum omdat ook op 23 april het eerste verhaal in het dagblad stond. Een van zijn vragen was er juist in eerste termijn op gericht om vast te stellen of er voldoende tijd was geweest tussen dat telefoontje en de dagbladpublicatie om de raad per email te informeren. Ook de eerste termijn van de heer Visser ging in op de informatieplicht die niet echt goed was ingevuld. Een tweede opmerking betreft blz. 19. hetgeen in tweede termijn wordt toegeschreven heeft spreker in derde termijn gesteld. Zijn fractie heeft toen namelijk een schorsing gevraagd en vervolgens is in derde termijn gevraagd of de sluiting van de coffeeshop onvermijdelijk was. Het antwoord van de burgemeester daarop was beduidend korter dan hier weergegeven, te weten: ja. Dat maakte de verbazing toen bleek dat de Grote Havensteeg nog steeds open was alleen maar groter. De voorzitter stelt voor nog eens aan de burgemeester te vragen of hij zich hierin wellicht heeft vergist. Voor wat betreft de tweede opmerking merkt de voorzitter op dat inderdaad na een schorsing door spreker het woord gevoerd is. Hij stelt dan ook voor om de notulen in die zin aan te passen. De voorzitter geeft het woord aan mevrouw Van der Knaap. Mevrouw Van der Knaap stelt dat de PvdA op blz. 19 bij punt 8 Jeudje expliciet heeft gevraagd of het juridisch allemaal wel in orde was, gelet op alle procedures, en daarover garantie gevraagd aan wethouder Hansen. Wethouder Hansen heeft dat bevestigd. 4

Conform besloten en aldus vastgesteld. b. 10 juni 2002 Conform besloten en aldus vastgesteld. c. 25 juni 2002 De voorzitter geeft het woord aan de heer Van Hilten. De heer Van Hilten merkt bij agendapunt 22 op blz. 59 op dat tijdens de verhoren van de enquetecommissie Bouwfraude de naam van de gemeente Hoorn regelmatig wordt genoemd. Dit verontrust de fractie van de VVD maar, naar hij aanneemt, ook de inwoners van Hoorn. Daarom de complimenten van zijn fractie aan het college dat een intern onderzoek start. Namens VVD-fractie vraagt spreker, dat wanneer het rapport van de enquetecommissie als ook het rapport van de brandweercommissie klaar zijn, te beoordelen of het college het nodig vindt al dan niet stappen te ondernemen. Zijn fractie wil daar dan graag kennis van nemen. De voorzitter zegt dat het hier gaat om de vaststelling van de notulen. Het is hier geen gebruik om naar aanleiding van notulen allerlei actualiteiten te gaan bespreken. De heer Van Hilten wil het graag aangeven ten aanzien van het onderzoek inzake de brandweerkazerne. Conform besloten en aldus vastgesteld. 5. Lijst van ingekomen stukken. 1. eerste lijst: Conform besloten. 2. tweede lijst: Conform besloten. 6. Benoeming van de griffier tot plaatsvervangend gemeentesecretaris. 7. Motie CDA/D66 d.d. 25 juni 2002 tot het instellen van een commissie van onderzoek naar de gang van zaken bij bouwprojecten binnen de gemeente. De voorzitter geeft het woord aan mevrouw Willemsma. Mevrouw Willemsma stelt dat haar fractie als ondertekenaar van de motie wil voorstellen de motie aan te houden tot het moment dat de onderzoekscommissie Brandweerkazerne haar rapport gereed heeft en de motie op dat moment opnieuw in behandeling te nemen. Spreekster stelt voor de motie aan te houden tot een volgende raadsvergadering. Spreekster heeft nagegaan of dat volgens de Gemeentewet kan, hetgeen bevestigend werd beantwoord. De voorzitter stelt dat in dit geval de Gemeentewet zelfs het Reglement van Orde overruled, omdat de Gemeentewet aangeeft dat de stemming in een volgende vergadering plaatsvindt. Dat hoeft dus niet per se deze vergadering te zijn. De voorzitter geeft het woord aan mevrouw Tillema. Mevrouw Tillema zegt dat D66 de motie wil doorschuiven tot de onderzoekscommissie klaar is. Dat zou eventueel november kunnen zijn. Spreekster wil graag peilen of er een meerderheid voor dit punt is en stelt voor eerst tot stemming over te gaan. Daarna kunnen de fracties zich alsnog beraden. 5

De voorzitter suggereert tot stemming over te gaan. Men heeft dan altijd op enig moment in de toekomst de vrijheid, als wie dan ook met een rapport komt, alsnog een motie in te dienen om daarin voorstellen te doen. Spreker vraagt bij handopsteken aan te geven wie voor en wie tegen het voorstel zijn. De voorzitter geeft het woord aan de heer Visser. De heer Visser stelt dat het een werkopdracht aan een werkgroep is. Als men nu aarzelt of er wel mee doorgegaan moet worden, wat belemmert de indieners dan om op dit moment de motie in te trekken en te zijner tijd weer een nieuwe in te dienen die dan anders wordt geformuleerd? Dan is er misschien meer draagvlak voor de motie. Volgens spreker is daar niets op tegen. De voorzitter wijst erop dat een eenmaal verworpen motie vaak in een volgende vergadering ook weinig kans maakt. Daarom meent spreker dat het voorstel van de heer Visser zo slecht nog niet is. Het CDA en D66 zullen zelf moeten aangeven of zij die motie willen intrekken. Mevrouw Tillema is van mening dat de motie gewoon aangehouden kan worden. Handhaving is volgens haar mogelijk. Mevrouw Willemsma zegt na een kort overleg dat de motie wordt ingetrokken. Partijen zullen later overleggen of zij met een nieuwe motie komen. Conform besloten. 31. Voorstel akkoord te gaan met het stedenbouwkundig programma van eisen Regionaal Historisch Centrum d.d. augustus 2002 en het nemen van een voorbereidingsbesluit ex artikel 21 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening. De voorzitter geeft het woord aan de heer Van Lunteren. De heer Van Lunteren merkt op dat zijn fractie in de commissievergadering al duidelijk haar enthousiasme over het bouwplan heeft getoond. Zij zien geen reden om hierop terug te komen. Zijn fractie stemt in met het voorstel. De voorzitter geeft het woord aan mevrouw Van der Knaap. Mevrouw Van der Knaap zegt dat er tijdens de commissievergadering al uitgebreid is gediscussieerd over het plan. Voordat spreekster inhoudelijk op het plan ingaat, merkt zij op dat uit de brief van de heer Walrecht blijkt dat dit toch een slechte zaak is. Het geeft aan hoe belangrijk het is, dat er zorgvuldig wordt gewerkt en dat het belangrijk is mensen te informeren en met mensen te communiceren. Spreekster dacht dat dit ook prioriteit had voor het college. De vraag daaraan gekoppeld is dan ook: is er feitelijk geen informatieplicht richting omwonenden? Met het ontwerp heeft de fractie geen moeite. Moeite heeft haar fractie met de locatie. Zowel de structuurschets Buitenstad als de notitie over het RHC zit vol met tegenstrijdigheden. In de structuurschets wordt gezegd dat tussen SOW en het Keern kleinschalige kantoorbebouwing is toegestaan en aan de andere kant staat ook de groene entree die wij handhaven en versterken. De conclusie van de fractie is dat kantoorbebouwing alleen kan als je het ver van de weg plaatst. De notitie over het Regionaal Historisch Centrum is wederom tegenstrijdig. Aan de ene kant wil men de groene kant handhaven en versterken en aan de andere kant wil men een zichtlocatie. Het is of het een of het ander; beide kan niet. De PvdA kiest voor groen en zij stelt dan ook voor om het Regionaal Historisch Centrum ten minste 25 meter meer naar het noorden te plaatsen; in feite tussen de locatie A en B in. Dan is iedereen tevreden: het Regionaal Historisch Centrum komt er en de groene entree blijft gehandhaafd. Spreekster zal daar een motie over indienen die gesteund wordt door GroenLinks. Over de mogelijke problemen met parkeerruimte zegt spreekster dat dat helemaal geen probleem hoeft te zijn. We kunnen dan immers de geplande parkeerruimte richting noordoosten wat meer uitbreiden. 6

Tot slot nog een opmerking over de toegangsweg die nu rechtstreeks van het SOW naar de Provinciale weg loopt. De fractie van de PvdA stelt voor die weg open te houden; in ieder geval tot de rotonde er is. Dat zal waarschijnlijk een heleboel bezwaren weghalen. Allereerst ontlast het het Keern. Vraag is ook hoe de Ambulancedienst straks moet uitrijden. Spreekster leest de motie voor: De Raad van de gemeente Hoorn, bijeen op 10 september 2002, besprekend het voorstel van het college van B&W met betrekking tot het stedenbouwkundig programma van eisen voor het Regionaal Historisch Centrum op de Blauwe Berg, gehoord hebbende de argumentatie met betrekking tot de locatie van het te realiseren RHC, overwegende dat in de structuurvisie buitenstad over het onderhavige gebied staat vermeld dat de groene entree dient te worden gehandhaafd en versterkt, overwegende dat de Raad zich achter de uitgangspunten van deze structuurvisie heeft gesteld, spreekt uit, dat de voorkeur van de Raad voor de toekomstige locatie van het RHC uitgaat naar een locatie op het huidige parkeerterrein die minimaal 25 meter noordelijker ligt dan de voorgestelde locatie B en gaat over tot de orde van de dag. De motie wordt uitgedeeld. De voorzitter geeft het woord aan de heer Bakker. De heer Bakker merkt op dat GroenLinks in de commissie ook absoluut niet tegen het ontwerp was van het Regionaal Historisch Centrum. Op zich is het een heel mooi gebouw, waarin alle functies die nodig waren ook goed gerealiseerd zijn. De fractie heeft ook opmerkingen gemaakt over de aantasting van de groene poort van Hoorn. Dat was sowieso de reden dat het weer opnieuw in de commissie is besproken. In tweede termijn is in de commissie een presentatie gehouden. Spreker verwachtte toen een antwoord om te komen tot het behoud van de groene poort. Daar is feitelijk niet op gereageerd. Vandaar dat spreker nadrukkelijk in de commissie de garantie heeft gevraagd voor behoud van het groene karakter van de omgeving. Zoals mevrouw Van der Knaap al zei, de presentatie zoals die er nu ligt is eigenlijk van tweeën niets. Als het een zichtlocatie moet zijn, dan moet het ook een echte zichtlocatie zijn. Het is ook niet echt het behoud van het groene karakter. Dat staat wel in het voorstel zo genoemd. Spreker zegt dat de motie die zijn fractie samen met de fractie van de PvdA indient, de meeste garantie biedt voor de toekomst. In de plannen staat ook dat er mogelijk uitbreidingen gaan komen. Met een plaatsing wat meer naar achteren toe, lijkt het behoud van de groene poort hiermee gegarandeerd. De voorzitter geeft het woord aan de heer Stam. De heer Stam zegt dat VOCH van mening is dat er onder ieder gebouw een parkeervoorziening in Hoorn moet komen. Dat wil zijn fractie er aan toegevoegd zien. Verder willen zij de wethouder vragen of het al bekend is hoe de financiering van het gebouw en de exploitatie geregeld is. Daar is namelijk in de commissievergadering nogal over gesteggeld. De fractie wil tevens weten hoe het met de klimaatbeheersing staat en hoe dit is geregeld. De voorzitter interrumpeert en stelt dat het hier gaat om een stedenbouwkundig programma van eisen en niet om de kwaliteiten van het gebouw qua uitrusting en ook niet over de financiering. De heer Stam zegt dat de fractie VOCH instemt met de motie van de PvdA en GroenLinks. De voorzitter geeft het woord aan mevrouw Tillema. 7

Mevrouw Tillema wil de PvdA en Groenlinks toch duidelijk maken dat in de vorige periode - met name de commissie Kunst en Cultuur - akkoord is gegaan met dit voorstel. Ook die fracties waren ontzettend enthousiast over het gehele bouwplan. Spreekster vindt het een beetje flauw dat het op deze manier zo verder gaat. Haar fractie zal de motie niet steunen; de fractie keurt het stedenbouwkundig programma van eisen goed. De enige opmerking die spreekster wil maken, is dat zij de voorkeur geeft aan ondergronds parkeren. Voorts gaat haar fractie akkoord met het voorstel. De voorzitter geeft het woord aan de heer Schaap. De heer Schaap zegt dat het CDA het een goed en mooi plan vindt. Er is door zijn fractie in de commissie ook gepleit onderzoek te doen naar parkeerplaatsen onder het gebouw. In het voorstel staat dat dat nader zal worden onderzocht. Spreker hoopt dat van harte. Het CDA is het niet eens met de opmerkingen over aantasting van het groene hart. Aan de ene kant is het groen aan de andere kant heb je kleinschalige bebouwing. Dat vindt zijn fractie niet direct een aantasting van het groen. Het is een aanwinst voor de ingang van Hoorn. De fractie van het CDA zal de motie van PvdA en GroenLinks niet steunen. Zij vindt het niet juist om het gebouw naar achteren te plaatsen omdat er dan een ongelijke rooilijn ontstaat. Wel is de fractie het eens met de opmerking van de PvdA dat de toegang, zoals die er nu is, voorlopig open moet blijven totdat de rotonde gereed is en een andere opening biedt. Wel, en ook dat is in de commissie gezegd, vraagt de fractie zich af hoe de lichtinval is van die grote glasoppervlakte. Wat voor invloed heeft dat op de weerkaatsing van een laagstaande zon. Is daar voldoende naar gekeken? De voorzitter geeft het woord aan wethouder Hansen. Wethouder Hansen wil in eerste instantie even een reactie geven op hetgeen de heer Walrecht naar voren heeft gebracht door middel van zijn brief. Hij hoopt dat de raad vanavond instemt met het nemen van een voorbereidingsbesluit zoals dat nu aan hen wordt gevraagd. Op het moment dat daarmee ingestemd wordt, wordt de inspraakprocedure gestart. Daarbij wordt ook de heer Walrecht uitgenodigd om te reageren. Zijn brief wordt overigens ook meegenomen bij de verdere besluitvorming. Voor zover spreker weet, is er ook met de heer Walrecht gesproken over de postbezorging en de problemen die dat met zich meebrengt. Spreker probeert er voor te zorgen dat de post op het juiste adres wordt bezorgd. Garanties van de post heeft hij echter op dat vlak niet. Van de zijde van de gemeenteraad zijn een aantal opmerkingen geplaatst. Spreker is verheugd over het enthousiasme van de heer Van Lunteren. Volgens spreker is er geen informatieplicht. In die zin dat de gemeente wel de plicht heeft te communiceren, bijvoorbeeld door middel van een huis-aan-huis blad. In de gemeentelijke pagina is dit soort zaken allemaal opgenomen. Daarnaast probeert de gemeente natuurlijk zelfstandig de mensen er bij te betrekken door hen te informeren. In die zin doet de gemeente meer dan de wetgever voorschrijft. Wederom komen wij nu bij de discussie groene poort of steen. Een zichtlocatie of het behouden van de boom. In de commissie heeft spreker ook al aangegeven dat de bomen die daar staan, zoveel mogelijk gespaard zullen blijven. Het pand zoals het daar gerealiseerd wordt, komt ook op de huidige locatie tot zijn volle omvang. Daarnaast is ook al aangegeven dat het stedenbouwkundig gezien niet echt handig is om het gebouw naar achteren te plaatsen. Daarmee wordt ook afgeweken van de rooilijn zoals die daar ligt en van de toekomstige mogelijke bebouwing van locaties langs de S9 en zoals ook aangegeven in de structuurvisie die door de gemeenteraad van harte werden ondersteund. Stedenbouwkundig gezien kunnen wij daarover van mening verschillen. De raad zegt verplaats het maar naar achteren want dan hebben wij de garantie dat het groen daar blijft. Dat groen blijft er nu ook. Zij het dat de opslag aan de onderzijde van de bomen wellicht weggehaald zal moeten worden. Maar dat heeft ook te maken met de volledige herinrichting van het gebied waarbij de Engelse tuin van het vm. Missiehuis toch ook weer tot volle wasdom zal moeten komen. In de commissie is ook uitputtend gesproken over de parkeerruimte. In de stedenbouwkundige uitgangspunten is geformuleerd hoe het college dat wil oplossen. De meerderheid van de commissie kon zich daarin vinden. De toegangsweg zal in eerste instantie via de Blauwe Berg naar het Keern blijven gaan. Die zal ook openblijven tot de rotonde is gerealiseerd voor de ontsluiting van de Blauwe Berg. Dat is nog altijd het voornemen dat het college heeft. 8

Daarnaast is het zo dat de ontsluiting, zoals die er nu is voor de Ambulancedienst van de Blauwe Berg naar de S9 toe, niet gebruikt zal worden voor ander verkeer dan de Ambulancedienst en voor het personeel dat werkzaam is bij het SOW. Verkeerskundig gezien is het ook niet verantwoord om die kruising voor meer verkeer open te stellen. Wethouder Hansen is het niet eens met de heer Bakker dat de groene poort wordt aangetast. De heer Bakker is van mening dat als het gebouw daar wordt neergezet het groene hart met voeten wordt getreden. Daarover verschillen zij van mening. Met betrekking tot de klimaatbeheersing en de financiering is al gesteld dat dat op dit moment niet aan de orde is. Bij het ondergronds parkeren komt wel een financieel verhaal om de hoek kijken. Het is namelijk een Regionaal Historisch Centrum. De 13 gemeenten hebben besloten om daar geld in te steken. Op het moment dat Hoorn zegt zij daar ondergronds moeten gaan parkeren, moet het plan terug naar die 13 gemeenteraden met het verzoek daar extra geld in te steken. De raad zal zich kunnen voorstellen dat dat een beetje gevoelig ligt. De heer Otten interrumpeert en zegt dat het toch tegenwoordig normaal is dat er bij het plegen van nieuwbouw van kantoren een ondergrondse parkeergarage wordt gemaakt. Dat is wat de VOCH bedoelt. Of dat extra geld gaat kosten, is maar de vraag. Wethouder Hansen vindt dat wel wat gemakkelijk gesteld. Het moet natuurlijk wel betaald worden. De 13 gemeenteraden zullen daar mee moeten instemmen. Hoorn kan wel zeggen dat zo n parkeergarage er moet komen. Maar dan zullen de gemeenten zeggen dat als Hoorn dat vindt, dat zij dat dan maar zelf moet betalen. Hoorn heeft hier ervaring mee uit het verleden zoals bijvoorbeeld bij Op/maat. Dan zie je pas dat de regionale samenwerking ver te zoeken is. Gelet op de hele situatie rond de herindeling op dit moment lijkt het spreker niet wijs om nog eens een keer bij die gemeenteraden langs te gaan. Spreker denkt dat het Regionaal Historisch Centrum dan met een groot probleem komt te zitten. Wethouder Hansen ondersteunt de uitspraak van mevrouw Tillema. Spreker herhaalt nog eens dat het college van mening blijft dat dit een goed plan is. Het biedt ook de waarborg voor het groen. Ten aanzien van de weerkaatsing van het licht, zegt spreker dat de afdeling hierover het best benaderd kan worden. Hijzelf kan daarover geen uitsluitsel geven. De voorzitter geeft het woord aan mevrouw Van der Knaap. In tweede termijn. Mevrouw Van der Knaap proeft toch uit de discussie dat de motie het niet gaat halen. Zij wil de partijen, die de motie niet ondersteunen, er toch op wijzen dat als zij er niet mee akkoord gaan, zij in feite instemmen met een zichtlocatie. Dat wordt ook uitdrukkelijk door de wethouder gezegd. Dan stem je ook eigenlijk voor het weggeven van het groen. Dat wil zij toch nog wel even benadrukken. Spreekster vraagt zich af waar het groene zit in de fractie van D66. Zij dacht dat D66 toch ook soort groene partij was. Wat betreft de besluitvorming in de commissie Kunst en Cultuur denkt spreekster dat toen toch niet over deze locatie is gesproken. Mevrouw Tillema interrumpeert en merkt op dat er destijds twee collega s van mevrouw Van der Knaap aanwezig waren bij die discussie. Mevrouw Van der Knaap kan hier de notulen nog eens op nalezen. De PvdA was destijds wel degelijk akkoord met de locatie. Mevrouw Van der Knaap vermoedt dat alleen gesproken is over de locatie op de Blauwe Berg zonder dat de B-locatie specifiek genoemd is. Spreekster is het niet eens met de opmerking van de wethouder en de heer Schaap over de rooilijn. Zij vraagt zich af over welke rooilijn het hier gaat; zij kan zich hierbij niets voorstellen. Spreekster vraagt of de 13 gemeenten per se hebben besloten tot locatie B. Spreekster denkt dat de 13 gemeenten niet zo moeilijk zouden doen als het gebouw wat naar achteren werd geplaatst. Tenslotte meent spreekster dat als deze ontwikkelingen tussen SOW en Keern zo doorgaan dat de raad niet zit te wachten op moderne kantoorgebouwen; iets dergelijks bestaat ook al aan de Lageweg. Daar staan wat oudere huizen met daar tussen in hele moderne kantoor gebouwen. De voorzitter geeft het woord aan de heer Bakker. 9

De heer Bakker stelt dat de wethouder het heeft gehad over een aanbouwtje. Spreker vindt een uitbreiding van 30% zoals in het stuk wordt genoemd nu niet zozeer een aanbouwtje. De argumentatie van GroenLinks - voor met name de motie - was op de toekomst gericht. Een kleine correctie zou wel op zijn plaats zijn volgens spreker. De voorzitter geeft het woord aan mevrouw Kamphuis. Mevrouw Kamphuis zegt dat Hoorns Belang het een aardig idee van de PvdA vindt om het allemaal wat op te schuiven mede gelet op de bulldozers die bij de bouw daar om heen rijden. Daarmee kan nogal wat schade aan bomen plaatsvinden en bestaat de kans dat er heel weinig overblijven. Als het wat opgeschoven wordt, blijven er meer bomen over. Ook zij vraagt zich af hoe het met de lichtweerkaatsing zit. Als het gebouw wat naar achteren wordt geplaatst, is er minder lichtweerkaatsing omdat er toch wat meer bomen voor komen te staan. Haar fractie is daarom van plan de motie te ondersteunen. De voorzitter heeft het woord aan de heer Otten. De heer Otten wil graag nog wat aanvullen op eventuele aanplant die later in een tweede fase gaat geschieden. Als je 6 maanden van het jaar blaadjes aan de bomen hebt en 6 maanden niet, dan zal er meer groen moeten worden aangeplant. Als de locatie, zoals nu wordt gevraagd, naar achteren geplaatst wordt, kan die aanplant ook op een veel betere manier geregeld worden en kan de poort van Hoorn ook daardoor een ander aanzicht worden gegeven. Zijn fractie steunt de motie in ieder geval. De voorzitter geeft het woord aan de heer Van Lunteren. De heer Van Lunteren zegt dat de VVD-fractie de motie niet zal ondersteunen. Om redenen die de wethouder ook al aangaf. Het verplaatsen op dat terrein maakt het naar het idee van de fractie alleen maar rommeliger. Het heeft niets te maken met behoud van groen volgens spreker want, zoals bij herhaling is gesteld: het groen dat er voor staat, blijft er staan. Er is niet voor niets voor een zichtlocatie gekozen. Een pand met een goed ontwerp kiezen omdat de bouw op een zichtlocatie ligt, vraagt erom gezien te worden. De voorzitter geeft het woord aan wethouder Hansen. Wethouder Hansen antwoordt dat de planologie e.d. zoals die in deze stad wordt bedreven een autonome bevoegdheid is van dit gemeentebestuur. Daar hoeven de andere 12 gemeenten niet over mee te praten. Als het gaat om de financiering ligt het wat anders. Daarover zijn afspraken gemaakt. In de structuurvisie Buitenstad wordt op bladzijde 39 duidelijk aangegeven hoe die ontwikkeling dan moet plaatsvinden. De raad vindt de Lageweg niet zo n goed voorbeeld. Daar kunnen de meningen over verschillen. Het is natuurlijk wel het uitgangspunt zoals het door deze raad is geformuleerd. De heer Van der Hall interrumpeert en stelt dat de raad een groene entree heeft geformuleerd en wil dat zo houden. Wethouder Hansen merkt op dat de raad ook heeft ingestemd met een Regionaal Historisch Centrum op deze locatie. De heer Van der Hall meent dat het -als er een beter idee wordt voorgelegd- beter is ten halve te keren dan ten hele te dwalen. Wethouder Hansen geeft toe dat een uitbreiding van 30% bij een aanbouw normaal is maar dat het zeker niet de bedoeling was hier op denigrerende wijze over te spreken. Spreker begrijpt de zorg van de heer Bakker heel erg goed. Op dit moment wil hij geen uitspraken doen over de aanplant; dat is veel te prematuur. Bovendien is dit meegenomen in de herinrichting. De voorzitter stelt voor over te gaan tot stemming over de door de PvdA ingediende motie door middel van hand opsteken. Voor stemmen : PvdA, GroenLinks, Hoorns Belang, VOCH, Ouderenunie in totaal 18 stemmen. Tegen 11 stemmen van D66, CDA en VVD. De motie is hiermee aanvaard. 10

De voorzitter stelt dat de motie eigenlijk geïnterpreteerd moet worden als amendement op het programma van eisen omdat er nu een voorstel ligt van het college tot vaststelling van een programma van eisen. Spreker meent dat het toch de bedoeling is dat dit een kaderstellende opdracht in de richting van het college meegeeft. Spreker vraagt of de raad zich met inachtneming van de tekst van deze motie kan verenigen met het voorstel van het college tot vaststelling van het stedenbouwkundig programma van eisen en het voorstel tot het nemen van een voorbereidingsbesluit. De voorzitter concludeert dat de raad hiermee instemt en aldus wordt besloten. 8. Voorstel tot het nemen van een voorbereidingbesluit voor de navolgende percelen: a. Westerdijk 70 tot en met 77 (betreft herhalingsbesluit); b. Nieuwstraat 13 en 15; c. Munnickenveld 3, 5 en 7 (betreft functiewijziging). De voorzitter geeft het woord aan de heer Otten. De heer Otten verwijst naar het woord binnenplansevrijstellingsbepaling onder b. en c. en vraagt wat dit precies inhoudt. De voorzitter geeft het woord aan wethouder Hansen. Wethouder Hansen legt uit dat er twee vrijstellingsmogelijkheden zijn: een binnenplanse en een buitenplanse. Buitenplans zijn de vrijstellingen zoals omschreven in de art. 17, 18 en 19a van de Wet op de Ruimtelijke Ordening. De binnenplanse vrijstellingen zijn de art. 15 bepalingen. In ieder bestemmingsplan staat omschreven hoe hoog bijvoorbeeld een woning mag zijn, bijvoorbeeld 10 meter hoog. Er staat altijd een algemene vrijstellingsbepaling in dat er altijd 10 procent van mag worden afgeweken. Dat houdt dan in 1 meter. Dat wordt binnenplans geregeld. Buitenplans wordt toegepast op grotere projecten. 9. Stedenbouwkundige uitgangspunten van het Dampten voor de nieuwbouwplannen in de Periode 2001 2003 (d.d. 23 oktober 2001). De voorzitter geeft het woord aan de heer Van Ossenbruggen. De heer Van Ossenbruggen stelt dat in het aangeboden stedenbouwkundig programma van eisen is opgevallen dat er in cluster zeven en in het gedeelte structuurvisie Buitenstad gesproken wordt over het karakteristieke pand Keern 33. De VVD-fractie verbaast zich er over dat het in de neo-renaissance stijl gebouwde en op 21 december 1909 (door prins Hendrik notabene) geopende toen rijkslandbouw- Proefstation zo slecht wordt onderhouden. Dit gebouw heeft zeker architectonische waarde en het staat dan ook terecht op de lokale monumentenlijst. De fractie doet echter een dringend beroep op het college veel en veel zorgvuldiger om te gaan met het cultureel erfgoed. Verder kan de fractie van de VVD instemmen met het raadsvoorstel. De voorzitter geeft het woord aan de heer Otten. De heer Otten verwijst naar de presentatie die vorige week werd gegeven over het pand Geerling en Winkelaar. Er is nog een kans om de infrastructurele verbindingen van het Dampten naar de binnenstad via het Pelmolenpad, Vale Hen en P&R-terrein op een goede manier te realiseren. Hou je je vast aan hetgeen voorligt dan meent spreker dat we op de foute weg zijn. De VOCH kan best akkoord gaan met de uitgangspunten mits men de mogelijkheden voor de infrastructurele aansluitingen open houdt. Voor de goede orde stelt spreker dat dit een punt is dat VOCH nog sterker en vaster wil hanteren. De voorzitter geeft het woord aan de heer Schaap. De heer Schaap deelt mee dat het CDA zich goed kan vinden in het voorstel. Alleen vraagt de fractie zich wel af in hoeverre dit stedenbouwkundig plan zich verenigt met de structuurvisie Buitenstad. 11

Daar staat namelijk op blz. 6: momenteel zijn de gebieden ten noordwesten van het historisch centrum nog redelijk open en groen. Dit beeld dient te worden versterkt en als drager te worden gebruikt voor de toekomstige ontwikkeling. Als we zien wat er dan op het Dampten gaat gebeuren, dan vraagt spreker zich af wat er overblijft van de opmerkingen die gemaakt zijn bij de structuurvisie Buitenstad om het groen en open te houden. De voorzitter geeft het woord aan wethouder Hansen. Wethouder Hansen vindt dat het voor zich spreekt om zorgvuldiger met het cultureel erfgoed om te gaan. Keern 33 is een gemeentelijk monument. Daar wordt soms nog wel eens verschillend over gedacht maar dat is nu eenmaal een genomen besluit. Het zal de raad niet verbazen dat het college toch op zoek is naar een oplossing om het gebouw weer een nieuwe invulling te geven. Dat zal het college waarschijnlijk over laten aan een marktpartij en het college wacht af of dat een eventuele potentiële koper zal opleveren. In reactie op hetgeen de heer Otten naar voren brengt over de planologische ruimte deelt de wethouder mee dat het een van de nadrukkelijke wensen van het college is om die ruimte te reserveren voor de toekomst. Die ruimte ligt er ook. Het plan van de ondertunneling naar het Pelmolenpad zal niet geblokkeerd worden door eventuele bebouwing. De ruimte langs het spoor blijft ook vrij zodat daar eventueel in de toekomst een ondertunneling plaats zou kunnen vinden. Als spreker kijkt naar de stedenbouwkundige uitgangspunten zoals die hier geformuleerd zijn, dan is hij er van overtuigd dat die groenstructuur wel gewaarborgd blijft. Wat wel groen is en wat niet, is volgens spreker een subjectieve discussie. Het zal bij de uiteindelijke invulling meegenomen moeten worden. Nu worden de stedenbouwkundige uitgangspunten vastgesteld. Daarmee gaan wij de boer op om verdere planologische ontwikkelingen mogelijk te maken. Die zal het college zelf niet intiëren maar er zullen randvoorwaarden gecreeërd worden. Dit zal uiteindelijk ook verwerkt worden in een bestemmingsplan, waarin wordt aangegeven hoe zij dat voor ogen heeft. In tweede termijn. De voorzitter geeft het woord aan de heer Van Ossenbruggen. De heer Van Ossenbruggen plaatst nog een paar kleine kanttekeningen. Spreker heeft zich een beetje verbaasd over het antwoord. Over het pand Keern 33 zijn al de nodige woorden gevallen. Spreker is het met de wethouder eens dat daar genuanceerd over gedacht wordt. Maar als het dan blijft staan dan past het niet, om het zo te laten staan. Het is verpaupering van de eerste orde. Verenigingen zijn er uit gezet en het staat helemaal leeg. Spreker is van mening dat het college een onderhoudsplicht heeft voor dit fraaie gebouw. Als we het in bezit hebben, dan moeten wij het toch in betere staat houden. De voorzitter geeft het woord aan wethouder Hansen. Wethouder Hansen antwoordt dat hij de door de heer Van Ossenbruggen gemaakte opmerkingen mee zal nemen naar het college. 10. Overname pand Vredehofstraat 7a, alsmede de aanpassing van de subsidie aan de Stichting De Blauwe Schuit. De voorzitter geeft het woord aan de heer Broersma. De heer Broersma deelt mee dat de PvdA-fractie van mening is dat de gemeente Hoorn indertijd erg met het pand van het voormalige zwembad in haar maag zat. Er moest een nieuwe bestemming voor worden gevonden en dat werd De Blauwe Schuit. Die zat op haar beurt weer te krap in haar jasje op de Appelhaven. Echter, het verbouwen van het pand van het zwembad tot een ruimte waar kunstzinnige vorming gegeven kan worden, kostte erg veel geld. Dat was voor de Blauwe Schuit dan ook een valse herstart in het nieuwe gebouw. De stichting werd met enorme exploitatiekosten opgezadeld. De PvdA vindt het van groot belang dat kunstzinnige vorming in Hoorn gegeven blijft worden. Zij hechten dan 12

ook grote waarde aan de stichting De Blauwe Schuit: die biedt een gevarieerd aanbod van cursussen en werkt met gemotiveerd personeel. De fractie steunt dan ook het volledige voorstel o.a. om het pand over te nemen en de subsidie te verhogen. Echter, de regiogemeenten moeten wel betalen voor hun inwoners als zij gebruik willen maken van de faciliteiten van de Blauwe Schuit. De voorzitter geeft het woord aan de heer Pinxten. De heer Pinxten merkt op dat zijn fractie van mening is dat het een goede zaak is dat de gemeente dit prachtige pand kan terugnemen. Het is ook in het belang van de stichting De Blauwe Schuit. De heer Van Ossenbruggen heeft daar in de laatste commissievergadering een gloedvol betoog voor gehouden. Hij verdiende daarmee op voorspraak van de wethouder zelfs de eerste prijs. Dat kan spreker hem ook absoluut niet verbeteren; voor hem blijft er in die zin alleen maar een troostprijs over. Wel wil spreker vermelden dat D66 in het verleden vaker gewezen heeft op de dure investering voor dit pand. Het komt nu terug en dat is een goede zaak. Desalniettemin betreurenswaardig omdat er nu toch weer geld bijgelegd moet worden. Toch ondersteunt zijn fractie dit voorstel. Het is goed voor de Blauwe Schuit en goed voor het pand. De voorzitter geeft het woord aan de heer Van Ossenbruggen. De heer Van Ossenbruggen deelt mee dat de kiel van de Blauwe Schuit is gelegd op de kruising van de Gravenstraat en Muntstraat. Daar staat een huis met een blauwe gevelsteen waarop een schip is afgebeeld. Dit was voor Hans Lastdrager, de stichter van de Blauwe Schuit, aanleiding zijn instituut voor kunstzinnige vorming de naam Blauwe Schuit mee te geven. Hij heeft nooit kunnen bevroeden dat zijn Blauwe Schuit het tij zo tegen zou krijgen. Organisatorische en financiële problemen waren de hoofdoorzaak dat het instituut regelmatig gierde, m.a.w. de Schuit week steeds van de koerslijn af en voor de boeg doemden hoge angstaanjagende klippen op. Als verantwoordelijk bewindvoerder zette het College in allerhaast een tros over in de vorm van een werkbestuur. Deze bovenrolgasten, dit zijn mensen die aan de sterkte van de zittende bemanning werden toegevoegd, belegden de tros zodanig, dat in korte tijd de problemen niet alleen boven water werden gehaald, maar door de riemen niet over maar in het water te slaan werd voorkomen dat er sprake zou zijn van bot vangen, zodat de problemen ook zichtbaar gemaakt konden worden. Door het geven van een contrasein werd het College ingelicht, dat dwarsvallen niet meer mogelijk was, m.a.w. er was voorkomen dat het schip dwars op de golven kwam te liggen. Door kundig boegseren werd de op sleeptouw genomen Blauwe Schuit zo neer gelegd, dat het schip de storm kon doorstaan. Hier was dus duidelijk sprake van afrijden. Al snel werd duidelijk, dat de problemen al vanaf het moment dat de Blauwe Schuit het pand aan de Vredehofstraat betrok aan de orde waren. Een te krappe subsidiëring en een fors liquiditeitstekort maakten dat de financiële reserves snel wegteerden. De Schuit had niet alleen ernstige averij opgelopen, maar sommige bemanningsleden gingen drossen, zodat van een goed lopende werkgemeenschap geen sprake meer kon zijn. Na een grondige breeuwersbeurt, waarbij de gaten en scheuren waterdicht zijn afgesloten, kunnen we wederom getuige zijn dat de Blauwe Schuit met een geheel nieuwe bemanning en onder de tonen van de ontspannende fokselliederen de woelige kunsteducatieve golven doorklieft. Staande op de campagne geeft de kapitein met luider stem zijn bevelen door aan de equipage, waarmee is bedoeld, dat er open en duidelijk met de medewerkers wordt gecommuniceerd. De resultaten hiervan zijn bemoedigend, zo is het vaste leerlingenbestand met 25% gestegen terwijl het nieuwe project workshop voortgezet onderwijs een stijging te zien geeft van 100%. Ook op het gebied van interne bedrijfscultuur, publiciteit, werving en personeelsbeleid zijn vorderingen gemaakt. Het voor hem liggende raadsvoorstel, zo stelt spreker, maakt dat ten aanzien van de route die de Blauwe Schuit moet nemen een gunstige windrichting is gaan waaien. Deze dienstige wind biedt de Blauwe Schuit een reële kans op een doorstart. Tevens verschijnt een mogelijk samenwerkingsverband met de muziekschool Gerard Boedijn en het Steunpunt Kunstzinnige Vorming duidelijker aan de kim, maar gelet op de geheel verschillende culturen moet worden gewaakt voor een te snelle samenvoeging. Samenwerking op bestuurlijk, administratief, publicitair niveau is primair, daarna kan worden bekeken op welke wijze de directievoering tot stand kan worden gebracht. Uiteraard is zijn fractie bereid mee te denken om deze samenwerking tot een succesformule te maken. 13

Eén ding staat echter vast, het huidige onderkomen van de Blauwe Schuit vormt een uitstekende uitvalshaven om tot een sprankelend kunstencentrum uit te groeien. Om deze ontwikkelingen te kunnen blijven volgen is het noodzakelijk dat wij periodiek geïnformeerd worden over het reilen en zeilen van de Blauwe Schuit. De fractie hoopt dat de ingezette koers wordt aangehouden en wensen de Blauwe Schuit en haar bemanning behouden vaart. Tot zover het citaat uit het scheepsjournaal van de VVD! De voorzitter geeft het woord aan de heer Van der Tuin. De heer Van der Tuin wil het vanavond niet hebben over de samenwerking die het CDA eerder heeft bepleit met de Muziekschool want de wethouder die dit in zijn portefeuille heeft, voert daarover een strakke regie. Daar rekent het CDA ook op. De Blauwe Schuit heeft deze raad een aantal jaren terug voorzien van een molensteen. Er kwam een mooi plan, het kostte relatief niet teveel en zo zijn er nog wel een paar voorstellen gepasseerd in die jaren. Bijvoorbeeld ook de Waterhoorn. Spreker wil daarmee zeggen dat zijn fractie hoopt dat er in de toekomst in de voorgestelde plannen die de raad krijgt voorgelegd, wat nauwkeuriger wordt begroot. Op een zodanige wijze dat een bestuur zoals dat van de Blauwe Schuit, niet wordt voorzien van een molensteen noch in financiële noch in bestuurlijke zin. Spreker meent zich te herinneren dat de heer Van Langen ooit met moeite heeft ingestemd met het voorstel omdat hij zich afvroeg of het niet beter was het zwembad te slopen. Er zijn inderdaad voorstellen waarvan spreker denkt, kunnen wij dat allemaal wel aan. Nu komt er in ieder geval een oplossing voor de Blauwe Schuit, die het CDA van harte omhelst hoewel het een paar centen kost. Daar is in de commissie ook uitvoerig bij stil gestaan. De Blauwe Schuit gaat vooruit. De voorzitter geeft het woord aan de heer Van der Hall. De heer Van der Hall zegt dat het plan onlangs nog weer eens uitgebreid is besproken in de fractie en de steunfractie. Het kost een paar centen, maar de oorzaak ervan ligt feitelijk in het verleden. De Blauwe Schuit kreeg een grotere jas maar eigenlijk blijkt die te groot te zijn om dat te trekken. Nu dreigt dus de wal het schip te keren. Toen waren wij blij dat wij het gebouw een knappe bestemming konden geven. Nu moeten wij het weer terug kopen. Eigenlijk is het een gebouw waarop wij niet zitten te wachten maar als wij het niet doen dan komt het voortbestaan van de Blauwe Schuit in gevaar en dat willen wij natuurlijk ook voor geen prijs. Spreker wil wel duidelijk aangeven dat de verwijten van de fractie niet zozeer richting Blauwe Schuit gaan als wel naar degenen die destijds het besluit hebben genomen en toen de gevolgen niet goed hebben overzien. De fractie wil wel weten of deze toch niet goedkope oplossing het lek boven water heeft gebracht. Die garantie wil de fractie graag van de wethouder hebben. De voorzitter geeft het woord aan wethouder Tonnaer. Wethouder Tonnaer zegt helaas niet in dezelfde mooie beeldspraak als de heer Van Ossenbruggen heeft gedaan te kunnen reageren. Een opmerking wil spreker wel maken: de heer Van Ossenbruggen noemt de verkeerde stichter van de Blauwe Schuit. De stichteres is Atie Masteling. Verder doet dit hier niet terzake. De Blauwe Schuit is op een zeker moment in de problemen gekomen waarna het college het voorstel deed om het over te nemen in eigendom in de veronderstelling en in de overtuiging dat daarmee de financiële problemen van de Blauwe Schuit worden opgelost. In de opmerking dat wij toentertijd de Blauwe Schuit hebben opgescheept met een pand in de Vredehofstraat kan spreker zich niet vinden. Dat heeft het college noch de Blauwe Schuit zo ervaren. De Blauwe Schuit zat in een hele slechte accommodatie aan de Appelhaven en ze waren uiterst tevreden met het verbouwde pand aan de Vredehofstraat, waar toen ook de Turkse moskee werd gevestigd. Twee instellingen die tot op de dag van vandaag heel blij zijn met het verbouwde zwembad. Het is wel waar dat de Blauwe Schuit een moeilijke start heeft gemaakt in het pand. Spreker denkt samen met de raad en college de overtuiging te hebben gehad dat de financiële opzet die er toen was, haalbaar was. Dat is niet gebleken. Achteraf kan gezegd worden dat er een financieel moeizame start is gemaakt bij het betrekken van het pand aan de Vredehofstraat. Misschien waren de ogen van het verlangen om daar gevestigd te zijn zodanig groot dat men niet helemaal heeft kunnen overzien wat de financiële capaciteiten waren van de Blauwe Schuit. Dat is mogelijk. 14