Technologiestichting STW. Richtlijnen Open Technologieprogramma

Vergelijkbare documenten
Richtlijnen voor Juryleden

STW-gebruikerscommissie

Stichting VHAN. Reglement Wetenschapscommissie

Reglement Wetenschapscommissie Medisch Centrum Haaglanden

Call for proposals. NRO Kennisbenutting Plus. Nationaal Regieorgaan Onderwijsonderzoek

Leraar in onderzoek. Exacte Wetenschappen. Onderzoeksprogramma voor wis- en natuurkundedocenten

Valorisation Grant. Richtlijnen voor het aanvragen van financiering voor Valorisation Grant fase-1 en fase-2 projecten

Voorwaarden. Algemene financieringsvoorwaarden

Uitvoeringsreglement Commissie van Beroep Kenniscentrum Kraamzorg

Samenwerking China (NSFC) - Joint seminars

REGLEMENT LANDELIJK ORGAAN WETENSCHAPPELIJKE INTEGRITEIT 2018

Wetenschappelijke bijeenkomsten ALW

Subsidievoorwaarden OFOM (versie 26 oktober 2015)

Hieronder volgt een toelichting op de beschikbare budgetposten.

projectvoorstel behandeling van een projectvoorstel Eerste fase tweede fase Derde fase

Beoordelingsformulier projectvoorstellen KFZ

Call for proposals. NRO Kennisbenutting Plus. Nationaal Regieorgaan Onderwijsonderzoek

RICHTLIJNEN INDIVIDUEEL ONDERZOEKSKREDIET 2013 ACLC (PhD KANDIDATEN)

BIJLAGE II: REGELING SUBSIDIEVERLENING INFORMATIE VOOR SUBSIDIEAANVRAGERS EN DE FINANCIËLE ADMINSITRATIES

Infoshop Het schrijven van een subsidieaanvraag ISF

Regeling Subsidieverlening

Deze dag wordt tweerichtingsverkeer

Samenwerking China (NSFC) Reis- en verblijfkosten, seminars

Krediet Kwaliteitsfonds Basisonderwijs provincie Groningen

Projectoproep Kankerplan Actie 24 : Wetenschappelijke analyse in de onco-geriatrie

Onderzoeksvoorstel voor wetenschappelijk onderzoek in het kader van de Onderzoeksagenda Veteranenzorg Defensie

Klachtenregeling Wetenschappelijke Integriteit NWO - subsidieverlening

Regeling Subsidieverlening

Regeling Subsidieverlening

Life Sciences & Health TKI 2015

Stimuleringsfonds Open Access - publicaties

1 Bezoekersbeurs. Call for proposals. Bezoekersbeurs. Den Haag, december 2015 Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek

Investeringen NWO-groot

Regeling Bescherming Wetenschappelijke Integriteit Rijksuniversiteit Groningen

Samenwerking China (NSFC) - Reis- en verblijfkosten

Programma beschrijving

Stimuleringsfonds Open Access - publicaties

BEURSREGLEMENT - OVN stichting ter bevordering van wetenschappelijk Onderzoek naar de geschiedenis van de Vrijmetselarij in Nederland versie 2007

De subsidie is gebaseerd op artikel 4:23, derde lid, onder d, van de Algemene wet bestuursrecht.

Werkwijze van de WAR voor de behandeling van subsidieaanvragen bij de TSN en de chronologische

Wetenschappelijke bijeenkomsten ALW

Standpunt en organisatie met betrekking tot wetenschappelijk onderzoek binnen de LV POH-GGZ

Samenwerking Taiwan (MOST) - Scientist exchange

REGELING BEHANDELING KLACHTEN naar aanleiding van de gedraging van de METC van het VU medisch centrum (VUmc)

Regels topsectoren en innovatie - provincie Gelderland -

Projectvoorstellen maken

REGLEMENT BEOORDELING AANVRAGEN TOT EEN BIJDRAGE UIT HET NATIONAAL RAMPENFONDS

Kootstra Talent Fellowship 2011

Aantal pagina s (inclusief deze): 7

REGLEMENT VAN ORDE FACULTEITSRAAD FACULTEIT CAMPUS DEN HAAG

DUMMY. Aanvraag. Take-off hbo fase 1 Haalbaarheidsstudie. Project titel:

Investeren in het waddengebied is de moeite meer dan waard!

Subsidievoorwaarden Maag Lever Darm Stichting. Zorgprojecten 2019 Leefstijl in de MDL-zorg

Algemeen reglement de Gouden Griffel, de Zilveren Griffels, de Vlag en Wimpels en de Boekensleutel 2019.

1. De klacht Klager heeft op [ ] bij de ombudsman W.I. [ ] een klacht ingediend tegen Beklaagde. De klacht laat zich als volgt samenvatten.

STEUNKREDIET VOOR HUMAAN VOEDINGSONDERZOEK REGLEMENT

Het University Fund Wageningen (UFW) heeft als doel het bevorderen van de bloei van Wageningen UR.

Rekenkamercommissie Wijdemeren

Aanvraagformulier voor internationale projecten

Reglement projectondersteuning Gentenaars zonder Grenzen

Stichting Prinses Beatrix Spierfonds Algemene subsidievoorwaarden Voorwaarden geldend voor toegekende onderzoeken

beslist de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid tot het verlenen van de volgende subsidie:

Aanvraagformulier Subsidie Wetenschappelijk Fonds NVFB

Kootstra Talent Fellowship 2015

Regeling Scholing Jeugdzorg

Reglement bezwaarprocedure SVWN

Sectorale regeling nevenwerkzaamheden juli 2017

Aanvraagformulier voor projecten in Nederland

Reglement van orde voor de vergaderingen en andere werkzaamheden van de rekenkamercommissie Zaltbommel. Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen

Nederlandse Vereniging Psychomotorische kindertherapie. KLACHTENREGLEMENT Herziene versie januari 2007

besluit voor de procedure voor de instelling van leerstoelen en de benoeming van gewoon en bijzonder hoogleraren de volgende regeling vast te stellen:

Proeftuinplan: Meten is weten!

Algemeen Huisreglement MR Berkenschool. 27 januari 2014

Reglement Pier de Boer-prijs

Projectindiening. demonstratie- en disseminatieproject. duurzame technologieën op vlak van WATER OPROEP 4. Concepten voor efficiënt waterbeheer

Klachtenreglement Stichting KEC

De subsidie is gebaseerd op artikel 4:23, derde lid, onder d, van de Algemene wet bestuursrecht.

Reglement voor de Permanente Educatie van in het LRGD ingeschreven deskundigen 7 december 2015

Wanneer kunt u geen bezwaar maken?

1. Project title (Iris factsheet) Vermeld een beknopte titel van de uitgewerkte aanvraag.

PEN Nederland, voorheen Centrum voor Nederland van de Internationale P.E.N.-Club (Club van "Poets, playwrights, essayists, editors, novelists")

Wiskundeleraar in onderzoek

Klachtenregeling. Klachtenregeling Sensa Zorg versie 1.0

CHARTER STEUN KOM OP TEGEN KANKER AAN BIOMEDISCHE, PSYCHOSOCIALE EN PREVENTIEPROJECTEN:

Jaarverslag 2014 Dierexperimentencommissie Rijksuniversiteit Groningen

Aanvraagformulier voor projecten in Nederland

PDL Keurmerk voor producten en diensten. Inhoudsopgave. Algemene informatie over het collectief merk PDL... 2

STAPPENPLAN PROMOTIE

Regeling Scholing Welzijn & Maatschappelijke Dienstverlening per 1 juli 2015

Regeling Geschillen- en Bezwarencommissie Orionis Walcheren WSW

STIMULERINGSREGELING VERNIEUWENDE HR-PROJECTEN

Algemene subsidievoorwaarden Agis Innovatiefonds

HUISHOUDELIJK REGLEMENT

DE GOUDEN KIEM Prijs voor de beste chemische start-up Oproep voor het nomineren van kandidaten voor

GEMEENSCHAPPELIJKE REGELING ONDERZOEKSCHOOL Huizinga Instituut

Klokkenluidersregeling VO

Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de subsidiëring van projecten ter uitvoering van het actieplan Clean power for transport

Algemeen reglement het Gouden Penseel, de Zilveren Penselen, de Vlag en Wimpels en de Boekensleutel 2019.

Uitwerking Normen Gunstbetoon artikelen 12 en 13, 16 t/m 22 Gedragscode Geneesmiddelenreclame

KLACHTREGELING WETENSCHAPPELIJKE INTEGRITEIT UNIVERSITEIT LEIDEN LEIDS UNIVERSITAIR MEDISCH CENTRUM

Transcriptie:

Technologiestichting STW Richtlijnen Open Technologieprogramma

Inhoud Inleiding 4 Doelstelling van de STW 5 Utilisatie Inleiding Gebruikers Gebruikerscommissies Kennisbeheer 6 6 6 7 7 Procedure Open Technologieprogramma Wie komen in aanmerking voor financiering? Waarvoor kan geld worden gevraagd en hoeveel? Indieningstermijn en behandelingsduur Beoordelings- en selectieprocedure Procedure na honorering 11 11 11 11 12 13 Het schrijven van een projectvoorstel voor het Open Technologieprogramma Algemeen Instituten die bij de STW onderzoeksvoorstellen kunnen indienen Bijdragen voor grote projecten De aanvraag puntsgewijs 15 15 15 16 17 Richtlijnen voor juryleden Inleiding Werkwijze van de jury Aandachtspunten Beoordelingsschaal jury wetenschappelijke kwaliteit Beoordelingsschaal jury utilisatie Niet toegelaten criteria Tot slot 23 23 24 25 26 27 28 28

4 Inleiding richtlijnen open technologieprogramma INLEIDING Deze brochure geeft inzicht in de doelstelling en werkwijze van de Technologiestichting STW. De voorwaarden waaraan de bij de STW in te dienen aanvragen voor financiering van wetenschappelijk onderzoek moeten voldoen en het verloop van de procedure van beoordeling en begeleiding worden uiteengezet. De brochure is bedoeld voor: Personen die een aanvraag voor financiering van onderzoek bij de STW willen indienen. Juryleden die aanvragen voor de STW beoordelen. Voor zaken waarin deze brochure niet voorziet, is het zinvol contact op te nemen met het bureau van de STW. In artikel 2 van de statuten van de Technologiestichting STW (statutaire naam de Stichting voor de Technische Wetenschappen) staat: Doel 1. De stichting stelt zich ten doel in het algemeen belang en in dat van het wetenschappelijk onderwijs, technisch-wetenschappelijk onderzoek en de toepassing daarvan te bevorderen. 2. De Stichting tracht haar doel te bereiken door het stimuleren van en het verlenen van steun aan technisch-wetenschappelijk onderzoek, in het bijzonder bij de instellingen van wetenschappelijk onderwijs en door, waar nodig, bij te dragen aan de coördinatie ervan; voorts door het bevorderen van en het bijdragen aan de overdracht van de in het kader van de werkzaamheden van de Stichting verworven kennis en kunde naar de maatschappij, het bedrijfsleven, de overheid en naar andere terreinen van wetenschap. De Stichting zal tevens stimulerend en initiërend optreden op prioriteitsgebieden waar op grond van maatschappelijke en/of wetenschappelijke ontwikkelingen een duidelijke inspanning vanuit het (para-)universitair onderzoekspotentieel gewenst is.

Doelstelling van de STW 5 DOELSTELLING VAN DE TECHNOLOGIESTICHTING STW Doelstelling van de Technologiestichting STW is het bevorderen en financieren van technisch-wetenschappelijk onderzoek in de vorm van projecten en programma s (zie kader op pagina 4). Het onderzoek dat de STW financiert, wordt geselecteerd op wetenschappelijke kwaliteit en op de kans op utilisatie. Utilisatie is het ten nutte maken van de resultaten van het onderzoek door (potentiële) gebruikers. Door een specifieke aanpak en werkwijze vergroot de STW de kans op succes van het wetenschappelijk onderzoek en de toepassing van de resultaten in de praktijk. Sinds 1989 vormt de STW binnen de Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek (NWO) het Gebied Technische Wetenschappen. Om de doelstelling te kunnen verwezenlijken, gebruikt de STW de volgende instrumenten. Open Technologieprogramma De uitvoering van het merendeel van het onderzoek vindt plaats binnen het Open Technologieprogramma. Dit programma heeft een aantal belangrijke kenmerken: Voorstellen afkomstig uit alle disciplines kunnen worden ingediend. Deze worden in onderlinge competitie beoordeeld. Wetenschappelijke kwaliteit en utilisatie zijn de criteria waarop de voorstellen worden beoordeeld. Beide criteria wegen bij de beoordeling even zwaar. Bezoekersprogramma Dit programma is gericht op het stimuleren van contacten tussen Nederlandse en buitenlandse onderzoekers. Om in aanmerking te komen voor financiering van een reis binnen dit programma dient de aanvrager werkzaam te zijn (geweest) op een STW-project, of zeer nauw betrokken te zijn bij een STW-project. Voor dit programma is een aparte brochure beschikbaar. Programma s (mede)gefinancierd door derden Dit zijn programma s gericht op een specifiek onderwerp en (mede) door derden gedefinieerd en gefinancierd. De projecten binnen die programma s moeten aan dezelfde kwaliteitseisen voldoen als die voor het Open Technologieprogramma. EU-programma s De projectleider van een lopend STW-project kan een vergoeding vragen voor kosten die voortkomen uit coördinatiewerkzaamheden voor het opstellen van een aanvraag voor een onderzoeksprogramma van de Europese Unie. Informatie hierover is verkrijgbaar bij het bureau van de STW. De doelstelling van de STW leidt ertoe dat: Indieners zich moeten richten op onderwerpen die relevant zijn voor de maatschappij. Onderzoeksvoorstellen die uitsluitend kennisvermeerdering binnen het eigen vakgebied dienen, kunnen bij de STW niet worden ingediend. De STW van de indieners verwacht dat zij actief meewerken aan het bevorderen van utilisatie en kennisbeheer. Om de indieners hierbij behulpzaam te zijn, wordt voor ieder project een gebruikerscommissie ingesteld (zie hoofdstuk Utilisatie ). Om deze redenen vormt een utilisatieplan een wezenlijk onderdeel van de aanvraag.

6 richtlijnen open technologieprogramma Utilisatie INLEIDING GEBRUIKERS Binnen een STW-project wordt kennis ontwikkeld. De STW wil de toepassing van die kennis bevorderen. Het proces om te komen tot toepassing van de resultaten duidt de STW aan met de term utilisatie: het ten nutte maken van resultaten van onderzoek. Zo mogelijk moeten gebruikers, instellingen en bedrijven buiten de eigen kring van de onderzoekers van het begin tot het eind bij het project worden betrokken. Bij het bevorderen van utilisatie spelen gebruikers, gebruikerscommissies en kennisbeheer een cruciale rol. Gebruikers zijn personen en organisaties die de kennis uit het onderzoek kunnen toepassen. In een onderzoeksvoorstel moeten de (potentiële) gebruikers expliciet worden genoemd. Belangrijke categorieën gebruikers zijn: bedrijven; overheden zowel de centrale als lagere overheden; onderzoeksinstellingen; consumenten/eindgebruikers. Een gebruiker is een persoon, groep of instelling die niet tot het onderzoeksgebied van de aanvragende onderzoekers behoort. Soms is er een verschil te maken tussen directe gebruikers, meestal bedrijven, en eindgebruikers. Het aanwijzen van alleen eindgebruikers is in het algemeen niet voldoende. Voor projectvoorstellen uit een medische faculteit is het zelfs verplicht een bedrijf als gebruiker te hebben. Dit heeft te maken met afspraken die zijn gemaakt met het NWO-Gebied Medische Wetenschappen. maat zijn voor het belang van het onderzoek voor de gebruikers. Hoe deze belangstelling van gebruikers expliciet kan worden gemaakt, staat in het hoofdstuk Het schrijven van een projectvoorstel voor het Open Technologieprogramma. Belangstelling van gebruikers blijkt uit schriftelijke adhesiebetuigingen die bij het projectvoorstel zijn gevoegd en uit eventuele financiële of materiële bijdragen aan het onderzoek. Bijdragen kunnen een

utilisatie 7 GEBRUIKERSCOMMISSIES KENNISBEHEER Om te bevorderen dat de kennis uit het onderzoek ook daadwerkelijk en effectief aan gebruikers wordt overgedragen, stelt de STW per onderzoeksproject een gebruikerscommissie in. Dit gebeurt altijd in overleg met de projectleider. Deze commissie bestaat uit (vertegenwoordigers van) potentiële gebruikers. Bij lopend onderzoek kunnen belangstellenden ook zelf aanduiden dat zij interesse hebben in deelname aan een bepaalde commissie. De volgende gang van zaken is kenmerkend voor een gebruikerscommissie van de STW: De commissieleden ontvangen de halfjaarverslagen waarin de onderzoekers de resultaten aan de STW rapporteren. De commissie komt regelmatig bijeen om de voortgang te bespreken. Gebruikelijk is twee keer per jaar. De commissie kan de projectleider adviseren over de richting van het onderzoek, maar de projectleider heeft de eindverantwoordelijkheid. De informatie die in de commissie wordt besproken is vertrouwelijk tot het moment dat anders besloten is, of totdat toestemming tot publicatie gegeven is. De leden krijgen dus als eerste, dat wil zeggen vóór publicatie, inzage in de resultaten. De STW geeft pas toestemming tot publicatie na consultatie van de commissieleden. Utilisatie is een vast punt in de besprekingen. De commissie let op mogelijkheden voor samenwerking met de gebruikers, commercialisering, en kennisbescherming. De aanwijzingen voor deelnemers aan een gebruikerscommissie zijn opgenomen in de Taak en werkwijze van STW-gebruikerscommissies. Dit document staat op de website van de STW. Kennisbeheer is het regelen van het eigendom, de bescherming en exploitatie van kennis. De STW voert een helder en eenduidig beleid op dit terrein. De uitgangspunten hiervan zijn: De STW en de aanvragende onderzoeksinstellingen delen het eigendom van de kennis afkomstig uit de projecten. Leden van de gebruikerscommissie krijgen een voorkeursbehandeling voor wat betreft informatie over de resultaten van het onderzoek. Het lidmaatschap van de commissie geeft de gebruiker niet automatisch het recht op het toepassen van de kennis of het commercialiseren daarvan. Een exclusieve positie in de gebruikerscommissie, dat wil zeggen uitsluiting van andere gebruikers, is alleen mogelijk als het bedrijf of de instelling een substantiële, financiële bijdrage aan het onderzoek levert. Een en ander wordt vastgelegd in een schriftelijke overeenkomst. Een (exclusief) exploitatierecht op de kennis kan een gebruiker verkrijgen tegen een directe of uitgestelde financiële vergoeding. Een tijdelijk verbod op publicatie van resultaten kan door de STW worden opgelegd als er maatregelen voor kennisbescherming

8 richtlijnen open technologieprogramma Utilisatie nodig zijn, zoals het indienen van een octrooiaanvraag. Inkomsten uit het verhandelen van kennis komen in principe ten goede aan de onderzoeksgroep die de desbetreffende kennis heeft gegenereerd. De STW neemt het voortouw bij het kennisbeheer. Het kennisbeheerbeleid schept voor onderzoekers en gebruikers duidelijkheid over rechten op onderzoeksresultaten. Daarom moet een aanvrager bestaande, relevante contracten met derden bij indiening van een onderzoeksvoorstel melden. Ook moet hij dan duidelijkheid verschaffen over reeds bestaande octrooien en octrooi-aanvragen. Van belang is dat vooraf alle kansen en belemmeringen voor de utilisatie bekend zijn.

WBI.2823 richtlijnen open technologieprogramma Development of species-specific, molecular biomarkers, using the chemical activated luciferase gene expression (CALUX) system: application for polyhalogenated aromatic hydrocarbons project WBI.2823 Het aantonen van dioxines in voedingsmiddelen en in het milieu is een omslachtige en kostbare aangelegenheid. Met de zogeheten Calux-methode, waarbij gebruik wordt gemaakt van specifieke, dioxinegevoelige cellijnen, is het mogelijk om sneller en goedkoper een groot aantal monsters te screenen, op aanwezigheid van dioxines en verwante verbindingen. Deze nieuwe meetmethode vormt de basis voor het nieuwe bedrijf Bio Detection Systems (BDS).

WBI.2823 richtlijnen open technologieprogramma

Procedure Open Technologieprogramma 11 WIE KOMEN IN AANMERKING VOOR FINANCIERING? WAARVOOR KAN GELD WORDEN GEVRAAGD EN HOEVEEL? INDIENINGSTERMIJN EN BEHANDE- LINGSDUUR Aanvragen voor financiering kunnen bij de STW worden ingediend door wetenschappelijk personeel in vaste dienst, bij: de universiteiten; bepaalde instituten voor wetenschappelijk onderzoek. In het hoofdstuk Het schrijven van een projectvoorstel voor het Open Technologieprogramma wordt hierop uitgebreid ingegaan. Financiële steun kan worden aangevraagd voor de kosten van: tijdelijke personeelsplaatsen; materialen, reizen, apparatuur. Kosten voor bestaande infrastructuur en salariskosten voor vast personeel worden meestal niet vergoed. In het hoofdstuk Het schrijven van een projectvoorstel voor het Open Technologieprogramma staat uitgebreid beschreven hoeveel en wat u kunt aanvragen. Wanneer het totale bedrag dat aan de STW wordt gevraagd boven een half miljoen euro uitkomt, is een bijdrage van gebruikers vereist. De STW kent geen indieningstermijnen. U kunt het hele jaar door aanvragen indienen. Als de aanvraag na toetsing door het bureau aan de voorwaarden zoals gesteld in het hoofdstuk Het schrijven van een projectvoorstel voor het Open Technologieprogramma blijkt te voldoen, neemt de STW het projectvoorstel direct in behandeling. De gemiddelde behandelingsduur voor een volledig voorstel is zeven maanden. Naarmate het gevraagde bedrag hoger is, kan de behandelingsduur langer zijn. Dit geldt ook voor projecten waarvoor op voorhand overleg over kenniseigendom of over speciale infrastructurele voorzieningen nodig is.

12 richtlijnen open technologieprogramma Procedure Open Technologieprogramma BEOORDELINGS- EN SELECTIE- PROCEDURE De STW heeft gekozen voor de hieronder beschreven procedure omdat: Deskundigheid voor de beoordeling onmisbaar is. Onderzoeksvoorstellen afkomstig van verschillende disciplines met elkaar in competitie zijn. De objectiviteit van de beoordeling zo groot mogelijk moet zijn. Daarom zijn er bij de STW geen permanente beoordelingscommissies. De mening van de maatschappij uiteindelijk de doorslag moet geven. Daarom stelt de STW een telkens wisselende multidisciplinaire jury in waardoor er een permanente verkenning plaatsvindt van maatschappelijke behoeften waar wetenschap en technologie in kunnen voorzien. Hoe verwerkt de STW een aanvraag? Toetsing onderzoeksvoorstel door het bureau van de STW De STW bevestigt de ontvangst van het voorstel. Er wordt gekeken of het voorstel voldoet aan de voorwaarden. Bijzondere aandacht krijgen de bijdragen van gebruikers wanneer die vereist zijn. Als het nodig is, neemt het bureau contact op met de indiener. Beoordeling door referenten De STW legt de aanvraag voor aan een aantal deskundigen op het vakgebied van het voorstel. Deze referenten zijn afkomstig uit de wetenschappelijke wereld, grote onderzoeksinstellingen en het bedrijfsleven. Zij beoordelen het voorstel aan de hand van een aantal vragen over de wetenschappelijke kwaliteit en de utilisatie. Deze vragen vindt u op de website van de STW. Het aantal referenten is afhankelijk van de aard van het onderzoek en omvang van de gevraagde subsidie. Uitgangspunt is minimaal vijf referenten per voorstel. De STW voegt het commentaar van de afzonderlijke referenten samen tot een zogeheten protocol. Hierin is niet herkenbaar wie welk commentaar gegeven heeft. De indiener kan aan de STW vragen bepaalde personen of organisaties niet als referent te vragen. Weerwoord van de indieners De STW stuurt het protocol naar de hoofdindiener met het verzoek op het commentaar van de referenten te reageren. Deze geeft per vraag of opmerking een reactie. Vervolgens worden de reacties opgenomen in het protocol. Een indiener kan besluiten het voorstel op grond van de door de referenten gemaakte opmerkingen aan te passen. De verdere behandeling van het voorstel betreft dan de aangepaste versie. Beoordeling door een multi-disciplinaire jury Een jury bestaat uit twaalf leden. Het zijn gezaghebbende personen afkomstig uit verschillende sectoren van de samenleving: de wetenschappelijke onderzoekswereld, de grote onderzoeksinstellingen, het bedrijfsleven en andere maatschappelijke sectoren. Het is gebruikelijk dat iemand slechts één keer als jurylid optreedt. Een jurylid weet niet wie de andere leden in dezelfde jury zijn. De procedure is geheel schriftelijk en verloopt in twee ronden. Juryleden krijgen doorgaans twintig projectvoorstellen met bijbehorend protocol toegestuurd. In de eerste ronde kent een jurylid aan ieder voorstel twee cijfers toe, één voor wetenschappelijke kwaliteit en één voor utilisatie. Na de eerste ronde berekent de STW het gemiddelde van alle jurycijfers voor ieder voorstel. Bij het begin van de tweede ronde krijgen de juryleden deze cijfers toegestuurd. Een jurylid kan dan besluiten haar of zijn cijfers bij te stellen. Een uitgebreide handleiding voor de jury staat in het hoofdstuk Richtlijnen voor juryleden.

procedure open technologieprogramma 13 PROCEDURE NA HONORERING Verwerking cijfers tot einduitslag Het bureau berekent na de tweede ronde voor ieder voorstel opnieuw de gemiddelde cijfers voor wetenschappelijke kwaliteit en utilisatie. De voorstellen krijgen een rangschikking naar hoogte van deze cijfers. Hierbij tellen wetenschappelijke kwaliteit en utilisatie in gelijke mate mee. Honorering door het Bestuur van de STW Het Bestuur neemt een besluit over de aanvragen en honoreert in het algemeen veertig procent van de aanvragen. Uitgangspunt hierbij is de rangorde die op grond van de jurycijfers is bepaald. Het Bestuur oordeelt niet over de inhoud van het voorstel. Voordat tot honorering besloten wordt, kan het Bestuur nadere voorwaarden stellen. Deze kunnen bijvoorbeeld betrekking hebben op de werkgelegenheidssituatie bij de onderzoeksgroep, of op grote infrastructurele voorzieningen die nodig zijn voor de goede uitvoering van een project. Ook kan het Bestuur eisen stellen aan bijdragen van gebruikers en aan kenniseigendom. Advies door de Bestuursraad van de STW Een besluit tot honorering van projectaanvragen met een budget van meer dan een miljoen euro behoeft de instemming van de Bestuursraad van de STW. Mogelijkheid van beroep Tegen het besluit van het Bestuur kan de indiener binnen zes weken na dagtekening van de honoreringsdan wel afwijzingsbrief een beroepschrift indienen. Dit moet met redenen omkleed gebeuren bij het Algemeen Bestuur van NWO. Tijdens de loop van het project geldt de volgende procedure. Honorering De hoofdaanvrager wordt projectleider, tenzij anders in het voorstel is aangegeven. Bij zeer grote projecten is het mogelijk op onderdelen aparte projectleiders aan te stellen. Er blijft echter één hoofdverantwoordelijke. De projectleider krijgt bij honorering een brief met een aantal documenten waarin de juridische en financiële randvoorwaarden van de subsidie zijn vastgelegd. De toegekende kredieten komen pas beschikbaar nadat deze documenten ondertekend zijn ontvangen door de STW. De bedragen voor materialen, reizen en investeringen worden in eerste instantie voor niet meer dan twee jaar toegekend. De personeelsplaatsen worden in eerste instantie voor niet meer dan drie jaar toegekend. De STW reserveert het eventuele restant van de gelden voor de voortzetting na twee jaar. Ieder project heeft een vaste contactpersoon bij het bureau van de STW.

14 richtlijnen open technologieprogramma Procedure Open Technologieprogramma Startdatum van het project De kredieten zijn beschikbaar vanaf het moment dat bovengenoemde documenten door de STW zijn ontvangen. De startdatum van het project is de datum van aanstelling van het eerste personeelslid. Dit is dus meestal niet de datum van honorering. Gebruikerscommissie en verslaglegging Ongeveer een half jaar na de start van het project stelt de STW in nauw overleg met de projectleider een gebruikerscommissie in. De commissie komt regelmatig bijeen om de voortgang te bespreken. De projectleider rapporteert met een halfjaarlijks verslag over de voortgang van het onderzoek. Alle wetenschappelijke publicaties moeten voor publicatie aan de STW/gebruikerscommissie ter goedkeuring worden voorgelegd. De leden van de gebruikerscommissie krijgen de halfjaarlijkse voortgangsverslagen en publicaties toegestuurd. Informatie over de rol van de gebruikerscommissie staat in het hoofdstuk Utilisatie. Voortzetting Bij projecten met een looptijd van drie jaar of langer dient de projectleider anderhalf jaar na de start van het project een voortzettingsaanvraag in. Bij de beslissing over de voortzetting laat het Bestuur van de STW zich adviseren door de leden van de gebruikerscommissie. Bij honorering van de voortzettingsaanvraag komen de eerder gereserveerde gelden beschikbaar. Verlenging Een verlenging na afloop van een project is slechts beperkt mogelijk. Als uitbreiding van het budget noodzakelijk blijkt, zijn de vooruitzichten voor de utilisatie bepalend. Medefinanciering door een gebruiker kan een vereiste zijn. Als de totale projectduur veel langer wordt dan vier jaar, is doorgaans een nieuwe beoordeling door een jury vereist. Stopzetting Het stopzetten van een project voor de officiële einddatum is mogelijk als niet (meer) wordt voldaan aan de verplichtingen of wanneer de wetenschappelijke kwaliteit van het onderzoek of utilisatie van de resultaten van het onderzoek onder de maat zijn. Uitgebreide informatie over de gang van zaken tijdens de loop van een project staat in de Aanwijzingen voor de projectleider. Dit document wordt bij honorering toegestuurd. De meest recente versie staat ook op de website van de STW. Projecten die zijn gehonoreerd binnen het Open Technologieprogramma kunnen voor coördinatie worden ondergebracht in speciale programma s. Dit gebeurt altijd in overleg met de projectleider.

Het schrijven van een projectvoorstel voor het Open Technologieprogramma 15 ALGEMEEN INSTITUTEN DIE BIJ DE STW ONDERZOEKSVOORSTELLEN KUNNEN INDIENEN Wie kunnen aanvragen? Hoogleraren en universitaire (hoofd)docenten, vast aangesteld aan Nederlandse universiteiten kunnen projecten indienen. Het zwaartepunt van het onderzoek moet liggen in de universiteit. Als de aanvrager een deeltijdaanstelling heeft, moet in het voorstel staan wie de dagelijkse begeleiding van de projectmedewerkers voor zijn of haar rekening neemt. Bovendien kan het vaste wetenschappelijke personeel van onderzoeksinstituten, in hoofdzaak gefinancierd door het Ministerie van OCenW, voorstellen indienen. Een lijst van toegelaten instituten staat in het kader hiernaast. Onderzoeksvoorstellen vanuit een medische faculteit moeten een bedrijf als gebruiker hebben; alleen de patiënt of een kliniek is niet voldoende. Onderzoeksvoorstellen met een aanwijsbaar gebruiksdoel afkomstig van alfa- of gammadisciplines moeten een bèta of ingenieursvakgebied betreffen. Instituten die bij de STW onderzoeksvoorstellen in kunnen dienen _ CBS Centraal Bureau voor Schimmelcultures _ CWI Centrum voor Wiskunde en Informatica _ Amolf FOM-Instituut voor Atoom- en Molecuulfysica _ FOM-Instituut voor Plasmafysica Rijnhuizen _ ING Instituut voor Nederlandse Geschiedenis _ ICIN Interuniversitair Cardiologisch Instituut Nederland _ IOI Interuniversitair Oogheelkundig Instituut _ KVI Kernfysisch Versneller Instituut _ NIKHEF Nationaal Instituut voor Kernfysica en Hoge Energiefysica _ NIOO Nederlands Instituut voor Oecologisch Onderzoek _ NIOZ Nederlands Instituut voor Onderzoek der Zee _ NKI Nederlands Kankerinstituut _ NSCR Nederlands Studiecentrum voor Criminaliteit en Rechtshandhaving _ NIOB Nederlands Instituut voor Ontwikkelingsbiologie _ NIH Nederlands Instituut voor Hersenonderzoek _ ASTRON Stichting Astronomisch Onderzoek in Nederland _ SRON Stichting Ruimte Onderzoek in Nederland De Technologische Topinstituten kunnen bij de STW onderzoeksvoorstellen indienen onder speciale voorwaarden. Bij plannen voor indienen is het zinvol vooraf bij het bureau van de STW hierover informatie in te winnen. Wat kan men aanvragen? De STW accepteert de volgende kostensoorten voor een project: tijdelijke personeelsplaatsen tot een maximum van vier jaar in het geval van full time aanstelling;

16 richtlijnen open technologieprogramma Het schrijven van een projectvoorstel voor het Open Technologieprogramma BIJDRAGEN VOOR GROTE PROJECTEN Bijdragen voor grote projecten Het maximale bedrag dat u bij de STW kunt aanvragen voor één project bedraagt twee miljoen euro. Bij aanvragen die dit bedrag te boven gaan bepaalt het Bestuur van de STW eerst of de aanvraag ontvankelijk is. Voor projectaanvragen met meer dan een half miljoen euro ten laste van de STW is een bijdrage van de gebruikers vereist. De verplichte bijdrage hangt af van de totale omvang van het project: het aan de STW gevraagde bedrag plus de financiële steun van de gebruikers en hun bijdrage in natura. Voor de bepaling van de waarde van het laatste gelden de volgende richtlijnen: voor toegezegde personele ondersteuning rekent u salariskosten en sociale lasten; voor toegezegde materiële zaken rekent u de kostprijs; voor apparatuur houdt u rekening met reeds gedane afschrijvingen; Alle bijdragen moeten schriftelijk bevestigd worden. Wij adviseren u bij onduidelijkheden vooraf contact op te nemen met het bureau van de STW. Voorbeelden: Stel u vraagt een project aan waar voor de totaalkosten 340.000 euro bedragen. Dan is geen gebruikersbijdrage vereist. Bij een aanvraag met totale omvang van 650.000 euro bedraagt de vereiste bijdrage 25% van 150.000 = 37.500 euro. Voor een aanvraag van totaal 1.300.000 euro is vereist 125.000 + 35 % van 300.000 = De onderstaande bijdrage van de gebruikers is vereist: 230.000 euro. Gebruikers dienen voor een omvang van het project STW-subsidie plus bijdrage gebruikers van 0,5 miljoen tot 1 miljoen euro van 1 miljoen tot 1,5 miljoen euro van 1,5 miljoen tot 2 miljoen euro boven 2 miljoen euro vereiste bijdrage 25% van het meerdere boven 0,5 miljoen euro 125.000 euro plus 35% van het meerdere boven 1 miljoen euro 300.000 euro plus 45% van het meerdere boven 1,5 miljoen euro 525.000 euro plus 50% van het meerdere boven 2 miljoen euro aanvraag van 1.900.000 euro een bijdrage te leveren van 300.000 + 45 % van 400.000 = 480.000 euro.

het schrijven van een projectvoorstel 17 DE AANVRAAG PUNTSGEWIJS gebruiksgoederen, kleine instrumenten en hulpmiddelen, binnenlandse reizen; buitenlandse reizen; investeringen in apparatuur. Niet in aanmerking komen: kosten van algemene cursussen en de aio-opleiding; infrastructurele kosten zoals werkplek, kantoorartikelen, secretariële ondersteuning, afschrijvingen; werkplaatskosten, tenzij een project een onevenredig beslag legt op de capaciteit van de werkplaats; kosten van publicaties of boeken, page charges; rekenkosten kunnen zo nodig worden aangevraagd bij de NWO- Stichting Nationale Computerfaciliteiten (NCF) in Den Haag; onvoorzien : in noodgevallen kunt u later een extra toewijzing vragen; advertentiekosten; hiervoor bestaat een aparte regeling. Deze regeling is opgenomen in de Aanwijzingen voor de projectleider. De eigen instelling zorgt voor de benodigde infrastructuur, de begeleiding en inpassing in het onderzoeksprogramma van de onderzoeksinstelling. De STW kan hierover bij de decaan of de directie van de betrokken instelling informatie inwinnen. De benodigde expertise voor de uitvoering van het onderzoek moet bij de aanvragende instelling beschikbaar zijn, zodat betaalde adviseurs niet nodig zijn. Indien men samenwerkt met andere voor de STW niet-subsidiabele instellingen, bijvoorbeeld met TNO of een buitenlandse universiteit, dan dragen deze hun eigen kosten. De bijdrage van de STW aan een project kent een bovengrens van twee miljoen euro. Daarboven bepaalt het Bestuur van de STW eerst of een aanvraag ontvankelijk is. Overleg vooraf met het bureau van de STW ligt dan voor de hand. Voor projecten met een budget ten laste van de STW van meer dan een half miljoen euro is een bijdrage van de gebruikers vereist. Gedetailleerde informatie over de vereiste bijdrage is te vinden in het kader op pagina 16. De meest recente informatie staat op de website van de STW. Tijdelijke maatregelen kunnen de bedragen beïnvloeden. Voor aanvragen buiten het kader van het Open Technologieprogramma kunt u de website raadplegen of contact opnemen met het bureau van de STW. Vorm van de aanvraag De STW ontvangt uw aanvraag graag losbladig, niet gevouwen, met genummerde pagina s op A4-formaat, enkelzijdig bedrukt. U kunt per post inzenden, per e-mail of op diskette in de formaten MS Word, PDF of Postscript. Op de voorpagina vermeldt u in de linker bovenhoek Technische Wetenschappen, gevolgd door de hieronder genoemde administratieve gegevens. Als er belangrijke afbeeldingen in de aanvraag staan die niet eenvoudig te kopiëren zijn, kunt u dertig exemplaren daarvan bijvoegen. Tien pagina s, exclusief literatuurlijst en bijlagen, is een richtlijn; voor grote projecten kan meer ruimte nodig zijn. De taal kan Engels of Nederlands zijn. Vaak verdient Engels de voorkeur in verband met beoordeling door buitenlandse deskundigen. De STW kan zo nodig een Engelse vertaling vragen. Bij een Engelstalige aanvraag zijn een Nederlandse titel en samenvattingen verplicht. Een duidelijke typografie en een heldere schrijfstijl en structuur komen uw aanvraag ten goede: gebruikt u de indeling hieronder.

18 richtlijnen open technologieprogramma Het schrijven van een projectvoorstel voor het Open Technologieprogramma Administratieve gegevens Titel. De titel van het project: hiervoor zijn maximaal 225 karakters beschikbaar. Adres. Naam, adres, telefoonnummer, faxnummer en e-mail van de aanvrager en eventuele mede-aanvragers en het telefoonnummer van het secretariaat. De STW stuurt de officiële correspondentie naar de hoofdaanvrager. Dit is de eerste aanvrager die genoemd wordt. De STW gaat ervan uit dat de hoofdaanvrager de dagelijkse leiding van het project zal krijgen. Deze wordt projectleider en draagt de eindverantwoordelijkheid voor de uitvoering van het onderzoek en het utilisatieplan. Wijkt u hiervan af dan moet u dat expliciet vermelden. Inpassing. Maakt het project deel uit van een programma of ander samenhangend geheel, binnen of buiten de STW? Is het bedoeld voor opname in een programma? Aanvragen elders: Is ook elders steun aangevraagd voor dit onderzoek of programma? Zo ja waar, en wat is de status van die aanvraag op het moment van indiening bij de STW? Trefwoorden. Trefwoorden voor het onderzoek of vakgebied, modieuze termen niet uitgezonderd. Projectbeschrijving 1. Samenvattingen De samenvattingen moeten duidelijk zijn voor niet-vakgenoten. Juryleden moeten hier alle benodigde informatie over uw voorstel aantreffen. 1.1 Onderzoek. In een halve pagina beschrijft u de probleemstelling, het onderzoek en de te verwachten resultaten. 1.2 Utilisatie. U geeft een omschrijving van de utilisatie met dezelfde omvang. Hier noteert u alles wat de jury moet weten over de utilisatie, de aanpak ervan en de kans dat deze gerealiseerd wordt. 1.3 Nederlands. Als het voorstel in het Engels geschreven is, voegt u ook Nederlandstalige samenvattingen toe. 2. Samenstelling van de groep 2.1 Huidige groep. Hier geeft u de samenstelling van het team dat het onderzoek zal gaan uitvoeren. Wie heeft de dagelijkse leiding van het project, wie begeleiden het aangestelde personeel, hoe zijn de verdere taken verdeeld? 2.2 Kandidaten. Als er al kandidaten zijn om de aangevraagde personeelsplaatsen te vervullen, kunnen die hier genoemd worden. Geef een korte toelichting op hun geschiktheid. In uitzonderingsgevallen kan alvast een aanstelling voor een beperkte periode geregeld worden om een goede kandidaat te behouden. Het bureau geeft nadere informatie over deze mogelijkheid. 3. Wetenschappelijke beschrijving Een vakdeskundige moet hier voldoende informatie kunnen vinden om de kwaliteit van het onderzoek te beoordelen. 3.1 Inhoud van het onderzoek. Beschrijf de wetenschappelijke uitgangspunten en inhoud van het project. Geef weer met welke methoden en technieken u het probleem denkt aan te pakken, welke kennis al beschikbaar is, wat nog ontwikkeld moet worden en welke instrumenten of modellen u daarbij wilt inzetten. Het is niet voldoende hier de wetenschappelijke vraagstelling te noemen en verder op de eigen reputatie te vertrouwen. 3.1 Benodigd personeel en apparatuur. Hier geeft u een motivering van de noodzaak van zowel personeelsplaatsen als van de apparatuur en andere zaken.

het schrijven van een projectvoorstel 19 3.2 Tijdfasering en taakverdeling. U beschrijft het voorgestelde verloop van het onderzoek over de jaren en hoe de verschillende lijnen in elkaar grijpen. Zijn er mijlpalen ingebouwd? Verder maakt u hier duidelijk hoe u de taken zult verdelen. 3.4 Reeds aanwezige infrastructuur. Deze informatie is belangrijk voor de vraag of het onderzoek bij uw instelling op zijn plaats is. Tot de infrastructuur behoren geschikte laboratoriumruimte en aanwezige apparatuur, maar ook de begeleiding van op het project aangestelde personen. De plek waar het onderzoek zich fysiek zal afspelen, specificeert u hier. Nadere informatie over de inpassing van het aangevraagde project binnen de vakgroep of sectie kan van belang zijn voor de beoordeling. 3.5 Aansluiting met ander onderzoek. Wordt elders in Nederland of in de wereld onderzoek gedaan op hetzelfde terrein en hoe zijn uw contacten met de groepen die dit uitvoeren? Doen anderen concurrerend of juist aanvullend werk? Wat verwacht u aan toekomstige ontwikkelingen? 4. Utilisatieplan Het utilisatieplan moet duidelijk zijn voor personen zonder specifieke voorkennis. 4.1 De uitdaging van de praktijk en het voorgestelde antwoord. Een concreet probleem vraagt om een oplossing die nu nog niet voorhanden is. Beschrijf dit probleem en geef aan voor wie het een probleem is. Wat zijn de gevolgen zolang het probleem nog niet opgelost is? Hoe geeft dit onderzoek een aanzet tot een oplossing. Wat kunnen de maatschappelijke en economische gevolgen zijn? Het kan zijn dat uw onderzoek (op termijn) tot een geheel nieuw product leidt. Aan u de taak om aannemelijk te maken dat daar een markt voor is. Een onderzoek kan op de langere termijn leiden tot ontsluiting van een heel veld van toepassingen. Geeft u voldoende details om de haalbaarheid en de termijn waarop toepassing kan plaatsvinden te beoordelen. Een nieuwe technologie kan allerlei gevolgen hebben voor mens en maatschappij. Uw onderzoek kan de nodige gegevens leveren om een goede inschatting te maken van die gevolgen. 4.2 De gebruikers. Gebruikers van onderzoek worden gedefinieerd als personen, bedrijven of instellingen buiten het eigen onderzoeksgebied die de resultaten van het onderzoek willen toepassen. Soms is er een verschil te maken tussen directe gebruikers van de ontwikkelde kennis, meestal bedrijven, en eindgebruikers, die de producten van die bedrijven afnemen. Beide hebben hun eigen rol in de utilisatie en moeten dus ter sprake komen in het utilisatieplan. In een medische faculteit kan niet volstaan worden met de patiënt of een kliniek als gebruiker. Concrete bedrijven moeten worden genoemd. U kunt hier vermelden of gebruikers al toegezegd hebben een uitnodiging voor de gebruikerscommissie te zullen accepteren of op een andere wijze mee te werken. Ook vermeldt u de bijdrage van de gebruikers aan de projectkosten. Noem hier zowel bedrijven en instellingen met de namen van contactpersonen, adressen, telefoonnummers en e-mailadressen. 4.3 De implementatie. Geef aan wat de stappen zijn die u gaat nemen om de resultaten van het onderzoek daadwerkelijk toe te passen. Wat zijn de belemmeringen

20 richtlijnen open technologieprogramma Het schrijven van een projectvoorstel voor het Open Technologieprogramma en wie zijn nodig om die te overwinnen; hebben zij hun medewerking toegezegd? 4.4 Past performance. Heeft het team in het verleden succesvolle toepassingen gerealiseerd, in STW-verband of anderszins? 5. Kennisbeheer 5.1 Contracten. Indien u op een of andere manier gebonden bent door contracten op het gebied van dit voorstel, moeten die hier genoemd worden. Het bureau van de STW zal de tekst opvragen. Contracten die in conflict zijn met het uitgangspunt dat in het project ontwikkelde kennis gezamenlijk eigendom is van de STW en de aanvragende onderzoeksinstelling, zullen zonodig gewijzigd moeten worden. Als indieners meerdere werkgevers hebben, moet in dat verband duidelijk gemaakt worden wat de consequenties zijn voor de inbreng van en de aanspraak op kenniseigendom. 5.2 Octrooien. Hier geeft u aan wat het resultaat is van een octrooisearch, dan wel de reden waarom een dergelijk onderzoek niet relevant is. U geeft aan of u eigen octrooien of lopende octrooiaanvragen op het gebied van dit onderzoek hebt. 6. Begroting Zie hierboven welke kosten wel of niet in aanmerking komen voor financiering door de STW. Alle bedragen zijn exclusief BTW. U gebruikt de geldende munteenheid. 6.1 Personeelsplaatsen. U kunt personeelsplaatsen aanvragen voor tijdelijk personeel: promovendi, toegevoegd onderzoekers, postdocs of technici. U hoeft slechts de functie, de duur van de aanstelling en de deeltijd aan te geven. Bedragen zijn niet nodig. De STW vergoedt salariskosten en sociale lasten. Het personeel wordt aangesteld bij de uitvoerende instelling. De feitelijke aanstelling is onderworpen aan schriftelijke goedkeuring vooraf door het bureau van de STW. Aanstelling van buitenlanders is mogelijk, maar de formaliteiten daarvoor moet u zelf vervullen. De STW kan een honorering intrekken als personeelsplaatsen niet binnen een jaar vervuld zijn. 6.2 Materieel krediet. De kosten van verbruiksgoederen, kleine instrumenten en hulpmiddelen geeft u hier gespecificeerd aan. Binnenlandse reiskosten voor het project vallen ook onder het materieel krediet evenals kosten van bijscholing noodzakelijk voor de goede uitvoering van het project. 6.3 Krediet buitenlandse reizen. De kosten van reis en verblijf voor buitenlands congresbezoek en dergelijke in verband met het project. 6.4 Investeringskrediet. De kosten van noodzakelijke apparatuur en andere investeringen voor het project. Deze apparatuur wordt eigendom van de STW. De NWO/FOM/STW-Apparatuurbank beschikt over een database van wetenschappelijke apparatuur in Nederland. Via het bureau van de STW kunt u informeren of benodigde (dure) apparatuur misschien elders beschikbaar is. 6.5 Bijdragen van gebruikers. Vermeld hier de financiële, personele en materiële bijdragen van de gebruikers aan het project. Geef aan wat de laatste twee waard zijn, uitgedrukt in geld. Voeg bevestigingsbrieven van de gevers als bijlage bij het voorstel. Na honorering factureert de STW de geldelijke bijdragen en schrijft deze bij op het betreffende krediet van het project. 6.6 Overzicht van de totale projectkosten. Geef in tabelvorm de planning van de aanstellingen en budgetten per projectjaar. Gebruik daarbij de bovenstaande rubrieken en vermeld de gebrui-

het schrijven van een projectvoorstel 21 kersbijdrage afzonderlijk. De totale projectkosten worden gedefinieerd als de kosten voor de STW plus de bijdragen van de gebruikers uitgedrukt in geld. Infrastructurele kosten of andere inbreng door de onderzoeksinstelling vallen vallen hier niet onder. 9. Afkortingen en acroniemen Een multidisciplinaire jury heeft geen kennis van alle vakgebieden. Afkortingen en acroniemen moeten daarom minimaal één keer verklaard worden. Dit kan in de tekst zelf of in een aparte lijst. 7. Literatuurlijst Alle vermelde publicaties moeten vrij toegankelijk zijn. 7.1 Publicaties van de groep. Een lijst van publicaties van het team op het gebied van het projectvoorstel. Auteurs, titels en tijdschrift vermelden. 7.2 Literatuur. Relevante publicaties van anderen. Auteurs, titels en tijdschrift vermelden. 8. Bijlagen 8.1 Bevestigingsbrieven van bijdragen door gebruikers. 8.2 Andere stukken. Indien andere documenten van belang zijn voor de beoordeling van uw voorstel, kunt u deze als bijlage toevoegen. Het wordt aanbevolen de hoeveelheid papier te beperken.

UNS.2974 richtlijnen open technologieprogramma The development of a scanning fluorescence microscope using two photon excitation in combination with timegated detection project UNS.2974 Een state-of-the-art scannende fluorescentiemicroscoop waarbij gebruik gemaakt wordt van 2-fotonexcitatie en waarin de fluorescentie-emissie in de tijd kan worden gemeten. Objecten en processen kunnen selectief worden afgebeeld. Omdat het gedetecteerde volume zeer klein is, kan een 3D-beeld worden opgenomen. Door de combinatie met timegatetechnieken is het mogelijk deze beelden in de tijd te volgen.

Richtlijnen voor juryleden 23 INLEIDING STW onderzoek De Technologiestichting STW financiert technisch-wetenschappelijk onderzoek waarvan de resultaten op termijn toepassing vinden buiten de grenzen van het vakgebied van de indiener. Bedrijven maar ook overheden en andere maatschappelijke instellingen of groeperingen zijn gebruikers van de kennis uit STW onderzoek. Dit gebruik door nietvakgenoten vangt de STW in het begrip utilisatie. Een ander kenmerk van de STW is dat aanvragen uit alle wetenschappelijke disciplines welkom zijn, mits voldaan is aan het utilisatiecriterium. Appels en peren enkele wijzen in staat waren om met verstand van zaken alle terreinen van de wetenschap te overzien, ligt reeds lang achter ons. Daarom zijn er bij de STW geen vaste commissies van deskundigen die aanbevelingen doen over het toewijzen van de middelen. Het is iedere keer een ad hoc samengestelde jury van twaalf leden die het Bestuur daarover adviseert. De telkens wisselende samenstelling voorkomt dat er bevoordeling van bepaalde vakgebieden plaatsvindt. Bovendien is zo beter gewaarborgd dat de nieuwe lichting onderzoekers dezelfde kans op financiering heeft als de gevestigde orde. Beoordelingsprocedure vragen commentaar op het voorstel. Dit commentaar en het weerwoord daarop van de aanvrager vormen het hoor en wederhoor van deskundigen voor het voorstel. Dit wordt vervat in een zogeheten protocol. Hierna beoordeelt een multidisciplinaire jury doorgaans twintig projectvoorstellen met protocol. De jury bestaat uit gezaghebbende personen. Voor hun oordeel wordt geen beroep gedaan op hun specifieke vakkennis; zij oordelen als leek. Juryleden geven in beginsel slechts cijfers aan de voorstellen. Deze manier van beoordeling verschilt dan ook wezenlijk van de inhoudelijke beoordeling door de referenten. Door het ontbreken van disciplinaire beperkingen dingen er inhoudelijk sterk verschillende aanvragen uit diverse vakgebieden mee naar de middelen van de STW. Is het al moeilijk een afweging te maken tussen aanvragen uit één wetenschapsgebied, nog moeilijker is het wanneer aanvragen uit bijvoorbeeld de hoek van de civiele techniek, elektrotechniek, biologie of informatica naast elkaar beoordeeld moeten worden. In feite staat de STW voor de opgave appels met peren te vergelijken. De tijd dat De STW heeft een beperkt budget en slechts een deel van de aanvragen kan worden gehonoreerd. Om een objectieve en onafhankelijke beslissing te kunnen nemen over de projectvoorstellen heeft de STW de volgende beoordelingsprocedure ontwikkeld. Deze procedure verloopt in twee stappen. Minimaal vijf deskundigen, de referenten, beoordelen een voorstel. Zij hebben specifieke kennis op het onderzoeksterrein en geven aan de hand van een aantal Wie zijn de juryleden? De STW vraagt niet alleen academische onderzoekers voor de jury s. Twee derde van de juryleden is werkzaam bij een universiteit. De overige leden zijn afkomstig uit technologische instituten, het bedrijfsleven of andere maatschappelijke organisaties. De juryleden worden gevraagd om hun ervaring en goede staat van dienst, en niet om hun deskundigheid op het terrein van de voorstellen. Die ervaring

24 richtlijnen open technologieprogramma Richtlijnen voor juryleden WERKWIJZE VAN DE JURY en staat van dienst stelt hen in staat om op basis van de informatie in voorstel en protocol een oordeel te vormen over de wetenschappelijke kwaliteit van het voorstel en de kans op toepassing van de resultaten. Omdat de jury s zo breed zijn samengesteld, zijn zij een afspiegeling van dat deel van de Nederlandse samenleving dat zich nauw betrokken weet bij wetenschap en technologie. Daarmee is ook het maatschappelijk draagvlak van het onderzoek gewaarborgd. De procedure is schriftelijk. De jury komt niet bijeen om de aanvragen te bespreken. Het uitgangsmateriaal is een pakket van doorgaans twintig aanvragen met de bijbehorende protocollen. Elk voorstel bevat een samenvatting van het onderzoeks- en het utilisatieplan. Deze samenvattingen plus het protocol geven informatie over de basis van het voorstel. Een jurylid opereert volledig onafhankelijk, want hij/zij weet op dat moment niet wie de andere elf juryleden zijn. De STW publiceert in haar jaarverslag de namen van hen die in het desbetreffende jaar aan een jury hebben deelgenomen. De beoordeling verloopt in twee ronden. Per ronde heeft de jury enkele weken de tijd om de voorstellen te beoordelen. Elk jurylid geeft in de eerste ronde elk voorstel twee cijfers, één voor wetenschappelijke kwaliteit en één voor utilisatie volgens de waarderingsschalen die in het kader op pagina 26 en 27 staan. De schaal varieert tussen 1 = uitstekend en 9 = ondermaats. De jury wordt aangemoedigd de volle breedte van de beoordelingsschaal te gebruiken. Een jurylid beoordeelt elk voorstel op zich. Het is uitdrukkelijk de bedoeling dat men elke aanvraag op zich een cijfer geeft aan de hand van de boordelingsschaal. Men mag het cijfer niet afleiden van een plaats in de rangorde. Verschillende voorstellen kunnen dus dezelfde cijferwaardering krijgen. Indien een jurylid dat wil, mogen deskundigen worden geraadpleegd over een bepaald projectvoorstel, mits deze deskundige niet door een ander jurylid over hetzelfde voorstel is geraadpleegd. De aanvraag kan na lezing vragen oproepen. Een jurylid kan vragen stellen aan de indieners via het bureau van de STW. Als de vraag en het antwoord daarop van de indieners, van belang is voor een evenwichtige beoordeling van het voorstel, krijgen alle juryleden vraag en antwoord bij het begin van de tweede ronde toegestuurd. Het bureau verzamelt van alle juryleden de cijfers en berekent wat ieder voorstel gemiddeld op beide criteria, kwaliteit én utilisatie, heeft gescoord. Deze cijfers krijgen de juryleden bij het begin van de tweede ronde toegestuurd. Het eigen oordeel van een jurylid kan daar flink van afwijken. In de tweede ronde kunnen de juryleden - indien daar aanleiding

richtlijnen voor juryleden 25 AANDACHTSPUNTEN toe bestaat - hun cijfers voor een voorstel bijstellen. Het doel van de tweede ronde is het bereiken van een grotere consensus tussen de juryleden. De uitslag na de tweede ronde bepaalt de definitieve rangorde van de twintig voorstellen. De cijfers voor kwaliteit en utilisatie wegen daarbij even zwaar. Het Bestuur besluit projecten te honoreren of af te wijzen op basis van de rangorde. Bijzondere omstandigheden daargelaten, wordt veertig procent van de voorstellen gehonoreerd. Nadat het besluit is genomen wordt de jury schriftelijk over de uitslag geïnformeerd. Bij de beoordeling van een voorstel laat een jurylid zich leiden door de informatie in de aanvraag en het protocol. De meest essentiële informatie over het voorstel staat in de samenvattingen. Het protocol bevat het commentaar van de referenten. De STW vraagt de referenten van een voorstel te letten op een aantal aspecten en daar ook met hun commentaar op aan te sluiten. Het gaat om de volgende aspecten, onderverdeeld in de twee categorieën wetenschappelijke kwaliteit en utilisatie. De volledige vragenlijst kunt u vinden op de website van de STW. Wetenschappelijke kwaliteit: Competentie en reputatie van de aanvragers Originaliteit van het voorstel Onderzoeksmethoden en -programma Beschikbare infrastructuur Aantal gevraagde personeelsplaatsen en overige kosten Gebruikers en hun bijdragen aan (de kosten van) het onderzoek In het protocol zijn de commentaren van de referenten en de antwoorden van de indieners op deze wijze gerangschikt. Utilisatie Reputatie van onderzoekers wat betreft toepassing van resultaten uit eigen onderzoek Sterke en zwakke punten in het utilisatieplan Haalbaarheid van de toepassing Economisch belang van het onderzoek Octrooipositie

26 Richtlijnen voor juryleden richtlijnen open technologieprogramma BEOORDELINGSSCHAAL JURY WETENSCHAPPELIJKE KWALITEIT Beoordelingsschaal jury wetenschappelijke kwaliteit 6.Goed tot matig 1. Uitstekend Een uitstekend onderzoek of onderzoeksteam. Een goedgekozen probleem. De methode is bij uitstek origineel en doeltreffend. Zeer urgent. 2. Uitstekend tot zeer goed 3. Zeer goed Een competent onderzoeker of onderzoeksteam. Een gewichtig probleem. De methode is origineel en doeltreffend. Een spoedige aanpak is van belang. 4. Zeer goed tot goed 5. Goed Een gemiddeld onderzoeker of onderzoeksteam. Een routineprobleem. 7. Matig Het is lang niet zeker dat dit werk binnen de capaciteit van de onderzoeker en/of het onderzoeksteam ligt: het voorstel zelf bevat geen evidente fouten. Een matig interessant probleem. Of met deze standaardmethode het project met succes kan worden aangepakt, is zeer de vraag. Het project kan heel goed worden uitgesteld. 8. Matig tot ondermaats 9. Ondermaats De competentie van onderzoeker of onderzoeksteam wordt onvoldoende geacht. In het voorstel komen ernstige fouten of vergissingen voor. Deze verouderde methode deugt niet voor dit project. Niet uitvoeren, ook al zou er geld over zijn. Met de methode, die enige originele trekjes vertoont, kan het project worden aangepakt, hoewel ook andere mogelijkheden denkbaar zijn.

richtlijnen voor juryleden 27 BEOORDELINGSSCHAAL JURY UTILISATIE Beoordelingsschaal jury utilisatie 1. Uitstekend Dit zal zeker leiden tot belangrijke nieuwe technieken of tot heel belangrijke toepassingen in de industrie, de maatschappij, of andere wetenschappen. Dit onderzoek is hoognodig om een inschatting te kunnen maken van de gevolgen die het gebruik van deze technologie of techniek met zich meebrengt. De utilisatie is uitstekend doordacht en de aanpak garandeert met de grootst mogelijke waarschijnlijkheid een effectief gebruik van de resultaten. 2. Uitstekend tot zeer goed 3. Zeer goed Dit onderzoek zal waarschijnlijk leiden tot belangrijke nieuwe technieken of tot belangrijke toepassingen in de industrie, de maatschappij, of in andere wetenschappen. Dit onderzoek is zeer wenselijk om een inschatting te kunnen maken van de gevolgen die het gebruik van deze technologie of techniek met zich meebrengt. De utilisatie is goed doordacht en de aanpak maakt het aannemelijk dat van de resultaten van dit werk een goed gebruik zal worden gemaakt. 4. Zeer goed tot goed 5. Goed Dit werk zal mogelijk wel tot nieuwe technieken leiden, of tot toepassingen die misschien nuttig zouden zijn voor de industrie, de samenleving, of andere wetenschappen. Dit onderzoek zal wel nodig zijn om een inschatting te kunnen maken van de gevolgen die deze technologie of techniek met zich meebrengt. De utilisatie is voldoende doordacht, waarschijnlijk zal zij gedurende de uitvoering van het werk nog wel verbeterd kunnen worden; van de resultaten van dit werk zal vermoedelijk wel gebruik worden gemaakt. 6. Goed tot matig 7. Matig Technisch zou dit werk mogelijk ooit wel eens van pas kunnen komen of het is denkbaar dat t.z.t. een andere wetenschap, de industrie of de samenleving wel een van de resultaten gebruik zou kunnen maken. Op de resultaten uit dit onderzoek wordt nu niet bepaald gewacht, maar misschien komen ze nog wel eens van pas als er een inschatting gemaakt moet worden van de gevolgen van het gebruik van deze technologie of techniek. De utilisatie laat te wensen over. Deze dient beslist verbeterd te worden, anders moet worden gevreesd dat het gebruik van de resultaten van dit werk achterwege blijft. 8. Matig tot ondermaats 9. Ondermaats Technisch is het werk slecht en overbodig, dat wil zeggen andere, betere of gelijkwaardige doch goedkopere technieken zijn reeds voorhanden. Dit onderzoek draagt niet bij, doch vergroot daarentegen de verwarring die er bestaat over de gevolgen van het gebruik van deze technologie of techniek. De utilisatie deugt volstrekt niet.

28 Richtlijnen voor juryleden richtlijnen open technologieprogramma NIET TOEGELATEN CRITERIA TOT SLOT Eigen opvattingen over maatschappelijke relevantie en ethiek De kans op toepassing moet niet verward worden met een persoonlijk waardeoordeel over de maatschappelijke relevantie van het onderzoeksveld in de brede zin van het woord. Een oordeel over de utilisatie van de onderzoeksresultaten uit het beschreven en door de jury te boordelen onderzoek, is iets anders dan uw eigen inschatting van het nut en de noodzaak van bijvoorbeeld energie- en milieuonderzoek, of uw standpunt over de toelaatbaarheid van bijvoorbeeld biotechnologische technieken. Het gaat puur om de beoordeling van de vraag of de uitvoering van het beschreven onderzoek zal leiden tot een daadwerkelijke toepassing. Als de referenten over dit soort maatschappelijke en ethische aspecten opmerkingen maken, dient u die uiteraard wel in uw afweging te betrekken. Maar uw oordeel over de utilisatie kan alleen negatief worden beïnvloed los van de opmerkingen die de referenten hierover maken wanneer de maatschappelijke discussie er onherroepelijk toe leidt dat een toepassing in dit specifieke geval onmogelijk is. Beleidsoverwegingen Een jurylid mag in zijn of haar oordeel geen rekening houden met beleidsoverwegingen. Voorbeelden van argumenten die een jurylid niet mag betrekken in zijn of haar oordeel zijn: Dit soort onderzoek hoort niet bij de STW thuis. Deze afweging maakt het Bestuur. Als het voorstel in behandeling is genomen, kunt u ervan uitgaan dat het past binnen de doelstelling van de STW. Het algemeen maatschappelijk nut of doel is niet duidelijk. De overheid heeft al veel geld in dit onderzoeksterrein gestoken. Het onderzoek heeft geen prioriteit van de overheid. Het beslag op het budget van de STW is te groot. De universiteit moet dit zelf voor haar rekening nemen. De groep heeft in het verleden al veel extra steun gehad. Honorering gaat ten koste van de steun aan andere groepen. Het voorstel past niet in de landelijke taakverdeling op dit onderzoeksterrein. De STW hecht zeer aan haar methode voor de beoordeling van onderzoeksvoorstellen. Deze methode waarborgt in belangrijke mate gelijke kansen voor iedereen. Onderzoekers hebben dan ook veel waardering voor deze onafhankelijke procedure. Die onafhankelijkheid is alleen te bereiken als er naast de deskundige referenten ook een jury met telkens wisselende samenstelling de voorstellen beoordeeld. Tot het najaar 2000 hebben al meer dan 1700 verschillende personen deelgenomen aan een jury, waarbij slechts een enkeling meer dan één keer. Ook in de toekomst streeft de STW ernaar de kwaliteit van de beoordeling op het huidige niveau te handhaven. De hulp van velen, referenten en juryleden, is daarvoor onontbeerlijk.

NGN.3665 richtlijnen open technologieprogramma