Hollands Midden JAARPLAN District Rijn- en Veenstreek

Vergelijkbare documenten
Hollands Midden District Rijn- en Veenstreek. Veiligheidsthema s integraal districtsjaarplan 2011

Integrale veiligheid. Uitvoeringsplan 2013 / 2014

PROGRAMMABEGROTING

Raadsvoorstel Integraal Veiligheidsbeleid Haarlemmermeer/ Prioriteiten meerjarenplan politie

Districtscollege 24 januari Krishna Taneja, Jan Geijsman Politie Hollands Midden District Rijn- en Veenstreek

GEVOLGEN VOOR JA/NEE ROUTING DATUM Communicatie Ja College 13 september 2011 Financieel

Wijkwerkplan Albrandswaard november 2009

Integrale Veiligheidsrapportage. Gemeente Littenseradiel. Januari t/m december 2011

Veiligheidsbeeld gemeente Amersfoort

Presentatie commissie veiligheid gem. Emmen. 15 maart 2012

Vernieuwend Werken per

Raadsmededeling - Openbaar

Bijlage 3 Jaaruitvoeringsplan Tweestromenland 2015

MEMO AAN DE GEMEENTERAAD

Tijdens de informatiebijeenkomst d.d. 12 februari 2015 heeft de politie een toelichting gegeven op deze politie(criminaliteits)cijfers.

Beleidsplan Integrale Veiligheid

tabel 2-1: Beleidsinstrumenten per veiligheidsveld Woon-/ Bedrijvigheid Jeugd leefomgeving Instrument Integriteit Overig

Veiligheidscijfers Soest 2015 samenwerking loont

Analyse cijfers prioriteiten Veiligheid 2012 t/m 2016

Betreft Kadernota Integrale Veiligheid Westelijke Mijnstreek Veiligheid kent geen grenzen.

Rapportage driehoeksmonitor Lokaal Criminaliteits- en Veiligheidsbeeld Basisteam Zaanstad

Veiligheidsbeeld gemeente Amersfoort

Taak en invloed gemeenteraad op de. Integrale veiligheid

Notitie bij collegebrief RVR 2015

Veiligheidsavond Leiderdorp

Integraal veiligheidsbeleid

Politie Hollands Midden District Leiden en omstreken. Jaarplan 2011

INTEGRALE VEILIGHEID

Gemeente Langedijk. Voorstel aan de raad

Veiligheid kernthema: maatschappelijk evenwicht & veiligheid

Bijlage A: Veiligheidsanalyse (cijfermatig overzicht) Gemeente Neder- Betuwe

Toezicht- en Handhavingsplan 2016 Openbare Orde en Veiligheid Drank en Horecawet Gemeente Westvoorne

Actieplan Veiligheid 2018

7 speerpunten voor aanpak van winkelcriminaliteit

O O *

Raadsleden & Veiligheid. Een introductie

Jaarplan 2004 politie Geertruidenberg-Drimmelen

VOORBLAD RAADSVOORSTEL

Veiligheid in Leusden. We kijken even terug naar 2018.maar vooral vooruit!

CMWW. Evaluatie Jeugd Preventie Programma Brunssum

Veiligheidsprogramma 2015

Vraag: Welke risico's brengt deze verstrekking met zich mee?

De leden van de gemeenteraad van Haarlemmermeer Postbus AG Hoofddorp

agendanummer afdeling Simpelveld VI- onderwerp Kadernotitie Integraal Veiligheidsbeleid Gemeente Simpelveld

Prioritering Beleidskader Veiligheid Veiligheidsanalyse 2018

Veiligheid. Integrale Veiligheid. Rampenbestrijding

Raadsinformatieavond. Gemeente Woerden. Bert Roemeling Petrie Velthof. 12 februari 2015

HET VOORTGEZET ONDERWIJS

Raadsstuk. Onderwerp: integraal veiligheids- en handhavingsbeleid BBV nr: 2014/367894

Kadernota Integrale Veiligheid Westelijke Mijnstreek

Uitvoeringsplan (woning)inbraak

Wat is een Veiligheidshuis?

Criminaliteitscijfers 2012 en gebiedsscan criminaliteit & overlast - update 2013

Jaarplan Veiligheid 2018 met uitvoeringsprogramma s en verlengen kadernota Integrale Veiligheid (wensen en bedenkingen)

Veiligheid(sbeeld) gemeente Goirle

AGENDAPUNT voor burgemeester en wethouders

Veiligheidsanalyse. m.b.t. integraal veiligheidsbeleid Gemeente Geertruidenberg en Drimmelen

Integrale veiligheidsaanpak Den Helder & Texel. Rob Out

Rhenen. ontwikkeling in de periode januari-jun 2018 t.o.v. januari-jun 2017

Toespraak Annemarie Jorritsma Thema: Woninginbraken Bestuurdersdiner lokale veiligheid 29 oktober 2013

Burgemeester en B&W-aanbiedingsformulier

Handhavingsplan Openbare Orde en Veiligheid 2013 Wormerland

Convenant Veiligheid in rn om de school Gemeente Hengelo

maatschappijwetenschappen vwo 2015-II

Actieplan Veiligheid District Binnenstad Stadsdeel Binnenstad. Maart 1999

Mr. B.B. Schneiders burgemeester

NO DRUGS. Plan van aanpak drugsproblematiek

Verordening tot wijziging van de Algemene plaatselijke verordening ten behoeve van inzet cameratoezicht

CONVENANT VEILIGE SCHOOL. Voortgezet onderwijs

Integraal Veiligheidsbeleid Deel 2, Veiligheid in Bronckhorst

GELDERLAND_ZUID. Nationale Politie

Programma 1 Leefbaarheid en Veiligheid. Begroting 2018 Gemeente Heerhugowaard

gemeente Eindhoven RaadsvoorstelBeleidskader integrale veiligheid

Veiligheid analyse Leerdam, ontwikkelingen tussen

Datum 26 september 2011 Onderwerp Antwoorden Kamervragen over de bescherming van juweliers en andere middenstanders

Raadsinformatiebrief Nr. :

De leden van de raad van de gemeente Groningen te GRONINGEN (050)

Commissie ABA Valkenburg

Hand-out. Veiligheidsavond Leiderdorp 13 juni 2013

Uitvoeringsprogramma Integrale veiligheid 2012

Werkgroep Begroten en Verantwoorden. Programma 1 Leefbaarheid en Veiligheid

Raadsvoorstel. Status Besluitvormend: Kadernota Oordeelvormend: Veiligheidsplan Besluitvormend: Veiligheidsfonds

Prioriteiten en doelstellingen voor Openbare Orde en Veiligheid Gemeente Sliedrecht

Kadernotitie Integraal Veiligheidsbeleid

Besluit college van Burgemeester en Wethouders

Vervolgblad Informatienotitie Pagina 1. Raadsleden College van Burgemeester en Wethouders Veiligheidsbeleid

COLLEGE VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS - BESLUIT

Politierapportage. Eenheid Noord-Nederland. District Fryslân. Basiseenheid A5 Sneek. Samenvatting 2015

Raadsvoorstel. Onderwerp. Status. Voorstel. Inleiding. Beoogd effect. Ag. nr.: Reg. nr.: Datum:

Aan de commissie: Algemeen bestuur en middelen Datum vergadering: 14 februari 2008 Agendapunt : 6. Aan de Raad. Made, 22 januari 2008

Raadsstuk. De raad der gemeente Haarlem,

Eindexamen maatschappijwetenschappen havo II

Aanbod Professionalisering Toezicht en handhaving

Maastricht Informatie Knooppunt (MIK)

Bij deze brief is het persbericht en een 5-jarenoverzicht met de resultaten opgenomen. Hieronder zal ik een aantal zaken eruit lichten.

Een veilige stad begint in de buurt

Jaaruitvoeringsprogramma integrale veiligheid. Gemeente Purmerend Vastgesteld door het college van burgemeester en wethouders op 2015

BEANTWOORDING SCHRIFTELIJKE VRAGEN Ex. artikel 43 Reglement van orde van de raad 2013

CONVENANT. Veiligheid op scholen van het Voortgezet en Middelbaar Beroepsonderwijs in LELYSTAD

Convenant Veiligheid in en om de school Veiligheid in en om de school

Transcriptie:

JAARPLAN 2011 District Rijn- en Veenstreek Definitieve versie 1.0. Vastgesteld na behandeling in het districtscollege d.d. 22 november 2010

Voorwoord Voor u ligt het eerste integrale districtsjaarplan veiligheid voor het jaar 2011 voor het gebied Rijn- en Veenstreek. In dit jaarplan staan de onderwerpen die de gezamenlijke veiligheidspartners binnen het district Rijn- en Veenstreek van de veiligheidsregio Hollands Midden, in aanvulling op de lokale veiligheidsplannen en werkplannen en het regionaal vastgestelde beleid, gaan oppakken. De gezamenlijke (districtelijke) speerpunten voor 2011 zijn: woninginbraken, overvallen, jeugdoverlast en jeugdcriminaliteit, hennepteelt en verkeersveiligheid. In de aanpak zal de focus liggen op (jeugdige) veelplegers, lokale daders en persoonsgerichte aanpak. Het districtsjaarplan beschrijft naast een lokale probleemaanpak per gemeente (zie bijlage), vooral de aanpak van problemen die bovenlokaal aandacht vragen. Deze ambitie kent een groot aantal voordelen. Allereerst blijkt dat lokale daders zich meestal niet beperken tot de eigen woonplaats, maar ook in omliggende gemeenten actief zijn. Bovendien is door het ontwikkelen van een districtelijk uitvoeringsplan het uitleren van best practises mogelijk; gemeenten en politie kunnen van elkaar leren. De integrale aanpak op de districtelijke onderwerpen is even belangrijk als die op gemeentelijk niveau. Met het vaststellen van dit districtsjaarplan verplichten politie en bestuur zich over en weer tot het uitvoeren van de genoemde activiteiten om samen tot een veiliger en leefbaarder district te komen. Het jaarplan is daarmee de basis voor sturing en verantwoording van onze taakuitvoering. Het geeft richting aan het handelen en kan het handelen ook motiveren doordat het een context schept waarin bepaalde acties meer of minder zinvol zijn en betekenis krijgen. Mochten er lopende het jaar 2011 belangrijke veiligheidsontwikkelingen zijn die onze aandacht verdienen, dan zullen er binnen het districtscollege nadere afspraken worden gemaakt over prioritering en capaciteitsplanning. Binnen het politiekorps is er veel in beweging. In 2010 is in het korps de basis gelegd voor de 12 nieuw te vormen teams basispolitiezorg en de versterking van de districtsrecherches. Daarvoor is niet alleen is het aantal formatieplaatsen voor medewerkers in de uitvoering van de basispolitiezorg en de opsporing uitgebreid, ook het aantal wijkagenten is verhoogd. Met deze veranderingen wordt beoogd dat de vitaliteit van de teams basispolitiezorg en de districtsrecherche toeneemt. Zij zullen daardoor beter in staat zijn om aan de vraag van de omgeving te voldoen. Onze uitdaging is om, na het vertrek van de gemeenten Leiderdorp en Zoeterwoude, ook als relatief klein district met meer slagvaardige teams in de basispolitiezorg en opsporing te komen tot een groter presterend vermogen van het district. Tevens zijn de landelijke ontwikkelingen met betrekking tot het politiebestel van belang. Duidelijk is dat het de kant op gaat van minder korpsen. De politie staat voor de opdracht om effectiever en efficiënter te werken. Ook heeft het korps een forse bezuinigingstaakstelling. Net als andere publieke en private ondernemingen dient er op de kosten te worden gelet waarbij aan bezuinigingen niet zal worden ontkomen. Deze bezuinigingen komen voorlopig niet aan de uitvoering en nog steeds zal fors worden geïnvesteerd in het veilig maken van het district. Tot slot De veiligheidssituatie in het district ontwikkelt zich in positieve zin. Dit plan draagt ertoe bij, dat deze situatie zo blijft. Daarom krijgen de politiemensen, die zich elke dag onder soms moeilijke omstandigheden inzetten alle steun van het districtscollege om hun opgave waar te maken. De voorzitter van het districtscollege, W. de Gelder, Burgemeester van Alphen aan den Rijn - Pagina 2 van 15 -

1. REGIONALE TRENDS EN BELEIDSSPEERPUNTEN Politie Hollands Midden wil nadrukkelijk een vitaal korps zijn, dat snel en professioneel inspeelt op veranderende omstandigheden. In 2009 en 2010 heeft zich een aantal trends ontpopt, dat vraagt om aanpassing in werkwijzen, methoden en cultuur. Trends in criminaliteit kunnen niet los gezien worden van maatschappelijke trends. Maatschappelijke trends geven aan hoe mensen zich in de samenleving gedragen. Dit vertaalt zich door in de criminaliteit. Hieronder volgt een aantal van die trends: Individualisering: ik-doe-mijn-eigen-ding-cultuur en de sterke gedoogcultuur, met als tegentrend verruwing en a-socialisering. Flexibilisering: Dynamiek en veranderlijkheid worden tot status quo verheven. Er ontstaan allerlei vormen van samenwerkingsverbanden. Horizontale verantwoording wordt steeds belangrijker. Netwerkend werken is bijna een voorwaarde aan het worden om iets te bereiken. Technologisering: De alles doordringende invloed van technologie en nieuwe media heeft een enorme impact. Snelheid van beweging en verandering is hiermee verbonden. Er ontstaan nieuwe vormen van criminaliteit, bijvoorbeeld op sociale netwerken, skimming en fraude op allerlei digitale markplaatsen. Vergrijzing: De toename van het aantal ouderen binnen de Nederlandse bevolking door bevolkingsopbouw en toenemende levensverwachting is een feit. Dit brengt ook potentieel nieuwe slachtoffers van criminaliteit met zich mee. Dematerialisering: Er is meer behoefte aan zingeving en er is een breed gedeelde bezorgdheid over ecologische vraagstukken. Natuur, milieu en dierenwelzijn zijn hot. Als tegentrend wordt de samenleving geconfronteerd met een toenemend activisme en het beveiligen van politici en vertegenwoordigers van het bedrijfsleven. Het stelsel Bewaken en beveiligen kost de politie steeds meer capaciteit. Bovenstaande trends zijn niet alleen regionaal toepasbaar maar ook districtelijk. Zowel de criminele als maatschappelijke trends vormen de context waarbinnen wij als politiedistrict ons werk moeten doen. Deze trends zijn dan ook leidend in de formulering van onze aanpak voor 2011. Als de politie, in voortdurende samenwerking met haar partners en inwoners, slagvaardig wil blijven, zullen andere methoden ingezet moeten worden. We staan immers voor de opgave om toezicht en handhaving te intensiveren en de opsporing gerichter en efficiënter in te zetten. Misdaad mag niet lonen en vraagstukken rond veiligheid vragen een voortdurende verbinding met het bestuur, Openbaar Ministerie, onze burgers en de media. Ons politieoptreden vraagt ook om slimme inzet en strategie. Van belang is om zo flexibel mogelijk de medewerkers in te zetten zodat zo adequaat gereageerd kan worden op incidenten. Om veiligheid en tevreden inwoners te bewerkstelligen werd in het korpsjaarplan 2010 een aantal speerpunten vermeld, te weten: Integraal veiligheidsbeleid, Gebiedsgerichte politiezorg, Informatiegestuurde politie en de Persoonsgerichte aanpak. Deze vier speerpunten zijn ook in het district Rijn- en Veenstreek in 2011 van kracht. 1.1 Integraal veiligheidsbeleid Waar in het verleden de politie een dominante speler was in het kader van veiligheid, verschuift de regie, vooral door het lokale veiligheidsbeleid, naar het lokale bestuur. Met name de burgemeester is belast met de handhaving van de openbare orde en veiligheid en de gemeente is de regisseur in het integrale veiligheidsbeleid. De inzet van de gemeenten op dit thema verschilt momenteel nog. Daarom zal gewerkt worden aan een meer gezamenlijke doorontwikkeling binnen de regio en daarmee ook binnen ons district. Wij zullen als politie onze bijdrage leveren door de ons opgedragen taken te doen, maar ook veiligheidsontwikkelingen te signaleren en daarop te adviseren, naar gemeenten (bijvoorbeeld door het maken van bestuurlijke rapportages) maar zo nodig ook naar andere partners en zelfs burgers. De politie is bij uitstek de organisatie die in de haarvaten van de samenleving beweegt en daardoor veel kennis heeft van wat er in de samenleving speelt. Signaleren en adviseren impliceert dat de politie aangeeft waar andere partners in haar optiek een bijdrage kunnen leveren aan het reduceren van onveiligheid. Daarmee spelen wij in op de tendens in de samenleving dat meer en meer in netwerkrelaties gedeelde belangen worden nagestreefd. - Pagina 3 van 15 -

Om de integraliteit in de aanpak van veiligheidsvraagstukken te bevorderen is het de ambitie om in de toekomst tot een gemeentegrens overstijgend uitvoeringsplan te komen waarin alle gemeenten en teams basispolitiezorg van een district vertegenwoordigd zijn. Gemeenten maken sinds enkele jaren Integraal Veiligheidsbeleid (IVB) waarbij zij verantwoordelijk zijn voor de regiefunctie op het gebied van veiligheid. Het is de bedoeling dat de gemeente organiseert dat alle belangrijke veiligheidspartners, waaronder de politie, daarbij om tafel zitten. Dit concept werkt als volgt: 1. Gemeenten roepen éénmaal per 4 jaar alle benodigde veiligheidspartners aan tafel om een Kadernota Veiligheid (Kernbeleid Veiligheid) op te stellen. De politie is één van de partners die hierbij nadrukkelijk wordt betrokken en aangeeft wat haar rol en respectievelijk activiteiten kunnen zijn; 2. Gemeenten roepen jaarlijks alle benodigde veiligheidspartners aan tafel om een uitvoeringsprogramma op te stellen. Hier is de rol van de politie identiek aan de beschrijving bij het vorig punt; 3. Eén van de burgemeesters uit het districtscollege wordt benoemd als bestuurlijk trekker om een districtelijk uitvoeringsprogramma op te stellen. Aan de hand van een gezamenlijke veiligheidsfoto wordt in het districtscollege bepaald welke thema s op districtelijk niveau prioriteit in aanpak moeten krijgen. Bekeken wordt waar bovengemeentelijk samengewerkt kan worden op een aantal hoofdthema s en wat de politiebijdrage in deze gevallen kan zijn. Natuurlijk wordt er op vele terreinen al samengewerkt, zoals bij de integrale aanpak hennepteelt en de invoering van de bestuurlijke strafbeschikking. Daarnaast zijn er vele overlegvormen waarin de verschillende veiligheidspartners probleemgericht samenwerken om ons district veiliger te maken. 1.2 Gebiedsgebonden politiezorg (GGP) Politie Hollands Midden kiest voor een politiefunctie dicht bij de burger. Effectiviteit gaat hier boven efficiency. Dat betekent dat wij (7x24 uur) in de samenleving aanwezig zijn, en samen met onze partners conflicten en veiligheidsproblemen aanpakken. Gebiedsgebonden werken is geen doel op zich, maar een werkwijze om maatschappelijke integratie te bereiken. Maatschappelijke integratie is een voorwaarde voor onze legitimiteit: het basale vertrouwen in de politie op grond waarvan haar functioneren wordt aanvaard. Onder meer om deze reden zal het gebiedsgebonden werken worden doorontwikkeld. Ten eerste aan de hand van het landelijke Referentiekader Gebiedsgebonden Politie. Hierbij gaat het niet primair om de optimalisering van het functioneren van wijkagent of basisteams, maar om de vraag hoe wij als politiekorps onze organisatie en werkwijze kunnen optimaliseren om maatschappelijke integratie te behouden en te verbeteren. 1.3 Informatie gestuurde politie Het concept Informatiegestuurde Politie (IGP) is bedoeld om zo goed en zo efficiënt mogelijk informatie te verzamelen ten aanzien van daders en delicten. Dit vakgebied is in de huidige tijd van essentieel belang. Het is echter ook een vakgebied waarbinnen voortdurende pro-activiteit een voorwaarde is om een bijdrage te kunnen blijven leveren aan het werken aan veiligheid. Die proactiviteit betrekken wij zowel op de instrumenten die wij hanteren als op de inrichting van de werkprocessen. 1.4 Persoonsgerichte aanpak 20 procent van de daders is verantwoordelijk voor 80 procent van de delicten. Een daadkrachtige persoonsgerichte aanpak in tegenstelling tot een delictsgerichte benadering moet zorgen dat we diegene aanhouden die zorgen voor de ervaren overlast en criminaliteit. Het is al langer bekend dat een relatief klein deel van alle daders en overlastplegers verantwoordelijk is voor een relatief groot deel van de veelvoorkomende criminaliteit en overlast. Bij de keuze welke zaken door de politie worden aangepakt moet de dader centraal staan en niet het gepleegde feit. Politie Hollands Midden gaat daarom in 2011 haar keuze voor zaken in de districten bepalen aan de hand van de mate waarin potentiële daders overlast en criminaliteit veroorzaken. Een daadkrachtige persoonsgerichte aanpak sorteert effect op overvallen, woninginbraken, auto-inbraken en overige vermogensdelicten. Elke veelplegende dader die vast zit pleegt geen strafbare feiten meer. Een dergelijke strategie sorteert effect op overvallen, woninginbraken, auto-inbraken en overige vermogensdelicten. Ook zal, gezamenlijk met partners, moeten worden gekeken naar de mogelijkheden van het doorbreken van het gedrag van de dader. Bijvoorbeeld door casusbesprekingen in Het Overleg. - Pagina 4 van 15 -

2. VEILIGHEIDSANALYSE In de veiligheidsontwikkeling in het district is een aantal trends te onderscheiden. Deze trends zullen in globale termen worden geduid. Daarbij moet rekening worden gehouden met het feit dat door de invoering van de Basisvoorziening Handhaving in juni 2009 en de verandering in teamindeling in juni 2010 de vergelijking met voorgaande jaren niet één-op-één te maken is. Om een goede afstemming van de veiligheidspartners onderling te bereiken en daarmee een integrale probleemaanpak binnen het district, wordt gebruik gemaakt van de methode Kernbeleid Veiligheid (geactualiseerde versie, september 2010). De methode Kernbeleid Veiligheid kent een systematische ordening van vijf veiligheidsvelden en daarin weer verschillende thema s. Deze velden zijn: Veilige woon- en leefomgeving, Bedrijvigheid en veiligheid, Jeugd en veiligheid, Fysieke veiligheid en Integriteit en veiligheid. De toepassing van deze methode wordt uitgedragen door de Vereniging van Nederlandse Gemeenten. De analyse is geordend volgens de indeling van het Kernbeleid Veiligheid. In dit hoofdstuk wordt alleen de analyse beschreven, in het volgende hoofdstuk de aanpak. 2.1 Veilige woon- en leefomgeving: woninginbraken Regionaal laten de cijfers in 2010 een behoorlijke stijging zien ten opzichte van het jaar daarvoor. Districtelijk is een duidelijke piek te zien eind 2009 en begin 2010, daarna een afvlakking tot mei en dan weer een opleving in de zomermaanden. In de zomermaanden komt insluiping relatief vaak voor. Een reden hiervoor zou kunnen zijn dat, mensen vaker ramen en deuren open laten. Dit is een uitgelezen kans voor de gelegenheidsdief. Al met al blijft het aantal woninginbraken op een hoog niveau. Onderzoek wijst uit dat het district te maken heeft met verschillende soorten daders: hoofdzakelijk zijn het lokale daders, die overigens ook vaak feiten plegen net buiten de eigen wijk- of gemeentegrenzen, aan de andere kant mobiel opererende dadergroepen die door de hele regio en daarbuiten actief zijn. Mede door de ligging van het district ten opzichte van bijvoorbeeld de grote steden maar ook uitvalswegen als de A4 en de N11, valt een aantal woninginbraken toe te schrijven aan verdachten die afkomstig zijn uit diverse landen in Midden- en Oost-Europa. Het betreft hier hit and run acties; snel van de snelweg af, toeslaan en weer weg. Daarnaast bestaan er actieve allochtone dadergroepen uit Amsterdam, Haaglanden, Leiden en de Goudse regio. Deze dadergroepen kennen niet altijd een duidelijke, vaste samenstelling, maar vormen vanuit een heel grote groep kleine teams om met elkaar inbraken te plegen. - Pagina 5 van 15 -

2.2 Veilige woon- en leefomgeving: geweld op straat, huiselijk geweld In juni 2009 is de politie Hollands Midden gestart met een andere manier van het registreren van geweldsincidenten. Naast de algemene geweldsincidenten zoals mishandeling, vechtpartijen en bedreigingen worden nu ook burenruzies en conflicten in de telling meegenomen. Dit verklaart de toename die vanaf juni 2009 in de trendgrafiek te zien is. Na de piek aan het einde van het 1 e tertiaal is het aantal geweldsincidenten afgenomen. De meeste incidenten betreffen burenruzies en conflicten. Horecageweld is een dark number waarbij uit de gehanteerde cijfers niet een zuiver beeld kan worden gegeven. Incidenteel vinden in het centrum van Alphen aan den Rijn in en rondom horecagelegenheden wel eens wat vechtpartijtjes plaats. Ook rondom evenementen worden wel geweldsincidenten gemeld. Te vaak vindt er geweld tegen (politie)ambtenaren plaats, bijvoorbeeld rond Oud en Nieuw. Op het thema Huiselijk Geweld heeft de gewijzigde registratie geen invloed. Het aantal gemelde incidenten kent een veranderlijk verloop. Feit is dat huiselijk geweld lastig te verklaren en voorspellen is. Een stijging of daling van het aantal meldingen kan betekenen dat er daadwerkelijk meer of minder huiselijk geweld gepleegd wordt, maar ook dat slachtoffers meer of minder bereid zijn aangifte te doen of dat de omgeving in meer of mindere mate signalen oppikt. - Pagina 6 van 15 -

2.3 Veilige woon- en leefomgeving / bedrijvigheid en veiligheid: overvallen (en straatroof) Regionaal gaat de aandacht uit naar de najaarspiek voor wat betreft de overvallen. District Rijn- en Veenstreek wijkt af van het regionale beeld; de problematiek lijkt hier in aantallen minder ernstig, wat natuurlijk niet wegneemt dat de impact op de slachtoffers groot is. Het district heeft te maken met overvallen op bedrijven (hieronder vallen ook winkels), overvallen op woningen en met plofkraken op pinautomaten. Deze plofkraken vinden ook elders in de regio en daarbuiten plaats. Er is hier waarschijnlijk sprake van een bovenregionaal opererende dadergroep. Straatroven komen weinig voor. 2.4 Bedrijvigheid en veiligheid: veilig winkelgebied, veilige bedrijventerreinen In het district bevinden zich diverse bedrijventerreinen en winkelcentra. Het aantal bedrijfsinbraken (inclusief inbraken in winkels maar exclusief winkeldiefstallen) is al een aantal jaren dalende. De inbraken vinden in het hele district plaats. Vooral bedrijven en winkelpanden die afgelegen of afgeschermd liggen, zijn de dupe. Net als bij woninginbraken worden de inbraken vooral toegeschreven aan lokale daders en deels aan mobiel banditisme. 2.5 Jeugd en veiligheid De dalende trend met betrekking tot jeugdoverlast en vernielingen zet zich voort. Volgens de Bekemethodiek kent het district (stand september 2010) 9 problematische jeugdgroepen: 6 hinderlijke en 3 overlastgevende. De hinderlijke groepen zijn verspreid over het district. De overlastgevende groepen bevinden zich in Alphen aan den Rijn (2) en in Hazerswoude-Rijndijk (1). Vaak zijn pieken te zien in de zomermaanden vanwege het warme weer, rond jongerencentra en locaties als voetbalkooien en winkelcentra. Bij sommige locaties is er sprake van steeds dezelfde personen die de melding doen. 2.6 Fysieke veiligheid: verkeersveiligheid Er lopen diverse dominante waterwegen en grote verkeersaders door het district die essentieel zijn voor de mobiliteit in de randstad. Dit brengt de nodige verkeersbewegingen met zich mee en gaat gepaard met de nodige verkeersovertredingen en -ongevallen. Jaarlijks vallen er in het verkeer meer doden dan in alle (andere) vormen van criminaliteit en overlast samen. Het verkeer in heel Nederland zorgt elke dag voor drie doden en zo'n 130 gewonden. Van alle ongevallen is volgens schattingen van de SWOV ongeveer 25% alcoholgerelateerd (landelijk). In Alphen aan den Rijn is in 2009 het aantal ernstige ongevallen (dodelijke ongevallen plus ziekenhuisongevallen) flink afgenomen ten opzichte van 2008 en is de gematigde trend van de jaren daarvoor weer voortgezet. In de andere gemeenten wordt de trend van de afgelopen jaren voortgezet. Er zijn in het district geen echte blackspots (6 ernstige aanrijdingen op dezelfde plek in 3 jaar tijd), wel hotspots waar relatief vaak ongevallen plaatsvinden. Deze hotspots bevinden zich zowel op de diverse N-wegen als binnen de bebouwde kom (Alphen aan den Rijn). Veel aanrijdingen zijn snelheid dan wel gedrag gerelateerd. Ook het overtreden van verkeersregels komt vaak voor. Daarnaast blijkt er vaak sprake te zijn van alcoholgebruik. In dat verband springt Kaag en Braassem er (negatief) uit. 2.7 Integriteit en Veiligheid: illegale hennepteelt Gezien de agrarische achtergrond van de Rijn- en Veensteek is er sprake van de potentiële aanwezigheid van relatief goede voorzieningen die voor de grootschalige kweek van hennep van - Pagina 7 van 15 -

belang zijn. Kassen, loodsen en andere gebouwde voorzieningen voor oorspronkelijk de land- en tuinbouw kunnen eenvoudig worden omgebouwd tot hoogwaardige hennepkwekerijen. Maar ook in stedelijk gebied worden regelmatig hennepkwekerijen aangetroffen. In de eerste negen maanden van 2010 zijn alleen al in dit district 15 kwekerijen opgerold, waarvan 9 in Alphen aan den Rijn. In het merendeel van de gevallen is sprake van diefstal van stroom en hierdoor ontstaan vaak (brand)gevaarlijke situaties. Dit is nog maar het topje van de ijsberg, want het gros van de kwekerijen blijft onontdekt of is al ontmanteld als er een melding wordt gedaan. Ook meldingen van Energiebedrijven over lekkage van stroom en bovenmatig stroomafname levert op dat er veelvuldig meldingen binnenkomen van vermoeden van hennepteelt. In woonwijken zijn het voornamelijk omwonenden die stankoverlast melden bij gemeente of corporatie. Woningcorporaties geven op hun beurt die informatie weer door aan de politie. - Pagina 8 van 15 -

3. INTEGRALE PROBLEEMAANPAK BINNEN HET DISTRICT Vanuit de veiligheidsanalyse in hoofdstuk 2, gekoppeld aan de regionale trends en Beleidsspeerpunten, komen een aantal districtelijke prioriteiten naar voren. Deze districtelijke prioriteiten vergen een bovenlokale probleemaanpak. In de bijlage wordt nader ingegaan op de lokale gemeentelijke problematiek en de diverse lopende activiteiten om deze problematiek op te lossen. Hierbij zijn alleen de specifiek lokale focuspunten omschreven. 3.1 Veilige woon- en leefomgeving: Woninginbraken Het aantal woningbraken blijft onverminderd hoog. Investering op dit thema is nog steeds te rechtvaardigen aangezien een inbraak nog steeds een grote impact heeft op het wooncomfort van de burger. Vanwege de ernst van de inbreuk op het veiligheidsgevoel moeten we blijven investeren in een gezamenlijke aanpak doordat de (veiligheids)partners politie, Openbaar Ministerie en de gemeenten, onder regie van de burgemeesters, in directe afstemming met de verantwoordelijk wethouders, activiteiten ontwikkelen waarbij de inwoners, woningcorporaties en andere maatschappelijke organisaties worden betrokken. De te nemen maatregelen zullen zowel generiek (voor alle gemeenten) als lokaal worden gericht op de keten van proactief, preventie, preparatie, repressie en nazorg. De maatregelen dienen uitwerking te hebben op zowel de daders, de bewoners / slachtoffers, als de woonomgeving/woningen van (potentiële)slachtoffers. Dit is een manier van aanpak die het meest succesvol is gebleken. Rol van de individuele gemeenten De rol van de gemeenten ligt vooral bij de proactie, preventie en nazorg. Gericht het op gang brengen van een aantal activiteiten lokaal maar mogelijk ook gezamenlijk op boven lokaal gebied. Naast het aanspreken van de eigenaren van koopwoningen op hun verantwoordelijkheid is het maken van prestatieafspraken met woningcorporaties essentieel. Ook zullen de gemeenten zelf maatregelen nemen voor het revitaliseren van de toepassing van het Keurmerk Veilig Wonen op de volgende 5 toepassingsgebieden: 1. Nieuwbouwprojecten 2. Renovatie projecten of herstructureringsgebieden 3. Bestaande individuele huurwoningen 4. Bestaande individuele koopwoningen 5. (Ver)bouw door eigenaren Bij veel gemeenten en bouwpartners bestaat nog het beeld dat het keurmerk veilig wonen een alles of niets verhaal is, terwijl in de praktijk er juist ook certificering voor alleen de woning, een complex of de wijk mogelijk is. Hier zal samen met de landelijke beheerder, het CCV, gekeken moeten worden of dit imago kan worden verbeterd. Indien nodig kan straatverlichting en groenvoorziening worden aangepast. Daarnaast kunnen gemeenten, afhankelijk van het lokale beleid, ervoor kiezen de inzet en toepassing van SelectaDNA te stimuleren. Ook de opvang van ex-gedetineerden speelt een rol. Rol van de politie De politie van Rijn- en Veenstreek hanteert een districtelijke aanpak van woninginbraken. De politie heeft haar repressieve taak (opsporen van de daders) in de volgende maatregelen vertaald. Er is een vaste werkwijze bij iedere melding van een woninginbraak. De politie gaat altijd ter plaatse, neemt een aangifte op, doet een sporen vooronderzoek, stelt de technische recherche in kennis, stelt een buurtonderzoek in en geeft informatie aan de aangever over slachtofferhulp en inbraakpreventie. Eventuele vinger- en DNA-sporen worden door de technische recherche vergeleken met landelijke database. Indien SelectaDNA wordt toegepast, past de politie haar werkwijze hierop aan. De dienst informatie combineert en analyseert informatie. Door de focus vanuit de persoonsgerichte aanpak op lokale veelplegers kan het verband worden gelegd met andere inbraken. Daarbij helpt het als informatie over de veelplegers door de politie aan de gemeentelijke BOA s en aan particuliere beveiligers kan worden verstrekt, zodat die als het ware extra ogen en oren van de politie zijn. Tevens zijn er preventieve acties zoals witte voetjes, waaks e.d. maar ook gerichte verkeerscontroles in bepaalde buurten obv analyses. Ook is het van belang dat de rol van de burgers wordt vergroot, bijvoorbeeld door acties in het kader van buurtpreventie, vergroten van de meldingsbereidheid en informatieverstrekking over inbraken in de wijk (de besmettingsbrief ). - Pagina 9 van 15 -

Daarnaast heeft de politie de rol om te signaleren en te adviseren. Op regionaal niveau is een regionale aanpak van woninginbrekers georganiseerd. De dadergroepen die daarmee worden aangepakt opereren ook bovenlokaal in meer georganiseerd verband. Rol van het Openbaar Ministerie De wettelijke taak van het OM is de strafrechtelijke handhaving van de rechtsorde. Dit betekent dat het OM keuzes maakt in de opsporing, leiding geeft aan opsporingsonderzoeken en strafvervolging kan instellen tegen verdachten. Het OM kan bij ernstige delicten vragen aan de rechter om een verdachten in voorlopige hechtenis te nemen. Daarnaast ligt er een taak voor het informeren van het slachtoffer en het bevorderen van schadevergoedingen aan slachtoffers door deze zich te laten voegen in het strafproces. De integrale aanpak van veiligheidsproblemen is de laatste jaren door het OM omarmd. Indien deze aanpak dat vordert, zal het OM niet schromen van haar wettelijke bevoegdheden gebruik te maken. 3.2 Veilige woon- en leefomgeving: geweld op straat, huiselijk geweld, overvallen Inleiding Geweld is één van de meest ingrijpende vormen van onveiligheid in onze samenleving. Samen met partners streeft Hollands Midden naar een structurele daling na van het aantal geweldsincidenten in de publieke ruimte alsmede de privésfeer. Geweld kent vele uitingsvormen, waaronder huiselijk geweld, overvallen, geweld tegen werknemers met een publieke taak. Huiselijk geweld Huiselijk geweld is geweld dat door iemand uit de huiselijke- of familiekring van het slachtoffer wordt gepleegd. Hieronder vallen lichamelijke en seksuele geweldpleging, belaging en bedreiging. Er is altijd sprake van een machtsverschil tussen dader en slachtoffer. Uit onderzoek blijkt dat plegers de meest kwetsbare personen als slachtoffer kiezen. Een ander kenmerk van huiselijk geweld is de omstandigheid dat dader en slachtoffer (waaronder ook minderjarige slachtoffers) desondanks - en soms noodgedwongen blijvend deel uitmaken van elkaars leef- en woonomgeving. Hiermee hangt samen dat huiselijk geweld vaak een stelselmatig karakter heeft en er een hoog recidiverisico is. Geweld in het gezin gaat vaak met andere problematiek gepaard, zoals spanningen tussen echtgenoten, werkloosheid of verslaving. Het district wenst het geweld nog meer achter de voordeur vandaan te halen. Zij doet dit door een aantal activiteiten, te weten allereerst het optimaal zorgdragen voor zorg voor de slachtoffer(s) en een persoonsgerichte aanpak van de dader(s). Daarnaast moet het naleven van protocollen op dit thema, de implementatie van Huisverbod-on-line en de intensivering van samenwerking met partners vanuit de Wet Huisverbod in 2011 wederom haar vruchten afwerpen. District Rijn- en Veenstreek heeft Hulp Officieren van Justitie Huisverbod opgeleid om het huisverbod toe te kunnen passen. Op basis van advies wordt de betreffende burgemeester in staat gesteld om een juiste afweging te maken voor zowel slachtoffer als verdachte. Zaken die in 2011 opgepakt gaan worden zijn: Samen met de Dienst Informatie komen tot goede registratie/monitoring/analysemogelijkheden; Informatie delen met partners; De teams, daar waar nodig, helpen om de huiselijk geweld aanpak te verbeteren door middel van presentaties, ondersteunen van de taakaccenthouders en wijkagenten op werkoverleggen; Een regionale vakmanschapsdag organiseren voor huiselijk geweld voor taakaccenthouders, wijkagenten, teamleiding en publieksopvang. Geweld tegen medewerkers met een publieke taak Werknemers met een publieke taak worden regelmatig geconfronteerd met agressie en geweld. Voor werkgevers in de publieke sector zijn een aantal maatregelen benoemd die de basis vormen van een effectief veiligheidsbeleid (Eenduidige Landelijke Afspraken, onder regie van het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties). Uitgangspunten zijn onder andere dat altijd aangifte wordt gedaan, dat er hoge prioriteit wordt gegeven aan het opsporen en vervolgen van daders en dat schade zoveel mogelijk wordt verhaald op de daders. Het protocol onheuse bejegening collegeleden van de gemeente Alphen aan den Rijn is verstrekt aan de andere gemeenten van het district. - Pagina 10 van 15 -

Overvallen op woningen Elke jaar vinden er vele gewapende overvallen plaats. Een deel daarvan vindt plaats op woningen, omdat de dader vermoedt dat daar iets te halen valt. Potentiële slachtoffers zijn bijvoorbeeld ouderen die alleen wonen en ondernemers die vaak contant geld in huis hebben. Voor potentiële slachtoffers zijn folders beschikbaar gericht op het verkleinen van de kans om overvallen te worden en met tips hoe te handelen tijdens een overval. Vanuit de persoonsgerichte aanpak is er ook aandacht voor potentiële daders. 3.3 Bedrijvigheid en veiligheid: veilig winkelgebied, veilige bedrijventerreinen (o.a. overvallen) In het district liggen diverse winkelgebieden en bedrijventerreinen. Het voorkomen van veiligheidsproblemen is een gezamenlijke verantwoordelijkheid van de ondernemers zelf, de gemeente en de politie. Diverse bedrijventerreinen (Alphen aan den Rijn, Kaag en Braassem) zijn al via Publiek-private samenwerking voorzien van cameratoezicht. Andere preventieve instrumenten zijn het Keurmerk Veilig Ondernemen en het maken van een Veiligheids Effect Rapportage bij grote bouwprojecten. Ook wordt veelal gebruik gemaakt van particuliere beveiliging. De aanpak van de gemeenten zou eruit kunnen bestaan om deze preventieve maatregelen zoveel mogelijk te promoten. De politie adviseurt gemeenten en ondernemers over deze instrumenten. Wat de opsporing betreft concentreert de politie zich op de opsporing van (lokale) veelplegers en leden van criminele groepen. Overvallen op bedrijven Elke jaar vinden er gewapende overvallen plaats. Dit zijn delicten die de rechtsorde ernstig aantasten vanwege het gewelddadige karakter dat dit met zich meebrengt. Overvallen worden veelal gepleegd met gebruikmaking van wapens waarbij het personeel van bedrijven verrast wordt, terwijl zij nietsvermoedend hun werkzaamheden verrichten. Vanuit de signaal- en adviesfunctie is in 2010 een calamiteitenklapper aan ondernemers uitgereikt met daarin tips en informatie hoe een overval eventueel te voorkomen kan worden maar ook wat te doen als een overval daadwerkelijk plaatsvindt. Het komend jaar zal op basis van de trends en analyses in overleg met gemeenten worden getreden om ondernemers uit specifieke branches te attenderen op een verhoogde overvalskans. De politie past momenteel haar inzetstrategie aan waarbij veel meer wordt gekeken naar hot-spots (welke instelling loopt een verhoogd risico) maar ook hot-times (welke tijden zijn extra aantrekkelijk om te komen tot een overval). Ook is er aandacht voor potentiële slachtoffers en voor potentiële daders. Vaak is er sprake van een criminele carrière waarbij men begint met relatief kleine vergrijpen en uiteindelijk uitkomt bij gewapende overvallen. 3.4 Bedrijvigheid en veiligheid: veilige evenementen Binnen het district worden veel evenementen georganiseerd, zoals Oud en Nieuw, het Lakeside Festival, de 10 van Alphen, diverse kermissen en jaarmarkten etc. In de eerste plaats is de organisator van het evenement verantwoordelijk voor het inzetten van adequate veiligheidsmaatregelen. Voor de vergunningsplichtige evenementen is dit een onderdeel van de vergunning. De inzet van politiecapaciteit gebeurt op basis van risicoanalyse. Wanneer er gedurende het jaar vooraf niet benoemde en op de evenementenkalender geplaatste evenementen geïnitieerd worden, heeft dit een negatieve invloed op de beschikbare politiecapaciteit. Deze nieuwe of niet voorziene capaciteitsvragen leiden, in afstemming met het bevoegde gezag, tot een (her)prioritering van activiteiten en politie-inzet. 3.5 Jeugd en veiligheid: jeugdgroepen, alcohol- en drugsoverlast Ten aanzien van de overlast en criminaliteit van jeugd(groepen) wordt een aantal ontwikkelingen gesignaleerd die bij de concrete invulling van onze politiële jeugdtaak extra aandacht vragen. Te noemen zijn het toenemende en soms onverantwoorde gebruik van alcohol (het zgn. indrinken en comazuipen ), openlijk gebruik en verkoop van softdrugs, verharding en normvervaging onder - Pagina 11 van 15 -

jongeren. Geweldsuitingen en gedraging van de jeugd laten deze trend duidelijk zien. Overlast en criminaliteit worden vaak in groepsverband en op steeds jongere leeftijd gepleegd. Aanpak/ activiteiten 2011 Minderjarige verdachten worden doorverwezen naar bureau HALT dan wel komen in een strafrechtelijk traject terecht. Preventief is het vroegtijdig signaleren van eventuele spanningen (met name door de wijkagenten) en het doorverwijzen via het Bureau Jeugdzorg / Jeugd Preventie Team van risico/probleemjongeren naar gemeenten en hulpverlenende instanties van belang. De persoongerichte aanpak, zoals die ook in Het Overleg wordt gehanteerd, is leidend en is aanvullend op de focus op de diverse subgroepen zoals Jongvolwassenen, Doorstromers, Toppers, zorgjongeren, 12-minners. Vorig jaar is afgesproken Het Overleg uit te breiden naar de andere gemeenten in het district. In 2011 zal deze uitbreiding nader vorm worden gegeven. Het Veiligheidshuis dat in Leiden in ontwikkeling is, zal op termijn ook worden opengesteld voor omliggende gemeenten. De werkzaamheden zitten deels in het verlengde van Het Overleg. Het districtscollege Rijn- en Veenstreek zal voorlopig Het Overleg voortzetten en komend jaar onderzoeken of en zo ja in welke vorm een samenwerking tussen de gemeenten in deze streek en het veiligheidshuis Leiden tot de mogelijkheden behoort. Vanuit het districtscollege is de burgemeester van Alphen aan den Rijn afgevaardigd als aanspreekpunt voor alle vier gemeenten. Jeugdgroepen Conform de landelijke shortlistmethodiek Beke worden jaarlijks de jeugdgroepen in het district in kaart gebracht en geclassificeerd volgens de indeling hinderlijk, overlastgevend of crimineel. Gezamenlijk met het OM en de gemeenten zal de juiste aanpak worden gevolgd. Afhankelijk van de risicoclassificatie zal de gemeente, of de politie met OM het initiatief nemen voor die aanpak. Bij hinderlijk ligt het zwaartepunt bij het Jeugd en Jongenwerk en het Sociaal Cultureel werk en bij de criminele groep de strafrechtelijke aanpak. De regie ligt bij de gemeente. Jeugdgroepen worden ook in Het Overleg besproken. Hoewel het district op dit moment geen criminele jeugdgroepen heeft, kan dat beeld over het jaar heen wijzigen en kunnen hinderlijke groepen uitgroeien tot criminele groepen. De overlastgevende groepen zullen met een specifiek voor elke groep uitgezochte mix van maatregelen worden tegemoet getreden. Het betrekken van ouders is hierbij een van de elementen. Jeugd, alcohol en drugs De politie Rijn- en Veenstreek ondersteunt de gemeenten in hun diverse lokale initiatieven rondom de problematiek van overmatig alcoholgebruik door jeugd actief. De wethouder Jeugd van de gemeente Alphen aan den Rijn is trekker van de districtelijke aanpak alcoholmatiging. De pilots van de integrale aanpak van dit probleem in diverse gemeenten in Nederland zullen nauwlettend worden gevolgd en de goede en bruikbare methodieken daaruit worden meegenomen. Zo is er in 2010 een pilot in Nieuwkoop geweest met vrijwillig blazen bij uitgaanscentra. Gestreefd wordt naar een toenemende bewustwording onder jongeren en hun ouders van de risico's en gevolgen van schadelijk alcoholgebruik door jongeren wat moet leiden tot het beïnvloeden van het drinkgedrag van de jeugd. Voorlichting en preventie gecombineerd met regelgeving en handhaving wordt gezien als de meest effectieve aanpak. Voor 2011 betekent dit concreet het volgende: In voorkomende gevallen wordt bij verkeersongevallen, geweld en vernielingen in het expliciet in het onderzoek meegenomen of er alcohol in het spel is. Jongeren in de leeftijd van 12-18 jaar die worden betrapt op (overmatig) alcoholgebruik kunnen worden doorverwezen naar Halt. Ook als zij andere, alcoholgerelateerde APV overtredingen hebben begaan of Halt-waardige delicten onder invloed hebben gepleegd, kunnen zij een Haltverwijzing krijgen (de nieuwe Halt-alcoholmaatregel). Dit wordt opgenomen in het meldingsformulier PV minderjarige t.b.v. jeugdzorg. Gestreefd wordt naar het verminderen van het aantal ongevallen als gevolg van drankgebruik door specifieke acties gericht op beginnende bestuurders (bijv. controles op uitvalswegen bij uitgaanslocaties of vrijwillig blazen bij verlaten uitgaanscentrum). Er wordt verbaliserend opgetreden bij overtredingen binnen de alcoholverbodsgebieden, die in alle gemeenten in het district zijn ingesteld. Bij indrinken is de aanpak gericht op het maken van afspraken door politie en jongerenwerk om schadelijk alcoholgebruik zoveel mogelijk te voorkomen en indien nodig over te gaan tot sluiting van drinkketen. Gemeenten gaan in gesprek met niet goed georganiseerde jeugdcentra e.d. - Pagina 12 van 15 -

Voor wat betreft de verkoop van alcohol door de detailhandel ondersteunt de politie haar partners bij de controle op naleving van de wet- en regelgeving. Er wordt overlegd met Horeca Nederland en lokale horeca over de naleving van regelgeving en preventieve maatregelen. Samen met de Voedsel- en warenautoriteit worden een of meer evenementen gecontroleerd op naleving van de regelgeving. 3.6 Fysieke Veiligheid: verkeersveiligheid Uit analyses blijkt dat de hoofdtoedracht bij ongevallen hoofdzakelijk gedragsgerelateerd is: te hoge snelheid, verkeersregels overtreden en alcoholgebruik. Maar ook de inrichting van een weg kan van invloed zijn op het gedrag van weggebruikers. Het verhogen van de verkeersveiligheid en daarmee het verminderen van het aantal verkeersdoden en gewonden is daarom een zaak van de wegbeheerders (gemeente, provincie, Rijk), politie en OM gezamenlijk. In navolging van de strategische nota Politieverkeerstaak 2010-2012, genaamd Verkeer in Ontwikkeling, gaan wij uit van gelijkblijvende handhavingcapaciteit en verbetering van de kwaliteit. Deze handhaving zal voornamelijk plaatsvinden op de bekende hotspots voor de feiten helm, gordel, roodlicht, alcohol en snelheid. Meerdere malen per jaar vinden er (integrale) verkeerscontroles plaats waar het Regionaal Verkeers Handhavings Team (RVHT) bij ondersteunt. De nationaal vastgestelde verkeerskalender wordt hierbij als basis gebruikt. Waar nodig adviseert de politie gemeenten en de andere wegbeheerders op het gebied van onveilige situaties die niet door middel van handhaving kunnen worden opgelost. 3.7 Integriteit en Veiligheid: hennepteelt Iedere gemeente in dit district wordt in meer of mindere mate geconfronteerd met hennepteelt. Vast staat dat de teelt aanzienlijke gevaarzetting (o.a. brandgevaar) en overlast voor de omgeving met zich mee kan brengen. Daarnaast zijn er sterke aanwijzingen dat ook in onze regio criminele samenwerkingsverbanden achter de hennepteelt en -handel schuilgaan. Hennepteelt is geen onschuldige vorm van criminaliteit, maar kent sterke verwevenheid met de georganiseerde criminaliteit in ons land. Geweld en intimidatie zijn aan de orde van de dag. Naast het oprollen van de hennepplantages zal dan ook worden nadrukkelijk gerechercheerd om deze samenwerkingsverbanden te ontmantelen. In 2009 heeft het districtscollege duidelijk stelling genomen tegen illegale hennepteelt. In districtelijk verband hebben gemeenten, OM, politie en partners als woningbouwverenigingen en energiemaatschappijen afgesproken gezamenlijk de hennepteelt aan te pakken. In 2010 is een regionale integrale hennepaanpak afgesproken, waar de districtelijke ontwikkeling bij aansluit. Hollands Midden heeft bewust gekozen voor een strafrechtelijke aanpak gecombineerd met de inzet van aanvullende bestuurs- en civielrechtelijke maatregelen. De toepassing van een zgn. driesporentraject laat zien dat ketenpartners gezamenlijk optrekken en de hennepteelt serieus bestrijden. Voor informatie-uitwisseling met ketenpartners wordt aansluiting gezocht bij het Regionale Informatie- en Expertisecentrum (RIEC). In 2011 zal deze integrale aanpak verder doorontwikkeld worden. 3.8 Bestuurlijke Strafbeschikking / BOA s In 2011 zullen alle gemeenten in het district de bestuurlijke strafbeschikking ingevoerd hebben om het handhavingsgat te dichten op gebied van kleine overtredingen en daaruit voortvloeiende ergernissen. Het gaat dan om zaken als fout parkeren, verkeerd aanbieden van huisvuil, kleine verkeersovertredingen, hondenpoep etc. In dit verband hebben de gemeenten (extra) BOA s opgeleid en aangesteld. Districtelijk wordt gekeken hoe samenwerking tussen de BOA s van de verschillende gemeenten kan worden vormgegeven, in de vorm van bijvoorbeeld een BOA-poule. Door het bundelen van BOA-capaciteit kunnen de BOA s effectiever worden ingezet. De extra BOAcapaciteit zal de politie meer ontlasten waardoor meer politie-inzet kan worden gepleegd op de taken die (nog) niet door de BOA s kunnen worden gedaan. - Pagina 13 van 15 -

4. Bedrijfsvoering Formatie nieuwe teamindeling Op 4 november 2010 heeft het CGOP (Centraal Georganiseerd Overleg Politie) ingestemd met de personele reorganisatie in het kader van de nieuwe teamindeling. Dit betekent onder andere dat de informele samenwerking tussen teams die in 2010 is gestart in 2011 wordt geformaliseerd. Omdat de gemeenten Leiderdorp en Zoeterwoude zijn overgegaan naar een ander district bestaat het district Rijn- en Veenstreek nu uit twee teams: het nieuwe team Alphen-Rijnwoude en het team Nieuwkoop - Kaag en Braassem (voorheen: team Alkemade). De formatie voor het totale district Rijn- en Veenstreek is voor 2011 bepaald op 200,02 fte. Dit is als volgt opgebouwd: Team Alphen-Rijnwoude 88,15 Team Nieuwkoop-Kaag en Braassem 52,47 Districtsrecherche 28,24 Studenten 19,30 Overig (o.a. districtsleiding, staf en ondersteuning 1 ) 11,86 Totaal 200,02 1 Mogelijk worden nog enkele ondersteunende functies (bijv. verkeersadviseurs, medewerkers bijzondere wetten) overgeheveld van de districten naar ondersteunende diensten. - Pagina 14 van 15 -

5. Risico analyse Ontwikkelingen in de bezetting In de onderliggende teamwerkplannen wordt voorzien werk in overeenstemming gebracht met de verwachte beschikbare capaciteit. De ontwikkeling in de bezetting is echter blijvend een punt van grote aandacht. De belangrijkste oorzaken zijn: In de afgelopen jaren zijn we geconfronteerd met een hogere uitstroom dan voorzien. Instroom is in de komende jaren beperkt. Door de langdurige opleiding is flexibel anticiperen op deze uitstroom niet eenvoudig. De uitwerking van de afspraken in het kader van het CAO-akkoord spelen hierbij een rol. Mocht de problematiek rond sterkte toenemen, dan zijn wij gedwongen keuzes te maken ten aanzien van inzet van capaciteit. Als tegenmaatregelen zijn al ingezet: alles in het werk stellen om de uitstroom van collega s te voorkomen; alles in het werk stellen om (extra) collega s naar het district te krijgen, ook vanuit andere regio s; onderlinge bijstand, tussen teams binnen het district en zo nodig tussen de districten; herorganisatie van werk door inzet van niet executief personeel, al dan niet met beperkte opsporingsbevoegdheid; sterkte herverdelen over de teams om ongelijkheden op te heffen. Reorganisatie t.g.v. andere team- en districtsindeling Eerder is al benoemd welke veranderingen in de team- en districtsindeling in 2010 hebben plaatsgevonden. Het officiële reorganisatietraject van de medewerkers zal grotendeels zijn beslag krijgen in 2011. Per definitie leiden grootschalige veranderingen af van de primaire werkzaamheden. De impact op medewerkers is groot. Bezuinigingen Het korps staat aan de vooravond van ingrijpende bezuinigingen. Op materieel gebied zijn al diverse maatregelen genomen en er staat ook voor 2011 en verder nog het een en ander op stapel. Belangrijk uitgangspunt is dat het korps wil besparen zonder de positie van het personeel en de kern van het politievak, werken aan veiligheid en burgertevredenheid, aan te tasten. Echter gezien de grote omvang van de te realiseren bezuinigingen is niet duidelijk of dit ook echt gerealiseerd kan worden zonder het aantal fte s te verminderen. Mocht het aantal fte s omlaag gaan, dan zal dit uiteraard consequenties hebben voor de voorgenomen activiteiten in dit plan. Ontwikkelingen in het politiebestel Duidelijk is dat onder leiding van het nieuwe kabinet een vermindering van het aantal politieregio s gaat plaatsvinden. De ontwikkelingen rondom het bestel hebben het risico dat we ons laten afleiden van waar het werkelijk om gaat: veiligheid. - Pagina 15 van 15 -