HOE SCHRIJF JE DAT? Het is de eerste dag van de cursus. De docent geeft informatie over de cursus. Je noteert deze informatie. Tijdens de pauze spreek je met je collega s je wisselt e-mailadressen uit. Wat moet je doen? 1. Je leest de vragen op blad 2. 2. Je luistert naar het geluidsfragment en vult de vragen in. 3. Controleer je antwoorden op blad 5 4. Luister naar het geluidsfragment en oefen het alfabet op blad 2. 5. Vraag aan je collega s wat hun e-mailadres is. Noteer de namen en e-mailadressen op blad 3. De zinnen in het kader op blad 4 kunnen je helpen. Wat heb je nodig? Computers om het geluidsfragment te beluisteren of het fragment op cd en een cdspeler.
Taak blad 2 Je luistert naar een taaldocent. Zij geeft informatie over de cursus. Je schrijft de informatie in het rooster hieronder. Je krijgt informatie over de taaldocent en over de plaats waar de lessen zijn. Je kan het geluidsfragment een paar keer beluisteren. CVO Randstad Cursus: Nederlands Naam taaldocent:... E-mailadres taaldocent:... DAG UUR Lokaal Adres maandag woensdag donderdag 18u 21u 18u 21u 18u 21u Naam secretaresse:... E-mailadres CVO:... Oefen het alfabet. Luister naar het geluidsfragment en lees het alfabet luidop. Je kan dit 2 of 3 keer herhalen. Het alfabet A (aa) B (bee) C (see) D (dee) E (ee) F (ef) G (gee) H (haa) I (ie) J (jee) K (kaa) L (el) M (em) N (en) O (oo) P (pee) Q (kuu) R (er) S (es) T (tee) U (uu) V(vee) W(wee) X (iks) Y (ipsilon, ij) Z (zet)
Taak blad 3 Heb je al alle e-mailadressen van je collega s? Vraag de adressen en schrijf de antwoorden op. De spelling van de adressen moet correct zijn. Vraag aan je collega s: Hoe schrijf je dat? Wil je je e-mailadres liever niet geven, dan geef je een fictief adres Bijvoorbeeld: voornaam.familienaam@hotmail.com. Heb je al alle adressen van de cursisten van jouw klas? Vraag dan het adres van cursisten van een andere klas. Schrijf eerst je eigen naam en adres op.
Taak blad 4 Hoe spel je dat? Hoe schrijf je dat? Mijn voornaam is Mijn familienaam is / Mijn achternaam is... In twee woorden. In drie woorden. Met een H / M / Y / Met TH / CK / IE / Wat is jouw e-mailadres? @ = at. = punt (dot) - = streepje Bijvoorbeeld: sofie-peters _ = liggend streepje (underscore) Bijvoorbeeld: ana_zakowski
Correctie blad 5 CVO Randstad Cursus: Nederlands Naam taaldocent: Liesbeth De Smedt E-mailadres taaldocent: Liesbet.desmedt@cvo.randstad.be DAG UUR Lokaal Adres maandag 18u 21u G23 Quinten Matsijslei 4 woensdag 18u 21u G23 Quinten Matsijslei 4 donderdag 18u 21u B04 Wolstraat 10 Naam secretaresse: Marleen Hendrickx E-mailadres CVO: mail@cvo.randstad.be
Transcriptie blad 6 Transcriptie luisteroefening Beste cursisten, welkom in de cursus Nederlands, welkom in CVO Randstad. Ik ben jullie lerares. Mijn naam is Liesbeth De Smedt. Liesbeth met th, dat is dus L I E S B E T H en De Smedt schrijf je in twee woorden: D E en dan S M E D T. Als je een probleem hebt of als je niet naar de les kan komen, dan stuur je me een e-mail. Mijn adres is: liesbeth punt desmedt at cvo punt randstad punt be. Heeft iedereen dat opgeschreven? Ik zal het nog eens herhalen: liesbeth punt desmedt at cvo punt randstad punt be. Op maandag en woensdag hebben we les in lokaal G 23. G 23. De ingang van het gebouw G is in de Quinten Matsijslei op nummer 4. Ik zal de naam van de straat even spellen. Ok, dat is dan Q U I N T E N en het tweede woord is M A T S I J S L E I. Op nummer 4. Op vrijdag hebben we les in B04. De ingang van het gebouw B is in de Wolstraat op nummer 10. Dat is W O L S T R A A T. Als je administratieve vragen of problemen hebt, kan je praten met Marleen Hendrickx. Zij werkt op het secretariaat. Schrijven jullie haar naam even op? Marleen is M A R L dubbele E N en haar familienaam is Hendrickx: H E N D R I C K X. Het e-mailadres van het secretariaat is: mail@cvo.randstad.be. Dus: M A I L at CVO punt randstad punt be. Zo, dan kunnen we beginnen met de les... Het alfabet A (aa) B (bee) C (see) D (dee) E (ee) F (ef) G (gee) H (haa) I (ie) J (jee) K (kaa) L (el) M (em) N (en) O (oo) P (pee) Q (kuu) R (er) S (es) T (tee) U (uu) V(vee) W(wee) X (iks) Y (ipsilon, ij) Z (zet)