Stappen achter de voordeur Roelie Dijkman, Specialist ouderengeneeskunde SHDH
Onderzoek Ellis Bardelmeijer 2005 Enquete onder 1335 verpleeghuisartsen: Respons 36,3% 484/1335 Aantal vphartsen met ervaring van mishandeling in afgelopen 2 jaar binnen hun verpleeghuis 42,8% 203/484 6% meer dan 5 gevallen in 2 jaar
Onderzoek Ellis Bardelmeijer Soort: Lichamelijk 55,4% Psychisch/verbaal 43,1% Uitbuiting 14,7% Verwaarlozing 15,7% Afdeling: PG 64% Somatiek 36% Dader: Verzorgend personeel 62,7% Bezoek/familie 30,9% Overig 6,4%
Is vrijheidsbeperking ouderenmishandeling? JA! Ouderenmishandeling kent verschillende vormen. Lichamelijke mishandeling: bijvoorbeeld slaan, knijpen, schoppen, hardhandig beetpakken, zonder wettige reden vastbinden aan bed of stoel, drogeren. Psychische of verbale mishandeling Uitbuiting Seksueel misbruik Verwaarlozing Schending van rechten: bijvoorbeeld ontzeggen van vrijheid en/of privacy, geen bezoek mogen ontvangen, het niet mogen gebruiken van de telefoon.
Beschermende maatregelen bij traditionele fixatie en bij non-fixatie huizing 2005 Per 100 bewoners NL Banden in bed 10 Band in stoel 6 Stoel met tafelblad 11 2 bedhekken 59 Laserpalen 1 Hansop 10
Stappenplan 1. Vermoeden van mishandeling 2. Overleg 3. Informatie verzamelen Conclusie fase 1, 2, 3 4. Actie 5. Evaluatie en nazorg
Fase1 vermoeden van mishandeling Sta open voor signalen. Zet aanwijzingen die het vermoeden onderbouwen op een rij. Maak een kleine inventarisatie over de huidige hulpverlening. Hoe is de gezinssituatie? Wat is er aan de hand? Beoordeel de situatie, schat het acute risico in. Stel vragen en/of uit je bezorgdheid bij de oudere
FASE 2: Overleg Bespreek het onderbouwde vermoeden met een collega, de leidinggevende of de aandachtfunctionaris en het meldpunt (wellicht zijn er al eerder vermoedens geuit). Houd contact met de betrokkenen.
Fase 3: informatie verzamelen Onderzoek de situatie: observeer en rapporteer, houd de frequentie bij en laat eventueel een medisch of psychologisch onderzoek doen. Luister goed: zowel naar slachtoffer als pleger, neutraal en feitelijk. Let op lichaamstaal en wees geduldig. Check of er andere hulpverleners komen en wat zij weten en/of vermoeden. Leg waarnemingen zo mogelijk (met tact) voor aan de oudere, vermoedelijke pleger en/of contactpersoon van het slachtoffer.
Samenvatting Fase 1,2,3 A. Er is géén sprake van mishandeling of de twijfel over mishandeling blijft bestaan B. Er is sprake van mishandeling maar betrokkenen willen géén hulp C. Er is sprake van mishandeling en betrokkenen willen hulp
Fase 4 Actie Besluit welke acties moeten worden genomen Hoe kan de hulpverlening verlopen?. Besluit wie deze acties gaat nemen. Benoem een probleemeigenaar/casemanager.
Actie 4a: Er is géén sprake van mishandeling of de twijfel over mishandeling blijft bestaan Schakel andere hulp in,indien noodzakelijk. Blijf alert. Bij twijfel: Ga door met verzamelen van informatie en observeren. Overleg met meldpunt. Vraag iemand om mee te observeren. Herhaal (delenuit) het onderzoek.
Actie 4b Er is sprake van mishandeling maar betrokkenen willen géén hulp Ouderen, die mishandeld worden zijn vrijwel altijd afhankelijk van de pleger. Blijf contact houden. Geef een telefoonnummer dat(dag en nacht) bereikbaar is. Zorg voor een vangnet. Informeer de huisarts zodat deze ook alert is. Meld(uw vermoeden van)mishandeling bij het meldpunt. Soms kan een tijdelijk huis verbod worden ingevoerd. Goede infrastructuur,samenwerking en coördinatie van Verschillende hulpverlenende organisaties noodzakelijk.
Actie 4c: Er is sprake van mishandeling en betrokkenen willen hulp De omstandigheden die kunnen leiden tot mishandeling zijn zeer uiteenlopend. De hulp dus ook Inventariseer de mogelijkheden afhankelijk van de situatie, de vorm en de ernst van de mishandeling De mishandeling wordt gemeld De aandachtsfunctionaris coördineert de verder te nemen stappen (casemanager). Goede verwijzing Met het slachtoffer (en pleger) wordt besproken welk soort hulp nodig is..
Fase 5 Evaluatie en nazorg Zijn de vermoedens voldoende onderbouwd? Is het stappenplan op maat uitgevoerd? Wat waren (in het algemeen) de knelpunten? Sta ook stil bij de emoties van de medewerker. Niet te snel afsluiten! Bij afsluiten, laten weten aan hulpverleners Duidelijk maken dat de hulpverleners weer contact op moeten nemen als het opnieuw mis dreigt te gaan. Nazorg: netwerkleden inschakelen om casus in de gaten te houden. Evt logboek, lichaamskaart bijhouden en foto s maken,veiligheidsplan maken.
Casus liever 1 vinger a/d hand Mw.A. dementerend Toenemend onrustig, roept, werkt niet mee bij de zorg s ochtends blauwe plekken op de arm Wie is de dader? Hoe ga je om met verdenking? Nachtdienst
Casus: traag maar wel mobiel Dhr B. beginnend dementerend Tijdelijk verblijf om te revalideren. Dhr is enigszins traag en heeft duidelijk een eigen mening wat hij wel/ niet wil Tijdens de hulp bij de toiletgang gaat spontaan zijn mobiel de 1 e voorkeur kiezen: zoon treft op antwoordapparaat een bejegening Hoe vaak signaleren we bewust?
Casus: ware liefde Mw. D heeft dementie en verblijft in PG verpleeghuis. Zij heeft wegens urineretentie een catheter Haar echtgenoot neemt haar regelmatig mee op weekendverlof waarna de catheter sneuvelt. Ware liefde?
Casus:met de mantel der liefde Mw. C. heeft Parkinson en dementie Haar echtgenote is ruw en te snel bij transfers en heeft de neiging het eten er in te proppen. Dhr is soms ook dronken Signalen door de hele keten: ha, dbh, tijdelijke opname verpleeghuis, ziekenhuis Mw toont tevreden en verzorgd. Wat is het risico? Wie heeft de coördinatie?
Casus: de liefde voor een kind 74 jaar komt op PG dagbehandeling Status na CVA Woont samen met drugsverslaafde zoon, hij is ook haar mantelzorger Ouderenmishandeling: verbaal, fysiek en uitbuiting, verwaarlozing Zorgverleners voelen zich niet veilig
Dilemma s Van doen naar bespreken Wat en hoe groot zijn de risico s Wat zijn de wensen van mw T.? Is mw T wilsbekwaam? 10 soorten hulpverleners: wie heeft de coördinatie?
Wilsbekwaamheid Mw T is wilsbekwaam in zake waar zij wil wonen en welke zorg zij ontvangt Mw T. is verminderd wilsbekwaam in zake haar financiën Mw T. is verminderd weerbaar t.a.v. zoon Te vroeg ingrijpen kan kwaliteit van leven schaden:er zijn wel risico s: dit risico proberen te beperken (proportionaliteit/subsidiariteit)
Hoe verder Luisterend oor voor mevrouw Groot hulpverleners overleg : hoe de verdere coördinatie en signalering Thuiszorg is gericht op mw daardoor minder spanning Mw komt zo vaak mogelijk op dbh
Ogen open! Leerzame dag