1. Laagstijlen (op basis van Photoshop CS2/CS3) De Engelse benamingen van de opdrachten staan tussen ( ) Laagstijlen, of Layer Styles in het Engels zijn eenvoudig op een laag toe te passen. Zorg dat het lagen palet actief is door uit het menu Venster (Window) Lagen (Layer) te kiezen, door op F7 te drukken kunt u het lagen palet ook naar voren halen, zie afb. 1.1 afb. 1.2 Lagen palet (Layer palet) afb. 1.3 laagstijl knop (Layer style) afb 1.1 menu Venster (Window) afb. 1.4 een laagstijl toekennen. Een laagstijl instellen kan door op de knop Fx te drukken, zie afb. 3, een nieuw menu komt nu te voorschijn, zie afbeelding 1.4.
Laag stijlen kunnen ook uit het menu Laag (Layer) worden gekozen, Menu Laag (Layer) Laagstijl (Layer style), zie afb. 1.5 afb. 1.5 Menu-Laag-Laagstijl Laagstijlen kunnen nooit op de bronlaag, Achtergrond (Background) laag worden toegepast Als voorbeeld maken we een leeg document aan met CTRL+N, of Menu-Bestand (File)- Nieuw (New), zie afbeelding 1.6. afb. 1.6 nieuw bestand aanmaken.
Typ in het zojuist aangemaakte nieuwe bestand een tekst met het Tekst gereedschap in de kleur rood met een hoogte van 60 pixels en typ daar Oefening 1 zie hieronder. afb. 1.7 Oefening 1 bestand We gaan er nu een laagstijl aan toekennen, zorg dat de tekst laag aktief is door in het lagen palet de laag te selecteren. Klik vervolgens op de knop: in het lagen palet en kies uit de opdrachten: Slagschaduw (Drop Shadow). Het volgende scherm wordt geopend, zie afbeelding 1.8 afb. 1.8, laagstijl definiëren.
Slagschaduw is actief, de Overvloeimodus (Blendmode) staat op Vermenigvuldigen (Multiply), de Transparantie (Opacity) op 75%. De hoek (Angle) op 120 graden, de Aafstand (Distance) op 5, de Spreiding (Spread) op 0 en de Grote (Size) op 5. De Kwaliteit op standaard laten staan, voor nu goed, hier kan naar hartelust mee worden geëxperimenteerd worden, dat geldt ook voor de andere waarden. We laten de standaard waarden nu staan zoals je hier ziet en klikken op de OK knop. NOTE: op dit moment kun je ook nog meer stijlen definiëren, maar we beperken ons nu even tot de slagschaduw. TIP: Door een vinkje te zetten bij Voorbeschouwing (Preview) kun je direct zien wat er gebeurd in de afbeelding. Er is nu een laagstijl Slagschaduw (Drop shadow) op de tekst toegepast, andere stijlen kun je nu op dezelfde afbeelding toepassen op dezelfde manier. In het lagen palet is de laagstijl nu ook te zien, zie afbeelding 1.9 hieronder. afb. 1.9 laag palet met laagstijl
2. Laagstijlen opslaan en combinatie van laag stijlen(op basis van Photoshop CS2/CS3) We gaan de in oefening 1 aangemaakte stijl nu opslaan. Maak oefening 1 opnieuw volgens het in 1 genoemde, of ga verder, of open de eventueel opgeslagen oefening. Allereerst zorgen we ervoor dat het stijlen palet is geopend, dit doen we door via Menu Venster (Window) Stijlen (Styles) aan te klikken, zie afbeelding 2.1 Het Stijlen palet is nu geopend, staat er voor het menu item reeds een vinkje dan is het reeds geopend en zal zich het aan de rechterkant (standaard) van de werkomgeving bevinden, zie afbeelding 2.2 afb. 2.2, stijlen palet. afb. 2.1 Stijl palet aanzetten afb. 2.3 laag palet met laagstijl In het lagen palet dubbel klikken we op het effect Slagschaduw (Drop Shadow) om het Stijlen scherm weer tevoorschijn te halen (afb. 2.3). We zien dus dat we naderhand reeds toegekende stijlen ook nog kunnen aanpassen of nieuwe toevoegen. Laten we er nog een stijl aan toevoegen, bijvoorbeeld Schuine Kant en reliëf (Bevel and emboss), zie afbeelding 2.4
afb. 2.4 Schuine kant en reliëf (Bevel and emboss) Neem de standaard waarden over en klik op de OK knop. We hebben nu een 3D tekst gekregen door deze tweede stijl. Als we klaar zijn kunnen we de aangemaakte stijl nu gaan opslaan in het stijlen palet waarmee we met deze instellingen met één druk op de stijl knop in het stijlen palet deze twee stijlen direct kunnen toepassen. Dubbelklik in het lagen palet op een effect, De stijl bewerker wordt weer geopend. Klik nu op de knop: Nieuwe Stijl (New Style), zie afbeelding 2.5 afb. 2.5 stijlen opslaan Geen de stijl een naam, in dit geval heb ik hem Oefening 2 genoemd, onder deze naam wordt de stijl opgeslagen in het stijlen palet, later kun je in het stijlen palet de naam nog veranderen mocht je dat willen, ook verwijden kan nog, maar dat komt straks. Zet een vinkje voor de optie Laag effecten toevoegen (Include Layer Effects) en Overvloei opties toevoegen (Include Layer Blending Options), als je dit doet kun je
naderhand in het lagen palet deze zaken weer aanpassen en blijf je dus heel flexibel met deze zaken, vink je ze niet aan dat is de stijl permanent. Klik op OK als je klaar ben. Kijken we nu in het stijlen palet dan zien we dat de aangemaakte stijl hier netjes bijstaat, zie afbeelding 2.6 afb 2.6 nieuwe stijl toegevoegd aan stijlen palet. Nu hoeven we dus alleen maar op dat knopje te klikken om de stijlen uit deze oefening 2 en uit oefening 1 op bv. tekst toe te kennen. Om een stijl te hernoemen, of te verwijderen, klikken we in het stijlen palet Rechts op de stijl en we zien bij de stijl de opties Hernoem en Verwijderen verschijnen. Een derde mogelijkheid Nieuw stijl is nu grijs omdat we een bestaande stijl aanpassen, zie afbeelding 2.7 hieronder. afb. 2.7 stijlen hernoemen of verwijderen. In afbeelding 2.8 zien we de twee stijlen van oefening 1 en 2 in de praktijk. afb 2.8 de twee stijlen.