Gemeente NOORDENVELD Glass.nr. 1 7 OKT. 2013 Nr...^ Paraaf voor archief de Rechtspraak Rechtbank Noord-Nederland 113.08220 datum onderdeel contactpersoon doorkiesnummer ons kenmerk uw kenmerk bijlage(n) faxnummer afdeling onderwerp hí] AANTEKENEN Į ļ PER POST [ \ PER FAX (050) 501 86 27 het college van Burgemeester en Wethouders van de gemeente Noordenveld Postbus 109 9300 AC Roden 16 oktober 2013 Sector Bestuursrecht dhr J. Meerveld (0592) 33 93 84 zaaknummer ASS 13/375 WABOAP13 (0592) 33 93 38 het beroep van de bewoners van de Berkenstraat te Nieuw Roden Locatie Assen Afdeling Bestuursrecht bezoekadres Brinkstraat 4 9401 HZ Assen correspondentieadres postbus 200, 9400 AE Assen t (0592) 33 93 85 f(0592) 33 93 38 www.rechtspraak.nl Bij beantwoording de datum en ons kenmerk vermelden. Witt u slechts éĝn zaak in uw brief behandelen. Geachte heer/mevrouw, Over het beroep met zaaknummer ASS 13/375 WABOA P13 deel ik u het volgende mee. De rechtbank heeft uitspraak gedaan. Ik stuur u een kopie van de uitspraak. Indien in deze uitspraak wordt verwezen naar een uitspraak met een ECLI-nummer, is de tekst van de betreffende uitspraak onder dat nummer gepubliceerd op www.rechtspraak.nl. Tegen deze uitspraak staat voor een belanghebbende en het bestuursorgaan hoger beroep open. Dit dient te worden ingesteld binnen zes weken na de datum van verzending van deze uitspraak door een beroepschrift en een kopie van deze uitspraak te zenden aan de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State, Postbus 20019, 2500 EA Den Haag. In uw beroepschrift moet u vermelden waarom u het niet eens bent met de uitspraak. U kunt ook digitaal hoger beroep instellen bij de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State. Kijk op www.raadvanstate.nl voor meer informatie over het indienen van digitaal beroep. Als u naar aanleiding van deze brief vragen hebt, kunt u contact opnemen met de administratie van de rechtbank op het hierboven vermelde doorkiesnummer. Als u de rechtbank belt of schrijft, verzoek ik u het zaaknummer te vermelden. ffier BĒ022
uitspraak AFSCHRIFT RECHTBANK NOORD-NEDERLAND Afdeling bestuursrecht locatie Assen zaaknummer ASS AWB 13/375 uitspraak van de enkelvoudige kamer van 15 oktober 2013 in de zaak tossen Bewoners Berkenstraat, te Nieuw Roden, eisers (gemachtigde: P.V. ColnotX en het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Noordenveld, verweerder (gemachtigde: mr. J. de Vrìes-Uiterdijk). Als derde-partij heeft aan het geding deelgenomen KPN B.V. Procesverloop Bij brief van 31 oktober 2012 heeft verweerder aan KPN B.V. (vergunninghouder) bekendgemaakt dat van rechtswege een omgevingsvergunning is verleend voor het plaatsen van een UMTS-mast aan de Esweg te Nieuw Roden, op het perceel kadastraal bekend gemeente Roden, sectie H, nummer 3668. Bij besluit van 2 april 2013 (het bestreden besluit) heeft verweerder de bezwaren van eisers gegrond verklaard voor zover deze betrekking hebben op het niet publiceren van de aanvraag om de omgevingsvergunning en het niet binnen de daarvoor geldende termijn publiceren van de vergunning van rechtswege. Voor het overige zijn de bezwaren van eisers ongegrond verklaard. Eisers hebben tegen het bestreden besluit beroep ingesteld. Verweerder heeft een verweerschrift ingediend. Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 3 september 2013. Eisers zijn vertegenwoordigd door hun gemachtigde. Verweerder heeft zich laten vertegenwoordigen door zijn gemachtigde. Vergunninghouder is niet verschenen. Overwegingen 1. Op 26 april 2012 heeft vergunninghouder een aanvraag ingediend om een omgevingsverguiining ten behoeve van het plaatsen van een UMTS-mast aan de Esweg te Nieuw Roden, op het perceel kadastraal bekend gemeente Roden, sectie H, nummer 3668.
zaaknummer: ASS AWB 13/375 blad 2 De vergunning is aangevraagd voor de activiteiten bouwen, handelen in strijd met regels van ruimtelijke ordening, kappen en uitrit aanleggen of veranderen. 1.1. Bíj brief van 31 oktober 2012 heeft verweerder aan vergunninghouder bekendgemaakt dat de omgevingsvergunning van rechtswege is verleend. 1.2. Bij het bestreden besluit heeft verweerder de bezwaren van eisers gericht tegen de van rechtswege ontstane vergunning gegrond verklaard voor zover deze betrekking hebben op het niet publiceren van de aanvraag om de omgevingsvergunning en het niet binnen de daarvoor geldende termijn publiceren van de vergunning van rechtswege. Voor het overige zijn de bezwaren van eisers ongegrond verklaard. 2. Niet in geschil is dat het bouwplan in strijd is met het bestemmingsplan "Buitengebied Roden". Verweerder heeft daarom gebruik gemaakt van het bepaalde in artikel 2.12, eerste lid, onder a, sub 2, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) juncto artikel 4, vijfde lid, van bijlage II van het Besluit omgevingsrecht (Bor), om af te wijken van het bestemmingsplan. De procedure 3. Eisers voeren aan dat de aanvraag van de vergunninghouder in strijd met artikel 3.8 van de Wabo niet is gepubliceerd. Niet in geschil is dat verweerder de aanvraag had behoren te publiceren. De rechtbank is echter van oordeel dat eisers door schending van dit vormvoorschrift niet in hun belangen zijn geschaad. Eisers hebben immers tijdig bezwaar gemaakt tegen de gepubliceerde van rechtswege verleende omgevingsvergunning en hebben in die procedure hun bezwaren aan de orde kunnen stellen. Voorts is gesteld noch gebleken dat eisers door schending van dit vormvoorschrift bepaalde argumenten niet naar voren hebben kunnen brengen, die zij anders wel zouden hebben kunnen dan wel willen aanvoeren. De rechtbank zal dit verzuim dan ook met toepassing van artikel 6:22 van de Awb passeren. 4. De rechtbank overweegt dat op onderhavige aanvraag om een omgevingsvergunning de reguliere voorbereidingsprocedure als bedoeld in paragraaf 3.2 van de Wabo en de in die paragraaf opgenomen procedureregels van toepassing zijn. Op grond van artikel 3.9, eerste lid, van de Wabo geldt bij de reguliere vcwrbereidingsprocedure een beslistermijn van 8 weken. De rechtbank stelt vast dat verweerder niet binnen de termijn van acht weken op de aanvraag heeft beslist en evenmin deze beslistermijn overeenkomstige het tweede lid van artikel 3.9 heeft verlengd. Gelet op het bepaalde in artikel 3.9, derde lid, van de Wabo gelezen in verbinding met artikel 4:20b, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) is de aangevraagde omgevingsvergunning aldus van rechtswege verleend. 4.1. Op grond van artikel 4:20c, eerste lid, van de Awb maakt een bestuursorgaan de beschikking bekend binnen twee weken nadat zij van rechtswege is gegeven. Niet in geschil is dat in onderhavig geval de bekendmaking niet binnen twee weken heeft plaatsgevonden. Verweerder heeft in dit verband aangegeven dat de bekendmaking in overleg met vergunninghouder is uitgesteld tot na de inloopavond die, op verzoek van Dorpsbelangen Nieuw Roden, gepland was na de zomervakantie. Het is de rechtbank niet gebleken dat of waardoor de belangen van eisers door de te late bekendmaking zijn geschonden; de rechtbank zal ook dit verzuim met toepassing van artikel 6:22 van de Awb passeren.
zaaknummer ASS AWB 13/375 blad 3 5. Eisers stellen verder dat zij voor de hoorzitting van de Commissie voor de behandeling van bezwaarschriften van de gemeente Noordenveld (de Commissie) te weinig voorbereidingstijd hebben gehad. Eisers zijn van mening dat hier een termijn van zes weken zou moeten gelden. De rechtbank overweegt dat artikel 7:4, tweede lid, van de Awb bepaalt dat het bestuursorgaan alle op de zaak betrekking hebben stukken voorafgaand aan het horen tcnminsto een week ter inzage legt Verweerder heeft in dit verband aangegeven dat het procesdossier tezamen met de uitnodiging voor de hoorzitting op 22 januari 2013 aan eisers is verzonden. De hoorzitting heeft plaatsgevonden op 6 februari 2013. Eisers hebben voorgaande niet bestreden. Hiermee heeft verweerder voldaan aan het bepaalde in artikel 7:4, tweede lid, van de Awb. De beroepsgrond slaagt niet Alternatieve locatie mast 6. Eisers stellen dat van de vijf onderzochte mogelijke locaties voor de UMTS-mast minstens éen volgens de niimtelijke beleidsregels van verweerder geschikter moet worden gevonden dan onderhavige locatie. Indien het vooronderzoek op tijd, in alle openheid en meer in overleg met de belanghebbenden was gedaan, zou verweerder waarschijnlijk tot een ander oordeel zijn gekomen en zoals eisers de beleidsregels interpreteren-tot de keuze van de locatie nabij de sportvelden zijn gekomen. 6.1. De lechtbank overweegt dat het vaste rechtspraak is dat verweerder dient te beslissen omtrent het bouwplan zoals dat is ingediend. Indien het bouwplan - zoals in onderhavig geval - op zichzelf aanvaardbaar is, kan het bestaan van alternatieven slechts dan tot het onthouden van medewerking nopen, indien op voorhand duidelijk is dat door verwezenlijking van de alternatieven een gelijkwaardig resultaat kan worden bereikt met aanmerkelijk minder bezwaren (bijvoorbeeld de uitspraak van de Afdeling bestimi-srechtspraak van de Raad van State van 6 februari 2013, ECLLNL:RVS:2013:BZ0703). Daarvan is in dit geval naar het oordeel van de rechtbank niet gebleken. De rechtbank overweegt hiertoe dat de alternatieve locaties in de rase voorafgaand aan de aanvraag door vergunninghouder en verweerder zijn onderzocht, maar dat de thans gekozen locatie de meest geschikte is. De locatie valt binnen het zoekgebied en is daarmee voor vergunninghouder acceptabel. Weliswaar acht vergunninghouder het door eisen genoemde alternatief de locatie nabij de sportvelden, voor wat betreft het oplossen van het dekkingsprobleem acceptabel, maar verweerder acht deze locatie minder geschikt omdat de locatie in de nabijheid van een school ligt en hier ook woningen aanwezig zijn. Bij het zoeken naar een geschikte locatie wordt door verweerder zoveel als mogelijk rekening gehouden met de vrees van omwonenden voor aantasting van de gezondheid. Indien mogelijk zal een mast niet in de directe omgeving van een school of van woningen worden geplaatst De aangevraagde locatie acht verweerder verder landschappelijk acceptabel omdat de mast voor een groot deel wegvalt in het bos en op die manier geen onevenredige inbreuk maakt op het landschap en al met al een acceptabele ruimtelijke impact heeft. Daarnaast vormen archeologie, cultourhistorie of beschermde nataurwaarden evenmin een belemmering. Door de aanleg van een dam met duiker is de locatie bovendien bereikbaar voor de bouw en het onderhoud van de zendmast De rechtbank ziet in hetgeen eisers hebben aangevoerd geen aanleiding aan het voorgaande te twijfelen. De beroepsgrond raait Kap 7. Eisers voeren aan dat de vergunning voor zover deze ziet op de activiteit kappen van bomen gebreken vertoont In de omgcvingsvergimning wordt namelijk gesproken over
zaaknummer ASS AWB 13/375 blad 4 negen berken terwijl de bomen die op de locatie zijn gemerkt met een rode stip, naast berken, ook beuken en eiken blijken te zijn. Naar het oordeel van de rechtbank is hiermee evenwel nog geen sprake van een gebrek in de vergunning. Uit de vergunning blijkt duidelijk dat deze is verleend voor de kap van negen berken. Verweerder heeft nog aangegeven dat ter plaatse is gekeken en dat inderdaad rode cirkels zijn aangebracht op een aantal bomen. Verweerder heeft vergunninghouder er op gewezen dat alleen de bomen mogen worden gekapt waarvoor een vergunning is verleend. De beroepsgrond slaagt niet 8. Het beroep is ongegrond. 9. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding. Beslissing De rechtbank verklaart het beroep ongegrond. Deze uitspraak is gedaan door mr. L. Mulder, rechter, in aanwezigheid van mr. C.T. Horman, griffier. De beslissing is in het openbaar uitgesproken op IS oktober 2013. r i rechter Rechtsmiddel Tegen deze uitspraak kan binnen zes weken na de dag van verzending daarvan hoger beroep worden ingesteld bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State. Afschrift verzonden aan partijen op: ^ ^ QĶŢ 2013 Voor koble Rechtbartk X ocld-nedertand Afdeling Şeí eī tuuŗsrecht