Demografische trends. in het basisonderwijs. in Schiedam, 2012

Vergelijkbare documenten
Demografische trends. in het basisonderwijs. in Schiedam, 2013

Factsheet Schiedam 2016

Bevolkingsprognose Schiedam Schiedam, juli 2004

Inkomensgegevens MVS 2015 Inkomensgegevens MVS 2015

INKOMENSGEGEVENS MVS MAASSLUIS - VLAARDINGEN - SCHIEDAM

Bevolkingsprognose van Amersfoort Gemeente Amersfoort Marc van Acht en Ben van de Burgwal maart 2013

Figuur 1: Ontwikkeling aantal leerlingen Figuur 2: Prognose aantal leerlingen (index: 2011 = 100) (index: 2016 = 100)

Dienst Ruimtelijke Ordening Fact sheet Demografische ontwikkelingen: blijvende groei Amsterdamse bevolking

Ontwikkeling leerlingaantallen

Bevolkingsprognose Purmerend

Demografische ontwikkeling Gemeente Opmeer Augustus 2014

Woningmarktrapport 3e kwartaal Gemeente Rotterdam

Demografische ontwikkeling Gemeente Hoorn Augustus 2014

Demografische ontwikkeling Gemeente Hoorn

Leerlingenprognose primair onderwijs Gemeente Dordrecht

Bevolkingsprognose Lansingerland 2015

Woningmarktrapport 4e kwartaal Gemeente Amsterdam

Demografische ontwikkeling Gemeente Stede Broec

Demografische ontwikkeling Gemeente Opmeer

Bevolkingsprognose Deventer 2015

Figuur 1: Ontwikkeling aantal leerlingen Figuur 2: Ontwikkeling aantal leerlingen (index: 2009 = 100) (index: 2014 = 100)

Leerlingenprognose OPB Basissch Akkerwinde Ulrum. De Orpheus prognose is (net als de Primos prognose) een product van ABF Research

Woningmarktrapport 3e kwartaal Gemeente 's-gravenhage

Leerlingenprognose basisonderwijs

7. Deelname en slagen in het hoger onderwijs

Woningmarktrapport 3e kwartaal Gemeente Alphen aan den Rijn

Auteur: Gemeente Dronten Datum: Februari 2018 Voor vragen: Feiten en cijfers 2017 Bevolking

Demografische ontwikkeling Gemeente Koggenland

Demografische ontwikkeling Gemeente Drechterland

De Amsterdamse woningmarkt: voorzichtige stabilisatie

Demografische ontwikkeling Gemeente Hoorn

Bijlage 1, bij 3i Wijkeconomie

Demografische ontwikkeling Gemeente Wervershoof

Rapport basisschool De Ontdekkingsreis Gemeente Utrechtse Heuvelrug

De grijze golf. Demografische ontwikkeling Drechtsteden tot Figuur 1 Bevolking Drechtsteden , totaal

Woningmarktrapport - 4e kwartaal Gemeente s-hertogenbosch

Aantal huisartsen en aantal FTE van huisartsen vanaf 2007 tot en met 2016

Toekomstige demografische veranderingen gemeente Groningen in een notendop

Bevolkingsprognose Nieuwegein 2011

De effecten van demografische ontwikkelingen op het onderwijs

Cohortvruchtbaarheid van niet-westers allochtone vrouwen

Demografische ontwikkeling Gemeente Enkhuizen

Demografische ontwikkeling Gemeente Opmeer

CO2-monitor 2013 s-hertogenbosch

Demografische ontwikkeling Gemeente Koggenland Augustus 2014

Woningmarktmonitor provincie Utrecht; de staat van de woningmarkt medio 2018

Notitie > Verhuringen > via Woonnet Rijnmond

Auteur: Gemeente Dronten Datum: 4 april 2017 Voor vragen: Feiten en cijfers 2016 Bevolking

Onderwijs: kiezen voor en leren in de techniek

Fact sheet. Monitor jeugdwerkloosheid Amsterdam. nummer 5 maart 2013

Update basisinformatie Koers VO

Crisismonitor Drechtsteden

Woningmarktrapport - 4e kwartaal Gemeente Dordrecht

Woningmarktanalyse Gooise Meren

Buurtprofiel: Limmel hoofdstuk 7

Woningmarktrapport - 1e kwartaal Gemeente Beverwijk

Kengetallen woningtoewijzing in de gemeente Utrecht

Demografische ontwikkeling Gemeente Medemblik Augustus 2014

Demografische ontwikkeling Gemeente Enkhuizen Augustus 2014

Daling aantal leerlingen in het basisonderwijs Rotterdam in landelijk/regionaal perspectief. versie 14 februari 2007

Grote gemeenten goed voor driekwart van bevolkingsgroei tot 2025

Demografische ontwikkeling Gemeente Medemblik

Steeds meer niet-westerse allochtonen in het voltijd hoger onderwijs

Leerlingenprognose basisonderwijs, speciaal en voortgezet onderwijs Versie voor de schoolbesturen

Fact sheet. Concentraties van allochtone ouderen en jongeren,

Bevolkingsomvang in Bronckhorst

Trends in passend onderwijs

Ontwikkelingen in de stadsdelen

Werkloosheid in Helmond 2012 Samenvatting en conclusies

PEARL: uitkomsten van de regionale bevolkings- en allochtonenprognose voor provincies

KANSEN OP DE SOCIALE HUURMARKT IN SCHIEDAM

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Analyse van de vooraanmeldingen voor de lerarenopleidingen

in het kort OFED Arbeidsmarktmonitor elektrotechnische detailhandel 2013

Actualisatie leerlingenprognose basisonderwijs

Fact sheet. Dienst Wonen, Zorg en Samenleven. Eigen woningbezit 1e en 2e generatie allochtonen. Aandeel stijgt, maar afstand blijft

Scholen in de Randstad sterk gekleurd

Dienst Ruimtelijke Ordening Fact sheet Demografische ontwikkelingen in 2005: emigratie stopt groei Amsterdamse bevolking

Schiedamse buurten vergeleken naar sociaal-economische positie

DEMOGRAFISCHE ONTWIKKELING

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE

Prognose Reguliere Basisscholen in Purmerend

Demografische ontwikkeling Gemeente Andijk

Bevolkingsprognose

Joost Meijer, Amsterdam, 2015

Kengetallen Mobiliteitsbranche

Vraag nr. 351 van 26 februari 2013 van PAUL DELVA

Samenvatting Leidse Monitor

Woningmarktrapport - 3e kwartaal Gemeente Haarlemmermeer

Buurtprofiel: Heugemerveld hoofdstuk 11

Demografische (wijk-) analyse van de woningbouwplannen Deventer 2015

CBS: Meer werkende vrouwen op de arbeidsmarkt

Huishoudensprognose : ontwikkelingen naar type en grootte

Samenvatting WijkWijzer 2017

Hypotheek Index Q1 2018

We zien in figuur 2 dat het aandeel personen met een migratieachtergrond toeneemt van 46 procent januari 2015 naar 51 procent in juni 2017.

Overzicht uitgeschreven huisartsen NIVEL Lud van der Velden Daniël van Hassel Ronald Batenburg

Woningbehoefte onderzoek

Beroepsbevolking 2005

fluchskrift Vergrijzing in Fryslân neemt toe Aantal senioren sterk gestegen Aantal 65-plussers in Fryslân, /2012

Transcriptie:

Demografische trends in het basisonderwijs in Schiedam, 2012 Schiedam, mei 2012 Onderzoek & Statistiek i.s.m. Onderwijs & Welzijn Gemeente Schiedam 010-2191007/2191008

D e m o g r a f i s c h e t r e n d s 2 0 1 2 P a g i n a 2

D e m o g r a f i s c h e t r e n d s 2 0 1 2 P a g i n a 3 Inhoud Inleiding... 5 Samenvatting... 7 Basisonderwijs in Schiedam... 9 Demografische ontwikkelingen... 13 Ontwikkeling naar etniciteit... 17 Wijk/buurt: spreiding van leerlingen over de basisscholen... 21 Basisscholen: Voedingsgebieden... 25 Prognose en effecten van nieuwbouw... 27 Bijlage 1: Ontwikkeling van het aantal 4-11-jarigen naar wijk en etniciteit Bijlage 2: Ontwikkeling van het aantal 0-3-jarigen naar wijk en etniciteit Bijlage 3: Spreidingsdiagrammen leerlingen per basisschool

D e m o g r a f i s c h e t r e n d s 2 0 1 2 P a g i n a 4

D e m o g r a f i s c h e t r e n d s 2 0 1 2 P a g i n a 5 Inleiding Voor u ligt de rapportage Demografische trends in het basisonderwijs, 2012. Acht jaar geleden werd voor het eerst zo n rapportage opgesteld. Dit jaar heeft er aan de hand van de bevolkingsgegevens van 1-1-2012 en de leerlinggegevens van 1-10-2011 een update plaatsgevonden. De resultaten hiervan worden in deze rapportage gepresenteerd. In hoofdstuk 1 vindt u in het kort de stand van zaken in het basisonderwijs (uitgezonderd het speciaal basisonderwijs). Vervolgens worden in hoofdstuk 2 de belangrijkste demografische trends op wijkniveau besproken. Hoofdstuk 3 gaat dieper in op de demografische trends in het basisonderwijs wat betreft het thema etniciteit. Daarna wordt met de wijk/buurt als uitgangspunt bekeken waar de kinderen op school gaan (hoofdstuk 4). In hoofdstuk 5 wordt het gezichtspunt omgedraaid en staat de school centraal: van daaruit wordt nagegaan uit welke delen van de stad de leerlingen afkomstig zijn. Tot slot wordt een doorkijk gemaakt naar de toekomst (hoofdstuk 6) en wordt bekeken wat de invloed van grootschalige sloop- en nieuwbouwplannen zal zijn op het verloop van het aantal basisschoolleerlingen. In de bijlage is van elke school een spreidingsdiagram van de leerlingenpopulatie opgenomen. Deze rapportage geeft informatie die afgeleid is van de door Schiedamse basisscholen beschikbaar gestelde leerlinggegevens. Echter niet alle leerlinggegevens in de verschillende paragrafen is van één en dezelfde datum. De prognoses zijn ontwikkeld op basis van de leerlinggegevens van de teldatum 1 oktober 2011. Herkomstgegevens van de leerlingen per school zijn meestal van een iets latere datum, waardoor er kleine afwijkingen voorkomen met het aantal leerlingen op de officiële teldatum. Dit wordt onder andere veroorzaakt door tussentijdse in- en uitstroom van leerlingen. De ene basisschool kan daardoor wat meer leerlingen en een andere basisschool wat minder leerlingen hebben dan op de officiële teldatum van 1 oktober 2011. Wij hopen dat u met deze rapportage uw kennis van het onderwijsveld in Schiedam kunt actualiseren. Veel leesplezier! D.J. Haitsma Afdelingsmanager Onderwijs & Welzijn (a.i.) Schiedam, mei 2012

D e m o g r a f i s c h e t r e n d s 2 0 1 2 P a g i n a 6

D e m o g r a f i s c h e t r e n d s 2 0 1 2 P a g i n a 7 Samenvatting De rapportage Demografische trends in het basisonderwijs, 2012 geeft informatie op basis van twee verschillende bronnen, namelijk de bevolkingsgegevens van 1-1-2012 (GBA) en de leerlinggegevens van 1-10-2011. Deze laatste informatie is afgeleid van de door Schiedamse basisscholen beschikbaar gestelde gegevens. Door deze twee bronnen nu al een aantal jaren te combineren worden diverse trends zichtbaar. Enkele van deze ontwikkelingen zijn hieronder kort samengevat: In totaal tellen de 25 locaties van de 23 basisscholen in het regulier onderwijs in Schiedam 6.915 leerlingen. Het aantal 4-11-jarigen vertoont een dalende lijn. Opvallend is dat het aantal allochtone kinderen nog iets toenam en het aantal autochtone kinderen behoorlijk daalde. In de meeste delen van Schiedam gaat het overgrote deel van de kinderen in de eigen woonwijk op school. In Nieuwland en Groenoord is dat veel minder het geval. Relatief veel kinderen gaan namelijk buiten de eigen woonwijk op school. In Nieuwland gaat het om een derde deel van de kinderen. In Groenoord betreft het zelfs 61 procent. Bovendien neemt het aandeel in deze laatste wijk elk jaar toe. Een gunstige afstand tot scholen in andere wijken, maar ook de aanwezigheid van uitsluitend zwarte scholen in de eigen wijk spelen hierbij een rol, waardoor ouders bij de schoolkeuze vaak over de wijkgrenzen heen kijken. Demografische factoren (onder andere afname van het aantal geboorten) hebben ervoor gezorgd dat het aantal basisschoolkinderen in Schiedam een dalende lijn vertoont. Deze afname wordt nog behoorlijk gedempt doordat er steeds meer kinderen van buiten de stad een basisschool in Schiedam bezoeken. Maar deze stijging zal niet blijvend van aard zijn. Omdat er geen grootschalige nieuwbouwprojecten meer op stapel staan, is er ook geen substantiële stijging van het geboortecijfer te verwachten en/of toestroom van gezinnen met kinderen die naar Schiedam verhuizen (zoals ten tijde van de bouw van Spaland en Sveaparken het geval was). De verwachting is daarom dat het aantal basisschoolkinderen in de toekomst zal afnemen.

D e m o g r a f i s c h e t r e n d s 2 0 1 2 P a g i n a 8

D e m o g r a f i s c h e t r e n d s 2 0 1 2 P a g i n a 9 Basisonderwijs in Schiedam Per 1 oktober 2011 stonden 6.915 leerlingen ingeschreven in het reguliere basisonderwijs en 115 leerlingen in het speciaal basisonderwijs. In totaal gaat het om 23 basisscholen (25 locaties) en één school voor het speciaal basisonderwijs. Van de reguliere basisscholen zijn er 11 openbaar, 6 roomskatholiek, 3 protestants-christelijk, 1 interconfessioneel (pc/rk) en 2 islamitisch. Tabel 1 Ontwikkeling van het aantal leerlingen per school (in regulier basisonderwijs) School 1-10-2009 1-10-2010 1-10-2011 Peperklip 340 344 334 833 804 825 Gorzen 93 87 77 AMG Schmidt 224 213 221 Kring 159 174 166 Startblok* 310 360 367 Taaltuin 212 193 182 Windas 251 245 248 Troubadour 119 103 103 Violier 460 450 433 Klinker 452 420 395 Openbaar totaal 3.453 3.393 3.351 St. Jan 184 177 159 St. Willibrordus 214 218 215 St. Jozef 496 515 511 St. Bernardus 193 209 209 Meesterwerk 226 194 178 Vlinder 556 541 545 Rooms-katholiek totaal 1869 1.854 1.817 Gravin Aleida 162 171 164 Wieken: - Nieuwland 133 127 123 - West 136 128 119 293 298 300 Protestant-christelijk totaal 724 724 706 Regenboog: - Woudhoek 343 354 369 - Groenoord 108 108 96 PC/RK totaal 451 462 465 El Furkan 250 259 248 Ababil 223 282 328 Islamitisch totaal 473 541 576 Totaal 6.970 6.974 6.915 * per 1-10-2011: incl. 63 neveninstromers Tussen 2002 en 2009 vertoonde het totaal aantal leerlingen op de Schiedamse basisscholen een dalende lijn. In 2009 volgde een ommekeer. In dat jaar nam het aantal leerlingen vrij onverwacht toe met 128 kinderen. In 2010 kwamen daar nog 4 leerlingen bij. Deze stijging was niet gebaseerd op demografische ontwikkelingen maar volledig het gevolg van extra instroom van leerlingen vanuit Rotterdam en Vlaardingen. Ondanks dat er in 2011 wederom meer kinderen uit deze steden in

D e m o g r a f i s c h e t r e n d s 2 0 1 2 P a g i n a 10 Schiedam op school gaan, heeft dit niet kunnen voorkomen dat het totaal aantal leerlingen in het basisonderwijs is gedaald (59 leerlingen). Tabel 2 Ontwikkeling aantal leerlingen op Schiedamse basisscholen afkomstig van buiten Schiedam teldatum Rotterdam Vlaardingen Ov. gem. totaal 1-10-2007 1-10-2008 1-10-2009 223 237 293 61 82 124 75 78 79 359 397 496 1-10-2010 1-10-2011 329 362 158 191 94 96 581 649 Tot 2007 was het aantal leerlingen van buiten de stad op Schiedamse basisscholen redelijk stabiel. Sindsdien vertoont het een duidelijk stijgende lijn. Zo is er tussen 1 oktober 2007 en 1 oktober 2011 sprake van een groei van 290 kinderen. Dit wordt veroorzaakt door een toename van leerlingen vanuit Rotterdam en Vlaardingen. Vanuit de overige gemeenten blijft dit aantal stabiel. Vooral Ababil en De trekken in vergelijking met vorig jaar meer leerlingen uit Rotterdam. De toename van leerlingen vanuit Vlaardingen komt met name voor rekening van Ababil. Naar aantal leerlingen is De de grootste basisschool van Schiedam, op ruime afstand gevolgd door De Vlinder en St. Jozef. Het kleinst is De Gorzen. Bovendien is het aantal leerlingen van deze school het afgelopen jaar weer verder afgenomen. De twee basisscholen in Spaland/Sveaparken, De Vlinder en de Violier, lijken de top in het aantal leerlingen inmiddels achter zich te hebben. Ondanks de algehele terugloop van het aantal leerlingen, blijft de islamitische basisschool Ababil groeien (toename 46 leerlingen). De ontwikkeling van de leerlingenpopulatie naar denominatie is als volgt: Tabel 3 Verdeling leerlingen naar denominatie denominatie 1-10-2007 1-10-2008 1-10-2009 1-10-2010 1-10-2011 openbaar 50,9% 49,8% 49,5% 48,7% 48,5% rk 26,6% 27,1% 26,8% 26,6% 26,3% pc 10,3% 10,3% 10,4% 10,4% 10,2% pc/rk 6,8% 6,7% 6,5% 6,6% 6,7% islamitisch 5,4% 6,1% 6,8% 7,8% 8,3% Totaal 100% 100% 100% 100% 100% Tot. leerl. 6.864 6.842 6.970 6.974 6.915 In navolging van de landelijke trend neemt het belangstellingspercentage voor het openbaar onderwijs af (zie tabel 3). Het aandeel van het rooms-katholiek onderwijs vertoonde lange tijd een stijgende lijn. Vanaf 2009 is echter een licht dalende lijn zichtbaar. De afnemende belangstelling voor het openbaar en rooms-katholiek onderwijs komt geheel ten gunste aan het islamitisch onderwijs. Het aandeel daarvan blijft gestaag groeien. Het marktaandeel van zowel het protestants-christelijk onderwijs als het interconfessioneel onderwijs is vrij stabiel. In figuur 1 staat de spreiding van de basisscholen over de stad weergegeven.

D e m o g r a f i s c h e t r e n d s 2 0 1 2 P a g i n a 11 Figuur 1 Hoofdlocaties (*) van de basisscholen in Schiedam De Klinker De Violier De Vlinder De Regenboog (Wdh.) openbaar rk pc pc/rk Het Windas islamitisch De Troubadour El Furkan De Regenboog (Gr.) Ababil Het Startblok De Wieken (Nwl.) t Meesterwerk Gravin Aleida De Peperklip De Taaltuin De Kring De Wieken (West) A.M.G. Schmidt De Sint Jan Sint Bernardus Sint Jozef De Gorzen Sint Willibrordus (*) Verschillende basisscholen hebben een dependance. Soms liggen deze in de directe omgeving van het hoofdgebouw. Bij enkele scholen gaat het om een dependance op wat grotere afstand, maar wel in dezelfde wijk. Deze laatste categorie staat niet op bovenstaande kaart vermeld. Dit betreft de volgende scholen: Wijk School : Dependance Oost De : Galileïstraat, Buys Ballotsingel en 24 West A.M.G. Schmidt : Westfrankelandsestraat West St. Jozef : Warande

D e m o g r a f i s c h e t r e n d s 2 0 1 2 P a g i n a 12

D e m o g r a f i s c h e t r e n d s 2 0 1 2 P a g i n a 13 Demografische ontwikkelingen Met de bouw van eengezinswoningen in de jaren 80 in Woudhoek en in de jaren 90 in Spaland nam het aantal kinderen in de basisschoolleeftijd in Schiedam snel toe. In 2001 bereikte het aantal leerlingen het maximum. Sindsdien is er op stedelijk niveau sprake van een teruggang. Ondanks een lichte opleving in 2009 is de dalende trend van het aantal 4-11-jarigen weer hervat. Dat geldt ook voor de nieuwbouwwijk Sveaparken waar de basisgeneratie (het aantal 4-11-jarigen) inmiddels over de top heen is. Tabel 4 Ontwikkeling 4-11-jarigen per wijk Wijk 2006 2007 2008 2009 2010 2011 2012 Centrum Oost West* Zuid Nieuwland* Groenoord Woudhoek Spaland Sveaparken 266 930 1.083 516 1.383 710 347 603 798 301 268 917 1.048 477 1.360 689 344 619 706 346 271 931 960 451 1.423 719 333 611 677 382 272 947 979 445 1.470 700 330 605 648 420 297 977 943 458 1.460 696 342 582 598 459 303 977 1.000 453 1.390 685 340 568 562 448 294 953 1.006 433 1.368 712 322 564 538 454 Schiedam 6.937 6.774 6.758 6.816 6.812 6.726 6.644 * I.v.m. een wijkgrenswijziging (per 1-1-2011) behoort de Distillateursbuurt tegenwoordig tot de wijk West in plaats van Nieuwland. Dat verklaart de forse toename van het aantal 4-11 jarigen in West en de afname in Nieuwland. In geen enkele wijk is er meer sprake van een duidelijk opgaande lijn van het aantal 4-11-jarigen. Slechts in Groenoord is vorig jaar het aantal kinderen nog redelijk gegroeid. Vermoedelijk betreft het echter geen nieuwe trend want de laatste zeven jaar fluctueert het aantal leerlingen in deze wijk altijd tussen de 680 en 720. Dat is mede het gevolg van de sloop- en nieuwbouwactiviteiten die in deze wijk hebben plaatsgevonden. Ook Nieuwland heeft daar lange tijd mee te maken gehad. Na het verrijzen van nieuwbouw op de slooplocaties, begon het inwonertal zich te herstellen. Maar als gevolg van de moeilijke situatie op de woningmarkt komen de resterende nieuwbouwprojecten zeer moeizaam van de grond. Met als gevolg dat het aantal basisschoolleerlingen al enige tijd niet meer groeit. De basisgeneratie in Sveaparken heeft de top achter de rug. Dat zal in de toekomst steeds duidelijker merkbaar gaan worden op de basisscholen in de wijk. Een forse terugloop vergelijkbaar met Woudhoek ligt in de lijn der verwachting. Hoewel in Woudhoek het aantal 4-11-jarigen nog steeds afneemt, lijkt het dieptepunt in zicht. Op termijn zal er een meer stabiele situatie ontstaan.

D e m o g r a f i s c h e t r e n d s 2 0 1 2 P a g i n a 14 De ontwikkeling van het aantal geboorten is een voorbode van de toekomstige basisschoolgeneratie. Tabel 5 Ontwikkeling aantal geboorten per wijk Wijk 2007 2008 2009 2010 2011 Centrum Oost West Zuid Nieuwland Groenoord Woudhoek Spaland Sveaparken 52 135 111 48 213 92 37 53 49 45 58 170 111 56 200 96 29 58 49 41 46 159 128 59 187 86 35 65 52 47 45 133 131 63 195 104 29 56 38 51 58 167 134 66 207 104 28 59 51 37 Schiedam 815 870 861 846 911 Werden er in de jaren 90 nog gemiddeld zo n 960 kinderen per jaar geboren, vanaf het jaar 2000 daalde dat tot ongeveer 820-850 geboortes. Daarmee daalde het geboortecijfer (het aantal geboorten per 1000 vrouwen van 15-49 jaar) van ver boven het landelijk gemiddelde tot ruim daaronder. Figuur 2 56 54 52 50 48 46 44 42 40 Ontwikkeling van het geboortecijfer (aantal geboorten per 1000 vrouwen van 15-49 jaar) in Schiedam 2003 2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010 2011 Het (voorlopige) dieptepunt werd in 2007 bereikt. Sindsdien is er sprake van een lichte opleving. In 2011 kwam het aantal geboorten voor het eerste in lange tijd weer boven de 900 uit. In dat jaar werden er gemiddeld 50,3 kinderen per 1000 vrouwen van 15-49 jaar geboren terwijl het Nederlands gemiddelde op 48,0 ligt. Op wijkniveau doen zich grote verschillen voor (tabel 5). Met een geboortecijfer van slechts 34,1 wordt duidelijk dat Spaland de fase van gezinsvorming achter de rug heeft. Ook in en Woudhoek is het geboortecijfer (al vele jaren) zeer laag. In Sveaparken zijn er eveneens elk jaar steeds minder gezinnen waar nog kinderen worden geboren. Wijken waar relatief veel kinderen worden geboren zijn Nieuwland, Oost en Groenoord (zie tabel 6).

D e m o g r a f i s c h e t r e n d s 2 0 1 2 P a g i n a 15 Tabel 6 Aantal geboorten per 1000 vrouwen van 15-49 jaar (jaar 2011) Wijk geboortecijfer 2011 Centrum 51,6 Oost 56,9 West 46,6 Zuid 47,6 Nieuwland 60,6 Groenoord 56,3 39,0 Woudhoek 39,2 Spaland 34,1 Sveaparken 46,7 Schiedam 50,3 Nederland (2010) 48,0 Het hogere geboortecijfer van vorig jaar heeft voor een opleving van het aantal 0-3-jarigen gezorgd. Op wijkniveau is de ontwikkeling van deze groep echter niet overal gelijk (tabel 7). Bovendien wijkt deze af van die van de 4-11-jarigen. Zo is er in West voor het tweede achtereenvolgende jaar sprake van een toename van het aantal kinderen (ook indien rekening wordt gehouden met de wijziging van de wijkgrens). In Nieuwland stabiliseert - mede door een relatief hoog geboortecijfer - het aantal 0-3-jarigen zich. Mocht in de toekomst de bouwlocatie Parkweg-Noord van de grond komen, dan zal dit aantal weer verder kunnen oplopen. Tabel 7 Ontwikkeling 0-3-jarigen per wijk Wijk 2006 2007 2008 2009 2010 2011 2012 Centrum Oost West* Zuid Nieuwland* Groenoord Woudhoek Spaland Sveaparken 185 593 526 237 813 389 140 252 276 178 198 573 497 242 811 357 127 243 257 173 193 544 463 227 822 361 120 238 238 158 192 570 427 224 829 341 115 227 227 178 183 569 424 218 821 337 131 253 222 178 172 548 488 223 792 380 134 249 213 196 180 567 513 233 791 416 141 251 206 180 Schiedam 3.589 3.478 3.364 3.330 3.336 3.395 3.478 * I.v.m. een wijkgrenswijziging (per 1-1-2011) behoort de Distillateursbuurt tegenwoordig tot de wijk West in plaats van Nieuwland. Het aantal 0-3-jarigen in Spaland vertoont dezelfde ontwikkeling als de 4-11-jarigen. De komende jaren zal het aantal jonge kinderen blijven dalen. In Sveaparken daalt inmiddels het geboortecijfer met als gevolg dat het aantal kinderen in deze jongste leeftijdscategorie het hoogtepunt achter de rug heeft. De bouw van eengezinswoningen heeft altijd een positief effect op het aantal geboorten. De vervanging van flats in Groenoord door laagbouw maakt dat duidelijk zichtbaar. Het aantal geboortes is er behoorlijk toegenomen met als gevolg een forse stijging van het aantal 0-3-jarigen. In totaal is het aantal 0-3-jarigen in Schiedam vorig jaar behoorlijk gegroeid. De oorzaak daarvan is als volgt: enerzijds zijn er 911 0-jarigen bijgekomen (het aantal geboortes in 2011), anderzijds zijn er 820 kinderen afgegaan (dit betreft het aantal 3-jarigen dat in 2011 4 jaar is geworden). Kortom, het

D e m o g r a f i s c h e t r e n d s 2 0 1 2 P a g i n a 16 aantal geboortes was veel groter dan de groep die 4 jaar is geworden. In 2013 zal dit verschil (vermoedelijk) aanzienlijk kleiner zijn. Zo worden er volgend jaar circa 870 kinderen 4 jaar: het aantal geboorten zal daar ruimschoots bovenuit moeten komen, wil er sprake kunnen zijn van enige groei van het aantal 0-3-jarigen. De eerste 4 maanden van 2012 wijzen daar overigens niet op.

D e m o g r a f i s c h e t r e n d s 2 0 1 2 P a g i n a 17 Ontwikkeling naar etniciteit In hoofdstuk 2 werd geconstateerd dat het aantal kinderen van 4-11 jaar is afgenomen. Wat daarbij opvalt is dat het aantal allochtone kinderen sinds 2007 groeit (+5%). Het aantal autochtone kinderen daalde in diezelfde periode met 7 procent. Deze van elkaar afwijkende demografische trends zijn duidelijk zichtbaar in figuur 3. Het gevolg hiervan is dat het aandeel allochtone kinderen in de basisgeneratie ten opzichte van 2001 is gestegen van 39 procent naar bijna 48 procent in 2012 (tabel 8). Een andere verklarende factor ligt in het feit dat de verhouding autochtoon/allochtoon bij 11-jarigen anders is dan bij 4-jarigen. Zo was bij alle kinderen die vorig jaar de basisschool verlieten, de verhouding autochtoon/allochtoon 56/44 procent, terwijl bij de 4-jarigen die op school instroomden dit 50/50 procent was. Ook dit heeft tot gevolg dat het percentage allochtone kinderen op school blijft toenemen. Inmiddels neemt ook het aantal 3 e generatie allochtone kinderen toe. Dit betreft kinderen die zelf in Nederland zijn geboren alsook hun ouders maar waarvan de grootouders een buitenlandse achtergrond hebben. Deze kinderen worden in de statistiek als autochtoon aange-merkt. Dat zorgt dus voor een toename van het aantal autochtone kinderen. Desondanks is het ef-fect daarvan in de cijfers (nog) niet merkbaar. Dat heeft met verhuizingen te maken: enerzijds ziet Schiedam elk jaar per saldo redelijk veel autochtone kinderen vertrekken, anderzijds is er sprake van een instroom van 1 e en 2 e generatie allochtone kinderen van buiten de stad. Met name het aantal vestigers vanuit Midden- en Oost-Europa vertoont een sterk stijgende lijn. Waren het in het begin vooral alleenstaande arbeidsmigranten die zich (tijdelijk) in Schiedam vestigden, de laatste tijd betreft het in toenemende mate gezinnen met kinderen die zeer waarschijnlijk langere tijd hier zullen blijven. Figuur 3 Ontwikkeling van het aantal 4-11 jarigen naar etniciteit (index 2003=100) 104 102 100 98 96 94 92 90 88 86 84 82 80 2003 2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010 2011 2012 Autochtoon Allochtoon Op wijkniveau zijn de verschillen aanzienlijk. In Groenoord en Oost heeft bijna tweederde deel van de kinderen een allochtone achtergrond, in Nieuwland is dit zelfs ruim 80 procent. Daarentegen is in, Woudhoek, Spaland en Sveaparken het aandeel allochtone kinderen van 4 t/m 11 jaar relatief laag.

D e m o g r a f i s c h e t r e n d s 2 0 1 2 P a g i n a 18 Tabel 8 4-11-jarigen naar wijk en etniciteit (zie ook bijlage 1) 2012 Autochtoon Allochtoon Centrum Oost West Zuid Nieuwland Groenoord Woudhoek Spaland Sveaparken 165 341 612 286 244 260 266 442 471 390 56,1% 35,8% 60,8% 66,1% 17,8% 36,5% 82,6% 78,4% 87,4% 85,9% 129 612 394 147 1124 452 56 122 68 64 43,9% 64,2% 39,2% 33,9% 82,2% 63,5% 17,4% 21,6% 12,6% 14,1% Schiedam 3.477 52,3% 3.168 47,7% Ook bij de 0-3-jarigen is er de afgelopen jaren sprake geweest van een daling van met name autochtone kinderen (-12%). Het aantal allochtone kinderen daalde sinds 2003 eveneens maar wel veel minder snel (-3%). Als gevolg van het hogere geboorteniveau nemen beide groepen de laatste tijd weer toe. Figuur 4 Ontwikkeling van het aantal 0-3 jarigen naar etniciteit (index 2003=100) 102 100 98 96 94 92 90 88 86 84 82 2003 2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010 2011 2012 Autochtoon Allochtoon Nieuwland heeft het hoogste aandeel 0-3-jarigen met een allochtone achtergrond, namelijk 75,5 procent. Als gevolg van de sloop en nieuwbouwprojecten in Groenoord van de laatste jaren hebben de verhouding autochtoon/allochtoon gewijzigd van 38/62 procent in 2008 naar 49/51 procent in 2012.

D e m o g r a f i s c h e t r e n d s 2 0 1 2 P a g i n a 19 Tabel 9 0-3-jarigen naar wijk en etniciteit (zie ook bijlage 2) 2012 Autochtoon Allochtoon Centrum Oost West Zuid Nieuwland Groenoord Woudhoek Spaland Sveaparken 108 219 331 147 194 202 108 185 159 153 60,0% 38,6% 64,5% 63,1% 24,5% 48,6% 76,6% 73,7% 77,2% 85,0% 72 348 182 86 597 214 33 66 47 27 40,0% 61,4% 35,5% 36,9% 75,5% 51,4% 23,4% 26,3% 22,8% 15,0% Schiedam 1.806 51,9% 1.672 48,1% In tabel 10 wordt de schoolpopulatie vergeleken met de populatie van het voedingsgebied van de betreffende school. Er is gekozen voor de drie belangrijkste buurten die tot het voedingsgebied (top- 3 van CBS-buurten) behoren. Dit betreft buurten waar minimaal 10 procent van de leerlingen van een school woonachtig is. Hierdoor kan het voorkomen dat bij sommige scholen slechts één of twee buurten als voedingsgebied worden meegeteld. Voor de betreffende namen van de verschillende CBS-buurten kan het overzicht in tabel 14 geraadpleegd worden. Daarnaast zijn aan de binnenkant van de kaft van deze rapportage twee overzichtskaarten met de CBS wijk- en buurtindeling opgenomen.

D e m o g r a f i s c h e t r e n d s 2 0 1 2 P a g i n a 20 Tabel 10 School Oost Gravin Aleida* Peperklip* * St. Jan* West AMG Schmidt Kring St. Bernardus St. Jozef Wieken-West Zuid Gorzen St. Willibrordus Nieuwland Ăbabil* Meesterwerk Startblok Taaltuin Wieken-Nwl. Groenoord El Furkan* Regenboog-Gr. Troubadour Windas Woudhoek Klinker Regenboog-Wdh. Spaland/Sveaparken Violier Vlinder Allochtone leerlingen naar school en voedingsgebied (top 3 CBS-buurten in Schiedam met een aandeel van minimaal 10%) Voedingsgebied (in Leerlingen Schoolpopulatie volgorde van voedingsgebied waarvan waarvan % allochtoon belangrijkheid) % allochtoon 45,1 82,6 61,7 51,6 42,1 75,9 21,5 21,5 45,4 42,9 26,5 87,5 91,6 89,1 97,3 78,9 93,5 76,0 84,5 20,0 31,0 29,6 16,8 15,9 14,9 Schiedam 48,7 (R dam), 13, 16, 17 (R dam), 15, 16, 17 17, (R dam), 13 17, 13, (R dam) 32, 33, 34 68, 31 31, 32, 39 36, 37 32, 33, 68 42, 41, 43 43, 42, 41 67, (R dam), (Vl d.), 68 67, 66, 63 67, 63, 68 68, 67 67, 68, 66 (Vl d.), 73, (Ov. gem.) 73, 72, 74 72, 73 76, 74, 97 77, 76, 73 91, 92, 93 92, 93, 91 97, 98, 96 98, 97, 96 * Dit betreft scholen met voedingsgebieden die buiten Schiedam gelegen zijn. Deze gebieden (tussen haakjes) zijn in de berekening buiten beschouwing gelaten. Alle scholen in Nieuwland (Ababil, het Startblok, t Meesterwerk, de Wieken-Nwl. en de Taaltuin) en Groenoord (de Troubadour, El Furkan en de Regenboog-Gr.) hebben een hoog aandeel allochtone leerlingen, namelijk minimaal 75 procent. Met uitzondering van de Wieken-Nwl. trekken de scholen in Nieuwland en Groenoord naar verhouding meer allochtone leerlingen aan dan men zou verwachten op basis van het voedingsgebied van de scholen. Drie rooms-katholieke scholen in Oost, West en Zuid (St. Jan, St. Bernardus en St. Willibrordus) hebben vergeleken met het voedingsgebied een relatief laag aandeel allochtone kinderen. In de wijk is er een verschil waarneembaar tussen basisschool en het Windas. Waar het Windas meer leerlingen vanuit de wijk Groenoord trekt en daarmee meer allochtone leerlingen, trekt basisschool daarentegen meer leerlingen uit Spaland/Sveaparken en daardoor minder allochtone leerlingen. Daarnaast valt op dat in witte buurten in Woudhoek en Spaland/Sveaparken, waar de Violier, de Vlinder en de Klinker zijn gelegen, het aandeel allochtone kinderen op de scholen iets hoger is dan in het voedingsgebied van deze scholen. Dat komt omdat genoemde scholen allochtone leerlingen aantrekken uit Groenoord en zij het in mindere mate - ook uit Nieuwland. 58,8 64,4 62,4 56,7 48,5 71,0 41,8 18,6 66,1 31,6 31,6 84,3 83,4 84,2 84,3 82,4 69,7 62,2 70,2 24,9 48,9 19,0 19,0 13,7 13,7

D e m o g r a f i s c h e t r e n d s 2 0 1 2 P a g i n a 21 Wijk/buurt: spreiding van leerlingen over de basisscholen In dit hoofdstuk wordt per wijk en buurt bekeken waar de basisgeneratie op school gaat. Daarbij zijn alle leerlingen die naar een Schiedamse basisschool gaan als uitgangspunt gekozen. Dit houdt in dat leerlingen van buiten de stad die in Schiedam naar school gaan wél in beeld zijn, maar dat de informatie over Schiedamse leerlingen die in een andere gemeente naar school gaan in onderstaande tabellen ontbreekt. Voor de volledigheid: het aantal Schiedamse leerlingen dat buiten Schiedam basisonderwijs volgt, bedraagt 247 (verdeeld over 89 basisscholen). Daarvan gaan de meeste leerlingen naar Rotterdam en in mindere mate naar Vlaardingen. Wijkniveau In hoofdstuk 1 was reeds te lezen dat een behoorlijk deel van het totaal aantal van 6.915 leerlingen uit een andere gemeente afkomstig is, namelijk 649 leerlingen (=9%). De meesten van hen wonen in Rotterdam (362 leerl.). Andere gemeenten waar relatief veel kinderen vandaan komen zijn Vlaardingen (191 leerl.), Maassluis (28 leerl.) en Delft (24 leerl.). Leerlingen uit Rotterdam zijn overwegend op een basisschool in Oost gericht. Vlaardingse leerlingen verspreiden zich wat meer over de stad. Allochtone leerlingen van buiten Schiedam kiezen vooral voor de islamitische basisschool El Furkan in Groenoord. Van de leerlingen woonachtig in Schiedam is in tabel 11 de woonwijk afgezet tegen de wijk waar het kind op school gaat. Tabel 11 Woonwijk van de leerling afgezet tegen de wijk waarin de basisschool is gelegen. Woonachtig in: aantal leerlingen Bezoekt basisschool in: Centrum/Oost Autochtoon Allochtoon West Autochtoon Allochtoon Zuid Autochtoon Allochtoon Nieuwland Autochtoon Allochtoon Groenoord Autochtoon Allochtoon Autochtoon Allochtoon Woudhoek Autochtoon Allochtoon Spaland/Sveap. Autochtoon Allochtoon 474 660 585 360 278 131 232 1.046 245 403 260 55 445 109 850 133 Oost Oost West West Zuid Zuid Nieuwland Nieuwland Woudhoek Groenoord Woudhoek Woudhoek Spal/Svea Spal/Svea 77% 83% 90% 69% 69% 66% 34% 75% 30% 54% 68% 60% 79% 75% 77% 78% West Nieuwland Oost Nieuwland West West West Oost Spal/Svea Spal/Svea Spal/Svea Spal/Svea Woudhoek Woudhoek 17% 10% 6% 20% 26% 16% 33% 12% 30% 19% 22% 16% 10% 9% 13% 14% Schiedam Autochtoon Allochtoon 3.547 3.368 Spal/Svea Nieuwland 23% 31% West Oost 23% 28% Woudhoek West Oost Oost Nieuwland Oost West Spal/Svea Woudhoek Woudhoek Groenoord Woudhoek West 2% 5% 1% 9% 3% 12% 22% 10% 15% 15% 5% 15% 9% 6% 10% 4% 17% 13%

D e m o g r a f i s c h e t r e n d s 2 0 1 2 P a g i n a 22 In tabel 11 is te zien dat kinderen woonachtig in Centrum en Oost over het algemeen georiënteerd zijn op een basisschool in Schiedam-Oost. Hier speelt overigens ook mee dat er in het Centrum geen basisscholen aanwezig zijn. De in het Centrum woonachtige kinderen zijn dan ook op een school buiten de wijk aangewezen. Ook in West en Zuid gaat het merendeel van de kinderen in de eigen wijk op school, waarbij autochtone kinderen in met name West dat vaker doen dan allochtone kinderen. Daarentegen bezoekt in Nieuwland en Groenoord een groot deel van de kinderen een school buiten de eigen woonwijk. Tabel 12 Aantal en aandeel leerlingen dat in de eigen wijk op school gaat naar etniciteit en per buurt (Nieuwland en Groenoord) autochtoon allochtoon Woonbuurt w.v. op school w.v. op school in Nieuwland aantal leerl. in Nieuwland aantal leerl. in Nieuwland 62 12 4 (33%) 52 44 (85%) 63 22 5 (23%) 109 86 (79%) 64 6 - ( 0%) 3 2 (67%) 65 5 - ( 0%) 5 - ( 0%) 66 54 9 (17%) 163 92 (56%) 67 56 35 (63%) 390 345 (89%) 68 77 25 (33%) 324 216 (67%) Totaal 232 78 (34%) 1.046 785 (75%) autochtoon allochtoon Woonbuurt w.v. op school w.v. op school in Groenoord aantal leerl. in Groenoord aantal leerl. in Groenoord 72 34 10 (29%) 85 58 (68%) 73 97 19 (20%) 223 138 (62%) 74 114 6 ( 5%) 95 21 (22%) Totaal 245 35 (14%) 403 217 (54%) Gemiddeld gaat 34% van de autochtone kinderen in Nieuwland in de eigen wijk op school. In buurt 67 (Nolensbuurt) is dit aandeel met 63% nog het hoogst. Overigens is dit aandeel - voor het eerst in lange tijd - minder sterk gedaald dan voorheen. Van de kinderen met een allochtone achtergrond gaat driekwart naar een basisschool in de eigen wijk. Ook voor deze groep geldt dat de oriëntatie op een school in Nieuwland slechts fractioneel is afgenomen. De allochtone kinderen die buiten de wijk op school gaan, zijn meestal in een nieuwbouwgebied in Nieuwland woonachtig. De aanwezigheid van uitsluitend zwarte scholen in de wijk speelt hierbij een rol, waardoor ook allochtone ouders bij de schoolkeuze vaak over de wijkgrenzen heen kijken. In Groenoord blijkt dat kinderen in het noordelijk deel van de wijk (buurt 74) vooral op scholen in Woudhoek en zijn georiënteerd, mede omdat deze qua afstand gunstig gelegen zijn. Ook in Groenoord is een verschil naar etniciteit waarneembaar. Het zijn eveneens de autochtone kinderen die zich voor basisonderwijs op andere wijken richten. Slechts 35 van de 245 autochtone leerlingen (=14%) in Groenoord kiest voor een school in de eigen wijk. Bovendien loopt dit aandeel terug. Vorig schooljaar bedroeg dit aandeel nog 17%. Van de 403 allochtone basisschoolleerlingen in Groenoord gaan er 217 (=54%) in de eigen wijk naar school. Ook dit aandeel vertoont een dalende lijn. In de wijken en Woudhoek gaan de leerlingen over het algemeen naar een basisschool in de eigen wijk. In Spaland/Sveaparken was de oriëntatie op scholen in de eigen wijk in het verleden vrij laag vergeleken met andere wijken. Maar in de loop der jaren is dit toegenomen tot ruim driekwart. Deze stijging wordt veroorzaakt door het feit dat in deze nieuwbouwwijk de scholen later zijn gebouwd dan de woningen. Een aanzienlijk deel van de kinderen in deze wijk moest dan ook noodgedwongen elders op school. De kinderen die afkomstig zijn uit de recente nieuwbouw in Sveaparken gaan

D e m o g r a f i s c h e t r e n d s 2 0 1 2 P a g i n a 23 overwegend wel in de eigen wijk op school, met als gevolg dat de laatste jaren de wijkbinding toeneemt. In tabel 13 zijn per wijk de vier meest bezochte basisscholen weergegeven. Tabel 13 Woonwijk van de leerling afgezet tegen de meest bezochte basisschool. Woonachtig in: Meest bezochte basisschool: Centrum Oost West Zuid Nieuwland Groenoord Woudhoek Spal./Svea. St. Jozef St. Willibror. Startblok Regenb.-Gr. Windas Regenb.-W. Vlinder (41%) (41%) (30%) (51%) (22%) (14%) (40%) (42%) (42%) St. Jozef Peperklip St. Bernardus St. Jozef Meesterw. Troubadour Klinker Violier (25%) (27%) (18%) (20%) (13%) (14%) (27%) (37%) (36%) A. Schmidt St. Jan A. Schmidt Gorzen Ababil Klinker Vlinder /Vlinder (8%) (11%) (17%) (17%) (13%) (13%) (17%) (6%) (8%) St. Jan Gr. Aleida Wieken W. Taaltuin Windas Violier Violier Klinker (6%) (11%) (10%) (3%) (12%) (12%) (4%) (4%) (7%) Rotterdam Elders El Furkan (30%) (47%) Peperklip Ababil (22%) (19%) Ababil (13%) (6%) Gr. Aleida (9%) (4%) Uit de tabel blijkt dat de Vlinder in Spaland/Sveaparken, de Regenboog in Woudhoek, het Windas in, de in Oost/Centrum en de Sint Willibrordus in Zuid 40 procent of meer van de leerlingen in de wijk aan zich weten te binden. Daarentegen zijn vooral in Nieuwland en Groenoord de aldaar woonachtige leerlingen over een groot aantal scholen in de stad verspreid. De in Rotterdam woonachtige leerlingen bezoeken in de eerste plaats basisschool De, gevolgd door de Peperklip. Vanuit de overige gemeenten gaan veruit de meeste leerlingen naar El Furkan. Buurtniveau In tabel 14 zijn de gegevens verder uitgesplitst op buurtniveau. Daaruit blijkt onder meer dat de meest bezochte school in een buurt doorgaans een aandeel heeft van zo n 35 à 50 procent. Toch zijn er ook enkele buurten waar bepaalde scholen extreem hoge aandelen hebben. Dat is bijvoorbeeld het geval in Oost (Stationsbuurt), waar de Peperklip tweederde van de aldaar woonachtige kinderen aan zich weet te binden. In West bekleedt de St. Jozef met een aandeel van ruim 90 procent welhaast een monopoliepositie in het Nassaukwartier en de Oranjebuurt. Anderzijds zijn er buurten waar de meest bezochte school een aandeel heeft van minder dan 30 procent, ofwel waar de kinderen wat gelijkmatiger over meerdere scholen verspreid zijn. Dit is het geval in de Schrijversbuurt en Fabribuurt in West en enkele buurten in Nieuwland en Groenoord. Verder valt uit tabel 14 af te leiden dat kinderen die in het oostelijk deel van Nieuwland (buurten 64, 65 en 66) woonachtig zijn, voor het grootste deel op basisschool de in Oost zijn georiënteerd. Wat daarbij opvalt is dat dit voornamelijk kinderen betreft uit de nieuwbouw die de afgelopen jaren in deze buurten is gerealiseerd. Kinderen uit de oudbouwflats zijn overwegend wel op scholen in Nieuwland georiënteerd. De scholen in Groenoord ondervinden sterke concurrentie van met name de Klinker, de Regenboog- Woudhoek en basisschool. Dit zijn namelijk de scholen die door kinderen uit Groenoord- Noord (buurt 74) het meest worden bezocht.

D e m o g r a f i s c h e t r e n d s 2 0 1 2 P a g i n a 24 Tabel 14 Woonbuurt van de leerling afgezet tegen de meest bezochte basisschool. Wijk CBS-woonbuurt leerl. Meest bezochte basisschool Centrum 00 Binnenstad 21 Brandersbuurt 22 Walvisbuurt 23 De Plantage 135 73 27 40 St. Jozef St. Jozef 49% 47% 59% 53% St. Jozef St. Jan 3 scholen met 20% 10% 11% 23% A. Schmidt Startblok Klink./Wieken-W A. Schmidt 7% 8% 4% 10% Oost 11 Stadserf 12 Natuurkundigenbuurt 13 kwartier 14 Stationsbuurt 15 Wetenschappersbuurt 16 Newtonbuurt 17 Rotterdamsedijk 50 Nieuw-Mathenesse 5 66 127 57 136 189 279 0 Gr. Aleida Peperklip Peperklip 60% 58% 34% 67% 53% 44% 54% /St. Jozef St. Jan Gr. Aleida Peperklip Peperklip 20% 12% 22% 12% 24% 28% 15% Gr. Aleida Peperklip St. Jan St. Jan Gr.Aleida St. Jan 11% 17% 7% 8% 13% 14% West Zuid Nieuwland 31 Schildersbuurt 32 Schrijversbuurt 33 Fabribuurt 34 Frankenland 35 Liduinabuurt 36 Nassaukwartier 37 Oranjekwartier 38 Haverschmidtkwartier 39 Distillateursbuurt 41 Noletbuurt 42 Eilandenbuurt 43 Pieter Sandersbuurt 44 Maasboulevard 45 Havenbuurt 62 Spieringshoek 63 Staatsliedenbuurt 64 Vakbondsliedenbuurt 65 Hollandiabuurt 66 Schiehart 67 Nolensbuurt 68 Wibautbuurt 151 202 138 68 68 96 71 76 75 112 149 131 9 8 64 131 9 10 217 446 401 St. Bernardus A. Schmidt A. Schmidt A. Schmidt St. Jozef St. Jozef St. Jozef St. Jozef St. Bernardus St. Willibrordus St. Willibrordus St. Willibrordus St. Willibrordus St. Jozef Startblok Startblok Startblok Taaltuin 33% 24% 29% 47% 49% 92% 90% 45% 43% 46% 43% 65% 78% 50% 25% 34% 44% 50% 28% 29% 29% Kring St. Bernardus Wieken-West St. Jozef A. Schmidt A. Schmidt St. Bernardus St. Jozef Gorzen Gorzen/st. jozef St. Jozef Gorzen/St. Jozef Wiek-W/St. Bern Taaltuin Meesterwerk Peperklip 5 scholen met Startblok Meesterwerk Kring 27% 20% 18% 18% 29% 4% 4% 38% 15% 25% 20% 18% 11% 25% 17% 15% 22% 10% 18% 23% 16% Wieken-West Wieken-West St. Bernardus Ababil St. Bernardus Kring Kring St. Jozef Gorzen Wieken-Nwl 3 scholen met Meesterwerk Ababil Startblok/Ababil 10% 19% 11% 7% 6% 2% 3% 8% 13% 21% 5% 9% 14% 10% 11% 10% 19% 10% Groenoord 72 Groenoord-Zuid 73 Groenoord-Midden 74 Groenoord-Noord 119 320 209 Troubadour Regenb.-Gr. Klinker 39% 22% 23% Windas El Furkan 12% 17% 17% Regenb.-Gr. Windas Regenb.-Wdh. 10% 12% 15% 71 Parkenbuurt/Bijdorp 75 -dorp 76 Vogelbuurt 77 Tuindorp 81 Spaanse Polder 82 s-gravelandsepolder 83 Polderwetering 21 32 141 93 0 6 22 Windas Windas Windas Vlinder Vlinder 43% 66% 39% 66% 100% 73% Vlinder 19% 13% 28% 18% 14% 3 scholen met St. Jozef/violier Vlinder Klinker Violier 10% 9% 17% 4% 9% Woudhoek 91 Toneelspelersbuurt 92 Ambachtenbuurt 93 Kastelenbuurt 94 Botenbuurt 99 Noordkethelpolder 153 151 139 103 8 Klinker Regenb-Wdh. Regenb-Wdh. Regenb-Wdh. 4 scholen met 40% 58% 41% 38% 25% Regenb.-Wdh. Klinker Klinker Klinker 30% 36% 37% 33% Vlinder Violier Vlinder 13% 3% 8% 13% Spaland / Sveaparken 95 Gaarden/Sveafors 96 Vlinderh/Sveaholm 97 Akkers/Velden 98 Sveaborg/SveaDal 161 181 350 291 Vlinder Vlinder Violier Vlinder 44% 49% 35% 49% Violier Violier Vlinder Violier 28% 35% 31% 41% Regenb.-Wdh. Klinker 14% 9% 12% 4% Rotterdam Elders 362 287 El Furkan 30% 47% Peperklip Ababil 22% 18% Ababil 13% 6%

D e m o g r a f i s c h e t r e n d s 2 0 1 2 P a g i n a 25 Basisscholen: Voedingsgebieden Stond in hoofdstuk 4 de wijk/buurt centraal, in dit hoofdstuk wordt de basisschool als uitgangspunt genomen: waar komen de leerlingen vandaan? De omvang van het voedingsgebied van basisscholen blijkt zeer sterk te variëren. Sommige scholen betrekken hun leerlingen vrijwel uitsluitend uit de directe omgeving, terwijl andere scholen een groot deel van de stad als voedingsgebied hebben. In tabel 15 staat per school weergegeven uit hoeveel buurten de leerlingen afkomstig zijn. Ook PC-4 gebieden 1 in Rotterdam, Vlaardingen en andere gemeenten worden hiertoe meegerekend. Buurten vanwaar een school slechts enkele leerlingen betrekt (minder dan 1% van het totaal) zijn daarin niet meegenomen. Dit geldt eveneens voor de meegetelde PC-4 gebieden. Op kleine basisscholen, zoals bijvoorbeeld de Gorzen in Zuid wordt het 1%-criterium al door een gering aantal leerlingen uit een bepaalde buurt bereikt. Dit heeft tot gevolg dat het voedingsgebied (aantal buurten) relatief groot is, terwijl het slechts om een enkele leerling per buurt hoeft te gaan. Tabel 15 Voedingsgebied (aantal buurten) per basisschool. School St. Willibrordus Regenboog-Gr. Violier Gorzen Meesterwerk Peperklip Wieken-West Wieken-Nwl. Taaltuin Kring Regenboog-Wdh. Vlinder Troubadour Klinker Windas St. Jan AMG Schmidt Startblok St. Bernardus El Furkan Gravin Aleida Ababil St. Jozef Aantal leerlingen 215 96 433 77 178 334 119 123 182 166 369 545 103 395 248 159 221 825 367 209 248 164 300 328 511 Voedingsgebied (aantal buurten) 4 7 7 8 8 8 9 10 10 11 11 12 13 13 14 15 16 16 17 17 18 19 20 20 21 Buiten Schiedam(*) (PC-4 gebieden) Incl. pc-4 geb. 1 Vlaard. Incl. pc-4 geb. 1 R dam./1 ov. gem Incl. pc-4 geb. 2 R dam Incl. pc-4 geb. 1 R dam Incl. pc-4 geb. 2 Vlaard./5 ov. gem Incl. pc-4 geb. 2 Vlaard. Incl. pc-4 geb. 2 R dam Incl. pc-4 geb. 2 R dam Incl. pc-4 geb. 1 R dam Incl. pc-4 geb. 1 R dam/6 Vlaard./5 ov.gem Incl. pc-4 geb. 4 R dam Incl. pc-4 geb. 1 Vlaard. Incl. pc-4 geb. 3 R dam/5 Vlaard. Uit tabel 15 blijkt dat de St. Willibrordus het kleinste voedingsgebied heeft. De St. Jozef heeft naar verhouding het grootste voedingsgebied: de leerlingen van deze school zijn uit 21 gebieden afkomstig. Verder blijft de positie van de Gravin Aleidaschool opvallend. Het betreft een relatief kleine school met 164 leerlingen maar desondanks is het voedingsgebied met 15 buurten in Schiedam en 4 PC-4 1 Leerlingen die van buiten Schiedam afkomstig zijn, zijn verdeeld naar zogenaamde PC-4 gebieden. Het gaat hier om postcodegebieden op basis van de 4 postcodecijfers.

D e m o g r a f i s c h e t r e n d s 2 0 1 2 P a g i n a 26 gebieden in Rotterdam relatief groot. Dit is waarschijnlijk het gevolg van het feit dat het in een groot gebied één van de weinige protestants-christelijke basisscholen is. Om de reikwijdte van de Schiedamse basisscholen weer te geven is in tabel 16 een overzicht opgenomen van de voedingsgebieden naar PC-6 gebieden 2, waaruit een bepaalde basisschool haar leerlingen trekt. In tegenstelling tot buurten, zijn PC-6 gebieden redelijk gelijk qua omvang. PC-6 gebieden waar meer dan 5 basisschoolkinderen wonen, komen niet veel voor. Het 1%-principe zoals gehanteerd bij tabel 15 heeft dan weinig zin. Een school als de (met 825 leerlingen) zou dan maar een heel klein voedingsgebied overhouden omdat er maar enkele PC-6 gebieden zijn waar 8 of meer leerlingen wonen. Voor alle scholen is daarom als uitgangspunt gekozen voor een minimum van 3 leerlingen per PC-6 gebied. Gebieden met 1 of 2 leerlingen tellen dus niet mee. Op deze manier is te zien dat vooral de grotere basisscholen hun leerlingen uit een breder voedingsgebied betrekken. De heeft daardoor een voedingsgebied dat uit 87 PC-6 gebieden bestaat. Tabel 16 Voedingsgebied (aantal PC-6 gebieden met minimaal 3 leerlingen) per basisschool Voedingsgebied School Aantal leerlingen (aantal pc-6 gebieden) St. Jan 159 6 Gorzen 77 8 Wieken-West 119 9 Regenboog-Gr. 96 11 Wieken-Nwl. 123 11 Gravin Aleida 164 11 Troubadour 103 14 Kring 166 15 St. Bernardus 209 17 AMG Schmidt 221 20 Taaltuin 182 23 Meesterwerk 178 25 Windas 248 25 El Furkan 248 28 Ababil 328 29 St. Willibrordus 215 30 CB 300 33 Peperklip 334 40 Regenboog-Wdh. 369 43 Startblok 367 44 Klinker 395 48 Violier 433 51 Vlinder 545 57 St. Jozef 511 66 825 87 In bijlage 3 staat voor elke school het precieze voedingsgebied op kaart weergegeven. 2 Het gaat hier om postcodegebieden op basis van 4 postcodecijfers en 2 postcodeletters.

D e m o g r a f i s c h e t r e n d s 2 0 1 2 P a g i n a 27 Prognose en effecten van nieuwbouw Het opstellen van een leerlingenprognose op stadsniveau levert doorgaans behoorlijk nauwkeurige uitkomsten op. Op wijk- en vooral schoolniveau ligt dat anders. Dan spelen allerlei ontwikkelingen op micro-niveau een belangrijke rol. Zo kan een vertraging van een grootschalig nieuwbouwproject grote gevolgen hebben voor nabij gelegen scholen. Verder is het met name bij nieuwbouwprojecten in achterstandsgebieden vaak moeilijk om vooraf in te schatten waar kinderen op school zullen gaan. Bovendien zijn er vele (schoolgebonden) factoren waardoor een school met een onvoorziene plotselinge terugloop dan wel vooruitgang van het leerlingtal kan worden geconfronteerd. In figuur 5 staat de ontwikkeling van het aantal basisschoolkinderen afgebeeld. Figuur 5 7600 (Toekomstige) ontwikkeling van het aantal basisschoolkinderen in Schiedam. 7400 7200 7000 6800 6600 6400 6200 6000 5800 5600 5400 1990 1995 2000 2005 2010 2015 2020 2025 2030 De bouw van Spaland in de jaren 90 zorgde voor een flinke toename van het aantal gezinnen met jonge kinderen in Schiedam. Het aantal basisschoolkinderen steeg in 10 jaar tijd met bijna 2000. Rond 2001 werd de top bereikt. Sindsdien ligt de woningbouwproductie op een veel lager peil dan in de jaren 90. Er is daardoor niet zo veel aanwas meer van jonge gezinnen. Daarbij komt dat bijna alle basisschoolkinderen uit de jaren 90 inmiddels op de middelbare school zitten. Werden er in de jaren 90 gemiddeld zo n 960 kinderen per jaar geboren, de laatste jaren zijn dat er gemiddeld 860. Alles bij elkaar heeft dat ervoor gezorgd dat het aantal basisschoolkinderen de afgelopen jaren fors is teruggelopen. De forse toename van het aantal basisschoolkinderen van buiten Schiedam heeft tot gevolg gehad dat het aantal leerlingen rond 2009 toch nog enigszins is gestegen. Daarna heeft wederom de dalende trend de overhand gekregen. Op basis van demografische ontwikkelingen mag ervan worden uitgegaan dat het aantal basisschoolkinderen in de toekomst zal afnemen. Bovendien heeft woningstichting Woonplus onlangs haar nieuwe woningmarktstrategie bekend gemaakt. In grote lijnen komt het er op neer dat de komende jaren vele honderden woningen zullen worden gesloopt. Dit betreft Nieuwland (omgeving Parkweg), Oost (Wetenschappersbuurt), West (omgeving Fabriplein), Zuid (omgeving

D e m o g r a f i s c h e t r e n d s 2 0 1 2 P a g i n a 28 IJsselmondestraat) en Groenoord-Zuid. Uiteraard heeft dit grote gevolgen voor de ontwikkeling van het aantal basisschoolkinderen in Schiedam en met name ook voor de basisscholen die veel kinderen uit deze gebieden trekken. Prognose op wijkniveau Het verloop van het aantal leerlingen van een school is naast afstand, signatuur, imago etc. vooral afhankelijk van demografische ontwikkelingen zoals bijvoorbeeld de ontwikkeling van het aantal geboorten en vestiging en vertrek. Daarbij geldt dat hoe kleiner het voedingsgebied van een school is, des te sterker de afhankelijkheid van het bevolkingsverloop. Zo blijft het voedingsgebied van bijvoorbeeld de St. Willibrordus vrijwel beperkt tot de wijk Zuid. Een verandering van het aantal kinderen in deze wijk heeft dan ook vrijwel direct gevolg voor het verloop van het aantal leerlingen van genoemde scholen. Scholen met een groter voedingsgebied hebben hier doorgaans minder last van. Een voorbeeld daarvan is basisschool. Ondanks het feit dat deze school in een gebied staat waar in de jaren 90 de basisgeneratie terugliep, bleef het aantal leerlingen op peil. Dit kwam omdat deze school veel leerlingen uit de nieuwbouwgebieden Spaland en later Sveaparken aan zich wist te binden. Maar ook de St. Jozef in West is een voorbeeld van een school met een groot voedingsgebied, met als gevolg een wat minder grote gevoeligheid voor demografische schommelingen. Daarnaast heeft de bouw van nieuwe woningen een positieve invloed op het leerlingverloop. Het uitgangspunt bij de inschatting van de effecten van de diverse nieuwbouwplannen is dat 100 eengezinswoningen ongeveer 35 leerlingen opleveren en 100 appartementen ca. 10 leerlingen. Bij (grootschalige) sloop/nieuwbouw ligt dit anders. In eerste instantie zorgt dit voor een terugloop van het aantal leerlingen. Na herbouw volgt dan meestal weer een toename. Hierna worden per wijk de prognose-uitkomsten weergegeven tot en met 2030. Centrum/Oost De basisgeneratie in Centrum en Oost is redelijk stabiel. In Oost heeft de instroom van voornamelijk jonge allochtone huishoudens in de gezinsvormende fase voor deze stabiele situatie gezorgd. Ook de aanwas van leerlingen vanuit Rotterdam en de andere Schiedamse wijken heeft het leerlingtal op peil gehouden. Gezien de plannen van Woonplus (sloop van delen van de Wetenschappersbuurt, gevolgd door nieuwbouw) is een terugloop van de basisgeneratie te verwachten. Met name basisschool De Peperklip - die aan de rand van de Wetenschapperbuurt is gelegen - zal hier nadelige gevolgen van gaan ondervinden. Pas op de wat langere termijn zal de invloed van de nieuwbouw in het leerlingtal zichtbaar worden. De aantrekkingskracht van de basisscholen in Oost op leerlingen van buiten de eigen wijk en van buurgemeente Rotterdam moet voor een dergelijk scenario wel aanhouden. Tabel 17a Prognose-uitkomsten Centrum/Oost School 2011-2012 2014-2015 2019-2020 2024-2025 2029-2030 Gravin Aleida Peperklip St. Jan 164 333 825 159 159 312 776 153 154 269 748 141 157 281 758 134 159 288 760 136 Totaal 1.481 1.400 1.312 1.330 1.343 West Het aantal basisschoolleerlingen in West loopt al geruime tijd terug. Mede als gevolg van de herontwikkeling van de Distillateursbuurt (voormalige Slachthuisbuurt) gaat de daling niet meer zo snel. Herontwikkeling met nieuwbouw van het ziekenhuisterrein en de sloop/nieuwbouwlocatie aan de Aleidastraat kan op termijn tijdelijk voor een lichte toename zorgen. In voorgaande prognoses werd voorzichtig rekening gehouden met de ontwikkeling van woningen in het gebied rondom de Wilhelminahaven. Dat zou een behoorlijke toename van het aantal leerlingen tot gevolg kunnen hebben. In de nieuwe gemeentelijke Woonvisie Schiedam 2030 wordt de Wilhelminahaven (voorlopig) echter niet meer gezien als potentiële woningbouwlocatie.

D e m o g r a f i s c h e t r e n d s 2 0 1 2 P a g i n a 29 Tabel 17b Prognose-uitkomsten West School 2011-2012 2014-2015 2019-2020 2024-2025 2029-2030 AMG Schmidt De Kring St. Bernardus St. Jozef Wieken-West 221 166 209 511 119 213 172 205 496 107 214 181 212 513 112 208 176 205 502 110 203 170 201 486 108 Totaal 1.226 1.193 1.232 1.201 1.168 Zuid In Zuid zijn dezelfde nieuwbouwprojecten als bij de prognose van West van invloed op het toekomstig aantal kinderen in de basisschoolleeftijd. Ook voor Zuid geldt dat het schrappen van de Wilhelminahaven als bouwlocatie een negatieve invloed heeft op de prognose van de basisgeneratie. Overigens is op basis van de huidige trend basisschool De Gorzen in de toekomst niet meer levensvatbaar. Tabel 17c Prognose-uitkomsten Zuid School 2011-2012 2014-2015 2019-2020 2024-2025 2029-2030 Gorzen 77 60 49 49 46 St. Willibrordus 215 203 202 200 186 Totaal 292 263 251 249 232 Nieuwland In Nieuwland spelen allerlei ontwikkelingen die het moeilijk maken een goede inschatting te geven van de toekomstige leerlingstromen. Enerzijds staan er diverse nieuwbouwwoningen gepland, anderzijds heeft woningcorporatie Woonplus aangekondigd binnen afzienbare tijd forse aantallen flatwoningen te gaan slopen. Tevens zullen enkele scholen in een nieuw gebouw worden gehuisvest. Bovendien speelt mee dat de oriëntatie op de basisscholen van leerlingen in nieuwbouwprojecten in Nieuwland geheel anders is dan van leerlingen in de bestaande bouw. Dat laatste blijkt onder meer uit ervaringen met de projecten Nieuwe Tuinen en Over het Water. Zo zijn inmiddels alle 200 woningen in de Nieuwe Tuinen opgeleverd. Per 1 oktober 2011 woonden er bijna 60 basisschoolleerlingen. De dicht in de buurt gelegen basisschool de Taaltuin zou daar theoretisch het meest profijt van moeten hebben. Desondanks weet deze school tot nu toe slechts enkele kinderen aan zich te binden. Momenteel gaat in totaal ongeveer 40 procent van de - voornamelijk allochtone - leerlingen uit de nieuwbouw naar een basisschool in Nieuwland. Daarvan gaat de grootste groep naar Het Startblok. Basisschool De Kring in West weet echter de meeste kinderen aan zich te binden. Op de locatie Over het Water zijn tot nu toe 86 woningen gerealiseerd. Dit heeft per 1 oktober 2011 gezorgd voor een aanwas van 26 kinderen in de basisschoolleeftijd. Deze kinderen blijken behoorlijk verspreid over Schiedam naar school te gaan. Zo zitten er slechts 9 in Nieuwland op school. De andere kinderen gaan in Oost (8 leerlingen), West (6 leerlingen) en Noord (3 leerlingen) op school. Voor de komende jaren staan op deze locatie nog veel meer nieuwbouwwoningen gepland (start in 2016). Op steenworp afstand van dit gebied ligt het Startblok. Gezien de schooloriëntatie van de huidige bewoners moet nog worden afgewacht in hoeverre deze school daarvan kan profiteren. Bovendien wordt tegen die tijd gestart met de sloop van een groot aantal flatwoningen (o.a. aan de Parkweg, v. Heuven Goedhartstraat, MCM de Grootstraat). Veruit de meeste kinderen in dit gebied zitten op Het Startblok. De ervaring met grootschalige sloopprojecten leert dat de meerderheid van de huishoudens die op zoek moeten naar een andere woning, uiteindelijk buiten de wijk terecht zullen komen. Het Startblok en in mindere mate ook de andere scholen in Nieuwland zullen hier zeker mee te maken krijgen. Kortom, nieuwbouw en sloop zullen de komende jaren een grote invloed (blijven) hebben op de leerlingenstromen in Nieuwland. Overigens krijgt de basisgeneratie nog wel een kleine impuls op het moment dat het nieuwbouwproject Het Kwartet (Burg. Honnerlage Gretelaan / Noordvestsingel) wordt opgeleverd.