APPORTEREN MIJN PERFECTE PUPPY DOOR MONIQUE APPELS
PAGINA 2 VAN 10 Monique Appels 1e druk: oktober 2012 Dit document behoort bij de online training Mijn perfecte puppy. Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze opgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen of enige andere manier, zonder voorafgaande toestemming van de auteur.
PAGINA 3 VAN 10 APPORTEREN Apporteren is het terugbrengen van een voorwerp. Sommige rassen staan bekend als apporterend zoals retrievers en spaniëls maar het is zeker niet alleen aan hen voorbehouden. Elke hond kan leren apporteren! De oefening apporteren bestaat uit twee delen: vasthouden en los laten. Omdat puppy s van nature graag van alles in hun bek stoppen kun je een pup van jongs af aan al leren apporteren. BENODIGDHEDEN Pup, halsband, lijn, voorwerp A, voorwerp B, eventueel voertjes, genoeg tijd en geduld. LET OP: de voorwerpen moeten geschikt zijn voor de pup om vast te houden bij voorkeur zijn favoriete speeltje (B) en op-een-na favoriete speeltje (A).
PAGINA 4 VAN 10 DE PRAKTIJK STAP 1 Je begint met het verzamelen van de benodigdheden voorwerp A, voorwerp B en eventueel voertjes. Leg deze op een tafel of stoel binnen handbereik maar buiten bereik van jouw pup. Lijn jouw pup aan en houd de lijn vast (ook in huis). Ga zelf op een stoel zitten of op de grond als je een kleine pup hebt. Je geeft jouw pup voorwerp A (zijn op-een-na favoriete speeltje). Jouw pup mag het even vasthouden maar er niet mee aan de wandel gaan (daarom heb je hem ook aangelijnd). Vervolgens laat je voorwerp B zien (zijn favoriete speeltje). Zodra hij voorwerp A los laat zeg je LOS. Let op de timing: je zegt pas LOS als hij daadwerkelijk zijn kaken van elkaar doet en niet eerder! Je geeft hem vervolgens voorwerp B als beloning. Je mag voorwerp B ook vervangen door voer.
PAGINA 5 VAN 10 Je herhaalt de oefening door voorwerp B weer te ruilen voor voorwerp A of iets lekkers waarbij je steeds LOS zegt op het moment dat de kaken van elkaar gaan. Herhaal dit hooguit 5 keer per trainingssessie en stop dan alle voorwerpen weg. Deze blijven in jouw bezit en komen alleen voor de oefening tevoorschijn. PUPS DIE MOEILIJK VASTHOUDEN Als jouw pup niet graag iets vast pakt, ga dan op zoek naar iets wat zacht is. De meeste pups willen dat wel aanpakken. Desnoods een oude handdoek of pannenlap. Je kunt de interesse verhogen door er even mee te spelen met jouw pup (zachtjes heen-en-weer trekken, nooit op-en-neer). In de regel zullen deze pups ook snel los laten. Ruil dan met een soortgelijk voorwerp of als de interesse van jouw pup heel laag is, ruil dan met voer. Bij voorkeur iets superlekkers zoals kaas of worst. PUPS DIE MAKKELIJK VASTHOUDEN Pups die makkelijk vasthouden zijn in de regel wat moeilijker met los laten.
PAGINA 6 VAN 10 Geef de pup dan een minder aantrekkelijk voorwerp om vast te houden (bijvoorbeeld van hard materiaal) en ruil voor een aantrekkelijk voorwerp (van zacht materiaal). Doe geen trekspelletje want dit verhoogt de behoefte tot vasthouden (buitdrift). Vooral bij deze pups is het belangrijk dat ze niet weg kunnen rennen met het voorwerp. Maak het spannender door steeds te ruilen voor iets wat nog aantrekkelijker is. Sluit de oefening af met het ruilen tegen voer anders komt er nooit een einde aan de oefening. Als je goed kunt ruilen met jouw pup ben je toe aan stap 2. STAP 2 Nu ga je controleren of hij het woord LOS begrijpt. Je gaat nu jouw hand(en) met de palm(en) naar boven onder zijn bek houden als hij voorwerp A vast heeft en zegt LOS. Als hij het voorwerp uitspuugt is hij natuurlijk een knappe pup en krijgt hij zijn beloning (voorwerp B).
PAGINA 7 VAN 10 Deze stap lijkt dus heel erg op stap 1 met twee heel belangrijk detailverschillen: Bij stap 1 zeg je LOS nadat hij het voorwerp heeft los gelaten en bij stap 2 zeg je LOS als hij het voorwerp nog vast heeft. Bij stap 1 laat je het te ruilen voorwerp (of voertje) zien voordat hij los laat en bij stap 2 laat je het te ruilen voorwerp (of voertje) pas zien nadat hij ook daadwerkelijk heeft los gelaten. Maak niet de fout door te vroeg naar stap 2 te gaan. De pup zal dan snel het verschil tussen VAST en LOS niet meer begrijpen. STAP 3 Je houdt het voorwerp voor zijn neus en wacht tot jouw pup het vast pakt. Op dat moment zeg je VAST. Je zegt pas VAST als hij daadwerkelijk zijn kaken om het voorwerp heeft en niet als hij er alleen maar naar kijkt of aan snuffelt. Kies ook hier weer een voorwerp wat jouw pup graag vast pakt maar niet zijn favoriete speeltje.
PAGINA 8 VAN 10 Je kunt nu het VAST en LOS gaan combineren. Laat een voorwerp zien en zeg VAST als hij het vast pakt en ruil voor een ander voorwerp (of voertje) en zeg LOS als hij het los laat. Oefen dit bij voorkeur verschillende keren op een dag waarbij je steeds VAST roept zodra hij ook spontaan iets in zijn bek neemt. STAP 4 Wanneer het verschil tussen LOS en VAST duidelijk is voor jouw pup kun je hem een stukje laten lopen met het voorwerp (altijd naar jou toe). Je gooit een voorwerp een klein stukje weg (jouw pup is nog steeds aangelijnd) en zegt VAST. Als je stap 3 goed hebt doorlopen zal jouw pup het voorwerp vast pakken. Doet hij het niet, dan ga je te snel en moet terug naar de vorige stap. Vervolgens roep je de naam van jouw pup, nodigt hem uit bij je te komen (gebruik hiervoor geen stemcommando), houd jouw handen onder zijn bek en zegt LOS.
PAGINA 9 VAN 10 Als beloning gooi je opnieuw het voorwerp een stukje weg en herhaal je bovenstaande. Je kunt nu de afstand steeds verder vergroten en zelfs buiten, zonder afleiding, gaan oefenen. Houd wel altijd de lijn vast of zorg dat je op de lijn kunt gaan staan zodat jouw pup nooit met het voorwerp in zijn bek weg kan lopen. STAP 5 Wanneer hij een voorwerp gaat halen (VAST) en terug brengt (LOS), is hij aan het apporteren. Als dit vlot gaat kun je volstaan met het commando APPORT waarbij je dus twee commando s aan elkaar koppelt. Als jouw pup dit graag doet, hoef je uiteindelijk niet meer te ruilen voor een ander voorwerp. Hij haalt dan zijn beloning uit het nog een keertje mogen apporteren. Wanneer je de oefening op deze manier opbouwt kun je van een pup van 10 weken al een perfect apporterende pup maken. Zodra hij jouw schoenen, afstandsbediening of blikje bier te pakken heeft, haal je hem naar je toe en beloont hem door zijn prooi te ruilen voor zijn speeltje en dat weer voor hem weg te gooien.
PAGINA 10 VAN 10 AANDACHTSPUNTEN Het aanleren van LOS en VAST werkt heel nauwkeurig. Helaas leren honden vaak vasthouden op het commando LOS omdat het gezegd wordt op het moment dat ze iets vasthouden. Honden associëren dingen die gelijktijdig gebeuren. Volg de stappen zoals hier beschreven en je hebt binnen kort tijd een apporteur in huis die de krant voor je haalt, jouw sloffen en s avonds het speelgoed van de kinderen opruimt en allemaal omdat hij het zelf zo leuk vindt.