[lil I I 1-1. Beheerplan Wegen WERKEXEMPLAAR .I -I. .: Grontmij I II. Gemeente Roerdalen. Definitief. In opdracht van de Gemeente Roerdalen

Vergelijkbare documenten
Beheerplan Wegen

Beheerplan Wegen 2013

Beheerplan onderhoud wegen

Versie: 24 mei Beheerplan Wegen Waterland

Beheerplan wegen

Beheerplan wegen

Gemeen- ; Reg. datum: 29" Ongescande bijlagen. Ontvangstbevestiging. Referentienummer T&M LvH/KAvaR

Wegenbeheerplan

Wegenbeheerplan en beeldkwaliteit wegen Drimmelen. planperiode Versie : D 1 Datum : 16 maart 2004 Samengesteld door : ing. J.P.A.

Beheerplan wegen

Beheerplan wegen

Meerjaren onderhoudsplan wegen

Beheerplan wegen

Beleidsadvies wegonderhoud Augustus 2017

Beheerplan wegen

Beleid- en beheerplan wegen

Herziening van de huidige definitie van de Maatregeltoets

Auteur(s) : R. de Rooij / J. Klok

Beheerplan wegen

Tijdsgebonden: Wanneer zijn we klaar? Nummer coalitieprogramma: Programmanaam: 07 Beheer Z / INT Wegbeheer

*ZAAE2BF3F76* Adviesnota. Raad van : 2 juli 2015 Agendapunt : 7 Reg. nr. : Z / INT Onderwerp Vaststellen beheerplan wegen

Beheerplan wegen

Wegenbeheerplan Gemeente Boxmeer

Wegenbeheerplan. Meerjarenplanning Gemeente Sint Anthonis

BEHEERKOSTEN WEGEN GEMEENTE HAARLEMMERLIEDE EN SPAARNWOUDE. 14 november 2012 : - Concept, vertrouwelijk B

Vertaaltabellen om de resultaten van de bestaande inspectiemethodiek van wegen van CROW te vertalen naar de conditiescores van NEN 2767

Raadsvoorstel Onderwerp: Wegenbeleidsplan Datum voorstel: 8 augustus 2017 Vergaderdatum: 19 september 2017 Registratienr.

Beleidsplan Wegen

Wegenbeheerplan Gemeente Boxmeer

Wegenbeheerplan en Voorziening Wegen

Beheerplan wegen Definitief 13 CZ

AAN: de raad van de gemeente Ferwerderadiel. Sector : lll Nr. : 10/27.14 Onderwerp : Vaststellen wegenbeheerplan Ferwert, 22 mei 2014

In de programmabegroting 2015 is het beheerplan voor het wegonderhoud aangekondigd.

Beheer en onderhoud wegen gemeente Beuningen

Beleidsplan Wegen Op weg naar duurzaamheid. Versie : 1.0 Datum : Samengesteld door : ing. J.P.A. Ribbers

Wijziging Onderhoudsstrategie ten aanzien van asfaltwegen

Beheerplan wegen

Oriënterende notitie Beheerplan wegen

Wegbeheerplan Gemeente Best 2016

Concept-Raadsvoorstel, gewijzigd.

Betreft vergadering Commissie Economie en Mobiliteit van 21 november Annemieke Lobik, ,

Bouw- & Infrapark te Harderwijk KIES*WIJZER*ONDERHOUD 2

Beheerplan wegen Gemeente Harlingen. e KOAC NPC Dukatenburg AE Nieuwegein

STREKT TER VERVANGING

Wegbeheer in de gemeente Katwijk 10-jaren overzicht Nota Meerjarenplanning en -begroting

Beheerplan wegen. Gemeente Hof van Twente. Concept. Datum: 14 november 2013 Opdrachtgever: Gemeente Hof van Twente Opdrachtnemer: Proviel B.V.

Wegenbeleidsnotitie Levensduurbenadering. Opdrachtgever Gemeente Aalburg Postbus AA WIJK EN AALBURG

Beleidsplan wegen JGRO Gemeente Montferland

Raadsvoorstel. Samenvatting

Onderhoudsplan wegen

Wat betekent de verschuiving van kwaliteitsniveau B naar C voor het wegenareaal van de gemeente Sint Anthonis. R. Hoefnagel K.

Beheer- en beleidsplan Wegen

IJsselstein. Raadsvoorstel. agendapunt. Aan de raad van de gemeente IJsselstein. Datum: 31 januari 2017 Blad: 1 van 7

Collegevoorstel. Zaaknummer: Onderwerp: beleidsplannen onderhoud wegen, groen en gebouwen 2014

WEGENBEHEERPLAN

Risico s van inspectie tot uitvoering onderhoudswerk

Risicoanalyse Wegen. Risicoanalyse inzake Integraal Wegenbeheerprogramma

WEGENBELEIDSPLAN

Beleidskader Openbare Ruimte in nieuw perspectief

Beleidskader wegbeheer

Melkweg

Onderbouwing en differentiatie onderhoudsniveaus wegverhardingen

Wegbeheersplan 2012/2016

f. OW BIJ beleidsplan Onderhoud Groen 2014-O.docx Grip op groen.veilig en heel

Wegenbeheerplan Gemeente Opmeer

A.1.2 Wat wordt verstaan onder het schadebeeld kantopsluiting Bij kantopsluiting wordt de zijdelingse steun aan de rand van de verharding beoordeeld

Rapport Beheerplan wegen

Definitie Maatregeltoets

Opinieronde / peiling

November Wegenbeheersplan Gemeente Opmeer

Meerjarenprogramma Kunstwerken. Noordhollandsch Kanaal

Staphorst Wegenbeleidsplan

Inventarisatie achterstallig onderhoud openbaar gebied industriehaven Harlingen. Maart e

Gedetailleerde visuele inspectie

Programma groot onderhoud openbare ruimte 2011 t/m 2015 op basis van beleidsplan beheer wegen

Differentiatie en onderbouwing onderhoudsniveaus verhardingen. Peter Schut Royal HaskoningDHV. Marc Eijbersen CROW

Raadsvoorstel Registratienr: Agendapunt: Onderwerp: Portefeuillehouder: Samenvatting: Aanleiding:

Wegenbeleidsplan. Gemeente Medemblik

*ZEA3E9FBA15* Raadsvergadering d.d. 22 maart 2016

REKENKAMERONDERZOEK WEGENONDERHOUD LEIDERDORP

opzet quick scan civiele kunstwerken Lansingerland

Paragraaf 3: Onderhoud kapitaalgoederen

BeheerDian Wegen Gemeente Werkendam Augustus ~ BTMvi ~s j Kc~ninjin JuIi~maIaan JVWa~~I~ 040

11.3. Onderhoud kapitaalgoederen

Beheerplan wegen

Raadsvoorstel. Agendanummer: Datum raadsvergadering: Onderwerp: beleids- en beheerplan kleine civiele kunstwerken. Gevraagde Beslissing:

Handleiding Kostentool Stille Wegdekken

1. Openbare ruimte en de kapitaalsgoederen in de openbare ruimte.

BEHEERPLAN WEGEN

Beleidsplan Onderhoud Wegen

Beleidsplan Wegen Gemeente Hendrik-Ido-Ambacht December 2012

MEMO Mogelijkheden bermverharding. 14 januari 2013 Arthur Ernste

Wegverharding. Analyse. Cees de Boer februari Definitief. Afdeling Waterkeringen & Wegen. Auteur. Registratienummer.

*ZE9C48C23CC* Raadsvergadering d.d. 16 december 2014

Beheerplan Wegen

Behorende bij: Raadsvoorstel ter vaststelling van het verbreed gemeentelijk rioleringsplan 5 (vgrp-5)

Beheerplan Wegen Delft

Beheerplan verhardingen

Rapport. gemeente gulpen-wittem. Beleidsplan wegbeheer Concept plan versie september 2007

Actieplan Verkeer Gemeente Loon op Zand 2014/2015 me. Actieplan Wegen met een prognose

Transcriptie:

~ C r ï~ Beheerplan Wegen 2008-2012 Gemeente Roerdalen 1-1 [1 [lil. - Definitief WERKEXEMPLAAR LJ n opdracht van de Gemeente Roerdalen Grontmij Nederland bv De Bilt, 31 oktober 2007.: Grontmij &M-99391060-RV/jj, revisie D1

Verantwoording Titel Beheerplan Wegen 2008-2012 Subtitel Gemeente Roerdalen r Projectnummer Referentienummer Revisie Datum 234390 &M-99391060-RV!jj D1 31 oktober 2007 Auteur(s) ing. J.P. von der Haar! ing. R. Vlassak \ E-mail adres Gecontroleerd door joris.vonderhaar@grontmij ing. G. van Meisen Paraaf gecontroleerd Goedgekeurd door Paraaf goedgekeurd Contact ing. R. Vlassak J - 11-0; j"\'/ -! (.-0) De Holle Bilt 22 3732 HM De Bilt Postbus 203 3730 AE De Bilt T +31 302207444 F +31 302200294 infraenmilieu@grontmij.nl www.grontmij.nl.f Grontmij &M-99391060-RV/jj, revisie D1 Pagina 2 van 23

! J nhoudsopgave nleiding 4 2 2.1 2.2 2.3 3 3.1 Beheren met beleid 5 Beleidskaders 5 Beleidsplan 5 Beheerplan 6 Wegbeheer 7 Hoofdlijnen van de systematiek 7 4 Areaal verhardingen 9 4.1 Binnen de bebouwde kom 9 4.2 Buiten de bebouwde kom 10 5 5.1 5.2 5.3!, 7 6 6.1 6.1.1 6.1.2 6.2 6.2.1 6.2.2 6.3 6.4 7.1 7.2 7.2.1 7.2.2 Kwaliteit van de verhardingen 11 Technische kwaliteit. 11 Kwaliteit goed onderhouden wegennet.. 12 Buiten beschouwing gelaten wegen 13 Financiële analyse 15 Basisplanning S Budgetten korte- en middellange termijn S Achterstallig onderhoud 16 Budgetplanning 16 Minimale CROW-budget 16 Budgetvarianten '.' 17 Langetermijnbudget 18 Klein onderhoud 19 Samenvatting en advies 20 Samenvatting 20 Advies 21 Financieel/technisch 21 Wegenfonds 22 Bijlage 1: Bijlage 2: Wegbeheer Wettelijk kader en milieu! l_.f Grontmij &M-99391060-RV/jj. revisie D1 Pagina 3 van 23

1 nleiding f De gemeente Roerdalen heeft aan Grontmij opdracht gegeven voor het opstellen van het beheerplan voor de wegverhardingen voor de periode 2008-2012. Dit beheerplan is opgesteld aan de hand van de nieuwe CROW-systematiek voor wegbeheer, zoals die is beschreven in CROW-publicatie 147, uitgave november 2005. Hierbij is gebruik gemaakt van het door Grontmij ontwikkelde computerprogramma dg DALOG Wegen, dat op deze systematiek is gebaseerd. Door de gemeente Roerdalen is een globale visuele inspectie uitgevoerd op het gehele wegenareaal. Het schadebeeid randschade is in deze inspectie niet meegenomen. Het hier beschreven beheerplan is onder meer op deze visuele inspectie gebaseerd. Hoofdstuk 2 beschrijft de relatie tussen beleid en beheer. n hoofdstuk 3 worden de hoofdlijnen van wegbeheer conform de CROW-systematiek uiteengezet. n hoofdstuk 4 en 5 worden respectievelijk het areaal en de kwaliteit van de verhardingen weergegeven. n hoofdstuk 6 worden de resultaten van de meerjarenplanningen, zoals die met behulp van dg DALOG zijn opgesteld gepresenteerd en wordt een financiële analyse gegeven. Uiteindelijk volgen in hoofdstuk 7 de conclusies voor het beheer en onderhoud van de verhardingen voor de periode 2008-2012. J 1 Alle in dit rapport genoemde prijzen zijn inclusief de toeslagpercentages voor: verkeersmaatregelen, uitvoeringskosten, algemene bedrijfskosten, winst & risico, maar exclusiefv&t (Voorbereiding en Toezicht, doorgaans 15 à 20%) en 19% btw. De prijzen zijn verder exclusiefverwerkingskosten voor teerhoudend asfalt. De prijzen waarmee de berekeningen zijn uitgevoerd zijn gebaseerd op de Elsevier GWW-kostenboeken, prijspeil mei 2006.! Î 1 l_) Kenniscentrum voor verkeer, vervoer en infrastructuur. ti Grontmij &M-99391060-RV/jj, revisie Di Pagina 4 van 23

2 Beheren met beleid r ~ ;! r - Het uitvoeren van wegbeheer is gebaseerd op beleidskeuzes vastgesteld door het bestuur. Beleidskeuzes worden vastgelegd in een beleidsplan wegenbeheer. Een beleidsplan wegenbeheer ~! vormt een basis voor het opstellen van het beheerplan. n dit hoofdstuk wordt kort ingegaan op de relatie tussen beleid, het beleidsplan en het beheerplan zoals weergegeven in figuur 2-1. 1 Wet- en Gemeentelijke Landelijke ent- Regelgeving beleidsthema's wikkelingen en en plannen.- Beleidskaders 1 Beleidsplan trends ~ Beheerplan n LJ! i!~ i J Figuur 2-1 Processchema Figuur 2-1 geeft zeer schematisch een normaal beheerproces weer: op basis van vigerende weten regelgeving, gemeentelijke beleidsplannen en landelijke ontwikkelingen worden door het bestuur beleidskaders vastgesteld. Deze kaders worden vertaald in een beleidsplan, in dit geval een beleidsplan voor wegen. Het beheer van de wegen dient vervolgens gebaseerd te zijn op de keuzes die in het beleidsplan zijn beschreven. 2.1 Beleidskaders Beleidskaders, vastgesteld door het bestuur, vormen het raamwerk waarin de wijze van beheer op lange termijn (> 5jaar) is verwoord. Enerzijds moet daarbij rekening worden gehouden met wet- en regelgeving (zie bijlage 2) en landelijke ontwikkelingen en trends. Anderzijds zal het beleid zelf deze kaders moeten aangeven. Eén van de beleidskeuzes is bijvoorbeeld om de bestaande infrastructuur in stand te houden op het kwaliteitsniveau, zoals dat is aangegeven in de CROW-wegbeheersystematiek, zoals beschreven in publicatie 147 van het CROW. Het bestuur kan er voor kiezen om een hoger kwaliteitsniveau aan te houden of om het bijvoorbeeld per wegtype te differentiëren. Het bestuur kan ook kiezen om voorrang te geven aan de veiligheidsaspecten boven die van bijvoorbeeld duurzaamheid en bereikbaarheid. Deze keuze heeft invloed op de prioriteiten en de keuze van de aan te pakken wegvakken. 2.2 Beleidsplan n een beleidsplan worden de beleidskaders omschreven en uitgewerkt tot beleidsdoelstellingen en strategieën. Zo zal bijvoorbeeld het gewenste kwaliteitsniveau worden aangegeven, de inde-.s Grontmij &M-99391060-RV/jj, revisie Di Pagina 5 van 23

[ i '~ [ r! rw.jj 1--1 Beheren met beleid ling in wegtypen en de prioriteiten voor de verschillende beleidsthema's als veiligheid, aanzien etc. Het beleidsplan, dat door het bestuur wordt vastgesteld, heeft tot doe om de wijze van beheren voor een langere periode (5-10 jaar) vast te leggen. Het daarvan afgeleide beheerplan geeft een overzicht van de uit te voeren beheermaatregelen op korte en middellange termijn (l- 5 jaar). n een beheerplan wordt er van uitgegaan dat de functie en de inrichting van de wegen onveranderd blijven. n een beleidsplan wordt aangegeven wat de huidige en toekomstige functies van de wegen zijn. De functie en inrichting van de wegen zijn van invloed op de onderhoudsbehoefte en daarmee op het budget voor beheer. Optimale afstemming van het beheerplan wegen op beheerplannen voor rioleringen en groen kan leiden tot aanzienlijke besparingen. Ook hierover kunnen in het beleidsplan strategieën worden aangegeven. Andere beleidskeuzes die in een beleidsplan kunnen worden geformuleerd hebben onder andere betrekking op verkeersveiligheid, duurzaamheid, mobiliteit, milieu, organisatie, communicatie met burgers, inkoopbeleid. 2.3 Beheerplan Door in een beleidsplan een helder beleid te formuleren voor het beheer wordt inzichtelijk gemaakt wat de invloed is van beleidskeuzes op het benodigde budget. ndien de beleidskeuzen zijn vastgelegd, zal het beheerplan daarop gebaseerd zijn en zullen de daarin aangegeven budgetten minder onzekerheden bevatten. Een beheerplan geeft een overzicht van de uit te voeren beheermaatregelen op korte en middellange termijn (1-5 jaar). Naast de beleidskeuzes is nog een aantal praktische factoren van invloed op het beheerbudget waarvan in het beheerplan impliciet wordt uitgegaan. Dit zijn onder andere: het omgaan met teerhoudend asfalt (zie bijlage 2); de toe te passen onderhoudsmaatregelen; toe te laten verkeersbelastingen; onderhoudsstrategie (zwaardere maatregelen met geringe frequentie versus lichtere maatregelen met hogere frequentie). Ook hierover zal de beheerder keuzen moeten maken, zodat het in het beheerplan aangegeven budget zo goed mogelijk aansluit bij de praktijk en ervaring van de beheerder. l L l. L._.s Grontmij &M-99391060-RV/jj, revisie 01 Pagina 6 van 23

, 3 Wegbeheer 1-1 Het hoofddoel van wegbeheer als managementsysteem is informatie te verstrekken op netwerkén projectniveau over het wegennet. Op netwerkniveau wordt er naar het totale wegennet als één geheel gekeken. Het gaat dan niet om details, zoals welke onderhoudsmaatregel op welke locatie wordt uitgevoerd, maar om de grote lijnen. Op netwerkniveau worden bijvoorbeeld de totale kosten voor het onderhoud aan de verhardingen in de komende jaren bepaald, evenals de algemene kwaliteit van het wegennet. Op projectniveau wordt gekeken naar individuele wegvakken ofwegvakonderdelen. Hierbij is het wel van belang wanneer welke onderhoudsmaatregel wordt toegepast en wat de exacte kosten daarvan zijn. n deze rapportage wordt de nadruk gelegd op het netwerkniveau. Bij het nemen van beslissingen op projectniveau is het wegbeheersysteem slechts één van de bronnen waarop de beslissingen over onderhoud worden gebaseerd. De systematiek voor wegbeheer is beschreven in Publicatie 147 waarvan in november 2005 een herziene versie door de Stichting CROW is uitgebracht. Voor de theoretische achtergronden van de systematiek wordt verwezen naar bijlage 1 van dit rapport. Tevens wordt aangegeven welke informatie (berekeningsresultaten) het systeem biedt en hoe deze informatie dient te worden gebruikt. Wegbeheer is op basis van wetgeving in Nederland een verplichting van de wegbeheerder. Het gaat daarbij om milieuwetgeving (bijvoorbeeld hoe om te gaan met teerhoudend asfalt) en wettelijk vastgelegde aspecten als risico- en schuldaansprakelijkheid. n bijlage 2 wordt hier nader op ingegaan. Het niet of onvoldoende uitvoeren van wegbeheer leidt naast technische gevolgen ook tot maatschappelijke effecten. Het is dus van belang om te beschikken over een goed functionerend inspectie-, onderhoud- en klachtenregistratieproces. f.1 l. " L 3.1 Hoofdlijnen van de systematiek Binnen de systematiek voor wegbeheer kunnen de volgende hoofdactiviteiten worden onderscheiden: 1 het verzamelen en actueel houden van gegevens van het wegennet (locatie, constructie, gebruik, omvang en kwaliteit van de verhardingen, uitgevoerd onderhoud en dergelijke); 2 het interpreteren en verwerken van deze gegevens tot een indicatieve financiële meerjarenplanning- en begroting van het verhardingsonderhoud; 3 het samenstellen van een rapportage voor het bestuur op grond waarvan het bestuur beslissingen kan nemen; 4 het nemen van beslissingen door het bestuur, in het algemeen over beschikbare budgetten en prioriteiten; 5 het uitvoeren van het vastgestelde plan binnen de gestelde randvoorwaarden door de technische dienst. Deze rapportage is voornamelijk gericht op hoofdactiviteit 2. Als hulpmiddel bij de hoofdactiviteiten 1 en 2 heeft Grontmij het softwarepakket dg DALOG ontwikkeld. Dit systeem bestaat uit drie hoofdonderdelen:.f Grontmij &M-99391060-RV/jj, revisie 01 Pagina 7 van 23

Wegbeheer @ @ @ het beheren van gegevens van het wegennet; het opstellen van planningen en begrotingen; het presenteren van resultaten. Bij het opstellen van deze rappoltage is gebruik gemaakt van de gegevens zoals die zijn opgenomen in het wegbeheerbestand van de dg DALOG Wegen van de gemeente Roerdalen. n bijlage 1 is de wegbeheersystematiek nader toegelicht., '~ 1,. 1 L ~ Grontmij &M-99391060-RV/jj, revisie 01 Pagina 8 van 23 L

4 Areaal verhardingen fl \ Uit de database van de gemeente Roerdalen blijkt dat het totale wegennet in beheer bij de gemeente een lengte heeft van circa 238 kilometer. Het totale areaal verhardingen in beheer bij de gemeente Roerdalen is circa 1.643.000 m2. Hiervan is circa 1.119.200 m2 asfaltverharding, circa 513.100 m2 elementenverharding en circa 10.700 m2 betonverharding. Verder heeft de gemeente Roerdalen nog circa 410.500 m2 halfverharding in beheer. Deze halfverharding wordt niet meegenomen in de berekeningen omdat voor halfverhardingen geen CROW-systematiek beschikbaar is. Naast een onderverdeling van de arealen op verhardingstype kan ook naar de ligging van de verhardingen worden gekeken. n tabel 4-1 is een overzicht gegeven van de arealen verharding in beheer bij de gemeente Roerdalen onderverdeeld naar ligging binnen en buiten de bebouwde kom. u Tabe/4-1 Verhardins.en binnen en buiten de bebouwde kom Asfalt Elementen Beton Totaal Binnen bebouwde kom 785.890 m2 70,2 % 480.340 m2 93,6 % 5.580 m2 52,2 % 1.271.800 m2 77,4 % Buiten bebouwde kom 333.300 m2 29,8 % 32.740 m2 6,4 % 5.100 m2 47,8 % 371.150m2 22,6 % Totaal 1.119.190m2 100% 513.080 m2 100 % 10.680 m2 100 % 1.642.950 m2 100 % Binnen de bebouwde kom 77,4% Buiten de bebouwde kom 22,6% 62% DElementen m Asfalt ElBeton 0% 38% 1% Figuur 4-1 Verdeling van de verhardingen Uit tabel4-1 blijkt dat ruim 70% van de asfaltverhardingen binnen de bebouwde kom ligt. Van de elementenverhardingen ligt ruim 93% binnen de bebouwde kom. Van de betonverhardingen ligt circa 52% binnen de bebouwde kom. Wanneer het totale areaal verhardingen wordt bekeken ligt 77,4% binnen de bebouwde kom en 22,6% buiten de bebouwde kom. 4.1 Binnen de bebouwdekom n figuur 4-2 en tabel 4-2 is het bestaande areaal verhardingen binnen de bebouwde kom in beheer bij de gemeente Roerdalen onderverdeeld in onderdeeltypen zoals hoofdrijbanen, parkeervakken, voetpaden en trottoirs, fietspaden en overige. Onder de categorie 'overige' vallen bijvoorbeeld in- en uitritten, bushaltes en rabatstroken. Door afronding van de hoeveelheden areaal kan het totale areaal enigszins afwijken..s Grontmij &M-99391060-RV/jj, revisie 01 Pagina 9 van 23

1 1-1 r'i ~ r Tabel4-2 opeervlakten verharding naar onderdeeltype binnen de bebouwde kom onderdeeltype Areaal verhardingen Areaal Areaal Asfalt Elementen Beton % m2 m2 m2 m2 Hoofdrijbaan 67 863.530 747.820 115.710 0 Parkeren 7 83.250 7.990 75.260 0 Voetpaden en trottoirs 21 266.600 7.830 258.770 0 Fietspad 3 38.680 22.170 10.940 5.100 Overig 2 19.750 80 19.660 0 Totaal 100 1.271.810 785.890 480.340 5.100 67% 11! hoofdrijbanen oparkeren la voetpaden ofietspaden!.! o-.erig 2% 21% 1! Figuur 4-2 grafische weergave oppervlakten verhardingen naar onderdeeltype binnen de bebouwde kom 4.2 Buiten de bebouwde kom n figuur 4-3 en tabel4-3 is het bestaande areaal verhardingen buiten de bebouwde kom in beheer bij de gemeente Roerdalen onderverdeeld in onderdeeltypen. Door afronding van de hoeveelheden areaal kan het totale areaal enigszins afwijken. Tabel4-3 oppervlakten verharding naar onderdeeltype buiten de bebouwde kom onderdeeltype areaal areaal asfalt elementen beton % m2 m2 m2 m2 Hoofdrijbaan 84 308.130 298.110 10020 0 Parkeren 0 1.180 0 1.190 0 Voetpaden en trottoirs 3 10.960 1.380 9.580 0 Fietspad 11 42.520 33.810 3.600 5.100 Overig 2 8.350 0 8.350 0 i Totaal 100 371.140 333.300 32.740 5.100 l.1 2%! hoofdrijbanen oparkeren voetpaden ofietspaden o-.erig. L. Figuur 4-3 3%0% grafische weergave oppervlakten verhardingen naar onderdeeltype buiten de bebouwde kom L.: Grontmij &M-99391060-RV/jj, revisie 01 Pagina 10 van 23

r : 5 Kwaliteit van de verhardingen [ rill 1-'! ~ 1"1 Het in de komende periode uit te voeren onderhoud en de daarmee samenhangende kosten worden voornamelijk bepaald door de huidige kwaliteit van de verhardingen. Allereerst wordt het kwaliteitsbeeld gegeven dat direct is afgeleid van de globale visuele inspectie en de richtlijnen. Deze technische kwaliteit wordt weergegeven in vijfkwaliteitsbeoordelingen (zeer slecht, slecht, matig, redelijk en goed). Vervolgens wordt de kwaliteit ook uitgedrukt aan de hand van de beleidsthema's aanzien, comfort, duurzaamheid en veiligheid. n bijlage 1 is uitgelegd hoe de kwaliteit voor de beleidsthema's is afgeleid van de technische schades. 5.1 Technische kwaliteit De resultaten van de globale visuele inspectie, uitgevoerd door de gemeente Roerdalen, zijn getoetst aan de richtlijnen die door het CROW zijn opgesteld. Het schadebeeld randschade is door de gemeente niet beoordeeld en is dus niet getoetst aan de richtlijnen. n tabel 5-1 (binnen de bebouwde kom) en 5-2 (buiten de bebouwde kom) is het percentage van het oppervlak, verdeeld over de asfalt- en elementenverhardingen, met een beoordeling voldoende, matig of onvoldoende per schadebeeld weergegeven. Voldoende wil in dit kader zeggen dat het weergegeven areaal (in procenten) per schadebeeld voldoet aan de CROW-richtlijnen, ofwel de schade is minder dan de toegestane schade volgens de richtlijn. Matig wil zeggen dat de schade nog net voldoet aan de richtlijn en onvoldoende wil zeggen dat de schade niet meer voldoet, ofwel dat de schade erger is dan de toegestaan. 1 L Tabel5-2 l Tabel5-1 Percentafles voldoende/ matig( onvoldoende binnen de bebouwde kom Asfalt Elementen Beton V M 0 V M 0 V M 0 Dwarsonvlakheid 95% 4% 1% 98% 1% 1% Oneffenheden 93% 4% 3% 99% 0% 1% 100 % 0% 0% Rafeling 77% 12% 11% Scheurvorming 91% 2% 7% 100 % 0% 0% _Voe~vullin~ 100 % 0% 0% v= voldoende, M= matig, 0= onvoldoende Percentafles voldoende/ matifl/ onvoldoende buiten de bebouwde kom Asfalt Elementen Beton V M 0 V M 0 V M 0 Dwarsonvlakheid 76% 6% 18% 98% 0% 2% Oneffenheden 89% 5% 6% 98% 0% 2% 100 % 0% 0% Rafeling 76% 5% 19% Scheurvorming 95% 2% 3% 100 % 0% 0% Voe~vulling 100% 0% 0% V= voldoende, M= matig, 0= onvoldoende L n tabel 5-3 zijn de percentages van de individuele schades omgezet naar een kwaliteitsbeoordeling voor het asfalt-, elementen- en betonareaal. Deze indeling geeft meer inzicht in de onderhoudstoestand dan de beoordelingen voldoende, matig en onvoldoende..f Grontmij &M-99391060-RV/jj, revisie 01 Pagina 11 van 23

Kwaliteit van de verhardingen - ;1!"' Tabel5-3 kwaliteit verhardingen ÇJemeenteRoerdalen Binnen de kom Buiten de kom Kwaliteit Planjaar Asfalt Elementen Asfalt Elementen Zeer slecht 2008 8% 1% 20% 2% Slecht 2008-2009 6% 0% 5% 0% Matig 2009-2011 27% 2% 23% 0% Redelijk > 2012 50% 88% 46% 95% Goed > 2012 9% 9% 6% 3% Het percentage van het oppervlak met waardering 'zeer slecht' betreft wegen waar onderhoud al eerder had moeten worden uitgevoerd. Technisch gezien is het verder uitstellen van dit onderhoud niet acceptabel. Het areaal met de waardering 'slecht' moet in de komende twee planjaren worden onderhouden. De waardering 'matig' houdt in dat het betreffende oppervlak over drie tot vijfjaar aan onderhoud toe is. De waardering 'redelijk' wil zeggen dat het betreffende oppervlak niet matig is, maar ook niet zonder schade. 'Goed' wil zeggen dat er geen of nauwelijks schade aanwezig is. Voor de asfaltverhardingen binnen de bebouwde kom geldt dat de beoordeling 'zeer slecht' vooral wordt veroorzaakt door ernstige rafeling. Daarnaast komt er ook veel ernstige scheurvorming voor. Bij de elementenverhardingen binnen de bebouwde kom wordt het percentage 'zeer slecht' veroorzaakt door zowel ernstige oneffenheden als ernstige dwarsonvlakheid. Voor de asfaltverhardingen buiten de bebouwde kom geldt dat de beoordeling 'zeer slecht' vooral wordt veroorzaakt door ernstige rafeling en ernstige dwarsonvlakheid. Bij de e1ementenverhardingen buiten de bebouwde kom wordt het percentage 'zeer slecht' veroorzaakt door zowel ernstige oneffenheden als ernstige dwarsonvlakheid. 5.2 Kwaliteit goed onderhouden wegennet n een normale situatie zal er jaarlijks een bepaald deel (percentage) van het wegenareaal aan onderhoud toe zijn, deze wegen hebben dan een beoordeling 'slecht'. Zo zal er ook altijd een bepaald percentage zijn met de beoordeling 'matig'. De kwaliteit wordt getoetst aan een wegennet dat als 'normaal' mag worden beschouwd. Het overzicht in Tabel 5-4 betreft een goed en evenwichtig onderhouden wegennet. Dit overzicht is gebaseerd op ervaringscijfers bekeken over heel Nederland. Ten opzichte van dit overzicht wordt de kwaliteit van het wegennet van de gemeente Roerdalen getoetst. Door het geringe areaal van betonwegen in Nederland die eigendom zijn van gemeentelijke overheden, is hiervoor op dit moment nog geen vergelijkingsmateriaal beschikbaar.! [ Tabel5-4 Percentages evenwichtig wegennet (~emiddeld Nederland) Kwaliteitsbeoordeling Planjaar Asfalt Elementen Zeer slecht 2008 0% 0% Slecht 2008-2009 8% 5% Matig 2009-2011 12 % 8% Redelijk > 2012 60 % 77 % Goed > 2012 20 % 10% L Wanneer het areaal verhardingen in de gemeente Roerdalen wordt vergeleken met een (gemiddeld in Nederland) goed en evenwichtig onderhouden wegennet is de kwaliteit van de elementverhardingen redelijk. Vooral het percentage van het areaal dat 'redelijk' beoordeeld wordt, is hoog. Het percentage 'slecht' en 'goed' is erg laag. Hierbij wordt opgemerkt dat bij elementen twee schadebeeiden beoordeeld worden: dwarsonvlakheid en oneffenheden. Bij de oneffenheden wordt pas schade genoteerd wanneer er sprake is van minimaal matige oneffenheden, dat is pas bij hoogteverschillen vanaf 1,5cm. Dat betekent dat oneffenheden kleiner dan 1,5 cm toch als 'goed' beoordeeld worden, terwijl het straatwerk er niet strak bij hoeft te liggen. ti Grontmij &M-99391060-RV/jj, revisie 01 Pagina 12 van 23

Kwaliteit van de verhardingen De kwaliteit van het areaal asfaltverhardingen is matig tot slecht te noemen. Het percentage "zeer slecht" bij de asfaltverhardingen is zeer hoog, vooral buiten de bebouwde kom. Ook het percentage 'matig' is beduidend hoger dan dat van een (gemiddeld in Nederland) goed onderhouden wegennet. Daarbij is het percentage "goed" erg gering. Wanneer het gehele areaal verhardingen wordt bekeken ligt de kwaliteit van de wegen, indien de hoeveelheid 'zeer slecht' wordt weggewerkt, voor de elementenverhardingen op een gelijk niveau met dat van een (gemiddeld in Nederland) goed onderhouden wegennet. Bij de asfaltverhardingen is het onderhoudsniveau, na het wegwerken van achterstallig onderhoud, nog steeds matig als gevolg van het hoge percentage "matig". 1.1 5.3 Buiten beschouwing gelaten wegen De volgende wegen of gedeelten daarvan worden in het kader van de aanleg van de Rijksweg A73 op korte termijn hersteld. Deze wegen worden in de wegbeheergegevens aangegeven als "vooraf gepland onderhoud": Kleine Bergerweg Oude Montfortseweg 5611 6060 L n het kader van het plan "Mariaveld" worden gedeeltes van onderstaande wegen later onderhouden. Ook deze gedeeltes worden aangegeven als "vooraf gepland onderhoud" Mariaveld 5830 Heisterweg 5110 Ten slotte wordt een gedeelte van de Europalaan-Centrum (wegnummer 0720 vak 20) in het kader van het plan "Aan 't Klooster" later onderhouden. Ook dit gedeelte wordt aangegeven als "vooraf gepland onderhoud". Bij de bepaling van de benodigde onderhoudsbudgetten is ervan uitgegaan dat voor de hiervoor genoemde wegen met "vooraf gepland onderhoud" het hiervoor benodigde onderhoudsbudget al gereserveerd is. Deze wegen zijn voor 0,00 meegenomen in de planning en hebben dus geen effect op het benodigde onderhoudsbudget voor de komende jaren. Bij het bepalen van de kwaliteit wordt uitgegaan van de basisplanning zonder rekening te houden met vooraf gepland onderhoud. Ook zijn er enkele wegen die een beperkte functie in het buitengebied krijgen. Het gebruik van het buitengebied is het laatste decennium sterk gewijzigd. Eerder was ontsluiting voor de landbouween belangrijke reden om deze wegen aan te leggen en te onderhouden. Dat gebruik moet natuurlijk ook blijven. Nu is het buitengebied in een overwegend groene gemeente als Roerdalen ook belangrijk geworden voor recreatief medegebruik. Vrijetijdsbesteding, zoals paardrijden, fietsen, wandelen, nordic walking en skaten zijn voor het welzijn van de mensen belangrijke onderwerpen geworden. Gelijktijdig is de groei van het gemotoriseerde verkeer de laatste decennia sterk toegenomen. Onnodig autoverkeer samen met recreatiefverkeer is verkeersonveilig en geeft een onbehaaglijk gevoel. De beleving van rust en vrijheid (sense of place) wordt hiermee aangetast, waardoor er minder gebruik wordt gemaakt door fietsers, wandelaars, ruiters etc. Beperkt gebruik van deze wegen door landbouwverkeer en voor extensieve vormen van recreatie vraagt minder onderhoud dan wanneer de wegen geschikt moeten zijn voor alle ( doorgaand) verkeer. De meeste verkeersluw gemaakte wegen liggen in het buitengebied van de kernen Melick, Herken bosch en Vlodrop. Deze wegen zijn door middel van een verbodsbord voor gemotoriseerd verkeer afgesloten. Vooruitlopend op het verkeersluw maken van de resterende wegen in het buitengebied wordt het onderhoud aan deze wegen tot een minimum beperkt..: Grontmij &M-99391060-RV/jj, revisie D1 Pagina 13 van 23

Kwaliteit van de verhardingen Ook hier is bij de bepaling van de budgetten ervan uitgegaan dat er al een apart budget beschikbaar is voor het reconstrueren. Deze wegen zijn voor 0,00 meegenomen in de planning en hebben dus geen effect op het onderhoudsbudget voor de komende jaren. Voor de hiervoor genoemde wegen wordt later in de Raad een apart besluit gevraagd. r f Co i.s Grontm=j &M-99391060-RV/jj, revisie 01 Pagina 14 van 23

6 Financiële analyse r, ' t c n Met behulp van dg DALOG Wegen is een berekening gemaakt van de onderhoudsbehoefte voor de periode van 2008-2012. Voor de periode na 2012 wordt een indicatie gegeven van het benodigde onderhoudsbudget. n de berekeningen wordt onderscheid gemaakt tussen asfalt-, elementen- en betonverhardingen. Bij de financiële analyse is uitgegaan van de zogenoemde basisplanning, in bijlage 1 is hiervan een uitleg opgenomen. Bij de berekeningen wordt ervan uitgegaan dat de aanwezige verhardingsconstructies gedimensioneerd zijn op de aanwezige verkeersfuncties met bijbehorende verkeersbelastingen. De asfaltconstructie van een stadsontsluitingsweg dient zwaarder geconstrueerd te zijn (meer asfalt) dan de asfaltconstructie van een woonstraat. Bij de planningen worden, voor de wegen waar dat nodig is, indicatieve onderhoudsmaatregelen bepaald. De kosten worden berekend door het areaal te onderhouden verharding te vermenigvuldigen met de bijbehorende maatregelprijs (euro per rrr'). Bij het bepalen van deze maatregelprijzen is er van uitgegaan dat bij freeswerk van asfaltverhardingen het asfalt teervrij is. Door de onzekerheid over de teerhoudendheid van de wegen die voor onderhoud in aanmerking komen zijn de eventuele extra kosten voor de verwerking niet opgenomen in de budgetten. 6.1 Basisplanning n de onderstaande paragrafen wordt ingegaan op de resultaten van de basisplanning op korte termijn van de totale gemeente Roerdalen. De basisplanning is gebaseerd op onderhoudsrichtlijnen, opgesteld door het CROW. Deze richtlijnen geven een minimum aan, zij zijn de onderkant van verantwoord wegbeheer. De maatregelen worden gepland zodra de richtlijn is bereikt. De berekende budgetten op basis van de basisplanning zijn daarom te beschouwen als minimaal benodigde budgetten voor verantwoord wegbeheer. 6.1.1 Budgettenkorte- en middellangetermijn Alle wegvakonderdelen waarbij de richtlijn is bereikt dan wel is overschreden, komen op korte termijn (2008 en 2009) voor onderhoud in aanmerking. Wegvakonderdelen waarvan de richtlijn net niet is bereikt, komen in aanmerking voorde middellange termijn (2010 tot en met 2012). n tabel 6-1 zijn de benodigde budgetten voor groot onderhoud aan asfalt-, elementen- en betonverhardingen voor de korte- en middellange termijn weergegeven. Hierbij is het klein onderhoud niet meegenomen. Tabe/6-1 Overzicht budgetten korte- en middellange termijn [ Planjaar Bitumineus Elementen Beton Totaal 2008 2.303.800 70.300 0 2.374.100 2009 986.500 7.300 0 993.800 2010 1.201400 0 0 1.201.400 2011 558.200 70.300 0 628.500 2012 1.662.300 0 0 1.662.300 Totaal 6.712.200 147.900 0 6.860.100 Gemiddeld per jaar 1.342400 29.600 0 1.372.000 ti Grontmij &M-99391060-RV/jj, revisie D1 Pagina 15 van 23

Financiële analyse (.. i: Uit de basisplanning volgt dat de komende 5 jaar ruim 6.800.000,- nodig is voor het minimale onderhoud aan de verhardingen. Gemiddeld komt dat neer op bijna 1,4 miljoen euro per jaar. Hierbij dient er rekening mee te worden gehouden dat in het eerste planjaar 2008 duidelijk meer budget nodig is dan in de jaren daarna. De genoemde bedragen zijn de onderkant van verantwoord wegbeheer en betreffen een absoluut minimum van het toe te passen budget voor wegbeheer. Het bepalen van de onderhoudskosten is voor de korte termijn (2008 en 2009) vrij nauwkeurig, omdat wegen in deze periode de richtlijn voor onderhoud al hebben bereikt of zelfs overschreden. Dergelijke wegen hebben duidelijk schade die op korte termijn opgeheven zal moeten worden. Daarnaast betekent meer schade hogere onderhoudskosten. De bepaling van de onderhoudskosten op de middellange termijn is duidelijk minder nauwkeurig. Bij deze wegen is de richtlijn nog niet bereikt en er wordt door de systematiek van uitgegaan dat deze wegen in de periode 2010 tot en met 2012 aan onderhoud toe zijn. Daarnaast is geen rekening gehouden met wegen die nu als "redelijk" beoordeeld worden. Deze wegen komen niet in de planning van de korte en middellange termijn, maar er is wel al wat schade, die mogelijk binnen 5 jaar naar matige of ernstige schade groeit. Deze voorspelling is dus niet meegenomen in de basisplanning voor de komende 5 jaar. De bepaling van de onderhoudskosten voor de middellange termijn dient dus met enige omzichtigheid benaderd te worden, de bedragen zijn doorgaans aan de lage kant. 6.1.2 Achterstalligonderhoud Het achterstallig onderhoud is gedefinieerd als onderhoud op wegvakonderdelen waarbij de richtlijn al is overschreden, met andere woorden waarbij het onderhoud al eerder uitgevoerd had moeten worden. Het achterstallig onderhoud bedraagt voor de asfaltverhardingen 2.326.000,00 voor de elementen verhardingen 70.000,00 en voor de betonverhardingen 0,00. Het totaal aan achterstallig onderhoud, 2.396.000,00 dient in het eerste planjaar te worden gereserveerd. Vooral het achterstallig onderhoud voor de asfaltverhardingen dient in het eerste planjaar te worden opgeheven. ndien onderhoud wordt uitgesteld treedt bij asfaltverhardingen kapitaalvernietiging op. De kapitaalvernietiging is het gevolg van het moeten toepassen van een zwaardere en in de regel duurdere onderhoudsmaatregel voor asfaltverhardingen. De elementenverhardingen kennen geen kapitaalvernietiging. Het uitstellen van onderhoud bij deze verhardingen heeft tot gevolg dat een groter oppervlak dient te worden onderhouden. Dit maakt het onderhoud wel duurder, maar maakt de kapitaalvernietiging hier minder groot dan bij asfaltverhardingen.,illlj lil l,.,w 6.2 Budgetplanning Op basis van de inspectiecijfers en de richtlijnen wordt met behulp van het wegbeheersysteem berekend wat het benodigde budget is, om het wegenareaal de komende 5 planjaren te onderhouden. Binnen het wegbeheer bestaat de mogelijkheid om de eonsequenties te berekenen van een beschikbaar budget. ndien dit beschikbare budget lager is dan het benodigde budget zal er een onderhoudsachterstand optreden. 6.2.1 Minimale CROW-budget Uit de basisplanning is het minimale CROW-budget berekend van 1.372.000,00. Dit betekent dat bij toepassing van dit budget al het achterstallig onderhoud wordt weggewerkt en het overige areaal wordt onderhouden volgens de onderhoudsrichtlijnen, opgesteld door het CROW. n figuur 6.1 is te zien dat er gedurende de komende 5 planjaren geen sprake is van achterstallig onderhoud. Hierbij is nog steeds uitgegaan van een minimum, de onderkant van verantwoord wegbeheer..: Grontmij &M-99391060-RV/jj, revisie D1 Pagina 16 van 23

Financiële analyse 6.2.2 Budgetvarianten Bij het toepassen van een lager budget dan het minimale CROW-budget ontstaat er een onderhoudsachterstand. Ter indicatie is een drietal budgetvarianten doorgerekend. De onderstaande varianten zijn doorgerekend: 1.250.000,- per jaar 1.000.000,- per jaar 800.000,- per jaar De gevolgen van een niet toereikend budget worden weergegeven door het percentage van het verhardingsoppervlak aan achterstallig onderhoud, een bedrag aan achterstallig onderhoud dat nodig is ná de planperiode om de wegen weer in voldoende staat te krijgen en een bedrag voor kapitaalvernietiging. ['1 Het percentage achterstallig onderhoud zal steeds verder oplopen naar gelang het beschikbare onderhoudsbudget afneemt. n figuur 6-1 is te zien dat over de middellange termijn een achterstand ontstaat van ruim 4% bij een jaarlijks budget van 1.250.000,00 en een achterstand van 8% bij eenjaarlijks budget van 1.000.000,00. Bij een budget van 800.000,- per jaar wordt dit zelfs 11%. 12 11 10 9 "C :::s 0 8..s::... () 7 l' 1.1 "C c0 6... /)... () 5 -s: o 4 cu ~ 3 2 1 0 ~'O ~Oj,,\::l,," i's i's ~ ~ Planjaar --budget -budget budget1,25miljoen 1 miljoen 0,8 miljoen budget basisplanning Figuur 6-1 Verloop achterstallig onderhoud l t ;1 ndien het onderhoudsbudget niet toereikend is in vergelijking met het minimaal benodigde budget volgens de CROW-systematiek, wordt een bedrag aan achterstallig onderhoud berekend. Dit bedrag is nodig om het wegennet, dat gedurende de planperiode van vijf jaar onvoldoende onderhouden is als gevolg van budgettekort, weer in een minimaal acceptabele onderhoudstoestand de krijgen. Bij een jaarlijks budget van 1,25 miljoen euro ontstaan na 5 jaar een onderhoudsachterstand van 1,620.000,-. Bij eenjaarlijks budget van 1 miljoen per wordt dit bedrag 3.237.000,- en bij eenjaarlijks budget van 0,8 miljoen euro loopt de achterstand op tot 4.531.000.-. 1 ~l!il l }~.f Grontmij &M-99391060-RV/jj, revisie 01 Pagina 17 van 23

r " ~ [-, r~ r ~ Financiële analyse ndien het achterstallig onderhoud niet wordt weggewerkt zal de uiteindelijke maatregel die moet worden toegepast een zwaardere en dus over het algemeen een duurdere maatregel zijn dan nodig zou zijn geweest bij onderhoud op hetjuiste moment. Bij het toepassen van een budget lager dan het minimale CROW-budget ontstaat er dus kapitaalvernietiging bij asfaltverhardingen. Bij de elementenverhardingen neemt alleen het te onderhouden areaal toe, er is geen zwaardere maatregel nodig. Bij een budget van 1.250.000,00 resulteert dit in een kapitaalvernietiging van circa 2.800.000,00 over vijfjaar. Bij een budget van 1.000.000,00 is dit circa 3.100.000,00 en bij een budget van 800.000,- per jaar zelfs 3.400.000. Het is dus van groot belang dat er wordt uitgegaan van het minimale CROW-budget. 6.3 Langetermijnbudget Naast het budget voor de korte termijn, is ook een budget voor de lange termijn berekend. Deze lange termijn betreft de periode na 2012. Dit bedrag wordt het cyclusbudget genoemd en is gebaseerd op de beheerskostensystematiek van CROW. Hierbij wordt uitgegaan van standaardcycli van onderhoudsmaatregelen. n deze cycli wordt uitgegaan van onderhoud op het juiste moment, waarbij ook rekening is gehouden met structureel onderhoud. Dit in tegenstelling tot het benodigde budget voor de korte termijn, waarbij het minimaal noodzakelijke onderhoud wordt gepland dat gericht is op de bovenzijde van de verhardingsconstructie. Het cyclusbudget wordt niet bepaald op basis van de huidige technische kwaliteit maar op basis van het areaal verhardingen. Voor de gemeente Roerdalen is een berekening van het cyclusbudget uitgevoerd op basis van cyclusbedragen exclusief een rehabilitatie aan het eind van de levensduur. n plaats van een rehabilitatie vindt dan een andere groot onderhoudsmaatregel plaats. n het kader van deze rapportage wordt onder een rehabilitatie verstaan het volledig opnieuwaanbrengen van een aanwezige verhardingsconstructie, zonder aanpassing van het dwarsprofiel. ndien wel een aanpassing plaatsvindt van het dwarsprofiel en/of er wordt een andere verhardingsconstructie aangebracht, dan is er sprake van een reconstructie. n deze rapportage wordt op geen enkele wijze rekening gehouden met reconstructies. Rehabilitaties vinden in de praktijk veelal plaats in combinatie met bijvoorbeeld een rioolreconstructie. De berekening van het cyclusbedrag exclusief rehabilitatie is uitgevoerd omdat in de praktijk blijkt dat lang niet alle wegen in de gemeente iedere 40 à 50 jaar gerehabiliteerd worden. Deze kosten kunnen worden beschouwd als optimale budgetten waarbij onderhoud op de juiste tijd en met de juiste onderhoudsmaatregel uitgevoerd wordt. Er dient dan rekening gehouden te worden met extra investeringen, omdat geen rekening is gehouden met rehabilitaties. Naast het cyclusbedrag zonder rehabilitatie is ook het cyclusbedrag inclusief rehabilitatie aan het eind van de levensduur berekend. Deze cycluskosten en daarmee het cyclusbudget zijn daarom een maximaal scenario, daar een rehabilitatie kostentechnisch zwaar doorweegt in het cyclusbedrag. Deze rehabilitaties zijn normaliter niet uitvoerbaar uit het regulier groot onderhoud en moeten daarom als investering opgenomen worden. Bij de berekening van de cyclusbedragen is ervan uitgegaan dat er geen onderhoudsachterstand bestaat in 2011 (dus geen achterstallig onderhoud). n tabel6-2 staat een overzicht van het langetermijnbudget. Tabel6-2 Overzicht langetermijnbudget [!jaarj Asfalt Elementen Beton Totaal Langetermijnbudget per jaar exclusief rehabilitatie 1.147.300 329.300 Langetermijnbudget per jaar inc/usiefrehabilitatie 1.538.200 434.500 6.900 17.800 1.483.500 1.990.500 Op basis van de cyclusbedragen zou de gemeente Roerdalenjaarlijks tussen de l,s en 2,0 miljoen euro moeten reserveren voor structureel onderhoud. ndien rekening wordt gehouden met rehabilitaties, dient uitgegaan te worden van circa 2 miljoen euro per jaar. ti Grontmij &M-99391060-RV/jj, revisie D1 Pagina 18 van 23

r!! c i ~ ~ f Financiële analyse 6.4 Klein onderhoud Naast de maatregelen voor groot onderhoud dient ieder jaar een budget vrijgemaakt te worden voor klein onderhoud. Klein onderhoud wil zeggen het herstellen van plaatselijke schades, zoals verzakkingen, scheuren en dergelijke. Ongeacht de onderhoudstoestand van het wegennet in een gemeente is het uitvoeren van klein onderhoud altijd noodzakelijk, vaak als gevolg van calamiteiten en onvoorziene omstandigheden. Ervaringscijfers voor Nederland geven aan dat de hoeveelheid klein onderhoud ongeveer 10% tot 15% van het groot onderhoudsbudget op basis van cyclusbedragen bedraagt. Het bedrag voor klein onderhoud is berekend aan de hand van de percentages zoals deze zijn vrijgegeven door het CROW en het berekende cyclusbudget. Het percentage verschilt per verhardingstype en per wegtype. De voor de berekening gehanteerde percentages zijn terug te vinden in publicatie 147 van het CROW. Het budget voor klein onderhoud is zoals gezegd indirect afhankelijk van het areaal aan verhardingen en niet afhankelijk van de technische toestand van de verhardingen. Het programma berekent het budget voor klein onderhoud maar plant geen wegvakonderdelen die in aanmerking komen voor klein onderhoud. Volgens de basisplanning kan bekeken worden welke wegvakonderdelen groot onderhoud nodig hebben en welke maatregel of maatregelgroep van toepassing is. Het klein onderhoud echter wordt niet op wegvakonderdeelniveau berekend maar als een totaal budget. J ~ l _ Het bedrag voor klein onderhoud dat moet worden vrijgemaakt voor alle verhardingen samen bedraagt ongeveer 162.000,- per jaar. Hierbij wordt ervan uitgegaan dat de werkzaamheden, die vallen onder klein onderhoud, geheel worden uitbesteed. De gemeente Roerdalen heeft een eigen buitendienst, die een groot deel van het klein onderhoud voor eigen rekening neemt. n de begroting van 2008 is 40.000,- gereserveerd voor klein onderhoud door de eigen dienst. Dit bedrag betreft alleen de materiaal- en materieelkosten, niet de uren..sgrontmij &M-99391060-RVljj, revisie 01 Pagina 19 van 23

7 Samenvatting en advies _. r-j ill [_j," ~ t _ 7.1 Samenvatting De gemeente Roerdalen beheert ongeveer 238 km wegen met een verhardingsoppervlakte van ruim 1,6 miljoen vierkante meter. 68% hiervan bestaat uit asfalt, 31% uit elementen en 1% uit beton. Het onderhoudsniveau van de elementenverhardingen is redelijk. Dat van de betonverhardingen in de gemeente Roerdalen is goed. Het onderhoudsniveau van de asfaltverhardingen is door het hoge percentage achterstallig onderhoud matig tot slecht. Bij de asfaltverhardingen is het onderhoudsniveau, zelfs na het wegwerken van achterstallig onderhoud, nog steeds matig als gevolg van het hoge percentage verhardingen met een beoordeling "matig" op dit moment. Bij het bepalen van de actuele kwaliteit wordt uitgegaan van de basisplanning op basis van de uitgevoerde globale visuele inspectie, zonder rekening te houden met vooraf gepland onderhoud. Dat betekent dat wegen die binnenkort onderhouden worden, maar nu nog slecht zijn, ook als slecht beoordeeld worden in de kwaliteitsbeoordeling zoals hiervoor beschreven. Het benodigde budget voor regulier groot onderhoud aan de verhardingen bedraagt voor de komende 5 jaar bijna 6.900.000,-. Gemiddeld komt dat neer op bijna 1,4 miljoen euro per jaar. Hierbij dient er rekening mee te worden gehouden dat in het eerste planjaar (2008) duidelijk meer budget nodig is dan in de jaren daarna. De genoemde bedragen zijn de onderkant van verantwoord wegbeheer en betreffen een absoluut minimum van het toe te passen budget voor wegbeheer. Het is aan te raden deze budgetten te toetsen door de uitvoering van een maatregeltoets. Verder dient er jaarlijks 162.000,- voor klein onderhoud gereserveerd te worden. n de berekende budgetten is financieel geen rekening gehouden met een aantal wegvakken dat binnenkort wordt onderhouden in het kader van herstelwerkzaamheden als gevolg van de aanleg van Rijksweg A73, de plannen "Mariaveld" en "Aan 't Klooster". Daarnaast zijn er enkele wegen die een beperkte functie in het buitengebied krijgen en verkeersluw gemaakt worden. Vooruitlopend op het verkeersluw maken van die wegen in het buitengebied wordt het onderhoud aan deze wegen tot een minimum beperkt. Ook hier is bij de bepaling van de budgetten er van uitgegaan dat er al een apart budget beschikbaar is voor het reconstrueren. Deze wegen hebben dus geen effect op het onderhoudsbudget voor de komende jaren. Voor de hiervoor genoemde wegen wordt later in de Raad een apart besluit gevraagd. n tabel7-l en 7-2 is aangegeven wat de benodigde budgetten zijn voor onderhoud op de korte termijn (l -2 jaar), middellange termijn (3-5jaar) en de lange (> 5 jaar) termijn. Tabe/7-1 Overzicht budgetten korte- en middellange termijn [ ].. Planjaar Bitumineus Elementen Beton Totaal 2008 2.303.800 70.300 0 2.374.100 L~ 2009 986.500 7.300 0 993.800 2010 1.201.400 0 0 1.201.400 2011 558.200 70.300 0 628.500 t.1 2012 1.662.300 0 0 1.662.300 Totaal 6.712.200 147.900 0 6.860.100 Gemiddeld per jaar 1.342.400 29.600 0 1.372.000.: Grontmij &M-99391060-RV/jj, revisie 01 Pagina 20 van 23

'~ i'l ~ ril.wi '" f Tabel7-2 Overzicht langetermjnbudget [ /aar] Samenvatting en advies Asfalt Elementen Beton Totaal Langetermijnbudget per jaar exclusiefrehabilitatie 1.147.300 329.300 Langetermijnbudget per jaar inclusiefrehabilitatie 1.538.200 434.500 6.900 17.800 1.483.500 1.990.500 Op basis van de cyclusbedragen zou de gemeente Roerdalen jaarlijks tussen de 1,5 en 2,0 miljoen euro moeten reserveren voor structureel onderhoud. ndien rekening wordt gehouden met rehabilitaties, dient uitgegaan te worden van circa 2 miljoen euro per jaar. Bij de berekening van de langetermijnbudgetten wordt uitgegaan van onderhoud op hetjuiste moment, waarbij ook rekening is gehouden met structureel onderhoud. Dit in tegenstelling tot het benodigde budget voor de korte termijn, waarbij het minimaal noodzakelijke onderhoud wordt gepland dat gericht is op de bovenzijde van de verhardingsconstructie. Het cyclusbudget wordt niet bepaald op basis van de huidige technische kwaliteit maar op basis van het areaal verhardingen. Om de gevolgen van een niet toereikend budget aan te geven, zijn drie budgetvarianten doorgerekend, waarbij de budgetten onder het minimaal noodzakelijke onderhoudsbudget liggen. De eonsequenties worden weergegeven door het percentage (van het verhardingsoppervlak) achterstallig onderhoud, een bedrag aan achterstallig onderhoud dat nodig is ná de planperiode om de wegen weer in voldoende staat te krijgen en een bedrag voor kapitaalvernietiging. n tabel 7-3 is per budgetvariant het percentage achterstallig onderhoud in 2012, het bedrag aan achterstallig onderhoud in 2013 en de kapitaalvernietiging weergegeven. Tabel7-3 Budget [ /jaar] 1.250.000 1.000.000 _ 800.000 Overzicht consequenties budgettenvarianten Achterstallig onderhoud 2012 Achterstallig onderhoud 2013 [%] [ ] 4,4 8,0 11,0 1.620.000 3.237.000 4.531.000 Kapitaalvernietiging asfalt [ ] 2.788.000 3.151.000 3.389.000 ti LdJ ' L İ ill Duidelijk is dat naast het areaal verhardingen met achterstallig onderhoud ook het bedrag aan achterstallig onderhoud en de kapitaalvernietiging oploopt naarmate hetjaarlijkse onderhoudsbudget lager is. Ook is in tabel 7-3 zichtbaar dat het verschil in achterstallig onderhoud groter is dan het verschil tussen de budgetten over 5jaar: indien in plaats van 1,25 miljoen maar 1 miljoen per jaar geïnvesteerd wordt, wordt over 5jaar 1,25 miljoen euro "bespaard", maar het achterstallig onderhoud loopt op met ruim 1,6 miljoen euro. Een verschil tussen een budget van 1 miljoen en 0,8 miljoen euro levert over 5jaar weliswaar 1 miljoen euro besparing op, maar het achterstallig onderhoud loopt op met ruim 1,2 miljoen euro. 7.2 Advies 7.2.1 Financieel/technisch Wanneer de gemiddeld benodigde budgetten over 5jaar beschouwd worden, blijkt dat er jaarlijks een onderhoudsbedrag nodig is van bijna 1,4 miljoen euro. ndien minder budget besteed zou worden, betekent dit een oplopende hoeveelheid achterstallig onderhoud, vooral bij de asfaltverhardingen. De resultaten van de berekeningen van de basisplanning duiden erop dat vooral in het eerste planjaar (2008) veel meer onderhoudsbudget nodig is dan in de periode daarna. Er is een inhaalslag nodig bij voornamelijk de asfaltverhardingen. Deze verhardingen zijn daarnaast ook nog "gevoelig" voor kapitaalvernietiging. Hiervan is sprake wanneer door uitstel van het juiste mo-.f Grontmij &M-99391060-RV/jj, revisie Di Pagina 21 van 23

, ~ [-- [ ~ 1""1 ment van onderhoud de onderhoudskosten stijgen doordat er doorgaans een zwaardere en dus duurdere maatregel nodig is. Als gevolg van bijvoorbeeld rioolreconstructies wordt de onderhoudstoestand van wegen, die voorafgaande aan de reconstructie mogelijk schade hadden, na de reconstructie weer goed. Dergelijk onderhoud heeft dus een positieve invloed op de kwaliteit van de wegen en de daarmee samenhangende onderhoudskosten. Geadviseerd wordt om dergelijke reconstructies zodanig te plannen dat vooral slechte wegen aangepakt worden. Dat wil zeggen dat geplande reconstructies afgestemd moeten worden op de kwaliteit van de bestaande wegen. Verder wordt geadviseerd om elk jaar of minstens één maal per twee jaar een globale visuele inspectie op de verhardingen uit te voeren. Hierdoor is er steeds een actueel beeld van de onderhoudstoestand en kan sneller ingesprongen worden op onvoorziene omstandigheden. Dergelijke omstandigheden zijn bijvoorbeeld een snellere schadeontwikkeling dan verwacht. Dit kan veroorzaakt worden door een strenge winter of langdurig natte perioden. 7.2.2 Wegenfonds Een groot deel van de kosten voor het wegbeheer, voornamelijk die voor het onderhoud van de verhardingen, wordt gemaakt op basis van de actuele of te verwachten onderhoudstoestand van de verharding. Deze onderhoudstoestand is van vele factoren afhankelijk zoals de ouderdom, de verkeersbelasting, de ondergrond, het in het verleden uitgevoerde onderhoud, enzovoorts. Deze kenmerken zijn voor iedere weg verschillend. Het is daarom voordehandliggend dat het budget, dat noodzakelijk is om dit onderhoud uit te voeren, niet iederjaar van dezelfde orde van grootte behoeft te zijn. Dit geldt overigens ook voor het onderhoud van de bruggen Samenvatting en advies [. ' l!, ~ l. ~ Om vereffening van de fluctuatie in de financiële behoeften te krijgen en om een bijdrage te leveren aan een evenwichtige gemeentebegroting wordt geadviseerd om te komen tot de oprichting van een wegenfonds. Het grote voordeel van zo' n fonds is dat de benodigde gelden voor langere termijn gereserveerd kunnen worden en dat pieken in de financiële behoeften, bijvoorbeeld als gevolg van enkele grootschalige projecten, eenvoudig opgevangen kunnen worden. Ook voor het reserveren van gelden voor onderhoudswerkzaamheden die in een latere fase in nieuwe uitbreidingsgebieden moeten plaatsvinden, speelt het wegenfonds een belangrijke rol. Vanaf de aanleg daarvan kan al een reservering voor dit onderhoud plaatsvinden via hetwegenfonds. Dit betekent dat, als gevolg van uitbreiding van het wegennet, het fonds verhoogd moet worden met een bedrag voor de instandhouding en reconstructie van de betreffende uitbreiding. Tenslotte kan de instelling van zo'n fonds kostenbesparend werken omdat groot onderhoud aan asfaltverhardingen niet meer behoeft te worden uitgesteld, wat op dit moment het geval kan zijn omdat er in een bepaald jaar daarvoor onvoldoende middelen beschikbaar zijn of omdat er beperkingen aan de omvang van kapitaalinvesteringen worden opgelegd. De inkomsten van het wegenfonds kunnen bestaan uit: de huidige begrotingsbedragen voor het onderhoud van de verhardingen (en eventueel de bruggen). Aan de hand van de resultaten uit dit beheerplan kan worden besloten tot bijstelling, voor een periode van vijf jaar, van de jaarlijkse voeding van het fonds uit de algemene middelen; de extra uitkering uit het gemeentefonds in het kader van de Wet herziening wegenbeheer; de bijdragen van de nutsbedrijven aan het herstel van de verhardingen, voor zover dit door de gemeente zelf wordt uitgevoerd. De omvang van de te verwachten jaarlijkse stortingen in het fonds zijn in het onderhavige beheerrapport aangegeven. ai Grontmij &M-99391060-RV/jj, revisie 01 Pagina 22 van 23

Samenvatting en advies De uitgaven die uit het wegenfonds worden gedaan, betreffen: het onderhoud van de verhardingen; eventueel het onderhoud van kunstwerken. Deze uitgaven kunnen iederjaar anders zijn, afhankelijk van de onderhoudstoestand. Het ligt dan voor de hand om deze kosten te financieren uit het wegenfonds (egalisatiefonds). Er is een aantal argumenten te geven die ervoor pleiten om daarnaast ook de kapitaallasten van investeringen in het onderhoud uit dit fonds te financieren. De kapitaallasten betreffen veelal groot onderhoud (reconstructies en herinrichtingen) van verhardingen. De omvang van deze maatregelen is afhankelijk van de mate waarin (normaal) onderhoud wordt uitgevoerd. ndien, als gevolg van beperkte budgetten het normaalonderhoud moet worden uitgesteld, zal een reconstructie eerder aan de orde zijn. Andersom geldt dit ook. ndien kapitaalsinvesteringen beperkt worden en dus reconstructies worden uitgesteld, dan zal het normale onderhoud toenemen ten einde de weg berijdbaar te houden. Uit bovenstaande volgt dat normaalonderhoud en reconstructies als het ware communicerende vaten zijn. Dit pleit ervoor om ook de kapitaallasten te financieren uit het wegenfonds. Echter uit financieel en politiek oogpunt kleven hieraan enige bezwaren. Er wordt als het ware een tweede kapitaaldienst gevormd, dit is verwarrend. Bovendien zou het de politieke keuzevrijheid ten aanzien van het doen van investeringen voor een deel inperken. ndien de kapitaallasten niet uit het wegenfonds worden gefinancierd, dient wel het uitgangspunt te worden gehanteerd dat vrijvallende kapitaallasten van investeringen in het onderhoud wegen weer voor deze doeleinden worden aangewend. l _! :_j.j.: Grontm!j &M-99391060-RV/jj, revisie 01 Pagina 23 van 23