Wij zien je graag bij de Oploop Sociale Innovatie voor Veiligheid en het Veiligheidsatelier 2016 Wij zien je graag op 21 september a.s. omdat: wij jouw kennis en ervaring nodig hebben we met je willen delen wat we weten we graag naar je willen luisteren we kennis en kunde van verschillende achtergronden willen delen we de maatschappij veiliger willen maken we weten dat jouw kennis kan bijdrage aan het oplossen van veiligheidsvraagstukken Wij hebben een aantrekkelijk programma voor je gemaakt waar je kunt halen en brengen en waar jouw organiserend vermogen wordt gewaardeerd. Programma Het programma bestaat uit drie onderdelen n.l. 1. Een morgenprogramma voor het samen uitwerking van het speerpunt sociale innovatie van de Nationale Innovatie Agenda Veiligheid; 2. Een middagprogramma waar we het Veiligheidsatelier 2016 opstarten en waar je belangrijke veiligheidsvraagstukken mee kunt helpen oplossen; 3. De Hele dag is er een expositie / markt van sociale innovatie projecten. Tijd Programma Markt Nationale Innovatie Agenda Veiligheid speerpunt 4 Expositie van 9:00 Inloop met koffie/thee applicaties en 9:30 Opening door Leon Verver (directeur DITSS) projecten met 9:45 Waar staan we met Social Innovatie in veiligheid Dr. Irna van der Molen (Universiteit Twente) social innovation 10:15 3 workshops Social Innovation voor veiligheid eigenschappen 1. Micro niveau (wijk /gebied) - Lucien Stöpler (JIPN) 2. Meso niveau (stad/regio) Martrijn Neef (TNO) 3. Macro niveau (inter- en nationaal) Ben Kokkeler (Avans) 11:45 Rap up 12:00 Pauze / lunch Veiligheidsatelier 2016 13:00 Opening door Leon Verver (directeur DITSS) 13:20 Verhaal van winnaar Veiligheidsatelier 2014 Rob Stad (IC3Dmedia) 13:40 Uitleg Veiligheidsatelier werking en vraagstukken zie www.veiligheidsatelier.nl Jan Otten (DITSS)
14:00 3 workshops Vraagarticulatie per veiligheidsvraagstuk 16:00 Uitwisseling essentiële zaken mbt vraagarticulatie 16:30 Napraten en borrelen De oploop vindt plaats op woensdag 21 september tijdens de European Social innovation Week (www.esiw.nl) naast het station Tilburg, waar voorheen de werkplaats was van de NS. In deze industriële omgeving hebben we een inspirerende locatie gevonden. Kom op 21 september 2016 naar de oploop Sociale Innovatie in gebouw 88 Burgemeester Brocxlaan te Tilburg. Inloop vanaf 9:00 uur. Aanmelden kun je op deze website: http://www.esiw.nl/event/sociale-innovatie-in-veiligheid/ Je kunt je aanmelden als deelnemer voor de hele dag of voor een dagdeel, je kunt ook een project presenteren in de exposite ruimte. De Oploop Sociale innovatie voor Veiligheid wordt georganiseerd door drie Nederlandse innovatiehuizen in Veiligheid: het Dutch Institute for Technology Safety & Security, the Hague Security Delta en Twente Safety & Security. Je bent van harte welkom!
Morgenprogramma Speerpunt 4 van de Nationale Innovatie Agenda Veiligheid De Nationale Innovatie Agenda Veiligheid bestaat uit 16 speerpunten en daarvan is speerpunt 4 wel een bijzondere omdat de meeste speerpunten vooral gaan over het toepassen van technologie als oplossing voor veiligheidsvraagstukken. Maar uit ervaring blijkt dat veiligheidsvraagstukken alleen opgelost kunnen worden door een combinatie van sociale en technologische innovatie. De werkgroep die zich bezig houdt met speerpunt 4, onderschrijft de volgende visie: Een veilige maatschappij kan alleen gecreëerd en gezekerd worden met behulp van sociale innovatie. Daartoe heeft de werkgroep zich ten doel gesteld: sociale innovatie ten behoeve van veiligheid op de politieke en wetenschappelijke agenda te krijgen en te houden. Hiervoor zijn een aantal acties gepland waaronder het schrijven van een boek die een beeld geeft van diverse sociale innovaties in veiligheid in Nederland. Dit boek zal bestaan uit drie bundels waarin voorbeelden van sociale innovaties op drie niveaus worden benoemd en onderzocht. 1. Mini - Wijk of klein gebied 2. Meso Stad of regio 3. Macro Nationaal of internationaal Deze conferentie is ook een actie van de werkgroep. We nodigen eenieder uit om binnen de mini, meso en macro niveaus mee te denken aan: Het vinden van andere manieren van samenwerken met stakeholders in veiligheid; Het bevorderen van samenwerking tussen professionals en niet-professionals; De rol van de technologie; De rol van taal, communicatie en cultuur bij verschillende nationaliteiten. Middagprogramma Veiligheidsatelier 2016 Aan de aanwezigen worden drie veiligheidsvraagstukken voorgelegd waarvoor geld gereserveerd is voor fieldlab rondom een innovatieve oplossing. Eenieder wordt uitgenodigd met voorstellen te komen die de vraag geheel of gedeeltelijk oplossen. Dit gaat geheel volgens de methodiek van het Veiligheidsatelier, zie www.veiligheidsatelier.nl
Vraagstukken voor 2016 1. NL-Alert is het alarmmiddel van de overheid voor op de mobiele telefoon. Bij een (dreigende) calamiteit, ramp of crisis kan de bevolking heel gericht in een bepaald gebied worden bereikt. De overheid kan met NL-Alert niet alleen aangeven wat er aan de hand is, maar ook een op maat gesneden advies verstrekken hoe te handelen. Alle vier de Nederlandse telecomoperators zenden NL-Alert uit over hun 2G, 3G en 4G netwerken. Daarnaast zijn inmiddels alle toestellen die in Nederland op de markt komen automatisch ingesteld op de ontvangst van NL-Alert (kan uiteraard door de eigenaar worden uitgeschakeld). De achterliggende techniek om het bericht te verspreiden is cellbroadcasting en de meeste toestellen reageren op dit bericht conform internationale telecomstandaarden (dat wil o.a. zeggen dat er een sirenetoon uit het toestel komt). Momenteel bereikt NL-Alert ongeveer 55% van de bevolking van 12 jaar en ouder. Dit bereik groeit de komende jaren verder door. De burgemeester of voorzitter van een veiligheidsregio is verantwoordelijk voor het waarschuwen en informeren van de bevolking. De minister van Veiligheid en Justitie stelt voor die wettelijke taak twee landelijke systemen ter beschikking: NL-Alert en het sirenestelsel. De Minister heeft besloten om binnen enkele jaren met het sirenestelsel te stoppen, met als reden dat het middel bij slechts een beperkt aantal incidenten kan worden ingezet, in de praktijk daardoor bijna niet wordt geactiveerd en dat daarmee kosten en baten niet in balans zijn (NL-Alert wordt gemiddeld drie keer per maand ingezet, de sirenes maximaal twee keer per jaar). Bovenal zijn communicatiepatronen en -wensen onder de bevolking het afgelopen decennium drastisch gewijzigd. Om daar bij aan te sluiten is de visie van minister dat NL-Alert de landelijke manier wordt om de bevolking te alarmeren, met een tekst- en/of spraaken/of videobericht op allerlei (mobiele) apparatuur zowel in privaat bezit als aanwezig in de publieke ruimte. Om tot daadwerkelijke uitfasering van het sirenestelsel te komen, zijn er door de
Tweede Kamer en de veiligheidsregio's verenigd in het Veiligheidsberaad aandachtspunten geformuleerd. Samengevat zijn er vier hoofdpunten die door de minister in de doorontwikkeling van NL-Alert geadresseerd zullen, waarvan een is het bereik in de nachtelijke uren. Niet iedereen is via zijn/haar mobiele telefoon bereikbaar in de nacht (grofweg is momenteel 50% van de bevolking via de mobiele telefoon te bereiken tijdens de nachtelijke uren). Technische oplossingsmogelijkheden lijken voor de hand te liggen, maar andere invalshoeken zijn meer dan welkom (sociale innovaties). Vraag: Op welke manier kan NL-Alert in de nachtelijke uren tot burgers komen? 2. Het opsporen van hennepplantages gaat op vele manieren, o.a. via tips uit de buurt, geur, energieverbruik van de lampen. Hoewel er veel hennepplantages worden opgerold, weten we dat er nog veel actief en werkend zijn. De opdrachtgevers zijn op zoek naar meer methodieken om hennepplantages op te sporen. Het liefst een methodiek die op pandniveau precies duidt dat er een plantage is. Zij zijn op zoek naar meer eenvoudige en toch meer effectieve oplossingen. Vraag: Hoe kunnen we hennepplantages effectiever detecteren en preciezer lokaliseren? 3. In de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) moeten gemeenten er voor zorgen dat mensen zo lang mogelijk thuis kunnen blijven wonen. Gemeenten zijn verantwoordelijk voor de ondersteuning van mensen die niet op eigen kracht zelfredzaam zijn. Het gaat bijvoorbeeld om: begeleiding en dagbesteding; ondersteuning om de mantelzorger tijdelijk te ontlasten; een plaats in een beschermde woonomgeving voor mensen met een psychische stoornis; opvang in geval van huiselijk geweld. De gemeente kan onder voorwaarden een persoonsgebonden budget (pgb) verstrekken. Met een pgb kan de cliënt de ondersteuning zelf kiezen en inhuren. Het geld komt niet op de eigen rekening. De Sociale Verzekeringsbank (SVB) zorgt voor de betaling. Helaas wordt er misbruik gemaakt van deze regeling in ons zorgstelsel. Binnen de Wmo draait het vooral om fraude door zorgaanbieders en niet zozeer door cliënten. Dit kan zowel gelden voor pgb als zorg in natura. Hierbij ligt het grootste risico bij de minder mondige burgers. Zij hebben veelal niet de capaciteit om zich te verweren, weten niet wat er precies geïndiceerd is en waar ze dus "recht op hebben". Met de komst van begeleiding naar gemeenten is deze groep aanzienlijk groter geworden. De volgende onjuistheden zijn in het kader van dit onderzoek genoemd: Zorgaanbieders declareren meer uren dan geleverd(fout of fraude); Zorgaanbieder bieden onnodige zorg aan (ongepast gebruik); Zorgaanbieders werken weinig resultaatgericht (ongepast gebruik); Zorgaanbieders declareren zorg die feitelijk niet is geleverd, door bijvoorbeeld "een praatje met de cliënt" te declareren als begeleiding (fout of fraude). De grootste risico's voor onregelmatigheden lijken te liggen bij Wmo begeleiding en beschermd wonen en minder bij Huishoudelijke ondersteuning en hulpmiddelen. Dit komt doordat deze vormen van zorg relatief nieuw en complex zijn, maar ook omdat de resultaten minder tastbaar zijn dan bijvoorbeeld "het leveren van
woonvoorzieningen". Meer informatie over dit thema kunt u vinden in het onderzoek van de Erasmus universiteit: Naar rechtmatige zorg in het gemeentelijke sociale domein Vraag: 1 Hoe en met welke effectieve manieren kunnen we de fraude van de zorgaanbieders aanpakken? Hele dag Expositie / Markt De aan de innovatieclusters (HSD, TS&S en DITSS) verbonden organisaties worden uitgenodigd projecten of producten te tonen die voorbeelden of uitwerkingen zijn van sociale innovatie voor verbetering van de veiligheid. Huidige toegezegde stands: Project Trillion (DITSS) Waak Samen (VCS) Stratumseind 2.0 (DITSS) Project Veiligheid op maat (Altijd Thuis, NIGW, Welzijnszorg) Organisatoren Het nationale innovatiecluster DITSS (Dutch Insitute for Technology, Safety & Security) HSD (The Hague Security Delta) TS&S (Twente Safety & Security) De vraagstellers voor het Veiligheidsatelier Brabant 2016 NCTV Gemeente Breda Gemeente Tilburg