> Retouradres Postbus 30032 9700 RM Groningen West 6 B.V. T.a.v. K. Groot Postbus 6 1780 AA Den Helder Cascadeplein 6 Groningen Postbus 30032 9700 RM Groningen www.minlnv.nl Bijlagen 3 Betreft Vergunning Natuurbeschermingswet 1998; MZI Waddenzee Geachte heer Groot, Bij brief van 23 oktober 2009 verzoekt u mij om vergunningverlening op grond van de Natuurbeschermingswet 1998 (hierna: Nb-wet 1998) voor het invangen van mosselen met een mosselzaadinvanginstallatie (hierna: MZI) in het Natura 2000-gebied Waddenzee. Procedureel Uw aanvraag is op 2 november 2009 door mij ontvangen. Bij brief van 23 november 2009 (kenmerk: Z/2009-3626) heb ik de ontvangst van uw aanvraag bevestigd. In deze brief heb ik aangegeven de beoordelingstermijn te verlengen en daarnaast de behandeling op te schorten vanwege ontbekende informatie. Op 15 januari 2010 is de aanvraag aangevuld met de ontbrekende gegevens. Conform artikel 41, lid 1, van de Nb-wet 1998 heeft u binnen uw aanvraag uw belang bij het verlenen van de vergunning gemotiveerd. Bevoegdheid tot vergunningverlening Op 30 november 2005 is het Besluit vergunningen Nb-wet 1998 (hierna: het Besluit) (Staatsblad 2005, nr. 594) in werking getreden. De in dit Besluit specifiek opgesomde activiteiten worden aangemerkt als handelingen als bedoeld in artikel 16, lid 6, van de Nb-wet 1998 en projecten of andere handelingen of categorieën van gebieden als bedoeld in artikel 19d, lid 4, van de Nb-wet 1998. Voor deze specifieke activiteiten geldt de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (hierna: LNV) als, in deze, bevoegd gezag. Pagina 1 van 6
De activiteit valt onder artikel 2, sub l, van dit Besluit: uitoefening van niet-handmatige schaal- en schelpdiervisserij, het invangen van mosselzaad, schelpdiercultures en het uitzetten van mosselen daaronder begrepen. Hiermee is de minister van LNV bevoegd om te besluiten op uw aanvraag. Gelet op het mandaatbesluit van 8 mei 2006 (kenmerk nr. TRCJZ/2006/775) zijn de regiodirecteur en de MT-leden van de Directie Regionale Zaken Noord van het ministerie van LNV onder meer gemachtigd om namens mij te beslissen en stukken te ondertekenen betreffende een besluit als bedoeld in artikel 16,eerste lid en artikel 19 d, eerste lid, van de Nb-wet 1998. Besluit Ik ben van mening dat met de betreffende passende beoordeling als bedoeld in artikel 19f, van de Nb-wet 1998, de zekerheid is verkregen dat de aangevraagde activiteit, gelet op de relevante instandhoudingsdoelstellingen, (m.u.v. de doelstellingen zoals bedoeld in artikel 10a, lid 3, van de Nb-wet 1998), de natuurlijke kenmerken van het Natura 2000-gebied Waddenzee niet aangetast worden. Tevens is met de inhoud van de betreffende passende beoordeling en het rapport Landschappelijke inpassing van MZI s de zekerheid verkregen dat de aangevraagde activiteit de wezenlijke kenmerken van het voormalig natuurmonument niet zal aantasten. Deze conclusies gelden nadrukkelijk vanuit de door mij specifiek hiertoe geformuleerde vergunningvoorschriften. Derhalve verleen ik u de gevraagde vergunning. Voor een weergave van de inhoud van de aanvraag, de relevante wet- en regelgeving alsmede het toepasselijk beleid verwijs ik naar bijlage 1 van dit besluit. In dezelfde bijlage treft u voorts mijn inhoudelijke overwegingen, een weergave van de diverse zienswijzen en adviezen alsmede mijn eventuele reactie hierop, aan. Bijlage 2 bevat de door u aangeleverde passende beoordeling en bijlage 3 het rapport Landschappelijke inpassing van MZI s. Voorgenoemde bijlagen maken integraal onderdeel uit van onderhavig besluit. Voorschriften en beperkingen Ter bescherming van de in het Natura 2000-gebied Waddenzee aanwezige natuurlijke kenmerken en (kwalificerende) waarden verbind ik aan deze vergunning de volgende voorschriften en beperkingen. Pagina 2 van 6
1. Als vergunninghouder wordt aangemerkt West 6 B.V. te Den Helder. 2. De vergunning kan uitsluitend gebruikt worden door de vergunninghouder of in opdracht van de vergunninghouder handelende personen. De vergunninghouder blijft verantwoordelijk voor een goede uitvoering van deze vergunning. 3. De in het voorgaande voorschrift genoemde personen dienen bij de werkzaamheden een kopie van de beschikking bij zich te dragen en op eerste verzoek te tonen aan de daartoe bevoegde ambtenaren. 4. De MZI s mogen maximaal 18,8 hectare beslaan en moeten zich bevinden binnen de volgende coördinaten: NB OL 52.58.8902 004.51.3952 52.59.1000 004.51.9960 52.58.9920 004.52.1101 52.58.7766 004.51.5068 5. De MZI-constructies en de diverse werkzaamheden dienen qua omvang en opzet geplaatst respectievelijk uitgevoerd te worden conform de aanvraag en conform de (als bijlage bij dit besluit gevoegde) passende beoordeling en het rapport landschappelijke inpassing van MZI s (voor zover niet strijdig met onderhavige vergunning). 6. De MZI s dienen deugdelijk van constructie te zijn: zij mogen niet los kunnen slaan van de bodem. Ook het invangmateriaal dient zo goed mogelijk bevestigd te worden. Losgelaten materiaal (zwerfvuil) moet traceerbaar zijn, dus gemerkt met visserijregistratietekens. 7. Controle-, oogst- en onderhoudswerkzaamheden vallen binnen de werking van onderhavige vergunning. 8. Het moment van plaatsing en verwijdering van een individuele MZI dient minimaal 1 werkdag van tevoren per fax gemeld te worden aan de regiodirecteur Noord of diens rechtsopvolger (hierna: de regiodirecteur Noord) t.a.v. het Nb-wetteam Noord. 9. Verstoring van de in het gebied aanwezige fauna dient tot een minimum te worden beperkt: groepen vogels mogen niet dichter dan tot een afstand van 500 m. benaderd worden en zeehonden mogen niet dichter dan tot een afstand van 1500 m. benaderd worden. 10. De MZI s dienen jaarlijks vóór 1 november (het stormseizoen) verwijderd te worden. 11. De delen van de MZI die geheel of gedeeltelijk boven water staan en welke niet op basis van de Wet beheer rijkswaterstaatwerken of de Waterwet vanuit de met beide wetten gemoeide belangen in een specifieke kleurstelling uitgevoerd dienen te worden, dienen in een grijze kleurstelling uitgevoerd te worden (kleurcode Navy Grey; RAL 7035 of RAL 7045). 12. Geluidsapparatuur anders dan ten behoeve van communicatiedoeleinden is niet toegestaan. Pagina 3 van 6
13. Het is niet toegestaan afval of onderzoeksmaterialen in het gebied achter te laten. Restafval (bijv. losgesneden touw) dient te worden opgevangen en niet in het water terecht te komen. 14. Tijdens elk controlebezoek door of vanwege de vergunninghouder, dienen de MZI s te worden gecontroleerd op vogel- en/of zeehondenslachtoffers. Ingeval van aantreffen van slachtoffers door of vanwege de vergunninghouder dient de vergunninghouder hiervan onverwijld melding te doen aan het m.s. Phoca (tel.nr.: 06-22229677). 15. Alle MZI gerelateerde werkzaamheden dienen bij daglicht plaats te vinden. 16. De vergunninghouder dient conform het daartoe vanuit LNV (Directie Agroketens en Visserij) verstrekte formulier ieder jaar opgave te doen van enkele relevante gegevens betreffende het gebruik van de MZI s, oogstgegevens en aantallen oogsten, zeehonden- en vogelslachtoffers. Deze gegevens dienen ieder jaar verzonden te worden naar de Directie Agroketens en Visserij. 17. De vergunninghouder is medeverantwoordelijk voor de uitvoering van, medewerking in het veld aan het onderzoek dat in opdracht van de Staat met betrekking tot MZI s wordt verricht. Tevens verleent de vergunninghouder volledige medewerking aan de seizoensbrede monitoring in 2010 en 2011, in verband met de plaatsing, het in gebruik hebben en oogsten van de vergunde MZI s. 18. Indien vergunninghouder voornemens is activiteiten c.q. werkzaamheden in afwijking van deze vergunning te laten plaatsvinden, dan dient dit terstond schriftelijk te worden gemeld aan de regiodirecteur Noord (t.a.v. het Nb-wetteam Noord). 19. Aan deze vergunning en het geheel of gedeeltelijk renderen van de MZI s kunnen geen rechten voor de toekomst worden ontleend met betrekking tot het op deze wijze in of nabij het Natura 2000-gebied Waddenzee invangen en oogsten van mosselzaad en mosselen de komende twee jaar. Dit mede vanwege het feit, dat mede naar aanleiding van de passende beoordeling, monitoring en evaluatie van de in 2010 en 2011 operationele MZI s zal plaatsvinden. 20. De vergunninghouder is redelijkerwijs verplicht alle door of namens de regiodirecteur te geven aanwijzingen onverwijld op te volgen. 21. Van opgetreden incidenten, waaronder verstaan worden alle gebeurtenissen waarbij onbedoeld schadelijke stoffen vrijkomen, dan wel waardoor anderszins schade aan het betrokken beschermde gebied kan worden toegebracht, dient onverwijld melding te worden gedaan aan de regiodirecteur Noord (t.a.v. het Nb-wetteam Noord), onder overlegging van alle relevante gegevens. 22. Onverlet artikel 43, lid 2, van de Nb-wet 1998 kunnen de voorschriften verbonden aan dit besluit worden gewijzigd indien naar het oordeel van het bevoegd gezag uit eigen waarneming of anderszins blijkt dat de plaatsing, verwijdering, controle-, onderhouds- en eventuele oogstactiviteiten meetbare nadelige Pagina 4 van 6
gevolgen voor het betrokken beschermde gebied hebben, anders dan die welke bij het nemen van dit besluit op basis van de op dat moment beschikbare informatie verwacht werden en deze effecten door het wijzigen van de voorschriften kunnen worden voorkomen of gemitigeerd. 23. Onverlet artikel 43, lid 2, van de Nb-wet 1998 geldt dat, indien met betrekking tot de toepasselijke wetgeving op enig moment mocht blijken dat de plaatsings-, (tijdelijke) verwijderings-, controle-, onderhouds- en eventuele oogstactiviteiten zodanige schade aan de kenmerken en waarden van het betrokken beschermde gebied dreigen toe te brengen dat hieraan door het geven van aanwijzingen of het stellen van aanvullende voorschriften redelijkerwijs niet kan worden tegemoet gekomen, dan zal de vergunning door of namens de regiodirecteur noord worden ingetrokken. 24. Alvorens tot wijziging van vergunningvoorschriften dan wel intrekking van de vergunning over te gaan, wordt de vergunninghouder in de gelegenheid gesteld een zienswijze naar voren te brengen. 25. Deze vergunning is geldig van 1 april 2010 tot en met 31 oktober 2010 en van 1 april 2011 tot en met 31 oktober 2011. Het niet naleven van deze voorschriften en beperkingen kan, naast eventuele strafvervolging, intrekking van de vergunning tot gevolg hebben. Bezwaar Tegen dit besluit staat op grond van het bepaalde in de Algemene wet bestuursrecht voor een belanghebbende de mogelijkheid open een bezwaarschrift in te dienen. Een dergelijk bezwaarschrift dient binnen zes weken na dagtekening van deze beschikking te worden ingediend bij: De minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit Dienst Regelingen Afdeling Recht & Rechtsbescherming Postbus 20401 2500 EK s Gravenhage Het bezwaar dient te zijn ondertekend en moet tenminste de volgende elementen bevatten: a) de naam en het adres van de indiener; b) de dagtekening; c) een omschrijving van het besluit waartegen het bezwaar gericht is, en d) de gronden van bezwaar. Het is raadzaam een kopie van dit besluit bij het bezwaarschrift te voegen. Pagina 5 van 6
Kennisgeving Conform artikel 42, lid 3, van de Nb-wet 1998, zijn afschriften van deze vergunning verzonden aan: LNV directie Visserij (t.a.v. de afdeling Visserijregelingen), de provincie Noord-Holland, de gemeente Den Helder, RWS Waterdistrict Waddenzee, Waddenvereniging, Stichting WAD, Vogelbescherming Nederland, Faunabescherming, Vereniging voor Vaste Vistuigvissers, Natuurmonumenten Noord-Holland en Utrecht, de K.L.P.D. te Harlingen en de A.I.D. te Zwolle en De Meern. Op grond van artikel 42, lid 3, van de Nb-wet 1998 en artikel 8 van de Wet openbaarheid van bestuur zal het ministerie van LNV onderhavig besluit openbaar maken. De besluiten op grond van de Nb-wet 1998, waaronder onderhavige, zullen, onder anonimisering van de persoonsgegevens, geplaatst worden op www.minlnv.nl. DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN VOEDSELKWALITEIT, voor deze; DE REGIODIRECTEUR NOORD, Ir. H.R. Oosterveld Bijlage 1: Bijlage 2: Bijlage 3: Inhoudelijke overwegingen Passende beoordeling Rapport Landschappelijk inpassing van MZI s Pagina 6 van 6