BIJLAGE 3 CONSULTATIE DUURZAAMHEIDEISEN BIOMASSA

Vergelijkbare documenten
EINDRAPPORT BELEIDSINPASSING VAN DUURZAAMHEIDSCRITERIA VOOR BIOMASSA VOOR BIOBRANDSTOFFEN & ELEKTRICITEITSOPWEKKING

Duurzaam Inkopen. Ric Hettinga. Programmadirectie Duurzaam Inkopen. Ministerie van VROM

Green Deal Groencertificaten

Bij de voorbereiding van dit advies werd de CDB bijgestaan door: Willem Wiskerke.

BioMCN: Advanced Sustainable Biofuels BIObased Industry april 2015 Jeroen Koot -CEO

MVO Internationaal Wim Oosterhuis

BIJLAGE 1 BELEIDSOPTIES VOOR IMPLEMENTATIE DUURZAAMHEIDSEISEN BIOMASSA

Manifest Task Force Duurzame Palmolie

Rapportage duurzaamheid biobrandstoffen Rapportageperiode 1 januari t/m mei 2010

Perspectives and Key Arguments in the Food - Fuel Debate BIOFUELS

AO milieuregels windturbines d.d. 14 december 2010

Land in zicht! Advies naar aanleiding van het EU wetsvoorstel indirecte veranderingen in landgebruik (COM 2012, 595)

Classificatie en duurzame productie van biomassa voor energietoepassing

Duurzame internationale handelsketens

Essent & Duurzame Energie. Bert Blommendaal Directeur Essent Corporate Strategie

Monsters aan de pomp

Datum 4 februari 2016 Betreft Beantwoording vragen van de leden Van Laar en Vos over de bosbranden in Indonesië en het streven naar duurzame palmolie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

1 Kunt u zich de antwoorden herinneren van eerdere vragen over de import van groen gas? 1

Spelregels BioRaffinage

1. Hoe is de productie voor bio-energiedoeleinden sinds 2013 jaarlijks geëvolueerd?

Strategische visie Biomassa drs. Marten Hamelink Directie Topsectoren & Industriebeleid

CO 2 afvang, wat zijn de mogelijkheden bij Nederlandse kolencentrales?

Beleid voor biomassa. -Lopend beleid -Discussies -Trends

Integraal Afwegingskader

Essent en duurzame energieproductie in Nederland

Leerpunten en aandachtspunten bij de ontwikkeling van een ECP Luc Pelkmans, VITO

ALGEMEEN. Cascademodel: Bio-energie vs Bio-materialen. Mondiale ontwikkelingen

CO 2 Communicatieplan A&M Recycling

Concept Klimaatakkoord: De stand van zaken

Samenvatting. economy.

De voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG

Besluit Hernieuwbare Energie vervoer

Beton Bewust Keurmerk Beton What s in it for me?

Op de voordracht van de Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu van, IenM/BSK-2014/, Hoofddirectie Bestuurlijke en Juridische Zaken;

Draagvlak bij burgers voor duurzaamheid. Corjan Brink, Theo Aalbers, Kees Vringer

Biomassa / Import / Duurzaamheid / Maatschappelijke factoren / Enquête

COMMUNICATIEPLAN (PUBLIEKE VERSIE) Communicatie plan CO₂ Prestatieladder (niveau 3)

RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES

Nederland duurzaam aan kop

ONTWERPADVIES. NL In verscheidenheid verenigd NL 2012/0288(COD) van de Commissie vervoer en toerisme

STUDIEDAG ALTERNATIEVE EIWITBRONNEN

Nut en noodzaak van gecertificeerde duurzame viskweek

Hét groene energieplan voor Nederland

Partnerships. iets over mijn ervaringen toegelicht aan de Roundtable on Sustainable Palm Oil. Reinier de Man. den Haag, 20 januari 2005 Partnerships 1

Beleggen in de toekomst. de kansen van beleggen in klimaat en milieu

Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen (inkopen) bij V&W

Verbruik van hernieuwbare energie voor vervoer,

Consument. duurzaamheid. Succes. Visie. Gedrag. Belangen. Invloed

Aard, herkomst en duurzaamheidsaspecten van biobrandstoffen bestemd voor vervoer Rapportage 2011

Op weg naar een duurzame sojateelt

AGENDA VERDUURZAMING VOEDSEL

Maatschappelijke verantwoord ondernemen door het Midden en KleinBedrijf. Theo Aalbers en Kees Vringer

Stakeholders en materiële onderwerpen voor duurzaamheidsverslag 2016

Biobrandstof, hoe nu verder? Verslag bijeenkomst biobrandstoffen

Voortgangsrapportage 3 CO 2 -Prestatieladder

Handleiding bij de duurzaamheidsrapportage vloeibare biomassa Stimulering Duurzame Energieproductie (SDE+) Datum Versie V1.

Voortgangsrapportage 4 CO 2 -Prestatieladder

Beschikbaarheid en duurzaamheid in EU

Communicatieplan CO 2 -prestatieladder ISO MVO Update December Aboma Holding bv

4 Internationaal mvo en ketenbeheer: een korte stand van zaken

Verificatieprotocol binnen SDE. Timo Gerlagh RBCN 21 april 2016

Marktontwikkelingen vloeibare biobrandstoffen

Haalbare en (maatschappelijk) gewenste productieniveaus van biobrandstoffen in 2020

GEDRAGSCODE DUURZAAMHEID NEDERLANDSE PRODUCENTEN VAN BAKKERIJGRONDSTOFFEN GEDRAGSCODE DUURZAAMHEID NEDERLANDSE PRODUCENTEN VAN BAKKERIJGRONDSTOFFEN 1

Afsluitende les. Leerlingenhandleiding. Alternatieve brandstoffen

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 Den Haag

TOETSINGSKADER. Alternatieve Grondstoffen voor de papier- en kartonindustrie

Reactie van de Nederlandse Monitoring Commissie Corporate Governance Code op:

Emissiekentallen elektriciteit. Kentallen voor grijze en niet-geoormerkte stroom inclusief upstream-emissies

Hernieuwbare waterstof en HBEmarkt

Energieagenda, Market Design en Flexibiliteit. Jan Luuk de Ridder, directie Energiemarkt & Innovatie

Milieucriteria voor het maatschappelijk verantwoord inkopen van. Gas. Versie 26 januari 2016

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG

Geachte Voorzitter, Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Communicatieplan Energie- & CO 2 beleid Heras

E85 rijdende flexifuel auto uitstoot ten gevolge van de aanwezigheid van benzine in de brandstof.

Duurzaam inkopen en milieumanagementsystemen (ISO 14001)

Quickscan impacts implementatie ILUC-Richtlijn

WE FEED THE WORLD. Achtergronden bij. Een film van Erwin Wagenhofer, Oostenrijk,

Milieucriteria voor het maatschappelijk verantwoord inkopen van. Gas. Versie 8 april 2015

Aan de slag met de uitdagingen uit Europa

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Conclusies onderzoek douanegegevens

Criteria voor duurzame biomassa productie

Bij de voorbereiding van dit advies werd de CDB bijgestaan door: Jacob Rookmakers.

Massale overstap naar biokerosine blijft stip aan de horizon

Lusten en lasten eerlijk verdelen

Deze notitie heeft als doel een grove schets te geven van de discussies omtrent de productie van biobrandstoffen en het biobrandstoffenbeleid.

Mei 2019 Natuur & Milieu. Verkennend onderzoek certificering waterstof

A8-0392/349

ECOFYS ADVIES VERPLICHTING: DUURZAAMHEIDSCRITERIA EN ONDERSTEUNING DOOR CERTIFICATEN

Brancheverduurzamingsplannen: Circulaire economie in de praktijk. Karen van de Stadt

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Actiepunten 2016 van de overheid m.b.t. de uitvoering van het Convenant ten aanzien van de verbeteringen in de steenkoolketen

IN ZES STAPPEN MVO IMPLEMENTEREN IN UW KWALITEITSSYSTEEM

Biomassa, het nieuwe goud. Francies Van Gijzeghem projectleider Bio-Energie platform

Het Energiebeleid van komende jaren. dr.j.a. Vijlbrief DG Energie, Telecom en Markten

Duurzaam Inkopen langs de meetlat

11. Bijlage 2: Beleidsdocument Verantwoord Beleggen

Transcriptie:

BIJLAGE 3 CONSULTATIE DUURZAAMHEIDEISEN BIOMASSA Werkgroep Beleidsinpassing in opdracht van IPE, VROM en EZ - april 2007

INHOUDSOPGAVE 1 Consultatie Implementatie Duurzaamheidscriteria Biomassa...3 2 Resultaten...3 2.1 Algemeen...3 2.2 Duurzaamheidcriteria...3 2.3 Implementatie door bedrijven...3 2.4 Rol van de overheid...4 2.5 Internationaal speelveld...5 Werkgroep Beleidsinpassing in opdracht van IPE, VROM en EZ - concept 2.0 - versie 13 april 2

1 Consultatie Implementatie Duurzaamheidscriteria Biomassa Als onderdeel van de opdracht van de Werkgroep Beleidsinpassing Duurzaamheid Biomassa (hierna de werkgroep) is met diverse partijen gesproken over de implementatie van de duurzaamheidcriteria zoals die zijn opgenomen in het advies van de Projectgroep Duurzame Productie van Biomassa (hierna: de projectgroep). In deze gesprekken zijn aan de orde gekomen (1) de houding van de stakeholders tegenover de criteria, (2) de stappen die men zelf in de eigen bedrijfsvoering zet om de duurzaamheid van de biomassa te garanderen en (3) wat men verwacht van de overheid. In de meeste gesprekken is nadrukkelijk gesproken over de instrumenten rapportageplicht, minimumeisen en vrijwillige afspraken. 2 Resultaten 2.1 Algemeen Er is gesproken met de volgende partijen: Oliehandel VNPI/Shell, BP, Argos Energie Essent NGOs SNM, Oxfam/Novib, WNF, Greenpeace, Milieudefensie Producenten Nedalco, Productschap MVO, Argos, Unimills, ADM Banken Rabobank en Triodos Alle partijen stellen het zeer op prijs dat in een vroeg stadium van de beleidsontwikkeling de dialoog wordt gestart. De meeste partijen zijn zeer open geweest en hebben zich zeer constructief opgesteld in de gesprekken. 2.2 Duurzaamheidcriteria De milieubeweging is het meest kritisch over de Criteria. Men vindt dat eerst de duurzaamheid had moeten worden geregeld en dat er dan pas over een verplichte bijmenging kon worden gesproken. Men is kritisch over de minimumeis voor CO 2 - reductie. De eis van 30% voor biobrandstoffen is te laag en het zou beter zijn om de opties met hogere reductiepercentages meer te belonen. Enkele bedrijven voorzien problemen met de afkapgrenzen in de CO2-criteria. Het onderscheid naar toepassing (energie en brandstoffen ) kan marktverstorend werken. Verder is opgemerkt dat de formulering van het principe geen concurrentie met voedsel wel erg absoluut is. Voor sommige gewassen zoals suiker en graan kan dit worden uitgelegd als een verbod op de toepassing voor biofuels. Eén partij had graag gezien dat er in de Criteria een principe over genetisch gemodificeerd plantmateriaal was opgenomen. Enkele partijen andere hebben expliciet gezegd dat de duurzaamheidscriteria onverkort zouden moeten worden overgenomen. Ook al wordt het stapsgewijs ingevoerd, het einddoel moet niet ter discussie worden gesteld. 2.3 Implementatie door bedrijven Binnen de bedrijven of brancheorganisatie waarmee is gesproken wordt serieus nagedacht over de manier waarop de Criteria kunnen worden toegepast. Eén gesprek (NOVE, vereniging kleinere oliehandelaren) ging niet door omdat de duurzaamheid van biomassa geen onderwerp van gesprek is binnen de vereniging. Kleinere bedrijven lijken de discussie op afstand te volgen. Grote bedrijven, met name bedrijven die veel Werkgroep Beleidsinpassing in opdracht van IPE, VROM en EZ - concept 2.0 - versie 13 april 3

contact met consumenten hebben (oliemaatschappijen, energiebedrijven en banken) gaan verder met het waarborgen dat men met duurzame biomassa werkt. De toeleverende bedrijven lijken wat afwachtend. Men denkt er over na en men bereid zich voor, maar de eerste stappen zijn nog niet duidelijk. Men wacht af wat de overheid en hun afnemers zullen doen. Knelpunt is dat deze bedrijven werken met grondstoffen zoals graan en soja. Deze biomassa wordt verhandeld via spotmarkets of in bulk vervoerd. Certificering is daarmee voor deze grondstoffen een stuk lastiger. De uitzondering is Unimills, dat met palmolie werkt. Unimills is zeer actief binnen RSPO en is zeer positief over het implementeren van de Criteria. In met name de gesprekken met de toeleveranciers is informatie verstrekt over de productieketen van grondstoffen als graan, soja, palmolie et cetera. Uit die informatie komt naar voren dat elke grondstof zijn eigen problemen heeft bij certificering. Soms omdat het om spotmarkets gaat, soms omdat het transport van kleine plantages naar grote verwerkers in bulkhoeveelheden plaats vindt. 2.4 Rol van de overheid Over de stappen die de overheid nu moet zetten om de duurzaamheidscriteria te implementeren wordt heel verschillend gedacht. Met name enkele NGO s vinden dat de overheid nu al achter de feiten aan loopt. Zij willen snel harde garanties over de duurzaamheid. Andere partijen dringen er juist op aan dat Nederland geen eenzijdig drastische stappen zet. Voorkomen moet worden dat de Criteria er toe leiden dat er geen biomassa meer toegepast kan worden. Men wijst op praktische bezwaren (zonder certificering is het onmogelijk om de duurzaamheid van biomassa aan te tonen) en de noodzaak van een gelijkwaardig speelveld (internationaal en tussen verschillende markten, zoals food en fuel) Rapportageplicht Niet alle partijen zijn enthousiast over een rapportageplicht alleen. Met name voor de NGO s geeft een rapportage onvoldoende garantie. Bedrijven zien het geven van informatie als een goede eerste stap. Niet voor alle biomassastromen is het per direct mogelijk om alle relevante informatie te vestrekken. Wettelijke minimumeisen Vanuit het bedrijfsleven is men huiverig voor unilaterale stappen, met name in de vorm van wetgeving, door de Nederlandse overheid. Zonder goed functionerende certificatiesystemen zullen bedrijven nooit hard kunnen maken dat ze aan de Criteria kunnen voldoen. Om te komen tot vrijwillige afspraken vinden bedrijven het van belang dat wetgeving in het vooruitzicht wordt gesteld. Met name de milieu-ngo s zien wettelijke minimumeisen als een goed middel om de duurzaamheid te waarborgen. Vrijwillige afspraken Door enkele partijen is aangegeven dat men vrijwillige afspraken ziet als een manier om praktisch en snel samen met de overheid aan de slag te gaan. Onder de bedrijven waarmee is gesproken is grote bereidheid om mee te werken aan vrijwillige afspraken. Enkelen geven aan de Criteria in het eigen bedrijfsbeleid (bij de inkoopvoorwaarden) te zullen inpassen. Enkele NGO s vinden vrijwillige afspraken volstrekt onvoldoende omdat ze geen garanties geven dat alle partijen eraan meedoen. Overige instrumenten Enkele partijen (NGO s en bedrijven) hebben er op gewezen dat minimumeisen geen stimulans vormen om meer te doen dan de Criteria vragen. Met name voor CO2 is het mogelijk om aanzienlijk beter te scoren dan de afkapgrenzen genoemd in Criterium 1. Werkgroep Beleidsinpassing in opdracht van IPE, VROM en EZ - concept 2.0 - versie 13 april 4

Extra financiële stimulansen zoals subsidies of accijnskortingen kunnen prikkels geven voor betere CO2-prestaties. Voor biobrandstoffen is het een alternatief om de CO2- prestatie mee te wegen bij de bijmengverplichting. Brandstoffen met een hogere CO2- prestatie tellen dan zwaarder mee dan brandstoffen met een lage netto CO2-balans. Eén NGO geeft aan dat eisen kunnen (lees: zouden moeten) worden gesteld aan biomassa waarvoor subsidies gelden (elektriciteit) en biobrandstoffen die meetelt in de verplichting. 2.5 Internationaal speelveld Het belang van internationale samenwerking rondom duurzaamheidscriteria wordt op verschillende manieren genoemd: - Level playing field, m.n. gelijk optrekken in EU-verband; - Het oplossen van de WTO-knelpunten (door enkelen als een belangrijk knelpunt genoemd) via een internationale lobby. Een partij gaf aan dat de Nederlandse overheid niet bang moet zijn om de grenzen van het grijze gebied in de WTOregelgeving op te zoeken. - Dialoog met producerende landen. - Ondersteunen round tables voor verschillende gewassen zoals palmolie, soja, suiker etc. - Enkele partijen (MVO, Oxfam/Novib en WWF) hebben expliciet aangegeven op het gebied van internationale samenwerking samen op te willen trekken met de Nederlandse overheid; - WWF vroeg ondersteuning van het initiatief om te komen tot een set van Europese Duurzaamheidcriteria, gebaseerd op bestaande ideeën, waaronder die van de projectgroep. Voordeel hiervan is dat het een EU-set betreft waarmee stakeholders (bedrijven en NGO s) in alle lidstaten aan de slag zouden kunnen. Deze aanpak voorkomt de schijn van een unilaterale benadering. Werkgroep Beleidsinpassing in opdracht van IPE, VROM en EZ - concept 2.0 - versie 13 april 5