Placuna placenta (L., 1758)

Vergelijkbare documenten
LEVENSGESCHIEDENIS VAN DE NOORDKROMP ARCTICA ISLANDICA (L.)

Sedimentatie in Harderwijker Bocht ten gevolge van de strekdam bij Strand Horst Noord

SPREEKBEURT LANDHEREMIETKREEFT

informatie: schelpen - slakken

SPREEKBEURT SLUIERSTAARTGOUDVIS

Kreeftachtigen hebben meestal kleine ogen, waar ze maar weinig mee zien. Ze kunnen wel bijzonder goed ruiken.

De recente soorten van het geslacht Nautilus

WIE EET WAT OP HET WAD

Eindexamen biologie pilot vwo I

vlinders infoblad Meer informatie van de afdeling NME (Natuur en Milieu Educatie) van Carmabi is te vinden op:

Beestige bundel van: 1

OPMERKINGEN OVER DE BODEM VAN HET RANDMEER VAN OOSTELI JK FLEVOLAND RIJKSDIENST VOOR DE IJSSELMEERPOLDERS. Intern Rapport no. 151.

Informatie: zoetwaterdiertjes

It's Dreamtime! Goedemorgen allemaal!

Beschrijving bij foto 1: Overzichtfoto toren OLV ten Hemelopening

overzicht en vermelding van twee nieuwe soorten

inh oud 1. Leven onder water 3 2. Dieren en planten 3. Vissen 4. Kwallen 5. Zoogdieren 6. Schaaldieren 7. Stekelhuidigen 8. Zeewier 9.

Kruid Europa Dit kruid is een tweejarige, winterharde, kruidachtige plant uit de schermbloemenfamilie. Dit betekent dat hij 2 jaar lang leeft voor hij

l a n d e l i j k i n f o r m a t i e c e n t r u m g e z e l s c h a p s d i e r e n SPREEKBEURT AXOLOTL AMFIBIEËN OVER HOUDEN VAN HUISDIEREN

Naam: Groep: Soorten 1. Er bestaan ongeveer 34 verschillende soorten dolfijnen. Kun jij er vier opzoeken en

Opmerking voor de docent. Dieren determineren. Werkwijze

Werkstuk Biologie Vissen uit de Noordzee

Een kreeft in de klas

Het reviseren gebeurt geheel op eigen risico. Lees de brochure eerst geheel door.

Werkblad slootdiertjes

Onderzoek van de drakenfiguur

Helder water door quaggamossel

Voor vele mensen zijn haaien gemene en angstaanjagende dieren. Haaien zijn roofdieren, maar de meeste zijn voor de mens ongevaarlijk.

Aantekeningen Hoofdstuk 2: Planten, dieren, mensen BBL. 2.1 Namen 1 Hoe komen planten en dieren aan hun naam? De naam van een plant of een dier kan: *

Schaal- en schelpdieren. Waar gaat deze kaart over? Garnalen. Wat wordt er van jou verwacht? Schelpdieren

CLAVAGELLIDAE, EEN WONDERLIJKE FAMILIE

BIJLAGE: Proeven met graveren en eroderen van de cortex van vuursteen.

DASSENWERK. werkbladen opdrachten Nationaal Park De Loonse en Drunense Duinen. Locatie De Drie Linden Giersbergen 8 Drunen

Monitoren van klein zeegras, Oosterschelde, maart 2010

Zeg ken jij de mossel?

Naam:_ KIKKERS. pagina 1 van 6

Eindrapport VISONDERZOEK TER PLAATSE VAN EN DIRECT ROND HET HATTEMS DEEL VAN BEDRIJVENTERREIN H2O

Afdrukken pagina 2-19 dubbelzijdig formaat A4 naar behoefte kunnen lege A4-pagina s worden tussengevoegd

De evolutionaire geschiedenis van parasitaire slakken en hun gastheer koralen in de Indo-Pacific. Nederlandse inleiding en samenvatting

Een duurzame ontwikkeling sluit aan op de behoeften van het heden zonder het vermogen van toekomstige generaties in gevaar te brengen 1.

Hoofdstuk 1: Veldkenmerken en voorkomen 3. Hoofdstuk 2: Voedsel en vijanden 4. Hoofdstuk 3: Voortplanting en verwanten 6

Verwerkingsles biodiversiteit onderbouw

Eindexamen aardrijkskunde vwo I

Blz. 1 Marchetta Industries nv 0478/

Inhoudsopgave. Oriëntatie Herkennen van diersoorten en rassen Voeren van dieren Huisvesten van dieren...

De composthoop Een composthoop bij school

Op de website smartkidslab.nl vind je de meetinstrumenten en uitleg hoe je aan de slag kunt.

vergelijk blije vissen helder water HEEL HELDER 100 KRAAKHELDER!

inhoud blz. 1. Donker 3 2. Dikke jas 4 3. Het vriest 5 4. Sneeuw 6 5, Dieren in de winter 8 6. Bomen Winterkost Beweeg 12 9.

Drempt. Rapport Ned. 52. Gld. 4.

Samenvatting Scheikunde Hoofdstuk 1.1 t/m 1.4

Proefopgraving in de tuin van het voormalige Gereformeerd Weeshuis aan de Havenstraat te Woerden door Elly E. v.d. Busse-Bruin

Bijlage VMBO-GL en TL

Bewoners. Noordzee. Introductie. Als de Noordzee een paspoort zou hebben dan zou het er zo uitzien:

De Waddenzee - Informatie

De NO-Atlantische en Mediterrane GLYCYMERIDIDAEsoorten

Vissoorten Aal Herkenning: Verspreiding: Voedsel: Lengte afgebeelde vis: Lengte tot circa: Snoek Herkenning: Verspreiding: Voedsel:

Weidevogels en watervogels

De Europese mesheften en zwaarscheden

Een. hoort erbij! Over dieren uit een ei. groepen 3-5

Fonds verstrekt ten behoeve van bouw headstart kooien Monuriki Island Crested Iguana (Brachylophus vitiensis) kweek en headstartproject

DE GEWONE ZEEHOND. Huiler

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) Nr. /.. VAN DE COMMISSIE. van

KOMODOVARAAN. Door: Jade Boezer

Katachtigen Voor klas 1 en 2 van het voortgezet onderwijs

Bijlage VMBO-GL en TL

WERKBLAD OPDRACHTEN. Locatie: De Drie Linden Giersbergen 8 Drunen Nationaal Park De Loonse en Drunense Duinen

Flora en fauna. Flora

Workshop Petit four TTF


Ultra dun en duurzaam

zaaien in zaaibakken zaaibakken maken voor binnen op warmte in maart en voor buiten in april

6.3. Analyse en interpretatie van de grondsporen Algemeen


Complexnummer: Smallepad MG Amersfoort Postbus BP Amersfoort

Inleiding Transmigratie (HAVO stof Indonesië)

LEVEN IN HET DONKER LES 1. Dagdieren en nachtdieren

antwoorden en uitleg bij Micropia-onderwijsmateriaal primair onderwijs (groep 7-8)

Galerij van de Mens - Ons lichaam

Uw eigen broedhok bouwt u zo

Hoe kom je aan zand 4

SPREEKBEURT MARMERBIJLZALM

Vertaling van het December nummer 2014 van The Satsuki Kenkyu. Deze les wordt u gepresenteerd voor diegene die graag Satsuki bomen willen vormen in

DE DAPPERE REIZIGER WERKBLAD DE STEKELBAARS: 1. DE STEKELBAARS IN BEELD 2. DAPPERE REIZIGER. De stekelbaars is een veelvoorkomend visje in Nederland.

Lees eerst informatie 1 tot en met 7 en beantwoord dan vraag 40 tot en met 52. Bij het beantwoorden van die vragen kun je de informatie gebruiken.

Bijlage VMBO-KB. biologie CSE KB. tijdvak 1. Deze bijlage bevat informatie. KB-0191-a-13-1-b

SPREEKBEURT BETTA VISSEN OVER HOUDEN VAN HUISDIEREN. l a n d e l i j k i n f o r m a t i e c e n t r u m g e z e l s c h a p s d i e r e n

Algemeen. Voorwoord

HANDIG HET TROPISCH ZOETWATER- AQUARIUM

klas 3 beeldende vormgeving buitentekenen

SPREEKBEURT MARMERBIJLZALM

inhoud 1. Kom jij uit een ei? 2. Dieren uit een ei. 3. Vogels 4. Vissen 5. Insecten 6. Spinnen 7. Reptielen 8. Kikkers en padden 9.

T R ID A C N ID A E - DOOPVONTSCHELPEN

watervlooien onder de microscoop watervlooien Watervlooien zijn kleine zoetwaterkreetjes die voorkomen in sloten, plassen en vijvers.

Inleiding. Monumenten, symbolen en iconen Kindermonumentendag in Midden-Delfland Symbolen in deze tijd

Over de kerk van Marum

Aquarium. Groep 6, 7 en 8 van het basisonderwijs

Asfalt- en elementenverhardingen

Transcriptie:

Placuna placenta (L., 1758) INLEIDING Schelpen worden voor vele doeleinden gebruikt. Enige u w ellicht bekende voorbeelden daarvan zijn de consumptie, de parelindustrie, het branden van kalk, het vervaardigen van kippegrit, het verharden van paden in parken en het maken van sieraden. Maar wist u, dat er al eeuwen lang een bepaalde schelpesoort in plaats van glas gebruikt werd voor ramen en ook nu nog wel daarvoor gebruikt wordt? Ik doel hierbij op Placuna placenta (L., 1758), een tweekleppige zo dun, dat deze bijna doorzichtig is. Juist die eigenschap maakt de schelp zo geschikt om als "vensterglas te dienen. Tegenwoordig echter heeft Placuna placenta als glas aan betekenis ingeboet. Toch is deze soort van groot belang voor de industrie van de Filippijnen. In de wateren rond die eilandengroep wordt Placuna Afb. 1 Rechts Placuna placenta en links Placuna sella Gmelin. Bij beide soorten is steeds boven de binnenzijde van de linker klep en onder de buitenzijde van de rechter klep getoond. Foto Th. Strengers. vita marina zeebiologische dokumentäre sept.-dec. 1982 tweekleppigen 209

placenta in enorme hoeveelheden opgevist. Vervolgens worden de schelpen verwerkt in allerlei artikelen, zoals doosjes, lampen, kaarsenstandaards, onderzettertjes enz. Zo komt Placuna placenta bij velen als gebruiksvoorwerp in huis. Maar ongetwijfeld zal ook een groot aantal exemplaren van deze soort (in ongewijzigde staat) een plaats ingenomen hebben in de collecties van schelpenverzamelaars. Ter nadere kennismaking met dit weekdier zal nu begonnen worden met het bepalen van zijn plaats in de systematiek. SYSTEMATISCHE INDELING De systematiek is voortdurend aan veranderingen onderhevig. Dat blijkt ook hier. Placuna placenta (L., 1758) behoort tot de superfamilie Anomiacea. in veel boeken wordt vermeld, dat deze superfam ilie bestaat uit slechts 1 familie, welke weer onderverdeeld wordt in 6 geslachten. Het gaat hierbij om de familie Anomiidae en de genera: - Anomia L., 1758 - Enigmonia Iredale, 1918 - Isomonia Dautzenberg & Fischer, 1897 - Placuna Lightfoot, 1786 - Placunanomia Broderip, 1832 - Pododesmus Philippi, 1837 In 1977 echter heeft Yonge na een uitgebreide studie van de vorm en de ontwikkeling van de Anomiacea voorgesteld een nieuwe familie, genaamd Placunidae, te vormen voor de geslachten Placuna en Placunanomia. Volgt men dit voorstel, dan ziet de systematische indeling met betrekking tot Placuna placenta (L.) er als volgt uit: KLASSE ORDE ONDERORDE SUPERFAMILIE FAMILIE GESLACHT SOORT Bivalvia Pterioida Pteriina Anomiacea Placunidae Placuna Lightfoot, 1786 Placuna placenta (L., 1758) Volgt men echter de oude indeling, dan moet in het overzicht hierboven bij "Fam ilie de naam Placunidae vervangen worden door Anomiidae. Voor het overige blijft alles gelijk. VORMBESCHRIJVING De schelp is onregelmatig rond, zeer dun en vlak (afb. 2). Placuna placenta behoort tot de platste schelpen van de tweekleppigen. De kleppen zijn voorzien van een fijne radiaalsculptuur en een concentrische lamellenstructuur. De schelp is vrijwel kleurloos en bijna doorzichtig (afb. 1). De binnenzijde is parelmoerachtig glanzend. In het midden daarvan bevindt zich een spierindruk. Het ligament wordt gedragen door twee onder een scherpe hoek geplaatste slotlijsten in de ene en overeenkomstige groeven in de andere klep (afb. 3). De schelp kan ongeveer 15 cm groot worden. 210 vita marina zeebiologische dokumentatie sept.-dec. 1982 tweekleppigen

VERSPREIDING In de inleiding werd al vermeld, dat Placuna placenta bij de Filippijnen voorkomt, De soort beperkt zich echter niet tot deze wateren. Het verspreidingsgebied strekt zich uit van de Golf van Aden langs India en Maleisië tot de zuidkust van China en langs de noordkust van Borneo tot de Filippijnen. Bovendien komt de soort ook voor bij de noordkust van Australië, te weten van W est-australië tot Queensland. Placuna placenta leeft in het littorale gebied van 20-27 m. Het leefmilieu, waarin deze schelp zich het beste voelt, is een zand- of modderbodem in de buurt van een riviermonding. Placuna placenta kan een vrij grote toevoer van zoetwater verdragen. De schelp graaft zich niet in, maar leeft op de bodem. Dat wordt althans in vrijwel alle boeken vermeld. Young schrijft echter in zijn artikel in The Veliger, dat Placuna placenta niet op de bodem léeft, maar onder een laagje zand of modder van vijftien tot twintig millimeter dikte. Op basis van persoonlijke waarnemingen neigt Young ertoe aan te nemen, dat er hierbij niet zozeer sprake is van slibafzetting op de schelp, maar van een doelgerichte camouflage door het dier zelf. Hij vermeldt, dat slechts een nauwelijks zichtbare, halfronde indruk in het zand wijst op de aanwezigheid van de schelp. Afb. 2 Placuna placenta. Links de buitenzijde en rechts de binnenzijde. De bovenste is in beide gevallen de linker klep. Foto B. Entrop. vita marina zeebiologische dokumentatie sept.-dec. 1982 tweekleppigen 211

Afb. 3 Het slot van Placuna placenta. De slotlijsten van de linker klep (links) passen in de groeven van de rechterklep. Foto B. Entrop. LEEFWIJZE Het voedsel van Placuna placenta bestaat uit m icroscopisch kleine organismen, voornam elijk diatomeeën, die met de kieuwen uit het water worden gezeefd. Het dier eet en ademt tegelijkertijd. Placuna placenta heeft een matig ontwikkelde voet. Daardoor kan de schelp zich niet goed verplaatsen of ingraven. De voet wordt dan ook hoofdzakelijk gebruikt om de schelpranden schoon te houden. Zo wordt voorkomen, dat er zand of modder in de kieuwen of andere organen van het dier terechtkom t. Door deze werkzaamheden ontstaat de door Young vermelde indruk in het zand. Omdat de schelp op de bodem, althans onder een klein laagje zand of modder leeft en niet in staat is zich te verplaatsen of diep in te graven, is zij aan de stromingen overgeleverd. Dit heeft ten gevolge, dat tijdens stormen vele exemplaren door de stromingen meegevoerd worden naar ondiepe wateren, waar zij zich in grote aantallen opstapelen. Zo kunnen de schelpen op vrij eenvoudige wijze verzameld worden, wat dan ook veelvuldig geschiedt. Nu Placuna placenta ten behoeve van de industrie in enorme hoeveelheden wordt gevist, zou men bevreesd kunnen worden voor het voortbestaan van de soort. Maar zoals Joyce Allan zo treffend 2 1 2 vita marina zeebiologische dokumentatie sept.-dec. 1982 tweekleppigen

schrijft: Reproduktion, however, is so prolific that depleted beds are soon repopulated, in so far at least as the Philippine Islands beds are concerned. Placuna placenta is van gescheiden geslacht. Zowel het sperma als de eieren worden in het water uitgestoten. Daar vindt de bevruchting plaats. De bevruchte eieren ontwikkelen zich binnen 24 uur tot veligerlarven. Dan heeft zich al een begin van een schelpje gevormd. Gedurende ruim 1 week zwemmen de larven vrij rond. Daarna zinken zij naar de bodem om daar tot volwaardige dieren uit te groeien. Tijdens het juveniele stadium hechten de dieren zich met behulp van een byssus vast. Het duurt ongeveer drie jaar, voordat de schelpen volwassen zijn. De volwassen exemplaren hebben geen byssus. Zij leven, zoals hiervoor al is vermeld, vrij op de bodem. PLACUNA PLACENTA EN DE MENS Al in het verre verleden werd Placuna placenta in Zuid-China, Japan, Maleisië en op de Filippijnen als vensterglas gebruikt. De schelpen werden daartoe in een houten raamwerk geplaatst. Het resultaat Afb. 4 Ook verschillende gebruiks- en siervoorwerpen worden tegenwoordig van 'venster- glasschelpen', Placuna placenta, vervaardigd. Foto. B. Entrop. vita marina zeebiologische dokumentatie sept.-dec. 1982 tweekleppigen

vertoonde overeenkomsten met het bij ons bekende glas in lood. Al spoedig is men ertoe overgegaan de kleppen in rechthoeken te snijden, zodat deze gemakkelijker in het raamwerk geplaatst konden worden. Later hebben de Spanjaarden en Portugezen, die in Zuidoost-Azië hun kolonieën hadden gevestigd, deze methode van ramen vervaardigen overgenomen. Vooral de Spanjaarden op de Filippijnen hebben daarvan veelvuldig gebruik gemaakt. Het licht, dat de schelp doorlaat, is zacht en aangenaam voor de ogen. Het felle tropenlicht w ordt erdoor getemperd. Ramen, bestaande uit kleppen van Placuna placenta, waren dan ook bijzonder geschikt voor ziekenhuizen en kerken. Ook nu nog zijn er op de Filippijnse eilanden meer dan honderd jaar oude kerken met dergelijke ramen te vinden. Dit laatste toont trouwens aan, hoe duurzaam die ramen zijn. Uit verrichte onderzoeken is gebleken, dat Placuna placenta - hoe fragiel zij ook mag schijnen - steviger is dan glas, dat drie tot vier maal zo dik is. Tegenwoordig wordt Placuna placenta op de Filippijnen nog wel als vensterglas gebruikt. Maar voorop staat nu de verwerking van deze tweekleppige in allerlei artikelen en snuisterijen (afb. 4). Tenslotte wil ik nog vermelden, dat men in China uit de schelpen van deze soort een bepaalde verf vervaardigt. De kleppen worden verpulverd tot een poeder. Daaruit wordt een preparaat gemaakt, dat zilverkleurig is. Het is bijvoorbeeld bij uitstek geschikt om op een tekening de buik van een vis van een natuurlijke kleur te voorzien. LITERATUUR ALLAN. J., Australian Shells with related anim als living in the sea, in freshw ater and on the land. Georgian House. M elbourne, blz. 286-289. FREEMAN WEBB, W., Handbook for Shell collectors, revised edition, Lee Publications, W ellesley H ills Mass., blz. 148. KIRA, T 1965, Shells of the W estern Pacific in color, vol. I. Hoikusha Publishing Co. Ltd., Osaka, 2e druk, blz. 133. LINDNER. G., 1975. Muscheln + Schnecken der W eltm eere, B.L.V. Verlagsgesellschaft München, blz. 100, 224. PAX, F., 1962. M eeresprodukte, ein H andw örterbuch der marinen Rohstoffe, Gebrüder Borntraeger, Berlin, blz. 234-235, 319-321. YONGE. C.M. en T.E. THOMPSON. 1976. Living Marine Molluscs. Collins St. Jam es's Place. London, blz. 178 YOUNG, A.L., 1982. Larval and Postlarval Development of the W indow-pane Shell, Placuna placenta Linnaeus, with a Discussion on its Natural Settlem ent, The Veliger, Volume 23, blz. 141-148. 214 vita marina zeebiologische dokumentatie sept.-dec. 1982 tweekleppigen