33493 Wetgevingsoverleg wijziging elektriciteits- gas en warmtewet inbreng Paulus Jansen (SP) in eerste termijn



Vergelijkbare documenten
ONGECORRIGEERD STENOGRAM (Aan dit verslag kunnen geen rechten worden ontleend)

Saldering. Wido van Heemstra Agentschap NL

Regelgeving: een jungle?

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Mogelijkheden collectieven

Haal meer rendement uit uw zonnepanelen

Businesscases zonne-energie: waar kan het, en wat levert het op?

Alliander DGO, Hoom etc.) De wetstekst bleek onvoldoende duidelijk om deze ontwikkeling een halt toe te roepen.

Datum 19 december 2013 Betreft Beantwoording vragen Vastrecht bij productie- en leveranciersbedrijven van energie

Wat betekenen de SDE+, Salderen, en postcoderoos voor de netbeheerder?

Wijziging van de Elektriciteitswet 1998 en van de Gaswet (wijzigingen voortvloeiend uit het energierapport 2011)

Voor wie geldt de Warmtewet eigenlijk? Waarom wordt de Warmtewet ingevoerd? Waarom komt de informatie zo laat? Wie is mijn warmteleverancier?

C2 Saldering en zelflevering van zonnestroom Sunday 2013, Wido van Heemstra Agentschap NL. 20 november 2013

ZONNEPANELEN PROJECT. RADIJSSTRAAT 2 t/m 82 te Groningen

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Wido van Heemstra. Adviseur Agentschap NL. Saldering, de stand van zaken

Is flexibiliteit het nieuwe goud?

Datum 10 januari 2015 Betreft Beantwoording vragen over de energierekening huishoudens cf. de NEV 2014

Klankbordgroep PwC-onderzoek:Visie op tariefregulering op korte en middellange termijn

Concept: Opgewekt! Visualisatie van het concept Op de volgende pagina s zijn enkele schetsen te zien die het concept visualiseren.

Autoriteit Consument & Markt (ACM) haar visie te laten geven op de. netbeheerder Enexis BV onderdeel van netwerkbedrijf Enexis NV.

Zonnestroom installatie in Overasselt

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG

Hernieuwbaar energie-aandeel in Vlaamse nieuwbouwprojecten Ontdek de zonnestroomoplossingen van SMA

Energietransitie biedt kansen in de gebouwde omgeving

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Achtergrond informatie Eemstroom - Energiecoöperatie Amersfoort

Tweede Kamer der Staten-Generaal t.a.v. Vaste commissie voor EL&I Postbus EA Den Haag. Geachte Tweede Kamerleden,

Energie voor morgen, vandaag bij GTI

Aan het Ministerie van Economische Zaken Postbus EK Den Haag Nederland

1 Heeft u kennisgenomen van het artikel De problematiek van blokverwarming; invoering per 1 januari 2014? 1

VERENIGING GROEN GAS PRODUCENTEN

(potentiele) knelpunten wet- en regelgeving op het gebied van waterstof voor GTS

Tweede Kamer der Staten-Generaal

28 november Onderzoek: Klimaattop Parijs

Veel gestelde vragen Over zonnepanelen

Bijlage A. Contractvoorwaarden 1 of 3 jaar vast tarief Vandebron

Energiek Alphen aan den Rijn

Datum 17 januari 2014 Betreft Beantwoording vragen over het opstellen van nota's en meterstanden voor energie en water

Op basis van het rapport van Niemann van 25 november 2016 en in de lijn met deze vraagstelling zijn wij tot de volgende overwegingen gekomen.

Bijlage A. Contractvoorwaarden 1 of 3 jaar vast tarief Vandebron

Directoraat-generaal Klimaat en Energie Bezoekadres Postadres Overheidsidentificatienr Ons kenmerk Salderen tot 2023, daarna geleidelijk afbouwen

Vraag en Antwoord over de Warmtewet

Wij brengen energie. Waar mensen licht en warmte nodig hebben

Warmtewet vervolg. implementatie proces

Concept Development Opdracht 1B Battle of Concepts Enexis. Niels Joormann CMD2a

Eerste Kamer der Staten-Generaal

HOE BEOORDEELT ACM DE TARIEVEN VAN EXPERIMENTEN?

2015D11090 LIJST VAN VRAGEN

ZONNEPANELEN? INTRO COLLECTIEF OF INDIVIDUEEL? PROGRAMMA

Het Slimme energienet..zx ronde 25 januari 2015

VERHUUR JE DAK AAN GREENCROWD

Mogelijkheden voor energie coöperaties. Jeroen Leclercq

Eerste Kamer der Staten-Generaal

ENERGIE IN EIGEN HAND

VAN ONRENDABELE GROND NAAR DUURZAAM RENDEMENT

Klankbordgroep REG2017 grootste (mogelijke) wijzigingen t.o.v. ontwerpmethodebesluiten. 15 augustus 2016

Datum 14 februari 2014 Betreft Beantwoording vragen met betrekking tot tarieven bij stadsverwarming

Slimme Netten. Martijn Bongaerts: - voorzitter Projectgroep Smart Grids Netbeheer Nederland - manager Innovatie, Liander

Zonnepanelen op boerderijen STICHTING IJSSELHOEVEN

Directie Financiële Markten. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. 5 juli 2007 FM M

Advocaten en notarissen

33124 Wet kenbaarheid energieprestatie gebouwen Plenaire behandeling, 27 juni 2012, eerste termijn SP

Lokale energiecoöperaties en consumentenbescherming

Energiekosten van een huishouden in Nederland

Loyens en Loeff seminar

Warmte Nieuwegein Raads Informatie Avond

Ons kenmerk G610/ Datum uw brief

Het wetsvoorstel is op 20 december 2018 aangenomen door de Tweede Kamer.

MJA Workshop Wet & Regelgeving. Duurzaamheid, gebouwen en energiebesparing

Tweede Kamer der Staten-Generaal

ELEKTRICITEIT TARIEVEN Aansluiting en Transport voor kleinverbruikers

Actie Giga Joule. Warmtewet. N M D A - principe / beginsel. versus M A X I M U M P R I J S. Dupliek inzake Consultatie warmtebesluit en warmteregeling

Verlaagd tarief bij collectieve opwek

Autoriteit Consument Markt

29048 Plenaire afronding warmtewet, 25 juni Inbreng SP

Speech van commissaris van de koningin en voorzitter RvT Energy Valley Max van den Berg, inspiratiemiddag Enexis, Dwingeloo, 7 september 2012

Bouwstenen voor een duurzaam reguleringskader perspectief van zakelijke energiegebruikers. Tilburg, 17 juni 2016 Hans Grünfeld

Aanleiding. Waarom de Warmtewet

Links van netbeheerders om de slimme meter aan te vragen (kies wie uw netwerkbeheerder is):

Klankbordgroep Methodebesluiten Netbeheer Elektriciteit en Gas september2013

VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG. II Reactie van de minister. Inleiding

NETBEHEERDER EN NETWERKBEDRIJF NA SPLITSING

Presentatie Pioneering 27 september 2011

Harderwijk in de zon

Zonne Energie iets voor WBB?

GEEN EIGEN DAK, WEL EIGEN ZONNEPANELEN? KOOP NU PANELEN OP ZONSTATION 1. EEN COLLECTIEF ZONNEDAK OP METROSTATION REIGERSBOS

TWEEDE KAMER SCHERPT OMGEVINGSWET AAN

Bewust met energie omgaan. De slimme meter maakt het makkelijk

Memo. Informatienotitie stand van zaken aandeelhouderschap Eneco, Inleiding

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Waarom zonnestroom? 21 maart

Bijlage A en bijlage C. Contractvoorwaarden opwekkersstroom. 1 Energielevering

Johan Duyck Hebt U ook het gevoel dat uw geld langs deuren en ramen buiten vliegt?

Tarieven Aansluiting en Transport voor kleinverbruikers

ADVIES DIENST REGULERING

Zonne-energie voor ondernemers

Decentrale energieopwekking

Transcriptie:

33493 Wetgevingsoverleg wijziging elektriciteits- gas en warmtewet inbreng Paulus Jansen (SP) in eerste termijn Dit wetsvoorstel is een bescheiden opmaat naar een aantal grote wetgevingstrajecten op energiegebied die nog in de pijplijn zitten. Allereerst de integratie van de elektriciteits- en gaswet, waarmee gevolg wordt gegeven aan een SP-voorstel uit 2009. Dank daarvoor. Voor de transparantie van de regelgeving op energiegebied en het verminderen van de regeldruk zou het goed zijn om alle zaken die voor alle modaliteiten -gas, elektriciteit, en wat ons betreft ook warmte- zoveel mogelijk zaken op gelijke wijze te regelen. En dat is heel veel: netbeheer; procedures rond meten, afrekenen en switchen van leverancier; het veilig stellen van maatschappelijke belangen als veiligheid, leveringszekerheid, duurzaamheid; afsluitbeleid. Deze opsomming is slechts ter illustratie, ik pretendeer volstrekt niet volledig te zijn. Volgens de SP-fractie zijn er ook bij warmtelevering vele zaken die gelijk geregeld kunnen worden als bij gas en elektriciteit, al is de overlap misschien iets kleiner. Wij begrijpen dan ook niet de argumentatie van de minister om warmte niet mee te nemen bij de ontwikkeling van een brede energiewet. Ik stel me zo voor dat de gemeenschappelijke onderdelen voor de modaliteiten in een aantal hoofdstukken worden uitgewerkt en de bijzondere aspecten voor gas, elektriciteit en warmte in aparte hoofdstukken worden opgenomen. Graag een nadere toelichting van de minister op zijn argumenten, want ik neem toch aan dat ook hij voorstander is van verbetering van de transparantie en vermindering van de regeldruk. Een tweede component in de wetgevingsagenda is een experimenten-amvb. Het belangrijkste onderwerp daarin is de uitwerking van regels met betrekking tot decentrale opwekking. Ook daarover heb ik enkele vragen. Welke uitgangspunten denkt de minister te hanteren voor decentrale opwekking en voor experimenten? De SP-fractie is van mening dat die uitgangspunten in de wet thuishoren, deelt de minister dat uitgangspunt? Is de regeling voor salderen voor de meter ook onderdeel van deze AmvB? Zo nee: waar wordt dit dan geregeld? Een interessant aspect van een verhoging van het aandeel decentrale opwekking, zeker in combinatie met decentrale buffering, kan zijn dat de kwetsbaarheid van de energielevering bij calamiteiten en terroristische aanslagen beperkt wordt. Wij missen een visie van de regering op de synergie tussen centrale en decentrale opwekking, de effecten op de noodzakelijke omvang van het netwerk, reserveproductiecapaciteit en buffers. Bij welke gelegenheid mogen we die visie verwachten? Een derde component van de wetgevingsagenda is de mogelijke deelprivatisering van TenneT en Gasunie. Daarover heeft het kabinet nog geen besluit genomen. Kan de minister aangeven welke overwegingen zullen meespelen bij een besluit over al dan niet deel-privatiseren? Ik wijs erop dat de splitsingswet pas vier jaar geleden van kracht is geworden en in dat wetgevingstraject is uit en te na gediscussieerd over de voors en tegen van deelprivatisering. Wat is er sinds die tijd veranderd?

Voor de SP-fractie zou een relevant aspect kunnen zijn de opschaling van TenneT en Gasunie tot een NW-Europese netbeheerder, waarbij ook buurlanden rond de Noordzee gaan participeren in zo'n beheerder van de dikke kabels en leidingen. Ook zo'n Noordzee e/o netbeheerder is een monopolist en om die reden is in onze ogen noodzakelijk dat het eigendom in meerderheid berust bij de overheden uit de betrokken landen. Maar 100% eigendom lijkt gezien de huidige eigendomsverhoudingen in bv. Duitsland niet haalbaar. Daar zit wat ons betreft wel wat wisselgeld bij het tot stand brengen van deze ontwikkeling die cruciaal is voor het versnellen van de verduurzamingsagenda. Daarmee kom ik op de herstructurering van de regionale netbeheerders. De minister kiest daarbij de lijn: wij steunen in principe fusies en overnames, maar gaan er niet op sturen. Wat minder aardig gezegd: we laten de boel de boel. Dat is onlogisch en suboptimaal uit het oogpunt van maatschappelijke prestaties van de regionale netbeheerders. Uit het oogpunt van schaalefficiëntie is een omvang van een tot anderhalf miljoen klanten per regionale netbeheerder optimaal. Ik verwijs naar onderzoek van de fusieeconoom Schenk op dit punt. De huidige schaal voldoet niet in alle gevallen aan dit beginsel, waarbij Enexis en Liander nu al te groot zijn ten opzichte van de optimale schaal. Verder is van belang dat de gebieden die netbeheerders bedienen met stroom, gas en warmte identiek zijn. Dat is nu niet zo. Tenslotte is van belang dat de aandelenstructuur van de regionale netbeheerders, die nu uiterst versnipperd is, vereenvoudigd wordt. Het ligt naar de mening van de SP-fractie voor de hand om het eigendom te concentreren bij de provincies. Zo wordt bevorderd dat de volksvertegenwoordigers serieus gaan kijken naar de prestaties van de netbeheerders, in plaats van zich passief op te stellen en louter te kijken naar de financiële opbrengst. Naar mijn mening passen onze voorstellen prima bij het advies van de Stuurgroep visie netbeheer (2011). Waarom wordt het optimaliseren van de regionale netbeheerders geen onderdeel van de wetgevingsagenda van deze minister? Hij zal de netbeheerders straks keihard nodig hebben voor de aanleg van slimme netten en het aansluiten van decentraal vermogen in het kader van de verduurzamingsagenda. Waarom deze passiviteit? Ik overweeg op dit punt een motie. Daarmee kom ik op de bewaking van de gassamenstelling, een van de hoofdthema's van dit wetsvoorstel. Na de reactie van de minister op onze inbreng is mijn conclusie dat er nu grosso modo sprake is van een evenwichtige regeling, waarbij de belangen van invoeders en afnemers evenwichtig behandeld worden, het beginsel de veroorzaker betaalt uitgangspunt is, maar ook een redelijke mate van flexibiliteit geboden wordt om afwijkende gaskwaliteiten in het netwerk te brengen. De SP-fractie vindt wel dat de uitgangspunten voor het regime met betrekking tot de gassamenstelling beter in de wet verankerd dient te zijn. Op dat punt heb ik een amendement 33493 op nr.13 ingediend. Een ander belangrijk onderdeel van het wetsvoorstel is de belastingvrijstelling bij zelflevering van duurzame elektriciteit bij appartementencomplexen. Daarover heeft de Kamer in 2010 de motie Jansen c.s. (29023-93) aangenomen. De bedoeling van die motie was zonneklaar: de indieners wilden een eind maken aan de rechtsongelijkheid

tussen de bewoners van eengezinswoningen en die van appartementen. De eerste kunnen tot op heden 5000kWh/jaar salderen achter de meter, en dat maximum wordt in dit wetsvoorstel zelfs geschrapt. De laatste kunnen dat niet, louter vanwege het probleem dat hun woning een gemeenschappelijk dak heeft, waarbij het voor de hand ligt om niet meerdere PV-installaties voor de afzonderlijke appartementen aan te leggen, maar één collectieve installatie. De minister voert de motie niet uit, althans niet op de manier zoals die bedoeld was. Ik licht dat toe aan de hand van een rekenvoorbeeld. Een appartementencomplex van vier lagen bevat 48 woningen van 80m2. Dan kan je op het dak ongeveer 900m2 zonnepanelen kwijt, goed voor een jaarlijkse stroomproductie van 72.000kWh. Dat is 1.500kWh per appartement. Het complex heeft ook een elektriciteitsmeter voor het collectieve elektriciteitsverbruik, meestal is dat alleen voor de lift en de verlichting. Laten we eens aannemen dat dit goed is voor 10.000kWh per jaar. De minister maakt het mogelijk om de PV van het complex te salderen met het verbruik van de collectieve meter. Dat betekent dat je 62.000kWh overhoudt die je niet kan salderen. Per bewoner loopt het salderingsvoordeel terug van 1.500 naar 210kWh. In euro's van 180 naar 25 per jaar. Voorzitter, de SP-fractie hecht aan de rechtsgelijkheid van bewoners van eengezins- en meergezinswoningen en wij hechten er ook aan dat motie van de Kamer worden uitgevoerd. Nu dit niet gebeurd is kom ik op dit punt met een amendement 33493 op nr.12 en ik reken erop dat alle fracties die destijds de motie gesteund hebben nu ook het amendement zullen steunen. Ik kijk daarbij met name naar de heer Vos van de PvdAfractie. Daarmee kom ik op de tariefregulering en het toegestane rendement van de netbeheerders. De ruimte die netbeheerders krijgen wordt bepaald door de Autoriteit Consument en Markt en is verankerd in het methodebesluit. De SP-fractie was en is van mening dat de regionale netbeheerders een te hoog rendement mogen maken van de ACM. Het rendement bestaat uit een rentevergoeding (daarover is geen discussie) plus opslagen voor markt- en uitvoeringsrisico's. Een opslag voor uitvoeringsrisico's vinden wij redelijk, maar waarom zouden de regionale netbeheerders een opslag krijgen voor marktrisico? Ze opereren op een compleet afgeschermde markt. Kan je voor TenneT en Gasunie, die ook investeren in internationale connectoren, nog rechtvaardigen dat hier extra risico's tegenover staan, voor de regionale netbeheerders ziet de SP-fractie die niet. Die regionale netbeheerders doen wel jaarlijks een dividentuitkering aan hun aandeelhouders: de provincies en gemeenten. Het opgebouwde vermogen van de regionale netbeheerders bestaat echter voor 99% uit ingehouden winst, die je ook zou kunnen bestempelen als te hoge tarieven uit het verleden. Het wil er bij ons dan ook niet goed in dat de provincies en gemeenten er een impliciet belastinggebied bijgekregen hebben, terwijl nutsactiviteiten op kostenbasis geleverd dienen te worden. Graag een reactie van de minister, en ook op dit punt overweeg ik een motie. Voorzitter, bij de schriftelijke inbreng heeft de SP-fractie een aantal vragen gesteld over de kwetsbaarheid van onze energie-infrastructuur. Volgens de minister is in het kader van het project bescherming vitale infrastructuur

geconcludeerd dat de productie van energie niet vitaal is. Dat lijkt me een opmerkelijke conclusie, aangezien ziekenhuizen, rekencentra en andere kwetsbare functies altijd voorzien moeten zijn van een backup voorziening. Dat is niet voor niets zo. De overige 99% van NL valt echter acuut stil bij uitval van de stroom, en binnen zeer korte tijd bij uitval van de gasvoorziening. Volgens de minister is de productie van elektriciteit niet vitaal door de beschikbare overcapaciteit. Bij mijn vragen doelde ik echter niet primair op de elektriciteitscentrales maar op hoogspanningsmasten, trafostations, gastracees en compressorstations. Je hebt als terrorist slechts een kilo semtex en de openbare kaarten van onze hogedrukgasnetten en hoogspanningstracées nodig om tien vitale knooppunten plat te leggen, waarna voor minstens een maand driekwart van onze energievoorziening is uitgeschakeld, met een economische schade in de orde van 50 miljard. De reden voor de kwetsbaarheid is de enorme concentratie van productievermogen op slechts drie lokaties aan de kust en het zeer beperkt aantal hoogspanningslijnen en hogedrukgasleidingen die goed zijn voor het leeuwendeel van onze energievoorziening. De beste manier om de kwetsbaarheid van ons systeem tegen dit soort acties te beperken is een flink volume decentrale opwekking, bij voorkeur (mede) uit duurzame bronnen. De SP-fractie heeft al vaker gewezen op de inherente kwestbaarheid die het gevolg is van concentratie en schaalvergroting. Waarom wordt er over dit risico zo badinerend gedaan? Daarmee kom ik op de groene stroom certificaten. Die zouden gebruikt kunnen worden als financieringsmechanisme voor investeringen in duurzame energieproductie, mits het Europese certificatensysteem gekoppeld wordt aan een jaarlijks oplopende verplichting voor een aandeel duurzame energie bij alle Europese elektriciteitsleveranciers. Dan zal de prijs voor een certificaat snel gaan oplopen als er geen of onvoldoende groen productievermogen wordt bijgebouwd. Op dit moment is er echter geen enkel prijsmechanisme beschikbaar dat de prijs op een reëel niveau brengt. Is de minister van EZ bereid om in Europees verband te pleiten voor aanscherpen van het certificatensysteem, zodat de perverse effecten, te vergelijken met die bij het emissiehandelssysteem voor broeikasgassen, zo snel mogelijk gerepareerd worden? Tenslotte de directe lijnen. De minister stelde in de nota naar aanleiding van het verslag: Een publiek en gereguleerd net is een groot goed. Het is van cruciaal belang voor onze leveringszekerheid en daarmee voor onze maatschappij. De kosten van een dergelijk net dienen we daarom als samenleving gezamenlijk te dragen op grond van heldere uitgangspunten zoals kostenoriëntatie. Voorkomen moet worden dat het onbedoelde effect van de <directe lijn> is dat sprake zou zijn dat partijen zich aan die gezamelijke opgave kunnen onttrekken. [33493-6, p.27]. Einde citaat. Helemaal mee eens. Verderop zegt de minister ook nog eens: De belangrijkste reden is dat ik wil voorkomen dat het publieke net wordt uitgehold. Weer mee eens! Er kunnen situaties voorkomen, waarin het benoemen van een lijn als directe lijn gerechtvaardigd is, dat vinden wij ook. Maar dat moeten hoge uitzonderingen blijven. Ook stelt de minister dat de implementatie van het fenomeen directe lijn geen effect heeft op de inkomsten van

TenneT. Maar ik neem aan dat er wel een wijziging plaatsvindt bij de inkomsten van de regionale netbeheerders? Klopt dat en zo ja: om wat voor bedragen gaat het en zullen die verminderde inkomsten vervolgens gecompenseerd worden door de verhoging van het nettarief van de kleinverbruikers? Voorzitter, concluderend. De SP-fractie vindt dat het wetsvoorstel een aantal duidelijke verbeteringen van het reguleringskader aanbrengt. Die hebben onze steun. Over enkele onderdelen in de wet zijn wij niet tevreden. Op die punten hebben we amendementen ingediend, of zullen we in tweede termijn met een motie komen.