Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

Vergelijkbare documenten
Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

Wet Algemene Bepalingen Omgevingsrecht

OMGEVINGSVERGUNNING WABO. Bos Recycling B.V. ten behoeve van het overslaan van bouw- en sloopafval en onverwerkte slakken voor metaal verwijdering.

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

Ontwerpbeschikking van Gedeputeerde Staten van Noord- Brabant

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

OMGEVINGSVERGUNNING. het in gebruik nemen van een nieuwe voorbreker ter vervanging van de huidige. milieuneutraal veranderen van een inrichting

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

OIVIGEVINGSVERGUNNING. Gasunie Transport Services (GTS)

ADVIES OMGEVINGSVERGUNNING, ONDERDEEL MILIEU

OMGEVINGSVERGUNNING WABO. Autosloopbedrijf Familie Maris B.V

OMGEVINGSVERGUNNING. verleend aan. Nedmag industries. tb.v. het plaatsen van een koeltoren. locatie: Billitonweg 1 te Veendam

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

OMGEVINGSVERGUNNING. BioMCN

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

Besluit omgevingsvergunning milieuneutrale wijziging. Aanvraagnummer: OLO Zaaknummer:

OMGEVINGSVERGUNNING. Lubrizol Advanced Materials Resin BV

tômgevingsd/msŕ jc Midden- ca Wts-t-Brabaat

Kadastrale ligging: Mestbassins: Gem. Coevorden, Dalen Sectie H nr. 485

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

OMGEVINGSVERGUNNING. Akzo Nobel Industrial Chemicals B.V.

OMGEVINGSVERGUNNING. LUMARO Beheer B.V.

Ontwerp omgevingsvergunning UV

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

OMGEVINGSVERGUNNING. Ensartech NL-1

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

BESCHIKKING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND. Omgevingsvergunning op grond van artikel 3.10, derde lid Wabo verlenen aan INVISTA Polyester B.V.

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

(Ömgevingstí ienst Midden- en West-Brabant

Wet Algemene Bepalingen Omgevingsrecht

OMGEVINGSVERGUNNING. milieuneutraal veranderen van een inrichting. Industrieweg 16 te Noordhorn. datum besluit: 13 oktober 2017

BESCHIKKING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND

OMGEVINGSVERGUNNING. Schipper Recycling B.V.

Wet Algemene Bepalingen Omgevingsrecht

* *

Pagina 1 van 10 Registratienummer: Z / D

Datum: 3 maart Risico s beperken, leefbaarheid vergroten.

OMGEVINGSVERGUNNING. Suiker Unie (locatie Vierverlaten)

OMGEVINGSVERGUNNING. Suiker Unie Vierverlaten

Wet Algemene Bepalingen Omgevingsrecht

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

OMGEVINGSVERGUNNING. Friesland Campina Nederland Holding ay.

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

DEFINITIEVE VERGUNNING. EEW Energy from Waste Delfzijl BV

* *

'v} Archief exempjaar. -1/7- Ons kenmerk: provinsje fryslan provincie fryslan ~ T.a.v. de heer C.J. Cnossen Postbus AA LEEUWARDEN

OMGEVINGSVERGUNNING *D * D

BESCHIKKING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND

Omgevingsvergunning Verkleinen van de inrichting

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

[ONTWERP] Omgevingsvergunning UV 31844

Wet Algemene Bepalingen Omgevingsrecht

Wet Algemene Bepalingen Omgevingsrecht

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

Pagina 1 van 8 Registratienummer Z.62657/D

BESCHIKKING. Omgevingsvergunning (milieu) datum: 1 maart 2018 Gemeente Bronckhorst nr

BESCHIKKING. Omgevingsvergunning (milieuneutrale wijziging) datum: 31 augustus 2016 Gemeente Bronckhorst nr. 2016W0138

OMGEVINGSVERGUNNING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

* *

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

tömgevingsdí enst ļfi Midden- co West-Br»b«nt

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

provinci renthe 1.1. Onderwerp Wij hebben op 2 maart 2012 een aanvraag voor een omgevingsvergunning ontvangen van

Onderwerp: Het milieuneutraal veranderen van de inrichting, door de aanleg van een railinzetplaats.

OMGEVINGSVERGUNNING. Van Gansewinkel Nederland B.V.

exempla Archief -1/6- Ons kenmerk BESLUIT

OMGEVINGSVERGUNNING. : het wijzigen van de grens van een inrichting bedoeld voor de zuivering van rioolwater

Wet Algemene Bepalingen Omgevingsrecht

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

Wet Algemene Bepalingen Omgevingsrecht

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

Omgevingsvergunning Voor de activiteit milieuneutrale verandering

Archiefexemplaar BESCHIKKING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND

BESCHIKKING WIJZIGING OMGEVINGSVERGUNNING. Afvalverwerking Stainkoeln B.V.

Pagina 1 van 14 Registratienummer: Z / D

(ONTWERP) AMBTSHALVE WIJZIGING VERGUNNING WET ALGEMENE BEPALINGEN OMGEVINGSRECHT

* *

ODMH Omgevingsdienst Midden-Holland

Transcriptie:

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant Directie Ecologie Ons kenmerk C2015367/2717248 op de op 9 februari 2011 bij hen ingekomen aanvraag van Loon- en grondverzetbedrijf W. Arts BV, om vergunning krachtens de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) voor het project, gelegen aan de Lindelaan 30 te Stevensbeek. 's-hertogenbosch, 3 mei 2011. Gedeputeerde staten van Noord-Brabant, namens deze, ir. J.P.M. van Erdewijk, bureauhoofd Vergunningverlening Afvalrecycling en Industriële bedrijven.

INHOUDSOPGAVE OMGEVINGSVERGUNNING BESLUIT 3 1 Onderwerp 3 2 Besluit 3 3 Procedure 3 4 Overige bijgevoegde documenten 3 OMGEVINGSVERGUNNING PROCEDUREEL 4 1 Gegevens aanvrager 4 2 Projectbeschrijving 4 3 Huidige vergunningsituatie 4 4 Bevoegd gezag 4 5 Ontvankelijkheid en opschorting procedure 4 6 Procedure regulier 5 OVERWEGINGEN EN TOETSINGEN 6 1 In werking hebben van een inrichting 6 1.1 Inleiding 6 1.2 Toetsing milieuneutraal of -vriendelijke verandering 6 1.3 Conclusie 6 2 Bodem 6 2.1 Het kader voor de bescherming van de bodem 6 2.2 Beoordeling en conclusie 7 3 Geluid en trillingen 7 3.1 Algemeen 7 3.2 Beoordeling en conclusie 7 4 Geur 7 4.1 Landelijk beleid 7 4.2 Beoordeling en conclusie 8 5 Lucht 8 5.1 Algemeen 8 5.2 Beoordeling en conclusie 8 BIJLAGE 1: BEGRIPPEN 9 Loon- en grondverzetbedrijf W. Arts B.V., Stevensbeek 2/9

OMGEVINGSVERGUNNING BESLUIT 1 Onderwerp Gedeputeerde Staten hebben op 9 februari 2011 een aanvraag voor een omgevingsvergunning ontvangen van Loon- en grondverzetbedrijf W. Arts B.V. (hierna verder te noemen: Arts). Het betreft het realiseren van een foliebassin (ter vervanging van twee mestzakken) voor de opslag van dunne mest. De aanvraag gaat over de inrichting gelegen aan de Lindelaan 30 te Stevensbeek, gemeente Sint Anthonis. De aanvraag is geregistreerd onder nummer 43980. 2 Besluit Gedeputeerde Staten zijn voornemens, gelet op artikel 2.1 en 2.2 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht de omgevingsvergunning te verlenen. Deze vergunning wordt verleend onder de bepaling dat de gewaarmerkte stukken en bijlagen (waaronder voorschriften) deel uitmaken van de vergunning. De vergunning wordt verleend voor de volgende activiteiten en werkzaamheden: De realisatie van een foliebassin van 3.996 m 3 voor de opslag van dunne mest ter vervanging van twee mestzakken met een inhoud van elk 1.000 m 3. De vergunning wordt verleend voor onbepaalde tijd. 3 Procedure De besluitvormingsprocedure is uitgevoerd overeenkomstig het bepaalde in artikel 3.7 van de Wabo (de reguliere voorbereidingsprocedure). De aanvraag voor de realisatie van een foliebassin van 3.996 m 3 voor de opslag van dunne mest is getoetst aan artikel 2.14, lid 5 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht. Tevens is de aanvraag getoetst aan het Besluit omgevingsrecht en de Ministeriële regeling omgevingsrecht. 4 Overige bijgevoegde documenten De aanvraag inclusief bijlagen d.d. 9 februari 2011 maakt onderdeel uit van het besluit. Loon- en grondverzetbedrijf W. Arts B.V., Stevensbeek 3/9

OMGEVINGSVERGUNNING PROCEDUREEL 1 Gegevens aanvrager Op 9 februari 2011 hebben wij een aanvraag om een omgevingsvergunning als bedoeld in de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) ontvangen. Het betreft een aanvraag van: Loon- en grondverzetbedrijf W. Arts B.V, Lindelaan 30 te Stevensbeek. 2 Projectbeschrijving Het project waarvoor vergunning wordt gevraagd is als volgt te omschrijven: Het betreft de realisatie van een foliebassin van 3.996 m 3 voor de opslag van dunne mest ter vervanging van twee mestzakken met een inhoud van elk 1.000 m 3. Een uitgebreide projectomschrijving is opgenomen in de aanvraag om vergunning. Gelet op bovenstaande omschrijving wordt vergunning gevraagd voor de volgende in de Wabo omschreven activiteiten: het veranderen van de werking van een inrichting. 3 Huidige vergunningsituatie Voor de inrichting zijn eerder de volgende Wm-vergunningen verleend/meldingen geaccepteerd: - Revisievergunning van 10 februari 2006; - Melding ex.art. 8.19 Wm van 15 december 2006; - Melding ex.art. 8.19 Wm van 2 maart 2009; - Veranderingsvergunning van 15 december 2009. De revisie- en veranderingsvergunning zijn verleend voor een periode van 10 jaar. Gelet op artikel 1.2 lid 5 van de Invoeringswet Wabo geldt een voor inwerkingtreding van de Wabo verleende, onherroepelijke vergunning voor categorieën van inrichtingen waar afvalstoffen nuttig worden toegepast of verwijderd, van rechtswege voor onbepaalde tijd. 4 Bevoegd gezag Gelet op bovenstaande projectbeschrijving, alsmede op het bepaalde in hoofdstuk 3 van het Besluit omgevingsrecht (Bor) en de daarbij horende bijlage zijn wij het bevoegd gezag om de integrale omgevingsvergunning te verlenen of (gedeeltelijk) te weigeren. Daarbij zijn wij er procedureel en inhoudelijk voor verantwoordelijk dat in ons besluit alle aspecten aan de orde komen met betrekking tot de fysieke leefomgeving, zoals ruimte, milieu, natuur en aspecten met betrekking tot bouwen, monumenten en brandveiligheid. Verder dienen wij ervoor zorg te dragen dat de aan de omgevingsvergunning verbonden voorschriften op elkaar zijn afgestemd. 5 Ontvankelijkheid Artikel 2.8 van de Wabo biedt de grondslag voor een geharmoniseerde regeling van de indieningsvereisten. Dit betreft de gegevens en bescheiden die bij een aanvraag om een omgevingsvergunning moeten worden overlegd om tot een ontvankelijke aanvraag te komen. De regeling is uitgewerkt in paragraaf 4.2 van het Bor, met een nadere uitwerking in de Ministeriële regeling omgevingsrecht (Mor). Na ontvangst van de aanvraag hebben wij deze aan de hand van de Mor getoetst op ontvankelijkheid. Wij zijn van oordeel dat de aanvraag voldoende informatie bevat voor een goede beoordeling van de gevolgen van de activiteit op de fysieke leefomgeving. De aanvraag is dan ook ontvankelijk en in behandeling genomen. Loon- en grondverzetbedrijf W. Arts B.V., Stevensbeek 4/9

6 Procedure regulier Deze beschikking is voorbereid met de reguliere voorbereidingsprocedure als beschreven in paragraaf 3.2 van de Wabo. Gelet hierop hebben wij op 28 februari 2011 conform artikel 3.8 Wabo van de aanvraag kennis gegeven in de Gelderlander, omgeving Nijmegen. Wij hebben gebruik gemaakt van de mogelijkheid om de beslistermijn van 8 weken te verlengen met 6 weken als bedoeld in artikel 3.9, lid 2 Wabo. Van deze verlenging is kennis gegeven in De Gelderlander, omgeving Nijmegen. Loon- en grondverzetbedrijf W. Arts B.V., Stevensbeek 5/9

OVERWEGINGEN EN TOETSINGEN 1 In werking hebben van een inrichting 1.1 Inleiding De aanvraag heeft betrekking op het veranderen of veranderen van de werking van een inrichting als bedoeld in artikel 2.1, lid 1 aanhef en onder e Wabo. De Wabo omschrijft in artikel 2.14 het milieuhygiënische toetsingskader van de aanvraag. Een toetsing aan deze aspecten heeft plaatsgevonden. 1.2 Toetsing milieuneutraal of -vriendelijke verandering De Wabo bepaalt in artikel 2.14, lid 5 dat een omgevingsvergunning voor een milieuvriendelijke of milieuneutrale verandering kan worden verleend als voldaan wordt aan de voorwaarden uit artikel 3.10, lid 3 van de Wabo. Hieruit volgt dat de gevraagde vergunning kan worden verleend indien de realisering van de met deze aanvraag beoogde verandering van de inrichting of verandering van de werkwijze binnen de inrichting: - niet zal leiden tot andere of grotere nadelige gevolgen voor het milieu dan volgens de geldende vergunning zijn toegestaan; - niet zal leiden tot het ontstaan van een andere inrichting dan waarvoor vergunning is verleend; en; - niet m.e.r.-plichtig is. Naar aanleiding van de ingediende aanvraag en de daarbij overgelegde gegevens concluderen wij dat de aangevraagde verandering hieraan voldoet, omdat het realiseren van een foliebassin voor de opslag van dunne mest ter vervanging van twee mestzakken niet leidt tot andere of grotere nadelige gevolgen voor het milieu dan volgens de geldende omgevingsvergunning is toegestaan. Daarnaast bestaat geen verplichting tot het maken van een milieueffectrapport als bedoeld in hoofdstuk 7 van de Wet milieubeheer. Ten slotte leidt de verandering niet tot een andere inrichting dan waarvoor eerder een omgevingsvergunning is verleend. 1.3 Conclusie Vanuit het toetsingskader dat betrekking heeft op het veranderen van een inrichting zijn er geen redenen om de omgevingsvergunning te weigeren. 2 Bodem 2.1 Het kader voor de bescherming van de bodem Het (nationale) preventieve bodembeschermingbeleid is vastgelegd in de Nederlandse Richtlijn Bodembescherming (NRB) bedrijfsmatige activiteiten. Het ministerie van VROM heeft de NRB in overleg met vergunningverleners, onderzoeksinstellingen en bedrijfsleven opgesteld. Deze richtlijn is ontwikkeld om vergunningvoorschriften te uniformeren en harmoniseren. Met de NRB kunnen (voorgenomen) bodembeschermende maatregelen en voorzieningen binnen inrichtingen worden beoordeeld en kan de besluitvorming met betrekking tot een optimale bodembeschermingstrategie worden gestuurd. De NRB beperkt zich tot de normale bedrijfsvoering en voorzienbare incidenten. Bodembescherming in situaties van calamiteiten wordt in NRB-kader niet behandeld. Een Loon- en grondverzetbedrijf W. Arts B.V., Stevensbeek 6/9

eventuele calamiteitenopvang echter wel. Het uitgangspunt van de als BBT-document aangewezen NRB is dat door een doelmatige combinatie van maatregelen en vloeistofdichte voorzieningen een verwaarloosbaar risico wordt gerealiseerd. Alleen in een aantal bestaande situaties kan conform de NRB onder voorwaarden volstaan worden met een aanvaardbaar bodemrisico. 2.2 Beoordeling en conclusie De aangevraagde veranderingen betreffen geen nieuwe bodembedreigende activiteiten. De opslag van dunne mest was al vergund. Het realiseren van een foliebassin is een gelijkwaardige bodembeschermende voorziening ten opzichte van de reeds vergunde mestzakken. Wij concluderen dat de opslag van dunne mest in een foliebassin geen gevolgen heeft voor de bodem ten opzichte van de reeds vergunde situatie. 3 Geluid en trillingen 3.1 Algemeen De bedrijfsactiviteiten van de onderhavige inrichting hebben tot gevolg dat geluid wordt geproduceerd. Deze geluidsemissie wordt vooral bepaald door: laden en lossen van vloeibare mest; Het geluid wordt beoordeeld op basis van de representatieve bedrijfssituatie (de geluidsemissie die de inrichting onder normale omstandigheden veroorzaakt). Beoordeeld worden de geluidsbelasting, de maximale geluidsniveaus en de indirecte hinder als gevolg van het in werking zijn van de inrichting. 3.2 Beoordeling en conclusie De aangevraagde veranderingen hebben geen gevolgen voor de geluidsbelasting van de inrichting. Ten opzichte van de reeds vergunde activiteiten wordt geen verruiming van de doorzetcapaciteit aangevraagd. Er wordt slechts een verruiming van de opslagcapaciteit van dunne mest aangevraagd. 4 Geur 4.1 Landelijk beleid Het landelijk beleid is opgenomen in de Herziene Nota Stankbeleid (1994). Deze nota is aangepast en nader toegelicht in een brief van de minister van VROM (d.d. 30 juni 1995). Deze brief is als bijlage 4.4 in de NeR opgenomen. In genoemde brief stelt de minister dat de doelstelling van het stankbeleid zoals in 1989 geformuleerd in het Nationaal Milieubeleidsplan onveranderd blijft: in het jaar 2000 maximaal 12% gehinderden door stank in Nederland en voor het jaar 2010 geen ernstige hinder. Als algemene doelstelling wordt in deze brief genoemd het zoveel mogelijk beperken van bestaande hinder en het voorkomen van nieuwe hinder. Het is aan het bevoegd gezag om in Wmvergunningprocedures invulling aan deze doelstelling te geven en te bepalen welke mate van hinder als acceptabel wordt beschouwd. Als leidraad voor het afwegingsproces dat daarbij doorlopen wordt is de hindersystematiek Geur ontwikkeld. Deze hindersystematiek, die is vastgelegd in hoofdstuk 3.6 van de Nederlandse emissierichtlijn lucht (NeR), benoemt de verschillende aspecten die in het afwegingsproces moeten worden meegenomen om te komen tot een zorgvuldige bepaling van het acceptabel hinderniveau. De NeR is in het Besluit 'Regeling aanwijzing BBT documenten' (2005) opgenomen als BBT document. Maatregelen ter bestrijding Loon- en grondverzetbedrijf W. Arts B.V., Stevensbeek 7/9

van geurhinder moeten worden bepaald in overeenstemming met het BBT-principe (beste beschikbare techniek). Voor een aantal branches is in de NeR een bijzondere regeling opgenomen. Het bevoegd gezag stelt op basis van een afweging van alle relevante factoren het acceptabele hinderniveau vast. 4.2 Beoordeling en conclusie De aangevraagde veranderingen hebben geen gevolgen voor de geurbelasting van de inrichting. Ten opzichte van de reeds vergunde activiteiten wordt slechts een verruiming van de opslagcapaciteit van dunne mest aangevraagd in een afgedekt foliebassin. 5 Lucht 5.1 Algemeen Binnen de inrichting vinden de volgende emissies naar de buitenlucht plaats: emissie van stof en stikstofoxiden afkomstig van de uitlaatgassen van de machines, materieel (zoals puinbreker en shredder) en vrachtwagens binnen de inrichting. De emissies naar de lucht worden beoordeeld volgens de systematiek van de Nederlandse emissie Richtlijn Lucht (NeR) en de luchtkwaliteitseisen zoals genoemd in artikel 5.16 bijlage 2 van de Wm. 5.2 Beoordeling en conclusie De aangevraagde veranderingen hebben geen gevolgen voor de emissies naar de lucht. Ten opzichte van de reeds vergunde activiteiten wordt slechts een verruiming van de opslagcapaciteit van dunne mest aangevraagd in een afgedekt foliebassin. Er vindt geen toename aan verkeersbewegingen plaats. Loon- en grondverzetbedrijf W. Arts B.V., Stevensbeek 8/9

BIJLAGE 1: BEGRIPPEN AFVALWATER: Alle water waarvan de houder zich, met het oog op de verwijdering daarvan, ontdoet, voornemens is zich te ontdoen, of moet ontdoen. BESTE BESCHIKBARE TECHNIEKEN (BBT): Voor het bereiken van een hoog niveau van bescherming van het milieu meest doeltreffende technieken om de emissies en andere nadelige gevolgen voor het milieu, die een inrichting kan veroorzaken, te voorkomen of, indien dat niet mogelijk is, zoveel mogelijk te beperken, die - kosten en baten in aanmerking genomen - economisch en technisch haalbaar in de bedrijfstak waartoe de inrichting behoort, kunnen worden toegepast, en die voor degene die de inrichting drijft, redelijkerwijs in Nederland of daarbuiten te verkrijgen zijn; daarbij wordt onder technieken mede begrepen het ontwerp van de inrichting, de wijze waarop zij wordt gebouwd en onderhouden, alsmede de wijze van bedrijfsvoering en de wijze waarop de inrichting buiten gebruik wordt gesteld. EMISSIE: De uitworp van één of meer verontreinigende stoffen naar de lucht (vracht per tijdeenheid). GEURBELASTING: De hoeveelheid geur in de leefomgeving. Dit is de geurconcentratie uitgedrukt in Europese odourunits per kubieke meter lucht bij een bepaalde percentielwaarde (ou E/m 3 als x-percentiel). IMMISSIE: De concentratie in de omgeving (op leefniveau). NER: Nederlandse Emissie Richtlijn Lucht. NRB: Nederlandse Richtlijn Bodembescherming bedrijfsmatige activiteiten, Informatiecentrum Milieuvergunningen (InfoMil). POTENTIEEL BODEMBEDREIGENDE ACTIVITEIT: Elke activiteit die een risico van verontreiniging van de bodem met zich meebrengt, als gevolg van de aard van die activiteit en als gevolg van de fysische en chemische eigenschappen van de stoffen waarmee de activiteit wordt uitgevoerd. Bij het vaststellen of een activiteit potentieel bodembedreigend is worden eventuele maatregelen en voorzieningen die zijn getroffen om het risico van die activiteit uit te sluiten buiten beschouwing gelaten. Loon- en grondverzetbedrijf W. Arts B.V., Stevensbeek 9/9