Rapport EXTERN Ketenanalyse Asfaltreparatie infrarood Datum: Pagina: 1 van 7. Doc.naam: Organisatie:

Vergelijkbare documenten
Doc.naam: Rapport EXTERN Ketenanalyse Asfaltreparatie infrarood Datum: Pagina: 1 van 7

Doc.naam: Rapport EXTERN ketenanalyse (beton-steenachtige materialen, en dakbedekking) Datum: Pagina: 1 van 6. Organisatie: Internetsite:

Rapport Scope 3 emissies Is rapport tevens m.b.t.: Ketenanalyse Plan van aanpak CO 2-reductiedoelstellingen en maatregelen

In dit (externe) rapport niet alle informatie m.b.t. bedrijfsgevoelige info. Dit staat in interne documenten.

Driebergse Weg- en Waterbouw B.V. Patrick van Rossum, adviseur. In overleg met Arend van der Meer.

Organisatie: Internetsite: Autorisatiedatum: Handtekening (op ext.): Harmen Eijkelenboom. Doc.naam: Rapport EXTERN Scope 3 emissies

Rapportage van de meest materiele scope 3 emissies

In dit (externe) rapport niet alle informatie m.b.t. bedrijfsgevoelige info. Dit staat in interne documenten.

Rapport EXTERN Scope 3 emissies en Ketenanalyse Betonproducten Datum: Pagina: 1 van 16. Doc.naam: Organisatie: Internetsite:

KETENANALYSE DIESELVERBRUIK SCOPE 3 EMISSIE

Evelien Ploos van Amstel

Aannemersbedrijf J. van den Brand B.V.

[2018] Ketenanalyse Scope 3 Emissie [Transport van zand naar projecten in Diemen] Aannemings- en wegenbouwbedrijf Verdam B.V.

Ketenanalyse opnemen wegenonderhoud (4.A.1, 5.A.2.)

Ketenanalyse grasmaaien

Rapportage van de meest materiele scope 3 emissies

[2018] Inclusief strategieën ter reductie van scope3-emissie. Aannemings- en wegenbouwbedrijf Verdam B.V.

Driebergse Weg- en Waterbouw B.V.

Ketenanalyse project Kluyverweg. Oranje BV. Conform de CO 2 -Prestatieladder 3.0. Versie : Versie 1.0 Datum :

Meest Materiële scope 3 emissies

Doc.naam: Rapport EXTERN CO 2 -systeem (periode 1 e en 2 e helft 2014) 2014 H1+H2 Datum: Pagina: 1 van 8

4.A.1. - DOMINANTIEANALYSE (SCOPE 3)

Doc.naam: Rapport EXTERN CO 2 -systeem (periode 2 e helft 2015) 2015 H2 Datum: Pagina: 1 van 9

Rapportage Scope 3 Emissies

Rapportage Scope 3 Emissies Geïdentificeerde en gekwantificeerde emissies conform de Corporate Value Chain (scope 3) Accounting and Reporting Standard

Temmink Bouwprojecten B.V. Van Vliet Temmink Bouwprojecten B.V.

Scope 3 analyse. Opgesteld in samenwerking met: Will2Sustain, adviesbureau in duurzaam ondernemen

Strategisch plan. Opdrachtgever. Auteur. NBB-groep D. Doornenbal. C. Everaars, Dé CO 2 Adviseurs

Meest materiële Scope 3 emissies en twee ketenanalyses

Ketenanalyse Tijdelijke Verkeersborden Traffic Service Nederland

Scope III analyse 2015

Versiebeheer. Eaton Industries (Netherlands) B.V. Ketenanalyse Xiria

Doc.naam: Rapport EXTERN CO 2 -systeem (periode 1 e helft 2014) 2014 H1 Datum: Pagina: 1 van 10

Rapport EXTERN CO 2 -systeem

Doc.naam: Rapport EXTERN CO 2 -systeem 2016 H1 Datum: Pagina: 1 van 6

1 Inleiding. Buro Cleijsen Pagina 1 van 9

Doc.naam: Rapport EXTERN CO 2 -systeem 2016 H2 Datum: Pagina: 1 van 6

Reductie. Scope 3. 4.B.1 Reductie; scope 3 Versie 1.0

Rapportage Scope 3-Emissies Geïdentificeerde en gekwantificeerde emissies conform de Corporate Value Chain (scope 3) Accounting and Reporting Standard

Ketenanalyse. Reduceren van primaire bouwmaterialen

Ketenanalyse. Aanleg tijdelijke rijbaan. van. Datum opgesteld: 04 april S. Jonker (AMK Inventis)

Aannemersbedrijf Wagelaar B.V.

Rapportage Scope 3 Emissies Geïdentificeerde en gekwantificeerde emissies conform de Corporate Value Chain (scope 3) Accounting and Reporting Standard

Ketenanalyse. Uitstoot ingehuurde onderaannemers. van. Datum opgesteld: 16 november 2015 (aanpassingen oktober 2018)

Analyse rangorde scope 3 emissies

4.A.1 Onderbouwing Scope 3 Analyse Hakker

Rapport EXTERN CO 2 -systeem

Rapportage Scope 3-Emissies Geïdentificeerde en gekwantificeerde emissies conform de Corporate Value Chain (scope 3) Accounting and Reporting Standard

Rapportage Scope 3-Emissies Geïdentificeerde emissies conform de Corporate Value Chain (scope 3) Accounting and Reporting Standard

Ketenanalyse loonwerk scope 3 emissies

SCOPE 3 analyse van GHG genererende (keten) activiteiten

Rapportage Scope 3-Emissies Geïdentificeerde emissies conform de Corporate Value Chain (scope 3) Accounting and Reporting Standard

Memo Meest Materiële Emissies CO 2 -Prestatieladder

CO2-Prestatieladder. Ketenanalyse woonwerkverkeer Klaver Giant Groep

Ketenanalyse. Uitstoot ingehuurde onderaannemers. van. Datum opgesteld: 16 november Auteur(s): S. Jonker (AMK Inventis)

CO2 Prestatieladder Ketenanalyse Scope 3 emissies.

Emissie inventaris Brouwers Groenaannemers SCOPE 3 ANALYSE

KWALITEITSMANAGEMENTPLAN VOOR EMISSIE INVENTARIS

[2018] Ketenanalyse Scope 3 Emissie [Transport van zand naar projecten in Diemen] Aannemings- en wegenbouwbedrijf Verdam B.V.

KWALITEITSMANAGEMENTPLAN VOOR EMISSIE INVENTARIS

Kwalitatieve scope 3 analyse

Scope 3 emissie inventarisatie

CO 2 -reductieplan Scope 3

Rapportage Scope 3-Emissies Geïdentificeerde emissies conform de Corporate Value Chain (scope 3) Accounting and Reporting Standard

Meest Materiële Emissies Scope 3

Kwalitatieve scope 3 analyse

Jaar: 2015 Scope 1 & 2

Doc.naam: Rapport CO2-systeem EXTERN 2017 H2 Datum: Pagina: 1 van 6

Rangorde scope 3 emissies CO 2 -Prestatieladder niveau 4

Ketenanalyse opnemen wegenonderhoud (4.A.1)

Ketenanalyse Brandstofreductie inhuur transport

Ketenanalyse upstream Aangekochte Goederen en Diensten Prefab Betonproducten

4.A.1 Dominantieanalyse Onderbouwing Scope 3 analyse Quercus Uitgevoerd door Search Consultancy iov Quercus

Ketenanalyse papier (4.A.1, 5.A.2)

INZICHT IN SCOPE 3 EMISSIES

Ketenanalyse Staal in project "De Gagel" Opgesteld volgens de eisen van ISO en het Greenhouse Gas Protocol

Scope 3 analyse. CO 2 prestatieladder niveau 5. Opdrachtgever: Aannemings- en hoveniersbedrijf Germieco De heer B. van der Made Wormerveer

Doc.naam: Rapport EXTERN CO 2 -systeem (periode 1 e en 2 e helft 2014) 2014H1+H2 Datum: Pagina: 1 van 8. Organisatie: Internetsite:

Ketenanalyse Brandstofreductie

Ketenanalyse vrachtwagenleverancier (4.A.1)

Ketenanalyse. Aannemingsbedrijf van der Meer. Datum: 4 december Pagina 1 van 11

Ketenanalyse herverlichting "Doorgaande wegen gemeente Sint-Michielsgestel"

Jaar 2015 Scope 3 1%

Ketenanalyse Megaborn Traffic Development B.V.

Voortgangsrapportage 1 CO 2 -Prestatieladder

4.A.1 Analyse scope 3 emissies

Ketenanalyse Transport

Ketenanalyse stalen kozijnen in project "Mauritshuis"

Driebergse Weg- en Waterbouw B.V. Patrick van Rossum, adviseur. In overleg met Arend van der Meer.

Versiebeheer. Eaton Industrie (Netherlands) B.V. Ketenanalyse totaaloplossing

Periodieke rapportage 2018 H1

1. Introductie Doel Omvang, bereik Taken en verantwoordelijkheden... 3

Tussentijdse evaluatie voortgang reductiedoelstellingen scope 1 & 2 & 3 emissies. Rapportageperiode: Q3 en Q4 van 2012

Ketenanalyse Afval in project "Nobelweg te Amsterdam"

Ketenanalyse Inkoop bouwstoffen

Averesch B.V. Patrick van Rossum, adviseur. In overleg met Henry Averesch.

Emissie portefeuille en plan van aanpak Scope 3 Hoek Hoveniers

Rapportage Scope 3-Emissies Geïdentificeerde en gekwantificeerde emissies conform de Corporate Value Chain (scope 3) Accounting and Reporting Standard

Transcriptie:

Organisatie: Doc.naam: Pagina: 1 van 7 Beheer Familie van Ooijen B.V. Van Ooijen Railinfra B.V. M. van Ooijen & Zoon B.V. Dordtse Weg- en Waterbouw B.V. Van Ooijen Materieel B.V. Van Ooijen Onroerend Goed B.V. Internetsite: www.van-ooijen.nl www.dww.eu Opgesteld door: Patrick van Rossum, adviseur. www.rossumadvies.nl In overleg met Monique van Ooijen. Geaccordeerd door: Harmen Eijkelenboom, Algemeen directeur Autorisatiedatum: 05-02-2015 Handtekening: Harmen Eijkelenboom Inhoudsopgave 1. Inleiding... 2 2. Ketenanalyse... 2 2.1. Toelichting ketenanalyse 2 2.2. Waardeketen beschrijven c.q. in kaart brengen (stap 1) 3 2.3. Scope 3 emissie categorieën bepalen van relevantie (stap 2) 4 2.4. Partners in de waardeketen identificeren (stap 3) 4 2.5. Kwantificeer de scope 3 emissies (stap 4) 5 3. CO 2 reductiedoelstelling, PVA, maatregelen m.b.t. scope 3... 6 3.1. Plan van aanpak (PVA), maatregelen 7 3.2. CO 2 -reductiedoelstelling 7 Rapportage conform norm(en) / eisen: CO 2 -Prestatieladder 2.2 (4 april 2014).

Pagina: 2 van 7 1. Inleiding Dit rapport is een hulpmiddel om aantoonbaar te maken hoe wordt voldaan aan de diverse eisen conform de normen/eisen die op het voorblad van dit rapport zijn vermeld. 2. Ketenanalyse 2.1. Toelichting ketenanalyse Bron toelichting 4.A.1 (4 e deel): De genoemde Corporate Value Chain (scope 3) Accounting and Reporting Standard geeft aan hoe in ketenanalyses en vervolgrapportages met de verschillende aspecten omgegaan dient te worden. Als voorbeeld het gebruik van de juiste data. Voor een ketenanalyse is het niet nodig direct uitgebreid gegevens op te vragen bij allerlei leveranciers. Het heeft meestal wel duidelijk meerwaarde om bij een of enkele leveranciers, dus selectief enkele cruciale gegevens op te vragen. Vaak is dat voldoen de om een goede eerste versie van een ketenanalyse op te stellen. In de eerste editie van de ketenanalyses zal duidelijk aangegeven moeten worden welke kwaliteit van data is gehanteerd. Onder scheiden worden primaire data = van de werkelijke leveranciers (up) en gebruikers (down), en secundaire data = algemene cijfers en eigen schattingen. Wanneer cruciale primaire data toch aantoonbaar moeilijk verkrijgbaar zijn kan een eerste versie van een ketenanalyse, dus on der voorwaarden, in hoge mate gebaseerd worden op secundaire data. Eigen tijdgebrek is geen valide reden, wel gebrek aan medewerking van partners in de keten ondanks aantoonbare inspanningen. Voor alle relevante secundaire data dient de ketenanalyse in passende follow up te worden voorzien om later alsnog primaire data te krijgen. De nieuwe standaard geeft richtlijnen voor accurate gegevens over up- en downstream activiteiten. Daarvoor wordt inzake data verzameling een aanpak in 4 stappen gepresenteerd. Op basis van de eerste grove berekeningen, worden de meest materiële emissies binnen de keten duidelijk; de data daarover worden vervolgens middels het opnieuw doorlopen van het proces verbeterd. Etc. Aanpak in 4 stappen betreft: 1) waardeketen beschrijven c.q. in kaart brengen 2) scope 3 emissie categorieën bepalen van relevantie 3) partners in de waardeketen identificeren 4) kwantificeer de scope 3 emissies

Pagina: 3 van 7 2.2. Waardeketen beschrijven c.q. in kaart brengen (stap 1) Het betreft een nieuwe innovatieve oplossing voor kleinschalige asfaltreparaties. Wat is het? Repareren van kleinschalige asfaltreparaties (denk aan randschades, scheurvorming, craquelé etc.) middels een infrarood asfaltreparatie ploeg. Het wegdek wordt opgewarmd middels infrarood, vervolgens behandeld (eventueel met toevoeging van oud asfalt), voorzien van emulsie, verdicht en afgestrooid met brekerzand. Wat zijn de voordelen t.o.v. traditionele asfaltreparatie? - Duurzaam (geen freesmachine, veegzuigauto, vrachtwagen, nieuw asfalt etc. benodigd) - Kwalitatief minimaal gelijkwaardig. Voordeel is onder andere dat er geen koude lassen zijn (dat zijn de plaatsen waar in een later stadium vaak schade ontstaat) - Goedkoop (minder machines benodigd, geen asfaltleverantie met hotbox benodigd etc.) De organisatie denkt dat dit een zeer duurzame en goedkope oplossing is, waarbij grootschalig onderhoud uitgesteld kan worden. Ketenfasen: Fabricage (incl. winning) Transport Verwerking Gebruik Sloop Deze ketenanalyse met name m.b.t. de ketenfase t/m verwerking. Op dit moment te weinig gegevens over de ketenfase vanaf gebruik.

Pagina: 4 van 7 2.3. Scope 3 emissie categorieën bepalen van relevantie (stap 2) Relevant is het volgende: Categorie 1 Ingekochte goederen en diensten. Categorie 3 Brandstof en energie gerelateerde activiteiten (niet in scope 1 of 2). Categorie 4 Transport en distributie (upstream). Categorie 5 Afval tijdens productie. Niet relevant is het volgende omdat geen kwantitatieve onderbouwing is te geven: Categorie 12 Verwerking producten; reststoffen / einde levensduur. 2.4. Partners in de waardeketen identificeren (stap 3) Opdrachtgevers: M.b.t. keuze van soort materiaal en/of methode. De opdrachtgever is vaak bepalend in de keuze van het soort materiaal en/of methode. Partners huidige opdrachtgevers. Leveranciers/fabrikanten: M.b.t. inkoop materieel, materiaal en transport indien van toepassing bij de leverancier. In enkele gevallen is een opdrachtnemer (onderaannemer) ook leverancier en/of transporteur. Partners de huidige en/of andere gelijkwaardige. Transporteurs: Transport van het materiaal, materieel is mogelijk door de organisatie, een leverancier/fabrikant of transporteur. Partners de huidige en/of andere gelijkwaardige. o Huidige: De organisatie zelf. Opdrachtnemers (onderaannemer, ZZP), indien van toepassing: M.b.t. verwerking. Hoewel het ook mogelijk is dat de organisatie de verwerking uitvoert. Partners de huidige en/of andere gelijkwaardige. o Huidige: De organisatie zelf.

Pagina: 5 van 7 2.5. Kwantificeer de scope 3 emissies (stap 4) Uitgangspunt / aanname aangehouden voor het volgende: Reisafstand, enkele reis, naar werklocatie. Aantal wegplekken per werkdag. Nihil of niet in vergelijk gespecificeerd i.v.m. soortgelijk. Emulsie, brekerzand. CO 2 -conversiefactoren. Specificaties m.b.v. intern overzicht m.b.t. bedrijfsgevoelige informatie. Traditionele methode Onderdeel Fabrikage: Asfalt wat wordt geleverd. Aanvoer naar werklocatie. Brandstofverbruik diesel. - Asfaltfrees - Veegzuigauto - Bestelbus 2st (m.b.t. medewerkers 3st) Asfalt aanvoer naar werklocatie. Brandstofverbruik diesel. - Vrachtwagen met hotbox op gas Asfalt in de vrachtwagen, deze rijdt meer km, want deze moet eerst naar de asfaltcentrale om asfalt te halen. Verwerking: Frezen asfalt. Brandstofverbruik diesel. Freesmachine. Veeg/zuigen. Brandstofverbruik diesel. Nieuw asfalt aanbrengen. Handwerk. Verdichting wegplek. Brandstofverbruik. Wals. Afvoer van werklocatie. Brandstofverbruik diesel; Idem aanvoer. Asfalt afvoer van werklocatie. Brandstofverbruik diesel. M.b.t. aanvoer, alleen km anders. Afval: Afval asfalt. Verwerking. Totaal ton CO2: 0,571 Nieuwe methode Onderdeel Fabrikage: n.v.t. Aanvoer naar werklocatie. Brandstofverbruik diesel. - Bestelbus 1st (m.b.t. medewerkers 2st). Incl aanhanger (m.b.t. infrarood wegdekverwarmer, trilplaat. Verwerking: Opwarming wegdek. Brandstofverbruik. M.b.t. infrarood wegdekverwarmer. Verdichting wegplek. Brandstofverbruik diesel. Trilplaat. Afvoer van werklocatie. Brandstofverbruik diesel; Idem aanvoer. Afval: n.v.t. Totaal ton CO2: 0,082 Ton CO 2 reductie. 0,571 0,082 = 0,489 ton CO 2 / dag. Percentage reductie. 0,571 0,082 = 0,489. 0,489 / 0,571 85 %.

Pagina: 6 van 7 3. CO 2 reductiedoelstelling, PVA, maatregelen m.b.t. scope 3 Toelichting: Bron toelichting 4.B.1 (1 e deel): 4.B.1 Op basis van 2 ketenanalyses of 2 ketens van activiteiten scope 3, CO₂-reductiedoelstellingen en een plan van aanpak inclusief maatregelen Onderwerp en omvang van de doelstelling De doelstelling dient significant te zijn en vergelijkbaar met die van sectorgenoten. Significant slaat hier terug op de eigen situatie van het bedrijf. De doelstellingen worden gekozen voor de meest materiële emissies in scope 3. Indien de reductiedoelstellingen worden geformuleerd voor de twee ketenanalyses uit eis 4.A.1 is vanzelf sprake van twee van de meest materiële emissies. Indien reductiedoelstellingen worden geformuleerd voor twee andere ketens dient het om een keten te gaan voor één van de twee meest materiële emissies én een andere voor één van de zes meest materiële emissies. De omvang van de doelstelling, in het licht van de uitgangssituatie, is dermate veelzeggend dat in redelijkheid van een serieuze uitdaging gesproken kan worden. Daartoe dient de omvang van de doelstelling tevens vergelijkbaar te zijn met die van sectorgenoten. Het bedrijf dient zelf in haar portfolio te onderbouwen in hoeverre het een koploper, middenmoter of achterblijver is wat betreft de emissies in scope 3. Daartoe voldoen een schriftelijke verklaring, en een onderbouwing. Het bedrijf dient vervolgens de keuze voor de omvang van de doelstelling te baseren op haar positie als inkoper binnen de branche. Van achterblijvers worden grotere inspanningen verwacht dan van koplopers. Als het bedrijf (los van het CO₂-bewust Certificaat niveau) koploper is en onder de 6 meest materiële emissies is er geen enkele met ruimte in de (hele!) keten voor substantiële innovatieve reductie, kan volstaan worden met een bescheiden doelstelling. Eis 4.B.1 voor kleine bedrijven Kleine bedrijven hoeven voor slechts één analyse, één CO2-reductiedoelstelling te formuleren of het bedrijf heeft voor scope 3, op basis van één materiële GHG-genererende (keten van) activiteit één CO2-reductiedoelstelling geformuleerd. Ladderbeoordeling door de ladderci Bij de initiële ladderbeoordeling vergewist de ladderci zich er o.a. van 1. dat de doelstellingen gekozen zijn voor de meest materiële emissies in scope 3, o.a. volgens de GHG Corporate Value Chain (scope 3) Accounting and Reporting Standard, en 2. dat het bedrijf een schriftelijke eigen verklaring kan overleggen over haar positie als inkoper in de branche, en een onderbouwing daarvan, en 3. dat het energie management actieplan, uitgebreid met scope 3, voldoet aan de criteria voor de ladderbeoordeling zoals aangegeven bij eis 3.B.2, en 4. dat er een bijbehorend plan van aanpak is opgesteld inclusief de te nemen maatregelen, en 5. dat de doelstellingen, in het licht van de verklaring ad 2, significant zijn en vergelijkbaar met die van sectorgenoten. Ad 5, Vergelijkbare reductiedoelstellingen De ladderci kan de reductiedoelstellingen vergelijkbaar maken deels door bij het beoordelen van deze doelstellingen de referentiejaren en de planningshorizonnen te betrekken. Ook zullen de doelstellingen van koplopers en bedrijven in de staart van het peloton aanmerkelijk kunnen verschillen. Een reductie van 1% bij een koploper is meerzeggend (wellicht significant) dan 1% bij een bedrijf in de staart (wellicht niet significant). De ladderci s dienen voor zichzelf een gedeeld professioneel maatgevoel te ontwikkelen op basis van publicaties (zie transparantie) en overleg in het Centraal College van Deskundigen. Doelstellingen, PVA en maatregelen m.b.v. hoofdstuk 3. Vergelijk sectorgenoten: Uitgevoerd m.b.v. www.skao.nl. Koploper, middenmotor, achterblijver: Organisatie is een middenmotor. Diverse acties op het gebied van milieuverbetering worden al (on)bewust genomen hoewel dit nog niet allemaal aantoonbaar is.

3.1. Plan van aanpak (PVA), maatregelen Maatregelen; asfaltreparatie infrarood Doc.naam: Pagina: 7 van 7 Acquisitie op het gebied van nieuwe werkmethode. Door directeur. Indien een project is gegund, dan: o Werkzaamheden uitvoeren m.b.t. CO 2 -reductiedoelstelling, kwantificering. Projectleider. o Evaluatie resultaten en vergelijk met kwantificering(plan). KAM-coördinator. Dit periodiek bewaken en sturen m.b.v. het CO 2 -systeem van de organissatie. 3.2. CO 2 -reductiedoelstelling : Per eenheid, Ton CO 2 reductie. 0,571 0,082 = 0,489 ton CO 2 / dag. Percentage reductie. 0,571 0,082 = 0,489. 0,489 / 0,571 85 %. Totaal, Ton CO 2 reductie (0,489 ton CO 2 / dag * 25 dagen/jaar) = 12,22 ton CO 2 /jaar in 2014 t/m 2015 tov 2013. Het behalen van de doelstelling is afhankelijk of de nieuwe methode gewenst is door, mogelijke, opdrachtgevers.