Een Zaak van Iedereen

Vergelijkbare documenten
HGIS Vraag 20 : Wat zijn de uitgaven per partnerland per thema in 2008 en 2009? Opsteller : Joke van Hagen Versnelde MDG-realisatie

Dutch Good Growth Fund (DGGF)

DHIsubsidieregeling. China Project Development

BIJLAGEN. Voortgangsrapportage Watersector 2004

Sociale en politieke aspecten van een verdeelde wereld

Publiek Private Partnerschap faciliteit. Faciliteit Duurzaam Ondernemen en Voedselzekerheid (FDOV) Aad de Koning 26 april 2012

Tweede Kamer der Staten-Generaal

MINDER ARMOEDE MILLENNIUMDOEL 1. Beantwoord de volgende vragen en gebruik daarbij de kaart MINDER ARMOEDE.

Kritisch kijken op verschillende schaalniveaus

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Criteria en voorwaarden voor Young Experts

Aanvraagformulier IMVO vouchers

Aanvraagformulier IMVO vouchers

Bijlagen: - MVO referentiekader - Fairtrade Gemeente handleiding. Afhandeling. 1. Inleiding

WAAR WIJ VOOR STAAN. Socialisten & Democraten in het Europees Parlement. Fractie van de Progressieve Alliantie van

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

PROTOS onderschrijft volop de Millenniumdoelstellingen!

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

een wereld apart Vanuit aardrijkskundige (= geografische) invalshoek

Toespraak van staatssecretaris voor Ontwikkelingssamenwerking Ben Knapen op de Watersectorbijeenkomst, 2 februari 2011

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds De Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking;

ASIELSTATISTIEKEN Overzicht 2009

Het Nederlandse Rode Kruis helpt direct. Jaarverslag 2013

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

ASIELSTATISTIEKEN 2008

JAARPLAN STICHTING LMSTANDARD SUPPORTS

Strategisch Beleidsplan

Raadsvoorstel Inleiding: Feitelijke informatie: Afweging:

Datum onderteken ing

De Bilt, 7 februari 2019

Het nieuwe beleid in de partnerlanden is vertaald in de meerjarige strategische

Criteria en voorwaarden voor Young Experts

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 Den Haag. Datum november 2011 Betreft Verantwoorde afbouw van basisonderwijs

Sommige doelen zijn universeel en van alle tijden

3. Meer dan de helft van de 57 miljoen niet-schoolgaande kinderen leeft in Afrika bezuiden de Sahara. Juist Bron:

Regionale vooruitzichten Sub-Sahara Afrika - bijlage Percentage grondstoffen in goederen export

ASIELSTATISTIEKEN Overzicht 2010

Directie-Generaal Ontwikkelingssamenwerking en Humanitaire Hulp (DGD) DGD EN DE ONTWIKKELINGSACTOREN

Tweede Kamer der Staten-Generaal

De Belgische Ontwikkelingssamenwerking op het gebied van seksuele en reproductieve gezondheid en rechten

Datum 13 november 2013 Betreft Motie Sjoerdsma (33625, nr. 8) inzet private sector bij klimaatfinanciering

Rapport met betrekking tot Gegunde Uitvoer Periode : van 01/07/2018 tot en met 31/07/2018

Staat van de beleidsinformatie 2008: bijlagen

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 Den Haag

Aanvraagformulier IMVO vouchers

Aan de Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 22 Den Haag

HELMOND MONDIAAL. Het organiseren van samenwerking met andere wereldburgers. in de periode 2014 tot en met 2018

Landenlijst Bazel, OESO, EU en EVA

1. GEEN ARMOEDE 2. GEEN HONGER. Armoede uitroeien, in al zijn vormen en overal. Honger beëindigen, betere voeding en duurzame landbouw promoten

Ontwikkelingsrelevante Infrastructuurontwikkeling (ORIO)

Werk van iedereen. Democratisering en vredesopbouw

in In juli Asielaanvrag Aantal asielaanvragenn totaal aantal Aantal dossiers % versus totaal aantal beslissingen

Sustainable development goals

6,2. Werkstuk door een scholier 1726 woorden 7 januari keer beoordeeld. 10 kenmerken over de mate van ontwikkeling van een land:

Subsidiereglement Ontwikkelingssamenwerking

Ontwikkelingssamenwerking hv123

Opdracht Anders bestrijding tegen HIV/AIDS

ADOPTIE Trends en analyse Statistisch overzicht interlandelijke adoptie over de jaren 2008 tot en met 2012

Regeling woonlandbeginsel in de sociale zekerheid

~ ;:;V~'~ / Ministerievan BuitenlandseZaken. Aan de Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 Den Haag.

MDG. Eerst en tweede graad. Te lezen zinnen (in willekeurige volgorde!)

Tweede Kamer der Staten-Generaal

De kloof wordt breder. Boekverslag door H woorden 15 februari keer beoordeeld. Aardrijkskunde

8 keer beoordeeld 10 december 2013

EMBARGO ZATERDAG 17 NOVEMBER 2012, 10:45, ALLEEN GESPROKEN WOORD GELDT

ADOPTIE Trends en analyse Statistisch overzicht interlandelijke adoptie over de jaren 2007 tot en met 2011

Plan België in een notendop

Vragen bij landenkeuze staatssecretaris Knapen

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds De Regeling woonlandbeginsel in de sociale zekerheid 2012 wordt als volgt gewijzigd:

REISBEURZEN Studenten reizen naar het Zuiden

ASIELSTATISTIEKEN MAANDVERSLAG

BELEIDSPLAN MEERSSEN EN ONTWIKKELINGSSAMENWERKING

aan: TK-woordvoerders Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking

Vrienden van dorcas.

Internationale handel H7 1. Internationale handel. Waarom importeren: Waar komt het vandaan?

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 Den Haag

A) Lijst van derde landen waarvan de onderdanen bij overschrijding van de buitengrenzen in het bezit moeten zijn van een visum. 1.

Aruba-Mobiel 24. Australië 8. Australië-Mobiel 19. Azerbeidzjan 18. Azerbeidzjan-Mobiel 30. Azoren 5. Bahama s 17. Bahama s-mobiel 17.

betreffende onderwijs in ontwikkelingssamenwerking

Sinds 2004 telt de Belgische gouvernementele samenwerking 18 partnerlanden (KB van 26 januari 2004), verspreid over verschillende regio s:

ASIELSTATISTIEKEN MAANDVERSLAG

hoe Samen armoede uit de wereld helpen?

Armoede moet binnen één generatie de wereld uit

Stichting Ommen Millenniumgemeente uitwerkingsplan morgen is nu!

ASIELSTATISTIEKEN MAANDVERSLAG

Geregistreerde Exporteur (REX) APS

economische mogelijkheden sociale omgeving ecologisch kapitaal verborgen kansen

Diakonaal Project NoorderLicht

Inhoudstafel. 1. Voor het jaar 2. In. augustus. 2. Enkelvoudige. augustus c. Toekenning van de subsidiaire

ADOPTIE Trends en analyse Statistisch overzicht interlandelijke adoptie over de jaren 2009 tot en met 2013

UNICEF in Mozambique: Preventie en behandeling van gevaarlijke kinderziekten.

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Samenvatting door Nienke 934 woorden 19 maart keer beoordeeld. Maatschappijwetenschappen 1.1. Redenen voor ontwikkelingssamenwerking:

33625 Hulp, handel en investeringen Maatschappelijk verantwoord ondernemen

Tweede Kamer der Staten-Generaal

ADOPTIE Trends en analyse Statistisch overzicht interlandelijke adoptie over de jaren 2012 tot en met 2016

Voorstel voor een. VERORDENING (EU) nr.../... VAN DE RAAD

Transcriptie:

Een Zaak van Iedereen

Een Zaak van Iedereen

Uitgave Ministerie van Buitenlandse Zaken Beleidsafdeling Directie Voorlichting & Communicatie Bestelcode OSDR6625/N www.minbuza.nl april 2008

Inhoud Voorwoord 4 De millennium ontwikkelingsdoelen 6 Veiligheid & ontwikkeling 8 Groei & verdeling 12 Gelijke rechten & kansen voor vrouwen en meisjes 16 Duurzaamheid, klimaat en energie 21 In welke landen is Nederland actief? 24 Meer informatie 26 3

Voorwoord Oktober 2007 verscheen Een Zaak van Iedereen: mijn visie op internationale samenwerking. Deze brochure is daarop gebaseerd en wil u op toegankelijke wijze inzicht geven in mijn beleidsprioriteiten. Mijn beleid is zowel gebaseerd op continuïteit, als op vernieuwing. De internationale millennium ontwikkelingsdoelen blijven in mijn visie op ontwikkelingssamenwerking een belangrijke plaats innemen. Onderwijs, gezondheid, bestrijding van HIV/Aids, toegang tot schoon water, een duurzaam leefmilieu, ontwikkeling van de private sector en goed bestuur: we blijven er onverminderd aan werken. Om de millenniumdoelen te kunnen halen, zijn echter ook extra inspanningen en andere accenten nodig. Daarom gaat Nederland de komende jaren op vier onderwerpen intensiever samenwerken: veiligheid & ontwikkeling; groei & verdeling; gelijke rechten en kansen voor vrouwen en meisjes; en duurzaamheid, klimaat en energie. Eén van de meest in het oog springende veranderingen is dat we meer gaan investeren in fragiele staten: landen die uit een conflict komen en waar we niet mogen en moeten accepteren dat deze terugvallen in chaos en oorlog. Hier worden mensen vaak onevenredig zwaar getroffen en zijn de achterstanden op de millenniumdoelen het grootst. Investeren in deze landen is weliswaar niet zonder risico, maar de kans op resultaat is óók groter. Nederland staat voor een ambitieuzere en actievere rol: meer aandacht voor mensenrechten, vooral die van vrouwen, een gezamenlijke aanpak om conflicten op te lossen en een grotere inzet aan de internationale onderhandelingstafels over handel en milieu. 4 Ik zie moderne ontwikkelingssamenwerking als een gezámenlijke verantwoordelijkheid. Van overheid én samenleving. Nationaal én internationaal. Samenwerking om kennis en kracht te bundelen. Samenwerking om de effectiviteit van de hulp te vergroten. Nieuwe coalities aangaan met het bedrijfsleven, het maatschappelijk middenveld en vernieuwers op het terrein van kennis, groei en ontwikkeling. Die samenwerking zoek ik nationaal, internationaal en in ontwikkelingslanden zelf.

Met Project 2015, één van de tien projecten in het coalitieakkoord, onderstreept ook het kabinet het belang van het behalen van de millennium ontwikkelingsdoelen in 2015. Op weg naar 2015, geeft het prioriteit aan het verminderen van de achterstanden om die doelen te halen, met bijzondere aandacht voor fragiele staten en post-conflictgebieden. Dat streven is kabinetsbreed. Concrete inzet van en samenwerking met de hele samenleving is daarbij noodzakelijk en gewenst. Bedrijven, maatschappelijke organisaties, kennisinstellingen, ministeries, vakbonden, kerken, particulieren: door kennis en krachten te bundelen bereiken we méér resultaten bij armoedebestrijding. Met de zogenaamde Akkoorden van Schokland gaven we in juni 2007 het startschot voor zo n gezamenlijke aanpak. We hebben alle krachten in onze samenleving nodig om de millenniumdoelen dichterbij te brengen. We gaan hiermee door en rekenen daarbij ook op u. Ontwikkelingssamenwerking is een zaak van iedereen. Daarbij gaat het om méér dan solidariteit alleen. Het is één van de meest zinvolle investeringen die we samen kunnen doen voor een stabielere wereld en wereldwijde welvaart waar méér mensen aan deel hebben. Den Haag, april 2008 Bert Koenders Minister voor Ontwikkelingssamenwerking 5

De millennium ontwikkelingsdoelen De welvaart is groter dan ooit. Wereldwijd. Een sterke economische groei biedt mensen mogelijkheden voor een beter bestaan. Ook in ontwikkelingslanden groeit de welvaart. Maar door ongelijke rechten en kansen profiteren velen nog steeds niet van die groei. 2,5 Miljard mensen, merendeels vrouwen, moeten rondkomen van minder dan twee dollar per dag. Zij hebben geen fatsoenlijk werk en inkomen en onvoldoende toegang tot scholing, gezondheidszorg, veilig drinkwater en andere basisvoorzieningen. De situatie van armen verslechtert nog verder door de klimaatverandering. Voor mensen in ontwikkelingslanden heeft deze extra ingrijpende gevolgen. Millennium ontwikkelingsdoelen - samen armoede halveren Dat, ondanks de sterke economische groei, nog zoveel mensen ver onder de armoedegrens moeten leven, is in de 21 e eeuw onnodig, onrechtvaardig en onacceptabel. Dat vindt de wereldgemeenschap ook. Daarom ondertekenden in het jaar 2000 189 landen binnen de Verenigde Naties, waaronder Nederland, de Millenniumverklaring: in 2015 moet de armoede wereldwijd zijn gehalveerd. Hiervoor zijn acht concrete en meetbare doelstellingen geformuleerd: de millennium ontwikkelingsdoelen. Deze moeten in 2015 zijn gehaald. Maar de millenniumdoelen worden met de huidige inzet in veel landen niet gehaald. Elk jaar meet de VN de voortgang. De situatie tussen landen is verschillend en zelfs binnen een land bestaan er soms verschillen. De grootste achterstanden bestaan in Sub-Sahara Afrika, in het bijzonder in conflictgebieden. Er zijn absoluut extra inspanningen nodig om de achterstanden te verminderen. Vanuit de overheid én de samenleving. Daarom heeft het kabinet de millennium ontwikkelingsdoelen als één van zijn tien projecten opgenomen in het coalitieakkoord (2007): 6

Project 2015. De millennium ontwikkelingsdoelen zijn een belangrijke leidraad voor het Nederlands ontwikkelingssamenwerkingbeleid. millennium ontwikkelingsdoelen in 2015... 7

Veiligheid & ontwikkeling Vrede en veiligheid raken aan alle millenniumdoelen. Bijna 30% van de kinderen die geen basisonderwijs hebben gevolgd, woont in een conflictgebied of fragiele staat. Meer dan een derde van alle kinder- en moedersterfte vindt juist in die staten plaats. Terwijl in deze landen maar tien procent van de wereldbevolking leeft. Helaas hebben we voorbeelden te over. In brandhaarden als Congo en Darfur zijn vooral kinderen en vrouwen slachtoffer. In Zuid-Soedan maken vrouwen, als gevolg van de lange oorlog, 60% van de bevolking uit, maar slechts 1% van de meisjes voltooit daar het basisonderwijs. Veiligheid en stabiliteit zijn voorwaarden voor duurzame armoedebestrijding. Een land in conflict kan de armoede in het land amper bestrijden. Vaak ontbreekt ook goed bestuur. De achterstand op de millenniumdoelen is in deze landen dan ook veruit het grootst. Andersom is in landen waar schaarste heerst (voedsel, water) en ontwikkeling achterblijft, de kans op (het opleven van) een conflict groot. Conflictgevoelige landen vormen zo ook een veiligheidsrisico voor andere landen in de regio. Stap voor stap Juist in fragiele landen kan ontwikkelingssamenwerking van grote betekenis zijn voor de bevolking. De kans op een mislukking is er groter dan in landen waar al stabiliteit en een beter bestuur zijn. Maar de kans dat je broodnodig resultaat bereikt, is óók groter. Er is een lange adem nodig, ook met bescheiden doelstellingen, om stap voor stap resultaat te boeken. Voor Nederland heeft het bevorderen van vrede, stabiliteit, duurzame veiligheid & ontwikkeling en mensenrechten in Afghanistan, de Hoorn van Afrika, het Grote Merengebied, het Midden-Oosten en de Westelijke Balkan prioriteit. 8

9

In de praktijk: stimuleren van economische groei Nederland ondersteunt drie jaar een programma in Uruzgan (Afghanistan). Het gaat om het verbeteren van toegang tot markten voor boeren, het opzetten van kleine bedrijven en coöperaties en andere projecten die inkomen voor de bevolking genereren. Dit alles stimuleert de economische groei, zodat de bevolking zelfstandig haar levensomstandigheden kan verbeteren. Daarnaast helpt Nederland het provinciale- en districtsbestuur bij het uitvoeren van hun taken waardoor er betere basisvoorzieningen voor de bevolking komen. 10

Bescheiden resultaten Om veiligheid en ontwikkeling te bevorderen, moet de internationale gemeenschap niet alleen conflicten oplossen, maar deze ook proberen te voorkomen. Het oplossen van conflicten en de wederopbouw in postconflictlanden is risicovol, lastig en kostbaar. Dat leert de situatie in Afghanistan ons. Tegelijkertijd toont Afghanistan ook dat (bescheiden) resultaten te boeken zijn als meerdere landen op meerdere disciplines met elkaar samenwerken. Zo zorgt Nederland in bepaalde regio s voor basisveiligheid en hebben we, ondanks de moeilijke omstandigheden, een begin gemaakt met wederopbouwprojecten. In de praktijk: wederopbouw in Oost-Congo Nederland neemt deel aan een wederopbouwprogramma voor Oost-Congo dat gezamenlijk is opgesteld door de Verenigde Naties, de Congolese regering en de internationale gemeenschap. Betere training en uitrusting van militairen en politie zorgen dat de veiligheid kan verbeteren. De aanleg van wegen geeft een impuls aan economische activiteiten. Nederland helpt ook met de opbouw van lokaal bestuur, zodat stabiliteit en basisvoorzieningen voor de bevolking werkelijkheid worden. Krachten bundelen Deze werkwijze houdt in dat we de krachten van ontwikkelingssamenwerking, diplomatie en defensie bundelen (de zogenaamde 3D-strategie Defence, Development, Diplomacy). Ook het afstemmen en nauw samenwerken met internationale organisaties hoort bij deze strategie. 11

Groei & verdeling Globalisering en wereldwijde economische groei hebben de armoede verminderd. Maar de enorme verschillen in welvaart tussen landen en ook binnen landen is niet minder geworden. Millenniumdoel 1, halvering van extreme honger en armoede, zal zonder extra inspanning in veel ontwikkelingslanden niet worden gehaald. Het feit dat nog steeds 2,5 miljard mensen van minder dan twee dollar per dag moeten leven, zegt voldoende. In veel landen waar sprake is van economische groei, profiteert lang niet iedereen daarvan: groei en verdeling dienen hand in hand te gaan. Meer samenhang Op mondiaal niveau stimuleert Nederland aan meer samenhang tussen handelsbeleid en ontwikkelingsbeleid. Millenniumdoelen 1 en 8 hangen nauw samen. In de praktijk: ten koste van ontwikkeling Een voorbeeld uit de katoensector onderstreept dit belang. De Europese Unie en de Verenigde Staten geven jaarlijks miljarden dollars subsidie aan hun eigen katoenboeren. Dat drukt de wereldmarktprijs en vermindert de afzetmogelijkheden voor boeren in ontwikkelingslanden want zij moeten het zonder subsidies doen. Miljoenen kleine katoenboeren in West-Afrika zijn daarvan de dupe. Zij zijn hun handel, dus inkomen en kans op ontwikkeling, vrijwel kwijt. Goede handelsmogelijkheden voor een land dragen bij aan de economische groei van dat land. Groei zorgt voor werk en inkomen, zodat mensen de school voor hun kinderen en de dokter kunnen betalen. Economische groei vergroot dus de ontwikkelingskansen voor mensen die in dat land wonen en werken. We bevorderen dat achtergestelde groepen en regio s in de wereldhandel integreren: 12

13 Nederland wil dat de voormalig koloniën in Afrika, de Caraïben en de Stille Oceaan (de zogenaamde ACP-landen) grotere toegang tot onze markt hebben, zonder dat zij voor ons hetzelfde hoeven te doen. Nederland bepleit een open en eerlijk handelssysteem. OESO-landen (de rijke industrielanden) en middeninkomenslanden (landen met een lagere, maar wel groeiende welvaart), moeten hun markten openstellen voor (landbouw)producten die succesvol door ontwikkelingslanden geëxporteerd kunnen worden. De Westerse landen moeten hun eigen interne marktverstorende subsidies geleidelijk verder afschaffen. Nederland dringt er op aan dat de armste landen voor een bepaalde periode hun eigen markt kunnen beschermen tegen (oneerlijke) concurrentie die ten koste gaat van bijvoorbeeld de eigen voedselzekerheid.

Neem nu de import van bevroren kip uit het Westen. Deze leidt tot grote werkloosheid onder West- Afrikaanse kippenboeren. De gebrekkig gekoelde kippenboutjes bedreigen ook de gezondheid van West-Afrikaanse consumenten. Stimuleren private sector In de ontwikkelingslanden zelf wil Nederland een eerlijke verdeling van de economische groei bevorderen, arbeidsrechten stimuleren, oog houden voor maatschappelijk verantwoord ondernemen en de werkgelegenheid vergroten. Daarom ondersteunt Nederland onder andere initiatieven van de Nederlandse SER, vakbonden en werkgevers om deze thema s in ontwikkelingslanden te helpen agenderen en te ondersteunen met advies, kennis en geld. Nederland stimuleert ook de rol van het bedrijfsleven en de private sector als motor van werkgelegenheid en groei. Bijvoorbeeld door de toegang van ondernemers tot krediet te vergroten, infrastructurele werken te financieren, de kennis en vaardigheden van het bedrijfsleven te vergroten en de bureaucratische regels voor ondernemers te helpen verminderen. Ook hebben we oog voor de voor de armen belangrijke landbouwsector, maar deze sector kan lang niet voor iedereen werk opleveren. Een bloeiend bedrijfsleven in meerdere sectoren is nodig. Dit maakt het land minder afhankelijk van één sector. Ook leidt het tot meer banen waardoor meer mensen een eigen inkomen kunnen verdienen. Nederland roept ook bedrijven op bij te dragen aan de vooruitgang van ontwikkelingslanden. Zij kunnen onder andere hun maatschappelijke verantwoordelijkheid nemen bij de inkoop van goederen en bij het zaken doen in ontwikkelingslanden. Ook kunnen zij scholing en gezondheidszorg stimuleren en hun kennis en ervaring ter plekke inzetten. Zoals bijvoorbeeld Nederlands grootste drinkwaterbedrijf Vitens dat drinkwaterprojecten opzet samen met lokale bedrijven. 14

In de praktijk: zorgverzekering voor armen Een nieuw Nederlands initiatief op het terrein van sociale verzekeringen en voorzieningen voor de meest kwetsbaren, is het Health Insurance Fund. Een innovatief verzekeringsfonds voor inwoners in een aantal Afrikaanse landen. Mensen met een laag inkomen en hun families kunnen zich collectief verzekeren voor hun ziektekosten. Dankzij een subsidie op de premie kunnen zij gebruik maken van een basispakket dat ook aidsremmers dekt. Zo wil het fonds voorkomen dat ziekte niet ook nog eens leidt tot grotere uitzichtloze armoede. Het Health Insurance Fund is één van de Akkoorden van Schokland en won in 2008 een international prijs. Initiatiefnemers zijn het AMC en Nederlandse bedrijven als Aegon, Achmea, SNS- Reaal, Heineken, Shell en Unilever. Zij behoren tot de ondertekenaars van dit akkoord. 15

Gelijke rechten & kansen voor vrouwen en meisjes Acht jaar na de zogenaamde Millenniumverklaring is nog nauwelijks vooruitgang waarneembaar op het gebied van gelijke rechten en kansen voor meisjes en vrouwen (millenniumdoel 3). Steeds meer meisjes beginnen weliswaar aan het basisonderwijs, maar vooral veel meisjes in Sub-Sahara Afrika, Zuid-Azië en Arabische landen maken de basisschool niet af. In landen als Bangladesh en Pakistan vormen vrouwen tweederde van de analfabete bevolking. Ook betaald werk buiten de landbouw blijft in veel landen voor vrouwen onbereikbaar. In Zuid-Azië en Noord-Afrika bijvoorbeeld, is dit slechts voor 18% van de vrouwen weggelegd en meestal tegen een lager loon. Van de bijna één miljard mensen met een inkomen van minder dan één dollar per dag, zijn er ongeveer 700 miljoen vrouw. Ook het terugdringen van moedersterfte en meer toegang tot seksuele en reproductieve gezondheid en rechten (millenniumdoel 5) lopen erg achter. Moedersterfte is de laatste 20 jaar nauwelijks gedaald. Nog steeds sterven jaarlijks zo n 530.000 vrouwen aan complicaties tijdens zwangerschap of geboorte, tegen 570.000 vrouwen in 1990. Absolute prioriteit De afgelopen jaren zijn de internationale aandacht en het beschikbare budget voor het bevorderen van rechten en kansen voor meisjes en vrouwen afgenomen. Deels onder invloed van politieke e/o conservatieve krachten. Terwijl succes op deze punten armoede juist in brede zin bestrijdt. Gezonde, geschoolde vrouwen die deel kunnen nemen aan de maatschappij, zorgen voor economische groei en een goede toekomst voor hun kinderen. Nederland stelt zich te weer tegen de negatieve, internationale tendens. Het stelt gelijke rechten en kansen voor vrouwen en meisjes als absolute prioriteit. Het is een belangrijke voorwaarde voor het bereiken van alle andere millenniumdoelen. 16

Lichamelijke veiligheid Gelijke rechten en kansen voor vrouwen kunnen niet alleen door ontwikkelingssamenwerking vooruit geholpen worden, ook politieke dialoog en diplomatie zijn hierbij hard nodig. Nederland bepleit nationaal en internationaal gelijke rechten en kansen voor meisjes en vrouwen. Het betrekt ook vrouwen- en jongerenorganisaties bij het vaststellen van ontwikkelingsdoelen. Gelijke kansen gaan hand in hand met lichamelijke veiligheid. Nederland besteedt in zijn ontwikkelingsbeleid dan ook specifiek aandacht aan: bestrijding van geweld tegen vrouwen, zoals - huiselijk geweld, genitale verminking, eerwraak en vrouwenhandel; aandacht, erkenning en ondersteuning voor - vrouwen als stille slachtoffers van oorlog en conflict, en verbetering van de positie van vrouwen in fragiele staten. 17

Tientallen organisaties en bedrijven ondertekenden zomer 2007 een Akkoord van Schokland om samen de VN Veiligheidsraadresolutie 1325 over vrouwen, vrede en veiligheid in de praktijk te gaan brengen. December 2007 maakten tientallen organisaties en vier ministers (Koenders, Plasterk, Ter Horst en Van Middelkoop) gezamenlijk een vervolgstap met een tweede Akkoord van Schokland. Zij ondertekenden het Nederlands nationaal actieplan 1325 voor systematische aandacht, erkenning en ondersteuning voor de rol van vrouwen in (post)conflictsituaties en bij vredesprocessen. Versterking van de basis In de praktijk: geweld tegen vrouwen berecht De internationale vrouwenrechtenorganisatie Women s Initiative for Gender Justice komt op voor de rechten van vrouwen tijdens en na gewapend conflict. Zo dringt ze lokaal bij rechtshandhavers aan op het daadwerkelijk vervolgen van geweldplegers. Samen met lokale organisaties informeert ze vrouwen over haar rechten en over de activiteiten van het Internationale Strafhof. Ook rapporteert ze aan het Strafhof over gewelddadigheden en lobbyt ze ervoor dat het Strafhof geweld tegen vrouwen tijdens gewapend conflict specifiek opneemt in aanklachten. Nederland versterkt (basis)gezondheidssystemen, onder meer door het opleiden van vroedvrouwen en door verbetering van de beschikbaarheid van en toegang tot middelen en diensten voor goede seksuele en reproductieve gezondheid en rechten. Onder andere door het stimuleren van een goedkoop en makkelijk verkrijgbaar vrouwencondoom en door de ontwikkeling van een middel tegen bloedingen bij bevallingen, zodat minder vrouwen onnodig in het kraambed overlijden. 18

19

20

Duurzaamheid, klimaat en energie Armoedebestrijding heeft alles te maken met duurzaamheid, klimaat en energie. Mensen in ontwikkelingslanden zijn voor hun levensonderhoud vaak geheel afhankelijk van hun directe leefomgeving: voedsel en brandstof uit bossen, vis uit zeeën en rivieren of grond voor het verbouwen van voedsel. Als bossen worden gekapt en water vervuilt of vermindert, heeft dat direct negatieve gevolgen voor hun levensomstandigheden en gezondheid. Zo loopt in 54% van de ontwikkelingslanden het bosoppervlakte terug. Andere, duurzame energiebronnen zijn nodig voor de 2,5 miljard mensen die nu nog afhankelijk zijn van ongezonde en inefficiënte energiebronnen als hout, houtskool en mest. Ontwikkelingslanden worden verhoudingsgewijs ook harder getroffen door de klimaatverandering. Veel landen kennen bijvoorbeeld grote droge gebieden die hierdoor uitbreiden en nog droger worden. Andere landen kampen juist met terugkerende wateroverlast. Hoe dan ook: ontwikkelingslanden beschikken meestal niet over de middelen, technologie en infrastructuur om de gevolgen van een veranderend klimaat op te vangen. Extra inspanning nodig Zonder extra inspanningen zal klimaatverandering niet alleen millenniumdoel 7 (in 2015 leven meer mensen in een duurzaam leefmilieu) in gevaar brengen, maar ook de overige millenniumdoelen. Gebrek aan een goede energievoorziening leidt namelijk ook tot tekorten aan water en voedsel, gezondheidsproblemen, migratie en conflicten over hulpbronnen. 21

Om vaart te maken met dit millenniumdoel, richt Nederland zich op enkele concrete punten: het bepleit meer samenhang tussen internationale afspraken op het gebied van handel, milieu, klimaat en armoedebestrijding; 10 miljoen mensen die nu nog traditionele bronnen van energie gebruiken, hebben in 2015 de beschikking over moderne en zo schoon mogelijke vormen van energie; tijdens deze regeerperiode wordt 500 miljoen méér besteed aan duurzame energie om de toegang van armen tot energie te vergroten; bijdragen aan de realisatie van duurzame productieketens plus certificering voor biobrandstoffen als palmolie, soja, vismeel en visolie in Bolivia, Ethiopië, Indonesië, Mali en Mozambique; verbeteren van het bosbeheer in het Congobekken, het Amazonegebied en Indonesië. Duurzame energiebronnen Enerzijds pleiten we voor een goede energievoorziening voor ontwikkelingslanden, anderzijds weten we dat het gebruik van fossiele brandstoffen bijdraagt aan de klimaatverandering door de uitstoot van CO2. Stimuleren van duurzame energiebronnen, hier en daar, is daarom van groot belang. Daarnaast moeten landen met de hoogste uitstoot, waaronder Nederland, als eerste stappen ondernemen om de uitstoot te verminderen. Ook gaan we bijdragen in de kosten voor aanpassing aan klimaatverandering voor arme landen ( de vervuiler betaalt ). In de praktijk: gasstel vervangt houtvuur Het Colombiaanse bedrijf Promigas sluit met Nederlandse steun een arme kustregio aan op het gasnet. Ruim 10.000 families krijgen de beschikking over gas, waardoor ze niet meer afhankelijk zijn van hout om te koken. Dat is niet alleen goedkoper, het is ook veel gezonder want veel mensen hebben last van ademhalingsproblemen door de rook van het houtvuur. Ook wordt zo de ontbossing - als gevolg van het kappen van hout voor huiselijk gebruik - voor een deel verminderd. 22

23

In welke landen is Nederland actief? Nederland onderhoudt met 36 partnerlanden een structurele relatie op het gebied van ontwikkelingssamenwerking. Sinds enkele jaren wordt daarnaast substantiële hulp verleend aan drie landen en één regio in een (post)conflictsituatie. Dit zijn Sudan, Burundi, Democratische Republiek Congo en Kosovo. We kiezen niet in alle partnerlanden voor dezelfde aanpak. Daarvoor is de problematiek en de voortgang met de millennium ontwikkelingsdoelen per land te verschillend. Het soort en de hoeveelheid ontwikkelingssamenwerking verschilt dan ook sterk per land. Die verschillen maken we zichtbaar via drie categorieën. 24

Versnelde MDG-bereiking Veiligheid & ontwikkeling Brede relatie Hoofdcriteria: 1. Laaginkomensland 2. Fragiliteitsprobleem is niet dominant 3. Overheidsstructuren bieden voldoende perspectief om mee te werken Hoofdcriterium: 1. Fragiliteit of scherpe ongelijkheid blokkeert armoedevermindering Hoofdcriteria: 1. (aankomend) middeninkomensland 2. Fragiliteitsprobleem is niet dominant Bangladesh* Benin Bolivia* Burkina Faso Ethiopië* Jemen* Ghana Kenia Mali Mongolië Mozambique Nicaragua Rwanda* Senegal Tanzania Uganda* Zambia Afghanistan Burundi Colombia Congo, Democratische Rep. Guatemala Kosovo VR Res.1244 Pakistan Palestijnse Gebieden Sudan Egypte* Georgië* Indonesië Moldavië Vietnam Zuid-Afrika Suriname** Uitfasering van ontwikkelingssamenwerking in de komende vier jaar: Bosnië-Hercegovina Eritrea Sri Lanka*** Albanië Armenië Kaapverdië Macedonië, FYR Opmerkingen: * = landen die tevens (potentiële) veiligheidsproblemen kennen ** = binnen de verdragsrelatie afspraak gemaakt over uitfasering van de verdragsmiddelen *** = alleen humanitaire hulp als gevolg van huidige veiligheidssituatie 25

Drie landenprofielen De genoemde veertig landen zijn ingedeeld in de volgende drie profielen: Profiel 1: Versnelde MDG-bereiking In dit profiel gaat het om arme landen (de minst ontwikkelde landen, MOLs, en lage-inkomenslanden) met een redelijke mate van stabiliteit en een verbeterend bestuur. De millennium ontwikkelingsdoelen (MDG s) liggen in deze landen nog (ver) achter, maar kunnen met een extra inzet en in nauwe samenwerking met de overheid en andere donoren dichterbij worden gebracht. Deze landen zijn vaak in hoge mate afhankelijk van donoren. Harmonisatie, alignment (donorhulp in lijn met beleid en procedures in partnerlanden) en een betere taakverdeling spelen in deze landen een belangrijke rol en bieden weinig of geen ruimte voor sterke profilering van donoren (geen eigen vlaggen ). De Nederlandse inzet richt zich op het bereiken van de millennium ontwikkelingsdoelen. Profiel 2: Veiligheid & ontwikkeling Hieronder vallen landen die zich kenmerken door een dominant veiligheidsprobleem of scherpe maatschappelijke tegenstellingen met kans op conflict. De problematiek in deze landen maakt de millennium ontwikkelingsdoelen meestal niet snel haalbaar. Nederland richt zich vooral op het creëren van randvoorwaarden om het behalen van de millennium ontwikkelingsdoelen dichterbij te brengen. De aandacht gaat uit naar elementaire voorzieningen om veiligheid voor burgers te waarborgen en de legitimiteit en capaciteit van de overheid en haar instituties te vergroten. 26

Profiel 3: Brede relatie Dit zijn landen die de status van middeninkomensland hebben bereikt of deze status binnen afzienbare tijd zullen bereiken. De millennium ontwikkelingsdoelen liggen over het algemeen op schema. De Nederlandse inzet richt zich vooral op de achterblijvende millenniumdoelen en het verbreden van de ontwikkeling van het land. Andere vormen van samenwerking, in het bijzonder op economisch vlak, worden belangrijker. Nederland richt zich op specifieke niches, vanuit het perspectief dat de landen steeds minder ODA-gelden nodig zullen hebben voor het financieren van hun ontwikkelingsinspanningen en dat daarmee ontwikkelingssamenwerking op (langere) termijn kan worden uitgefaseerd. Voor de indeling van de landen naar profiel is een beoordeling gemaakt van de karakteristieken van het land. Daarbij is in het bijzonder gekeken naar de relatieve welvaart, risico op conflictsituaties en de bestuurssituatie van het land. De indeling van landen is niet statisch; een land kan in de tijd van het ene profiel naar het andere verschuiven op basis van ontwikkelingen in het land en/of een veranderende Nederlandse inzet. Voor zeven landen is gekozen voor uitfasering van de ontwikkelingssamenwerkingsrelatie. Met de landen in de tabel onderhoudt Nederland een structurele samenwerking om ontwikkeling te bevorderen. Naast deze groep landen ontvangt een aantal andere landen middelen om specifieke problemen aan te pakken zonder daarbij te streven naar een structurele ontwikkelingssamenwerkingsrelatie. Voorbeelden zijn hiv/aids programma s in zuidelijk Afrika en democratiseringsprogramma s in Bhutan. Het gaat hier om een klein deel van de bilaterale ontwikkelingshulp. Voor de in de tabel opgenomen uitfaseringslanden resteert de inzet van het bedrijfsleveninstrumentarium. Over de bedrijfsleveninstrumenten die op deze en andere ontwikkelingslanden kunnen worden toegepast, wordt in samenwerking met de staatssecretaris van Economische Zaken een samenhangende strategie ontwikkeld. 27

Meer informatie Meer informatie over Nederlandse ontwikkelingssamenwerking vindt u in de integrale versie van de beleidsbrief van minister Koenders Een zaak van iedereen. Investeren in ontwikkeling in een veranderende wereld. Deze kunt u downloaden via de website www.minbuza.nl. Deze integrale versie is ook beschikbaar in Engels en Frans. Bezoek ook eens www.hetakkoordvanschokland.nl en www.millenniumdoelenatlas.nl. 28

Ministerie van Buitenlandse Zaken Postbus 20061 2500 eb Den Haag april 2008 www.minbuza.nl O S D R 6 6 2 5 / N